Vraag van de
vrijzinnigen,
brief van de
geref. bonders
SOLZJENITSIN EN DE KERK
Uit de kerkbladen
Vandaag
i Misselijk
Trouw
K wartet
Waarom kon de
proeve de kerk
niet in
Minister Van Doorn 'poseert
Ds. De Lange leidt
gereg. zendingsbond
Oud-katholieken
benadrukken
eigen opdracht
Ouders willen onderwijs
voor autistische kinderen
TROUW/KWARTET MAlAiNDlAG 4 MAlAJRHT 1974
KERK/BMNENIjANiD T2/K2!
Van een onzer verslaggevers
UTRECHT/HUIZEN De vereniging van vrij
zinnige hervormden en de gereformeerde bond
hebben het moderamen van de hervormde synode
opnieuw uitgedaagd in de weer opgelaaide richtin
genstrijd in de hervormde kerk.
De vrijzinnigen menen, dat het mo
deramen in feite de gereformeerde
kerken in gebreke heeft gesteld door
één zinsnede uit de befaamde brief
aan de vrijzinnigen terug te nemen
en tegelijk de rest van de brief te la
ten staan. De gereformeerde bond
heeft het moderamen een aantal vra
gen gesteld over de legitimiteit van
verschillende stromingen in de her
vormde kerk.
Zoals wij reeds meldden, heeft het
hervormd moderamen uit zijn brief
aan de vereniging van vrijzinnige her
vormden (bedoeld om de ongerust
heid in die kring over het samen-op-
weg-gaan met de gereformeerden weg
te nemen) de zinsnede teruggenomen,
'dat het van bijzondere betekenis Is te
blijven bestuderen, hoe ook in de ge
reformeerde kerken het verschijnsel
van het zgn. vrijzinnig theologisch
denken kerkelijk en theologisch ver
werkt blijkt te kunnen worden'. Deze
opmerking werd namelijk door de ge
reformeerden als grievend ervaren.
Volgens het jongste nummer van
'Kerk en Wereld', het blad van de
vereniging van vrijzinnige hervorm
den. is het hoofdbestuur van deze ver
eniging 'niet erg gelukkig met dit ge
baar. maar nu ook weer niet bijzon
der ongelukkig. Het terugnemen van
deze ene zin betekent immers, dat de
rest van de brief blijft staan'.
Passage
Het blad citeert dan nog eens de vol
gende passage uit de brief van het
synodemoderamen, die wel is blijven
staan: 'Wij (het hervormd synodemo
deramen dus) zien het vrijzinnig the
ologisch denken als een verschijnsel,
dat aan de kerk in haar brede geeste
lijke verscheidenheid wezenlijke vra
gen stelt, zoals wij dit ook ervaren in
andere modaliteiten binnen onze
kerk. Een kerk in deze tijd dient,
naar onze mening, te leven met deze
vragen. De dialoog, die aldus ontstaat,
achten wij te behoren tot een wezen
lijk aspect van het kerk-zljn in deze
tijd en een voorwaarde om gezamen
lijk een Christus-belijdende gemeen
schap te zijn'.
Het blad van de vrijzinnige hervorm
den trekt hieruit de volgende conclu
sie: 'Wanneer de gereformeerde syno
de met enige heftigheid ontkent dat
deze vragen bij hem op tafel liggen
en deze dialoog ook in zijn midden
gevoerd wordt, zal van hervormde
kant de vraag gesteld moeten worden
of hij daarmee niet een plicht ver
zaakt ('Een kerk in deze tijd dient,
naar onze mening, te leven met deze
vragen') en een wezenlijk aspect van
het kerk-zijn verwaarloost'.
Aanleiding tot de brief van het hoofd
bestuur van de gereformeerde bond is
het verslag van een samenspreking
tussen het hervormd en het gerefor
meerd moderamen, dat besproken is
in de januarizitting van de gerefor
meerde synode. Op de vraag van de
gereformeerden, of het vrijzinnig the
ologisch denken in de hervormde
kerk nu legitiem is of niet, had het
hervormd moderamen volgens dit ver
slag onder meer geantwoord, dat de
hervormde kerk een Christus-belijden
de kerk wil zijn en vandaaruit erop
blijft staan, dat 'het vrijzinnig denken
net zo min gelegitimeerd is als bij
voorbeeld het fundamentalisme, het
pietisme en de gereformeerde bond',
alsook dat 'de hervormde kerk de
vrijzinnigheid èn de gereformeerde
bond niet heeft aanvaard'. De gerefor
meerde bond vraagt het hervormd
synodemoderamen nu, of dit inder
daad het gereformeerd theologisch
denken, zoals dat in de gereformeerde
bond voorkomt, op één lijn heeft wil
len stellen met het vrijzinnig theolo
gisch denken.
'Waarom plaatste u enkele theoloei-
schf stromingen naast elkaar, die niet
legitiem zijn binnen de hervormde
kerk, en zweeg u over het midden-or
thodox theologisch denken? Moet
hieruit geconcludeerd worden dat al
leen de midden-orthodoxe stroming in
de hervormde kerk een ligitieme plaats
heeft?
Als de hervormde kerk spreekt over
het weren van datgene wat haar belij
den weerspreekt, welke criteria wor
den daarbij dan aangelegd en hoe
denkt u deze criteria toe te passen op
die stromingen, die blijkens uw ant
woord aan het gereformeerd modera
men binnen de hervormde kerk niet
legitiem zijn?', aldus de gereformeer
de bond.
Niemand
het hervormde moderamen. heeft
overigens al verklaard, dat het ver
slag, dat in de gereformeerde synode
diende, niet het officiële, dool- de mo-
deramina goedgekeurde, verslag was.
Praeses ds. J. C. H. Jörg lichtte het
standpunt van het hervormd modera
men in de januarizitting van de gere
formeerde synode ongeveer als volgt
toe: 'het moderamen legitimeert niets.
Geen enkele richting krijgt een certi
ficaat van legitimitiet. We zeggen al
leen: jullie horen bij ons, wanneer je
je beweegt binnen het belijden van
dé kerk. Daarom blijven we in de
hervormde kerk allemaal wel voortdu
rend'met èlkaar in een verplichtend
gesprek op basis van artikel 10 van de
kerkorde'.
Naschrift
/De redactie behoudt zich het recht
voor haar ter opname in deze rubriek
toegezonden meningsuitingen verkort
weer te geven. Bij publikatie wordt
met de naam van de inzender onder
tekend. Brieven kunnen worden ge
stuurd aan het secretariaat hoofdre
dactie Trouw/Kwartet, postbus 859.
Amsterdam.
Zuid-Afrika (slot)
In zijn brief in Tr/Kw van 26-2-74
praat J. Boessenkool de apartheid
goed. In de eerste plaats kan ik me
niet herinneren, dat God ooit de
scheiding tussen blank en zwart heeft
bevolen. Verder vind ik het wel bij
zonder cru te beweren, dat het niet
anders kan. dat 14 miljoen kleurlin
gen en Afrikanen verpauperen in re
servaten of tegen hongerlonen moeten
werken in fabrieken, op plantages en
in mijnen.
Groningen
R. Scheltens
l,
Trouw/Kwartet van 27-2-74 vermeldde
t'een demonstratie in Den Haag, van
leerlingen van de Academie van Beel-
V.dende Kunsten. Tal van gemaakte
'werkstukjes werden tentoongesteld en
elk kamerlid mocht hiervan uitzoeken
i.'en meenemen. Minister van Kemena-
*de stond afgebeeld als een overgeluk
kig kind, met zo'n voorwerp in z'n ar
omen. Om misselijk van te worden!
$jEen gladde streek van de leerlingen.
«^Onwillekeurig wordt hierdoor de ob
jectiviteit der kamerleden geweld aan-
jlgedaan. Wat hier gebeurd is in 't
•klein, zal naar mijn overtuiging ook
in 't groot gebeuren, zij het dan met
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
Uitgaven van
B.V. De Christelijke Pers
Directie:
Ing. O. Postma,
F. Diemer.
Hoofdredactie:
J. Tammlnga.
Hoofdkantoor B.V. De
Christelijke Pers: N.Z.
Voorburgwal 276 - 280,
Adam. Postbus 859.
Telefoon 020 - 22 03 83.
Postgiro: 26 92 74. Bank:
Ned. Midd. Bank (rek.nr.
69 73 60 768). Gem.glro
X 500.
'De mens aan wat voor ogen is.
maar God ziet het hart aan'.
Deze bijbelse woorden krijgen
wel heel bijzondere betekenis
voor wie zich een beeld
probeert te vormen van de
verhouding tot de kerk bij een
man als Solzjenitsyn: verguisd
in zijn eigen land door regering
en kerkleiders, bejubeld in het
westelijke buitenland.
Er kan alleen sprake zijn van een
persoonlijke indruk op grond van
wat hij zelf heeft geschreven en
gezegd.
Hij is Russisch-orthodox, ging al in
zijn jeugd naar de kerk en hield dat
zelfs in de jaren dertig vol, wat
zowel van geloof als van moed
getuigt, want juist toen werden dp
kerken bloedig vervolgd. Ook later
heeft hij zijn geloof nooit onder
stoelen of banken gestoken. In zijn
boeken komen christenen van
verschillende geloofsovertuiging
voor en wordt vrijuit over het
geloof gesproken. Hij heeft er zich
hardnekkig tegen verzet, dat in zijn
in Rusland uitgegeven werk Gods
naam met een kleine letter zou
worden gedrukt.
Zijn kinderen heeft hij laten dopen,
wat in de Sowjetunie een
geloofsgetuigenis is: de doop moet
officiéél geregistreerd worden en
beide ouders moeten hun paspoort
tonen ten bewijze, dat ze de doop
voor hun kind wensen. Weliswaar is
dat op zichzelf niets nieuws ook
vóór de revolutie van 1917 moesten
ouders te kennen geven, dat ze
wilden dat hun kind gedoopt werd
en werd de doop geregistreerd, dal
is trouwens algemeen gebruikelijk
maar in het huidige Rusland
vormen zulke gegevens voor de
regering vaak een aanleiding om de
ouders in hun werk of hun studie te
benadelen.
In de rede, die hij geschreven heeft
ter gelegenheid van de toekenning
van de Nobelprijs in 1970 sprak
Solzjenitsin als zijn diepe
overtuiging uit, dat de kunst niet
uit de mens te verklaren is en dat
de kunstenaar, die erkent dat er een
hogere macht boven hem gesteld is.
vol vreugde werkt 'als een kleine
ambachtsgezel onder Gods hemel';
'zelfs in de diepste diepten van hel
bestaan, in armoede, in de
gevangenis, bij ziekte kan het
bewustzijn van een stabiele
harmonie hem niet verlaten'.
Solzjenitsin (overgenomen uit de Christian Science Monitor).
Hij kon dat uit ervaring zeggen,
want noch armoede, noch
gevangenschap en ziekte zijn hem
onbekend gebleven. Hij heeft zijn
leven tot voor kort doorgebracht in
een land, waar het geloof op alle
mogelijke manieren wordt
uitgebannen uit het leven'van de
mensen. Kerkdiensten mogen echter
officiëel gehouden worden, al zijn
door kerksluitingen in het verleden
(en incidenteel ook nu nog), door
administratieve maatregelen tegen
priesters en op andere manieren de
bestaansmogelijkheden van de kerk
en haar contact met de mensen
steeds verder beperkt. Dat de
liturgie nog steeds gevierd mag
worden, is voor de orthodoxe kerk
het enig belangrijke. In de
tsarentijd, toen de orthodoxe kerk
staatskerk was, was ze in het
persoonlijke en in het openbare
leven 'alomtegenwoordig' en kon ze
ook liefdadigheid bedrijven, maar
ook toen was de liturgie, waarin de
gelovigen deel hebben aan het
opstandingsleven, het centrum van
al haar activiteiten.
De orthodoxe kerk is nooit
geïnteresseerd geweest in
maatschappijkritiek en ze is dat nog
niet. Ze kan er zich heel goed mee
verenigen, dat de staat alle sociale
taken voor zich opeist. Haar
vroomheid is een sterk innerlijke en
geestelijke vroomheid, die haar in
staat stelt, alle wisselvalligheden
van de geschiedenis en ook onrecht,
dat haar wordt aangedaan, te
verdragen. Vele Russische gelovigen
vertonen deze eigenschappen ook, ze
lijken in de ziel van de eenvoudige
Russische mens geworteld te zijn.
Solzjenitsin toont zich steeds diep
verbonden met deze Russische mens,
hij komt op voor de ziel van zijn
volk.
Tegen de communistische
maatschappijvorm zou hij
waarschijnlijk weinig bezwaar
hebben, als de communistische
praktijk de mens niet van zijn
menselijkheid beroofde. Zijn
protesten zijn telkens gericht tegen
lafheid, leugenachtigheid,
onderdrukking. Die protesten heefl
hij ook zijn kerkelijke overheid niet
bespaard: in zijn geruchtmakende
Vastenbrief aan Patriarch Pimen,
het hoofd van de Russische
orthodoxe kerk, riep hij de hoge
geestelijkheid op om het voorbeeld
van de eerste Christenen en van
vele priesters en gelovigen in de
eigen kerk te volgen en de weg van
het offer te kiezen. De eerste
Christenen, zo zei hij aan het eind
van zijn brief, werden voor de
leeuwen geworpen, nu verliest men
alleen zijn comfort.
Hem werd van verschillende kanten
verweten, dat hij zijn brief aan het
verkeerde adres gericht had: dat de
patriarch en de bisschoppen
machteloos zijn en dat men niemand
tot zelfopoffering en martelaarschap
mag dwingen. Dit zijn ongetwijfeld
dingen, waarmee rekening moet
worden gehouden, zeker door ons,
die i.7 zoveel minder moeilijke
omstandigheden onze Heer mogen
dienen. Maar misschien heeft
Solzjenitsin door de persoonlijke
moed, die hij getoond heeft en door
,de persoonlijke offers, die hij
gebracht heeft, het recht verworven
om zo te spreken.
meer.raffinement. Zoiêts moest verbo
den worden!
Applngedam
F. Bolt
A. J. Klei constateert in een naschrift
dat de meeste gemeenteleden zich aan
de noden der wereld niets gelegen la
ten liggen maar liever hun conversta-
tie en hun kerkbladen vullen met
klaagzangen over de linkse IKOR-pro-
gramma's. Een insinuerender en
kwaadaardiger opmerking ben ik in
tijden niet tegengekomen. Vele acties
zoals b.v. 'Kom over de brug' etc. zijn
zeker geslaagd omdat alle mensen met
opvattingen als Klei daaraan hebben
bijgedragen. Degenen die zich met
woorden iets aan de noden der wereld
gelegen laten liggen, mogen wel eens
iets doen en niet anderen hun wet
voorschrijven. Overdreven onzin? Na
tuurlijk. Maar dat is het naschrift van
Klei ook.
Hilversum
J. Beelsma
Hervormd Nederland is niet te spre
ken over de synode-beslissing, de ge
reformeerde proeve van een eigentijd
se geloofsgetuigenis de gemeenten
niet in te sturen:
'Het is ons volstrekt onduidelijk wat
daartegen zou kunnen zijn. De over
weging, dat wanneer de synode zo'n
stuk de gemeenten instuurt de men
sen automatisch zullen denken, dat de
inhoud ervan synodaal gezag heeft, is
te beledigend voor mondige gemeente
leden om serieus, te worden genomen.
Die kunnen tegenwoordig namelijk
ook lezen. Dat op de proeve veel is
aan te merken, lijdt geen twijfel en
daar is in de synodevergadering te
recht nogal wat werk van gemaakt,
Maar wat zou dat? Kennis dragende
van deze kritische notities hadden ge
meenten en kerkeraden samen met
gereformeerden er een hartig woordje
met elkaar over kunnen wisselen,
waarmee de duidelijkheid op het
plaatselijke vlak zeer gediend zou zijn
geweest In de zeshonderd hervormde
gemeenten die officieel samen met de
gereformeerden op weg zijn, zal de
proeve de synode ten spijt overigens
toch wel in bespreking komen. Het
enige dat men op Hydepark met het
in portefeuille houden van het stuk
heeft bereikt, is het oproepen van
misverstand en irritatie in gerefor
meerde kring. Als je samen op weg
wilt, moet je niet alleen willen praten
over dingen die je zelf belangrijk
vindt en dan nog geformuleerd op de
manier zoals je dat zelf zoudt doen'.
Koude kermis
Prof. dr. H. N. Ridderbos schrijft in
het Gereformeerd Weekblad (uitgave
Kok), dat prof. Berkouwer en hij met
hun proeve, 'bedoeld om op het stuk
van de confessie tot meer concentratie
en klaarheid te komen, bij de her
vormden van een koude kermis zijn
thuisgekomen. Zelden zag men een
méér verdeeld front zich méér eensge
zind opstellen dan bij deze ontmoe
ting'. Prof. Ridderbos:
'De vorige week is het mij duidelijk
geworden, dat de grote meerderheid
van de Herv. Synode aan een zodanige
concentratie van het kerkelijk belij
den op zich gén behoefte gevoelt, ja
dat zij zelfs een discussie erover in de
Herv. kerk inopportuun acht. De Ge
ref. Bond als ik mij een ogenblik
zo generaliserend mag uitdrukken
wil het niet omdat hij iedere proeve
van een nieuw belijden, waarbij de
integrale en blijvende genoegzaam
heid van de historische drie formulie
ren ook maar een ogenblik discutabel
zou schijnen, bij voorbaat van de
hand wijst. De grote meerderheid van
de niet-Bonders wil het ook niet, om
dat zij de behoefte aan meer confessi
onele duidelijkheid typisch gerefor
meerd vindt, deze zelf niet deelt noch
er een 'markt' voor in de kerk aanwe
zig acht; daarentegen van mening is
dat, wannéér de kerk al tot nieuwe
belijdenisuitspraken zou moeten ko
men, deze zich op iets anders zouden
moeten concentreren dan op een be
vestiging van het historische, reforma
torische geloof. Deze laatste stelling
kan men onderschrijven zolang men
de overtuiging heeft, dat er over de
inhoud van het Christelijk en refor
matorisch geloof een zodanige consen
sus bestaat, dat wij ons nog slechts
over de toepassing daarvan op de 'no
den van deze tijd' en 'de vragen van
de moderne mens* zorgen behoeven te
maken. Men behoeft echter de agenda
van de gereformeerde synodes van de
laatste jaren slechts na te gaan en
men behoeft slechts én middag op
een Herv. Synodezitting te zijn, om te
weten, dat de behoefte aan concentra
tie op het ene nodige en dat een gro
tere duidelijkheid in het belijden
geen introverte en overbodige zelfa
nalyse is, maar een noodzakelijke
voofwaarde om ook aan het spreken
van de kerk naar buiten enige kracht
te verlenen. In de beoordeling van de
ze situatie gaan beide kerken duide
lijk uiteen'.
soort zaken een onpasselijk gevoel te
krijgen. We komen als kerk niet meer
tot een klaar geluid over zaken, die
het hart van de kerk raken. Zodra het
daarover gaat wordt het op de synode
een kakofinie, een door elkaar pratenBBBB^H
en een elkaar tegenspreken. We we- Qp (Jg DrOGf
ten nauwelijks meer wat we als kerk
nog belijden. Maar inmiddels matig
den we ons over zaken van de wereld
politiek een oordeel aan, waaraan we
ook nog menen dat het recept ervoor
zo maar in de Bijbel te vinden is.
Een beschamende zaak'.
onverantwoord laten we de mensen
die in de kerk komen in hun Tele-
graaf-ideologie èn dito theologie
voortleven (dit aantal is, lijkt mij,
groter dan velen denken)'.
Tenslotte ds. A. T. Resselaar in Ten
minste, maandblad voor informatie en
gesprek over de verhouding Reforma
tie/Rome:
Onpasselijk
Ir. J. van der Graaf reageert in De
Waarheidsvriend op de synodediscus
sie over Guinee-Bissau en Zuid-Afrika:
'Zo langzamerhand begin ik bij dit
Onverantwoord
Opmerkelijk is daarnaast dit oordeel
van prof. dr. Kr. Strijd in Woord en
Dienst (geschreven vóór de synodezit
ting):
'Op allerlei vragen weten wij wel een
antwoord in de kerk. Maar als het
over de Nato en over Chili, over de
oliecrisis en Suriname, enz. gaat, wor
den we plotseling deemoedig. De pro
blemen zijn dan zo 'ingewikkeld'. Het
roept herinneringen op aan veel wat
in de Duitse kerken indertijd gebeur
de. Intussen en dat is pastoréél zo
'We zullen ons er op moeten instellen
dat het geloof van hen die zich willen
inzetten voor de door Christus gewil
de eenheid in verscheidenheid nog be
hoorlijk op de proef zal worden ge
steld. Op zichzelf zijn de weerstand
en het oponthoud niet zo verwonder
lijk. Zij\begeleiden elke christelijke
vernieuwingsbeweging en als die be
weging geestelijk sterk genoeg is
dat wil zeggen als zij werkelijk iets
heeft van de Geest die wij (met
schroom) heilig noemen dan zal zij
niet opgehouden en geblokkeerd kun
nen worden. Die gedachte zou een
enorme bemoediging kunnen zijn in
moeilijke dagen voor vele rooms-ka-
tholieke ep, andere christenen'.
Minister Van Doorn van CRM heeft zaterdag in liet Amsterdamse Van Goghmuseum geposeerd voor
een groep van vijftig kunstenaars. Zowel beroeps- als amateurschilders en -tekenaars hebben hier
geprobeerd de minister te portretteren.
HET VOGELTJE
Daarmee eindigt het verhaal van van
daag. Mozes is gevlucht naar Midian,
een stam, een clan van discutabele
herkomst. Komen ze van Abraham af
of zijn het Kenieten? Hoe heet die
schoonvader nu, Rehuël, Jethro of
Hobab? Wie zal het zeggen? Maar er
is een put. En bij putten komen in
deze verhalen altijd huwbare meisjes
die water komen halen voor het vee.
En bij putten is ook vaak ruzie, want
een put is van levensbelang, een
schaarse zaak en al onze ruzies ont
staan altijd om schaarse zaken. Op
nieuw toont Mozes zich een leider, ie
mand die weet van ingrijpen. De kwa
de herders komen met hem in moeite.
Als het verhaal van de verlossing
door de Egyptenaar aan vader verteld
wordt, maakt deze zich bijna boos: die
man moet hier komen. Gastvrijheid is
onder nomaden een zaak van hoog
aanzien. Want wat moet een mens al
leen in de woestijn? Mozes komt goed
terecht. De priester van Midian geeft
hem zijn dochter 'vogeltje' (Zippora)
tot vrouw. Het kan niet mooier. De
geschiedenis herhaalt zich. En ze krij
gen een kind, dat de naam Gersom
draagt: daar was ik een vreemdeling.
Volgens de latere wet mag hij haar
met trouwen, maar er zijn nu een
maal wetten die verschijnen en ook
weer verdwijnen. Het einde is goed.
De verteller is waar hij wezen wil.
Het heeft even geduurd, hij moest de
aanleiding van de vlucht vertellen en
hij moest ons laten weten hoe hij
daar terecht kwam, maar nu is het zo
ver. De toekomstige leider is in zijn
woestijn, in zijn afzondering om zich
daar voor te bereiden op zijn werk.
Het werk dat hem wacht en waarvan
hij zelf nog niet weet. Veertig jaar
zal dit duren, 't Is ook geen kleinig
heid. Er zal iets van de grond moeten
komen waarvan mensen tot het einde
weer hun hoop zullen vestigen, de
exodus. Wat zijn daarbij vergeleken
veertig jaar in Midian? Er zit een
plan in dit verhaal. Het gaat om din
gen die ons vandaag bewegen, die een
volk zullen helpen een lange tocht te
maken, door eeuwen heen, om nooit
de moed te verhezen. En daarom
staat daar zoiets 'kleins', Zippora, vo
geltje, en Gersom, ik was een vreem
deling. Als een kleine randversiering,
een miniatuur: 't gaat beginnen!
(Exodus 2, 15-22).
Van een onzer verslaggevers
ZEIST Ds. J. de Lange te Rijssen
is benoemd tot voorzitter van de gere
formeerde zendingsbond (GZB) in de
hervormde kerk. Hij volgt wijlen ds.
.T. van Sliedregt op. Ds. De Lange
(64) was, voordat hij in 1965 predi-
kant te Rijssen werd, negen jaar di
rector van de GZB.
in zijn maandblad 'Alle den volcke'
deelt het bestuur van de GZB mee,
zich gedwongen te zien 'zowel door de
grote noden, die er zijn in de volke
renwereld, als door de grote offer
vaardigheid uit onze gemeenten', om
waar mogelijk het werk uit te breiden
of nieuw werk te beginnen. Gezocht
wordt naar een nieuw werkterrein en
naar nieuwe medearbeiders in het
zendingswerk.
De GZB heeft met name behoefte akn'
vier predikanten, twee voor de Torad-
jakerk op Celebes, een voor de her
vormde kerk van Oost-Afrika en een
als docent naast dr. H. Goedhart aan
het Saint Pauls College in Limoeroe,
Kenia, en voorts aan een technisch
man. die op de hoogte is met electri-
citeit, motoren en bouwmaterialen
voor Kenia.
De algemene vergadering van de GZB
wordt woensdag 29 mei gehouden.
ROTTERDAM De oud-katholdeke
bisschoppen van Nederland zijn ervan
overtuigd, dat hun kerk naast haar
oecumenische taak zeer beslist ook
een eigen taak en opdracht heeft te
vervullen.
Zij schrijven dit in hun jaarlijkse vas
tenbrief. 'Wij zijn van mening, dat
het de taak en de opdracht van onze
kerk is om, evenals in het verleden,
de volheid van het katholieke en
apostolische geloofsbezit van de kerk
der eeuwen in alle zuiverheid door te
geven aan de komende geslachten.
Dat betekent de opdracht om onwrik
baar vast te houden aan het katholie
ke en apostolische belijden omtrent
de kerk, haar ambt en haar sacramen
ten,' aldus de bisschoppen Kok, Van
Kleef en Jans.
Van een onzer verslaggevers
VOORTHUIZEN De Stichting voor
Ouders van autistische kinderen wil
beter onderwijs voor deze groep kin
deren. Op de eerste vergadering van
de stichting, zaterdag in Voorthuizen,
bleken vele ouders behoefte te heb
ben aan betere voorzieningen. Autisti
sche kinderen hebben weinig of geen
contact met mensen in hun omgeving
en komen daardoor zeer moeilijk tot
praten. Een deel vatf de kinderen
groeit op in inrichtingen maar de
nieuwe stichting streeft ernaar zo
veel mogelijk van deze kinderen thuis
te laten blijven. Dan moeten er wel
aangepaste scholen komen.
Verder wil de stichting meer inspraak
bij het beleid van de overheid, ver
lichting van de taak van de ouders,
(bijvoorbeeld door huishoudelijke
hul en een vlottere hulpverlening
van de verschillende instanties. De
ouders die zaterdag in Voorthuizen
bijeen waren, willen verder contact
groepen opzetten om hun problemen
met elkaar te bespreken. Het adres
van de stichting is: De Steenkamp 90.
Voorthuizen.