Doorbraak naar biologisch voedsel
j nieuure
reiru
nieuure
reiru
nieuure
reu u
V
«••••••••••A
-Pieter Boxmans tuinbouwvereniging (van de Twekkeler Es) maakt school
jjllOUW/K
;OUW/KWASTET ZATERDAG 11 NOVEMBER 1972
BUITENLAND/BINNENLAND
T21/K21
Pe B.B.C., de oudste omroep-organisatie ter wereld, bestaat dinsdag vijftig jaar. Op ons
verzoek schreef de heer H. Schaafsma een beschouwing over dit jubileum.
Pe heer Schaafsma is directeur van de Culturele Raad van Noord-Holland. Hij publiceer
de o.a. over radio- en televisievraagstukken.
VIJFTIG
Peter Ustinow, een paar weken
releden, in de televisiestudio IV
ran de N.O.S., als compère in het
jrogramma dat een aantal conti-
ïentale omroepinstellingen de
5.B.C. aanbiedt bij haar vijftigste
reijaardag: 'It's the style that
natters with the B.B.C., and not
he contents'. (Bij de B.B.C. komt
iet aan op de stijl, niet op de
nhoud).
Waarschijnlijk zou J. W. Reith, die in
1922 de stoot heeft gegeven tot de
iprichting van wat bij oudgedienden
nog altijd 'the Corporation' heet, deze
j-pering hebben gewaardeerd. Want
ioe\vel de toen vrij onbekende elec-
rotcchniach ingenieur een man was
lie graag kennis- en cultuurinhouden
(verdroeg aan anderen, kenmerkte
net alleen zijn persoonlijk optreden
naar zijn hele levenshouding zich
loor het begrip 'style', dat zich met
tijl alleen niet laat vertalen. Om het
och even, bij benadering, te probe-
■en: niet de stijl van kledingmagazij-
die zich House of England noe-
nen, maar die van het House of
'arliament. Niet de stijl van pubs,
drijfjachten en paardenraces, maar
lie van Oxford, het British Museum
in het volksontwikkelingswerk. Een
tijl die de keuze van de inhoud
(epaalt.
)e 'pomp and circumstance' beperkt
ieh bij de Corporation tot de witte
landschoenen, die de portiers onder
ïun epauletten hebben gestoken, en
ie lintjes op de uniformen van die
lortiers. Dat is een voorbijgaand ver-
chijnsel. Want de laatste generatie
intse oorlogsveteranen is hard op
reg naar de AOW. De stijl evenwel is
n de programma's de laatste halve
euw constant aanwijsbaar aanwezig
Lorf Reith, de bestuurder die zo sterk zijn persoonlijk stempel op
de BBC heeft gedrukt.
ADVERTENTIE
f 'n halfuurtje
0 puzzelen voor een
draagbare t.v.
...een der vele wekelijkse J
prijzen in Nieuwe Revu's 9
oergezellige PUZZEL- 9
MARATHON. Doe fijn mee 9
9 en win 1
•nu
Z in de winkel voor 1,-.
geweest, heeft het beleid steeds be
paald. Een stijl die zou kunnen wor
den aangeduid als 'public spirit'. Mis
schien is het zelfs wel meer door die
stijl, waaruit de verder niet in codes
vastgelegde criteria voor de program
mamakers voortvloeiden, dan door de
inhoud van de uitzendingen als zoda
nig, dat er nogal eens heftige span
ningen zijn ontstaan tussen Broadcas
ting House en Westminster.
Ook voor de overtuigde conservatief
Reith betekende de stijl geenszins een
vasthouden aan de opvatting van het
'right or wrong my government*. Zou
dat het geval zijn geweest, dan had
hij trouwens als eerste directeur van
de particuliere British Broadcasting
Company niet een omroepstructuur
bepleit waarin de staat als voornaam
ste taak heeft de onafhankelijkheid te
garanderen.
Voorbeeld en ideaal
De B.B.C. is jaren lang het voorbeeld
en het ideaal geweest van vrijwel
allen die iets met de omroep te
maken hadden, waar ook ter wereld.
Daarbij is vaak over het hoofd gezien,
dat in elk land de omroepmedia, in
hun organisatie en in het gebruik dat
ervan wordt gemaakt, een afspiegeling
zijn van de sociaal-culturele structuur.
Het aardige is, dat de ontwikkeling
van de radio-omroep zich desondanks
in bijna alle landen waar de parle
mentaire democratie de aanvaarde
staatsvorm was, heeft onttrokken aan
de beleidsdenkbeelden van de desbe
treffende ministers. In de Verenigde
Stalen zag het er kort na de eerste
wereldoorlog naar uit, dat de marine
ccn rechtstreekse greep zou krijgen
op de omroep. En ook toen de elec-
tronische industrie zich van de con
trole over de machtigste radiostations
had verzekerd, kon <in 1923) Hoover
het Congres nog voorhouden, dat na
tuurlijk radioprogramma's nooit mis
bruikt zouden mogen worden voor het
uitzenden van reclameboodschappen.
Het Nederlandse omroepsysteem, dat
in beginsel wellicht het meest demo
cratische ter wereld is, heeft zich
kunnen vormen zonder dat regering
en parlement er werkelijke invloed op
hadden. Het is eigenlijk een eerste
duidelijk voorbeeld van invloed van
'onderop' geweest: de vrije omroepor
ganisaties, waarvan het bestaan pas in
1939 door de overheid formeel werd
erkend en gegarandeerd, zijn voortge
komen uit kleine actiegroepen. Van
mensen die doorgaans beter dan de
politieke of kerkelijke leiders voorza
gen, welk een belangrijk middel tot
communicatie (met de 'eigen kring'),
informatie en culturele emancipatie
de radio zou kunnen zijn.
Niettemin laat de structuur van de
Nederlandse omroep zich niet los den
ken van het zuilensysteem, de vor
ming van maatschappelijke en cultu
rele organisaties op basis van levens-
of wereldbeschouwing. Zoals de struc
tuur van de Amerikaanse omroep niet
los kan worden gedacht van de meest
in het oog lopende karaktertrek van
de Amerikaanse maatschappij: geld
succes; succes geluk; iedereen heeft
de mogelijkheid geld te maken en
daarmee zijn geluk te kopen.
'Public service'
Als institutie behoort de BBC thuis
in het geestelijk klimaat van een
land, dat nooit behoefte heeft gehad
aan een formele grondwet, om het
functioneren van zijn democratische
instellingen te waarborgen. Een land
ook, waar ambtenaren 'public ser
vants' heten, dienaren van de publie
ke zaak; waar ruwheid in de sport en
wreedheid in de jacht, gepaard gaan
met strenge spelregels, en hun contra
punt vinden in zeer strikte normen
van burgerlijk fatsoen, in een ferven
te bescherming van hulpeloze huisdie
ren.
Zo'n globale karaktertekening is ris
kant. Wil men echter de stijl van de
BBC verklaren, dan is het toch ver
antwoord ervan uit te gaan. Het is
misschien niet helemaal toevallig dat
de leiding van de particuliere Britse
•imroepmaatschappij in 1922 door de
industriëlen die haar hadden opge
richt in handen werd gelegd van J.
W. Reith. Een bekwaam ingenieur.
Maar ook typisch een product van de
'upper middleclass'. Opgegroeid in de
sfeer van de public schools en de
traditionele universiteiten. Man van
grote eruditie, vooral ook man van
sterk karakter en sterke wil. Over
tuigd van de mogelijkheid om mensen
geestelijk te verheffen door over
dracht van cultuur.
Reith's belangrijkste trek was zijn zin
voor rechtvaardigheid. Voor 'fairness',
zoals de Brit met zijn liefde voor
understatements ook al zo'n woord,
dat zich eigenlijk niet laat vertalen,
en daarmee aangeeft hoe hecht de
band is tussen cultuur en taal het
zou noemen. Hij was er zich van
bewust, dat de radio-omroep, de draad
loze telefonie, voorlopig een monopo
lie-aangelegenheid zou blijven. Niet
alleen door de hoge kosten van inves
tering in studio's en zenders. Ook
omdat er maar weinig golflengten
waren die zich leenden voor het over
seinen van programma's over grote
afstanden. Hij wist ook, dat de toewij
zing van golflengten een zaak van
regeringsverantwoordelijkheid moest
blijven. Omdat het internationale
etherspectrum nu eenmaal roofbouw
niet toelaat.
Het in 1960 geopende BBC-tv-centrum in Londen.
Krachtproef
Voor de latere lord Reith was de
omroep vooral, een middel tot sprei
ding van cultuur. Hij zag daartoe bij
een commercieel monopolie weinig of
geen garanties. Zijn vertrouwen in de
overheid was groter, al zou een regel
recht staatsmonopolie hem evenzeer
een gruwel zijn geweest. Maar per
sint van rekening liet harer majesteits
regering ook de organisatie van het
onderwijs, de voorzieningen voor het
volksontwikkelingswerk en de cultuur
een ruime mate van vrijheid en zelf
standigheid, zonder zich aan haar fun
damentele verantwoordelijkheid te
onttrekken.
Op aandringen van Reith benoemde
de regering een koninklijke commis
sie. die in 1925 adviseerde de verzor
ging van de omroep toe te vertrou
wen aan een onpartijdg, publiekrech
telijk lichaam. De company werd cor
poration. Openbare dienstverlening
(publicservice) zou haar opdracht
zijn. Het hoogste formele gezag kwam
in handen van een klein aantal be
stuurders (governors), die geen belan
gen mochten hebben bij de electroni-
sche industrie, noch politieke functies
mochten bekleden. De governors dele
geerden de dagelijkse leiding aan de
directeur-generaal en zijn staf.
De BBC ontleent haar onafhankelijk
heid aan een Handvest (Royal Char
ter) dat in de regel eens in de tien
jaar moet worden herzien. De rege
ringscommissie die daarmee wordt be
last heeft als taken na te gaan of de
Corporation in onafhankelijkheid vol
doet aan haar plicht tot voorlichting,
opvoeding en ontspanning van het
publiek. Zij heeft ook te oordelen
over de technische mogelijkheden en
het gebruik dat daarvan wordt ge
maakt.
Hoewel de postmaster-general (minis
ter van PTT-zaken) de governors be
noemt, is de BBC geen staatsomroep.
Sinds 1926 hebben de achtereenvol
gende kabinetten dit, vaak tot hun
ongenoegen, ondervonden. De grote
krachtproef kwam al direct nadat
jaar. toen de algemene werkstaking
niet alleen het gehele economische
leven lamlegde, maar ook voor het
eerst de situatie schiep dat een volk
voor zijn dagelijkse informatie uitslui
tend op de radio was aangewezen. De
grote stakingsbreker in het kabinet-
McDonald was de conservatieve onder
minister van Binnenlandse Zaken,
Winston Churchill. Hij oefende op
allerlei manieren druk uit op de
BBC, haar zendtijd rechstreeks ter
beschikking van de regering te stel
len. Zijn partijgenoot Reith, als trouw
conservatief een even groot tegenstan
der van de staking als Churchill' zélf,
verzette zich met hand en tand daar
tegen. Hij heeft de strijd glansrijk
gewonnen. De BBC zond noch rege-
ringspropaganda, noch vakbondspropa-
ganda uit. Zij berichtte in haar
nieuwsuitzendingen wel werkelijk
heidsgetrouw over de besluiten van
de regeringen en de ontwikkelingen
in het kamp van de stakers.
Veel is er veranderd sinds de jaren
dat Reith het gezicht van de BBC
bepaalde. Enkele van zijn geliefde
uitgangspunten zijn later heftig be
streden. Toch werken de belangrijkste
ervan in hun strekking nog door. Dat
geldt bijvoorbeeld voor de opvatting
'dat het beter is het publiek te over
schatten dan het te onderschatten'.
Ook al zal er waarschijnlijk geen
ADVERTENTIE
*9999999999+
'n halfuurtje
puzzelen voor een
filmset».
programmamaker meer te vinden zijn
die het nuttig acht, op de gunstigste
zendtijd, van half acht tot acht uur 's
avonds, de volledige dialogen van Pla
to als feuilleton uit te zenden. (Er
was toen nog maar één radioprogram
ma.)
De zenderkleuring, waarmee de BBC
aan het eind van de jaren'40 het spits
heeft afgebeten, was volledig in strijd
met de beginselen van de welwillende
paternalist die Reith zijn leven lang
is gebleven. In The Times tekende hij
waardig maar fel protest aan tegen de
splitsing van de programma's in
'light' (ontspanning), 'home service'
(algemeen vormend) en 'third' (cultu
reel, avantgardistisch). In zijn visie
was dat ondemocratisch. Maar de stel
regels omlrent 'controversial broad
casting' (discussieprogramma's tussen
politieke tegenstanders) en omtrent
het 'eerlijk evenwicht' (fair balance)
in de programmering, dat aan de
onpartijdigheid van de BBC als zoda
nig onlosmakelijk verbonden hoorde
te zijn. lagen geheel in zijn lijn.
In 1954 :s de B.B.C. haar monopolie
kwijt geraakt. Na een boeiende poli
tieke strijd, waarin ambitieuze conser
vatieve backbenchers en pressiegroe
pen uit de reclamewereld een belang
rijk aandeel hebben gehad. Eigenlijk
tegen de zin van eerste minister
Churchill, en zeker tegen de geest
van zijn erfvijand lord Reith. kwam
de Televisiewet tot stand. Maar het
aardige is, dat de Independent Televi
sion Authority die volgens deze wet de
laatste verantwoordelijkheid draagt
voor de verdeling van de zendtijd
over commerciële maatschappijen en
voor de programmakwaliteit, wordt
benoemd door dezelfde minister die
ook de governors van de B.B.C. aan
wijst.
Te groot?
...een der vele wekelijkse
prijzen in Nieuwe Revu's
oergezellige PUZZEL
MARATHON. Doe fijn mee
en winl
NU
in de winkel voor 1,-T
V
De Corporation is groot geworden, te
groot menen velen. Ze lijdt vaak
zichtbaar aan de kwalen die de ge
zondheid van elk te omvangrijk li
chaam voortdurend dreigen te onder
mijnen. Ondanks een grote mate van
delegatie van bevoegdheden naar men
sen die rechtstreeks bij het program-
mamaken betrokken zijn, is de be
sluitvorming nogal eens traag. Critici
plegen de BBC 'auntie' te noemen, en
bedoelen daarmee een ouwe, zeurderi
ge. betweterige tante. Billijk is dat
niet. Wan» al lijkt het vaak. alsof
toegegeven wordt aan de druk van
een behoudende publieke opinie of
van leidende politici die zich in hun
beleid bedreigd voelen, op de iets
langere termijn wint tot dusver steeds
weer de onafhankelijkheid.
Het is de BBC die de aanzet heeft
gegeven tot regionale decentralisatie
van de radio-programma's, al in de
jaren '30; het is de BBC die de eerste
plaatselijke radiostations heeft opge
richt in de jaren '60; het is de BBC
die zo lang ze bestaat pionierswerk
heeft verricht op het gebied van
schoolradio, later schooltelevisie. In
het oude vervallen Alexandra Palace,
waar in 1936 de eerste regelmatige
televisiedienst ter wereld zijn activi
teiten begon, werd door de nieuws
diensten van de BBC met nieuwe
formules geëxperimenteerd, toen mon-
sterprodukties als de Forsythe Sage al
lang volgens een bijna industriële
methode in het grote (maar al bij de
ingebruikneming te kleine) Televison
Centrp werden geproduceerd.
Natuurlijk is het een tegenvaller, dat
minister Chataway nu ook de ITA de
mogelijkheid geeft plaatselijke radio
stations op commerciële basis op te
richten. Maar het ziet er niet naar
uit, dal de oud-hardloper daarmee de
BBC klein zal krijgen. De competitie
tussen de twee grote omroepinstellin
gen is trouwens van het begin af in
Britse stijl gevoerd: de invloedrijkste
directeur-generaal die de BBC na de
tweede wereldoorlog heeft gehad, sir
Hugh Greene, is in het midden van
de jaren '60 wat teleurgesteld vertrok
ken. Even is de katholieke socialist
Greene lid van de Board of governors
van de Corporation geweest. Nu
maakt hij deel uit van het bestuursor
gaan van de onafhankelijke (commer
ciële) omroep. En toen de socialisti
sche eerste minister Harold Wilson
vond dat de BBC iets meer aan
banden moest worden gelegd, haalde
hij de conservatieve lord Hill of Lu-
ton weg bij de ITA, waarvan hij
president was, om hem het voorzitter
schap van de bestuursraad van de
BBC op te dragen.
Het hoort trouwens bij de stijl van
Groot-Brittannië en van de BBC, dat
de vroegere huisarts Hill zijn adelsti
tel heeft te danken aan de medische
voorlichting die hij in de jaren als
'radiodokter' het publiek heeft gege
ven.
(ADVERTENTIE)
'n halfuurtje
puzzelen voor een J
cassette-recorder...
...een der vele wekelijkse J
prijzen in Nieuwe Revu's 9
oergezellige PUZZEL-
MARATHON. Doe fijn mee
en winl q
NU
A in de winkel voor 1,».
••••••MM
door Jac Lelsz
ENSCHEDE De Twentse Biologische Tuinbouwvereniging, die
opereef t op de Twekkeler Es in Enschede, lijkt school te gaan maken.
Een van de mooiste overwinningen vindt men dat de laatste tijd drie
bepaald niet zo kleine boeren uit deze contreien tot het onbespoten
voedsel (om het eenvoudig te zeggen) zijn bekeerd. Het aantal leden
van de Biologische Tuinbouwvereniging is in enkele jaren meer dan
verdubbeld en loopt nu naar de tweehonderd en men komt dan ook
veel grond tekort. Ook elders in Nederland sijpelen de gedachten,
die aan het onbespoten voedsel ten grondslag liggen door, en vanuit
Maastricht is reeds het bericht ontvangen dat een hele volkstuinders-
vereniging er op overgeschakeld is.
Dat vertelt ons Pieter Boxman, de
Promotor van de Biologische Tuin
bouwvereniging in Twente, niet al
leen de voorzitter maar de onbetwiste
leider van deze club. In het kader van
fle complementaire werkgelegenheid
Is hij werkzaam op een administratief
service-centrum en als zodanig in be
paalde zin ambtenaar van de gemeen
te Enschede, maar van oorsprong is
hij botanicus. Een westerling, die aan
vankelijk zijn kop stootte aan het
Twentse volkskarakter, dat in princi-
Pe zijn reserves heeft ten opzichte
van wie niet 'één van ons' is, maar
die nu in elk geval met een groep
Enschedecrs lezen en schrijven kan.
Daarbij kwam, dat velen vanwege zijn
weeën inzake het biologische tuinder-
schap dachten dat hij een beetje gek
was. Sommigen denken dat nog, maar
dat laat hem koud.
De leden van de Twentse Biologische
Tuinbouwvereniging zijn niet alleen
noeste tuiniers, die zich verlustigen
'n het onbedorven voedsel, dat zij van
bun eigen lapje grond halen, maar zij
willen ook we' eens als pressiegroep
optreden. Hun laatste activiteit in dit
opzicht is een brief aan de minister
van landbouw en visserij, waarin zij
de heer Lardinois verzoeken te voor
komen, dat de gemeente Enschede
haar industrieterrein uitbreidt in de
omgeving van de Twekkeler Es. Zou
het Twentekanaal hier enige znarmen
krijgen, dan zou dat dodelijk zijn
voor het biologisch tuinbouwproject.
Ook wordt gewaarschuwd tegen het
door h't gemeentebestuur aan de
landbouw beschikbaar gestelde riool-
slib, dat tot vernietiging van de hu-
musstructuur leidt, tot het dichtslaan
van de bodem, tot het afsterven van
de biotoop in de watergangen. 'Het
blijft ons', aldus de brief aan de
minister, 'beangstigen dat nog ner
gens voldoende is doorgedrongen dat
het verloren gaan van onze macroflo
ra en -fauna begonnen is met het
vernietigen van de microketens onder
onze voeten'.
Boekjes
De heer Boxman heeft zijn opvattin
gen neergelegd in een drietal gesten
cilde boekje?: 'Ploegen en spitten',
'Aardappelen, groente en kleinfruit'
en 'Kruiden', geschriften die in En
schede maar ook elders in het land
door een aantal mensen nauwlettend
wordt bestudeerd en als handleiding
gebruikt bij het bewerken van hun
land en het telen van hun gewassen.
Aan het schrijven van deze handlei
dingen zijn jaren van studeren vooraf
gegaan. En nok van experimenteren,
waarbij studenten, onder meer van de
TH-Enschede, hem assisteerden. Vol
gens Boxman heeft dit hier en daar al
tot opmerkelijke resultaten geleid. Bij
het Johanneskerkje te Twekkelo bij
voorbeeld komt, nu er biologisch
wordt te werk gegaan, de stekelnoot
weer voor, die in heel Nederland zou
zijn uitgestorven. Ook de moeras-
cypres, het fonteinkruid en de daphne
vindt men er weer. De kikkerstand
neemt er, in tegenstelling tot het
algemene beeld, de laatste tijd weer
toe.
Er wordt zegt Boxman, op 'maagdelij
ke' grond gewerkt, een bodem die
niet vergiftigd is met stikstof en an
dere chemicaliën. Spitten wordt als
tegennatuurlijk beschouwd, daarom
wordt de mest bovengronds toege
diend. Voor de bemesting wordt orga
nische mest gebruikt, kalk en zaagsel.
Ziekteverwekkers (grondaaltjes en
dergelijke) komen in het domein van
de biologische tuinders niet meer
voor.
Roer moet om
De heer Boxman heeft, behalve dat
hij zich wierp op het onderwerp, dat
hem volkomen jn de ban heeft en dat
hij met bijna onbegrensd idealisme
uitdraagt, de biologische teeltwijze,
een uitgebreide studie verricht voor
het Natuurhistorisch Museum in En
schede. In ruim drie jaar analyseerde
hij vijftienhonderd florakaarten van
de vroegere Twentse bioloog Dirk La-
ko. Hij vergeleek ze met de gegevens
van biologen als Thijsse, Heymans en
Heinsius. Een nogal schokkende con
clusie was dat meer dan een derde
van de Overijsselse plantensoorten
sinds '63 is uitgeroeid.
Hij vindt dat het roer met spoed om
moet. Dat zou onder meer moeten
betekenen, dat het gebruik van chemi
sche bestrijdingsmiddelen wordt ver
boden. Op kunstmest zou de overheid
zware belastingen moeten leggen.
Daar zit zwavelzuur in. Via het gewas
wordt dit door de mens geconsu
meerd. Een van de gevolgen is: maag
klachten.
Boxman: 'Hele culturep zijn verdwe
nen door hun landbouwpolitiek. Egyp
te, Assyrië, Babyion, noem maar op.
Ze namen meer dan de rente van het
land. Er werd roofbouw gepleegd. Om
bijvoorbeeld aan gerst te komen,
spaarde men geen bos. Nu zijn we
met iets dergelijks bezig, maar op
wereldschaal. Tot ongeveer de zeven
tiende eeuw hadden we de drieslag:
het eerste jaar winterkoren, het twee
de jaar zomergraan, het derde jaar
rust.
Toen ontdekten we dat meststoffen de
produktie konden verhogen, maar dat
was nep omdat we op de humusvoor-
raden gingen teren. Kunstmest is uit
den boze, en spuiten ook. Wel zijn
koraalalgen (vermalen zeeflora en -
fauni) een goede bemesting gebleken.
Rottesd compost onder de grond stop
pen, is ook fout omdat het de boel
vergiftigd. De grond moet zo weinig
mogelijk bewerkt worden, omdat we
anders de ondergrond vernielen met
fosfaten en de bovengrond bloot stel
len aan zon en erosie. Onze grond, die
van de biologische tuindersvereniging,
mest zich zelf aan. Wij toetsen ons
aan de natuur, en produceren zo ge
zonder en economischer'.
De heer Boxman weet dat hij, evenals
andere pioniers in dit opzicht, Van
Nispen van Sevenaer te Zevenaar en
anderen, velen tegen zich heeft.
'Maar', zegt hij, 'uit allerlei dingen
blijkt, dat er een doorbraak aan de
gang is. Ik ken genoeg boeren, die al
niet meer spuiten als het om voedsel
voor eigen gebruik gaaf. Eén passage
uit zijn kruidenboekje is te mooi om
u die te onthouden. We geven u die
door, uiteraard, wat de inhoud be
treft, geheel voor zijn rekening. Mo
derne kwalen in de menselijke sfeer
(apathie enz) vergelijkt hij, wat de
oorzaak betreft, met een situatie in de
dierenwereld: 'De mooie graslanden
van geselecteerd gras die de boeren
nu hebben, leveren met behulp van
kunstmest, kali, stikstoffen en chemi
sche onkruidbestrijdingsmiddelen een
overvloed aan gras maar niet aan
de zogenaamde wilde kruidenplanten.
Deze zijn weggespoten met gifstoffen
waarvan we de draagwijdte nauwelijks
beseffen. Heerlijk geurende kruiden
die nog niet zo lang geleden de
weilanden, bermen, sloten en sloot
kanten sierden en de lucht zwoel en
aromatisch maakten, zijn weg. Deze
kruiden hielden de dieren gezond en
gaven ze levenslust, geestkracht en
plezier in het leven. Waar zijn de
koeien, pinken, kalveren en lammeren
gebleven die, wanneer ze voor het
eerst in het voorjaar losgelaten wer
den, als gekken rondrenden en het
hart van de mensen verheugden?
Door eenzijdige voeding lopen ze lus
teloos rond en nu zijn levende schep
sel gedegradeerd tot vlees- en melkle-
veranciers'.
Pieter Boxman snuift op de Twekkeler Es in Enschede, het domein
van de Twentse Biologische Tuinbouwvereniging, de rechtschapen
geur van een heilzaam kruid in.