Frans Stroethoff over
de Jordaan en godsdienst
Onduidelijkheid in
zondagsschoolwerk
Stroethoff op tv
Trouw
Kwartet
In gesprek met vijf
zondagsschoolvereniginge n
vandaag
Beroeplngswer
Boekenetalage
TROUW/KWARTET DONDERDAG 19 OKTOBER 1972
KERK T2/K2
'Ik wil door de Jordaan. U kunt
mij niet tegenhouden', zei
koningin Wilhelmina tegen
burgemeester De Vlugt van
Amsterdam, toen zij in 1936,
ter gelegenheid van haar 40-jarig
regeringsjubileum in Amsterdam
vertoefde. De rijtoer door de
Jordaan hier de stoet in de
Willemsstraat werd een
ongedacht succes.
Dr. Grabandt ontmoet in (proefschrift):
Van een onzer verslaggeevrs
LEIDEN De Haarlemse lutherse predikant (straks: Haagse gods
dienstleraar) L. G. Chr. Grabandt is gisteren aan de rijksuniversi
teit te Leiden bij prof. dr. P. Roest gepromoveerd tot doctor in de
godgeleerdheid op een studie over de godsdienstige beïnvloeding in
zondagsschool en kinderdienst. In zijn proefschrift, dat hij de titel
'Op zoek naar eeloof' gaf, brengt dr. Grabandt o.m. verslag uit van
zijn gesprekken met zondagsschoolmensen. Deze gesprekken brach
ten, aldus dr. Grabandt, onduidelijkheid in het zondagsschoolwerk
aan het licht.
door JAN ROELFS en HENK BIERSTEKER
'Ik zie ze weer voor mij. Moeder,
voor de koffie zorgend, de koffie
molen stijf tussen haar knieën,
onderwijl met grootmoeder pra
tend en vader en grootvader druk
en levendig beiden de lange
stenen pijp in de mond, het z.g.
'joodje' dat je bij Ploos van Am-
stel in de Hartenstraat, een ge
renommeerde tabakszaak, bij een
half ons cadeau kreeg de kan
sen van de Boerenoorlog in Zuid
Afrika overwegend.
Dit is een passage uit de jeugdherin
neringen van de nu 75-jarige Amster
damse (Jordaan) evangelist, Frans
Stroethoff, die veertig jaar directeur
was van de Amsterdamse vereniging
'Tot Heil des Volks'. Hij beschrijft
zijn leven in het onlangs verschenen
boek 'Er zijn geen grenzen
Stroethoff wijdt het eerste deel van
zijn memoires aan zijn schooltijd, de
armoede van het volk, vooral in wij
ken als de Jordaan, de tb.c., diphte-
rie. drankzucht, de opkomst van de
S.D.A.P., maar vooral het kerkelijk
patroon van zijn tijd. Hij was de zoon
van een loodgieter, die zich door
zelfwerkzaamheid een functie in het
bankvak verwierf, totdat de crisistijd
hem brodeloos maakte. In de jaren
dertig werd hij directeur van 'Het
Heil' in de Willemsstraat, samen met
'De Vertireiding der Waarheid' reveil-
verenigingen, die niet alleen evange
lisch maar ook maatschappelijk grote
verdiensten hebben gehad.
Stroethoff beschrijft die andere Jor
daan, de wijk aan de voet van de
'ouwe Wester', toen deze nog volop
een karakteristieke volkswijk was. Ou
deren zullen in dit ongekunsteld
weergegeven tijdsbeeld tal van her
kenningspunten aantreffen, zeker ook
namen van vrijwel legendarisch ge
worden predikanten en volksfiguren
uit die tijd. Stroethoff onderging in
vloeden van het Leger des Heils, het
toenmalige Nederlands Jongelings
Verbond en was reeds de ziel van
'Het Heil', tijdens de omstreden be
zoeken van koningin Wilhelmina aan
de Jordaan, zowel vóór als na de
oorlog. Hij geeft daarvan treffende
ooggetuigeverslagen.
Het gebouw van 'Het Heil' in de
Willemsstraat is een trefpunt geweest
van de illegaliteit (Stroethoff noemt
onder meer de naam van Van Rand
wijk). Het was dan ook niet verwon
derlijk, dat hij door de Duitsers werd
In het tweede deel van de memoires
gaat het over datgene wat het leven
van Stroethoff en zijn vrouw na de
bevrijding geheel heeft beheerst: de
boodschap van de genezende kracht
der evangelieprediking. Uitvoerig en
enthousiast verhaalt hij van zijn diep
ingrijpende ontmoetingen met namen
als Herman Zaise, Osborn en Bran-
ham de van de conflicten die daaruit
voortvloeiden met artsen en predikan
ten ('zelfs neutrale en de meest libe
rale doktoren legden plotseling een
zeer aandoenlijke bewogenheid met
het zieleheil van de door hen vrijwel
ongeneeslijk verklaarde patiënten aan
de dag') en van de belevenissen op
vele bijeenkomsten waarin hij zelf
voorging en voorbede deed. Een
stroom van brieffragmenten van gene-
zenen begeleidt zijn verslagen.
Juist nu ons van andere continenten
zoveel berichten over herleving van
het 'pinkstergeloof bereiken, is het
van belang hiervan kennis te nemen.
Op de scepsis die de 'gebedsgenezing'
ook heeft opgeroepen, gaat Stroethoff TJpf HopI
niet gedetailleerd en uitleggend in, 1ACt UVC1
hij stelt er eenvoudig bijbelplaatsen
en nieuwe getuigenissen tegenover.
De problemen in het zondagsschool
werk worden naar het oordeel van dr.
Grabandt veroorzaakt door een ondui
delijk zicht op de verhouding van
kinderen en volwassenen en op het
doel dat men met dit werk wil berei
ken.
Vandaar dat dr. Grabandt zich bezig
houdt met wat de bijbel over de
verhouding van kind en volwassene
zegt. In het Nieuwe Testament, zo
betoogt hij, worden - verschillende
woorden vuor kind gebruikt. Nu eens
een woord, dat betrekking heeft op de
levenssituatie, waarin mensen zich be
vinden in het licht van het Konink-
dijk Gods. Dit woord slaat dan op
het aan het begin staan van een
nieuw leven, zoals kinderen een heel
leven voor zich hebben. Dan weer
gebruikt men een woord, dat betrek
king heeft op de situatie, waarin
mensen zich bevinden in het licht, van
de opvoeding in Christus, nl. zoals
kinderen begeleid moeten worden,
omdat zij ten aanzien van het leven
nog leerling zijn. Tussen kinderen en
volwassenen bestaat geen onderscheid,
wanneer het gaat om de overdracht
van de inhoud van het evangelie.
Gcdurende het gehele leven blijft
men kind wat betreft de omgang met
het evangelie. De paulinische uitspra
ken over hel zogenaamde kindschap
Gods slaan alleen op het uiteindelijke
levensdoel, waarheen zij op weg zijn,
voor wie het evangelie tot een nieuw
levensbegin is geworden. Aldus ds.
Grabandt.
Frans Stroethoff vertelt van de Jordaan voor en na de oorlog
gearresteerd en in een der 'dodencel-
len' van het huis van bewaring te
recht kwam. Zijn vrouw, mevrouw M.
A. Stroethoff-Weggelaar, wist Eduard
Gerdes, de kleinzoon van een der
vroegere voormannen van 'Het Heil'
te bewegen bij Seys Inquart voor haar
man te pleiten. Deze kleinzoon was
met de Duitsers zeer bevriend. Stroet
hoff noemt in zijn boek zijn vrijla
ting, zoals vele andere gebeurtenissen
in zijn leven, een bestiering Gods. Bij
dit alles moet in aanmerking worden
genomen, dat de auteur, als vriend
van de joden, in het weekblad 'Der
Stürmer' met foto was gesignaleerd.
Wie nog eens wil kennis nemen van
de vele godsdienstige stromingen met
grote en kleine evangelische werf
kracht, komt er in dit boek veel
tegen. In het eerste deel van het
verhaal, ongekunsteld en soms gemoe
delijk van toon, herinnert Stroethoff
aan de beslissende episode in zijn
leven, een bijeenkomst van het Heils
leger in de Amsterdamse Diamant
beurs ln 1920.
AMSTERDAM Zaterdagavond zal
in de NCRV-televislerubriek 'Ander
Nieuws' aandacht besteed worden aan
de 75-jarige Frans Stroethoff, oud
directeur van de Amsterdamse vereni
ging Heil des Volks. De uitzending
staat aangekondigd voor tien voor elf
op Nederland II.
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
Uitgaven van
N.V. De Christelijke Pers
Dagelijks bestuur: B. Bol. Den
Haag;dr. E- Bleumlnk, Paters-
wolde; mr. Q. C. van Dam,
Nootdorp; W. A. Flbbe, Rot
terdam: J. Lanser, Utrecht;
drs. J. W. de Pous, Den Haag:
J. Smallenbroek. Wassenaar.
Overige leden van het alge
meen bestuur: K. Abma, Am
sterdam; H. A. de Boer, IJmui-
den: Th. Brouwer. Assen; nr.
dr. J. Donnar, Den Haag; J.
van Eibergen. Schaarsbergen;
mr. K. van Houten, Wagenin-
gen; ds. O. I. Hyikema. Bllt-
hoven; Jac. Huijsen, Deltt;
mevrouw M. C. E. Klooster-
man-Fortgens, Voorschoten:
mevrouw J. G. Kraayeveld-
Wouters, Heerhugowaard;
prof. dr. G. N. Lammens.
Naarden; ds. F. H. Lands
man, Den Haag; H. de Moolj.
Rijnsburg; prol. dr. G. C. van
Niftrlk, Amsterdam; H. Otte-
vanger, Buitenpost; mr. dr. J.
Ozinga, Lunteren; dr. A. Veer
man. Rijswijk (Z.-H.); H. H.
Wemmers. Den Haag; drs. R.
Zijlstra, Oosterland (Zld
Directie:
Ing. O. Postma, F. Diemer
Hoofdredactie:
J. de Berg (waarnemend)
Hoofdkantoor N.V. De
Christelijke Pers: N.Z.
Voorburgwal 276 - 280,
Amsterdam. Postbus 859.
Telefoon 020 - 22 03 83.
Postgiro: 26 92 74. Bank:
Ned. Midd. Bank (rek.nr.
69.73.60.768). Gem.giro
X 500.
Bijna zou hij. door bemiddeling van
Joh. J. Hesseling van De Standaard
en de Christelijke Amsterdammer in
de journalistiek verzeild zijn geraakt.
(Hesseling publiceerde jarenlang on
der het pseudoniem van Jac van Am-
stel). In de crisisjaren, Frans Stroet
hoff was toen in het bankvak werk
zaam en werd werkloos, koos hij voor
'Het Heil', tot teleurstelling van Het
Leger, dat hem ook een aanbod had
gedaan.
Voor ouderen is ook boeiend de her
innering die de schrijver ophaalt met
betrekking tot Johannes de Heer (on
der meer de diensten in de Klove
niersburgwal kerk met organist Jan
Zwart: 'Waarheen pelgrims, waarheen
gaat gij?' 'Neem de wereld, geef
mij Jezus).
Zekerheid
In zoverre bevat dit dan ook geen
echte memoires. Want daarin speelt
als het goed is de twijfel, de onzeker
heid achteraf een belangrijke rol. Het
kenmerkende van dit boek is de ze
kerheid van een man die het getuige
nis van de bijbel met zijn leven heeft
tevenifiëerd. Toch zal memige lezer
enken: zou Stroethof na dit arbeids-
zaam leven niet nog een póór twijfels
en onzekerheden overgehouden heb
ben, of verdriet over dingen die mis
gegaan zijn? Of vertelt hij die alleen
aan zijn Zender en zal hij ze ons niet
aan de neus hangen? Hoe dan ook, in
het tweede deel ziet men een begena
digd mens over de alpentoppen van
het geloof springen maar men voelt
zich zélf temeer behoren tot de toe
ziende goegemeente in het dal. Op die
manier wordt er wel verbazing ge
oogst maar geen grote'navolging. Er
komen vanzelf reacties op als 'je kunt
niet altijd op je tenen lopen' of
'overschreeuwen ze zichzelf niet?' Op
zulke reacties had Stroethoff eens wat
gedetailleerder moeten ingaan. Het
gevoel dat in de kerken wijdverspreid
aanwezig is en dat door 'Er zijn geen
grenzen' alleen maar wordt versterkt,
is dat hier het mensenleven onder
een hoogspanning wordt gebracht die
we niet aan kunnen en waar we niet
aanwillen.
Uitgave Buyten Schippersheyn, Am
sterdam. Prijs bij voorintekening
15,- daarna 18,90.
Elders ln zijn proefschrift (waaruit
we maar een enkele greep doen) wijst
dr. Grabandt er op dat vrij algemeen
hij godsdienst direct gedacht wordt
aan de christelijke godsdienst. Toch
biedt naar zijn mening deze identifi
catie onvoldoende zicht op het uitein
delijke doel van de godsdienstige
beïnvloeding. Het is nl. niet zonder
meer duidelijk wat onder christelijk
moet worden verstaan, en er is ook
veel verwarring omtrent de inhoud
ervan.
Daarom kiest dr. Grabandt voor een
ander uigangspunt om de betekenis
van godsdienst aan te geven. Geloof is
oer-vertrouwen, zegt hij, dat zowel
het zelfvertrouwen als het vertrouwen
in een ander of het andere inhoudt.
Geloof kan in verband worden ge
bracht met gevoelens van zekerheid,
veiligheid en geborgenheid. De mens
is op zoek naar dit geloof. Geloof
heeft geen antwoordkarakter maar
een vraagkarakter. De literatuur van
het Oude en Nieuwe Testament is
dour dit antropologisch gegeven mede
bepaald. Aldus de gedachtengang van
dr. Grabandt, die op grond van deze
overwegingen het doel van de gods
dienstige beïnvloeding wil omschrij
ven als: geloofsoriëntatie.
Deze doelstelling heeft gevolgen voor
het zondagsschoolwerk. De keus van
materiaal en de te volgen weg zullen
met het oog hierop opnieuw moeten
worden bezien, zegt dr. Grabandt, die
vervolgt: op grond van het bijbelse
uitgangspunt dient het zondagsschool
werk meer op het manthanein (het
tot uitdrukking brengen van de vor
mende werking die in het leerling
zijn en leerling-worden van Jezus ligt
opgesloten) en het paidenein (de
begeleiding die geboden wordt om de
levensweg te kunnen gaan) te worden
afgestemd dan op het didaskein (het
onderwijs, nodig om de Schriften te
begrijpen en het katechein (inwijden
in de eerste beginselen van het
Woord), zoals tot nu toe het geval is.
Stellingen
Van de stellingen die dr. Grabandt
aan zijn dissertatie toevoegde, citeren
wij de volgende:
'De huidige gewoonte om de eredienst
een dienst van 'Schrift en Tafel' te
noemen en het woord Avondmaal te
vermijden, betekent een 'geestelijke
verarming, die de geloofsoriëntatie
niet ten goede komt'.
'Het ontstaan van zogenaamde 'alter
natieve' diensten en de discussie over
de vraag of politiek op de kansel
thuishoort, kunnen worden verklaard
uit een eeuwenlange verwaarlozing
van de oorspronkelijke betekenis van
het woord liturgie: dienst aan het
volk'.
'Het gebruik van elektronische orgels
in de redienst illustreert hoe windstil,
ademloos en geestdodend de samen
komst van de christelijke gemeente
kan zijn'.
'Op zoek naar geloof' van dr. Gra
bandt komt niet in de handel, maar
belangstellenden kunnen dit proef
schrift bestellen bij Boekencentrum
N.V., Den Haag; de prijs is twintig
gulden.
Van een onzer verslaggevers
LEIDEN In zijn proefschrift 'Op zoek naar geloof' brengt dr. L. G.
Chr. Grabandt verslag uit van gesprekken met vertegenwoordigers
van vijf zondagsschoolverenigingen.
Om te beginnen sprak hil met de
heer Jac. J. Sinnema, de directeur
van de Nederlandsche Zondagsschool
Vereeniging. Deze vertelde hem dat
bij het NZV-werk niet meer alle na
druk ligt op de overgave van de kin
derziel aan de Heer. Het doel kan nu
omschreven worden als: kinderen be
kend maken met noties, die in de
bijbel voorkomen en die wezenlijk
Vuyk/Capelle
De redactie behoudt zich hel recht voor om
ter opname ln deze rubriek ontvangen me
ningsuitingen verkort weer te geven. BIJ
publikatle wordt met de naam van de
inzender ondertekend. Brieven kunnen wor-
den gezonden aan de heer Joh. C. Francken.
secretaris van de hoofdredactie van Trouw-
Kwartet, Postbus *55. Amsterdam.
Geen extra van f 4500,-
In het bericht 'predikanten wijzen
hoger salaris af' in Trouw/Kwartet
van 12-10 jl. staat te lezen, dat de
(hervormde) synode, in verband met
de achterstand, die predikanten on
miskenbaar op andere academici heb
ben, voorstelt om het jaarsalaris met
4500 gulden te verhogen. Een argeloze
lezer zou dit zó kunnen opvatten, dat
in 1973 alle hervormde predikanten
behalve de gebruikelijke trendverho
ging een extra verhoging van ƒ4500,-
zullen ontvangen. Niets is minder
waar. Het voorstel van de synode
houdt in dat in de loop van 5 jaar de
periodieke verhogingen met maximaal
4500,- zullen groeien. Deze periodie
ke verhoglhgen beginnen op de leef
tijd van 30 jaar cn bereiken hun
maximum als de predikant 44 jaar is
geworden. Als de voorstellen door
gang vinden houdt dit in, dat een
predikant van jonger dan 30 jaar in
1973 er (structureel) niets op vooruit
gaat, een predikant van 30 jaar 60,-,
een van 35 jaar 360,- en predikanten
van 44 jaar en ouder ƒ900,-. Om
legendevorming te voorkomen, leek
het mij goed het geciteerde bericht
alsnog van deze noodzakelijke kantte
kening te voorzien.
Den Haag
C. Blomaard
secr. Bond van Neder
landse Predikanten
Proficiat fa. Vuyk, Capelle a.d. IJssel,
met de houding van het personeel in
de recente moeilijkheden. Geen sta
king, geen bezetting, geen keiharde
onderhandelingen door bondsbestuur-
ders, maar een morele steun. Mogelijk
valt uit dit stukje praktische christe
lijkheid nog wat te leren voor vak-
bondsbestuuders en volksvertegen
woordigers, die zich nu reeds bezin
nen op te verwerven 'voorwaarden' of
politieke winst uit dit geval. Als zij
en wij iets meer zouden denken als
deze werknemers, zouden veel moei
lijkheden gemakkelijker op te lossen
zijn. Moge het bedrijf van Vuyk de
gelegenheid nog krijgen het personeel
hun waardering te tonen.
Maassluis
S. Voorberg
Onze harde gulden
Naar aanleiding van het grote congres
gehouden door de PvdA in Den Haag;
daar kwam ook op de agenda wat we
wel konden missen voor ondersteu
ning behoeftige landen. Een betoger
sprak, ja schreeuwde het uit: "Wij
hebben een gave gulden, behoren wij
niet tot de tien rijkste landen?' Enige
weken geleden was ik in Duitsland.
Kreeg daar een pamflet in handen
waarin met schande gewezen werd op
de nationale schuld van dat land: 30
miljard mark, plus de niet te dragen
rentelast daarvan. Beschamend voor
ons kleine land is, dat onze nationale
schuld bijna de helft meer is, ook dat
iedere Rotterdammer daarbij nog eens
een rekening heeft van ƒ9800,—-
schuld plus alle andere particuliere
schulden etc.
Rotterdam
C. A. van Holten
Traktement predikant
Graag wil ik reageren óp het bericht
im Tr/Kw van 12 oktober waarin ver
nield werd, dat Zeéuws-Vlaamse predi
kanten geen verhoging van hun trak
tement wensen. De stellingname van
deze predikanten is lofwaardig. Ik
meen ook, dat er sober geleefd moet
worden, dat we moeiten leren kritisch
te consumeren en at we, wat we meer
hebben dan nodig is voor een redelijk
bestaan, moeten weggeven.
Op dit punt hoeven, dacht ik, predi
kanten zich over het algemeen niet te
schamen. Hun traktement, zeker in de
herv. kerk, is niet van die hoogte, dat
er veel wagegeven kan worden. Dat
door verhoging van het traktement
daarin verandering gebracht wordt, is
slechts toe te juichen. Er kan dan
meer weggegeven worden, en wel
juist aan die zaken, waaraan kerkelij
ke gemeenten in veel gevallen hele
maal niet zo graag geven. Waarop ook
prof. Roscam Abbing onlangs op een
diakonale bijeenkomst met nadruk
wees, dat er voor gegeven moest wor-
dën: wereldwinkels, adoptiegroepen
van Amnesty International, vredes
werk, experimenteel jeugdwerk, enz.
Door de verhoging van hun trakte
ment voor dit soort zaken te gebrui
ken, kunnen predikanten het geld van
hun gemeente Indirect op verantwoor
delijke wijze besteden en misschien
eraan meewerken om binnen hun ge
meente een discussie op gang te bren
gen. Wat de kleine gemeenten betreft,
die de verhoging niet kunnen betalen,
daarvan moet ik zeggen, dat er inder
daad een probleem ligt. Aan de ande
re kant denk ik ook aan iemand, die
als predikant beroepen werd in een
gemeente, die hem niet betalen kon,
naar men zei. De man in kwestie
antwoordde toen: 'Niet erg, hier is
een stuk papier, laat iedereen op
schrijven wat hij verdient, dan delen
we de totale som door ons hele aan
tal: jullie en ik samen, ieder even
veel'. Zo gebeurde en de beroepen
predikant had een traktement om
ruimschoots van te leven, hij kon er
nog van weggeven. Ik bedoel maar:
waar een werkelijk geëngageerde ge
meente is, daar komt ook geld be
schikbaar, omdat de inkomensverde
ling zoals wij die kennen in ons
samenlevingspatroon eventueel door
broken wordt om op nieuwe wijze
verder te gaan.
Beilen
R. Pomp (herv. pred.)
Luchtvervuiling
Met veel instemming las ik hét sappig
artikel in Tr/Kw over luchtvervuiling
ln Driel. Toch zou ik, ter voorkoming
van misverstanden, graag een kleine
rectificatie zien aangebracht. Het is
nl. niet juist, dat de Hinderwetver
gunning pas zou zijn aangevraagd on
der invloed van de actie der omwo
nenden. De aanvraag dateert van 19
augustus. De buurtbewoners zijn pas
in actie gekomen nadat enkelen van
hen op grond van de hinderwet een
oproep hadden ontvangen. Deze oproe
pen zijn uitgegaan op 18 september.
Driel
Ds. mr. J. W. Koelman
Evangelisch Politiek Appèl
Het verslag van de bijeenkomst van
het Politiek Werkverband van Pro
gressieve Christenen (PWPC) in
Tr/Kw van 16 okt. jl. wekte de in
druk dat ik het niet eens zou zijn met
inhoud en strekking van het zg Evan
gelisch Politiek Appèl geschreven
door ds. E. Pijlman en al eerder in
Tr/Kw afgedrukt. Voor alle duidelijk
heid: ik heb mijn handtekening onder
dit Appèl gezet, omdat het op een
voor mijn besef juiste manier evange
lisch partij kiest voor horizontale ver
zoening, gerechtigheid en gelijkheid.
Terwille van de nodige zelfkritiek en
de al even nodige konkretisering heb
ik enkel een paar vragen gesteld en
een en ander wat toegespitst. Zo heb
ik scherper willen formuleren wat wij
onder verzoening verstaan. Het is niet
gelijk aan versluieren of toedekken,
maar wel gelijk aan daadwerkelijk
recht doen aan verongelijkten: geen
harmoniseren, en wel transformeren,
veranderen van situaties. De 'span
ning naar twee kanten' die ik in het
Appèl bespeurde is een spanning die
met een werkverband als het PWPC
als zodanig gegeven is: tussen bezin
ning en aktie. Aan de ene kant bevin
den zich de kerken die al gauw vin
den dat je te ver gaat als je (anders)
partij kiest. En aan dé andere kant
opereren de konkrete politieke partij
en die (terecht vragen dat je ook
partijpolitiek kiest en (al even te
recht) dat je niet dé illusie koestert
je handen schoon te kunnen houden.
Amsterdam
dr. Herman Wiersinga
Jongeling
Mijn volle instemming met het, stukje
over de heer Jongeling in Tr/Kw van
11 oktober. Deze man (en niet minder
de SGP) waarschuwen al jaren dat
ook en vooral rekening moet gehou
den worden met Gods Woord. Men
leest toch daarin o.m. wanneer men
waar dan ook (toch vooral in de
Eerste en Tweede Kamer) niet
spreekt, handelt en wandelt naar
Gods Woord en wet men geen dage
raad zal hebben.
Dordrecht
J. P. v. d. Tol sr.
IS HET WAAR?
Ze zeggen: je moet aan je toekomst
denken, is dat waar? Wanneer zeggen
we dat? Als we staan tegenover jonge
mensen. Tegenover die jongen die
halverwege zijn middelbare school de
zaak erbij laat liggen. Of tegenover
dat meisje dat haar met pensioen-en-
al-baantje dreigt op te zeggen omdit
ze ergens een nood ontdekt heeft die
ze gaat lenigen. Goed, we zeggen het
ook tegen mensen die al te gemakke
lijk zich van hun verantwoordel"
heid afmaken en redeneren in
trant van: ze zorgen heus wel voor
Maar is ook deze mythische uitspn
waard om gehandhaafd te wordi
Moet een méns aan zijn toekoi
denken? In onze samenleving zijn
ploma's en bepaalde opleidingen v:
een goede weg naar een behoorli;
toekomst. Jong-zijn betekent ook
iets als: je prepareren op later. Joi
zijn is leerling-zijn, zegt Karl Ba)
en daar heeft hij gelijk aan. Toch k
dit gemakkelijk overtrokken word!
In de eerste plaats kan dat 'je t(
komst', dus: je eigen toekomst,
struikelblok worden voor een mei
die de samenleving binnentreedt,
denkt goed aan zijn eigen toekoi
maar ook aan die van anderen? Dei
hij, of leert hij op die manier
denken aan de toekomst van ons
men? In onze tijd hebben wij geleen
hoe belangrijk dit facet is. Een mem
leeft naar voren, als het goed is. Dj
is juist. Maar hij staat niet alleen. Hi
heeft alleen een toekomst als di
toekomst wat te maken heeft met d
anderen. Anders wordt hij een elleb
genwerker. Hij volgt het advies vai
zijn jeugd serieus op: hij denkt au
zijn toekomst. En in de tweede plaa
beluister ik er ook altijd iets verw
tens is. Alsof een mens werkelijk zl
toekomst in eigen hand heeft. D
gedachte kan heilzaam zijn als
gaat om er een bijzonder gevaarlijk
lijdelijkheid of fatalisme mee te bi
strijden. Maar die gedachte kan eve
onheilzaam zijn als we alsmaar me
harde klappen moeten leren dat hi LE
niet waar is. Ik bedoel: zo, geïsoleet aft
niet waar. Want ook je toekom
moet een geschenk worden, dat j nu
horend naar de woorden Gods on bil
vangt. De bijbel zegt het kras: andei uit
geen dageraad. om
Ha
A'
GEREF KERKEN §r0
Aangenomen: naar Lichtenvoorde:
A. Nottelman. kand. te Lichtenvoord ui
Beroepbaar: G. F. Hooijer, Vondellai lei
174, Harderwijk, die reeds is beroep! bu:
te Bruchterveld, welk beroep Ifro
heeft aangenomen.
GEREF KERKEN (VRIJG(
Beroepen: te Eemdijk: J. M. A. Gro
neveld, kand. te Utrecht; te Emmt
T. Dekker te Capelle aan de IJssel.
GEREF KERKEN (VRIJG BTV)
Bedankt: voor Schiedam: K. B.
werda te Doorn.
CHR GEREF KERKEN
Beroepen: te Almelo: P. N. Ribberj
Den Haag.
zijn om het evangelie te kunnen ver
staan, en om hen op een daarmee in
overeenstemming zijnde wijze te leren
leven.
Het tweedy gesprek was met ds. W.
Tieman en mejuffrouw J. W. von
Hertzberg van de vereniging voor
godsdienstige opvoeding 'WesthilP.
Deze vereniging omschrijft het doel
van de godsdienstige opvoeding in
een folder uit de jaren zestig als
volgt: het kind trachten ervan te
doordringen dat het behoort tot de
gemeente van Christus (het woord
'kerk' wordt met nadruk niet ge
bruikt, red) en dat het de bijbelse
boodschap tot richtsnoer van zijn le
ven moet maken.
Het derde gesprek was met de heer
A. P. Oosthoek van de Ned. Herv.
Zondagsscholenbond op Geref. Grond-
lag. De bond heeft als doel: de kinde
ren de weg naar Christus leren ken
nen; zij moeten weten dat zij in zonde
ontvangen en geboren zijn, dat zij
zonde doen en derhalve Christus als
Verlosser en Zaligmaker nodig heb
ben.
Het vierde gesprek was met bestuurs
leden van de Néd. Vereniging van
Vrijzinnige Zondagsscholen, welke
vereniging zich geroepen wèet jon
gens en meisjes in levend Contact te
brengen met het evangelie van Jezus
Christus in' die brede, niet leerstellige
vorm, die in het vrijzinnige protestan
tisme door de eeuwen heen kenmerkt
(aldus een formulering uit 1968).
Het vijfde gesprek was met voorzitter
ds. J. P. Dondorp van de Gerêf.
Zondagsschoolvereniging 'Jachin'. De
ze vereniging richt zich consequent
tot 'buiten-kerkelijke' kinderen en
ontwikkelt zich steeds méef tot een
service-instituut om menBen, die mis
sionair zondagsschoolwerk verrich
ten, te begeleiden.
Tot zover, zeer beknopt, uit de gege
vens die 'Op zoek naar geloof* van dr.
Grabandt biedt.
Taylor Caldwell Paulus, vech
voor het licht. Uitgave: Zuid Hollai
se Uitgeversmij. Den Haag. Pri y
24,90.
Het tweede en laatste deel, dat Tayl
Caldwell aan het leven van Paul
heeft gewijd tekent Saulus als
ongekend fanatieke bestrijder -
doder van de eerste christen
joden of geen joden.
De schrijfster paart andermaal
6oms zeer poëtische stijl aan een
listische vorm van reportage,
men aantreft in de steniging
Stephanus.
In het uiteraard sterk geromantii
de verhaal, waarin de auteur de h
rie van een woelige tijd fel d<
herleven, rijst de jood, Saulus
Tarsus aanvankelijk op als de chi
tenjager, die onder de bescherm
van de Romeinen dood en verdi
zaait.
De beslissende gebeurtenis in het
ven van de hartstochtelijke orthodi
Saulus, de ontmoeting met God ln
woestijn nabij Damascus, is een mot
mentale passage in deze roman.
Veel aandacht wijdt de schrijfster
de weerstanden, die Saulus, de lab
Paulus, moet overwinnen, omdat
joodse volk hem blijft zien als
bloeddorstige verrader.
Hat slot van deze boeiende kensch
van een mens aan wie niets men
lijks vreemd is geweest, bevat
verslag van zijn zendingsreizen.
Wat in deze roman evenals in
eerste deel, dat de jeugd van
Saulus behandelt wederom f'
peert, zijn de gesprekken, die
zowel met ontwikkelde Romeinen
met de in-gelovige joodse rab
voert en die in het laatste geval
doortrokken van oud-testamentist
wijsheid.
De rijkgekleurde wereld van 'het
bije Oostert van die dagen, het lev
werken en de 'gelóven' van arm
rijk, de Romeinse overheersing,
invloed van de Griekse beschav
vormen het decor, waartegen de vt
al eenzame strijder Paulus rondgJ
dè man, die zijn naaste familielf
geofferd ziet aan het fanatisme,
hij op grond van zijn aanvankeli
overtuiging heeft opgeroepen. Het
gen Christus' en het 'vóór Chris!
zijn de schaduw en het licht in
boek dat men verrijkt neerlegt, j