de zuiverheid van het bestaan dichtbij inspraak (I) Inspraak (II) Neem je grootje in het ootje anti-hippie ei kbladenweekbladenweekbladen w TROUW/KWARTET DONDERDAG 3 AUGUSTUS 1972 Binnenlnnd T5/K7 Commentaar Het bestuur van de ARP heeft niet de geforceerde beslissing willen nemen om ook bij vervroegde verkiezingen in no vember of in februari al samen met de KVP en CHU met één lijst uit te komen. In de nota van de Contactraad waaronder de handtekeningen staan j van de voorzitters van de drie partijen wordt een gezamenlijke lijst aanbevo len, maar dan voor de verkiezingen die I onder normale omstandigheden in 1975 gehouden zouden worden. De leden van de partijen houden in dit geval alle gelgenheid om mee te den ken en mee te beslissen over de fusie met de andere confessionele partijen. Van de ARP is bekend dat ze vergele ken met de andere grote partijen naar verhouding meer leden en ook meer meelevende leden heeft, die zich in de I kiesverenigingen plegen te laten horen. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat de statuten van de partij bepalen dat besluiten over fusie met een meer derheid van tweederde genomen moe ten worden door de partijraad 'en de kiesverenigingen. Die bepaling is onge veer een jaar oud. Eerder lag een dergelijke beslissing bij de befaamde deputatenvergadering, die bestond uit i rechtstreekse afvaardigingen van de kiesverenigingen. Het was wijs, dat men de kiesverenigingen deze bevoegd heid niet heeft willen ontnemen en de democratie in de partij zo geen geweld heeft aangedaan. Er beslaat nu een heilzame tijd (trou wens ook voor de CHU en de KVP) om zich verder op de fusie te bezinnen. Temeer omdat in de ARP velen zich ongerust maken dat door de fusie de deconfessionalisering wordt versneld en het principiële karakter van de partij voor een deel verloren gaat. In een artikel van het Tweede-Kamerlid Ad Schouten in Nederlands Gedachten wordt de hierover levende ongerustheid goed onder woorden gebracht. Nu is het niet zo, dat de ARP uit oogpunt van karakter en principe on berispelijk is. Principiële kritiek kan ook geschreven worden afgaande op een niet bestaande ideale situatie. In de praktijk immers stemmen velen op de ARP niet op programmatische rede nen, maar (onvriendelijk gezegd) 'uit gewoonte of bijgelovigheid' en (vrien delijk opgemerkt) uit sociologische ver bondenheid. Dat zal ook met de nieu we partij het geval zijn. Hoewel de sociologische verbondenheid tussen 'een bourgondische katholieke Limbur ger en een steile calvinist-van-de-eilan- den' ook weer niet zo duidelijk is, zoals Schouten terecht opmerkte. Hoe dan ook, al deze dingen moeten in de partij die voor de keus staat een fusie met de andere partijen aan te gaan, besproken worden. Daarvoor heeft het bestuur van de ARP nu tijd gegeven. Het besluit tóch die ene lijst door te zetten zou juist voor het politiek meeleven van onderop fataal zijn geweest en als manipulatie zijn overgekomen. Er was aan de andere kant ook een zekere moed voor nodig om tegen heersende opvattingen in deze beslissing te nemen. De kiezer wiens inspraak zo duidelijk is gewaar borgd heeft nu zeker geen reden terug te vallen in de passiviteit van 'ze doen maar'. LOWIETJE KYOTO: KYOTO, Japan, juli Tegen de tijd dat de tweede wereldoorlog op zijn apocalyptische einde begon te lopen, moesten de menselijke beslissingen wel uit groeien tot bovenmenselijke dimensies en dus tekort schieten. In een oorlog is de verschrikkelijke betrekkelijkheid van het bestaan beklemmender dan ooit. Meer dan ooit wordt het gesteld voor de keuze tussen twee kwaden, terwijl het slechts kan gissen welke de minste zou zijn. Er moet dan ook wel een ethische kortsluiting ont staan, die bijna belachelijk zou aandoen als ze niet zo tragisch was, d.w.z. onvermijdelijk. Toen de generaals van het Ameri kaanse opperbevel in het voorjaar van 1945 aan hun baas, de minister van oorlog, Henry Stimson, een lijstje voorlegden van enige Japanse steden die in aanmerking zouden komen als doelwit van het nieuwe wapen, de atoombom, streepte Stimson de naam Kyoto door en toen zij bleven aan dringen, legde hij hun uit dat een vernietiging van de oude Japanse kei- prof.dr.j.w.schulte nordholt zerstad net zo'n misdaad zou zijn als die van Rome. Zo'n concentratie van geschiedenis en schoonheid moest in elk geval gespaard worden, wat er ook gebeurde. Er waren trouwens meer dan genoeg andere objecten. En zo bleef Kyoto gespaard, zo werden de inwoners van deze inderdaad schitte* rende stad gezegend door hun grootse verleden. En andere even schuldige onschuldige mensen (wie kan daar nog over oordelen?) moesten hun lot dragen, plaatsvervangend lijden. Zo geheimzinnig, zo ondoorgrondelijk, zo gruwelijk verloopt een verhaal dat in onze eigen tijd echt gebeurd is. VROLIJKE STAD En de duizenden die uit alle delen van de wereld hierheen komen, genie ten van de schoonheid, zonder zelfs nog te weten van haar bizarre bewa ring. Kyoto is een vrolijke stad, vol kleur en licht. Wat dat betreft, Stim- sons vergelijking met Rome, hoe ze genrijk ook, is niet overtuigend als men hier rondkijkt. Eerder zou men aan Florence moeten denken. Want niet Rome's verwarde strengheid, maar de lichte orde van de stad aan de Arno is hier het meest opvallend, het patroon, de kleur, de helderheid. Het netwerk van de straten van Kyoto is evenzeer overzichtelijk, rechte lij nen van noord naar zuid kruisen die van oost naar west. Daarmee is de stad een heel oud voorbeeld van plan matige opbouw, omstreeks 800 is zij zo getekend, en wel naar voorbeeld van de Chinese stedenbouw, die hier toen zeer populair is geweest, zoals trouwens de hele invloed van de Chi nese cultuur hier eeuwenlang gedomi neerd heeft. Kyoto is net als Florence landshoofd- stad geweest, maar terwijl dat in de Italiaanse stad maar tien jaar geduurd heeft (vanaf de eenwording in 1860 tot de bezetting van Rome in 1870) heeft het hier duizend jaar geduurd. Omstreeks 800, in de tijd dus dat West-Europa verenigd werd door Ka- rel de Grote, kwam ook het Japanse eilandenrijk tot een zekere centralise ring. Al honderd jaar eerder was een eerste permanente hoofdstad uitgeko zen. het vlak ten zuiden van Kyoto gelegen Nara, maar een eeuw later trok de keizer met zijn hof naar Kyoto (het woord betekent ook hoofd stad, maar aanvankelijk kreeg het de mooie naam Heian-Kyo, hoofdstad van de vrede), en daar zou hij blijven, meer dan een millennium lang. Pas in 1868 werd zijn zetel verplaatst naar Tokyo (de hoofdstad in het oosten). VOLKSFEEST Uit de vestiging van de keizerlijke residentie blijkt wel dat de Japanners verder waren met hun economie dan de Europeanen: Karei de Grote moest immers nog om de paar maanden naar een andere stad trekken om met zijn hofhouding verzorgd te kunnen worden, zoals het voor een keizer c.s. paste. In het algemeen moet gezegd worden dat er in het Verre Oosten een beschaving ontbloeide, die be paald niet de mindere was van de Europese, en die er, zoals gezegd, toch ook zekere trekken mee gemeen had. Dat wordt ook duidelijk als men de volksfeesten hier meemaakt. Wij hadden dat geluk: juist in midden juli vindt hier in Kyoto het grote jaarlijkse feest plaats, dat bekend is geworden als het Gion-festival. Het is van oorsprong even religieus als ons carnaval en in zijn grote optocht (maar verder niet) doet het daar aan denken. Het schijnt begonnen te zijn als een magische processie tegen de pest en het is langzamerhand uitge groeid tot een uitvoerig feest, waar van het hoogtepunt valt op 17 juli. Dan tonen de verschillende wijken van Kyoto in een lange optocht hun praalwagens. Dat is een uitermate aardig schouwspel, in een bonte rij trekken de wagens, voortgetrokken door jonge mannen, door de straten, enorme gevaarten soms, uitgedost met doeken en tapijten uit aller heren landen. Tot mijn verrassing zag ik er heel wat laat-middeleeuwse uit Euro pa bij, Vlaamse stukken voornamelijk, met allerlei voorstellingen uit de sa gen van Rome. Van de oorspronkelijke ernst is niets meer over, de vrolijkheid domineert en duizenden en nog eens duizenden komen er naar kijken. Trouwens, zo is het al eeuwen: in het mooie natio nale museum hier zagen wij een be schilderde rol van driehonderd jaar geleden waarop de optocht staat afge beeld, even kleurrijk en uitbundig, een lust voor het oog, van een volkse vrolijkheid die waarschijnlijk weinig verschilt waar ook ter wereld. BOUWKUNST Een verdere bijzondere vergelijking met Florence moet nog gemaakt wor den, vind ik. Hoeveel jaar is het geleden dat ik daar op een dag, toevallig helemaal alleen, terecht was gekomen in de Pazzi-kapel, dat won der van redelijke harmonie vlak naast de kerk Santa Croce. Nooit vergeet ik die eerste indruk van helderheid, be reikt in een volmaakt evenwicht van verhoudingen, simpel in zwart en wit. De psalmregel 'Des Heren vrees is rein' kwam mij in de gedachten. Hier in Kyoto kan men dat ook zien, een bouwkunst die zo redelijk en welover wogen is, dat zij de volmaakte harmo nie lijkt te vertolken. Hier zijn enke le paleizen waaronder het ver- maardste wel het Katsurapaleis is die de barokke pracht van zoveel Boeddhistische tempels geheel missen, die integendeel niet in het minst onderdoen voor de scheppingen van de Italiaanse Renaissance. Hun tot abstractie neigende zuiverheid is na tuurlijk niet alleen daarmee vergele ken, zij vindt een ander tegenwicht in de strenge orde van de functionele moderne bouwkunst, een paar vroege huizen van Frank Lloyd Wright, en kele producten van de Stijl. Bij som mige van de heldere patronen die ik hier zag werd ik aan Mondriaan herin nerd. Wat is dat toch voor een hebbelijk heid van de Europese reiziger hier om alles wat hij ziet te meten aan de wereld waar hij vandaan komt? Of is het zijn enige mogelijkheid om tot herkenning en dus begrip te komen? Ik vind het laatste, niet alleen omdat ik alleen in betrekkingen bestaan kan, maar ook omdat ik het gezamenlijk- menselijke meer zoek dan het bijzon dere. Ik heb altijd wat gesteigerd tegen de gedachten betreffende het eeuwig ondoorgrondelijke mysterie van het Oosten, waar wij armzalige westerse materialisten dan zo pover bij afsteken. Daar is iets al te schema tisch in zulke tegenstellingen, iets modieus ook van tijd tot tijd en wij schijnen weer in zo'n tijd te leven. De diepzinnigheid van Zen is dan het laatste woord of liever de laatste stilte die ons zou genezen. ZEN-TUINEN Vanmorgen zaten we in de Zen-tuin van de Ryoan-ji tempel, in het noord westen van deze stad. 's Middags za gen wij een dergelijke tuin, maar kleiner en daardoor haast nog exqui- Midden juli wordt in Kyoto het Gion-festival gehouden, dat, als magische processie tegen de pest begonnen, in de loop der eeuwen is uitgegroeid tot een uitvoerig feest, waarop de verschillende wijken van de stad in een lange op tocht hun praalwagens tonen. Onder de doeken en tapijten waarmee deze wagens zijn uitgedost zijn er heel wat laat-middeleeuwse uit Europa (foto prof. Schulte Nordholt). Mensen op de maan? Laat me niet lachenI Zo reageerden de meeste Marokkaanse plattelandsbewoners op de vraag: ge looft u dat er mensen op de maan geweest zijn? De New York Herald Tribune doet uitvoerig verslag van een enquête die in zes Marokkaanse dorpen gehouden is. Het overgrote deel van de mensen daar was er vast van overtuigd dat de zogenaamde Amerikaanse landingen op de maan nep waren of hadden ten minste ern stige twijfeld. En dat terwijl 88 pro cent van hen van alle maantrips sinds de eerste landing drie jaar geleden uitstekend op de hoogte was. De meesten hadden de reportages over de radio gehoord, ook van de bezoeken die bekende astronauten aan de grote steden in hun eigen land gebracht hebben. Jongere men sen hadden de maanwandelingen met eigen ogen op de televisie gezien maar, zeiden ze, dat was allemaal bedrog uit de grote Hollywood-fa- briek. Toen de euquêteurs dezelfde vraag voorlegden aan marktbezoekers, leek er eerst helemaal geen antwoord te komen. De ondervraagden staarden een poosje diepzinnig zwijgend voor zich uit, maar barstten daarna in schaterlachen uit. Onder hen was een zeventig jaar oude man, die beweerde: 'De maan staat nota bene nooit stil, Hoe kan je daar dan ooit op landen?' ser in een ander tempelcomplex, Dai- toku-ji, niet ver daar vandaan. Dit zijn tuinen zonder groen of bloemen, bestaande uit niets dan wit, heel zorgvuldig aangeharkt zand waarin enkele stenen liggen, als eilanden in een oceaan. Dat is niet zomaar een vergelijkenis, zoiets moet de maker, zegt men, bedoeld hebben: een beeld van de essentiële wereld, terugge bracht tot volmaakte eenvoud. En ik moet het meteen zeggen, hoe onge loofwaardig het ook klinken mag voor wie het niet gezien heeft: deze aanleg is prachtig. Of nee, dat is een te vol woord, daarvoor is wat men ziet te simpel. Woorden als prachtig, schitte rend, zelfs mooi, voldoen, niet. Er zijn gewoon geen woorden voor, en dat is dan ook de bedoeling: laten wij stil zijn, de stenen beschouwen, zwijgen. Maar mij westerling die herkennen wou, kwamen al kijkend toch associa ties in de gedachten, romantische ei genlijk. Dit stilleven der natuur, dat ik zo verrukt aanschouwde, verschilde het zoveel van bijvoorbeeld het beste werk van de Duitse romantische schil der Kaspar David Friedrich? Drukte het iets anders uit dan de Engelse Romantische dichter William Words worth wilde zeggen toen hij over een dode schreef: No motion has she now nor force, She neither hears nor sees, Rolled round in earth's diurnal cour se With rocks and stones and trees. En daarachter rees de andere, verwan te idee voor mij op, die van Spinoza. Was dit niet de wereld van de Amor Dei, die, om het samen te vatten met Verwey. niets anders was dan liefde Gods tot zichzelf, Een wereld die in zichzelf rust vond? Ook wij in Europa kennen, geloof ik, die magnifieke begoocheling. Om nog een vergelijking te wagen: in de zo juist genoemde kleine tuin, met maar enkele stenen in het witte zand, wordt er een verklaring gegeven waarom er zulke mooie ringen rond om de steen in het midden zijn geharkt. Dit is, lees ik, de wijsheid van Zen, hoe sterker de kracht van de steen in het water des te wijder de kringen er omheen. Maar mij schoot, ditmaal in duidelijk contrast, daarbij een sonnet te binnen van Revius: 'Gelijk als in een kolk een steentje valt te gronde' (ik citeer uit het hoofd) waarin, naar mijn beperkte, westerse opvatting het beeld van de uitvloeiende kringen in het water op een oneindig veel diepzinniger wijze wordt gebruikt, namelijk om de onbe- grenstheid van Gods genade te om schrijven. Zij blijven dan ook einde loos uitvloeien. DROOMBEELD Het is waarschijnlijk eenzijdig om de zuiverheid van Zen al te veel te idealiseren. Het is hier als bij ons: na eeuwen zijn het geweld en de dwaas heid verstomd, wat er over is is vrede en schoonheid, van verre misschien nog vrediger en schoner lijkend, een droombeeld waarmee men dweept, in doodse stilte verstard. Men zou zich eens moeten voorstellen hoe de we reld van toen er werkelijk uitzag. Aan het einde van de Middeleeuwen waren hier in Japan de monniken van de Boeddhistische kloosters een op zijn minst even grote bedreiging voor de maatschappij als bij ons de bedelor den vlak voor de Reformatie. Of ei genlijk nog veel erger: zij vormden staten in de staat, zij trokken in zwaar bewapende benden door het land, partij kiezend in de vele politie ke twisten. Niets is er van hen over dan deze grandioze nalatenschap. In de stad Kyoto staan honderd tempels en meer, en daarom is tij gespaard, daar om liggen de stenen nog net zo in het zand, even onwrikbaar vredig als eeu wen geleden, in volmaakte harmonie, de dode abstractie van het verstorven leven. De kringen er om heen vloeien niet verder uit. KYOTO TH Noot: Er bestaat een mooie, Nederlandse vertaling van J. C. Bloem van dit vermaarde gedicht, maar die heb ik hier helaas niet bi] de hand. Er staat letterlijk: Geen boweglng. geen kracht is er meer in haar, zij hoort en ziet niet moer, maar wordt meegewenteld in de dagelijkse wenteUng der aarde, met rotsen en stenen en bomen. (De door prof. Schulte Nordholt bedoelde vertaling van Bloem luidt: Een slaap verzegelde mijn ziel. Deed sterflijke" angst vergaan: Zij scheen een ding, dat gansch ontviel Den greep van "t aardsch bestaan Zij hoort niet meer. zij ziet noch roert. Bevangen in dien droom. In aarde's omloop meegevoerd Met rots, en steen, en boom.) De nieuwste militair eregering van de Zuidamerikaanse staat Ecuador is nu vijf maanden oud en omdat militairen nu eenmaal niet veel op hebben met ietwat vrijgevochten, langharige jon geren, hebben deze kolonels de oorlog verklaard aan hippies. Onder het mot to 'hippies brengen gewoonten het land binnen die niet met de onze stroken, ze houden van vrije sex en gebruiken drugs' hebben ze alle inter nationale luchtvaartmaatschappijen die op Ecuador vliegen, verboden hip pies aan land te zetten op straffe van een forde boete. De maatregelen te gen douanebeambten die op hippies gelijkende personen in het land toela ten, zijn ook niet misselijk: zij zullen op staande voet ontslagen worden en de man of vrouw, in wie de overheid een hippie meent te herkennen, wordt het land onmiddellijk weer uitgezet. De dieren in diverse 'verzorgingste huizen' houden maar niet op met eiren leggen. Nu weer is het een rode ara, zo'n grote papegaai, die in Ouwehands dierenpark een ei gelegd heeft in een ton op haar terras. Al eerder heeft een papegaai het daar geprobeerd, maar die deed het op een zitstok die wel haar, maar niet het ei hield. Haar kroost kwam op de grond terecht en spatte daar in kleine stuk jes uiteen. Ook de kaaimannenmoeder op de Am sterdamse Floriade heeft het niet makkelijk. Zij heeft alle moeite ge daan om achtentwintig gezonde kroko- dilleneieren te leggen, maar die zijn haar meteen afgepakt en allemaal Een ander merkte op, dat de maan zo dichtbij was dat je 'm met het blote oog kon zien. En als er dan echt mensen op geweest waren, had hij daar toch iets van gezien moeten hebben. 'Trouwens, de maan ziet er nog precies zo uit als vroeger', vond een ander, die daar de conclusie aan vastknoopte dat er dus nooit iets bijzonders gebeurd kon zijn. Een ou dere vrouw was er stellig van over tuigd dat iemand die op de maan geweest zou zijn, de macht moest bezitten doden op te wekken en dat had ze nog nooit meegemaakt. Een jongen met een behoorlijk schooldi ploma op zak had de televisiebeelden gezien en was wel geneigd er in te geloven, maar een mannetje op de maan strookte nu eenmaal niet met zijn godsdienstige opvattingen. 'Ik heb Armstrong op de maan zien rond springen', vertelde hij, 'maar dat was natuurlijk niet echt de maan. Ik ben er wel van overtuigd dat zoiets weten schappelijk mogelijk moet zijn, maar de Koran ivaarschuwt tegen geloof in dingen die niet van deze wereld zijn en die je niet met je eigen ogen gezien hebt. Dat is net zoiets als geloven in valse profeten.' De ironie van het geval wil, dat het veel kleinere aantal mensen dat wèl geloof hecht aan een maanwandeling, dat 'wonder' aan de Sowjet-Unie toe schrijft, die nog altijd z'n eerste astronaut op de maan moet brengen. naar een broedstoof in Artis gebracht Onderweg is er één kind-in-de-dop bezweken Aanval Op 1 september gaat een Fries tot de aanval over. Zijn naam is P. Kramer en zijn object het werel drecord tafeltennis (niet te verwarren met het wereldkampioenschap) dat met een vol etmaal op naam staat van de Groninger Kaufmann. In de kanti ne van de condensfabriek Friesland gaat deze Fries proberen het minstens een uur langer tegen jan en alleman vol te houden. Ponyfeest Vrijdag en zaterdag vindt in de Bossche Bra banthallen een jubileummanifestatie plaats van het (35-) jarige Nederlands Shetland Pony Stamboek, dat nu al 5600 fokkers heeft ingeschreven. Vrij dag wordt er gekeurd en zaterdag worden er wedstrijden gehouden, waaraan ook pony's uit de vreemde meedoen. Reünie Het vijfde bataljon van de Irenebrigade (dat van 1947 tot 1950 op Su m atra diende houdt 2 september een reünie in de Arnhemse Saxen Weimarkazerne. Wie er toen bij was of er alsnog bij wil zijn, wordt desgewenst uitvoerig voor gelicht door de heer G. Beekhuizen, Lange Bergweg 13 in Ede. Mugge- misère Een Wagenings echtpaar is een hele nacht door een mug wakker gehouden, die zo bloeddorstig precies naast de trouwring van de vrouwelij ke helft had toegehapt, dat de vinger begon te zwellen, de ring te knellen en de politie te hulp werd geroepen. Die haalde er een juwelier bij die midden in de nacht de vrouw van haar ring verloste. Het echtpaar wil nu een klamboe aanschaffen. Smerig zaakje De Zen-tuin van de Ryoan-ji tempel, in noordwest-Kyoto. bestaat uit niets dan wit, zorgvuldig aangeharkt zand. waarin, als eilanden in een oceaan, enkele stenen liggen: een beeld van de essentiële wereld, teruggebracht tot volmaakte eenvoud (foto prof. Schulte Nordholt). Veel mensen vinden politiek een sme rig zaakje, openbaren A. J. Heerma van Vos en Kees Tamboer aan ex- minister De Brauw, als zij ten gerieve van de Haagse Post met hem zitten te praten over de nacht in het Catshuis en wat daar verder volgde. De heer De Brauw: 'Ik kan me dat voorstellen. Als men dit zich op deze manier ziet afspelen en dat vind ik het hele nare gevolg van dit soort evenemen ten dan krijgt de kiezer z'n buik vol van de politiek. Dat bewerkstelligt men door dit soort houdingen'. Welke houdingen, laat de heer De Brauw in het midden. Jan Haasbroek zocht gewetensbezwaar de Gerard Roovers op en Nico idem verhaalt over zijn reis door Algerije, Marokko en Tunesië. Hij, Nico dus, zou in deze landen, als-t-ie de baas was, direct de consumentenbond, Dol le Mina, de vereniging voor veilig verkeer en de dierenbescherming op richten. Maar hij is daar de baas niet. Waar wel? Voorts leidt HP ons in in de wereld van de disc-jockeys (Ischa Meijer sprak met nationale coryfeeën, zo wordt ons opgewonden aangekon digd), en evenals in Elsevier ook in HP Hitchcock en zijn Frenzy. Vrij domme wezentjes Ook in de modernste supermarkten kom je tenslotte nog een levend we zen tegen: de ka^sière. Weliswaar be staat er al een apparaat voor automa tisch afrekenen, maar dat schijnt voorlopig onbetaalbaar te zijn. Boven dien heeft een juffrouw-aan-de-kassa voordelen: de klant gaat naar huis met het gevoel dat hij ook nog per soonlijke aandacht kreeg. Deze wijshe den halen we uit De Groene, waarin een zekere meneer Willem Smidt roy aal de ruimte kreeg om zijn ervarin gen op een 'studiedag kassière', die hij meemaakte omdat hij in dienst is van een grote grossier-kruidenier or ganisatie, kwijt te raken. Blijkens zijn verhaal staan de mensen van 't vak voor déze vraag, als het om kassières, gaat: 'Hoe kunnen we deze, vrij domme, jonge wezentjes enerzijds zo dom mogelijk houden, zodat ze zichzelf geen vervelende vragen gaan stellen over hun materiële en immate riële situatie, hoe kunnen we ander zijds hun fysieke en psychologische kennis van het vak én de bereidheid om die te gebruiken, vergroten?' Wat meneer Smidt zelf betreft, die ging van de bijeenkomst 'gewoon' met de tram naar huis. Tjonge, tjonge! Voorts «n De Groene verder meer: eerste van twee (kritische) artikelen over het aanstaande Almere in de Flevopolder; een verhaal over de Ne derlandse Antillen en hun afhanke lijkheid van westers kapitaal; een be- schouling over de PvdA die er niet is om het land te redden, en (op pagina één, want we bladeren terug) artikelen over het Chinese leger en de werkloosheidscijfers in uropa. Smeerlappen Een hele pagina in De Nieuwe Linie voor Ben Bos om ons er bij te bepalen dat we hier een miljoenenim port van reactionaire Amerikaanse striphelden hebben. Het gaat dan spe ciaal om de zgn. action-strips, door Classics Nederland geïmporteerd en vertaald. 'Soms zit de reactionaire tendens een beetje verstopt, meestal krijg je het centimeters dik op de boterham', zegt Ben Bos, die zijn verhaal zó besluit: 'De Amerikaanse helden in 'action' getoond zijn eigen lijk grote smeerlappen. Maar ze zijn herkenbaar voor een zeer breed pu bliek en dan zijn zakelijke argumen ten voldoende om ze onbeperkt in te voeren in Europa, die oude wereld, waar miljoenen mensen nog op de eerste drempel staan, waarachter ken nis over zichzelf en hun omgeving begint' (op het tweede deel van deze zin zouden wij zelf nooit gekomen zijn!). Hoofdredacteur Gerard van den Boomen is doende met Limburg, waar Gijsen en De Telegraaf het gaan ma ken: 'De eerste heeft een blanco vol macht gekregen van Rome en De Telegraaf koopt het Limburgs Dag blad op. De reactie is aan de winnen de hand in de zuidelijkste provincie van NederlandDNL besteedt verder aandacht aan mensen, dingen en zaken als: China's tweede man, die en zaken als: China's tweede man, die te links was; aan ons aanstaande kabi net; Den Uyl, die van een lezer kan vernemen dat fluor in het drinkwater medisch-technische kwakzalverij en een misdaad voor de wet is, en de mythe van de vrije tijd (we moeten ons van Toine Kreykamp door een weerbarstige laag van illusies heen- werken). Kerk en politiek Uitvoerig omslagverhaal van Elsevier: politiek in de kerk. Rex Brico reisde hiervoor naar Genève en praatte daar met een aantal functionarissen (hóge functionarissen zelfs) van de werel draad van kerken, inclusief dr. Blake. Bent u niet bang, vroeg Elsevier aan de secretaris-generaal van de werel draad, 'onder te gaan in (politieke) activiteiten, die waarschijnlijk beter gedaan zouden kunnen worden door meer seculiere organisaties?' Ant woord van dr. Blake: 'Aangezien mede door de techniek de verschillende de len van de wereld steeds sterker van elkaar afhankelijk worden, is onze buurman nu de man aan de andere kant van de aardbol. Maar wat kan een individu doert? Het problem is dat we zeggen vóór de armen, vóór de gerechtigheid en gelijkheid te zijn, maar gewoon doorgaan het voorrecht te aanvaarden dat we in Holland geboren zijn en niet in Zaire'. Met elkaar voor insiders niet veel nieuws, maar goeie informatie op een rijtje voor iedere belangstellende. En precies op tijd: de 13e augustus be gint het centraal comité van de werel draad in Utrecht te vergaderen. Voorts in deze Elsevier: Hitchcock over 'Frenzy', Wiegel ziet het oude kabinet weer zitten, de onbestorven weduwen van de kabinetmakers (ja- ja!), Nixon wacht hete herfst. Vakbe weging schrijft ons de wet voor (al dus mr. Van Riel) en de Vliegavontu ren van prins Bernhard. Jammer van Drees jr. 'Jammer trouwens dat Drees jr. weg is. Het was zo'n minister waar je zeker van kon zijn dat de posttarieven regelmatig zouden stijgen. Mijn sala ris gaat regelmatig omhoog, dus moe ten de zegels volgen', zo overdenkt Douwe Trant achter zijn loket op de laatste pagina van Vrij Nederland. Voor het ernstige werk naar pagina één, waar 'Het wachten is op de PvdA' (op pagina twee gaat het ver der, ook over Drees en Wiegel). Een complete pagina over het Limburgs Dagblad ('Lij, Limburgse journalis ten, worden voor het karretje van de krantenbazen gespannen') en bijna een hele pagina over McGovern, die naar J. van Tijns voorspelling de volgende president van de VS is. Het alternatieve toer-wezen in Am sterdam laat het niet-Nederlandse klootjesvolk (soms) meemaken hoe marihuana-priester Kees Hoekert zich in olifantenkcutels rondwentelt Ter zijde zinspeelt op Biesheuvels nieuwe ambities: 'Na de spruitjes Brussels lof', Martin Koomen schrijft over 'de eeuwige pogingen om kuntmatige mensen te maken' en Het Wereldje (we zijn nu weer op de achterpagina) deelt mee dat Joop Wilhelmus van het sexblad Chick in vliegende scho tels gelooft en in een nieuw tijd schrift. dat Ufo's heet, informeert over ongeïdentificeerde vliegende ob jecten, aan de hand van de vraag of sex en Ufo's flauwekul zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 7