BRANDTS COALITIE OP HET SPEL OLIERIJK ECUADOR WACHT OP OVERVLOED ivWAKi BHTi:\LA\n 11:1 ki:i Brandt en Barzel spraken in de kanselarij over de 'Oostverdragen'. Baden-Württembergers tegen wil en dank in hoofdrol |s we afgaan op karakter en felheid n de verkiezingscampagne van de m" gelopen weken in de Westduitse deel- tat Baden-Württemberg, breekt mor- ge. h in dit zuidwestelijke deel van de oidsrepubliek Duitsland de dag van waarheid aan wat betreft de 'Ost- dp pak* van de sociaal-democratische iar ndskanselier Willy Brandt en de li- rale vioe-kanselier en minister van e jitenlandse zaken Walter Scheel. In pte advertenties hebben zowel andt als Scheel de betekenis van de it Rusland en Polen gesloten verdra- fi nog eens onderstreept., zonder zich itstreeks tot de kiezers van Baden- rttemberg te wenden. De constate- van Walter Scheel: 'Wie kan het •antwoorden, dit alles moedwillig op spel te zetten', is echter moeilijk }r tweeërlei uitleg vatbaar. er normale omstandigheden zouden de iddagverkiezingen van morgen de partij de christen-democraten (CDU) alleen de macht hebben gebracht In 1968 had ïls gevolg van de samenwerking met de aal-democraten een teruggang moeten ten van 5.7 procent in vergelijking met resultaat van de Bondsdagverkiezingen .965 (49.9 procent). Bij de Bondsdag-ver- ringen van 1969, waarvan zou afhangen de aangekondigde coalitie van sociaal- Docraten (SPD) en liberalen (FDP) er komen, behaalden de christen-democra- in Baden-Wllrttemberg 50.7 procent van Uitgebrachte stemmen, grote onzekerheid die in Bonn bestaat ir het al dan niet ratificeren van de Bragen met Rusland en Polen door de dsdag, is er eahter oorzaak van, dat en-Württemberg de arena Is geworden, rin voor- en tegenstanders van de ver en deze tot inzet van de verkiezingen leerden te maken. Want behalen SPD FDP samen de meerderheid in de Land- van Stuttgart, dan beroven zij de chris- •democraten van hun meerderheid in de dsraad (Eerste Kamer) en behoeven zij de Bondsdag (Tweede Kamer) slechts eenvoudige meerderheid voor de verdra- op te brengen. Die zouden dan vrijwel Jr met een kleine meerderheid worden jjjSatificeerd. hnen de christen-democraten morgen, |i bestaat zelfs de mogelijkheid, dat het j 4 mei) niet eens tot een stemming in 'Bondsdag komt. Want de oppositie in in kan van de verwarring, die opnieuw de gelederen van sociaal-democraten en tralen zou ontstaan, gebruik maken om i 'constructieve motie van wantrouwen' En het beleid van kanselier Brandt in te en. Aanvaarding daarvan (als enkele n van de regeringspartijen bij de gehei- I stemming de oppositie steunen) zou iner Candidus Barzel tot de nieuwe Bdskanselier maken, die de plaats van Jly Brandt zou gaan innemen. Een ande mogelijkheid is, dat Barzel zijn partijge len er van kan overtuigen, dat het beter de ratificatie van de verdragen af te uiten en pas daarna de 'constructieve |tie van wantrouwen' in te dienen, waar- EN I eenzelfde resultaat kan worden ver- pht. [ffect l is in het kort de betekenis van de (kiezingen in Baden-Württemberg. Geen ni- (erendum dus over de verdragen met tie. pland en Polen, waarvan de uitslag als de kesentatief voor geheel West-Duitsland h worden geacht. Maar wel van grote jekenis voor die verdragen en voor de Jringspartijen die er voor verantwoorde zijn en die slechts een kleine, wankele erderheid in de Bondsdag hebben. feit dat de neo-nazistische NPD in 3en-Württemberg verstek laat gaan en fcr leden heeft geadviseerd op de CDU te urnen, vergroot vanzelfsprekend de kan van de christen-democraten op de meer heid in de Landdag van Stuttgart. De doet niet mee. omdat zij er van fcrtuigd is, geen voet aan de grond te door Jaap den Boef krijgen. In verschillende andere deelstaten is al duidelijk gebleken dat de NPD geen levenskansen heeft. In feite maakt zij nu van de nood een deugd: zij bespaart zich een onnodige afgang door zich terug te trekken ten gunste van de CDU en wel om een overwinning van de sociaal-democraten en liberalen en daarmee ratificatie van de verdragen met Rusland en Polen te voorko men. Ten overvloede kan hierbij worden aangetekend, dat de CDU ook zonder het gebaar van de NPD veel stemmen zou hebben teruggekregen van kiesgerechtigden, die haar vier jaar geleden in de steek hadden gelaten vanwege de samenwerking met de sociaal-democraten. Verdenking Dit neemt niet weg dat de openlijke steun van de neo-nazistische NPD de CDU geen pure winst zal opleveren. Als bij zovele verkiezingen waar veel van afhangt, zijn ook in Baden-Württemberg geruchten en beschuldigingen niet uitgebleven. Zo wor den de christen-democraten er van verdacht de steun van de NPD te hebben gekocht, door een soort schadeloosstelling aan te bieden voor de onkosten, die deze partij al voor de verkiezingscampagne had gemaakt. Inhoeverre de CDU daar rechtstreeks bij betrokken was en of er een financiële regeling werd getroffen, is nog niet aange toond. Dat de CDU het niet nodig heeft gevonden, zich openlijk van de "vrienden dienst van de NPD' te distantiëren, ver sterkt mogelijk onnodig de indruk dat er toch wel iets aan de hand zal zijn. De tegenstanders van de CDU hebben van dit verzuim gretig gebruik gemaakt. Zo heeft men een campagne ontketend tegen premier Hans Filbmger, die als 'vaderfi guur* totdusver goed overkwam bij de nogal behoudend ingestelde bevolking van Baden- Württemberg. Men heeft in zijn verleden gegraven en ontdekt dat hij na de capitula tie van Duitsland nog een Duitse militair heeft gestraft, die al het militaire gedoe aan zijn laars had gelapt en daar geen geheim van had gemaakt. Tegen de achtergrond van de neo-nazistische steun aan de CDU maakt deze gebeurtenis na meer dan 25 jaar van zelfsprekend een nóg merkwaardiger indruk dan ten tijde van de veroordeling het geval was. Al met al kan de al dan niet onge vraagde hulp van de NPD de CDU ter linkerzijde wel eens meer stemmen kosten dan haar lief is. De liberalen (en in minde re mate de sociaal-democraten) zouden hier van kunnen profiteren. Daardoor is een nek-aan-nek-race niet uitgesloten. Communisten Van betekenis voor de uitslag kan het meedoen zijn van de communistische partij (DKP). Aangenomen wordt dat zij er niet in zal slagen tenminste vijf procent van de stemmen te behalen. De stemmen die op haar uitgebracht worden, zijn dan waarde loos. In een nek-aan-nek-race kunnen zij echter beslissend zijn voor de overwinning in één van beide kampen. Als de DKP de vijf procents-horde niet haalt, is dat mis schien een meevaller voor de CDU, omdat mag worden aangenomen, dat de communis tische partij voornamelijk stemmen krijgt van mensen, die bij het ontbreken van een alternatief op de SPD zouden hebben g* stemd. Hoeveel kiezers de FDP de rug toekeren, is één van de belangrijkste vragen, waarop de verkiezingen van morgen een antwoord moeten geven. De liberalen hebben zich op een ander kiezerspubliek gericht en de ge volgen daarvan zijn bij verkiezingen in andere Westduitse deelstaten niet uitgeble ven: zo verdwenen zij in Sleeswijk-Holstein geheel van het toneel nadat zij hadden aangekondigd, met de sociaal-democraten te zullen samengaan. De 14.4 procent die de FDP bij de Landdagverkiezingen van 1968 behaalde en die bij de Bondsdagverkiezin gen van 1969 al tot 7.5 procent was geredu ceerd, zit er volgens de politieke koffiedik kijkers zeker niet in. Pessimisten menen zelfs, dat de FDP gevaar loopt, over de vijf procents-horde te struikelen. Een handicap is voor de FDP dat zij het terwille van de verdragen met Rusland en Polen zo roerend eens moet zijn met de SPD. Daardoor heeft zij weinig gelegenheid gehad een eigen strategie te ontwikkelen, die de kiezers duidelijk aanspreekt. Boven dien zijn de liberalen nog altijd onderling verdeeld. De jongeren (Jungdemokraten) stellen eisen, die potentiële kiezers aan het wankelen brengen. En oudere politici, die hun kritiek op het economische beleid van de regering in Bonn ook tijdens de verkie zingscampagne niet onder stoelen en banken hebben geschoven, droegen ook hun steen tje bij om het stemmen op de FDP tot een twijfelachtige beslissing te maken. De SPD en de CDU hebben soortgelijke moeilijkhe den met hun eigen mensen. Maar bij de nog altijd niet tot rust gekomen FDP, die een middenpositie wil innemen tussen de beide grote partijen, terwijl zij het politieke mid den toch al geruime tijd geleden vaarwel heeft gezegd, zal de onzekerheid misschien nog geen fatale gevolgen hebben kritiek is de situatie echter wel. In dit verband is het niet uitgesloten dat de SPD in sommige districten haar leden heeft gevraagd op de FDP te stemmen om een nieuwe afgang van deze partij te voorko men. De sociaal-democraten hebben dit al eerder gedaan bij verkiezingen in andere deelstaten. Een voorbeeld heeft de Tübinger staatsrechtsgeleerde prof. Theodor Eschen- burg, die bekend staat als voorvechter van een twee-partijensysteem, gegeven. Samen met andere SPD-aanhangers heeft hij geij verd om het voortbestaan van de FDP te verzekeren. Het gaat hem niet zozeer om de FDP zelf, met wier leiders hij van mening verschilt, maar om te verhinderen dat de verdragen met Rusland en Polen worden verworpen en de sociaal-democraten in Bonn in de oppositiebanken terecht komen Jusos De SPD kan hinder ondervinden van de successen die de 'linkse jongeren' in de partij (Jusos) in de stad-staat Bremen en kort geleden ook in München hebben ge boekt. Daarbij komt de politieke uitwerking van het plan dat de partijleiding in grote lijnen heeft opgesteld voor het beleid op lange termijn. Ook dat draagt heel duidelijk de kenmerken van de linkervleugel van de SPD. Lang hebben de leidende sociaal-demo craten kunnen voorkomen dat de Jusos hun denkbeelden aan de partij zouden opdrin gen. Soms moest kanselier Brandt er aan te pas komen om te vermijden, dat men elkaar in de haren vloog. Die tijd lijkt nu voorbij ie zijn. De Jusos ajn begonnen de leiding over te nemen in de onderafdelingen en aan hen lijkt de toekomst in de SPD. Brandt heeft in wezen slechts bereikt, dat de mees ten van hen wat wilde haren zijn kwijtge raakt. Inhoeverre de ontwikkelingen binnen de SPD reeds invloed zullen hebben op de verkiezingen in Baden-Württemberg valt moeilijk te beoordelen. Zij kunnen de soci aal-democraten stemmen kosten. Daar staat echter tegenover dat men morgen niet in de eerste plaats de partijen beoordeelt naar wat zij in Bonn doen en laten, maar naar de betrouwbaarheid van de kandidaat die in de staat zelf naar verkiezing dingt. Voorzover de verdragen met Rusland en Polen een rol spelen, hebben de christen democraten een antwoord klaar op de kri tiek. die hun afwijzende houding in Bonn heeft uitgelokt. Zij zeggen, slechts tegen de akkoorden te zijn zoals ze er nu liggen. En zij beweren dat Brandt en Scheel te veel hebben weggegeven, zonder er iets wezen lijks voor terug te krijgen. De schijnbare concessies, die de Russen de laatste weken hebben gedaan om de positie van Brandt te versterken, lijken de CDU nog gelijk te geven ook. Daar komt nog bij dat Barzel cr kort voor de verkiezingen in geslaagd is, opnieuw verwarring teweeg te brengen door de korte inhoud van de geheime onderhan delingsprotocollen (die de oppositie on danks herhaalde verzoeken niet mocht in zien) aan Brandt te overhandigen met de vraag, of het hier een vervalsing betrof. Ongetwijfeld zullen velen zich nu inderdaad afvragen, waarom de protocollen zo angst vallig geheim worden gehouden. Behoudend Bij dit alles komt dat het voornemen van de liberalen, samen met de sociaal-democra ten te gaan regeren, als zij de meerderheid ln de Landdag van Stuttgart veroveren, voor vele kiezers aanleiding kan zijn niet op FDP of SPD te stemmen. De christen democraten zijn lange tijd de belangrijkste regeringspartner geweest en de bevolking heeft het onder hun bestuur steeds beter gekregen. Zij staat als nogal behoudend van aard bekend en zal er mogelijk voor terug schrikken risico's te nemen, die nu eenmaal onvermijdelijk verbonden kunnen zijn aan een "aflossing van de wacht'. Het levenstempo in de Ecuadoriaanse hoofdstad Quito, gelegen op een An des-plateau van bijna drieduizend me ter, heeft nooit erg hoog gelegen. De slordig geplaveide straten en de oude koloniale bouwwerken in Spaanse stijl ademen een tamelijk voltooid verleden tijd. Indiaanse boertjes met een dag loon van een paar dubbeltjes schuife len devoot over de trappen van tien tallen exorbitante kerken, begraven onder het verguldsel van eeuwen. En het gouvernementspaleis aan het cen traal gelegen Onafhankelijkheidsplein is sinds onheugelijke tijden bezet door machthebbers, die nog altijd geen af scheid konden nemen van semi-feodale structuren uit een koloniaal verleden, die garant staan voor een absurde kloof tussen rijk en arm. Zij hebben het steeds gehouden op 'manana', of wel 'morgen zien we wel verder', of nog beter 'morgen brengen'. Maar dat 'manana' er in Ecuador de afgelo pen tijd een zeer aardse en hoopvolle di mensie heeft bijgekregen. wordt duidelijk in Quito's Avenida Amazonica ook wel gewoonweg aangeduid als de 'oliestraat' waar de internationale olieconcerns sinds enkele jaren grote gebouwen van beton, aluminium en glas hebben neergesmeten. Hier heerst een tonanza-sfeer' die zijn grond enkele honderden kilometers verder op vindt, in de Oriente, het oostelijke deel van Ecuador, waar in de dichte Amazone- jun<gle enorme hoeveelheden hoogwaardige, zwavelarme aardolie zijn aangetroffen. In dit vochtige, oververhitte oerwoud werken nu duizenden arbeiders, ingenieurs en geo logen temidden van gevaarlijke insecten, onplezierige reptielen en vijandig gestemde Indianen. In de gebieden die niet per rivier bereik baar zijn, worden kwartiermakers met touw ladders vanuit helicopters neergelaten. Zij kappen een stuk oerwoud weg, waarna grote helikopters bulldozers 'droppen' en de slag tegen de 'groene hel' en de speurtocht naar olie pas goed op gang komen. Hoewel de eerste liter olie het land nog moet verlaten, hebben een dertigtal internationale oliefir ma's verenigd in acht consortia, al meer dan een miljard dollar in de Ecuadoriaanse Oriente gestoken. En zij doen dat niet zonder reden. Want deskundigen achten thans de mogelijkheid reëel, dat de Ecuadori aanse bodem evenveel aardolie bevat als die van Venezuela een van 's werelds groot ste producenten en misschien nog wel meer. Enorme voorraad De voorraden worden momenteel geschat op twee tot drie miljard ton, wat mogelijk zal oplopen tot het dubbele. Het Amerikaanse Texaco-Gulf-consortium is het verst gevor derd bij de olie-exploitatie. Van de 52 proefboringen, die de Amerikanen bij de Napo- en Aguarico-rivieren hebben verricht, was maar liefst negentig procent raak, een ongekend hoog percentage. De oliegiganten hebben er natuurlijk geen belang bij erg optimistisch over hun vondsten te doen, omdat zoiets de uitbuitingsmogelijkheden geringer en de onderhandelingen met de regering in Quito moeilijker maakt. Er zijn echter aanwijzingen, dat zich alleen al on der het oppervlak van het Texaco-Gulf- concessiegebied waar thans vijfduizend mensen werken zevenhonderd miljoen ton olie bevindt. Bovendien zullen Texaco en Gulf over drie maanden een ruim vijfhonderd kilometer lange pijpleiding van de Oriente naar de Pacific-kust in gebruik nemen, waardoor dagelijks zestigduizend ton aardolie naar de westkust zal stromen. Hoewel de Ecuadori aanse regering met de olieconcerns nog geen definitief akkoord heeft bereikt over de hoogte van de royalties, schatten waarne mers, dat Ecuador vanaf augustus jaarlijks honderdzestig tot tweehonderdveertig mil joen dollar aan de oliewinning zal overhou den. Wat in dit land met een jaarlijks overheidsbudget van ongeveer tweehonderd miljoen dollar zoiets als een financiële aard beving moet zijn. En de opbrengsten voor Ecuador zullen in de komende jaren nog stijgen. Want het Amerikaans-Canadese Nor- door Ferry Versteeg sul-consortium put uit een aantal geslaagde proefboringen (ook negentig procent van het totale aantal) eveneens de hoop op een voorraad in zijn concessiegebied, die de zevenhonderd miljoen ton zal benaderen en is al begonnen met de aanleg van een tweede pijpleiding naar de kust. Bovendien bestuderen de concerns momenteel de moge lijkheid van aardgasexploitatie Een ding is duidelijk. De aardolie zal de toekomst van Ecuador, dat met Paraguay en Bolivia tot de armste Latina-staten behoort, totaal veranderen. Het is zeer wel mogelijk, dat dit obscure, overwegend agrarische land binnen enkele jaren dc meest invloedrijke staat aan de Latijnsamenkaanse westkust zal zijn. Maar in hoeverre de verwachte rijk dommen en aan de ontwikkeling van het hele land en vooral aan die van de armlasti ge meerderheid van de bevolking ten goede zullen komen, blijft een open vraag. Want de semi-feodale sociale en economische structuren hebben tot op heden 's lands rijkdommen afkomstig van bananen, kof fie en cacao naar de rijkste Ecuadorianen gedirigeerd. Grondbezit Volgens 'net tijdschrift Carta Economica del Ecuador bezit 1,7 procent van de grondbe zitters 74,5 procent van de bruikbare grond, terwijl 66,9 procent van de boeren zich moeten behielpen met 2,2 procent. De (meest Indiaanse) landarbeiders, die de grond be werken, leven vaak nog onder het huasipun- go-systeem, waarbij zij in ruil voor hun arbeid en soms de onbeperkte diensten van hun vrouwen van de landeigenaar een stukje grond in bruikleen krijgen. Meestal staat de huasipunguero zijn hele leven m de schuld bij de landeigenaar, zodat hij zich nauwelijks kan verroeren. Enkele jaren geleden werden nog stukken grond verkocht, waarbij de arbeiders als vee bij de prijs waren inbegrepen. De landhervormingwet van 1964 schafte het huasipungo-systeem officieel af en stelde de boertjes theoretisch in staat het door hen bewerkte land te kopen. Maar omdat de regering de boertjes financieel in de kou liet staan, kwam de wet nauwelijks tot leven. Wat ook niet zo vreemd is, want het Ecuadoriaanse Instituut voor landhervorming (IERAC), dat de wet moet uitvoeren, wordt beheerst door grootgrondbezitters met een ontwikkeld gevoel voor eigenbelang. Al en kele kilometers buiten het regeringscen trum Quito treft men op de haciendas nog de grofste vormen van uitbuiting aan. En in de centrale Andes-vallei ingesloten door eeuwig besneeuwd hooggebergte komen vandaag nog daglonen van drie sucre ofwel twee kwartjes voor. Indianen Vooral de Indianen, bijna de helft van de zes miljoen koppige Ecuadoriaanse bevoF king, zijn er in het algemeen slecht aan toe. Nauwelijks tien procent van deze inheemsen kan lezen en schrijven en de bekende socioloog Oswaldo Hrtado schreef: 'De blanken genieten van alle sociale voordelsa terwijl de Indianen aan talloze verplichtin gen moeten voldoen zonder toegang te krij gen tot het nationale sociaal-economische leven. Een onoverbrugbare kloof scheidt de twee groepen.' De Ecuadoriaanse politiek is tot dusver wei nig meer geweest dan een incestueus spel van weinig rijken ten behoeve van weinig rijken, die zowel het land (bananen, koffie, cacao) als de handel (import-export) be heersen. Een uitzondering op deze regel trachtte de thans hoogbejaarde caudillo José Velasco Ibarra te vormen, die vijf keer.*.? president van Ecuador was en in februari jl voor de vierde keer voortijdig door de militairen het land werd uitgejaagd. De intelligente, maar excentrieke volksmenner Ibarra was een populaire demagoog met een "S onmiskenbare conservatieve inslag, die er toch keer op keer in slaagde op een links verkiezingsprogramma te worden gekozen. Maar eenmaal aan de macht lapte hij derge- -. lijke programma's aan zijn laars. Elke kri- 7; tiek op dit punt plachtte hij te pareren met -1 de leuze: 'Wat dit land nodig heeft, is een I - regering die handelt.' Lichtzinnig Helaas muntten de handelingen van Valesco Ibarra niet uit door vernuft en samenhang. Hij speelde links en rechts tegen elkaar uit ter meerdere glorie' van zichzelf, nam vaak tegenstrijdige maatregelen en versleet ln>* twee jaar zes ministers van financiën en*_ vijf van landbouw. Zijn lichtzinnige uitga- - venbeleid leverde in 1970 een sociaal-econo mische crisis op, die hij alleen de baas kon door met hulp van de militairen grote. - volmachten aan zich te trekken. Dat dezelfde militairen hem medio februari lieten vallen en zelf het heft in handen namen, kan vooral worden toegeschreven aan hun ongenoegen over het feit, dat Velasco Ibarra bij de aanstaande presidents- verkiezingen van 4 juni alle kandidaten wilde toelaten. Tot hen behoorde ook As sam Bucaran, een zakenman van Libanese afkomst en een bijzonder populaire volks- menner uit de 'school Velasco Ibarra.' Buca- ran, die de afgelopen maanden met succes linkse hervormingsideeën aan de man bracht, maar .ezelfdertijd nauw samenwerkte met zijn broer, de directeur van Texaoo- Gulf In Ecuador, werd door conservatieven, communisten en liberalen eendrachtig afge daan als een gevaarlijke demagoog. Toch zou hij bij de Inmiddels afgelaste verkiezingen van juni ongetwijfeld de hoogste ogen heb ben gegooid. Sterke man De nieuwe sterke man van Ecuador, leger- chef generaal Guillerrao Rodriguez Lara, is kennelijk van opvatting, dat de binnenkort te nemen besluiten over Ecuadoriaanse le vensbelangen, zoals niveau en besteding van de aardolieopbrengsten, te belangrijk zijn om over te laten aan verkiezingsresultaten en programma's van politici als Bucaran. Maar de militaire inzichten in deze kwesties zijn nog niet opgehelderd. President Rodri- guez Lara heeft een 'nationaal-revolutional- re' politiek toegezegd om zo de sociaal- economische structuren van het land 'van de grond af' te veranderen. Dat zal volgens de nieuwe militaire machthebbers onder meer inhouden: strijd tegen de oligarchie, sociale rechtvaardigheid, rehabilitatie van achtergebleven groepen, meer en beter on derwijs, en een rationeel gebruik van 's lands grondstoffen. Sympathieke doeleinden, die veel lijken op - die welke na de militaire staatsgreep van 1968 in Peru werden geproclameerd. Wat niet zo verbazingwekkend is, als men be- denkt, dat de Ecuadoriaanse topofficieren, evenals hun Peruaanse collega's in Lima. thans in Quito een Instituut voor Hoge Militaire Studie dienen te volgen, waar, evenals ln Lima merendeels llnks-georiën- teerde professoren in de economie en de sociologie les geven. Toch blijft het een feit, dat de Ecuadoriaan- se militairen het tot nu toe bij beloften hebben gelaten en slechts concreet waren bij het op dictatoriale wijze uitschakelen. - van burgers uit het politieke leven. Behalve uit hun binnenlandse politiek, zal de rich ting, die de militaire machthebbers inslaan, vooral m oeten büjken uit de wijze, waarop zij het visserij-conflict met Washing ton en de kwestie van de olie-opbrengsten zullen behandelen. Visserijconflict De aardoliet gaat de Ecuadoriaanse toekomst grondig veranderen. Wat het visserijconflict betreft: Ecuador heeft zijn territoriale gebied uitgebreid tot tweehonderd mijl uit de kust om de hoogge- mechaniseerde Amerikaanse vloten uit Call* fornië, die met hulp van radar, helikopters en andere technologische verfijningen de visnjkdommen voor de westelijke kusten van Latijns Amerika vergaand af romen, op afsfand te houden. Het herhaaldelijk op brengen van Amerikaanse vissersboten door Ecuadoriaanse oorlogsbodems heeft al geleid tot stopzetting van de Amerikaanse militai re hulp. De Amerikaanse visserij-lobby pro beert Washington te bewegen tot verdere pressie op Quito, wat zeer eenvoudig te realiseren valt, omdat Ecuador meer dan de helft van zijn export (meest bananen) in de VS afzet. Maar de visserij-lobby heeft tot dusver zijn meerdere moeten erkennen in de Ameri kaanse olie-lobby, die haar reusachtige be langen In Ecuador niet in gevaar wil bren gen. Of deze aardolielobby een blijvende garantie zal vormen voor de afzet van Ecuadoriaanse bananen in de VS, zal afhan gen van het verloop van de komende besprekingen tussen de Ecuadoriaanse rege ring en de olieconcerns over de hoogte van de royalties. In de jaren zestig was men voorlopig overeengekomen, dat Ecuador slechts twaalf procent van de winsten zou ontvangen, terwijl bijvoorbeeld Venezuela en de Arabische landen zestig tot vijfenze ventig procent hebben bedongen. Oliewet In september vorig jaar liet president Vela sco Ibarra een nieuwe oliewet het licht zien, die door de ollefirma's als uiterst nationalistisch en onvoordelig voor hun be langen werd omschreven. Om een ernstig oonflict met de energiek investerende oliegi ganten te omzeilen, liet Velasco de wet nog niet in werking treden. Het nieuwe militai re regime heeft tot op heden slechts vaag aangeduid, dat herziening van de voorlopige contracten met de olieconcerns niet onmo gelijk is. De Peruaanse militairen, die hun Ecuadoriaanse collega's zouden hebben geïn spireerd, aarzelden na hun machtsovername in 1968 niet de Amerikaanse International Petroleum Company te nationaliseren. Maar het aandeel van de aardolie in de Peruaanse economie was toen gering, terwijl het 'zwar te goud' thans voor de Ecuadoriaanse econo mie van levensbelang is. Men kan dan ook verwachten, dat het militaire Ecuadoriaanse regime het winststreven van de oliegiganten zoveel mogelijk zal inperken, maar er te vens voor zal waken 'de kip met de gouden eieren' te onthalzen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1972 | | pagina 13