oia de Jong kijkt
verwonderd rond
Zelf weten hoe
laat je begint
>e Grevelingen: dood
vater, ook bestuurlijk
chrijfster na dertig jaar terug uit Amerika
'Variabele werktijden' al in
ruim veertig bedrijven ingevoerd
ïharrewar over inrichting van Nederlands
rootste recreatieproject
1iTJW/KWAKTET ZATERDAG 22 .APRIL 1972
BLWENLMD/KIINST T1I/K11
I Schri
Joor Leo Kleyn
igen
jej
tera]
zijn
zeil
nuse-j
:hen,]
om
aken'
dat
dooi
ngeli
Mu-
aan-
wer«
atie.
Den'
valt.
isterbloemen', zegt Dola de
„xxg, terwijl ze er een paar aan-
f9st' 'die heb J'e niet in Ameri-
Ter afsluiting van het lange
rek verzorgt zij een korte
Ldleiding door haar royale
die haar hart heeft en
ir ze, naar haar zeggen, 'al-
aan het donderjagen' is.
haar verdriet wordt de tuin
listerd door mollen. Ze heeft
trigens ook een plezierig
inblik aan die beestjes te
;en gehad. Haar huishoud-
tr, vertelt ze, had het laatst
rer 'een loei van een mol', en
r moest Dola de Jong erg om
:en: van die zegswijze had ze
nooit gehoord,
schrijfster Dola de Jong is na
-jn verblijf van dertig jaar in de
..jerenigde Staten weer neergestre-
z'jn.jestreken in Nederland, waar
is geboren. Na korte tijd
afge'en oud klokkeluidershuisje in
€®enfroek in Waterland te hebben be-
rnd, heeft ze een half jaar gele-
in haar intrek genomen in een
aai verbouwde boerderij in Ouder-
aan (Jq Amstel.
paarf
J*$nderkomen
et aan de voet van een dijk gele-
fen onderkomen is het meest ideale
raen'Iiiis dat denkbaar is, verzekert Dola
Jong, een 'erge poes', zoals zij
zelf noemt, die maar het liefste
luisblijft. Desondanks wipt ze er
:1 eens even uit, naar Amsterdam,
n lar ze met haar auto in zeven
"linuten zit.
^lan het rijden zelf beleeft ze in
a j^'federland weinig plezier. Hoewel ze
pk J" ^Jne"ka toch al heel wat
'v "jlometers op had zitten, en ook
■t Jew York, waar ze al die tijd ge-
u"?"joond heeft, met haar auto door-
01 "hiiste, heeft ze na haar komst naar
herland toch maar wat rijlessen
momen. Als ze hier achter het
.ur zit, constateert ze, kan ze geen
inde haar aandacht laten verslap-
vooral omdat ze bij haar Neder-
idse mede-weggebruikers een lich-
voorkeur voor het zogenaamde
"jijden heeft moeten vaststellen.
over de wat roekeloze rij-
verbaast Dola de Jong zich
e roerende, daarmee enigszins
tegenspraak lijkende, zorg waar-
.wor)ee de Nederlanders hun vervoer-
maeRiddeien omringen. De auto, zegt
is hier nog een speelgoedje. Haar
valK!f)-jarige zoon, die aan de universi-
n zei^jt van Chicago studeert, heeft ze
zaen tekening gestuurd van een
ïderd^pisch zaterdags tafereel: mannen
Me in de weer zijn met groene
langen die uit de huizen naar de
noestijto's kronkelen. Sinds kort is Dola
rzl?njp Jong ook aan het tekenen en
"a*hilderen geslagen.
Dola de Jong, die in 1940 bij de
komst van de Duitsers de wijk nam
naar Marokko (toen nog allesbehal
ve een toeristenoord) en een jaar
later de kans kreeg naar Amerika te
gaan, spreekt nog steeds accentloos
Nederlands. Wel zijn haar in de
loop van de jaren nogal wat woor
den ontschoten en moet ze zich met
Amerikaanse behelpen. Ze schrijft
in het Engels, mede met het oog op
de Amerikaanse markt.
Haar taalgebruik, zegt ze, is nog dat
van de jaren dertig, al merk je daar
eigenlijk niets van als je met haar
praat. Aan nieuwe uitdrukkingen,
zoals 'loei' voor iets dat erg groot is,
of 'ga d'r maar aan staan', moet ze
wel even wennen. Omgekeerd merkt
ze dat zij soms woorden bezigt die
allang uit de gratie zijn geraakt.
Er is wel meer waaraan Dola de
Jong moet wennen in Nederland,
waaraan ze de afgelopen dertig jaar
alleen maar af en toe een bezoekje
heeft gebracht. Ze wekt de indruk
nogal wat kritiek te hebben op de
gang van zaken in haar hervonden
vaderland, meer dan ze kwijt wil.
Als Amerikaanse (wat ze in 1946 is
geworden, mede omdat 't 'niet leuk'
werd gevonden als immigranten
zich niet lieten naturaliseren), zegt
ze zelf ook, wil ze 'echt niet te
kritisch' zijn.
Haar kritiek wordt overigens over
vleugeld door verwondering. Ze
stuit op zoveel dingen die ze niet
kent of niet begrijpt dat ze iedereen
overstelpt met vragen. Niet altijd
wordt ze daar wijzer van. Zo is Dola
de Jong, met haar uitgesproken
voorkeur voor klassieke muziek, er
nog steeds niet achter hoe het moge
lijk is dat de radio Haar zo weinig
aan haar trekken laat komen.
'De hele dag dat larmoyante gebler',
zegt ze verbolgen, 'allemaal van die
zesderangs pop. Hoogst zelden hoor
je eens klassieke muziek. In Ameri
ka deed de radio daar veel meer
aan. Hier ben je totaal aangewezen
op platen'. Over het peil van de
televisieuitzendingen in Nederland
heeft ze geen mening, want ze ziet
nooit televisie; ze bezit zelfs geen
toestel.
Bovendien heeft ze in Amerika een
'gruwelijke hekel aan televisie opge
lopen'. Alleen de 'late movies' kon
ze wel waarderen. De 'talk shows'
keurde ze bijvoorbeeld geen oog
waardig, al kijkt ze er nu, als ze in
Amerika is, wel naar: om, zoals ze
zegt, de vinger aan de pols van dat
land te houden.
Van de televisie naar de bioscoop is
een niet al te grote stap, en een
doeltreffende, want Dola de Jong
laat prompt het woord 'ramp' val
len. Ze vindt het maar een uiterst
merkwaardige toestand 'met die pau
ze en die ijsjes'. 'In Amerika ga je
gewoon tussen twee afspraken door
naar de bioscoop. Hier is het hele
maal een avondje uit'.
Ook andere dan de uitgaansgewoon-
ten van de Nederlanders verbazen
haar. Met name van het doen en
laten van de Nederlandse vrouw be
grijpt ze niet veel. Met ver
bazing in haar stem spreekt
ze over de huisvrouw die het bood-
schappen-doen al als een uitje ziet
(met als gevolg dat Dola de Jong
riah ongaarne in winkels ophoudt)
en een groot gedeelte van haar tijd
besteedt aan het, in letterlijke zin,
'wegboenen van de gereformeerde
schuldgevoelens'. Dolle Mina maakt
bij dat alles maar weinig goed. De
Mina's, vindt de schrijfster, hebben
een verkeerde naam gekozen en zou
den een voorbeeld moeten nemen
aan de Amerikaanse vrouwenbevrij
dingsbeweging, waarvoor ze grote
bewondering heeft.
Nachtmerrie
Wie vindt dat de Nederlandse Ame
rikaanse er toch wel wat fors tegen
aan gaat, kan uit haar mond ook
horen, en ze zegt het zonder enige
aarzeling, dat het ondanks alle be
zwaren in Nederland uitstekend uit
te houden is.
Was ze het, nog In New York wo
nend, eens met de beroemde uit
spraak van de ook naar Amerika
uitgeweken dichter Leo Vroman
(met wie ze dik bevriend was),
'Liever heimwee dan Holland', nu is
ze minder pertinent in die voorkeur.
Ze geeft zelfs grif toe dat ze het
leven in haar boerderij in Ouder
kerk 'verrukkelijk' vindt.
Niemand die weet hoe het leven in
New York is, hoeft dat te verbazen.
Dola de Jong spreekt van een 'nacht
merrie'. De laatste jaren woonde ze
in een hotel, omdat ze zich thuis
niet veilig meer voelde. 'De grote
avenues, hele wijken zijn 's avonds
uitgestorven. Zelfs de mannen zijn
bang'. De criminaliteit, meent ze, is
in New York een onoplosbaar pro
bleem.
Onlangs hoorde ze van haar zoon
dat diens hi-fi-installatie gestolen is.
Het was de zoveelste bezitting die
hij door diefstal kwijtraakte: op
prille leeftijd al verloor hij zijn
sleetje, zijn driewieler, zijn step,
zijn fototoestel en nog zo het een en
ander. Als klein jongetje, vertelt
zijn moeder, maakte hij het wel mee
dat een leeftijdgenootje met getrok
ken mes en onoirbare oogmerken op
hem afkwam.
Behalve met criminaliteit werd Dola
de Jong in New Work ook gecon
fronteerd met 'verschrikkelijke ar
moede'. De laatste paar jaar zag ze
zelfs bedelaars op straat. Die armoe
de heeft bij haar het denkbeeld
doen postvatten dat in Nederland
iedereen in de watten wordt gelegd.
'Er is hier toch geen armoede,'
roept ze uit. 'Nou ja, misschien dan
wel verborgen armoede', geeft ze na
enige discussie toe.
De in de watten gelegde Nederlan
ders, vindt ze, moeten ook maar niet
zoveel nadruk leggen op de negatie
ve aspecten van de Amerikaanse sa-
Dola de Jong werd geboren in Arnhem, waar ze korte tijd als verslaggeef
ster bij de Nieuwe Arnhemsche Courant werkte. Ze verhuisde naar Am
sterdam, waar ze op de kunstredactie van De Telegraaf de slechte films
recenseerde. Daarnaast trad ze op als balletdanseres. In 1939, kort voor haar
vertrek naar Marokko, en later naar de Verenigde Staten, debuteerde ze
met de roman 'Dans om het hart'. Haar ervaringen in Marokko lagen ten
grondslag aan haar In 1946 verschenen roman 'En de akker is de wereld',
die in 1947 werd bekroond met de prozaprijs van de stad Amsterdam. In
1954 publiceerde ze 'De thuiswacht', waarvan een lesbische verhouding het
thema vormde, en in 1965 'De draaitol van de tijd'. Daarnaast heeft ze veer
tien kinderboeken geschreven.
menleving. Ze mist te veel de 'posi
tieve geluiden": 'Het zijn toch alle
maal slogans die je hoort. Commu
nisme. Fascisme. Als je vraagt wat
dat dan is, weten ze het niet'. Ze
refereert aan berispingen van gelij
ke strekking, onlangs aan het adres
van de Nederlanders uitgedeeld in
een groot Amerikaans tv-blad, en is
verbaasd te horen dat die veeg uit
de pan op nogal eenzijdige informa
tie was gebaseerd.
Afschuwelijke man
Haar tweede vaderland, dat Is duide
lijk, ligt Dola de Jong na aan het
hart, al wil ook zij het bepaald niet
verheerlijken. Ze vindt het bijvoor
beeld maar raadselachtig dat Nixon
president is geworden; onomwonden
zegt ze dat een afschuwelijke man te
vinden. Bij de jongste presidentsver
kiezingen ging haar voorkeur uit
naar McCarthy.
Haar liefde voor Amerika, waar ze
met een paar dollar op zak aan
kwam, valt niet moeilijk te begrij
pen: het is haar daar altijd voor de
wind gegaan. Als schrijfster heeft ze
naar eigen zeggen erg veel geluk
gehad: haar boeken vonden gretig
aftrek. Haar Nederlandse collega's
had ze graag eenzelfde lot beschoren
gezien; ze heeft zich altijd ingespan
nen de Nederlandse literatuur in
Amerika ingang te doen vinden.
Dat het nauwelijks gelukt is, ligt
niet aan haar, maar aan de gebrek
kige manier waarop daartoe vanuit
Nederland, in slecht Engels en zo,
pogingen werden ondernomen. De
vertalingen, zegt Dola de Jong, wa
ren vaak uiterst bedroevend.
Met de propaganda voor de rest van
de Nederlandse cultuur is het vol
gens haar niet veel beter gesteld.
Teruggekeerd in Nederland, kan Do
la de Jong er verder ook niets meer
aan doen. Ze is, na zes jaar niet
meer gepubliceerd te hebben, maar
weer aan het schrijven geslagen. Ze
werkt aan een psychologische thril
ler, met Amsterdam als plaats van
handeling. In een la ligt ook nog
een half afgemaakte roman op haar
te wachten. Ze weet niet of ze er
nog aan toekomt. 'Schrijven', ver
zucht ze, 'is een eenzaam beroep'.
Wat dat betreft maakt het niet uit
of je in Nederland of ln Amerika
woont.
door Dick Ringlever
DEN HAAG/UTRECHT Voor langslapers en vroege opstaanders
breken gouden tijden aan. Nog even en iedere werker zal zelf mogen
uitmaken hoe laat hij de slaap uit de ogen wil wrijven, of hij matineus
om half aoht wil beginnen dan wel om een uurtje of negen: hij krijgt
het allemal in eigen hand nu het systeem van variabele werktijden
snel gemeengoed lijkt te worden in het Nederlandse bedrijfsleven.
Zo'n twee jaar terug aarzelend en bij
wijze van proef begonnen, blijkt dat
systeem zo populair te zijn, dat nu al
ruim veertig bedrijven en gemeente
diensten het hebben ingevoerd. Zelfs
op de ministeries is men er al mee
bezig. Een studiegroep van binnen
landse zaken heeft al een discussie
stuk opgesteld, dat binnenkort in het
georganiseerd overleg zal worden be
sproken. Ziet men er wat in, dan
betekent dit, dat straks wellicht
134.500 rijksambtenaren zich zullen
aansluiten bij de enkele tienduizen
den werknemers, die al profiteren
van de nieuwe regeling.
Hoewel over de resultaten van het
systeem tot nu toe weinig of geen
concrete gegevens bekend zijn, is de
algemene indruk wél, dat het minder
moeilijkheden heeft opgeleverd dan
aanvankelijk werd gedacht. In de
meeste bedrijven is de overschakeling
vrij soepel verlopen. Niet in de laat
ste plaats omdat nog altijd een vrij
hoog percentage van de werknemers
(geschat wordt de helft) niet of nau
welijks de mogelijkheid om vroeger
of later te beginnen aangrijpt.
Drs. E. de Graaf, bedrijfssocioloog bij
de Nederlandse Spoorwegen, die als
eerste grote onderneming het systeem
begin 1970 voor de 3000 administratie
ve werknemers in Utrecht invoerden:
'We hebben nog geen onderzoek naar
de resultaten ingesteld, maar op het
gezicht zijn die gunstig. Ongeveer 50
procent van de mensen maakt gebruik
van het systeem. Een duidelijke voor
keur blijkt uit te gaan naar 8 uur als
begintijd'.
Gebleken is, dat vooral de forensen
hun tijden hebben veranderd. Meestal
zijn dat de werknemers die door een
trein vroeger of later te nemen soms
een half uur kunnen besparen door
dat ze betere aansluitingen hebben.
Het door de spoorwegen geconstateer
de gevolg daarvan is, dat de traditio
nele pieken in het treinvervoer naar
het Gooi aanzienlijk zijn afgevlakt: de
drukte is meer gespreid. De Utrechtse
verkeerspolitie constateert hetzelfde,
al omschrijft zij de verlichting als
'nog maar een druppel'. 'Pas wanneer
meer bedrijven op het systeem over
schakelen, zullen we er in het stads
verkeer meer van gaan merken'.
Uren sparen
In tegenstelling tot veel andere be
drijven hebben de spoorwegen het
systeem van gestaffelde in plaats van
glijdende tijden ingevoerd. Dit bete
kent, dat er gefixeerde begin- en eind
tijden zijn. Men kan beginnen om
half acht, acht uur, half negen en
negen uur. De eindtijden zijn nave
nant. want men is verplicht de mini-
(or Jan Brokken
appa-
eyser
neterirt'j
vier
schil-1
luurd
reg<
Jdngf,
ver-
eini;
yordt
Voor
en
n de
taald
idek-
een
HAAG/MIDDELBURG
is een beleid, maar wij weten
hoe dat beleid eruit ziet. In
Haag bestaan plannen, maar
kennen die plannen niet. Af
oe zie je weer eens een hoop-
rint in de Grevelingen liggen,
dan vraag je je af: wat zijn
ïu weer aan 't doen'. Zo om-
ijft de Zeeuwse gedeputeerde
Boersma de 'bestuurlijke
digheid' waarmee de rijks-
'heid werkt aan de inrichting
Nederlands grootste recrea-
roject De Grevelingen.
puteerde Boersma was drie jaar
emeester van Brouwershaven, het
je dat in het toekomstig mekka
de watersport een belangrijk toe-
ich centrum gaat worden. In die
jaar moest de toenmalige burge
ier Boersma maar wat aanmodde-
omdat de 'regering geen leiding
aan wat zij zelf een nationaal
ekt noemt'.
Grevelingen kan een mooi meer
;n, maar ik vraag me nu al af, of
imliggende gebieden op Schouwen
ïoeree harmonisch zullen zijn af
bind op dat meer. De gemeenten
len niets anders doen dan wat
irim enteren'. Boersma's opvolger,
emeester A. P. Schouwenaar
et eenzelfde kreet. 'We kunnen
bestemmingsplan niet afstemmen
het Grevelingenplan, omdat het
te domweg niet bestaat'.
uit burgemeester Schouwenaar
Ier felle kritiek dan zijn voorgan-
Samen met de Zeeuwse gedepu-
le Van Geestbergen, de Zuidhol-
se gedeputeerde Engelsman en de
lemeester van Goeree is hij verte-
;-poordiger van de lagere overheid
e stuurgroep, die het Grevelingen-
ekt moet begeleiden. Die stuur-
lenfler
groep had al maanden geleden bijeen
moeten komen, maar de bestuurlijke
moeilijkheden hielden dit tegen. Zo
lang in Den Haag gebekvecht werd
onder welk ministerie de Grevelingen
zou vallen (verkeer en waterstaat of
cultuur, recreatie en maatschappelijk
werk) kon niets van de grond komen,
en trokken de vertegenwoordigers van
die lagere overheden voortdurend aan
de Haagse bel. Tenslotte moesten zij
zich verantwoorden tegenover de ge
meenteraad of de staten. 'Het leek of
we iets achter onze kiezen hielden,
maar we wisten domweg niets', zegt
gedeputeerde mr. H. B. Engelsman.
Knoop doorgehakt
Op 5 maart hakte minister-president
Biesheuvel de knoop door. Het minis
terie van verkeer en waterstaat zal
zich in de aanlooptijd met de Greve
lingen belasten; ir. Ferguson, hoofd
van de Deltadienst, wordt voorzitter
•van de stuurgroep, die op 28 mei de
eerste vergadering gaat houden.
En omdat in politiek Den Haag met
stellige zekerheid wordt gezegd, dat
het rijk het hele Grevelingenprojekt
gaat betalen (150 miljoen voor het
meer zelf en eenzelfde bedrag voor de
voorzieningen op het land) willen de
vertegenwoordigers van de lagere
overheden niet al te veel kritiek meer
geven. 'Wij zijn niet blij met de
beslissing, dat de Grevelingen onder
verkeer en waterstaat gaat vallen,
maar wij willen ons nu loyaal opstel
len om eindelijk eens iets van de
grond te krijgen', zegt de Zuidhol
landse gedeputeerde Engelsman De
kritiek strekt zich voornamelijk uit
over de voorgeschiedenis van de Gre
velingen, een 'beschamend voorbeeld
van bestuursonkunde', zoals een sta
tenlid het eens uitdrukte.
Recreatieproject
In 1957 werd door de Tweede Kamer
de Deltawet aangenomen, waar de
afsluiting van de Grevelingen, de
open zeearm tussen Schouwen en Goe
ree, onder ressorteerde. De expansie
van de Randstad en het tekort aan
recreatiegebieden deed in 't begin van
de zestiger jaren de gedachte rijpen
om van de Grevelingen 'n groot, natio
naal recreatiegebied te maken. Begin
1967 verscheen de Ontwikkelings-
schets Recreatiegebied Grevelingen
(plan Santema).
Kort daarop verenigden vertegenwoor
digers van de twee betrokken provin
cies, Zuid-Holland en Zeeland en een
tiental omliggende gemeenten zich in
de Stichting Recreatieplan Grevelin
gen. De Stichting was dik tevreden
over het plan Santema, waarin een
schets werd gegeven van de inrichting
van het Grevelingenmeer: de creatie
van een aantal eilanden, vaste oever
beplanting en de aanleg van kilome
ters lange stranden. De gemeentelijke
en provinciale bestuurders constateer
den niet zonder trots 'dat ze met een
nationaal projekt bezig waren, de cre
atie van een Veluwe voor de water
sport'. Die tevredenheid Is nu ver te
zoeken. Want sinds het plan Santema
is er niets meer gebeurd
'Dood'
Een jaar geleden kwam de Brouwers-
dam gereed, de zes kilometer lange
dam, die de Grevelingen aan de zee
kant afsluit. De Grevelingen is nu
dood water, 'zowel natuurlijk als be
stuurlijk' zoals burgemeester Schou
wenaar het stelt. Stichting schreef
vele brieven aan de minister-presi
dent, aan de betrokken ministeries,
om te komen tot de vorming van een
stuurgroep en een beslissing onder
welk departement De Grevelingen zou
vallen. De brieven werden niet of met
de tussentijd van eén half jaar beant
woord met het Haagse zinnetje 'de
zaak is in studie', een handelwijze die
burgemeester Schouwenaar en gedepu
teerde Engelsman omschrijven met
'schandalig'. Terwijl de provincies en
de gemeenten nog steeds in het 'nie
mandsland' verkeren, gaat Rijkswater
staat haar gang in een volstrekte
anonimiteit. In Den Haag en Middel
burg fluistert men, dat Rijkswater
staat met dit objekt een geweldig
stuk public relations in handen kreeg
geworpen, maar dat ze het nu al
redelijk verknald heeft. Het beleid is
onbekend, de plannen zijn onbekend
Fouten
En er worden fouten gemaakt, getui
ge een artikel van drs. Wolff van
de Deltadienst voor Hydrobiologisch
Onderzoek in het Zeeuws Tijdschrift.
Er is rogge ingezaaid in het (volgens
het plan Santema bestempelde) na
tuurgebied, in plaats van in bet voor
recreatie bestemde gebied. 'Wanneer
er nu direct iets aan deze fouten
gedaan wordt, dan kan er nog het een
en ander hersteld worden. De natuur
gebieden kunnen dan voor negentig
procent in de oorspronkelijke staat
worden teruggebracht. Die tien pro
cent zijn nu al verloren gegaan', zegt
bioloog Wolff later.
Dergelijke fouten wijten de betrokke
nen niet aan de onbekwaamheid van
Rijkswaterstaat maar aan het bestuur
lijk geharrewar. 'Dat Verkeer en Wa
terstaat wordt betrokken bij de ont
wikkelingen van een groot waterpro-
jekt is de normaalste zaak ter wereld',
zeggen zij. Maar waarom het ministe
rie zo'n centrale plaats moet bekle
den, blijft een vraag. Misschien kan
het antwoord gevonden worden in het
lijstje van leden van de stuurgroep
Het feit dat daarin vertegenwoordi
gers van de dienst Zuiderzeewerken,
de dienst IJsselmeerpolders, zitting
hebben doet vermoeden, dat zolang er
nog geen zekerheid bestaat over het
afronden van de Zuiderzeewerken een
plaatsje voor ambtenaren gevonden
moest worden.
Mr. H. B. Engelsman: 'komt de
Grevelingen niet knel te zitten
met z'n infra structuur'.
Burgemeester A. P. Schouwenaar:
'schandalig lang wachten'
De Grevelingen is nu al een jaar afgesloten. Maar Nederlands' groot
ste recreatieproject komt nog steeds moeilijk van de grond.
Gedeputeerde Boesma wil van al deze
suggesties af wezen. 'Welk departe
ment er zich mee belast, het zal me
verder een zorg wezen. Als die zaak
maar eens opengegooid wordt. Nu
weet niemand wat'. Door de ambtelij
ke strubbelingen blijven belangrijker
vragen, zoals die van gedeputeerde
Engelsman onbeantwoord. Engelsman
vraagt zich af, of de Grevelingen
eigenlijk wel zo'n groot recreatiege
bied moet worden. 'Met zo'n projekt
moet je geweldige investeringen doen
in de infra-structuur. Als over een
jaar of tien vele tienduizenden recre
anten een zomerse dag aan de Greve
lingen gaan doorbrengen, moet je wo
gen bouwen met een enorme capaci
teit om de drukte in de spitsuren
gedurende drie, vier zomermaanden
op te vangen. Je kunt je daarom
afvragen, of je de Grevelingen niet
wat moet afremmen en 't Haringvliet
ook wat moet ontwikkelen'.
Het grote nadeel van het Haringvliet
is echter, dat de afgesloten zeearm in
open verbinding staat met de Rijn.
Het water van 't Haringvliet is nu al
smerig, terwijl het water van de Gre
velingen, ondanks negatieve berich
ten, van een ongekende helderheid is.
Onderzoekingen van het Delta-insti
tuut voor Hydrobiologisch onderzoek
hebben dat aangetoond.
mum pauze in acht te nemen. Even
eens is men verplicht zich voor een
half jaar vast te leggen: wie kiest
voor acht uur moet dat ook zes maan
den volhouden.
Drs. De Graaf: 'Op deze manier om
zeil je het probleem van de prikklok
en de onrust op de afdelingen, die
het gevolg kan zijn als de mensen
gedurende anderhalf uur per minuut
kunnen binnenkomen'.
De vervanging van de chef, *die ook
wel eens wil uitslapen', is in de
praktijk bij NS geen probleem geble
ken. De Graaf: 'Als er maar voor
gezorgd wordt, dat er een plaatsver
vanger is. Ik geloof, dat dit een goed
systeem is. Op deze manier krijgen
ook anderen de gelegenheid eens op
de stoel van de chef te gaan zitten en
daardoor krijigen ze een betere indruk
van wat een chef te doen heeft Dat
geldt ook voor de onderlinge verhou
dingen: men krijgt een heter Inzicht
in het werk van collega's, men raakt
meer geïntegreerd. Daardoor wordt
ook de democratie Ibinnen een afde
ling 'bevorderd'.
BohaLve het voordeel van meer indivi
duele vrijheid, is het pré van het
systeem óók, dat eenvoudiger overu
ren kunnen worden geteld. Iedereen
heeft immers het recht meer dan de
voorgeschreven werkuren te maken.
Bij de meeste bedrijven is daarvoor
een spaarregeling opgezet. De NS
keert die uit in ten hoogste halve
vrije dagen, andere werkgevers (on
der meer de gemeente Rotterdam)
stellen de werknemer in de gelegen
heid de extra uren aan de vakantie
toe te voegen.
Prikklok
Over het algemeen is het aantal be
drijven, dat mét dit systeem óók de
prikklok weer heeft ingevoerd vrij
beperkt. Wat niet wegneemt, dat on
dernemingen, die zich met de fabrica
ge hiervan bezighouden vooral het
laatste jaar weer een sterk groeiende
verkoop signaleren. De verkoop orga
nisatie van de Zweedse Ericsson-fa-
briek in Rijen: De afzet stijgt onver
wacht snel. En we verwadhten nog
veel méér van deze ontwikkeling'.
Die prikklok wordt met name in ere
hersteld in bedrijven, die de zoge
naamde glijdende werktijden invoe
ren. Het systeem vol'gens welk de
werknemer binnen bepaalde limieten
op elk moment kan binnenkomen. Hij
stopt zijn kaart in het apparaat en
weet aan het eind van de maand
precies hoeveel uren hij teveel of te
weinig heeft gewerkt.
Overigens is dat systeem van glijden
de tijden geen volledig vrijblijvende
zaak voor de werknemer. De meeste
werkgevers eisen wel degelijk, dat
van tevoren afspraken worden ge
maakt: per dag, per week, of per
maand. Wanneer dit niet wordt ge
daan, heeft de ervaring uitgewezen,
komt men dikwijls voor onaangename
verrassingen en stagnaties te staan.
Om dit zoveel mogelijk te voorkomen
heeft verreweg het grootste deel van
de bedrijven ook een blbktijd Inge-,
steld: de periode, waarin in ieder-
geval iederéén aanwezig moet zijn.
Deze loopt meestal van negen uur tot
een uur of vier.
Proef in fabriek
Variabele werktijden blijken het
minst problemen te geven in de admi
nistratieve sector. Op de produktie-af-
delingen met name daar, waar het
lopende band-systeem wordt toegepast
lijikt het systeem vooralsnog min
der attracties te hebben. Wat overi
gens niet wegneemt, dat men er ook
in deze sector in Duitsland in vei>
scheidene ondernemingen proeven
mee neemt. En volgens de eerste
berichten zijn deze niiet ongunstig
uitgevallen.
Duidelijk gunstige resultaten blijken
te worden geboekt bij research-afde-
lingen. De ShelRaboratoria in Am
sterdam en Rijswijk leveren er het
bewijs voor. Een woordvoerder van
het bedrijf: 'juist In deze sector zijn
de voordelen aansprekend. Vroeger
kon men om vier uur 's middags niet
meer beginnen met een proef, die
anderhalf uur duurde. Zoiets werd
uitgesteld tot de volgende dag met
het gevolg, dat de mensen een uur
lang niets te doen hadden en maar
moesten wachten tot de werkdag er
op zat. Nu kan men gewoon doorgaan.
Dat halve uur extra wordt gewoon
..ri ekend: of men komt de volgende
dag een half uur later, óf men spaart
het op'.
Die extra uren worden bij de Shell
door de mensen zélf geregistreerd.
Evenals bij veel andere bedrijven
voelt men hier weinig voor het prik
kloksysteem. Niet alleen omdat het
als een weiniig sympathieke methode
wordt beschouwd, vooral ook omdat
het veel administratieve rompslomp
geeft. Al die kaarten bij te houden en
tijden te registreren, zou een comple
te afdeling dagwerk leveren.
Vooral voor grote bedrijven zou dit
welhaast ondoenlijk zijn. Ook dus
voor de ministeries, waar men trou
wens nog wel meer obstakels zal ont
moeten. Wat zal men bijvoorbeeld
om maar één voorbeeld te noemen -
aanmoeten mot het reistijdenbedult?
Op het ogenblik krijgen rijksambtena-
ren, die buiten de officiële werktijden
voor de baas bulten het kantoor bezig
zijn, extra vergoedingen. Hoe zal dat
straks moeten als men uit eigen bewe
ging kiest voor latere werictijden?
Voor het georganiseerd overleg zaken,
die straks ongetwijfeld ter tafel zullen
worden gebracht en moeten worden
opgelost voordat besloten wordt tot
Invoering van de regeling.