'Spitz' Kohn
gaat weinig
veranderen
bij Twente
NCSU zoekt naar
wegen om bindend
element te blijven
'Overgang van amateurs naar
profs vaak stap uit wanhoop'
TROUW/KWARTET ZATERDAG 18 MAART 1972
SPORT 17
Van onze speciale verslaggever
ENSCHEDE Piet Schrijvers, Epi Drost, Eddy Achterberg, Willy
van de Kerkhof en Benno Huve. Zij vormen de spelersraad van FC
Twente. Bij de besprekingen over wie de opvolger van Kees Rijvers
zou worden hebben de spelers veel inspraak gehad. De spelersraad
kwam vorige week bij het bestuur met de volgende punten aandra
gen: de nieuwe trainer moest a. ervaring hebben; b. persoonlijkheid
hebben; c. voorstander zijn van een menselijke benadering en d. Ne
derlands spreken. Schrijvers: 'Wij hebben geen naam genoemd. Dat
heeft het bestuur gedaan en toen hebben wij ingestemd'. Bestuur
en spelers werden het snel eens omdat er maar één naam was: Spitz
Kohn.
Ook Kees Rijvers (hij had het be
stuur geadviseerd) had Spitz Kohn bij
de eersten op het lijstje staan. Rij
vers: ¥e hadden afgesproken dat
Kohn aan het eind van dit seizoen
zou weggaan om zelfstandig te gaan
werken. Het was misschien beter
geweest ,als hij naar een andere club
was gegaan. Maar dat is maar een
le veronderstelling van mij. Door de om
standigheden is hij hier gebleven.
Wel is het een prettige gedachte dat
Spitz mijn werk gaat voortzetten'. En
Schrijvers: 'Het is natuurlijk zo dat
niet alle spelers gelukkig met Kohn
zullen zijn. Ik in ieder geval wel. Zijn
oefenstof is goed en in de omgang is
hij erg menselijk. Dat vind ik erg
Twente heeft Spitz Kohn ('haast nie
mand weet dat ik Antoine heet. De
lijnaam Spitz heb ik in Luxemburg
gekregen') nog net op tijd voor één
jaar kunnen contracteren. Na vijf jaar
Twente wilde Kohn op eigen benen
staan. Kohn: 'Het kon me niet schelen
wat voor club ik kreeg. Al was het
een amateurclub geweest, ik had het
gedaan. Ik was al rond met een eerste
divisieclub. De naam noem ik niet,
want dat is niet leuk voor de trainer
daar komt. Ik had me al helemaal
ngesteld op de verhuizing en de club.
Toen kwam Twente opeens. Het was
ien geweldig spannende periode.
Doodmoe was ik na al die slopende
iagen'.
ipitz Kohn (38) spreekt het Neder-
ands bijzonder charmant. 'Ik ben nu
Icrticn jaar in Nederland en nog
ipreek ik het niet goed. Deze moeilij
ke taal zal ik nooit goed leren. Laatst
loorde ik mijn stem op de radio. Het
iccent is niet hinderlijk. Ik heb ook
le trainerdiploma's hier gehaald. Dat
vas niet gemakkelijk. Als ik naar één
voord moet zoeken sta ik twee minu-
en stil. De jongens pesten me er wel
iens mee. Dat is niet erg. Op de
raining had ik het een keertje over
ran het muurtje naar het kastje lo-
len. Dan wordt er natuurlijk gela-
ihen'.
paar weken mocht ik het B-elftal
helemaal alleen doen. Daarna kreeg ik
de keepers en toen werd ik ingescha
keld bij het A-elftal. Elk jaar kreeg
ik meer te doen. Ballen brengen en
paaltjes meenemen was er niet bij. Of
de. spelers die niet nodig zijn amuse
ren. Mijn opleiding was uniek. Overal
werd ik bij betrokken. Ik werkte niet
in de schaduw maar in de zon. Het
hele bedrijf heb ik schoongeveegd.
Dan kun je" er over meepraten'.
Contactfiguur
ill
jk
twee-eenheid
fohn (elke middag knapt hij een
lilt je om weer fit op het werk te
erschijnen) heeft lang in de schaduw
an Rijvers gewerkt. Vaak werden de
lamen Rijvers en Kohn wel in één
lem genoemd. Ze opereerden als een
fee-eenheid. Kohn: 'Vijf jaar is een
ele tijd. Onder Rijvers was dat geen
robleem. Bij een andere trainer was
misschien eerder weggegaan. Van
ijvers heb ik tamelijk veel geleerd,
(at hij hier opgebouwd heeft is gran-
Rijvers heeft een grote kennis
het voetbal en is een sterke
ikticus'. Kohn (een verwoed verza-
lelaar van postzegels en munten)
eeft bijna een ideale opleiding gehad
nder Rijvers. 'Eigenlijk is het toeval
eweest dat ik zo lang gebleven ben.
oor de omstandigheden is dat geko-
ien. Maar jk ben blij dat ik het
waan heb. Nooit heb ik me hulptrai-
er gevoeld. Wel assistent. Na een
MSTERDAM De wereldranglijst aller tijden heeft het afgelopen seizoen bij
schaatsers weinig veranderingen ondergaan. Ard Schenk met slechts één
erbeterde tijd: de 5000 m die hij in Inzeil in 7.09.8 aflegde is duidelijk
irste gebleven, terwijl ook Kees Verkerks tweede positie ondanks zijn teleur-
e.lende seizoen geen wijziging onderging. Jan Bols is om de Nederlandse
acht van alt moment nadrukkelijk te demonstreren naar de derde plaats
'gerukt. Hij verdrong door nieuwe persoonlijke toptijden op de 500 cn 1000
eter de Zweed Goeran Claeson van deze plaats. Opmerkelijk was de opmars
'n Harm Kuipers. Hij kwam vanuit het 'niets' (103) ineens op 18, één plaats
|nter Jappie van Dijk die van 23 naar 17 klom. Eddy Verheven bleef verder
ntste (hij verkleinde door zijn serie betere prestaties wel' de achterstand
et de leiders) terwijl de uit de kernploeg gevallen rijders Peter Nottet en
innie Nooitgedagt zakten van resp. 9 naar 12 en van 11 naar 19
top twintig luidt:
Schenk (Ned)
Verkerk (Ned)
Bols (Ned)
Claeson (Zw)
Stensen (No)
Fornaess (No)
Grönvold (No)
Verheyen (Ned)
Thomassen (No)
Zimmermann (W-Dld)
Koskinen (Finl)
Nottet (Ned)
Carrol (VS)
Hoeglin (Zw)
Guttormsen (No)
Tveter (No)
Van Dijk (Ned)
Kuipers (Ned)
Nooitgedagt (Ned)
Sandler (Zw)
38.9
1.58.7
7.09.8
14.55.9
166.242
39.9
1.58.9
7.13.2
15.03.6
168.033
39.4
2.01.6
7 10.7
15.10.2
168.513
39.2
2.00.1
7.17.0
15.18.7
168.868
40.1
2.01.9
7.15.1
15.07.1
169.604
39.1
2.02.0
7.20.6
15.23.8
170.010
39.3
2.01.4
7.22.5
15.20.0
170.037
40.4
2.01.4
7.20.6
15.15.3
170.692
39.8
2.02.5
7.22.3
15.23.3
171.028
39.7
203.3
7.21.6
15.23.3
171.125
39.9
2.01.5
7.22.1
15.38.9
171.554
40.1
2.02.2
7.25.5
15.24.8
171.623
39.9
201.4
7.26.4
15.32.5
171.632
40.3
2.02.1
7.26.0
15.23.6
171.780
41.2
2.04.6
7.14.9
15.13.7
171.908
39.8
2.02.6
7.20.2
15.47.5
172.062
41.0
2.02.5
7.16.9
15,38.1
172.428
40.6
2.02.0
7.24.9
15.33.8
172.448
40.7
2.02.0
7.31.0
15.19.8
172.457
41.2
2.04.2
7.22.5
15.20.6
172.880
Van onze speciale verslaggever
ROTTERDAM Wie, hoe bescheiden ook, denkt in termen van presteren zal niet kunnen blind
varen op de christelijke sportbeweging. In vergelijking met de grote neutrale sportbonden is die chris
telijke sportbeweging een dwerg, die wat betreft competitie en allerhande technische mogelijkheden
niet anders kan dan achterblijven. Ook is de keuze uitermate beperkt: van de vele taken die de
sport rijk is, zijn er slechts een handvol binnen de Nederlandse Christelijke Sport Unie (NCSU) ver
tegenwoordigd.
Het streven naar vooruitgang resul
teert in samenwerking met neutrale
organisaties. De voetballers en volley
ballers werken reeds lang samen en
de korfballers zorgden voor 'n belang
rijke doorbraak door te integreren
met de neutrale organisatie. Ontwik
kelingen die NSU noodzaken naar
een aanpassing aan de nieuwe situatie
te zoeken; zich de vraag te stellen hoe
het contact met de christelijke sport
beoefenaren te behouden en zelf een
bindend element te blijven, of, voor
de kritici, te worden.
Rapport
De grote vraag bij Kohn (hij heeft
nog steeds de Luxemburgse nationali
teit) blijft: is het goed om een hulp
trainer bij dezelfde club hoofdtrainer
te maken? In het geval Kohn is het
een voordeel dat hij volledig op de
hoogte is van de gang van zaken bij
Twente. Ook kent hij precies de werk
wijze van zijn voorganger. Kohn (ge
trouwd en geen kinderen): 'Een bui
tenstaander zou het de eerste maan
den moeilijk hebben gehad. Bij Twen
te heerst een prettige-discipline sfeer,
die je goed moet aanvoelen'. Het is
echter een nadeel dat Spitz Kohn erg
dicht bij de spelers heeft gestaan.
Han Grijzenhout, ook vijf jaar
werkzaam als hulptrainer bij Ajax,
zegt daarover: 'Je bent een contactfi
guur tussen de spelers en de trainer.
Op de training spreken ze mij met
Han aan. Onder Michels had iik niet
veel te doen. Nu wel, als dat zo is is
het niet onoverkomelijk hoofdtrainer
bij dezelfde club te worden. Per geval
moet het bekeken worden. Het hangt
ook van de persoon af'.
Geen meneer
Tijdens de training is het 'Spitz' en
'meneer Rijvers'. Spitz Kohn voetbal
de bijvoorbeeld nog met Willem de
Vries en Theo Pahlplatz. Voor hen is
het helemaal moeilijk 'meneer Kohn'
te zeggen. Kohn: 'Het maakt niet uit
of je 'jij' of 'u' zegt. Met 'jij' kan er
toch een zekere discipline zijn. De
laatste tijd heb ik de groep vaak
alleen getraind. De jongens zeiden
toen al 'trainer' tegen me. De oude
ren zeggen 'Spitz'. Ze hoeven ook
geen 'meneer Kohn' te zeggen. Dat is
veel te ver'weg. Ik moet als persoon
geaccepteerd worden. Dat is belang
rijk. Als ik een slappe figuur was
zou het niet goed gaan. Maar ik heb
persoonlijkheid genoeg. Zelf ben ik
een redelijk voetballer geweest en ik
heb internationale ervaring. Zolang ik
het de spelers nog altijd beter voor
kan doen zie ik geen problemen'.
Piet Schrijvers ziet het ook niet als
een moeilijkheid. 'Hij trainde ons
veel. Als Kohn wat zei werd het
gedaan. De eerste maand zullen we
ons moeten aanpassen'. En Kees Rij
vers: 'Dat de jongens 'Spitz' zeggen
moet veranderen. De komende weken
gaan we daar aan werken.
Hetzelfde
Onder Kohn zal er weinig veranderen.
Spitz Kohn
"Ik denk bijna precies hetzelfde over
voetbal als Rijvers. Zijn werk ga ik
voortzetten. Ik blijf Spitz Kohn zoals
ik altijd ben geweest. Ik zal op dezelf
de manier naar het stadion lopen
zoals de afgelopen vijf jaar. Ook zal
ik hetzelfde weggetje rijden van het
stadion naar huis. Echt, ik verander
heel weinig. Op vrijdag eten de spe
lers hier altijd een biefstuk. Het vol
gend seizoen gebeurt dat ook. Zulke
kleine dingen zijn belangrijk. Bij Rij
vers vertrok de spelersbus bij
voorbeeld om half vijf. Bij mij mis-
schein om vijf uur. Dat is waarschijn
lijk de enige verandering'.
Over het Twente van de toekomst wil
Kohn (hij kon bondscoach worden
van Luxemburg maar het was finan
cieel onaantrekkelijk) nog weinig zeg
gen. 'Eerst wil ik advies van het
bestuur en Rijvers hebben. Daarna
moet ik goed nadenken. Daar heb ik
nu de tijd nog niet voor gehad. Wel
geloof ik dat dit elftal geen verster
king nodig heeft. En zeker heb ik één
wens. Als er een hulptrainer komt
dan moet het iemand zijn zoals Spitz
Kohn voor Rijvers was'.
HARRY VERMEEGEN
Die discussie is deze week in een
nieuw stadium gekomen met de tot
standkoming van het rapport van de
structuur-commissie. Het rapport is
woensdag in het bestuur besproken
en zal zo snel mogelijk aan de orde
komen op het hoogste niveau, de raad
van bestuur. NSU-secretaris Grashof:
'Ongeveer een jaar geleden is die
structuur-commissie benoemd. Aanlei
ding was de duidelijke tendens om op
het technische vlak te gaan samenwer
ken met de neutrale organisaties. Je
wordt dan met de vraag geconfron
teerd hoe je die christelijke vereni
gingen nog kunt opvangen. Het blijkt
dat dat de structuur van de NCSU
daar praktisch niet op is ingesteld'.
De NCSU wordt nu reeds verweten
een organisatie te zijn, die de vereni
gingen "vergeef en zich te veel richt
op relatöes naar boven (de overheid)
en naar opzij (de Nederlandse Sport
Federatie). De heer Grashof: 'Zolang
er verbanden zijn van christelijke ver
enigingen heeft de NCSU niet zozeer
de taak zich met die verenigingen te
bemoeien. Maar zodra die schakel, dat
CKB-voorzitter Piet Nagtegaal
streven naar volledige inte
gratie
verband, wegvalt, wordt het inderdaad
noodzaak dat contact te verstevigen'.
Tekortkomingen
De christelijke sportwereld kent ech
ter nog een tekortkoming, die als
remmend wordt ervaren. Want bin
nen de NCSU worden niet degenen
en die verenigingen gebonden, die
wait overtuiging betreft daar 'thuis'
horen, maar die actief zijn in een tak
Ploegleider Sjefke Janssen gaat voorzichtig om met jonge renners
Van onze speciale verslaggever
ELSLOO Sjefke Janssen heeft
al heel wat plezier gehad van de
opzienbarende opening van het
wielerseizoen door zijn ploeg.
Een eerste (Westrus), een twee
de (De Vlam) en 'n vierde plaats
(De Louw) voor zijn amateurs
in de openingsklassieker de Ster
van Zwolle heeft hem en zijn
sponsor midden in de belangstel
ling gebracht.
Met name zijn toch al niet met goede
publikaties verwende sponsor Mars
liet de voldoening over al dit goeds
die Janssen en zijn renners hebben
veroorzaakt meteen na het verschij
nen van de publikaties blijken. 'Tot
nu toe waren ze nog niet erg gelukkig
in enkele andere sporten. Naar mijn
gevoel niet helemaal terecht Het is
ongelukkig gespeeld en daardoor ver
keerd uitgepakt. Men heeft niet alleen
maar aan publiciteit gedacht zoals is
geschreven. De schaatsbond kreeg on
langs 15.000 gulden zonder dat er een
letter publiciteit uit is gekomen. Er
is ook 6000 gulden aan de Wielrenu-
nie gegeven om een ploeg naar de
Tour de l'Avenir te kunnen sturen.
Laat ik wel vertellen: ik heb er een
goede baas aan. Onze amateurploeg
kan een vergelijking met iedere an
dere goede amateurploeg glansrijk
doorstaan. Als het anders was had ik
het ook wel gezegd'.
Sjefke Janssen werkt nu twee en een
half jaar voor zijn huidige ploeg.
Daarvoor liefhebberde hij wat met
een ander ploegje. "Via Krott werd ik
benaderd voor het ploegleiderschap.
Het eerste jaar werd moeilijk, omdat
we zo laat begonnen was het niet
mogelijk sterke renners aan te trek
ken. Want die zaten overal al vast. Ik
nam wat jongeren'. Halverwege dat
seizoen kwam die ploeg toch goed op
gang. Zij beheerste bijvoorbeeld de
laatste eatppe van Olympia's Tour'.
'Vorig jaar kon ik echt wat doen. Ik
heb overal mijn kennissen die mij
tippen. Zo heeft Van Erp uit Tilburg
me eens aan Swinkels geholpen en nu
weer aan Westrus. Van de' omer belt-
Ie me op én zegt: 'die Westrus wil
weg bij zijn ploeg. Is het wat voor
|ou? Ik ga kijken en zeg: hij rijdt te
voet hè. Westrus wist dat ik voor
hem kwam kijken. Je zag, dat hij wat
wilde laten zien. maar gewoon niet
kon. Ik heb toch maar wat met hem
gepraat en er was iets in hem dat me
vertrouwen gaf'.
Janssen gaat voorzichtig met zijn jon
ge renners om. Een langdurige loop
baan als beroepswielrenner bezorgde
hem de nodige ervaring, maar ook
twee Nederlandse kampioenschappen
(1947 en 1949) een zege in de toenma
lige klassieker Maas-Peel-Maas, een
derde plaats in het wereldkampioen
schap 1947 te Reims en tot vier keer
toe deelname aan de Ronde van Frank
rijk. Janssen was ook ploegleider
Sjefke Janssen
1962 en 1963 van de ploeg die aan de
Tóur de l'Avenir deelnam. 'Ik heb
wel geleerd dat je met amateurs niet
te hard van stapel moet lopen. Een
eerste jaars amateur rijdt bii mij een
stuk of drie klassieke wedstrijden. En
dan nog alleen als hij in vorm is. De
rest zit hij op criteria. Een tweede
jaars amateur rijdt vijf of zes zware
wedstrijden en dan pas het derde jaar
volop'. Janssen houdt zelf de 24-jarige
Westrus een beetje op- de achtergond.
Hij zegt nu in zijn enthousiasme: 'ik
wil wel alle voorjaarsklassiekers rij
den. Maar dat doen we toch maar
niet. Zondag in de Baronie kom ik
met een paar andere jongens. Als ik
Westrus nu laat gaan is hij halver
wege dit seizoen opgebrand'.
De ploeg Mars-Gazelle bestaat voorna
melijk uit Limburgse en Brabantse
renners. En juist Limburger Sjefke
Janssen lijkt bep-aald niet een man
die die jonge Limburgers van hun
ingeboren gemakzucht kan afhelpen.
'Jullie noemen me goedmoedig. Ik
lijk me niet druk te maken. Naar
buiten is dat ook wel zo. Als ik wat
te zeggen heb doe ik dat wel binnens
kamers. En de jongens weten wel dat
ik niet zo'n zachte ben als ik lijk. Het
is bij mij gauw doen wat ik zeg of
vertrekken. Ik moet geen mensen met
ster-allures. Neem de afgelopen Ster
van Zwolle. Ze zeggen hier wel: ach
die Ster. Zo vroeg in het seizoen stelt
het nog weinig voor. De groten doen
niet eens mee. Maar de jongens heb
ben toch van mij aangenomen dat een
overwinning in de Ster publicitair
gezien de meeste waarde heeft. En ze
hebben er naar toe geleefd hè. Hoe
wel, die Limburgers zijn een beetje
gemakkelijk niet? Dat komt omdat ze
te veel met de beroepsrenners trai
nen. Die verpesten ze. Zo'n be
roepsrenner zegt gauw: vandaag maar
vijftig kilometer. Dat nemen die ama
teurs gauw over. Alleen vergeten ze
dat die beroepsrenner de dag ervoor
een koers van 200 kilometer heeft
gereden en de volgende dag weer zo'n
koers heeft. De amateurs rijden eigen
lijk alleen op zaterdag en zondag. Ik
hou ze vaak het -oorbeeld van
Merckx en Verbeeck voor. Die trainen
een beetje. Daags na Het Volk zag je
Merckx op de fiets. Voor een ritje
van honderd kilometer. Trainen!'
Het doet de pure liefhebber Janssen
soms pijn als hij de renners moet
loslaten. En vooral als hij ziet dat ze
niet terechtkomen waar hij ze zou
willen hebben. Zo'n geval is Wim
Kelleners. 'Wim is een harde, dat
geeft hoop. Maar hij zit niet bij zo'n
beste ploeg". Janssen zegt het niet,
maar hij doelt op het gezelschap
Rokadorenners, waarvan de meesten
al een schorsing wegens dopingge-
bruik achter de rug hebben. 'Dan
heeft Mathieu Pustjens het beter
getroffen. Hij krijgt bij zijn ploeg
veel vrijheid en zijn ploegleider Jean
Stablinski houdt hem bij de oude
renners weg. Hij laat Pustjens veel
optrekken met Lucien van Impe. Het
was omdat bij zoveel geld kreeg maar
anders had Kelleners voor mijn part
beter naar Schotte kunnen gaan.
Want ze kunnen van Schotte zeggen
wat ze willen; hij is in ieder geval
een eerlijk mens. En aan Van Vaeren-
bergh van Rokado wordt wel eens
getwijfeld. Het is te hopen dat Wim
Poot de Nederlandse ploegleider, er
voldoende tegenspel biedt'. Jo van Pol
had het gauw bekeken daar. Hij zag
meteen in wat voor nilieu hij te
rechtkwam en voelde dat dat niets
voor hem was. Hij was toch altijd al
bang voor de beroepsrennerij. Die
Van Pol heeft een beetje mensenken
nis, weet je'.
Deze ervaring doet Janssen hopen, dat
Mars weer een profploeg opzet. 'Je
kan de jongens in hun eigen milieu
houden, en ze afleveren op het juiste
moment. Nu komt het te vaak voor,
dat je het werk niet kan afmaken'.
Janssen vindt het wel steeds moei
lijker worden goede beroepsrenners af
te leveren. 'Ze moeten karakter krij
gen. Van Jongens die niet werken en
alleen maar fietsen komt niets
terecht. Ze moeten zichzelf pijn kun
nen doen, want dat hebben ze later
nodig. Maar het valt niet mee. De
jeugd leeft er tegenwoordig een beet
je op los en als je dan als amateur
wielrenner nooit mag meedoen valt
het niet mee. En je kan je moeilijk
op een eiland plaatsen'.
Toch ziet Janssen ook positieve pun
ten. ;Als ik het met mijn tijd verge
lijk zijn we erop vooruitgegaan. Er
zijn meer wedstrijden, meer buiten
lands contact, beide ook dankzij de
sponsors. Onze renners leren al vroeg
in de bergen te rijden en er is een
ruime keuze voor ons. Want er is
talent genoeg'. Waarom er dan toch
nog zoveel mislukken met name bij
het overstappen naar de beroepsren
ners? 'Bij velen is het een stap uit
wanhoop. Ze rijden slecht, verdienen
niets meer en spelen alles op een
kaart door het bij de beroepsrennerij
te proberen. Want dan vangen ze nog
een beetje geld. Dat wordt Vrijwel
altijd niets. Als je overstapt moet je
dat doen op een moment dat je goed
rijdt. Dan kan je het enorme
klasseverschil opvangen. Maar wat ls
hier de moeilijkheid: als je goed rijdt
verdien je veel geld en bovendien
probeert de bondscoach je nog een
tijdje amateur te houden omdat hij
op zo'n manier een sterke ploeg
houdt. Rij je slecht, dan heeft ook hij
je niet meer nodig'.
FRITS SUER
van sport die daar niet wordt beoe
fend. Grashof: "Wat mij altijd ver
baasd en ook verdriet doet, is de
beperktheid. Je kunt turnen, korfbal
len, volleyballen, voetballen, wande
len en aan atletiek doen, maar deze
takken van sport vormen slechts een
klein facet van de sportbeweging.
Hoewel het mogelijk is ook als vere
niging lid van de NCSU te worden
(bij ons zijn momenteel een tennis
club en een basketbalclub aangeslo
ten), zijn er veel verenigingen en
mensen die zich bij ons zouden thuis-
voelen. Maar die daar door haar tech
nische aspiraties of de door hen beoe
fende tak van sport niet toekomen'.
Voor die mensen en verenigingen be
tekent de NCSU weinig. Grashof: 'In
de huidige structuur kunnen we niet
veel doen. We zoeken daarom naar
een structuur waarin ook de loslopen
de christelijke vereniging geholpen
kan worden. Datzelfde geldt voor laat
ik zeggen lopende christelijke indivi
duen. We moeten een organisatie zien
te vinden waarin ruimte is voor be
staande christelijke bonden en ver
banden, voor christelijke verenigingen
binnen niet-christelijke bonden en
voor individuele christelijke sportbe
oefenaren'.
Als blok
Het samenwerken met de neutrale
organisaties kan tot totale integratie
leiden. De Christelijke Korfbal Bond
(CKB) bijvoorbeeld is duidelijk op
weg naar zo'n samensmelting. De heer
Grashof: 'Uit ervaring weet ik dat je
voorzichtig moet zijn. Ik heb daar als
lid van een tennisvereniging en een
roeivereniging te veel voor meege
maakt. Als je wilt dat er rekening
met je wordt gehouden, zul je daarop
moeten hameren; bijvoorbeeld op het
feit dat de mogelijkheid op zaterdag
je sport te beoefenen aanwezig is. Ik
zeg dus: ik wil well in die neutrale
organisatie stappen, maar dan goed
georganiseerd, als christelijk blok'.
Niet voor iedereen is die samenwer
king met de neutrale bonden zo voor
de hand liggend. Het gymnastiekver-
bond (KNCGV) bijvoorbeeld staat op
een ander standpunt en CKB-voorzit
ter Nagtegaal verwijt de organisatie
ontwikkelingen tegen te houden.
Grashof: 'In de eerste plaats wordt bij
takken van sport als gymnastiek en
wandelen de technische noodzaak tot
samenwerken minder gevoeld; je hebt
daarin niet die competitie. Daarnaast
zijn binnen het KNCGV relatief veel
mensen aanwezig die denken in chris
telijke organisatie-patronen uit de tijd
van Kuyper. De NCSU kan aan een zo
grote achterban niet voorbijgaan, dan
zou ze haar taak niet verstaan'.
Emancipatie
Het botsen der meningen binnen de
NCSU is te herleiden tot zoiets als
inclusief en exclusief denken. De heer
Grashof: 'Binnen het KNCGV leven
de opvattingen zoals in de tijd dat de
christelijke organisaties opkwamen. In
die jaren waren het verdrukte groepen
en, als emancipatie-beweging, trachtte
men zich sterk te maken door zich te
organiseren zonder anderen; het vor
men van een exclusieve groep. Men
zegt nu echter dat die emancipatie is
voltooid en dat binnen andere organi
saties men evengoed tot zijn recht
kan komen'.
Streven naar een nieuwe structuur
houdt ook in dat van de NCSU iets
zal moeten uitgaan dat bindt. De heer
Grashof: 'We zullen iets moeten gaan
bieden. Ik heb het gevoel, dat hij
de Nederlandse Katholieke Sportfede
ratie (NKS) gemakkelijker gaat. Daar
heb je, door de geestelijke verzorgers
bij de clubs, een wat meer disciplinai
re relatie, terwijl ze een goed blad
(Sportparade) uitgeven, alsmede losse
cahiers waarin veel informatie wordt
gegeven. Ons ontbreekt het daarvoor
echter aan geld, omdat wij niets uit
de Sporttoto willen. Hoewel mogeüjk
met de nieuwe wet op de kansspelen
een verandering komt'.
HANS SCHMIT
Eredivisie
MW-Telstar
Go AheadVolendam
DWSDen Bosch
NEC—Ajax
PSV—FC Twente
NAC—FC Den Haag
FC GroningenSparta
ExcelsiorVitesse
Eerste divisie
GraafschapVeendam
VolewijckersPEC
HeerenveenHelmond Sp.
RodaFortuna vi.
WageningenEindhoven
SW-Fortuna SC
FC VW—SC Cambuur
AZ'67—Blauw Wit
HaarlemDFC
HeraclesWillem H
De met een gemerkte wedstrijden
zijn opgenomen in Sporttoto 36.