wil zich voortaan als
t neger
behandeld zien
voor kampeerders
Boeren willen meer vrijheid
ZATERDAG 9 OKTOBER 1971
-#■ Voedseluitdeling in rijk Zuid-Afrika
groep die andere rassen zo onnodig hard be
handelt, alleen maar vanwege een donkere pig-
mentatie van hun huid.
Ik schaam me dat ik als blanke de vruchten
kan plukken van uitbuiting. Ik schaam me dat
het een misdaad is voor niet-blanke mannen
en hun echtgenoten samen te leven, omdat de
een geen pasje heeft om in het gebied van de
ander te komen. Ik schaam me dat zovelen van
mijn niet-blanke mede-Zuidafrikanen In honger
leven, terwijl mijn blanke huid me ervan verze
kert veel te hebben. Ik schaam me dat mijn me-
de-Zuidqfrikanen In het wilde weg gearresteerd
kunnen worden, omdat zij niet voldoende offi
ciële papieren hebben om als menselijke we
zens te leven. Ik schaam meo in hemels
naam. u moet dezelfde schaamte hebben om een
miijoen anderen redenen.
Daarom wil Ik een einde maken aan deze die
pe schaamte en mijn schuldgevoel. Ik wil één
van de uitgebuiten, vernederden, gedegradeer-
den worden, een niet-blanke. zodat ik tenminste
hun vloek kan delen. Bovendien wil Ik dat mijn
kinderen mij geloven, als ik zeg dat ze niet ver
schillend zijn van andere menselijke wezens.
Ik begrijp de volledige gevolgen, als mijn
verzoek wordt toegestaan. Ik zal een pasje
moeten hebben, ik kan verbannen worden van
het gebied waar ik woon, Ik zal in honger leven.
Ik zal moeten werken voor een fooi, ik zal het
laatst geholpen worden in de winkels, ik zal niet
in een bus kunnen stappen, omdat ze te vol
zijn, terwijl er blanke plaatsen onbezet zijn, ik
zal gearresteerd worden zodra een blanke poli
tieagent daartoe behoefte gevoelt. Ik zal nede
rig moeten zeggen 'Ja, baas' tegen iedere blanke,
ook al zal hij mij als een hond behandelen, ik zal
geen stemrecht hebben en geen stem hebben
over mijn toekomst, ik zal volledig onderworpen
zijn aan de genade van mijn blanke Meesters,
enzovoort. Maar het kan me niet schelen, ik
ben geheel bereid mijn huid donker te maken.
Excellentie, ik bid dat u mijn verzoek zal in
willigen zodat we eindelijk de wereld kunnen
bevyijzen, dat we Inderdaad een werkelijk de
mocratisch land zijn, waar de rechten van het
individu worden gerespecteerd.
Met de meeste hoogachting,
LIONEL ATTWELL
Lionel Attwell, 32 jaar, is een Zuidafrikaanse jour
nalist en schrijver. En hij is blank. Dat zou er niets
mee te maken moeten hebben, maar in Zuid-Afrika
heeft dat er alles mee te maken. Attwell kreeg daar
schoon genoeg van en hij heeft de minister van
binnenlandse zaken van zijn land, T. J. A. Gerdener,
een open brief gestuurd, waarin hij vraagt om
voortaan als 'bantoe' door het leven te mogen gaan.
Op indringende manier schrijft Attwell hoe hij
er toe gekomen is dat te vragen. Wij drukken zijn
brief hieronder volledig af. Je moet er inderdaad
geweest zijn om zo aangrijpend het leven van alle
dag te kunnen beschrijven in het 'zonnige' Zuid-
Afrika.
Lionel Attwell is een van de bekendste journalis
ten van Zuid-Afrika. De afgelopen zeven jaar werk
te hij voor de Sunday Times, de grootste krant van
dat land. Onlangs nam hij ontslag, omdat hij het
niet langer verdragen kon een salaris te verdienen
dat in geen verhouding stond tot wat de overgrote
meerderheid van zijn zwarte landgenoten verdien
den. Attwell is de zoon van een Afrikaans spreken
de politieman. Hij is getrouwd met een Engelse
vrouw en heeft twee kinderen. Zij wonen in de
buurt van Johannesburg.
Attwells afkeer van de apartheidspolitiek dateert
niet van vandaag of gisteren. In 1961 werd hij al
eens gearresteerd toen hij de eerste zitstaking orga
niseerde in een 'blank' restaurant waar men hem en
zijn Afrikaanse vrienden niet had willen bedienen.
In de loop van het proces dat toen tegen hem ge
voerd werd, trok de staat echter de aanklacht in.
Ik zit met een zeer persoonlijk probleem en
hoop in alle bescheidenheid en met ver-
huldigde hoogachting dat u enige tijd zult
innen vinden om er uw aandacht aan te be
iden. Ik besef dat u het erg druk hebt met
t wegnemen van verwarring in dit verwarde
id. Maar ik geloof dat u het met mij eens
zijn dat mijn probleem betrekkelijk een-
udig is.
Mijn probleem is dit: ik ben geboren en ge-
gen Zuidafrikaan en ik ben plotseling tot het
sef gekomen dat ik al vanaf mijn geboorte
jd automatisch geclassificeerd ben als 'blank',
.ider dat iemand mij zelfs heeft geraadpleegd,
arom vraag ik u hierbij om officiële toestem-
ig tot her-classificatie als een 'niet-blanke'
lidafrikaan. Zoals Ik hiervoor al opmerkte is
probleem werkelijk heel eenvoudig. Ik
een blanke Zuidafrikaan en ik wil geen
ce Zuidafrikaan zijn. Ik wil een niet-blanke
afrikaan zijn.
Ik hoop dat mijn aanvrage uw sympathie en
grip kan wegdragen en dat u uit mededogen
staat zult zijn mij te her-classificeren als een
t-blanke. Het kan mij echt niet schelen tot
Ike niet-blanke raciale groep u mij zult willen
ssificeren, maar ik zou er eerlijk de voor
aan geven een 'bantoe' te zijn. Ik moet
ereerst uitdrukkelijk stellen dat ik u niet
nader met enig politiek geïnspireerde beweeg-
len, maar zuiver op grond van mijn eigen
sitie als menselijk wezen. Ik heb er meer dan
noeg van steeds in tegenspraak te moeten
ren met mijn geweten, ook al heeft deze
renswijze de goedkeuring van de staat.
Ik ben er zeker van dat u zult toegeven dat
als een vrije Zuidafrikaan, die in een demo-
itie leeft, de vrijheid en het recht behoor te
bben persoonlijk uit te maken tot welke raci-
groep ik verkies te behoren, omdat per slot
rekening de meesten van ons Zuidafrikanen
percentage kleurlingenbloed hebben, dat
scholen achter onze blanke huid. door onze
eren stroomt. Ik reken er daarom bij voorbaat
dat u eerbied zult hebben voor mijn indivi-
ile rechten als burger en mijn aanvrage
inwilligen.
Kis burger, die de wet eerbiedigt, aanvaard
i volledig dat ik binnen de wetten van het
ind moet leven, hoewel ik ze racistisch en ook
nderszïns afschuwelijk vind. Daarom voel ik
ie genoodzaakt u ervan op de hoogte te stel-
•n waarom ik het plotseling zo noodzakelijk
nd me als niet-blanke te laten classificeren.
moet herhalen dat mijn verzoek op geen
ikele wijze politiek gemotiveerd is. Ik heb
en belangstelling voor het mensen-spel dat
litiek wordt genoemd en ik ben op geen
kele wijze betrokken bij of verbonden aan
n politieke partij, opvatting of politieke theorie.
k wil u niet vervelen door uitvoerig in te gaan
het waarom van mijn gevoel, dat ik plotseling
loefte heb aan het opgeven van mijn blanke
gerschap en me tot niet-blanke wil laten
-classificeren. Ik zal u slechts de meest
rkante punten geven zodat u het volledig
zien in termen van een individu, dat in over-
istemming met zijn geweten wil leven.
let begon allemaal vier weken geleden, kort
lat ik was teruggekeerd van een verblijf in
razliand, waar ik me vrij van rassenkwesties
teruggetrokken om een boek te schrijven,
zat met mijn achtjarige zoon Jimmy en mijn
ejarige dochtertje Tessa in mijn gedeukte
idrover toen we bij een café stopten in de
:lusieve voorstad van Johannesburg. Lynd-
st. Ik behoef u niet te vertellen dat deze
irstad de niet-exclusieve Afrikaanse sloppen-
k Alexander omringt.
let was een prachtige dag, waarbij de warme
hem trachtte uit te leggen, dat was alleen maar
te verwachten omdat ze er zeer hongerig uit
zagen, hetgeen in de eerste plaats geheel de
6chuld van ons blanken is. Dat ze nietsnutten
waren, komt omdat hun ouders niet de noodza
kelijke schoolgelden op konden brengen en
bovendien, hoe durfde hij de moed te hebben
hen te arresteren omdat hun gezichten hem niet
aanstonden. En ais hij wel de moed had, hoe
durfde hij hen te arresteren op zo'n barbaarse
wijze? Ik vroeg hem toen zijn officiële papie
ren te tonen, die hem het wettelijke recht gaven
te patrouilleren in de nabijheid van de Afrikaan
ma's weten waar ze waren, toen ze niet terug
keerden van de winkel. Hoe konden ze op die
manier gearresteerd worden en gekwetst wor
den. als ze alleen maar cola dronken? En zo
voort en zo voort. De enige vraag van mijn
kinderen, die ik met enige zekerheid kon beant
woorden, was dat zij niets te vrezen hadden,
dat de politie nooit zou durven hen te arres
teren, omdat hun huid blank is. Maar dat kon
den ze niet begrijpen.
En tenslotte verklaarde kleine Jimmy: "Maar
vaderr het waren kleine jongens, zoals ik. Waar
om liet je toe dat de politie hen op die manier
arresteerde?" .Met een gevoel van schaamte
antwoordde ik: 'Er is niet veel, dat ik kan doen,
zoon.' Hoe zou u uw kinderen geantwoord heb
ben?
Dit incident, dat nagegaan kan worden bij de
politie in Lyndhurst en bij een aantal volwassen
getuigen, was, meneer de minister, de climax
van een geheel leven, vol. tjokvol met soortge
lijke incidenten, waarvan zowel ik als mijn Kin
deren getuigen waren. Ik ben het moe hen uit te
leggen dat in Zuid-Afrika onze blanke huid ons
een superieur ras maakt en dat de zwarte huid
van de kleine zwarte meisjes en jongetjes hen
tot vuilnis maakt. Bovendien, ik wil niet dat mijn
kinderen opgroeien in het geloof dat zij supe
rieur zijn aan andere menselijke wezens. Maar
hoe kan ik hen dat doen begrijpen, als alles in
onze maatschappij me voor een leugenaar uit
maakt?
En begrijpt u me niet verkeerd, meneer de mi
nister, als ik zeg dat ik me schaam om een
blanke Zuidafrikaan te zijn. Ik ben niet be
schaamd een Zuidafrikaan te zijn. Noch ben ik
beschaamd over mijn blanke huid. In feite ben ik
er trots op eerr Zuidafrikaan te zijn, ik bedoel ik
ben er trots op dat dat fantastische land mijn
thuis is.
se dorpjes en in het wilde weg kleine Afri
kaanse kinderen te arresteren.
Iedere verdere discussie werd door hem ab
rupt beëindigd door mij naar mijn naam en
adres te vragen en me te vertellen dat ik later
nog wel van hem zou horen. Maar natuurlijk ge
beurde dat niet. Hij wist dat hij me nooit zou
kunnen arresteren omdat diep in hem hij zijn ei
gen gedrag niet moreel kon rechtvaardigen.
Toen hij woedend wegreed met zijn mense
lijke vracht, keerde ik terug naar mijn eigen
kinderen, blank en vrij. Mijn kinderen waren nog
steeds in een staat van shock en in een stort
vloed van woorden stelden ze eindeloos vra
gen. die ik niet kon beantwoorden, maar mis
schien kunt u dat? Wat zal er nu met die kleine
kinderen gebeuren? Zullen hun papa's en mam-
Ik heb zelfs mijn blanke mede-Zuidafrikanen
lief, omdat zij oprechte mensen zijn, in het bij
zonder de Zuidafrikaanders die altijd gestreden
hebben voor hun eigen vrijheid en onafhanke
lijkheid. Ik aanvaard dat mijn mede-Zuidafrikanen
min of meer het slachtoffer zijn van hun eigen
angst en hebzucht en dat deze angst zich uit in
rassenhaat en geweld. Maar wanneer ik ver
klaar dat ik me niet schaam voor mijn blanke
huid, moet ik erop wijzen dat ik me er wel
voor schaam dat ik wettelijk geclassificeerd ben
als een "blanke" Zuidafrikaan.
Waarom? Alleen omdat het recht te delen in
de geweldige voortbrengselen van dit rijke,
land, het recht te leven in vrede en tevredenheid,
ontzegd wordt aan mijn niet-blanke mede-Zuid-
afrikanen. Ik ben beschaamd dat ik automatisch
geclassificeerd ben als behorend tot een rassen-
winterzon mijn blanke huid verwarmde en ik
voelde hoe groots het was om te leven. U kent
dit heerlijke gevoel wel dat je krijgt in het zon
overgoten Zuid-Afrika. wanneer het zelfs mo
gelijk is te geloven dat er vrede en welwillend
heid tussen alle mensen bestaat.
Mijn kinderen waren opgewonden omdat ik
hen als een speciale attractie een zeldzame en
kolossale ijsco had beloofd. Alles leek rustig,
vredig en normaal en het leven leek prachtig
en de moeite waard.
Buiten het café had zich een aantal Afrikaanse
negerkindertjes verzameld die opgewonden een
flesje coia met elkaar deelden. Zij waren ge
middeld ongeveer zeven tot acht jaar oud. Vol
gens de traditie van ons welvarende land droe
gen zij geen schoenen en hun voddige, ge
scheurde kleren onthulden de als normaal aan
vaarde uitstekende ribben, als gevolg van
honger. Maar het waren desondanks louter
kleine jongens die van een cola genoten in de
zon van een lome middag. Het ging op een ma
nier zoals jongetjes overal ter wereld van een
cola kunnen genieten.
Maar plotseling als een bomexplosie
kwam een overvalwagen van de politie vlakbij
gierend tot stilstand en verscheidene politie
mannen sprongen er uit. Ik keek verbaasd
naar de Witte handen van de Wet, die zonder
vragen te stellen deze jongetjes grepen alsof
ze gevaarlijke misdadigers waren, die v/egens
moord, brandstichting, verkrachting of andere
verschrikkelijke misdaden op de vlucht waren.
Ik aanschouwde het met een gevoel van onge
loof dat dit op een vredige zonnige middag in
mijn land gebeurde
De jongetjes werden met gebruik van een
geweld dat mijn kinderen van afschuw deed
gillen, letterlijk achterin de politie-auto gegooid.
Twee van hen, die de moed hadden te ontsnap
pen,werden met hun hoofden tegen elkaar ge
slagen en hun armen werden omgedraaid tot
dat ze het uitgilden van angst en pijn. Ook zij
werden in de auto gesmeten als honden die
met hondsdolheid zijn besmet.
De deur van de auto werd hard dichtgeslagen
en op slot gedaan. In de auto zag ik de kleine
zwarte gezichten, waarover tranen van woede
en angst stroomden en ik kon zien dat zij in
hun onschuld niet konden bevatten wat er aan
de hand was. En gebeurde dit wel werkelijk?
Ik moest mezelf dat voortdurend vragen.
Het was op dit moment dat mijn gevoel van
schaamte om een blanke Zuidafrikaan te zijn,
die verantwoordelijk is voor dit onmenselijke
gedrag, groeide in de diepte van mijn geest,
als een kankergezwel. Wat het Incident zelf nog
verschrikkelijker maakte was het feit dat ik
wist, dat het niet zomaar een geïsoleerd incident
was. Ik was getuige geweest van dergelijke
raciale aanvallen op de menselijkheid gedurende
mijn hele leven, maar het was pas nu dat de
volledige omvang van hun verschrikking me
trof.
Ik ging naar de politieman toe, die de leiding
had. Ik wist dat ik mijn tijd verspilde, omdat ik
wist dat alles wat ik zou doen of zou zeggen
niets zou veranderen in een land, waar rassen
haat een manier van leven is, een geaccepteer
de levenswijze is, een moraal. Maar ik was met
mijn kinderen en dat overtuigde me er eens en
temeer van dat ik moest bemiddelen, omdat ik
wist dat Afrikaanse ouders, die getuige zouden
zijn van een soortgelijke barbaarse behandeling
van mijn kinderen, ook bemiddeld zouden heb
ben. Maar natuurlijk zou het mijn kinderen nooit
overkomen. Zij zijn volledig beschermd door de
blankheid van hun blanke huid.
Ik vroeg de hijgende politieagent, wat hij in
hemelsnaam dacht wat hij deed, en zoals altijd,
begon hij me te dreigen met onmiddellijke arres
tatie wegens het interveniëren bij de uitvoering
van zijn plicht. Ik vroeg hem over welke plicht
hij sprak en hij noemde mij een vuile communist,
hetgeen eveneens verwacht kon worden.
Ik zei dat hij beter stoppen kon mij met arres
tatie te bedreigen, en me werkelijk arresteren,
maar natuurlijk beschermde mijn blanke huid
mij afdoende, vooral ook omdat ik niet geïnti
mideerd was door zijn blufferige manier van
optreden. Hij, als zijnde een menselijk wezen,
begon een beetje beangst te worden door mijn
aanval op zijn gedrag en hij begon te proberen
het tegenover mij te rechtvaardigen. Ik begreep
het niet, zei hij wat meer beschaafd. Deze kaf
fer-kinderen waren allemaal dieven en rovers
en nietsnutten en potentieel gevaarlijke misda
digers en hij probeerde mij, een blanke, alleen
maar te beschermen tegen dingen, die ze zou
den kunnen doen. Ik hoefde alleen maar naar
ze te kijken om te'zien hoe gevaarlijk ze waren,
zo zei hij.
Ik keek naar hen en ze zagen er erg hulpe
loos en onschuldig uit. Misschien stalen zij uit
auto's of rolden ze handtasjes, maar zoals ik
LIONEL ATTWELL SCHREEF BRANDBRIEF AAN MINISTER
door Dick Ringlever
voorzitter Baay. „Dit zijn geen oirbare middelen
meer om strijd te voeren. Als we ons er wat van
zouden aantrekken, zouden we ons beledigd moeten
voelen. Gelukkig zijn we nogal nuchter en zullen we
geen demagogie tegenover demogagie stellen".
De actie van de boeren (de Recron spreekt over
pressie) heeft de campingbeheerders echter wél in
beweging gebracht. Meer dan voorheen dringen zij
nu aan op de spoedige invoering van een landelijke
kampeerwet. Een plan, dat al jaren bestaat, maar
dat eveneens jarenlang in de ijskast heeft gelegen.
Doel van deze wet is uniforme regels op te stellen
voor het hele land. Op het ogenblik zijn die er nog
niet. Weliswaar hanteren gemeenten en provincies
voor hun verordeningen de modelregels van de Neder
landse Kampeerraad (een semi-overheids-advies-
lichaam), maar omdat deze veelal worden aangepast
aan plaatselijke omstandigheden, ontstaan vaak gro
te verschillen.
Zolang die wet er nog niet is, wil de Recron be
vriezing van de huidige toestand. Dat wil zeggen,
dat zij het verlenen van nog meer ontheffingen aan
vrije boeren verboden wil zien. Op dit punt vindt
zij de Stichting Vrije Recreatie aan haar zijde. Ook
zij is wel bereid tot bevriezing, maar dan alleen als
nieuwe regels in het vooruitzicht worden gesteld.
Régels, waarin ruimte wordt gelaten aan de boer.
Van den Berg daarover: „Wij willen in die wet-een
bepaling, die boeren het recht geeft tenminste vijf
caravans of tenten op hun erf te laten zetten. Daar
naast moet er voor boerderijen met grotere boom
gaarden een soepele ontheffingsregeling komen voor
een maximumaantal van bijvoorbeeld 25. Als daar
bij voorwaarden worden gesteld ten aanzien van
sanitair en landschapsschoon vinden wij dat best,
want met chaotische toestanden zijn ook wij niet ge
baat. Maar dan moeten die wél zijn aangepast aan
de omvang van het bedrijf".
Of die wet er spoedig zal komen, lijkt overigens
twijfelachtig. Weliswaar is een commissie van de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Neder
landse Kampeerraad en de Recron (de vrije boeren
zitten er NIET in) al geruime tijd bezig met het op
stellen van een voorstel, maar bij de Kampeerraad
rekent men er niet op, dat dit binnen twee jaar zal
resulteren in een nieuwe wet. De raad wil er zelf
trouwens óók niet zo'n haast mee'- maken, omdat
men eerst wil peilen hoe sterk de behoefte aan zo'n
wet is. Vandaar, dat onlangs een enquête werd ge
houden.
Ook de ANWB ziet er nog weinig in de hele zaak
onder één wetgeving te brengen. Een woordvoerder:
„Deze materie heeft zoveel raakpunten met de nieuwe
wet op de ruimtelijke ordening, dat het wel erg ge
compliceerd wordt als je daar nog eens een andere
wet naast gaat maken". De bond voelt meer voor
aanpassing van de huidige regels; in die zin, dat
ook de vrije boeren kansen worden geboden. Men
stelt dit zo omdat gevreesd wordt, dat de houders
van kampeerpaspoorten in de knel komen, wanneer
het kamperen op de boerderij aan banden wordt ge
legd. Dit document voor het verkrijgen waarvan de
kampeerder eerst een examen moet afleggen, geeft
het recht overal de tent op te zetten, mits de ter
reineigenaar dat goed vindt.
Overigens heeft de praktijk geleerd, dat die pas
poorthouders zeker niet de belangrijkste groep vor
men, die aan het boerenerf de voorkeur geeft boven
de officiële camping. Van den Berg „Het zijn veelal
de gewone kampeerders. Mensen, die rust zoeken.
Op de grote campings vinden zij die meestal niet.
Anderen laten de lagere tarieven de doorslag geven.
Vooral voor de kampeerders, die een staanplaats
voor een heel seizoen huren, is dat een belangrijk
argument Onze richtlijn is een gulden per vierkante
meter, wanneer 200 a 300 meter tegelijk wordt ge
huurd. Dat komt per seizoen neer op zo'n 300 gulden.
De officiële campings komen daar meestal ver bo
venuit. Ik schat, dat je daar per seizoen gemiddeld
ruim duizend gulden kwijt bent En dan heb je
een veel kleiner stuk grond. Ik begrijp best. dat dat
de heren van de Recron niet lekker zit".
Hoe groot het aantal kampeerders is, dat recreatie
op de boerderij zoekt, kan Van den Berg niet bij
benadering zeggen. „Ik weet alleen, dat de belang
stelling snel toeneemt. Als een boer in de Beemster
één advertentie in Amsterdam plaatst, zit hij ge
lijk voor het hele seizoen vol. Als je dat merkt,
vraag je je wel eens af waaróm wij zo worden ge
boycot".
Meerkerkse veehouder Willem van de
die vorig jaar augustus in het nieuws
ffam doordat hij kampeerders tegen betaling
i tentje op zgn land had laten opslaan, is
week opnieuw voor het voetlicht geze*-
naal niet door nachtbrakende veldwach*
rs, maar door 700 in de Recron (organisatie
|or recreatieondernemers) verenigde officiële
mpingbeheerders, voor wie de toenemende
ngstelling voor het vrjj kamperen op de
ferderij steeds moeilijker te verteren lijkt.
n een telegram aan de staatssecretaris van CRM
de organisatie vorige week chaotische toestanden
de kampeerwereld te vrezen als aan deze ont-
kkeling niet snel een einde wordt gemaakt. Op een
■sconferentie, deze week, deed voorzitter G. Baay
ir nog een flinke schep bovenop door te spreken
;r een „desastreus effect".
let was de eerste maal, dat de Recron zó fel uil
hoek kwam. Zij had dat al veel eerder willen
en, maar had daarvan steeds afgezien omdat, zo-
voorzitter Baay het uitdrukte, „je daarmee die
ie boeren alleen maar extra publiciteit bezorgt",
Dat men nu over dat bezwaar is heengestapt, vindt
i oorzaak niet in de laatste plaats in de wijze,
arop de boeren zélf aan de weg zijn gaan timme-
i. Want ook zij hebben intussen een organisatie
lebouwd (de Stichting Vrije Recreatie met 350
en) en de wegen naar autoriteiten gevonden. Het
ultaat daarvan de verlening van een toenemend
ital ontheffingen op gemeentelijke- en provin-
le kampeerverorderingen en als gevolg daarvan
t een groeiend aantal kampeerders, dat de rust
het boerenerf verkiest boven jool en drukte
de officiële camping.
iat prikt de Recron. „Niet zozeer vanwege de
icurrentie", zegt Baay. die verwachten wij niet
maar wél omdat hier een stuk rechtsongelijkheid
RDEN ?nts*aan. Het is toch wel een vreemde zaak, dat
iciële campings door de gemeente vaak wordt ver-
Jen uit te breiden omdat er op hun nieuwe per
en een bestemming zou liggen, terwijl vrije boe
wél toestemming wordt verleend kampeerders
hun terrein te ontvangen".
Waarmee hij in de eerste plaats kritiek oefent op
gemeentelijke en provinciale overheden, die de
vrije boeren té gemakkelijk ontheffing zouden ver
lenen voor de stringente bepalingen in de verorde
ningen. Ontheffingen, die voor de boeren noodzakelijk
zijn. omdat zij niet künnen voldoen aan de regels, die
deze verordeningen stellen. Met name niet waar het
gaat om de sanitaire voorzieningen.
Veehouder Van den Berg: „Wij kunnen er nooit aan
beginnen betegelde washokken te bouwen om
maar één voorbeeld te noemen daarvoor zijn
onze recreatiebedrijfjes te klein. Voor een hand
vol kampeerders kan je nu eenmaal niet op dezelfde
schaal voorzieningen treffen als de grote campings,
die honderden mensen tegelijk moeten opvangen. Voor
ons is de recreatie maar een nevenbedrijf en geen
broodwinning.Maar ik daag iedereen uit waar te
maken, dat het bij ons een smeerboel zou zijn. Al
werken wij dan in het klein, het ontbreekt de kam
peerders aan niets, zelfs niet aan douches".
Hij gaat zelfs verder door te stellen, dat de accom
modatie op de boerenerven beter is dan die op de
officiële terreinen. „Om acht uur kun je daar nog
wel naar het toilet, maar kom er eens vier uur
later door het intensieve gebruik zijn ze dan
vaak al zo vies, dat je beter het bos in kunt".
Een constatering, die hij eerder al op papier zette.
Hij sprak toen over „overvolle stinkende officiële
campings".
De Recron (waarbij overigens maar de helft van
de officiële campings is aangesloten) is mede daardoor
wat geïrriteerd geraakt., blijkens de uitlatingen van