„Gifclub" kan beschaving
tot barbarij verzieken
DE ERWTENSOEP IS KLAAR
op weg naar
innerlijke ordening
DRS. VAN VEEN
ERKT ALS EEN
iOCRATES AAN
lUDERVORMING
DEZE
WEEK
Gezegd
door
Jeanne de Vlieger
door W. F. Stafleu
IATWOAO 14 NOVEMBER 1970
5 fl
'Ins TERWIJL minister Nelissen de-
ze week in de Kamer een somber
ébeeld schetst van de economie in
■«Jflauwende conjunctuur, worden
werkgevers en werknemers het In
antJehet SER-beraad (nog) niet eens
erd*over het loon- en prijsbeleid voor
.volgend jaar. Vooral de prijzen
spl zijn het struikelblok. Volgende
week verder.
apt Inmiddels wordt bekend dat de
reële loonstijging dit jaar 6 pet.
zal bedragen en de prijzen meer
omhoog zijn gegaan dan ver
ing wacht werd. Het leven is duurder
o geworden in oktober. Selzoensin-
I vloeden doen de werkloosheid
stijgen. Philips gaat tot een per
il» ioncelsbeperking over na tegen-
R vallende cijfers over het derde
kwartaal. In Europees verband
wordt wat meer werkloosheid
n sanbevolen om de inflatie tegen
te gaan. De Tweede Kamer
steunt in meerderheid het loon
ei prijsbeleid van de regering, inclu-
sief de recente prijsmaatregel.
Er is meer te doen in de poli-
tiek. De Tweede Kamer voelt
voor een modernere, ruimere be
huizing in het Haagse stadsplan
D« Nieuwe Hout. Economische
Zikin krijgt een afdeling miiieu-
beheei. Bij de KVP blijft de coa-
ftie en de premier voor het vol-
jic gend kabinet nog een open zaak.
■fr komt wellicht weer een Drees
ils lijsttrekker, nu voor DS '70.
Ikvr. mr. C. W. I. Wttewaall van
Stoetwegen zit 25 jaar in de Ka-
ir. C. N. van Dis zal de
tel Kamer volgend jaar verlaten, de
onge H. Wiegel maakt een kans,
WD-fractieleider te worden.
Sl®T Een stroomstoring wordt een
..jle Kamper ui, nu blijkt dat
Kampen geen kans zag do BB te
alarmeren en blijkbaar andere
autoriteiten gewoon vergat. Het
schip van Capitol Radio loopt bij
m Noordwijk op het strand. Het Ne-
.(jderlands elftal blijft met een 10
nederlaag In de Oostdultse mod
der steken.
Over Duitsland gesproken: de
verkiezingen in de Westdultse
deelstaat Hessen bevestigen de
coalitie in Bonn, al krijgen de so
cialisten een klap en wint de
CDU. Maar de liberalen halen
het nét.
Wat het Nabije Oosten betreft:
Israël maakt een vredesgebaar
doordat het bereid schijnt tot
heropening van het Suezkanaal.
Egypte, Libië en Soedan gaan
een federatief verband aan. Ook
het Navoparlement in Den Haag
is druk met het Nabi|e Oosten,
mede omdat de door Rusland be
dreigde olietransporten, zo vitaal
voor het westen, in de Middel
landse Zee bescherming behoe
ven. Nederland verzet zich ver
geefs tegen een resolutie om de
uitgaven voor de defensie dras
tisch te verhogen. Wel verklaart
minister Den Toom zich op een
andere Navo-vergadering te
Brussel bereid, 140 miljoen extra
te betalen, deels om aen achters
tand in te halen.
De groten der aarde verzame
len zich midden in de week in de
Notre Dame te Parijs, waar de
l| requiemmis wordt gehouden bij
het verscheiden van een der gro
ten dezer eeuw: Charles de
Gaulle, die bijna 80 jaar oud
plotseling is overleden.
De Gaulle is dood, Frankrijk is
weduwe (Pompidou).
Het steeds stijgende ziektever-
luim in het arbeidsproces is een
nationale schande. Het is met
doeltreffende sociale en organi
satorische maatregelen te bestrij
den, mits men de moed heeft hei-
U lige huisjes die langzamerhand
hele flatgebouwen zijn geworden
op te ruimen (Prof. dr. P.
Muntendam).
(P.S. Vorige week beweerden
wij dat W. Kloos het voorzitter
schap van het NVV aan drs. Ter
Helde overdraagt. Bij de naam
Kloos denken wij blijkbaar altijd
nog het meest aan de dichter,
want de huidige Kloos heet
André en geen Willem. Of Is er
toch enig verband tussen beiden,
*oals een onzer lezers sugge-
'eert, denkend aan de dichtfe-
9®la: „Ik ween om bloemen in de
knop gebroken Die voor de
•vond van hun bloei reeds onder-
laan....?")
leder brengt zijn problemen in de gespreksgroep, hetgeen verhelderend werkt.
Een vijftienjarige jongen las rijp en groen. Zijn moe
der bracht allerlei boeken in huis, vooral filosofische.
Het joch, dat van kindsafaan grote belangstelling
had voor mensen, werd hierdoor zo gegrepen dat hij
later staatsexamen gymnasium deed en vervolgens
in Amsterdam filosofie ging studeren met psycholo-
„Zo kwam ik tot oudervor
ming", zegt drs. John G. van
Veen, psychagoog en opvoed
kundig psycholoog. Hij is lang,
slank, informeel gekleed, lachi
snel en ontvangt ons in zijn
ruime werkkamer aan de
Straatweg in HillegerSberg,
waar je een prachtig uitzicht
hebt op de Bergse Plassen.
Wat doet een psychagoog?
Het doel van psychagogie is in
nerlijke ordening. Het gaat om
de psychische vorming van de
mens mede vanuit het onderbe
wuste. De psychagoog is geen
dokter, zoals een psychiater,
maar hij brengt de psychologie
wél in praktijk.
Drs. Van Veen: „De oorzaak
van die woordblinde, leeszwak
ke kinderen ln Amsterdam was
heel eenvoudig. Ik merkte dat
ze ontmoedigd waren; ze had
den gewoon het bijltje er bij
neergegooid. Ontmoedigd, zon
der het zelf te weten, maar het
resultaat blijft hetzelfde. Als je
ontmoedigd bent doe je gewoon
niets meer. De kinderen werd
de moed ontnomen door de
school en de ouders. Kwam ik
nou, dan keek ik wélke fouten
er gemaakt werden in de taal-
of leeslessen. Dat gaf op school
al verbetering, dus die druk viel
weg. De ouders delegeerden hun
„druk" aan mij en daarmee
verdween voor het kind de
druk van de ouders, Slecht le
zende kinderen werden voor
„dom" aangezien maar het
blijken normaal intelligente
kinderen."
Frankrijk kent zijn Ecole des
parents, ook Duitsland en Ame
rika kennen Oudervorming.
Prof. dr. Gesell, een Zwitsers
Amerikaan heeft zeer veel ge
daan om de kinderpsychologi-
sche kennis te populariseren.
Hij schreef (1943) Infand and
Child in the culture of today.
Hij doceert wetenschappelijke
onderzoekingen in voor ouders
leesbare vorm.
„Het zijn vooral moeders die
zich aanmelden voor mijn cur
sus Oudervorming, (vaders
laten het aan moeder over!Ge
spreksgroepen vormen zich in
huiskamerbijeenkomsten, in een
fijne informele sfeer".
„Oudervorming, dat gaat zo.
Kijk, zeg ik tegen de leerlingen:
„Ieder van u heeft een stukje
van een puzzle bij zich. Een
stukje levenservaring van angst
Drs. John G. van Veen: In ona onderwijs-systeem ontbreekt één ding:
de vorming van ouders.
bijvoorbeeld. Nu gaan we al die
stukjes bij elkaar voegen, zodat
er een beeld ontstaat van de
•angst. Angst is bij volwassenen
en kinderen gelijk én onder
scheiden." Ik wil de gespreks
partners bewust maken van le
vens- en opvoedkundige erva
ring. Dan hebben we een beeld
van wat bijvoorbeeld angst is.
Angst is typisch menselijk. Een
mens moet de angst in de ogen
kijken; je moet je daar niet aan
onttrekken. Hoe meer je je
eraan onttrekt, hoe erger het
gevaar lijkt".
„De mens bouwt zich een
eigen, gevaarlijke wereld op.
Deze onbekende wereld, waarin
gevaren schuilen, roept voor het
kind mogelijkheid van angst op.
Bij kinderen is deze wereld on
bekend, want het is er niet in
stinctief op voorbereid. Een vo
gel bouwt zijn nest, een spin
zijn web. Zij komen in een we
reld die tot hun natuur behoort.
De mens (het kind) komt in een
wereld waarop hei niet instinc
tief is voorbereid, een wereld
die ook nog steeds verandert".
„Veel ouders voelen zich
daartegen niet opgewassen. Het
is begrijpelijk dat de jeugd zich
onzeker voelt. Een kind moet
zich aan deze cultuur aanpas
sen, aan de wereld die wijzelf
bouwen: onze fabrieken, huizen,
het verkeer, waarin wij leven.
Ook onze innerlijke wereld ver
andert steeds".
„Verandering hoort bij het
mens-zijn. Nu gaat echter alles
zo snel. Dat kan ook, daarvoor
Pest en cholera, pakken en gele koort, - de oude gevreesde namen duiken wee, op in
een nieuw kader. Sind, de grootmachten met hun atoombommen muurvast zitten in een
toestand van nucleair evenwicht richt de publiciteit zich meer op de andere soorten van
het gevreesde drietal, dat als ABC-wapens bekend staat. Robin Clarke somt het in zijn boek
„Biologische en chemische oorlogvoering" allemaal op: de mogelijkheden, de gevaren. Een
chemisch arsenaal is er al lang. „Men zegt dat de glorie ven het oorlog voeren definitief
gesmoord is in de modder van Vlaanderen."
gie en sociologie. De student gaf bijlessen aan kin
deren met taal- en leesmoeilijkheden (er bestonden
toen nog geen Lom-scholen). Hij zag de kinderen
na enkele maanden door zijn hulp opbloeien. Een
heldere gedachte viel hem in: wij hebben een heel
schoolsysteem voor volksontwikkeling. Eén ding ont
breekt: de vorming van de ouders.
zijn we mensen. Het gaat erom
dat" wij begrip hébben voor de
angsten van kinderen. We moe
ten ze bijv. in de Sinterklaastijd
niet extra angstig maken, maar
ze juist een gevoel van gebor
genheid geven".
„We spréken op zo'n lesavond
ook over ruzies van kinderen.
Kinderen staan in concurrentie
met elkaar. Onze cultuur is
doordrongen van concurrentie,
schoolcijfers, prestatiebeloning.
De mens wil tot gelding komen.
Wij moeten kinderen de gele
genheid geven zich te laten gel
den. Dat is één van de pijlers
van de opvoeding. Het kind wil
graag groot worden en voor vol
worden aangezien".
„Het belang van elke ge
spreksgroep is dat cursisten el-
kaars problemen vernemen.
Vaak is een opluchting te erva
ren dat ook een ander zijn
angsten, minderwaardigheidsge
voelens en strijd tussen kinde
ren kent. De erkenning, dat er
zoveel minderwaardigheidsge
voelens bij onszelf zitten, is het
bevrijdende van zo'n gespreks-
avond. Die gevoelens behoren
tot het normale."
Drs. Van Veen werkt niet
rechtstreeks met kinderen maar
bespreekt hun problemen met
de ouders. Deze week start hij
een cursus kinderpsychologie.
Daar kan een ieder aan mee
doen ongeacht zijn of haar
vooropleiding. Voor de psycha-
gogische groep kunnen zich ook
nog deelnemers melden, de ge
spreksgroepen worden eens per
veertien dagen gehouden. Men
betaalt per keer, zodat er geen
„moeten" bij is; wie wil kan
ook meteen ophouden. Wie inte
resse heeft, belle 010 - 183760.
In de gespreksgroep bevinden
zich sociale werkers, kleuter
leidsters, leidsters handenar
beid, „gewone" moeders en zelfs
een verloofd'stel. Zo'n gespreks
groep is geen commerciële aan
gelegenheid. „Ik ben in de eer
ste plaats filosoof, leraar, zoals
ik ook docent psychologie en
paedagogie ben. Als filosoof ben
ik er niet op uit er een zaakje
van te maken".
„Weet je, Socrates liep vroe
ger op de markt gesprekken
aan te knopen en via die con
tacten ontstonden zijn scholen.
Dat ben ik nou eigenlijk ook
aan hét doen,om mensen te
helpen tot inzicht te komen.
Chemische wapen* zijn In de eer*te wereldoor
log op grote schaal gebruikt Daardoor zou de
Indruk kunnen worden gewekt dat ze noch een
nieuwe noch een ernstige bedreiging vormen.
Maar dat probeert Clark* uit alle macht tegen te
spreken. Wat er tegenwoordig aan vergiftlglngs-
wapen* geproduceerd kan worden (én wordt...) I*
niet met de verouderde chemicaliën te vergelijken.
Wel zijn de nieuwe gifwapens nog nooit in een
oorlog gebruikt; de meeste militairen en vrijwel
alle burgers kennen de mogelijkheden nog altijd
niet
De biologische wapens die nu worden ont2ik-
keld bacteriën en virussen als ziekteversprei-
ders zijn in minstens één opzicht uniek. Het
zijn de eerste wapens die ooit speciaal zijn ont
wikkeld om burgerbevolkingen uit te roeien. Zelfs
atoomwapenen, die zeker dezelfde verwoestingen
kunnen aanrichten, kunnen nog voor andere doel
einden worden gebruikt: In oorlogstijd het uitscha
kelen van militaire en industriële doelen, in vre
destijd het maken van havens, kanalen en tunnels.
Biologische wapens brengen nog andere proble
men mee. Je kunt er geen proeven mee nemen.
Ze zullen In een oorlog de eerste wapens van
welk formaat ook zijn die op een vijand worden
losgelaten v##r de mogelijke gevolgen ervan pre
cies bekend zijn.
B-wapens vormen ook voor de oecologle van
onze planeet een bedreiging, die door Clarke zelfs
groter wordt genoemd dan de nucleaire. Volgens
sommig* geleerden kan het evenwicht tussen
mens en microbe door biologische wapens zo
veranderen dat Je een wereld krijgt waarin de
mens zijn greep op de ziekten volledig kwijt is.
Medisch gezien zouden we dan weer in eeuwen
van barbarij zitten en als gevolg daarvan zouden
we ons als beesten gaan gedragen. In een derge
lijke situatie is het een schrale troost dat vliegvel
den en spoorwegen, dorpen en steden, fabrieken
en parlementsgebouwen intact blijven...
Ziekte Is nu al veel meer een militair* kracht
dan we ons realiseren. Drie van de vier Ameri
kaanse soldaten in de hospitalen in Vietnam leden
In 1967 niet aan verwondingen, maar aan natuur
lijk voorkomende ziekten.
Nu is het niet eenvoudig, de verspreiding van
ziekten als wapen in te zetten, zoals Clarke duide
lijk uiteenzet Maar de potentiële bedreiging is
verbijsterend. Er gaan een triljoen poliovirussen In
een pingpongballetje. Er zijn toxinen waarvan een
onsje, voldoende is om 60 miljoen mensen te do
den.
Er is In 1944 serieuze aandacht geschonken aan
de mogelijkheid dat de Duitsers de invasie In
Normandië zouden tegenhouden met dit gif. Ook
pokkenvirus zou een geducht wapen zijn, vooral in
Europa en de Verenigde Staten.
„Succes" schijnt men vooral indirect te hebben
door het inzetten van B- en C-middelen tegen
oogsten en bossen. Denk aan de In Vietnam ge
bruikte ontbladeringsmiddelen. „Het Is een per
vers trekje van de strategie dat dit soort operaties
alleen maar mogelijk is in onderontwikkelde lan
den met een grotendeels agrarisch* bevolking,
waar het voedsel schaars Is."
Een ander aspect is dat de „gifclub" veel groter
zou zijn dan de „atoomclub' de landen die dc
atoombom bezitten. De meeat* landen zouden
oorlogsgif kunnen maken. Nu wordt, zette Clarke
uiteen, de koude oorlog tussen de grootmachten
uitgevochten in kleine oorlogen, zoals die in Ko
rea en Vietnam. Ze zijn ten del* een gevolg van
de nucleaire Impasse.
In beide gevallen is ook sprake van een guerril
la-oorlog, zoals die ook in Zuid-Amerika woedt.
Deze oorlogen zijn een worsteling tussen de twee
voornaamste ideologieën op de wereld. Ze wor
den op neutraal grondgebied uitgevochten. De
strijd gaat tussen esn goed uitgeruste strijdmacht
en lokale strijdkrachten die zich verborgen hou
den.
Dergelijke operaties zijn moeilijk met conventio
nele wapens uit te voeren. Er zijn gemiddeld
50.000 Amerikaanse kogels nodig om één Viet-
congstrijder te doden. Het zou kunnen zijn dat
men op den duur de haast onvindbare guerrilla
strijders met chemische en wellicht biologische
wapens te lijf wil gaan. Denk aan de ontbladering
in Vietnam en het bespuiten van de rijstoogsten.
Welnu, zegt Clarke, Vietnam kan een „Ideale"
gelegenheid zijn om na te gaan wat biologische
wapens kunnen bereiken in een beperkte oorlog-
Omgekeerd bieden B- en C-mlddelen natuurlijk
ook grote mogelijkheden voor sabotage. „Het 19
niet zo moeilijk een kleurloos, reukloos gas via
het ventilatiesysteem of met behulp van een ver
damper onder de vloer in een volle conferentie
zaal te krijgen."
En wat is daar dan tegen te doen? Clark*
vertelt over „chemische radar" en andere aian»-
systemen, die hier en daar in ontwikkeling zijn.
Echter, naast Zweden hebben maar weinig landen
genoeg gasmaskers voor de burgerij. Ook een
land dat vele miljoenen uitgeeft aan de ontwikke
ling en voorraadvorming van gifwapens Ameri
ka doet geen stappen om zijn burgerij te
beschermen.
Veel artsen vinden alles omvattende geneesmid
delen voor ziekten bij de mens iets dat te veel op
science fiction lijkt om er serieuze aandacht aan
te schenken. Maar het komt er volgens Clark*
ongetwijfeld van; de vraag is alleen of ze er
zullen zijn v##r de biologische wapens zelf vol
maakt zijn en v+r de Internationale wetten tegen
deze wapens niet meer waard zijn dan een vodje
papier.
Clarices boek loopt uit op een beroep op de
wetenschapsmensen, wier medewerking bij de ont
wikkeling van de nieuwe wapens onontbeerlijk is.
Hij hoopt dat ze zullen weigeren, maar hij gelooft
het niet
Een indrukwekkend boek. Clarke weet waar hij
over schrijft, en hij draagt heel wat feiten aan. Hij
verliest zich niet In pacifistische kreten. Moge hij
velen aan het denken zetten. (Ultg. Het Spectrum.
Utrecht, 188 blz., f9.50).
Dankbaar werk? Daar moet je
niet naar vragen. Op de duur
heeft het invloed. Socrates
kreeg de gifbeker maar wat
een geweldige invloed had hij
op onze cultuur!".
„Onze tijd heeft ln belang-
mate nodig dat de mens tot rust
komt. Tot innerlijke vrede. Ik
ben buitenkerkelijk, maar reli
gieus ingesteld. Er zijn mensen
die vrede in het gebed vinden,
dat is heel goed. Op het vinden
van innerlijke rust moet je je
voorbereiden. Dat kan zijn door
inzicht te verwerven, of door de
ontmoeting met andere mensen.
Daarom slaan gespreksgroepen
zo aan".
„Inzicht, ontmoeting en het li
chaam zijn van belang. Daarom
doe ik yoga erbij. Ik heb een
instructeur die zelfs yoga geeft
aan een groep nonnen. Want li-
eheem en géést zijn één. In de'-
psychagogische groep willen we
door zelfkennis innerlijke rust
bereiken, die wij in ons be
roepsleven zo nodig hebben. In
mijn groepen verbind ik dui
zenden jaren oude technieken
met de meest moderne. Prakti
sche filosofie gaat hand in hand
met moderne psychologie om
innerlijke vrede te bevorderen
en mee te werken aan de op
bouw van menselijke en vrije
verhoudingen in gezin, bedrijf
en school."
Wij vroegen twee cursisten
naar hun ervaring in zo'n ge
spreksgroep. Mevrouw J. de
Jongh, moeder van twee kinde
ren, cursiste kinderpsychologie.
>rJe jweet als ouders wel hoe
het zou moeten, op de cursus
word je er met je neus op ge
drukt. Je zou minder aandacht
moeten schenken aan het huis
houdelijke werk om in plaats
daarvan creatief met je kinde
ren «sezig te zijn. Je zou ook
rommel, zoals klei en rondslin
gerend speelgoed, moeten tale
ren".
„Ik hoop door deze cursus
minder huisvrouw en meer
moeder te worden. Je komt in
het dagelijks leven dingen te
gen, waarvan ik nu kan zeggen;
dat is de reden waarom mijn
kind zo reageert. Wat drs. Van
Veen betreft, hij neemt alle tijd
voor de cursisten, ik vind het
fijn om uit de sleur te zijn en
stel het contact met anderen op
hoge prijs."
De heer F. Post, groepsleider
van kinderen, cursist psychago
gie: „Wij zijn samen met een
groep mensen uit het sociale
werk. We doen er een stuk al
gemene vorming en ontwikke
ling op. We spreken echt op ni
veau, niet over luttele dingen.
Drs. Van Veen geeft het ge
sprek een wending, hij laat uit
de aanwezigen de discussie
voortkomen. We komen al spre
kende heel interessante dingen
tegen, allerlei wijsgerige stro
mingen komen er uit los".
„De mens is zo gedegenereerd.
Met allerlei lapmiddelen probe
ren we een beetje gaaf mens
beeld te krijgen. Na zo'n ge
spreksgroep herken je ver
schijnselen in de maatschappij
waarvan je zegt: ha, dat zit zo.
Dat roept weer nieuwe vragen
op, die je dan weer in de groep
brengt. Samen zijn we op weg
naar innerlijke ordening."
Prof. dr. W. Luijpen filosofeert
over de religieuze existentie
Een bordje achter het raam van
een uitspanning: ,iDe erwtensoep is
klaar!" Er staat niet bij: kom binnen
en bestel een portie, maar die be
doeling zit er wel in. Want als Jan
tje spelenderwijs zo'n bordje in de
voorkamer van een gewoon bene
denhuis achter het raam zou han
gen, al zou moeder de erwtensoep
juist klaar hebben, dan zou ze, een
beetje gegeneerd, het bordje on
middellijk weghalen en Jantje een
tik geven. Om met prof. dr. W.
Luijpen in zijn boekje De erwten
soep is klaar; filosoferen over de
religieuze existentie (Amboboeken,
Bilthoven, 114 blz., 8.90) te spre
ken: „De taal van het bordje is im
mers 'oproepend', 'uitnodigend' en
'oriënterend', en niet een objectief
verslag van een constateerbaar feit"
(bl. 71).
Maar wacht eens even: als men die
uitspanning binnen gaat en de erwten
soep blijkt niet klaar te zijn, kan de waard
zich niet verontschuldigen met erop te
wijzen, dat de door hem gebruikte taal
'slechts' oproepend en oriënterend was.
en geen beschrijving van een constateer
baar feit bedoelde te zijn. Want in dat
geval zou ik hem volkomen terecht mo
gen verzoeken wat voorzichtiger te zijn
met 'oproepen'. Het is dus zeker niet zin
loos dat mijn vrienden mij eerst even
naar binnen sturen om datgene wat zich
in de taal van een oproep en een uitnodi
ging aandient, aan een 'verificatie' te on
derwerpen (71/2)." Blijkt de soep inder
daad klaar te zijn, „dan doe ik mijn vrien
den in een beschrijvend taalspel medede
ling van het resultaat van mijn 'verifica
tie'." Dan spreekt men 'over' de erwten
soep.
Prof. Luijpen wil met dit verhaal duide
lijk maken wat bij bedoelt met de 'kri
tische Instantie', die de theologie in het
geloof Invoert. „De theoloog spreekt niet
'tot' zijn Geliefde; hij spreekt 'over' zijn
Geliefde. De theoloog veronderstelt het
gelovig belijden, maar 'verifieert' en 'be
schrijft' de beleden geloofswerkelijkheld."
Niemand mag de theoloog ervan be
schuldigen het geloof te vervalsen, wan
neer hij "spreekt over', 'verifieert' en 'be
schrijft'." Want wanneer de theoloog dat
doet. voert hij een kritische instantie in
het geloven binnen, om te voorkomen dat
iedereen zomaar 'op de erwtensoep af
vliegt'. ook als er 'helemaal geen erwten
soep klaar is'.
„Hoeveel 'oproepen', 'uitnodigingen',
'proclamaties' worden er niet tot de mens
gericht, waarvan de onbetrouwbaarheid
direct zou blijken, zodra de waarheid, die
zij moeten veronderstellen, 'geverifieerd'
door
dr. C. Rijnsdorp
zou worden. De theoloog spreekt 'objecti
verend', dus kritisch, 'over' de in het ge
loof beleden werkelijkheid" (72).
Deze bladzijden die Ik met u gelezen
heb, komen voor in de tweede van de
drie studies die het boek in kwestie be
vat. Eerst is er een Inleiding. Daarin be
twijfelt de schrijver of het vele spreken
'over' God in onze dagen ons veel wijzer
heeft gemaakt. Al te gemakkelijk consta
teert men dat wij. geseculariseerde stads
mensen, met een metafysische God na
tuurlijk niets meer kunnen beginnen.
Maar, vijfentwintig eeuwen praten over
niets, dat is zelfs in de filosofie niet mo-
gelijkl Wie zijn 'wij' eigenlijk? Wij worden
gekenmerkt door pragmatisme en profanl-
teit, dat wil zeggen we zijn beheerst door
de nuttigheidsidee en zitten Ingekapseld
in de alledaagse werkelijkheid. De den
kers die zo kritisch zijn, mogen hun eigen
denken ook wel eens kritisch bekijken.
Tenslotte hangen leven en dood niet van
het denken af. of, in filosofische termen;
de authentieke existentie is punt één en
de expliciete rationaliteit punt twee. Na
tuurlijk is het denken van betekenis.
„Wanneer een wijze van godsdienstig
leven zichzelf door gebrek aan kritiek zou
verharden en zich In versteende toestand
door de geschiedenis heen zou slepen,
dan kan het gebeuren dat zij een aanslag
op de suthentlciteit van het leven wordt"
(10).
De schrijver wil proberen enige lijnen
te ontdekken ln het hedendaagse spreken
over God, en hij beperkt zich daarbij
doelbewust tot het christelijke westen.
Eigenlijk wou hij een dik boek schrijven,
maar hij kwam niet verder dan tot drie
verhandelingen, die ook afzonderlijk gele
zen kunnen worden. Het stuk over de
erwtensoep, „een filosofische beschou
wing over de geloofsakt", dateert van
verleden jaar en staat zoals gezegd In het
boek centraal. Het eerste essay was nog
niet eerder gepubliceerd; het heet: Analy
tische filosofie en de Gods-bevestiging.
Het slotstuk heet: Verborgen God.
Lutjpens boek Ie niet zozeer een apolo
gie van het christelijk geloof, als wel een
verdediging van het goed recht van de
theologie. De theologie Immere spreekt
over God en bepaalde denkers zoals Car-
nap en Ayer stellen dat dit zinloos is,
omdat het niet. proefondervindelijk kan
worden waargemaakt. „Wat niet geveri
fieerd kan worden, kan niet begrepen
worden en kan ook nooit gelden als me
dedeling van Informatie. Het Ie gebral
zonder betekenis" (16). ie mag het praten
over God wèl als een soort muziek be
schouwen, maar dan zonder kunstwaarde.
Volgens Ayer is de term 'God' een
metafysische term en dus zinloos. Maar
volgens hem kun je ook niet zeggen:
„God bestaat niet" en daarmee veroor
deelt Ayer ook het agnosticisme.
Luijpen kritiseert de manier waarop de
ze denkers het verificatiebeginsel hante
ren. „Algemene wetenschappelijke uit
spraken mogen blijkbaar niet zinloos
zijn.Metafysische uitspraken mogen
blijkbaar niet zinvol zijn" (22). Maar het
verificatiebeginsel, aldu» prof. Luijpen, is
niet bestand gebleken tegen de eisen die
het zelf stelde. De taal waarin dit begin
sel zelf werd geformuleerd, kon zelf niet
zinvol worden genoemd. Er is niet het en*
'taalspel' van het beschrijven van standen
van zaken, maar er moeten vele 'taalspe
len' onderscheiden worden.
„Er Ie de taal van de wetenschap, de
roman en de dichtkunst, van de handel,
de politiek en de liefde, van de opvoe
ding. het strafrecht en de reclassering,
van het profetisme, het anarchisme en de
godsdienst... Wat binnen een bepaald
taalspel zinloos is. kan dan ook binnen
een ander taalspel zinvol zijn... Elk taal
spel heeft zijn eigen logica... Het ie vol
doende dat een taalspel feitelijk gespeeld
wordt om voorwerp van onderzoek te
kunnen zijn." (28,9).
Zo en langs andere wegen wil Luijpen
filosofiach bewijzen dat de theologie zin
vol bezig kan zijn, wanneer zij spreekt
over God en goddelijke zaken. Natuurlijk
moet de lezer even wennen aan de ma
nier van spreken van de filosoof en de
termen kennen; hij moet ook bedenken
dat Luijpen spreekt op een filosofische
areopagus en bezig is zich te weer te
stellen tegen discriminatie van de kant
van nlet-gelovlgen of niet rneer-gelovlgen.
Een nobele bezigheid die de schrijver van
Existentiële fenomenologie, waarven Ik
als leek veel geleerd heb, zowel ln we
tenschappelijk als in christelijk opzicht
eer aandoet