Bij Scheen bruist 't leven met stijl Charmant baken voor „spoorzoekers" PRAAGSE MELANCHOLIE IN ROMAN VAN HAZEU DEZE WEEK Kanttekening door Jeanne de Vlieger Democratie en krant i - door dr. C. Riinsdorp gezegd ZATERDAG 59 AUGUSTUS 1978 Wie de eer te beurt valt, de lezer te mogen berichten omtrent ien kunstgebeuren dat zich binnen de muren van het huis scheen afspeelt, mag zich gelukkig prijzen. Hij zet z'n feestmuts pp, hoe ernstig men (de grote en machtige „men") de kunst nog Lltijd pleegt te nemen. Natuurlijk is kunst wel een zaak met een nstig aspect, maar dan toch in hoofdzaak aan de kant van de |naker. Is diens werk voltooid, dan rest er voor de beschouwer iet strelende genot er van te gaan genieten en dat behoeft er «e niet met een plechtstatig gezicht te gebeuren maar in- gendeel met een ontvankelijk gemoed, dat vooral open moet itaan voor de omstandigheid, dat de kunstenaar* zoveel schoons, roveel ontroerends wat ons betreft, of bijvoorbeeld zoveel schokkends weet te geven. I „Na jaren van weduwschap" een paneeltje van David Bles, 1865 (detail). Gaan we de zomer ten toonstel ling bij Scheen zien, dat zijn wij bij voorbaat al geconditio neerd in aanraking te zullen komen met overwegend „mooie zaken". En dat niet alleen, men zal ze ook kunnen bewonderen in een geëigende omgeving. In de intimiteit van een bewoond huis. een huis dat "leeft", dat bruist van allerlei huiselijke za ken. Dit begint al in de vitrine, waar meestal twee allervriende lijkste chow chows zich in de nabijheid van een kostelijk schilderij liggen te koesteren en de bezoeker niet luid blaffend verwelkomen, maar volstaan met een instemmend gegrom. Die hartelijkheid zet zich voort. Men ontmoet meneer Scheen zelf, die hoe hij ove rigens ook gestemd is nooit om een pittig verhaal verlegen zit. Mocht hij een doodenkele maal mankeren, dan betekent dit het tegendeel van een ramp, want dan neemt de vrouw des huizes de honneurs waar op een zo charmante en onnavolgbare manier, dat manlief ze nooit zou kunnen verbeteren. Wat heeft dit alles met kunst van doen? Alles! Want een ont vangst. de wijze waarop men tegemoet wordt getreden, de bijzondere en smaakvolle in richting en aankleding van een huis, het feit o.a. dat de tafel aansteker ook werkelijk werkt, <fat de sigarettendozen werke lijk rokerij bevatten, dit alles heeft te maken met stijl. Met de stijl van mensen die er op die manier handel mee drijven, want het spreekt vanzelf, han del wordt er natuurlijk gedre ven. Maar op een dusdanige moderne en efficiënte manier, dat het nooit als storend ele ment in het oog springt. Stijl dus. Een stijl die. uit de aard van de zaak, evenzeer spreekt uit hetgeen er verhan deld wordt: ook dit toch moest een. keer beoordeeld en inge kocht worden. En waar dit dan de uitkomsten betreft vaVi de inspanning van een paai mensen die het stijlvolle tot een levensbegrip, een wezensken merk wellicht, hebben gemaakt, mag men veronderstellen dal het geheel klinkt als een (zilve ren) klok. Dan nog een andere aantrek kelijkheid die een dergelijk eta blissement een pré geeft boven het museum, al wordt er wel degelijk „museumkwaliteit" aan de man gebracht. Wij doelen hier op de attractie dat men hetgeen men ziet respectievelijk bewondert, ook werkelijk kan aanschaffen. Dit in tegenstelling tot het museum, waar het „kij ken - maar - vooral - afblijven" geblazen is. Wanneer dan de portemonnaie tekort zou schie ten zeker niet denkbeeldig dan nog blijft het bevrijdende gevoel dat men zou kunnen ko pen, als de middelen maar toe reikend zouden zijn. die van er naar-toe-te-kunnen- leven," zijn best doen het 'ooit' te bereiken, de wensdroom, de illusie, die zoveel spanning, zo veel intrinsieke waarde en zo veel inhoud aan het leven ver leent. Gaan we met al deze dingen in het achterhoofd eindelijk een rondgang maken langs het ten toongestelde, dan 'staan we bij het eerste schilderijtje al met de mond vol tanden: het draagt de signatuur van N. Riegen en uw recensent, die de waanwijs heid in zich omdraagt heel wat namen van bekende schilders te kennen, moet al direct verstek laten gaan. Geen nood, thuisgekomen even de „Lexicon Nederlandse Beeldende Kunstenaars (1750-1950)" opgeslagen om daar op blz. 232 - deel II, alles wat maar het vermelden waard is van N. Riegen, te vinden. Bestaat er dan zo'n depgelijk wonderwerk? Wis en zeker, nog niet zo lang weliswaar, maar het bestaat en ook hier is Pieter A. Scheen voor verantwoorde lijk. Dat de twee delen, maar liefst ca. 1500 pagina's dojks en zo'n 2000 afbeeldingen bevatten, ver melden we maar even terloops. Net zo en bagatelle als Scheen er zelf over spreekt. Al komt bij wat dieper graven al gauw aan het licht dat hij er met vróuw en volwassen kinderen zo'n dik ke zes jaar nagenoeg dag en nacht aan gewerkt heeft, om 't van de pers te krijgen. Ook wil Scheen u dan wel tussen neus en lippen vertellen dat hij zijn privévermogen en bovendien een mooi stuk van zijn gezond heid bij ingeschoten is. Maar ja, de wetenschap moest gediend worden en aangezien toch iemand het eens moest doen, deed Scheen het maar. Wel mo ge het hembekomen. Hoe het ook zij, het echtpaar Scheen „viert" nu (en er is daar altijd wel wat te vieren) het ge reedkomen van dit gigantische karwei met een tentoonstelling. Van de man die met zoveel kennis van zaken al deze gege vens bijeen wist te brengen (te "schrapen" dikwijls) mag men verwachten dgt hetgeenhij toont in overeenstemming is met zijn „Lexicon". Een ver wachting waarin men bepaald niet wordt teleurgesteld. Deze expositie is zelfs van een dermate hoog gehalte, dat het nauwelijks uitweiding be hoeft hoe goed, hoe magnifiek, hoe waardevol vooral, al die Bosbooms, die Leickerts, de ..Schelfhoutjes", een David Bles of de twee neven Weissenbruch hier vertegenwoordigd zijn. Of schoon de verleiding wel groot is. Laten we volstaan met het noemen van namen die niet zo onmiddellijk aanspreken: Fran- gois Musin (niet in de Lexicon voornoemd na te slaan, omdat het hier een Belgische schilder betreft) om er maar eens een te noemen. Juist zo'n hier vrijwel onbekende leert ons met zijn „Boulevard Ostende bij ruw weer" niet vooreerst op grote namen af te gaan, maar kwali teit voorrang te geven. En wie buiten de kring van ingewijden kent er nog een Karsen? Terwijl er toch ooit twee met eclatant succes werkzaam waren (vader en zoon - zie blz. 578 - deel I). Het is er allemaal te zien, aangenaam (weer stijlvol der halve) gedoseerd, elk stuk zijn waarde verlenend opgesteld, zo dat het kijkspel niet afmattend werkt, niet tot een corvee wordt. Dan, op de valreep, toch nog een wat schoolmeesterachtige raad. Wie de expositie eenmaal in zijn geheel langs is geweest en genoten heeft van de ver rukkelijke voorstellingen, raden we aan nog een keer terug te gaan en dan de werken eens op hun louter technische kwalitei ten en merites te bekijken. Men zal verbaasd staan dat er bij zoveel ambachtelijke kennis nog speelruimte overbleef v oor de artisticiteit waar men bij zijn eerste bezoek al zo van genoten had. Mocht er nog een kunstbe- langstellende in ons land rond lopen die het adres niet kent Zeestraat 50. waar men t.m. 5 september hartelijk welkom is. GliS KORDING Zoekende zielen in een stationshal. Een oude vrouw: „Waar kan ik een kaartje kopen naar Hilversum?" Een knappe Indiër: „Could you tell me Een hippie met blote borst en veel glimmende kettingen daarop: „Weet u het Paleis op de Dam?". Een jonge Chinees: „Op welk perron vertrekt de trein naar Een oude man: „Waar kan ik een perronkaartje kopen?". Vragende ogen veranderen in zelfverzekerde blik, dank zij Paula van Dam (19) slank, lang, blond met lang kapsel; Paula die rustig en correct de juiste antwoorden in de juiste taal geeft. Ze zetelt in een soort ker- mistentje midden in de hal van het Centraal Station in Amster dam en is daar een gastvrouw van de NS. „Receptioniste" heeft het offi cieel. Vroeger was bij de NS een hoofdconducteur receptio nist. Twee jaar geleden werden zij aangesteld om reizigers ant woorden te geven op hun vra gen. Meer treinen, dat betekent meer conducteurs nodig en als je goede conducteurs hebt, dan wil je die ook dienst laten doen Aan lokettistes werd toen ge vraagd. dienst te doen als re ceptioniste. Ze kregen een uni form: blauwe rok met geruit jasje, een petje (dat niet func tioneel is, niet lekker zit en daarom nooit gedragen wordt) en een flinke schoudertas voor persoonlijke bezittingen. Het nieuwe NS-embleem op de re vers en daar stonden de char mante gastvrouwen in plaats van conducteurs. In vele grote steden van ons land lopen de gastvrouwen op het perron Op zo'n echt door gangsstation als bijvoorbeeld Utrecht zijn de conducteurs moeilijk aan te klampen. In Amsterdam, een beginpunt voor vele treinen, loopt de conduc teur naast de trein op het per ron, en daarom troont Paula in de hal. Paula van Dam: „Dit is een uitermate boeiende baan Als lokettiste heb je maar heel vluchtig contact met de reiziger, het duurt, dat is haarfijn uitge rekend, niet langer dan gemid deld twintig seconden per keer Je aandacht is bij het kaartje, niet bij de mens die passeert. Nu heb ik meer contact mei mensen en onderkpn de ver schillende typèn reizigers." „Elders in Amsterdam, op he1 Amstelstation, begeleid ik reizi gers voor de auto-slaaptreinen ïk geef aanwijzingen hoe de auto gemanoeuvreerd dient te worden; de reizigers krijgen om hun auto te reinigen een flacon NS-cleaner en een spons uitgereikt, en ontvangen de no dige papieren en inlichtingen „Deze opvang is alleen in he' zomerseizoen nodig. Ik zie we! een beetje tegen de winter op„ Het kraampje hier is maar pro visorisch en je zit mooi op de tocht. Er hoort weliswaar een mantel bij ons costuum. maar die is beslist geen maxi Wellicht is het uniform voor verbetering vatbaar. De recep tionistes zijn sinds juni van dit jaar in dienst. Het was nog maar een proef van de Spoor wegen, een proef die overigens uitstekend voldoet. We zitten voor dit vraagge sprek in een kantoorruimte, vanwaaruit we een prachtig overzicht hebben op de hal. Een paartje staat rustig te vrijen. Jonge mensen lopen heen en weer, soms met hun slaapzak door middel van touwtjes op de rug gebonden Westerse meisjes met op sari's lijkende lappen om 't lijf, negermeisjes in mini. gebaarde jongelingen met knot sen van bontjassen; een stel lie- den dat zich in hun slaapzak in de hoek van de hal heeft neer gevlijd en een sigaretje rookt. Een schilderachtig gekleed negertype is kennelijk boos. Ze strooit de hele inhoud van haar tas met weidse gebaren op de vloer. Onmiddellijk veel belang stelling van passanten. Daar was het wellicht om te doen, maar de rel loopt met een sisser af Soms moet de Spoorwegre cherche er aan te pas komen De stationshal is nu eenmaal een internationaal ontmoetings punt. Men is tolerant, maar als de service aan de reizigers in het gedrang komt, grijpt men in. Bijvoorbeeld wanneer een groep hippies midden in de hal een picknick wil aanrichten. Van het gastheerschap van de NS, een dienstverlenend bedrijf, wordt door de vele binnen- en buitenlands/? toeristen druk ge bruik gemaakt. Doordat perron kaartjes niet langer nodig zijn, is de vrije toegang uitgebreid tot de perrons met hun restau rants. snackbars en toiletten. Het gebeurt wel dat de inter nationale jeugd er echte slaap- lengstuk van het Informatiebu reau. Vergaande vragen ver wijst ze dan ook naar het in lichtingenloket dat vlakbij is. Haar fijne baan wordt goed be taald. Jonge vrouwen die een dergelijke job ambiëren, zullen eerst praktijk binnen het NS- bedrijf moeten opdoen, en waarschijnlijk als lokettiste te w.erk worden gesteld. Paula vindt het hippie-gedoe allemaal wel best. Maar ze moeten van haar geen cent ver wachten. Nederlanders, vindt ze. zijn bijzonder slecht in aar.- drijfskunde. Haar aardigste er varing? „Dat mensen zo ontzet tend dankbaar kunnen zijn als |N DEZE TIJD groeien de publiciteitsmedia (schrift, geluid en beeld) in betekenis en omvang als nooit tevoren. Maar ook manifes teren zieh juist nu in ongekende omvang stoornissen in de communicatie. Deze stoornis sen zün n'e* *e wijten aan een tekortschieten van genoemde media. Voor een goede commu nicatie is meer nodig dan alleen krant, radio en televisie, hoe belangrijk deze voorzieningen ook zjjn. De storingen vinden haar oorzaak veeleer in een eveneens in ongekende omvang aanhou dende groei van ingewikkelde problemen op schier alle terreinen van het leven. Het wordt een steeds grotere opgave, ledereen van alles op de hoogte te houden in een vorm, die voor ieder verstaanbaar is. Vrijwel iedere politicus is in deze tyd een vakman in een beperkte sector. Deze vaklie den heeft elke party nodig. Het Kamerlid moet als vakman de minister óp diens vak terrein van deskundige repliek kunnen die nen. Het risico, dat de gewone kiezer er steeds minder van gaat begrypen, is onaangenaam maar moeilyk te voorkomen. De slechte op komst by de laatstgehouden provinciale en ge meenteraadsverkiezingen houdt, dunkt my, verband hiermee. |N HET maatschappeiyk leven Is de ontwik keling niet anders. De sociale en economische problemen zyn voor de meeste mensen moei lijk te verstaan. Men wil nog wel vertrouwen uitspreken in het beleid van een organisatie en er lid van biyven. maar de band draagt in vele gevallen nog maar een weinig persoonlijk karakter. De kennis van wat de organisatie precies doet, is byzonder summier. Ook binnen de kerken valt hier en daar een uiteengroeien te bespeuren van kerkeiykc „leiders" en gewone leden. Dit verschynsel van het niet-meer-begrypen is gevaariyk. Het kan leiden tot doelloos vol gen, onverschilligheid, berusten in wat er over ons komt, niet meer persoonlyk opkomen voor beginsel en belang, tot defaitisme. Ten diepste is hier de zaak van de democratie in geding. Waar het contact tussen kiezer en gekozene, bestuuk* en lid gevaar loopt, komt ook ons de mocratisch bestel in gedrang. Het is even gelukkig als begrypelyk, dat juist nu van vele zyden de roep om democratise ring wordt gehoord. Democratisering van dc verhoudingen is de remedie voor de gesigna leerde stoornissen in de communicatie. J^EMOCRATISERING vraagt meedenken. mee verantwoordeiykheid dragen en meebeslissen van Ieder mens op de plaats, waar hy gesteld is. Dit' is broodnodig voor een zinvol bestaan; voor een maatschappy, die de waardigheid van de mens als schepsel Gods in allé verhoudingen wil respecteren. Pogingen om te komen tot die democrati sering worden bijv. ondernomen door de vakbeweging. Het is met name aan deze groe pering van het georganiseerde bedrijfsleven te danken, dat de opzet van de huidige on dernemingsraden wordt herzien, dat de jaar cijfers van de ondernemingen meer open baar worden gemaakt, dat er aan de hand van het enquêterecht onderzoekingen kun- nen worden gedaan naar de gang van zaken binnen een bedrijf, dat men vat krijgt op dc samenstelling van de raden van commissa rissen en dat het bedrijvenwerk van dc grond komt. Dit is vooral belangrijk, omdat de werknemers in ons land behoren tot de grootste groep van actieve beroepsbeoefe naren. Ons parlement heeft de belangryke achter grond van deze maatregelen voor ons maat schappelijk bestel begrepen en heeft al in ruime mate medewerking verleend aan de totstandkoming van hiermee verband hou dende wettelijke maatregelen. Een zelfde poging tot democratisering leeft bij de overheid, zowel de rijks-, provinciale als gemeentelijke overheid. Het rapport van de Commissie heroriëntatie overheidsvoor lichting (in de wandeling ook wel met de naam van haar voorzitter als commissie-Bies heuvel aangeduid) is een nieuw voorbeeld. Politieke partijen benoemen voorlichtings- j functionarissen. Gemeentebesturen, evenals colleges van Provinciale Staten besteden bij zondere aandacht aan de verzorging van public relations. TV/fEN kan de vraag stellen, of hiermee de betekenis van de publiciteitsmedia wel licht naar de achtergrond wordt gedrongen. Ik dacht dat in het belang van de hier gesignaleerde ontwikkeling het tegendeel het geval is. Willen activiteiten in het ka der van een democratiseringsproces optimaal benut worden, dan zullen krant, radio en te levisie een belangrijke bijdrage moeten le veren. Van deze drie mag de krant als nummer één worden genoemd. Het dagblad komt elke dag bij elk gezin in de brievenbus. Ieder kan el ke dag op zijn wijze en in zijn tempo in de krant van zijn keuze kennis nemen van het universele, actuele gebeuren, verweg en dichtbij. Aan de hand van de geschetste activiteiten in het maatschappelijk leven zal het de re dactie van een krant mogelijk zijn nog meer te doen aan verduidelijking en popularise ring, aan het bieden van inzicht en door zicht, aan het kritisch begeleiden van het ingewikkelde gebeuren om ons heen. zonder daarbij de lezer een mening op te dringen. De krant is bij uitstek dienstverlening aan de medemens; deze dienst heeft de vorm van het doorgeven van een geesteiyk produkt. Evenals voor elk ander produkt geldt hier een bepaalde inhoud, een bepaald gewicht, een bepaalde verpakking en een bepaalde prijs. Gelukkig kent ons land een vrije pers; ieder kan een vrije keus maken bij het kie zen van een krant. Er zijn vele kranten, vele geestelijke pro- dukten. die onderling sterk variëren. De christelijke krant is er één van. Deze veel kleurigheid moet bewaard blijven, want zij is eveneens een zaak van democratie. Een belangrijk deel van de verantwoordelijkheid hiervoor draagt de lezer, die immers in vrij heid zijn krant kiest. Tevens liggen hier ver antwoordelijkheden voor de overheid, die de economische voorwaarden voor een vrije pers mede bepaalt. H. P. ESTER Vooral oudere reizigers kunnen heel dankbaar zijn voor de aan wijzingen van de receptioniste. dagen op nahoudt, 's Morgen? bij het vertrek van de eerste treinen drommen ze soms het station binnen (rennen is er niet bij) en dan moeten ze wel in de rij staan voor de toiletten, Heel die bonte mengeling van mensen, kleding en talen laat Paula van Dam onberoerd, al thans uiterlijk. Ze is niet bang voor de avonddiensten. „Je zit er nooit helemaal alleen en desnoods kan je gebruik maken van de telefoon die onder hand bereik staat. Dat is éénmaal voorgekomen, iemand gooide een brandende peuk naar me en dat hoef ik natuurlijk niet te nemen". Paula kwam ook in actie toen een vrouw naar haar portemon naie greep op aandringen van een bedelende oudere man. Ze keek daarbij vragend in de richting van Paula. „Het hoeft niet. mevrouw, en bedelen is bovendien verboden". Op de Amsterdamse stations passeren gemiddeld honderd duizend in- en uitgaande reizi gers. Wanneer in het vakantie seizoen Zandvoorttreinen op volle toeren draaien, is dat aan tal belangrijk hoger. Die bad gasten hebben trouwens geen oog voor de slanke gastvrouw maar snellen naar zand en zee. Paula is beslist geen ver- Wim Hazeu (30), dichter, criticus, radioman, heeft zijn eerste roman geschreven. De titel: De helm van aarde is te vens „de titel van een gedicht van J. Seifert, in 1969 vice- voorzitter van de Tsjechische Schrijversbond. De helm van aarde is de heuvel van vulka nische oorsprong. Rip. Hier bleef volgens de legende oer vader Cek met zijn gevolg stilstaan. Hij zei: „Dit is het land van melk en honing." Op het kruispunt van Europa ves tigde zich een volk." Hazeus boek is bij Manteau, Brussel/ Den Haag verschenen (152 blz. 11.90). Ik zou boven dit artikel ook kun nen zetten: Praagse droefgeestig heid. wanneer het erom ging de stemming te suggereren Maar als men Tiet boek romantechnisch be kijkt. kan er boven staan: Architec tuur of Collage. Hazeu Is enige malen in Praag geweest en heeft daar contacten gelegd. Van zijn orthodox-protes tantse achtergrond uit heeft hij zich ontwikkeld naar een links gericht politiek engagement toe (zoals zo- t T' V- TIENTALLEN gewonden in Am sterdam, plunderingen rondom de Dam. marinemannen nemer het recht in eigen hand, gevolgd door een knokploeg van dt Nieuwendijk; „onrust" is een zéér zacht woord voor wat deze week in de hoofdstad gebeurt tussen het slaapverbod rondom het Nationaal Monument en de komst van de Indonesische pre sident Soeharto. Men vreest nieuwe demonstra ties volgende week; Soeharto zal zwaar worden bewaakt. Midden volgende week vergadert de Ka mer over de toestand. Sommi gen hopen maar dat het mooie weer ophoudt; dat scheelt zo veel. Ludieker is het protest-kam pement op de Maasvlakte tegen de komst van de Hoogovens. Over milieu gesproken: Duits land belooft binnen vijf jaar een biologisch schone Rijn (nu het zout en de chemische vergiften nog), en minister Bakker houdt vol dat baden voor de Hoilnndse kust niet gezond is. Protest van andere aard: dui zenden stakers aan de Nieuwe Waterweg. Een nachtelijk akkoorc tussen directies en vakbonden over verkleining van het loon- verschil tussen gewone werkne mers en personeel van koppel bazen wordt algemeen verwor pen. Wordt de cao in de metaal opengebroken, dan zal de loon beweging zich als een olievlek uitbreiden. We blijven in Rotterdamse sfeer met de voetbalwedstrijd die miljoenen mensen een korte nachtrust bezorgt en Feijenoord op de Argentijnen een morele overwinning (22). Maar dan nu naar Den Haag De Kamer schaart zich achter het uitbannen van rassendiscrimina tie en aanvaardt de Deltaschade- wet. Nieuwe maatiegelen in de belastingsfeer moeten de aangil- te eenvoudiger maken. Onder wijsorganisaties vragen minister Veringa, de spellingknoop door te hakken; ze willen het allemaal nog veel radicaler dan de laatste voorstellen, zo in de geest van: „De vrauw hat de stoep geboent" en „Ik vint dit vervelent". De tweede secretaris van de Tsjechoslowaakse ambassade in Den Haag, Cihak. vraagt asiel aan. De girodienst verhoogt het ta rief voor stortingen met liefst een kwartje. Onrust in land- en tuin bouw en vervoerswereld over de prijzen van aardolieprodukten Het NKV noemt een eventuele extra verhoging van de BTW „een brand met benzine blussen" Het Gemeenschappelijk admini stratiekantoor is verontrust over snel stijgend ziekteverzuim. In het buitenland (behalve be weringen over handel in Indiase nonnen voor Duitse kloosters en een nieuwe midden-klas- ser van Citroën vooral de crisis in het Nabije Oosten, die enkele optimistische gelui den maar ook veel klachten over bestandschendingen over-en-weer oplevert. Fons lansen; Men heeft mij gevraagd vanavond in Amster dam op te treden. Het werd ook wel tijd dat er eens werd opgetreden. Maandag traden we niet op, en u ziet wat er van geworden is. Als het zo doorgaat, komt er op de Dam nog een monument bij, voor de ontslapen Damsla- pers. Het stadsbestuur heeft geen monument nodig, dat heeft zich zo al onsterfelijk gemaakt. Maar Samkalden heeft er weer iets bij geleerd: nooit slapende mensen wakker maken. velen "van zijn generatiegenoten) Men proeft in dit hele boek de reële angst voor een mogelijke we reldvernietiging in een nabije toe komst en verzet tegen de machten die deze situatie hebben gescha- jeze terecht geholpen helpt!" penen haar voortzetten Tegen deze achtergrond spitsen de gevoelens zich toe op het tra gisch lot van de Tsjechoslowaken. verraden in 1938. onder de Duitse hiel geraakt In de Tweede Wereld oorlog, bevrijd door de Russen maar in 1968 door diezelfde Rus sen weer onder de voet gelopen Hazeus roman speelt, zonder dat dit wordt gezegd, in 1972. Dit blijkt op de bladzijden 70 en 112 aan de hand van een eenvoudige bereke ning Opzienbarende veranderingen schijnt auteur in het door hem ge liefde en bewonderde land niet te verwachten, althans niet in de eerstkomende jaren. De roman bestaat uit een kern. door de schrijver 'het verhaaltje' genoemd. De Joodse acteur Peter Vondra Is bi) de bezetting van Praag door de Russen In 1968 naar Amerika gevlucht. Zijn vriendin Ve ra, werkzaam bij de radio, ver zetsheldin, laat hij achter In de hoede van zijn vriend Polanen, van oorsprong een Nederlander die In 1947 uit militaire dienst deserteer de. In de Verenigde Staten neemt Vondra de naam Mare Clavel aan Ter gelegenheid van een interna tionaal congrea in Praag (een soort schaduw-Verenigde Naties), besluit hij in Praag een kijkje te gaan ne men en Vera te bezoeken. Mare Clavel is in Amerika getrouwd met de 39-jarige Anne; zelf is hij 51. Volkomen kaalhoofdig, heeft hij ais Clavel later een pruik op, maar die gooit hij In de Moldau en zo is hij uiterlijk weer de Peter Vondra van vroeger. Bij Vera's moeder ontdekt hij dat zij met Polanen samenleeft; er is uit die verhouding een nu driejarig jongetje. Eigenlijk had Polanen, Jo denhater, Peter tot de vlucht ge prest. Tot een ontmoeting met Vera komt het niet. Mare Clavel vliegt naar Amerika terug en voegt zich weer bij zijn vrouw Een geheimzinnige man drukt hem ergens tegen een muur en beveelt hem naar Tsjechoslowa- kije terug te gaan. Clavel vertelt dit door de telefoon aan een schandaaljournaliat, die er sensa tionele kopij van maakt. Verdei niets. Om dit verhaal heen is de fictie van een ik-figuur. alter ego van de schrijver, die in Praag datzelfde congres gaat bezoeken. Hij ont moet daar o.è. Polanen, die hem een oude foto van Peter laat zien en hem vraagt op te letten als hii deze Peter ergens tegen het lijf mocht lopen Polanen wil dan graag gewaarschuwd zijn De ik-figuur laat de foto vergro ten en doet die vergroting bij Pola nen in de brievenbus Op bl. 114 haalt Mare Clavel die vergroting (de envelop stak halverwege uit de bus) eruit en bekijkt de foto onder een lantarenpaal. Zo zijn er meer punten van aanraking tussen het kernverhaal en het kroniek-ele ment, b.v. de opvoering van Pucci ni's opera Turandot. Alles is doordrenkt met Praagse melancholie, zoels op bl 45. waar de ik-figuur zegt: „Ik wil je mijn schoenzolen laten zien. waaraan asfalt kleeft van het bijsmeren van de gedichte tanksporen in de Praagse straten". De schrijver koppelt deze droef geestigheid aan het sterven van de Duits schrijvende Jood Frans Kafka In 1924 De Tsjechen zelf doen dat niet en dit is dus een subjectief element Op zes plaatsen (blz. 12, 27. 46/7, 48 en 61) voegt Hazeu citaten In die op Kafka's dood be- Wlm Hazeu trekking hebben; later doet hl) desgelijks met citaten over Edisons bezoek aan Praag in 1911. citaten uit het Manifest van de Tweedui zend Woorden en van prof Gold- stücker. En zo kom ik op de collage-tech» niek. De twee verhaalhelften met hun raakvlakken kunnen onder het begrip architectuur worden gerant schikt, maar verder Is het boek op de bekende moderne manier sa- mengesteld uit brokstukjes actuali teit en herinnering, verhaal en kro niek. c'taten en andere vullingen Dit heeft een oscillerend effect en herinnert aan het polntillisme In de schilderkunst van Seurat en Signac. Toch blijven de mensen en het menselijke de hoofdzaak: het accent verschuift niet van de mens naar de dingen, zosls In de nou veau roman Het literair engage ment blijft de humaniteit insluiten en laat niet toe dat de figuren ver vluchtigen. Elk levensdoel brengt zijn eigen schrijftechniek mee Ook vroeger was er in de roman een 'vulling'- element: de uitvoerige natuur- en milieuschildering Die vulling be staat nu uit citaten, brokjes herin nering die strict genomen niets met het verhaal te maken hebben en oozichtia advertentiemateriaal. De hedendaagse schri|ver wil als het ware zeggen Zo leven we onder een onafgebroken indoctrinatie, die uit een op win6t en macht inge stelde maatschappij dagelijks op ons afkomt. In zover Is deze romanvorm te rechtvaardigen, zolang de methode maar authentiek blijft en geen ma nier wordt. Een definitief oordeel over Hazeu als romancier kan Ik aan dit eerste specimen nog niet ontlenen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1970 | | pagina 17