Bij Scheen bruist
't leven met stijl
Charmant baken voor „spoorzoekers"
PRAAGSE MELANCHOLIE
IN ROMAN VAN HAZEU
DEZE
WEEK
Kanttekening
door
Jeanne de Vlieger
Democratie en krant
i -
door
dr. C. Riinsdorp
gezegd
ZATERDAG 59 AUGUSTUS 1978
Wie de eer te beurt valt, de lezer te mogen berichten omtrent
ien kunstgebeuren dat zich binnen de muren van het huis
scheen afspeelt, mag zich gelukkig prijzen. Hij zet z'n feestmuts
pp, hoe ernstig men (de grote en machtige „men") de kunst nog
Lltijd pleegt te nemen. Natuurlijk is kunst wel een zaak met een
nstig aspect, maar dan toch in hoofdzaak aan de kant van de
|naker. Is diens werk voltooid, dan rest er voor de beschouwer
iet strelende genot er van te gaan genieten en dat behoeft
er «e niet met een plechtstatig gezicht te gebeuren maar in-
gendeel met een ontvankelijk gemoed, dat vooral open moet
itaan voor de omstandigheid, dat de kunstenaar* zoveel schoons,
roveel ontroerends wat ons betreft, of bijvoorbeeld zoveel
schokkends weet te geven.
I
„Na jaren van weduwschap" een paneeltje van David Bles, 1865 (detail).
Gaan we de zomer ten toonstel
ling bij Scheen zien, dat zijn
wij bij voorbaat al geconditio
neerd in aanraking te zullen
komen met overwegend „mooie
zaken". En dat niet alleen, men
zal ze ook kunnen bewonderen
in een geëigende omgeving. In
de intimiteit van een bewoond
huis. een huis dat "leeft", dat
bruist van allerlei huiselijke za
ken.
Dit begint al in de vitrine,
waar meestal twee allervriende
lijkste chow chows zich in de
nabijheid van een kostelijk
schilderij liggen te koesteren en
de bezoeker niet luid blaffend
verwelkomen, maar volstaan
met een instemmend gegrom.
Die hartelijkheid zet zich
voort. Men ontmoet meneer
Scheen zelf, die hoe hij ove
rigens ook gestemd is nooit
om een pittig verhaal verlegen
zit. Mocht hij een doodenkele
maal mankeren, dan betekent
dit het tegendeel van een ramp,
want dan neemt de vrouw des
huizes de honneurs waar op een
zo charmante en onnavolgbare
manier, dat manlief ze nooit zou
kunnen verbeteren.
Wat heeft dit alles met kunst
van doen? Alles! Want een ont
vangst. de wijze waarop men
tegemoet wordt getreden, de
bijzondere en smaakvolle in
richting en aankleding van een
huis, het feit o.a. dat de tafel
aansteker ook werkelijk werkt,
<fat de sigarettendozen werke
lijk rokerij bevatten, dit alles
heeft te maken met stijl. Met de
stijl van mensen die er op die
manier handel mee drijven,
want het spreekt vanzelf, han
del wordt er natuurlijk gedre
ven. Maar op een dusdanige
moderne en efficiënte manier,
dat het nooit als storend ele
ment in het oog springt.
Stijl dus. Een stijl die. uit de
aard van de zaak, evenzeer
spreekt uit hetgeen er verhan
deld wordt: ook dit toch moest
een. keer beoordeeld en inge
kocht worden. En waar dit dan
de uitkomsten betreft vaVi de
inspanning van een paai
mensen die het stijlvolle tot een
levensbegrip, een wezensken
merk wellicht, hebben gemaakt,
mag men veronderstellen dal
het geheel klinkt als een (zilve
ren) klok.
Dan nog een andere aantrek
kelijkheid die een dergelijk eta
blissement een pré geeft boven
het museum, al wordt er wel
degelijk „museumkwaliteit" aan
de man gebracht. Wij doelen
hier op de attractie dat men
hetgeen men ziet respectievelijk
bewondert, ook werkelijk kan
aanschaffen. Dit in tegenstelling
tot het museum, waar het „kij
ken - maar - vooral - afblijven"
geblazen is. Wanneer dan de
portemonnaie tekort zou schie
ten zeker niet denkbeeldig
dan nog blijft het bevrijdende
gevoel dat men zou kunnen ko
pen, als de middelen maar toe
reikend zouden zijn.
die van er naar-toe-te-kunnen-
leven," zijn best doen het 'ooit'
te bereiken, de wensdroom, de
illusie, die zoveel spanning, zo
veel intrinsieke waarde en zo
veel inhoud aan het leven ver
leent.
Gaan we met al deze dingen
in het achterhoofd eindelijk een
rondgang maken langs het ten
toongestelde, dan 'staan we bij
het eerste schilderijtje al met
de mond vol tanden: het draagt
de signatuur van N. Riegen en
uw recensent, die de waanwijs
heid in zich omdraagt heel wat
namen van bekende schilders te
kennen, moet al direct verstek
laten gaan.
Geen nood, thuisgekomen
even de „Lexicon Nederlandse
Beeldende Kunstenaars
(1750-1950)" opgeslagen om daar
op blz. 232 - deel II, alles wat
maar het vermelden waard is
van N. Riegen, te vinden.
Bestaat er dan zo'n depgelijk
wonderwerk? Wis en zeker, nog
niet zo lang weliswaar, maar
het bestaat en ook hier is Pieter
A. Scheen voor verantwoorde
lijk.
Dat de twee delen, maar liefst
ca. 1500 pagina's dojks en zo'n
2000 afbeeldingen bevatten, ver
melden we maar even terloops.
Net zo en bagatelle als Scheen
er zelf over spreekt. Al komt bij
wat dieper graven al gauw aan
het licht dat hij er met vróuw
en volwassen kinderen zo'n dik
ke zes jaar nagenoeg dag en
nacht aan gewerkt heeft, om 't
van de pers te krijgen. Ook wil
Scheen u dan wel tussen neus
en lippen vertellen dat hij zijn
privévermogen en bovendien
een mooi stuk van zijn gezond
heid bij ingeschoten is. Maar ja,
de wetenschap moest gediend
worden en aangezien toch
iemand het eens moest doen,
deed Scheen het maar. Wel mo
ge het hembekomen.
Hoe het ook zij, het echtpaar
Scheen „viert" nu (en er is daar
altijd wel wat te vieren) het ge
reedkomen van dit gigantische
karwei met een tentoonstelling.
Van de man die met zoveel
kennis van zaken al deze gege
vens bijeen wist te brengen (te
"schrapen" dikwijls) mag men
verwachten dgt hetgeenhij
toont in overeenstemming is
met zijn „Lexicon". Een ver
wachting waarin men bepaald
niet wordt teleurgesteld.
Deze expositie is zelfs van
een dermate hoog gehalte, dat
het nauwelijks uitweiding be
hoeft hoe goed, hoe magnifiek,
hoe waardevol vooral, al die
Bosbooms, die Leickerts, de
..Schelfhoutjes", een David Bles
of de twee neven Weissenbruch
hier vertegenwoordigd zijn. Of
schoon de verleiding wel groot
is.
Laten we volstaan met het
noemen van namen die niet zo
onmiddellijk aanspreken: Fran-
gois Musin (niet in de Lexicon
voornoemd na te slaan, omdat
het hier een Belgische schilder
betreft) om er maar eens een te
noemen. Juist zo'n hier vrijwel
onbekende leert ons met zijn
„Boulevard Ostende bij ruw
weer" niet vooreerst op grote
namen af te gaan, maar kwali
teit voorrang te geven.
En wie buiten de kring
van ingewijden kent er nog
een Karsen? Terwijl er toch
ooit twee met eclatant succes
werkzaam waren (vader en
zoon - zie blz. 578 - deel I).
Het is er allemaal te zien,
aangenaam (weer stijlvol der
halve) gedoseerd, elk stuk zijn
waarde verlenend opgesteld, zo
dat het kijkspel niet afmattend
werkt, niet tot een corvee
wordt.
Dan, op de valreep, toch nog
een wat schoolmeesterachtige
raad. Wie de expositie eenmaal
in zijn geheel langs is geweest
en genoten heeft van de ver
rukkelijke voorstellingen, raden
we aan nog een keer terug te
gaan en dan de werken eens op
hun louter technische kwalitei
ten en merites te bekijken. Men
zal verbaasd staan dat er bij
zoveel ambachtelijke kennis nog
speelruimte overbleef v oor de
artisticiteit waar men bij zijn
eerste bezoek al zo van genoten
had.
Mocht er nog een kunstbe-
langstellende in ons land rond
lopen die het adres niet kent
Zeestraat 50. waar men t.m. 5
september hartelijk welkom is.
GliS KORDING
Zoekende zielen in een stationshal. Een oude vrouw: „Waar
kan ik een kaartje kopen naar Hilversum?" Een knappe Indiër:
„Could you tell me Een hippie met blote borst en veel
glimmende kettingen daarop: „Weet u het Paleis op de Dam?".
Een jonge Chinees: „Op welk perron vertrekt de trein naar
Een oude man: „Waar kan ik een perronkaartje kopen?".
Vragende ogen veranderen in
zelfverzekerde blik, dank zij
Paula van Dam (19) slank, lang,
blond met lang kapsel; Paula
die rustig en correct de juiste
antwoorden in de juiste taal
geeft. Ze zetelt in een soort ker-
mistentje midden in de hal van
het Centraal Station in Amster
dam en is daar een gastvrouw
van de NS.
„Receptioniste" heeft het offi
cieel. Vroeger was bij de NS
een hoofdconducteur receptio
nist. Twee jaar geleden werden
zij aangesteld om reizigers ant
woorden te geven op hun vra
gen. Meer treinen, dat betekent
meer conducteurs nodig en als
je goede conducteurs hebt, dan
wil je die ook dienst laten doen
Aan lokettistes werd toen ge
vraagd. dienst te doen als re
ceptioniste. Ze kregen een uni
form: blauwe rok met geruit
jasje, een petje (dat niet func
tioneel is, niet lekker zit en
daarom nooit gedragen wordt)
en een flinke schoudertas voor
persoonlijke bezittingen. Het
nieuwe NS-embleem op de re
vers en daar stonden de char
mante gastvrouwen in plaats
van conducteurs.
In vele grote steden van ons
land lopen de gastvrouwen op
het perron Op zo'n echt door
gangsstation als bijvoorbeeld
Utrecht zijn de conducteurs
moeilijk aan te klampen. In
Amsterdam, een beginpunt voor
vele treinen, loopt de conduc
teur naast de trein op het per
ron, en daarom troont Paula in
de hal.
Paula van Dam: „Dit is een
uitermate boeiende baan Als
lokettiste heb je maar heel
vluchtig contact met de reiziger,
het duurt, dat is haarfijn uitge
rekend, niet langer dan gemid
deld twintig seconden per keer
Je aandacht is bij het kaartje,
niet bij de mens die passeert.
Nu heb ik meer contact mei
mensen en onderkpn de ver
schillende typèn reizigers."
„Elders in Amsterdam, op he1
Amstelstation, begeleid ik reizi
gers voor de auto-slaaptreinen
ïk geef aanwijzingen hoe de
auto gemanoeuvreerd dient te
worden; de reizigers krijgen
om hun auto te reinigen een
flacon NS-cleaner en een spons
uitgereikt, en ontvangen de no
dige papieren en inlichtingen
„Deze opvang is alleen in he'
zomerseizoen nodig. Ik zie we!
een beetje tegen de winter op„
Het kraampje hier is maar pro
visorisch en je zit mooi op de
tocht. Er hoort weliswaar een
mantel bij ons costuum. maar
die is beslist geen maxi
Wellicht is het uniform voor
verbetering vatbaar. De recep
tionistes zijn sinds juni van dit
jaar in dienst. Het was nog
maar een proef van de Spoor
wegen, een proef die overigens
uitstekend voldoet.
We zitten voor dit vraagge
sprek in een kantoorruimte,
vanwaaruit we een prachtig
overzicht hebben op de hal. Een
paartje staat rustig te vrijen.
Jonge mensen lopen heen en
weer, soms met hun slaapzak
door middel van touwtjes op de
rug gebonden Westerse meisjes
met op sari's lijkende lappen
om 't lijf, negermeisjes in mini.
gebaarde jongelingen met knot
sen van bontjassen; een stel lie-
den dat zich in hun slaapzak in
de hoek van de hal heeft neer
gevlijd en een sigaretje rookt.
Een schilderachtig gekleed
negertype is kennelijk boos. Ze
strooit de hele inhoud van haar
tas met weidse gebaren op de
vloer. Onmiddellijk veel belang
stelling van passanten. Daar
was het wellicht om te doen,
maar de rel loopt met een sisser
af
Soms moet de Spoorwegre
cherche er aan te pas komen
De stationshal is nu eenmaal
een internationaal ontmoetings
punt. Men is tolerant, maar als
de service aan de reizigers in
het gedrang komt, grijpt men
in. Bijvoorbeeld wanneer een
groep hippies midden in de hal
een picknick wil aanrichten.
Van het gastheerschap van de
NS, een dienstverlenend bedrijf,
wordt door de vele binnen- en
buitenlands/? toeristen druk ge
bruik gemaakt. Doordat perron
kaartjes niet langer nodig zijn,
is de vrije toegang uitgebreid
tot de perrons met hun restau
rants. snackbars en toiletten.
Het gebeurt wel dat de inter
nationale jeugd er echte slaap-
lengstuk van het Informatiebu
reau. Vergaande vragen ver
wijst ze dan ook naar het in
lichtingenloket dat vlakbij is.
Haar fijne baan wordt goed be
taald. Jonge vrouwen die een
dergelijke job ambiëren, zullen
eerst praktijk binnen het NS-
bedrijf moeten opdoen, en
waarschijnlijk als lokettiste te
w.erk worden gesteld.
Paula vindt het hippie-gedoe
allemaal wel best. Maar ze
moeten van haar geen cent ver
wachten. Nederlanders, vindt
ze. zijn bijzonder slecht in aar.-
drijfskunde. Haar aardigste er
varing? „Dat mensen zo ontzet
tend dankbaar kunnen zijn als
|N DEZE TIJD groeien de publiciteitsmedia
(schrift, geluid en beeld) in betekenis en
omvang als nooit tevoren. Maar ook manifes
teren zieh juist nu in ongekende omvang
stoornissen in de communicatie. Deze stoornis
sen zün n'e* *e wijten aan een tekortschieten
van genoemde media. Voor een goede commu
nicatie is meer nodig dan alleen krant, radio
en televisie, hoe belangrijk deze voorzieningen
ook zjjn.
De storingen vinden haar oorzaak veeleer in
een eveneens in ongekende omvang aanhou
dende groei van ingewikkelde problemen op
schier alle terreinen van het leven. Het wordt
een steeds grotere opgave, ledereen van alles
op de hoogte te houden in een vorm, die voor
ieder verstaanbaar is.
Vrijwel iedere politicus is in deze tyd een
vakman in een beperkte sector. Deze vaklie
den heeft elke party nodig. Het Kamerlid
moet als vakman de minister óp diens vak
terrein van deskundige repliek kunnen die
nen. Het risico, dat de gewone kiezer er steeds
minder van gaat begrypen, is onaangenaam
maar moeilyk te voorkomen. De slechte op
komst by de laatstgehouden provinciale en ge
meenteraadsverkiezingen houdt, dunkt my,
verband hiermee.
|N HET maatschappeiyk leven Is de ontwik
keling niet anders. De sociale en economische
problemen zyn voor de meeste mensen moei
lijk te verstaan. Men wil nog wel vertrouwen
uitspreken in het beleid van een organisatie
en er lid van biyven. maar de band draagt in
vele gevallen nog maar een weinig persoonlijk
karakter. De kennis van wat de organisatie
precies doet, is byzonder summier.
Ook binnen de kerken valt hier en daar een
uiteengroeien te bespeuren van kerkeiykc
„leiders" en gewone leden.
Dit verschynsel van het niet-meer-begrypen
is gevaariyk. Het kan leiden tot doelloos vol
gen, onverschilligheid, berusten in wat er over
ons komt, niet meer persoonlyk opkomen voor
beginsel en belang, tot defaitisme. Ten diepste
is hier de zaak van de democratie in geding.
Waar het contact tussen kiezer en gekozene,
bestuuk* en lid gevaar loopt, komt ook ons de
mocratisch bestel in gedrang.
Het is even gelukkig als begrypelyk, dat juist
nu van vele zyden de roep om democratise
ring wordt gehoord. Democratisering van dc
verhoudingen is de remedie voor de gesigna
leerde stoornissen in de communicatie.
J^EMOCRATISERING vraagt meedenken.
mee verantwoordeiykheid dragen en
meebeslissen van Ieder mens op de plaats,
waar hy gesteld is. Dit' is broodnodig voor een
zinvol bestaan; voor een maatschappy, die de
waardigheid van de mens als schepsel Gods in
allé verhoudingen wil respecteren.
Pogingen om te komen tot die democrati
sering worden bijv. ondernomen door de
vakbeweging. Het is met name aan deze groe
pering van het georganiseerde bedrijfsleven
te danken, dat de opzet van de huidige on
dernemingsraden wordt herzien, dat de jaar
cijfers van de ondernemingen meer open
baar worden gemaakt, dat er aan de hand
van het enquêterecht onderzoekingen kun-
nen worden gedaan naar de gang van zaken
binnen een bedrijf, dat men vat krijgt op dc
samenstelling van de raden van commissa
rissen en dat het bedrijvenwerk van dc
grond komt. Dit is vooral belangrijk, omdat
de werknemers in ons land behoren tot de
grootste groep van actieve beroepsbeoefe
naren.
Ons parlement heeft de belangryke achter
grond van deze maatregelen voor ons maat
schappelijk bestel begrepen en heeft al in
ruime mate medewerking verleend aan de
totstandkoming van hiermee verband hou
dende wettelijke maatregelen.
Een zelfde poging tot democratisering leeft
bij de overheid, zowel de rijks-, provinciale
als gemeentelijke overheid. Het rapport van
de Commissie heroriëntatie overheidsvoor
lichting (in de wandeling ook wel met de
naam van haar voorzitter als commissie-Bies
heuvel aangeduid) is een nieuw voorbeeld.
Politieke partijen benoemen voorlichtings- j
functionarissen. Gemeentebesturen, evenals
colleges van Provinciale Staten besteden bij
zondere aandacht aan de verzorging van
public relations.
TV/fEN kan de vraag stellen, of hiermee de
betekenis van de publiciteitsmedia wel
licht naar de achtergrond wordt gedrongen.
Ik dacht dat in het belang van de hier
gesignaleerde ontwikkeling het tegendeel
het geval is. Willen activiteiten in het ka
der van een democratiseringsproces optimaal
benut worden, dan zullen krant, radio en te
levisie een belangrijke bijdrage moeten le
veren.
Van deze drie mag de krant als nummer één
worden genoemd. Het dagblad komt elke dag
bij elk gezin in de brievenbus. Ieder kan el
ke dag op zijn wijze en in zijn tempo in de
krant van zijn keuze kennis nemen van het
universele, actuele gebeuren, verweg en
dichtbij.
Aan de hand van de geschetste activiteiten
in het maatschappelijk leven zal het de re
dactie van een krant mogelijk zijn nog meer
te doen aan verduidelijking en popularise
ring, aan het bieden van inzicht en door
zicht, aan het kritisch begeleiden van het
ingewikkelde gebeuren om ons heen. zonder
daarbij de lezer een mening op te dringen.
De krant is bij uitstek dienstverlening aan de
medemens; deze dienst heeft de vorm van
het doorgeven van een geesteiyk produkt.
Evenals voor elk ander produkt geldt hier
een bepaalde inhoud, een bepaald gewicht,
een bepaalde verpakking en een bepaalde
prijs. Gelukkig kent ons land een vrije pers;
ieder kan een vrije keus maken bij het kie
zen van een krant.
Er zijn vele kranten, vele geestelijke pro-
dukten. die onderling sterk variëren. De
christelijke krant is er één van. Deze veel
kleurigheid moet bewaard blijven, want zij
is eveneens een zaak van democratie. Een
belangrijk deel van de verantwoordelijkheid
hiervoor draagt de lezer, die immers in vrij
heid zijn krant kiest. Tevens liggen hier ver
antwoordelijkheden voor de overheid, die de
economische voorwaarden voor een vrije pers
mede bepaalt.
H. P. ESTER
Vooral oudere reizigers kunnen heel dankbaar zijn voor de aan
wijzingen van de receptioniste.
dagen op nahoudt, 's Morgen?
bij het vertrek van de eerste
treinen drommen ze soms het
station binnen (rennen is er niet
bij) en dan moeten ze wel in de
rij staan voor de toiletten,
Heel die bonte mengeling van
mensen, kleding en talen laat
Paula van Dam onberoerd, al
thans uiterlijk. Ze is niet bang
voor de avonddiensten. „Je zit
er nooit helemaal alleen en
desnoods kan je gebruik maken
van de telefoon die onder hand
bereik staat. Dat is éénmaal
voorgekomen, iemand gooide
een brandende peuk naar me en
dat hoef ik natuurlijk niet te
nemen".
Paula kwam ook in actie toen
een vrouw naar haar portemon
naie greep op aandringen van
een bedelende oudere man. Ze
keek daarbij vragend in de
richting van Paula. „Het hoeft
niet. mevrouw, en bedelen is
bovendien verboden".
Op de Amsterdamse stations
passeren gemiddeld honderd
duizend in- en uitgaande reizi
gers. Wanneer in het vakantie
seizoen Zandvoorttreinen op
volle toeren draaien, is dat aan
tal belangrijk hoger. Die bad
gasten hebben trouwens geen
oog voor de slanke gastvrouw
maar snellen naar zand en zee.
Paula is beslist geen ver-
Wim Hazeu (30), dichter,
criticus, radioman, heeft zijn
eerste roman geschreven. De
titel: De helm van aarde is te
vens „de titel van een gedicht
van J. Seifert, in 1969 vice-
voorzitter van de Tsjechische
Schrijversbond. De helm van
aarde is de heuvel van vulka
nische oorsprong. Rip. Hier
bleef volgens de legende oer
vader Cek met zijn gevolg
stilstaan. Hij zei: „Dit is het
land van melk en honing." Op
het kruispunt van Europa ves
tigde zich een volk." Hazeus
boek is bij Manteau, Brussel/
Den Haag verschenen (152 blz.
11.90).
Ik zou boven dit artikel ook kun
nen zetten: Praagse droefgeestig
heid. wanneer het erom ging de
stemming te suggereren Maar als
men Tiet boek romantechnisch be
kijkt. kan er boven staan: Architec
tuur of Collage.
Hazeu Is enige malen in Praag
geweest en heeft daar contacten
gelegd. Van zijn orthodox-protes
tantse achtergrond uit heeft hij zich
ontwikkeld naar een links gericht
politiek engagement toe (zoals zo-
t T' V-
TIENTALLEN gewonden in Am
sterdam, plunderingen rondom
de Dam. marinemannen nemer
het recht in eigen hand, gevolgd
door een knokploeg van dt
Nieuwendijk; „onrust" is een
zéér zacht woord voor wat deze
week in de hoofdstad gebeurt
tussen het slaapverbod rondom
het Nationaal Monument en de
komst van de Indonesische pre
sident Soeharto.
Men vreest nieuwe demonstra
ties volgende week; Soeharto zal
zwaar worden bewaakt. Midden
volgende week vergadert de Ka
mer over de toestand. Sommi
gen hopen maar dat het mooie
weer ophoudt; dat scheelt zo
veel.
Ludieker is het protest-kam
pement op de Maasvlakte tegen
de komst van de Hoogovens.
Over milieu gesproken: Duits
land belooft binnen vijf jaar een
biologisch schone Rijn (nu het
zout en de chemische vergiften
nog), en minister Bakker houdt
vol dat baden voor de Hoilnndse
kust niet gezond is.
Protest van andere aard: dui
zenden stakers aan de Nieuwe
Waterweg. Een nachtelijk akkoorc
tussen directies en vakbonden
over verkleining van het loon-
verschil tussen gewone werkne
mers en personeel van koppel
bazen wordt algemeen verwor
pen. Wordt de cao in de metaal
opengebroken, dan zal de loon
beweging zich als een olievlek
uitbreiden.
We blijven in Rotterdamse
sfeer met de voetbalwedstrijd die
miljoenen mensen een korte
nachtrust bezorgt en Feijenoord
op de Argentijnen een morele
overwinning (22).
Maar dan nu naar Den Haag
De Kamer schaart zich achter het
uitbannen van rassendiscrimina
tie en aanvaardt de Deltaschade-
wet. Nieuwe maatiegelen in de
belastingsfeer moeten de aangil-
te eenvoudiger maken. Onder
wijsorganisaties vragen minister
Veringa, de spellingknoop door
te hakken; ze willen het allemaal
nog veel radicaler dan de laatste
voorstellen, zo in de geest van:
„De vrauw hat de stoep geboent"
en „Ik vint dit vervelent".
De tweede secretaris van de
Tsjechoslowaakse ambassade in
Den Haag, Cihak. vraagt asiel
aan.
De girodienst verhoogt het ta
rief voor stortingen met liefst een
kwartje. Onrust in land- en tuin
bouw en vervoerswereld over de
prijzen van aardolieprodukten
Het NKV noemt een eventuele
extra verhoging van de BTW
„een brand met benzine blussen"
Het Gemeenschappelijk admini
stratiekantoor is verontrust over
snel stijgend ziekteverzuim.
In het buitenland (behalve be
weringen over handel in Indiase
nonnen voor Duitse kloosters
en een nieuwe midden-klas-
ser van Citroën vooral de
crisis in het Nabije Oosten,
die enkele optimistische gelui
den maar ook veel klachten over
bestandschendingen over-en-weer
oplevert.
Fons lansen; Men heeft mij
gevraagd vanavond in Amster
dam op te treden. Het werd
ook wel tijd dat er eens werd
opgetreden. Maandag traden we
niet op, en u ziet wat er van
geworden is.
Als het zo doorgaat, komt er
op de Dam nog een monument
bij, voor de ontslapen Damsla-
pers. Het stadsbestuur heeft
geen monument nodig, dat heeft
zich zo al onsterfelijk gemaakt.
Maar Samkalden heeft er weer
iets bij geleerd: nooit slapende
mensen wakker maken.
velen "van zijn generatiegenoten)
Men proeft in dit hele boek de
reële angst voor een mogelijke we
reldvernietiging in een nabije toe
komst en verzet tegen de machten
die deze situatie hebben gescha-
jeze terecht geholpen helpt!"
penen haar voortzetten
Tegen deze achtergrond spitsen
de gevoelens zich toe op het tra
gisch lot van de Tsjechoslowaken.
verraden in 1938. onder de Duitse
hiel geraakt In de Tweede Wereld
oorlog, bevrijd door de Russen
maar in 1968 door diezelfde Rus
sen weer onder de voet gelopen
Hazeus roman speelt, zonder dat
dit wordt gezegd, in 1972. Dit blijkt
op de bladzijden 70 en 112 aan de
hand van een eenvoudige bereke
ning Opzienbarende veranderingen
schijnt auteur in het door hem ge
liefde en bewonderde land niet te
verwachten, althans niet in de
eerstkomende jaren.
De roman bestaat uit een kern.
door de schrijver 'het verhaaltje'
genoemd. De Joodse acteur Peter
Vondra Is bi) de bezetting van
Praag door de Russen In 1968 naar
Amerika gevlucht. Zijn vriendin Ve
ra, werkzaam bij de radio, ver
zetsheldin, laat hij achter In de
hoede van zijn vriend Polanen, van
oorsprong een Nederlander die In
1947 uit militaire dienst deserteer
de.
In de Verenigde Staten neemt
Vondra de naam Mare Clavel aan
Ter gelegenheid van een interna
tionaal congrea in Praag (een soort
schaduw-Verenigde Naties), besluit
hij in Praag een kijkje te gaan ne
men en Vera te bezoeken. Mare
Clavel is in Amerika getrouwd met
de 39-jarige Anne; zelf is hij 51.
Volkomen kaalhoofdig, heeft hij ais
Clavel later een pruik op, maar die
gooit hij In de Moldau en zo is hij
uiterlijk weer de Peter Vondra van
vroeger.
Bij Vera's moeder ontdekt hij dat
zij met Polanen samenleeft; er is
uit die verhouding een nu driejarig
jongetje. Eigenlijk had Polanen, Jo
denhater, Peter tot de vlucht ge
prest. Tot een ontmoeting met Vera
komt het niet.
Mare Clavel vliegt naar Amerika
terug en voegt zich weer bij zijn
vrouw Een geheimzinnige man
drukt hem ergens tegen een muur
en beveelt hem naar Tsjechoslowa-
kije terug te gaan. Clavel vertelt
dit door de telefoon aan een
schandaaljournaliat, die er sensa
tionele kopij van maakt. Verdei
niets.
Om dit verhaal heen is de fictie
van een ik-figuur. alter ego van de
schrijver, die in Praag datzelfde
congres gaat bezoeken. Hij ont
moet daar o.è. Polanen, die hem
een oude foto van Peter laat zien
en hem vraagt op te letten als hii
deze Peter ergens tegen het lijf
mocht lopen Polanen wil dan
graag gewaarschuwd zijn
De ik-figuur laat de foto vergro
ten en doet die vergroting bij Pola
nen in de brievenbus Op bl. 114
haalt Mare Clavel die vergroting
(de envelop stak halverwege uit de
bus) eruit en bekijkt de foto onder
een lantarenpaal. Zo zijn er meer
punten van aanraking tussen het
kernverhaal en het kroniek-ele
ment, b.v. de opvoering van Pucci
ni's opera Turandot.
Alles is doordrenkt met Praagse
melancholie, zoels op bl 45. waar
de ik-figuur zegt: „Ik wil je mijn
schoenzolen laten zien. waaraan
asfalt kleeft van het bijsmeren van
de gedichte tanksporen in de
Praagse straten".
De schrijver koppelt deze droef
geestigheid aan het sterven van de
Duits schrijvende Jood Frans Kafka
In 1924 De Tsjechen zelf doen dat
niet en dit is dus een subjectief
element Op zes plaatsen (blz. 12,
27. 46/7, 48 en 61) voegt Hazeu
citaten In die op Kafka's dood be-
Wlm Hazeu
trekking hebben; later doet hl)
desgelijks met citaten over Edisons
bezoek aan Praag in 1911. citaten
uit het Manifest van de Tweedui
zend Woorden en van prof Gold-
stücker.
En zo kom ik op de collage-tech»
niek. De twee verhaalhelften met
hun raakvlakken kunnen onder het
begrip architectuur worden gerant
schikt, maar verder Is het boek op
de bekende moderne manier sa-
mengesteld uit brokstukjes actuali
teit en herinnering, verhaal en kro
niek. c'taten en andere vullingen
Dit heeft een oscillerend effect
en herinnert aan het polntillisme In
de schilderkunst van Seurat en
Signac. Toch blijven de mensen en
het menselijke de hoofdzaak: het
accent verschuift niet van de mens
naar de dingen, zosls In de nou
veau roman Het literair engage
ment blijft de humaniteit insluiten
en laat niet toe dat de figuren ver
vluchtigen.
Elk levensdoel brengt zijn eigen
schrijftechniek mee Ook vroeger
was er in de roman een 'vulling'-
element: de uitvoerige natuur- en
milieuschildering Die vulling be
staat nu uit citaten, brokjes herin
nering die strict genomen niets met
het verhaal te maken hebben en
oozichtia advertentiemateriaal. De
hedendaagse schri|ver wil als het
ware zeggen Zo leven we onder
een onafgebroken indoctrinatie, die
uit een op win6t en macht inge
stelde maatschappij dagelijks op
ons afkomt.
In zover Is deze romanvorm te
rechtvaardigen, zolang de methode
maar authentiek blijft en geen ma
nier wordt. Een definitief oordeel
over Hazeu als romancier kan Ik
aan dit eerste specimen nog niet
ontlenen.