NIEUW SOORT
MISDADIGERS
WILDBAAN
Discussiëren over krijgsmacht moet mogelijk zijn
ZATERDAG 25 JULI 1970
Een afschrikwekkend voorbeeld
van dierenmishandeling in de erg
ste graad. Deze ree liep in de
strop, die tussen de bomen wes
verborgen. De scherpe stalen ka
bel snijdt bij elke wanhoopssprong
van het dief steeds dieper in het
halsvlees. Na een doodsstrijd van
enkele uren sterft de ree aan ver
stikking of uitputting.
den stropers aan de justitie
kunnen overleveren. Niettemin
maakt adjudant Van Duiven
voorde zich niet de illusie dat
alle Veluwse stropers zo langza
merhand zijn uitgeroeid. Hij
zou zijn detachement zelfs
graag met een paar mannetjes
putters zien uitgebreid. Her
haaldelijk heeft hij bij de mi
nister op versterking aange
drongen, maar tot nog toe heeft
dat geen resultaat opgeleverd.
Op nog geen twee kilometer
van de Belgische grens, in het
Brabantse Zundert, laat opper
wachtmeester B. M. de Wijs de
zelfde klacht horen. Hij is er
van overtuigd dat zijn detache
ment veel effectiever zou kun
nen werken wanneer hij er een
paar man bijkreeg. „Als wij op
het ogenblik tien procent van
de stropers kunnen pakken, is
het veel", vindt hij.
„Maar ja, wat wil je. Stropen
is in Nederland een aantrekke
lijke, lucratieve bezigheid. Voor
25 hazen betaalt de zwarte han
del nog altijd zo'n 4 a 500 gul
den. Een nachtje stropen en zij
hebben de kosten van de vijfde
of zesdehands auto, de Bel
gische buks en de munitie er ei
uit. De volgende nacht levért
pure winst op.
Het detachement van opper
De Wijs, dat behalve Brabant
ook een stuk van Limburg en
Zeeland bestrijkt, krijgt her
haaldelijk te maken met Bel
gische stropers, die in eigen
land veel zwaarder worden ge
straft dan hier. De Belgische
justitie laat de stropers eerst de
jachtakte betalen. Vervolgens
kunnen zij rekenen op vrij
heidsstraffen, die variëren van
twee tot drie maanden hechte
nis.
Ons land mag dan ook een
stropersparadijs worden ge
noemd. Jagers en jachtopzien-
ners hebben onze wildstand op
een hoog peil gebracht. In bos
sen, heidevelden, duinen en pol
ders loopt het wild vrij rond-
Van het steeds groter wordende
leger autostropers kan maar een
klein gedeelte voor de rechter
worden gebracht, omdat de po
litie met personeelstekorten zit
De straffen, die de Neder
landse justitie uitdeelt, worden
door de stropers met een schou
derophalen aangehoord. Meestal
blijft het bij een inbeslagname
van de auto, verbeurdverklaring
van geweer en munitie, een
boete van een paar honderd
gulden en als de stroper het
heel bont maakt, een paar we
ken gevangenisstraf.
Het lijkt dan ook overbodig te
vragen hoe de stroperij de laat
ste jaren tot zo'n ongekende
omvang heeft kunnen uitgroei
en.
door
Viichel Ball
Een nieuw soort- stroperij begint in ons land tot ongekende omvang uit te
groeien. De uitgediende stropers, die allerlei Indiaanse listen bedachten om de
koddebeier het spoor bijster te laten worden, hebben plaats gemaakt voor
nietsontziende moordenaars van klein en grof wild: de autostropers. Vanuit
de raampjes van hun gammele auto's schieten zij op alles wat er in de natuur
beweegt. De jachtopzieners en politiemannen kunnen nauwelijks iets tegen
deze op sensatie en geld beluste misdadigers beginnen. Wil de overheid onze
op hoog peil staande wildstand adequaat beschermen, dan dienen er zware
straffen voor deze stropers klaar te liggen.
tig met autostropers te doen.
Hij beschouwt ze als gevaar
lijke beginnelingen, die geen
snars van het wild en de wild
stand begrijpen. Zonder vorm
van proces schieten zij reeën
tegen de vlakte, die na jaren
van scherpe selectie tot de
prachtigste dieren van de Ne
derlandse wildstand zijn uitge
groeid.
De autostropers gebruiken
goedkope, slechte munitie,
waardoor de dieren, vaak na
meerdere schoten, zwaargewond
op de been blijven. Stropers, die
uit angst betrapt te zullen wor
den, niet te voet achter het aan
geschoten wild aandurven,
staan er niet bij stil dat het
dier pas na een doodsstrijd van
enkele dagen tollend van de
pijn door de knieën gaat.
De autostroperij gaat het ge
hele jaar door en bekommert
zich niet om jachtbepalingen of
gesloten seizoenen. Ook wan
neer er in de rudels nog zo
gende jongen zijn, gaan de stro
pers op pad. Zij schrikken er
zelfs niet voor terug, een drach
tige ree te doden. Fazantenmoe
ders worden gewoon van het
nest geschoten. Naar de kuikens
kijkt niemand om. Die worden
na verloop van tijd wel uitge
hongerd door de jachtopziener
gevonden.
Met de zwijnen hebben de
autostropers het de laatste tijd
een stuk makkelijker gekregen.
De wilde varkens zijn door het
publiek tam gemaakt. Zij wor
den door de Veluwebezoekers
gevoerd met kersenbonbons,
dropjes en pepermunt Een ge
weer heeft men voor het doden
van deze dieren niet nodig. Eni
ge weken geleden werden twee
autostropers gepakt, die zo'n
snoepjeszwijn met een vuistha
mer de schedel hadden ingesla
gen.
Politie en jachtopzieners
staan vrijwel machteloos tegen
over deze gemotoriseerde
sluipmoordenaars. Vroeger her
kenden zij de stropers aan hun
werkwijze en was posten bij de
strikken en klemmen voldoende
om voor enige tijd een eind
aan hun praktijken te maken.
De stropers van nu kunnen
zich bijzonder snel verplaatsen.
Nog voordat de gealarmeerde
jachtopziener bij de plaats van
de misdaad is aangekomen, zijn
de stropers al weer kilometers
verder om opnieuw toe te slaan.
Toch kunnen zij niet hele
maal ongehinderd te werk gaan
Sinds een kleine vijftien jaar
geleden de vliegende jachtbri-
gade door Overste jhr. B.W. F.
de Beaufort werd opgericht,
hebben de stropers een geduch
te tegenspeler gekregen. De be
moeienissen van dit speciale
Rijkspolitiekorps droegen ertoe
bij dat de traditionele stroperij
behoorlijk de kop werd inge
drukt.
Adjudant C. J. van Duiven
voorde is commandant van het
jachtdetachement Hoog Soeren,
een van de vier vliegende bri
gades, die ons land telt. Vanuit
Hoog Soeren bestrijkt men de
provincies Gelderland en Over
ijssel.
Het detachement bestaat uit
Autostropers zijn misdadigers
van zwaar kaliber. Het zijn
rild-west figuren van twijfel-
ichtig allooi, die in autowrak
ken over boslaantjes en polder
wegen kruipen. De een hanteert
ie veldkijker, anderen houden
hun geweren schietklaar. Er
valt een schot, een portier
zwaait open. De nog stuiptrek
kende haas ploft tussen zijn
hoedende lotgenoten in de kof
ferbak. Deze langoor komt er
nog betrekkelijk genadig af.
[ialf-geraakt wild laten de die
renbeulen lopen. De aangescho
ten dieren sterven dagen, soms
weken later aan uitputting en
jloedverlies.
Stropers anno 1970 hebben
tet makkelijk. Een auto kunnen
tij voor ƒ60 bij de eerste de
beste sloper weghalen. De valse
nummerplaten zitten er ook zo
op. Een uitstapje naar België,
waar de wapenhandel goud ver
dient, levert tegen prijsjes van
50 tot 300 het gewenste
schiettuig op.
De geweren worden in een
handomdraai tot doeltreffende
stroopwapens omgetoverd. Een
staaflantaarntje onder de loop
lokt 's-nachts het wild, het te-
lescoopvisier maakt missen vrij
wel onmogelijk en een knal
demper sluit alarmering van de
jachtopziener uit.
Nog kwalijker zijn de prak
tijken van autostropers, die
's nachts met kettingen onder de
wagen over de wegen razen.
Het door koplampen en schijn
werpers verblinde kleinwild is
dood voordat het onder de ach
terbumper vandaan is.
De 76-jarige Rozenburgse
jachtopziener W. E. Pols van
het voormalige natuurreservaat
De Beer en waarschijnlijk de
enige gepensioneerde kodde
beier, die nog dagelijks achter
stropers aanzit, heeft geen goed
woord voor de autostroperij
over. Hij vertelt wat weemoedig
over de tijd waarin hij de stro
pers aan de strikken kon her
kennen. Hoe hij zich op boom
takken verschanste of zich van
de duinen liet afrollen om ko
nijnengravers op heterdaad te
betrappen. Hoe sommige stro
pers uren achteruit liepen om
hem op een dwaalspoor te bren
gen.
„Zij overtraden de wet, vaak
zes man. „Veel te weinig", vindt
de adjudant., „Mijn mannen
hebben een ontzaglijk zware
taak. Het krioelt hier van de
autostropers. Alleen in juni
hadden wij er al 32 te pakken."
De leden van het korps zijn
evenals hun commandant geen
kinderachtige jongens. Vaste
werktijden kennen zij niet. Dag
en nacht staan zij paraat om de
jachtopzieners assistentie te
verlenen.
In bijtende sneeuwjachten bij
temperaturen van 10 graden on
der nul zitten zij verscholen in
de bossen en velden te wachten
op de stroper, die toch eens zijn
strikken moeten komen controle
ren. Overdag lopen de mannen
van het detachement er on
schuldig bij in schipperskleren,
gewoon doorreden. Slaagde men
er dan na een wilde achtervol
ging in de stropers met een vet
te buit in de kofferbak klem te
rijden dan hadden zij hun
smoesje klaar: „Wij hoeven niet
testoppen vooreen burger".
Adjudant Van Duivenvoorde
moet hartelijk lachen wanneer
hem wordt gevraagd op welke
manier hij de autostropers uit
eindelijk toch de das omdoet.
„Als dat in de pers komt, dan
hebben zij morgen allemaal
jouw krant in hun binnenzak
;n dan kunnen de jachtdeta-
chementen beter het verkeer
gaan regelen", gelooft hij.
De stropers hebben een goeie
aan hem. Hij werd 56 jaar gele
den in Noord wijk geboren als
zoon van een jachtopziener. Al
Adjudant C. J. van Duivenvoorde met zijn verdedigingshond Basko.
die alleen van de zijde van zijn baas wijkt wanneer hij achter een stroper
wordt aangestuurd. Basko's voorganger werd door een stroper neerge
knald. Het jachtdetachement van Hoog Soeren is op die manier al vijf
honden kwijtgeraakt.
boerenkiel of vermommen zij
zich als eerbiedwaardige heren
met keurig pak, paraplu en si
gaar.
Onder hun vermomming zijn
zij tot het uiterste gespannen en
direct klaar om tot actie over te
gaan, wanneer de minste of ge
ringste aanwijzing hen op het
stroperspoor brengt.
's Nachts zijn zij meestal in
uniform, en ook dat heeft een
speciale reden. Het gebeurde
namelijk regelmatig dat stro
pers 's nachts het stopteken van
de politiemensen negeerden en
op zeer jonge leeftijd wist hij
alles van stropers en hun prak
tijken af. Na zelf enige jaren de
duinen te hebben bewaakt, ver
huisde hij naar Amsterdam,
waar hij als rechercheur van de
Rijkspolitie grote ervaring op
deed in het opsporen van mis
dadigers. Het lag dan ook voor
de hand dat adjudant Van Dui
venvoorde zich onmiddellijk
meldde toen er voor het jacht
detachement vrijwilligers wer
den gevraagd.
Sinds hij zijn post in Hoog
Soeren betrok, heeft hij duizen-
omdat zij met stropen in hun
levensonderhoud moesten voor
zien, maar zij waren sportief.
Als zij gesnapt werden, zeiden
zij: „Oke Pols, deze keer heb jij
gewonnen", en dan gingen zij
mee voor het proces-verbaal.
Wanneer hij over autostro
pers praat klinkt zijn stem hard
en verbeten. „Het zijn moorde
naars, die je liever van de sok
ken rijden dan dat zij hun na
men laten opschrijven", zegt de
heer Pols.
Een kleine 150 kilometerland-
Inwaards in Ernst op de Velu-
we krijgen wij van zijn 26 jaar
jongere zoon A. M. Pols precies
hetzelfde te horen. Hij heeft als
jachtopziener van de Konink
lijke bossen van 't Loo regelma-
nderwijzer Bob Manten (22), lid
in het algemeen bestuur van de
ereniging voor dienstplichtige mi-
airen (WDM) en sinds kort weer
urger, heeft in het verenigings-
lad Twintig een artikel geschre-
•n, dat voor de minister van De-
-insie, ir. W. den Toom, aanleiding
geweest zijn bezorgdheid uit te
ireken. Bob Manten is een radi-
lal onder de hoofdbestuurders. In
jn artikel „WDM to be or not to
pleit hij voor een progressie-
ïre houding van de vereniging.
Hij zegt dat de WDM dit jaar voor de
sfinitieve keus staat, te werken aan de
srkelijke democratisering van de krijgs-
acht of als getolereerde, exclusieve
ïrschijning op te treden binnen een on-
emocratische krijgsmacl t, haar resulta-
n niet door pressie behalend, maar
door de geplande goedwillendheid van
de minister van defensie.
„De WDM zal moeten kiezen, want
anders kan ze haar pretenties tegenover
haar leden niet waar maken. En de logi
sche stap na een demonstratie, die niet
de vereiste resultaten heeft opgeleverd,
is staking. Hiermee gaat de WDM niet
alleen buiten haar eigen statuten, maar
ook buiten de getolereerde grenzen van
BIJLAGE VAN
HET KWARTET
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
de militaire overheid," aldus Bob Man
ten.
„Zonder opruiend te zijn moet de
WDM ernstig rekening houden met de
mogelijkheid van een spontane uitbars
ting. Een actie die gemakkelijk kan wor
den gebroken door de legerautoriteiten.
Bij een gelegaliseerde actie worden on
middellijk alle faciliteiten van WDM-be-
stuursleden ingetrokken, waarmee tevens
het doodvonnis van de WDM Is gete
kend."
Daarom spreekt hij zich uit voor een
meer orofessionele opbouw van de
WDM-organlsatie. De vereniging moet
zich volgens hem het recht voorbe
houden over te gaan tot niet-parlemen-
taire acties, „zoals staking en verder zijn
er mogelijkheden in de ludieke - autori
teiten irriterende - sfeer". We denken
daarbij, aldus Bob Manten aan vertra
gingseffecten in de kazernes bij het
eten, recreatie en terugkeren van verlof.
Of een massale aanpak van het beklag.
Deze acties zijn vooral bedoeld om druk
uit te oefenen als het tempo waarin ver
nieuwingen uitgevoerd worden te lang
zaam is."
„Slechts els de legerautoriteiten gaan
beseffen dat allereerst aan de primaire
materiële eisen moet worden voldaan, Is
het moqelijk een leger van dienstplichti
gen als het onze in de hand te houden.
Wordt daaraan niet voldaan, dan bestaat
deze armee in deze vorm niet langer
meer dan één tot twee jaar!"
Minister Den Toom schrijft in zijn brief
aan het WDM-bestuur in deze uitspra
ken „een tendens waar te nemen die
voor zover ze al niet indruist tegen
toch zeker niet in overeenstemming te
brengen is met het doel en wezen der
krijgsmacht." Hij betwijfelt of het hoofd
bestuur van de WDM, die „Twintig" uit
geeft, geheel gevrijwaard is voor elke
verantwoordelijkheid voo> het algehele
beeld dat het blad naar buiten vertoont.
De brief van de minister bevat een
duidelijke waarschuwing. Het hoofdbe
stuur zegt op zijn beurt dat over het
doel van de krijgsmacht geen twijfel be
staat. maar dat het wezes van de krijgs
macht overigens een nergens om
schreven begrip toch zeker ter dis
cussie gesteld moet kunnen worden.
Ook voor dienstplichtigen. Hier is Im
mers sprake van vrije meningsuiting.
door
Rolf Hoekstra
„Wanneer men een aanzet tot dis
cussie, hoe onduidelijk ook gesteld, aan
grijpt als aanleiding tot straffen en inti
midatie, dan is er iets m's. Wat er mis is
zal duldeliik zijn: de legerleiding en
niet alleen de hoogste heeft geen
besef van de veranderingen welke zich
buiten het leger al hebben voorgedaan.
Evenmin bl'ikt, dat men ziet welke vra
gen dienstplichtigen (jongeren) stellen
zodra ze worden geconfronteerd met een
bedrijf dat werkt zoals de krijgsmacht
werkt',, aldus een redactioneel artikel in
„Twintig".
Bob Manten: „Men is niet gewend aan
het fenomeen van de zelfstandige mens,
die In zijn menselijk handelen, spreken
en beleven, een stukje onafhankelijkheid
opeist en vanuit die onafhankelijkheid
een brok kritiek of instemming naar bui
ten brengt, al naar het uitkomt."
„De beste manier om uit het slop te
komen, is nog steeds die van overleg,
omdat de diverse partijen voor andere
middelen nog niet rijp zijn. Dat overleg
zal op een andere manie- moeten gebeu
ren dan tot nu toe. Defensie zal moeten
leren dat alleen samenspe- op basis van
gelijkwaardigheid van alle partijen de
krijgsmacht kan behouden."
„Een gevaar dat anders Defensie be
dreigt, <s dat zij de partijen in uitersten
drijft. Dat de WDM word: gedwongen in
de armen van de Bond van Dienstweige
raars (BVD) te lopen, die dan haar po
ging een soort Nieuw Links in de WDM
te realiseren, met succes bekroond ziet."
Aldus Bob Manten.
De discussie is op gang gebracht,
maar het WDM-bestuur houdt voorlopig
nog vast aan de bestaande vorm van
overleg, om tot de zo gewenste demo
cratisering te komen. Eér van de pro
grammapunten is de wiizlging van het
militair tuchtrecht. De WDM heeft er
een uitvoerige discussienota over doen
verschijnen. Daarover volgende week
meer.