Groeten aan de christelijke partijen
Bobbel in neus
breekt carrière
En Kristiansen
bracht bommetje
tot ontploffing
DICKENS: KRUISVAARDER
TEGEN HET KINDERLEED ÉN
SOCIALE WANTOESTANDEN
3
ZATERDAG 30 MEI 1970
- Op «en grijze, koude ochtend bestelt Dian Poore een taxi en duwt
heastig nog een vergeten haarstukje in haar tas. Die bevat reeds zes
pruiken en haarstukjes, drie paar schoenen met respectievelijk hoge,
halve en lage hakken, een paar avondschoenen, reserve kousen effen
•n met een werkje sokken voor onder een lange broek, een stel
ïwart ondergoed, een stel wit ondergoed, een gaine, kousengordel,
panty's, twee strapless BH's, een lange en een korte, een gewone en
•en vergrotende spiegel, een poederdons, tissues, mascara, losse en
vaste poeder, ogenschaduw, eye-liner, wangenrouge, wenkbrauwpotlood,
blauwe oogdruppels, twee soorten deodorant; een voor de oksels en een
voor de voeten, cleansing-cream, gezichtslotion en eye-wash, een dun
sjaaltje om haar kleren tegen make-up te beschermen, sjaals in verschil
lende kleuren, drie paar handschoenen, sieraden, parfum, naald en draad.
Haar ochtendboterham eet ze in de taxi, die haar door Londen
naar de Serpentine voert. Daar wordt ze gefotografeerd in badpak
door enkele fotografen die dikke jassen dragen en wier adem
uitwasemt in de koude.
Als ze haar eindelijk in alle standen en allerlei badpakken
hebben gefotografeerd is het volgende decor het Royal Garden
Hotel, waar Dian in een prachtig avondtoilet met bontmantel
en bijpassend kapsel de trap afzweeft. Hoewel, dat zweven lijkt
maar zo, want soms moet ze meer dan minuten lang in de zelfde,
ógenschijnlijk natuurlijke stand blijven staan, waartegen haar
spieren tenslotte heftig protesteren.
Daarna is het haasten naar een foto-atelier, waar de fotograaf
Murray Irving een paar uur nodig heeft om foto's te maken
voor de dure modebladen. En 's avonds, als Dian thuiskomt,
merkt ze, dat ze nog niets heeft gegeten, dat haar voeten pijn
en dat ze er beter aan doet alvast maar een aspirine en
hete kwast te nemen ter voorkoming van een fikse griep.
Een dag uit het leven van een fotomodel, een dag, die wordt
door tijd en nog eens tijd. Tijd, die geld kost, zeker voor
fotomodel dat na lang en hard werken de top heeft bereikt
en ogenschijnlijk astronomische bedragen verdient. Bedragen,
die voor een groot deel weer worden omgezet in kleding, die ze
voor haar beroep moet dragen.
De Engelse Lucie Clayton, die een opleidingsschool voor
fotomodellen en mannequins leidt in Londen, heeft in haar boek
„Vrouwen voor de lens" op openhartige wijze het leven van
deze meisjes beschreven, dat echt niet bestaat uit het spreek
rozegeur en maneschijn, want slechts weinige meisjes
werkelijk de top.
De hoogtepunten in het werk van een mannequin vallen altijd
het voor- en najaar. Dan moet er veertien dagen lang vrijwel
worden doorgewerkt. Het kan gebeuren dat een klein
meisjes in drie kwartier tweehonderd modellen moeten
ühowen. Hélène Lang, die in die tijd vaak voor de Parijse mode-
nuizen werkt, zegt „In die tijd val ik altijd erg af. Ik ben 1.70
neter lang en aan het eind van de tweede week weeg ik nog
naar 89 pond".
door Kirsten Emous
De betaling is, zeker in Parijs, schandelijk. Daar maakt men
gebruik van meisjes die door hun ouders financieel worden
Zij verdienen per week 100.a 110.
Aantrekkelijker is het poseren voor foto's. Het model Gail
A'right werkte twee weken als fotomodel voor collecties van
fardin des Modes, waar ze in twee weken 3000.verdiende,
naar het was geen gemakkelijk verdiend geld en als je dan
log free-lance bent is het maar afwachten of er daarna weer
voldoende opdrachten komen, want elk model weet dat zü na
ien a vijftien jaar haar beroep vaarwel kan zeggen, en wat dan?
Je moet genoeg voldoening kunnen vinden in het feit dat het
zo fraai mogelijk in folders, op de t.v. en in bladen ver-
je moet het heerlijk vinden mooïè kleren te dragen, je
gepakt zijn door de sfeer en de glamour van dit vak. om het
werken en de relatief niet eens zo beste betaling voor lief te
lemen, want niet iedereen wordt een Mary Quant of een Twiggy
lie, geholpen door echtgenoten, van hun vak méér maakten door
elf kleding te ontwerpen of te importeren.
Je moet kritiek kunnen verdragen, want er wordt over je uiter-
ijk gepraat alsof je er niet bij bent: „Nee zeg, die kunnen we niet
want ze heeft een bobbel in haar neus"; „Wat heeft die
benen zeg? Het lijken wel olifantpot'en"; „Hé, wat betekent
vlek in haar hals? O, zijn dat zenuwen?"; „Nee. alsjeblieft, ze
zo'n buik„Zeg, ik geloof dat ze scheel is. O nee, het
ne oog staat alleen wat hoger dan het andereenzovoort,
nzovoort.
Geen enkel fotomodel is volmaakt. Degenen die hun fouten ken
en, redden het. Paulene Stone bijvoorbeeld weet alles af van be-
Ichting en zegt bij het binnenkomen al: „Oké, waar staat je sterk
te lamp?" Ze weet dat er een knik in haar neus zit, die bij een
•epaalde belichting te zien is.
Veel fotomodellen werken graag in Amerika, omdat er beter
betaald, omdat men er zakelijker is, men er meer tijd en
eld aan foto's kan besteden, en omdat er vaak reeds kleding,
en pruiken gereed liggen.
Nog een voordeel is dat men niet bang behoeft te zijn dat, als
zich eenmaal in een kousengordeltje of in b.h. laat fotografe -
men geen andere opdrachten meer krijgt. In Engeland is men
amelijk op dit gebied verbazend puriteins. De industrie is bang
at als een model een keer in step-in op de foto heeft gestaan er
en bepaald stempel op haar is gedrukt.
Val ma Valle, die zich in tegenstelling tot de Engelse foto-
lodellen aan de top ook in
ngerie laat fotograferen: „Het
ordt goed betaald. Voor po-
in beha en kcusengordeltje
je 950,per uur en voor
halfnaaktfoto 1140,Ik
eens vier uur moeten wer-
nvoor zo'n foto. De rest van
week heb ik niets meer hoe-
ïn doen." Dan zucht ze: „Maar
at ik nu eigenlijk zou willen;
huisvrouw zijn."
Wel. dan moet zij eens naar
aar Nederlandse collega's kij-
die voor het overgrote deel
zeijn. Die koken 's
voor man en kinderen
nadat ze 's middags
nerts van een ton hebben
ten zien. Maar wat hetzelfde
ijft: soms zijn ze bek-af en
le mooie kleren kunnen hun
ir> gestolen worden als ze maar
'n de benen op een andere
cel mogen leggen.
Kaare Kristiansen is vice-voorzitter van de
Kristelig Folkeparti (Christelijke Volkspartij)
in Noorwegen en tevens leider varvde veertien
leden tellende fraktie in het Parlement. In de
Stortinget, het gebouw van het Noorse Parle
ment (Storting) ontmoet ik deze 50-jarige
politicus. We zijn gast van de Noorse parle
mentaire persclub en zitten in een historisch
vertrek, geheel afgezet met fijn metselwerk.
„De christelijke principes en opvattingen",
zegt Kristiansen, „moeten zoveel mogelijk in
het openbare leven worden uitgedragen."
door BERT DE JONG
Grote leider en voorzitter van
de Kristelig Folkeparti is Kjell
Bondevik, minister voor kerke
lijke zaken en onderwijs. Eer
der op de dag heb ik in de
Stortinget de 69-jarige Bonde
vik een imponerende politicus
horen noemen. Zijn invloed is
groot.
In de coalitie met de Liberale
Partij, de Centrum Partij en de
Conservatieve Partij heeft de
Kristelig Folkeparti beslag we
ten te leggen op belangrijke mi
nistersposten. Een „Roolvink"
heeft de partij in de persoon
van Egil Aarvik, die Sociale Za
ken beheert. Derde minister van
de partij is mevrouw Elsa
Skjerven. Zij beheert de porte
feuille van Familie-aangelege-
heden.
De coalitie is sinds 1965 aan
de macht. Maar bij de verkie
zingen van vorig jaar rukte de
Socialistische Volkspartij van 68
op tot 74 zetels. Bleven voor de
vier regeringspartijen nog 76
zetels over. Bij deze verkiezin
gen won de Kristelig Folkeparti
één zetel.
Kaare Kristiansen, reeds he
lemaal grijs, vertelt trots dat
hij drie jongens heeft van res
pectievelijk 20, 19 en 16 jaar.
In Noorwegen, waar het groot
ste gedeelte van het land uit
onbegaanbare bergen bestaat,
zijn de verbindingen een groot
probleem. Maar Kaare Kristian
sen is in tegenstelling tot vele
collega's zo gelukkig dat hij el
ke dag tussen huis en Oslo op
en neer kan. Hij woont name
lijk aan de overkant van de
Oslofjord en kan gebruik ma
ken van een gunstige bootver
binding.
Achter het huis van de frac
tieleider strekken zich de
eeuwig zingende bossen uit.
Kristiansen vertelt en hij doet
het zo, dat je jaloers wordt, dat
hij vaak met zijn jongens gaat
skiën. Gewoon de achterdeur
uit.
Veel over dit ongekende bui
tenleven hoor ik niet. Want de
politiek gaat door. Kristiansen
wordt aan de telefoon geroepen.
Het is de grote baas. Kjell Bon
devik belt uit Bergen aan de
Westkust, waar hij het feest
meemaakt ter gelegenheid van
het 900-jarig bestaan van de
stad.
Deze morgen Is juist bekend
geworden dat minister van bui
tenlandse zaken John Lijng van
de «Conservatieve Partij wil af
treden wegens het bereiken van
de pensioengerechtigde leeftijd
(65 jaar). Dit voornemen geeft
complicaties in de coalitie.
Er wordt gespeculeerd op
verdere verschuivingen in het
kabinet. Kwesties als het lid
maatschap van Griekenland van
de NAVO en de erkenning van
Oost-Duitsland spelen mogelijk
een rol. Minister Bondevik
raadpleegt zijn fractieleider. Of
geeft mogelijk instructies.
Na dit belangrijke politieke
telefoongesprek laat Kristiansen
niets merken. Hij schakelt direct
op het verleden over. Ik hoor.
dat de christelijke partij in 1933
is opgericht.
Voor de Tweede Wereldoorlog
had de partij alleen maar hier
en daar plaatselijke betekenis.
Met zijn twee torenachtige middendelen is het Stortinget in Oslo een
bezienswaardig parlementsgebouw.
Na de oorlog deed men aan de
nationale verkiezingen mee en
de Kristelig Folkeparti vero
verde in 1949 negen zetels.
In de loop van de naoorlogse
jaren is de positie van de partij
steeds sterker geworden. Kris
tiansen bespeurt deze tendens
in geheel Scandinavië. Zweden
en Finland kennen kleine chris
telijke partijen.
Een paar weken geleden was
Kristiansen in Denemarken om
daar te adviseren over de uit
bouw van de christelijke partij.
De Kristelig Folkeparti heeft
vooral aanhang in het westen
en zuid-westen van Noorwegen.
P
„De mensen daar hebben een
diep-religieus gevoel. Ze hebben
behoefte aan een eigen christe
lijke partij", zegt Kristiansen.
Ongeveer 96 procent van het
Noorse volk is aangesloten bij
de Evangelisch Lutherse Kerk.
Men is gedoopt en getrouwd in
de kerk. De traditie leeft sterk
voort. Maar hoeveel gaan er nog
geregeld naar de kerk? Mis
schien 25 procent.
De aanhangers van de Kriste
lig Folkeparti zijn trouwe kerk
gangers. Het zijn vrome mensen
met strenge opvattingen.
Bij het begin van het gesprek
reikte ik Kaare Kristiansen een
glas bier aan. Hij weigerde
glimlachend. Uit principe. De
partij is tegen gebruik van al
cohol. Haar invloed moet groot
zijn. Want het is niet gemakke
lijk in Noorwegen een borrel in
handen te krijgen.
Onlangs verklaarde Kristian
sen, dat leden, die zich niet
meer geëngageerd voelden met
de kerk maar moesten bedan
ken. Dat zou eerlijk zijn.
Met deze uitlating liet hij een
bommetje ontploffen. De explo
sie werd gehoord midden in de
discussie over het befaamde ar
tikel twee van de Noorse
Grondwet Hierin wordt de
vrijheid van godsdienst gewaar
borgd, maar verder wordt be
paald, dat de Evangelisch Lu
therse religie de staatsgods
dienst zal blijven. In dit zeker
uit de vorige eeuw daterende
artikel wordt verder voorge
schreven, dat de Noorse kinde
in dit geloof moeten worden op
gevoed.
Gevolg van dit artikel, dat in
strijd is met de VN-verklaring
voor de rechten van de mens:
bij het onderwijs en voor ande
re functies moet men lid zijn
van de staatskerk.
Enkele jaren geleden was er
in de Storting geen meerderheid
voor wijziging van de Grond
wet.
Een speciale commissie bestu
deert nu dit probleem. „Een
heel moeilijke kwestie", geeft
minister van defensie Otto
Grieg Ti demand (Conservatieve
Partij) later op de dag toe. De
christelijke partij is erg op dit
artikel gebrand.
Kristiansen zegt er niet veel
over. Hij wil vooral eerlijkheid
en duidelijkheid. Vandaar zijn
bommetje. De principiële poli
tieke strijd in Noorwegen spitst
zich voorlopig toe op dit artikel.
De andere partijen, die voor
wijziging voelen, hebben ook
trouwe kerkgangers onder hun
aanhang. Staatssecretaris
Knudsen van defense (Conser
vatieve Partij is verbaasd o^/er
wat ik vertel over de toenade
ring tussen de protestante ker
ken en de R.K. Kerk in Neder
land. Maar hij spreekt geen
oordeel uit. „Het gaat om het
dienen van dezelfde Heer", zegt
Knudsen tenslotte.
Met fractieleider Kristiansen
begin ik niet over dit onder
werp. De afstand tussen Neder
land en Noorwegen is twee tot
drie uur reizen door de lucht.
Daarom is het moeilijk te gelo
ven dat het denken op dit ter
rein wellicht niet principieel
maar toch in de praktijk nog
zoveel verschilt. Er is te weinig
communicatie.
Kristiansen moet dit ook zo
voelen. Zijn partij overweegt
zich op Europees niveau (Noor
wegen wil zich onder de nodige
voorwaarden aansluiten bij de
EEG) bij de christelijke partijen
in de andere landen te voegen.
Contacten over de grenzen zijn
hard nodig.
Bij het afscheid in de stem
mige ruimte krijg ik een stevige
en lange handdruk. Kaare Kris
tiansen zegt met klem „Breng
onze hartelijke groeten over aan
de christelijke partijen in Ne
derland.,."
Uk de schetsen van Boz
Dickens! Is er één naam die beter
dan deze in staat is, het Engeland
van het begin der negentiende eeuw
voor ons op te roepen? Dat is het
Engeland van vóór de grote hervor
mingswet van 1832, dat bezig was,
van een agrarisch land tot „de werk
plaats van Europa" te worden en
tijdens Dickens' leven zijn inwoner
tal van dertien miljoen in 1812 ver
dubbelde.
Zelden werd een schrijver uiteenlopen-
der beoordeeld. De een zag in hem een
satiricus en een vrouwenhater, de ander
een voorbeeld van toegepast christendom,
weer een ander een neuroticus van een
onaangename sentimentaliteit en nog een
ander een sociaal hervormer met een nei
ging tot marxistische ideeën. Voor de
meeste lezers roept hij echter de geneug
ten op van huiselijkheid, van warme harten
bij het gezellige haardvuur, van echt Engel
se humor en christelijke mildheid. Bovenal
iheeft Dickens zijn grote naam te danken
aan de geniale wijze, waarop hij de vinger
heeft weten te leggen op de misstanden
van zijn tijd, waardoor hij de exponent
werd van het Britse karakter en het vroeg-
Victoriaanse Engeland.
Zijn naam bleef niet beperkt tot Enge
land. doch werd een begrip in de ganse
wereld, zo dat bij zijn dood op 9 juni 1870,
een krant in Genua verscheen met de kop:
„Onze Dickens is dood". De wereldfaam
die hij zich verwierf, dankte hij aan de
ucie Clayton: „Vrouwen voor de
Ad. M. C. Stok. Den
geïll., f 17,90)
-#■ Nu nog fikse beenspieroefeningen en dan later misschien het plankier op.
David Copperfield en zijn tante
Trotwood
gave, een boodschap te brengen van hart
tot hart.
Opmerkelijk is, dat de grote critici hem
rangschikken direct na Shakespeare en dit
om de universaliteit en omvang van zijn
werk en zijn taalbeheersing. Hij open
baarde de naamloze massa van het Engel
se volk aan de standen en na het verschij
nen van zijn boeken waren de toestanden
in Engeland nooit meer dezelfde.
Dickens, geboren in het jaar van Napo
leons veldtocht tegen Rusland, zag vlijm
scherp hoe Engeland, het in 1688 bevoch
ten parlementaire stelsel ten spijt, nog al
tijd werd geregeerd door een selecte
groep bevoorrechten, adellijke grondeige
naren en rijke fabrikanten, conservatieven,
wier enige doel was. iedere vernieuwing
en hervorming in de kiem te smoren.
Men kan Dickens' leven beschouwen als
een verbeten kruistocht tegen analfabetis
me. schandelijke arbeidsvoorwaarden, even
schandelijke woontoestanden en vooral te
gen het misbruik dat invloedrijke mannen
wisten te maken van parlementaire moge
lijkheden tot uitstel. ..procrastination',
waarvan de verarmde dagloner, de gemal
traiteerde werknemer het slachtoffer werd.
Dickens sprak niet. als zovelen van zijn
tijdgenoten, tot het intellect, doch tot het
hart. Lazen de welgestelden hem vooral
om zijn gaven als onderhoudend verteller,
de grote massa zag hem als sociaal her
vormer.
Zo8ls trouwens blijkt uit de sterk auto
biografische roman David Copperfield".
had Dickens in zijn vroege kinderjaren
reeds met de zonloze zelfkant der samen
leving kennis gemaakt.
Heet het in „Bleak House" dat zelfs
grote mannen hun arme bloedverwanten
hebben, Dickens' lot was het, alleen maar
arme bloedverwanten te hebben. Het diep-
trafische van Dickens' trieste jeugd is.
dat deze niet het gevolg was van ziekte of
werkloosheid van zijn vader, doch op reke
ning komt van diens losbolligheid en zwak
heid van karakter.
Dickens' vader, John, was geen „arme
dagloner"! Als ambtenaar van het Betaal-
kantoor der Navy genoot hij in het jaar van
zijn huwelijk, 1809, een inkomen van 200
pond sterling, wat voor die tijd een royaal
inkomen was. Uit zijn huwelijk met Eliza
beth Barrow John Dickens had zijn goe
de baan te danken aan zijn schoonvader,
die echter wegens malversaties later het
land moest verlaten werd in 1810 een
dochter, Fanny, en in 1812 Charles gebo
ren.
Vader John Dickens boezemt ons belang
in, niet alleen omdat hij de vader van En-
gelands grootste romancier werd, doch
vooral, omdat hij als model diende voor
Charles' grootste creatie, Mr. Micawber,
de aandoenlijke figuur, onveranderlijk in
geldverlegenheid, doch die zich met veel
optimisme en flinke hoeveelheden hete
punch door zijn moeilijkheden heensloeg,
vast overtuigd dat het weldra beter zou
gaan; „that something would turnup".
Het origineel van deze figuur, John Dic
kens, moet ook van een goed glas hebben
gehouden, want de tweede maal dat hij
wegens schulden in de „Marshalsëa" ge
vangen werd gezet, was te wijten aan een
vordering van een handelaar in de betere
soorten wijnen.
Het is verwonderlijk, dat Charles de fi
guur van zijn vader met zoveel humor en
zo weinig bitterheid heeft geschilderd,
want juist aan hem heeft hij zijn somberste
jeugdervaringen te danken.
Minder vergevensgezind heeft de grote
romancier zich tegenover zijn moeder ge
toond. Nadat dc vader uit do Morshalsea-
gevangenis werd ontslagen een broer
betaalde zijn schulden deed de moeder
alle moeite, hem weer in de schoensmeer-
door
Sim Teunisse
fabriek geplaatst te krijgen Thans dreef de
vader echter zijn zin door en zond de
leergierige jongen naar een goede school.
De houding die zijn moeder hierin heeft
aangenomen, heeft Dickens nimmer verge
ten.
Juist in de jaren van zijn diepste verne
dering heeft hij de mens. vooral de jonge
mens, gezien in zijn tragische verlatenheid,
omringd door sociale onrechtvaardigheid
en onverschilligheid
Waar Dickens ook toefde of werkte,
overal heeft hij scherp geobserveerd. Van
hem wordt gezegd, dat zijn beschrijvingen
zo scherp zijn, de details van een huis bij
voorbeeld zo nauwkeurig, dat men het jan
de hand daarvan zou kunnen opbouwen.
Een onuitputtelijke bron van ervaring en
kennis werd de werkkring die hij als twin
tigjarige verwierf als parlementair steno
graaf, waarin hij de reputatie kreeg van de
„snelste en meest accurate werker van de
Charles Dickens
galerij". Hij verdiende daar toen zestig gul
den per week; voor die dagen een royaal
inkomen.
Juist zou hij naar ruimere kamers verhui
zen, toen zijn vader weer wegens schuld
werd gedetineerd. Hij beperkte zijn uitga
ven om zijn vader te kunnen steunen. In
zijn latere leven zou ook de familie van
zijn vrouw keer op keer een beroep op
hem doen. Men heeft deze familie dan ook
wel genoemd „het meest ruggegraatloze
stel mensen waarmee een kostwinner ooit
zat opgescheept".
Dat nochtans in al zijn werken de milde
lach van de humor doorbreekt, is één van
de ondoorgrondelijke wonderen der men
selijke natuur, ofschoon deze zelfde Dic
kens kon geselen en striemen, overal waar
hij het kind zag lijden onder hardvochtige
ouders, te zeer op eigen baat beluste
werkgevers en domme leermeesters.
In de tijd dat Dickens zijn „Sketches by
Boz" publiceerde en aan zijn afleveringen
begon van de Pickwick Papers, was hij
een ietwat dandy-achtige figuur, met een
voorliefde voor fluwelen jasjes, bontge
kleurde vesten, halsdoeken en witte hoe
den.
Opmerkelijk is, dat hij een tijd lang ge
lijktijdig aan de Pickwick Papers en aan
..Oliver Twist" werkte. Het was het jaar
van Victoria's troonsbestijging, 1837. Zo
grondig was zijn roem nu gevestigd, dat in
afgelegen districten de mensen de post
tegemoet liepen, om te weten hoe het ver
haal verder ging!
Een eeuw na zijn dood lezen wij hem
niet meer om wat hij beeft te zeggen. De
jeugd van tegenwoordig weet nauwelijks
wat armoede is en de sociale verhoudin
gen hebben zich zo grondig gewijzigd dat
een schrijver als Dickens hoogstens nog
wordt gelezen om de manier waarop hij
zijn boodschap brengt.
Moeilijk te zeggen, welk van zijn werkan
het beste, of het meest geniaal is De
bekende Britse romancier Somerset Maug
ham rekende David Copperfield" onder
de tien beste romans ter wereld. Misschien
vat het „Kerstlied in Proza" het best zijn
levensfilosofie samen: humor en milde
menselijkheid.
Dickens' kruistocht tegen hardvochtig
heid en sociaal onrecht werkte effectiever
voor de arme verschoppelingen van eeri
zorgvuldig ln „standen" ingedeelde samen
leving dan stapels vragen, petities en pro
testen in het Engelse Lagerhuis. Hij vernie
tigde zijn tegenstander met zijn bijtende
spot.
Dat hij in „Oliver Twist" een van de
gemeenschap onderhouden jongen om
„meer eten" laat vragen, was zo Iets onge
hoords, dat hij daarmee de Britse samenle
ving op haar grondvesten deed trillen.
Het is bekend dat men in Dickens' tijd
voor het vegen van schoorstenen „Armen-
wet"-kinderen gebruikte. Gevallen van ver
stikking waren daarbij geen zeldzaamhoid.
Dickens laat in zijn boek zo'n schoorsteen-
vegersbaas zeggen: „Ze (de kinderen) zijn
er gewoon verzot ooi"
In „Oliver Twistheet het: Hij »ou een
pracht van een doodbidder zijnl De symbo
liek van het geval dat Oliver bij een dood
kistenmaker in de leer komt. ligt voor de
hand: in het leven van deze schandelijk
uitgebuite kinderen was de dood een im
mer nabije realiteit.
De eetkommen, zo legt de schrijver uit,
hoefden nooit omgewassen. „De jongens
polijstten ze met hun lepels!"
Dickens heeft zijn boodschap gebracht
met volzinnen waarvan talrijke voor het
leven in ons geheugen gegrift staan. Men
kan geen werk van hem opslaan, zonder
direct getroffen te worden door een onna
volgbare wijze van zeggen.
Mild als Dickens kon zijn, vooral waar
het er om ging ons de sfeer van het Engel
se Kerstfeest te laten voelen, trok hij fef
van leer tegen aanmatigende, incompetente
en harteloze ambtenaren, die In het „Cir
cumlocution Office" om de zaak heendraai-
en en de enkeling onder de traag wente
lende stenen der bureaucratie fijnmalen.
Met bijtende spot heeft hij ook de kei
harde zakenman getekend en als zodanig
geldt zijn figuur Scrooge als het prototype.
Scrooge, die van de dood van zijn com
pagnon, Marley. niet zo verschrikkelijk on
dersteboven was om de dag van diens
begrafenis niet met een ..magnifieke trans
actie" te wijden!
De stoffelijke resten van de grote schrij
ver, voortijdig opgeteerd door overmatige
arbeid, rusten bij de grote dichters In de
kathedraal van Westminster.