lisschop Robinson
bliift het bijbels
Mor BERT SCHOLTEN
Huib Goudriaan
General Electric kweekt huisvuil etende bacteriën
ZATERDAG 4 APRIL 1970
i naargeestige sfeer van een Spaanse gevangenis
n nieuw boek van bisschop Robinson blijft
joeiende zaak. Enkele weken geleden
^en in Londen (SCM Press) „Christian
in a Permissive Society", een ver
van negentien preken, lezingen en
L Twee zijn speciaal voor dit boek ge-
Jven. De andere zijn uit zijn tien jaar als
nop van Woolwich. Vorig jaar legde hij
nbt neer, om zich aan de universiteit
Cambridge weer geheel aan de weten-
kunnen wijden.
staat Robinson? Hij staat niet. Hij blijft in
ing. met ontwapenende openhartigheid vertelt
ben een man van beweging, van verkenning,
meestal al aan mijn volgende boek, als ik het
log niet eens klaar heb". Hij stelt ons zijn
t dan ook al In het vooruitzicht, het zal gaan
christologie. De pagina's 136-137 zijn er een
if van.
indel essays geeft ons als een mozaïek een
id beeld van deze man. Een man, die met zijn
ist to God" (1963) een revolutie in de theologie
inde (overigens vooral dank zij niet-theologi-
factoren en hij laat merken, dat het hem zelf
it heeft, dat kerk en theologie de richting zijn
'd( n, die hij aanwees). Maar ook de man, die er
sschop best voor uit durfde te komen, dat hij
Dy met genoegen leest.
„permissive society" (letterlijk: vrijlatende i
ving) is een veel gehanteerd begrip geworden
geland, dat in zijn wetgeving nog altijd veel
•ID r geseculariseerd is dan ons land. De „permis-
society" is vooral voor sommige theologen het
woord, om wijzigingen van de wetgeving inzake
iheiding, abortus, pornografie, zondagsviering
242 «temming te begroeten. Onder hen is Robinson.
beschrijft de oude „paternalistische" samenle-
1 scherpe bewoordingen. „Daar zijn de mensen
it weten, die in de naam van fatsoen en orde
in wat goed is voor de rest van ons, om te
of te zien, en die er zijn om ons te beschermen
10 het moet tegen onszelf."
Iv christelijk ethos oude stijl baseert zich op
len als vastheid, wet, gezag. Het nieuwe ethos
ich op de bodem van vrijheid, liefde en erva-
wel te verstaan zonder het eerste drietal te
fout van het oude ethos is volgens Robinson,
IT it de laatste drie negeert. Robinson wil op twee
re |aan: vastheid en vrijheid, wet en liefde, gezag
udiaring vullen elkaar aan.
kan zich niet aan de indruk onttrekken, dat hij
zijden van de polariteit opschroeft tot een niet
reële spanning, terwijl zijn poging om de span-
t "Jan weer te breken, niet bevredigt
'I rbij is Robinson niet duidelijk in het onder-
ii tussen wat hij in een „permissive society"
loofd acht en het ethos van een christen privé.
het hem in zijn pleidooi voor herziening van
lortus-wet alleen om een wettelijke verruiming
e abortusmogelijkheid? Of wil hij ook zeggen,
voor een christenvrouw in haar geloof geen
ar tegen is, wanneer zij haar zwangerschap zou
i doen beëindigen, omdat een kind haar minder
zou uitkomen?
juicht het toe. dat de Anglicaanse Kerk „de
van de huwelijksrelatie" aanbeveelt als enige
ijke scheldingsgrond. Alweer: gaat het Robinson
'n, Heen om herziening van de wetgeving? Of be
te h'j ook (het Anglicaanse rapport deed het nietl)
terecht is, als een christen lijdt in de overtui-
dat zijn of haar huwelijk alleen sterven kan en
de dood?
norm is bij Robinson moeilijk te vinden. Met de
Is theologisch begrip schijnt hij niet goed raad
ten Hij verwijst haar naar de rand van het
•gisch bedrijf (21). „Antinomisme is altijd een
4 te beschuldiging" (20). Aan de andere kant is
•ordeel over Engelsen met rassenvooroordelen
'dzeer wettisch.
ar is de norm? Wij moeten God ontdekken in de
denngen en Robinson wijst ons op Harvey Cox.
'efdes ABC" („een verrukkelijk Deens boek")
en op Playboy, „dat over het geheel genomen bevrij
dend heeft gewerkt".
We vinden Robinsons befaamde Playboy-artikel uit
dë Sunday Times hier terug (met de lyrische be
schrijving van de foto's van „Paula Kelling, puur
naakt dansend.... niets kon mooier of verrukkelijker
zijn"), kennelijk als curiosum, want het is theologisch
bijzonder zwak geschreven.
Integriteit is een fundamenteler theologische deugd"
dan orthodoxie, zegt Robinson op pag. 123 en hij
herhaalt het nog eens op pag. 224. Trouwens, recht
zinnigheid en ketterij zijn begrippen, waarmee hij wei
nig kan beginnen. Ernstige ketterij is buitengewoon
zeldzaam, schrijft hij.
Het spreken over ketterij „suggereert bijna onver
mijdelijk een waarheidskriterium, dat per se In strijd
is met de aard van het christelijk geloof: namelijk
overeenstemming met een leerregel of formulieren uit
een verleden tijd."
Zo'n zin typeert zijn voortdurende verwerping van
een apostolisch christendom, dat zich beroept op de
Bijbel als norm. Theisme en polytheïsme wijst hij af
(131). De opstanding kan alleen begrijpelijk worden
gemaakt als die gezien wordt als „een verklaring
over de wereld".
Sommige accenten zijn sinds „Honest tot God"
duidelijk anders geworden. Het tillichiaanse „God de
diepste grond van ons bestaan" missen we nu. Trou
wens, de peilloze diepten zijn opvallend afwezig en
„transcendent" is weer een fatsoenlijk woord.
Toch heeft hij gelijk, als hij van zijn vroegere
boeken zegt: „Er staat praktisch niets in, wat ik nu
beslist zou willen ontkennen." De kern bij Robinson
blijft, dat hij heeft gebroken met het theisme, dat
spreekt van een persoonlijke God, die zich met de
mensen bezig houdt. God is bij Robinson een louter
geestelijke vorm van zekerheid.
Men moet dan onwillekeurig denken aan het beken
de woord van Pascal, waarin hij tegenover de „God
van de filosofen" stelde ,,de God van de aartsvader,
van Abraham, Izaak en Jakob", de God die persoon
lijk Ingrijpt in de geschiedenis.
Doordat Robinson het bijbels theïsme verwerpt,
weet hij met de wet geen raad. Hij mist de conceptie
van God als de Wetgever en de Rechter. Dat bepaalt
zijn ethiek, maar dat heeft ook tot gevolg, dat de
Bisschop Robinson
grote bijbelse thema's van ellende en verlossing en
het evangelie van vrije genade schitteren door afwe
zigheid. De rechtvaardiging door het geloof wordt
een enkele maaT terloops genoemd en verkeerd be
grepen (234), zoals niet anders kan, want Robinson
heeft geen leer van de zonde in Nieuwtestamentische
zin.
Hoofdstuk negen vat het eigenlijk allemaal samen.
Dat is een preek over Johannes 3 16. Maar Robin
son citeert deze tekst zonder het slot. Ook in de
preek zelf functioneert dat slot nergens. Terwijl dat
toch spreek van Gods bedoeling met het zenden van
zijn Zoon. Dat wie-gelooft niet verloren zal gaan.
We raken eraan gewend. Persberichten en tv-reportages over martelingen in Griekenland en
Brazilië, over het jarenlang opsluiten van onschuldigen in Rusland, Rhodesië, Portugal, Spanje
en Tsjechoslowakije krijgen een wat monotone regelmaat.
Mevrouw Ruth Breunis-Cohen: „Ik vind dat we zo gemakkelijk worden; we hebben een auto,
een televisietoestel en onze boterham met pindakaas. En wat daar gebeurt is ver van ons bed."
Drs. C. van der Vlies: „Er zijn mensen die meeleven, maar we zijn zo gauw geneigd te denken
dat we niets kunnen doen. Er wordt dikwijls gezegd: Om invloed te hebben moet je toch min
stens minister zijn? Ik ben bang dat het dagelijks nieuws op de tv een zekere passiviteit in de
hand werkt; alleen het kennisnemen van de narigheden lijkt al voldoende."
Flarden uit een gesprek met
de secretaris van de Neder
landse afdeling van Amnesty
International (drs. Van der
Vlies) en een- Rotterdamse huis
vrouw en moeder (mevrouw
Breunis) die zich inspant de
vereniging, die overal in de we
reld opkomt voor politieke ge
vangenen, meer bekendheid te
geven.
Een vereniging, die met de
viering van de bevrijding van
vijfentwintig jaar geleden voor
de deur, meer aandacht ver
dient dan ze krijgt In 1945 gin
gen de gevangenissen en con
centratiekampen open. Om hun
politieke of godsdienstige over
tuiging vervolgden Waren be
vrijd. Maar in 1970, een kwart
eeuw later, worden nog steeds
mensen gemarteld of opgesloten
om hun levensovertuiging.
Mevrouw Breunis: „Na de
- oorlog werd de universele ver
klaring van de rechten van de
mens opgesteld, waarin opgeno
men het recht op vrije me
ningsuiting en het uitdragen
van eigen overtuiging, maar wat
is er van die vrijheid terechtge
komen?"
Soortgelijke vragen werden
opgeworpen in een artikel dat
28 mei 1961 verscheen in de
Londense „The Observer". Ge
constateerd werd dat het aantal
politieke gevangenen in de we
reld in een griezelig snel tempo
toenam. De Engelse advocaat
Peter Benenson kwam hiervan
onder de indruk en richtte een
organisatie op, die zich sinds
dien heeft ingezet voor bevrij
ding of verbetering van het lot'
van vervolgden.
Amnesty International, zoals
de vereniging werd genoemd,
kreeg nationale afdelingen in
een groot aantal landen; thans
zijn dat er eenentwintig. In 1968
kwam ook in Nederland een af
deling. die in vergelijking met
West-Duitsland, Engeland, De
nemarken en Zweden echter
een gering'aantal (slechts 250)
leden heeft. Internationaal telt
Amnesty International 10.000
actieve medewerkers, die met
700 werkgroepen acties voeren
voor vrijlating of materiële
steun.
Drs. Van der Vlies: „Amnesty
drijft op mensen die slechts hun
eerlijke overtuiging inbrengen,
en in de meeste gevallen geen
rechten hebben gestudeerd. Er
zou een internationale rechts
pleging behoren te zijn, maar
zolang die niet bestaat, moeten
individueel werkende mensen
het onrecht indammen."
Mevrouw Breunis: „Al halen
we met z'n allen maar één mens
uit de gevangenis, dan hebben
we nog veel bereikt," Amnesty
heeft ovëVigens al meer bereikt.
Grote aantallen briefkaarten
van leden, waarin bij regerin
gen op vrijlating of een betere
behandeling wordt aangedron
gen, hebben vaak succes. De
druk, die uitgaat van buiten
landse interesse voor gepleegd
onrecht, mag niet worden on
derschat. Economische of poli
tieke belangen spreken een
woordje mee.
Bovendien helpt Amnesty met
geld familieleden van gevange
nen, die ook blij zijn met more
le steun in brieven. Een Portu
gese vrouw antwoordde Amnes
ty International: „Ik heb jullie
brief ontvangen. Ik haast me nu
deze te beantwoorden. Mijn
man heeft twee jaar „prisao
maior" gekregen met veilig
heidsmaatregelen. Deze kunnen
de straf verlengen met zes
maanden tot drie jaar en bete
kenen verlies van burgerrech
ten voor vijftien jaar. Mijn man
was ambtenaar, 's Nachts gaf
hij les aan arme arbeiders,
waarvoor hij zijn nachtrust,
grotendeels opofferde."
Ze schrijft tevens dat hij een
cursus algemene cultuur gaf
met lessen filosofie, waarin
Marx en Hegel werden behan
deld. „Dit was alles wat mijn
man deed. Zijn grootste verlan
gen was kennis te vergaren, zo
dat hij die door kon geven aan
anderen om zo de ogen van de
massa te openen voor de
schoonheid van het leven en de
waarheid. Hij werd door de PI-
DE gearresteerd en door het
Tribunal Plenario beschuldigd
een hersenspoeler te zijn voor
het Marxisme-Leninisme."
Ze vertelt dat de vrouwen
van politieke gevangenen de
kost moeten verdienen voor het
gezin en ook voor hun man,
omdat het voedsel in de gevan
genis niet voldoende is.
„Ik grijp deze gelegenheid
aan om jullie te bedanken, niet
alleen voor de hulp die jullie
ons misschien geven, maar ook
voor jullie vriendelijke woorden
en voor het feit dat er mensen
zijn op de wereld, die de poli
tieke gevangenen niet verge
ten."
Hoe werkt Amnesty? Elke
groep (de 700 zijn over de hele
wereld verspreid) weritt voor de
vrijlating van drie gevangenen,
waarvan namen en andere ge
gevens worden toegezonden
door het internationaal secreta-
riaat te Londen, dat duizenden
namen in de carthot^ek heeft.
De gevangenen komen uit
communistische, westers gezin
de en politiek ongebonden lan
den: Amnesty is politiek neu-
Dit blijkt ook uit het sturen
van waarnemers naar Zuid-
Afrika, Portugal en Grieken
land, als naar Roemenië en
Oost-Duitsland en het schrij
versproces in Moskou.
De groepen dringen bij de
autoriteiten van de betreffen
de landen aan op vrijlating
en sturen geld en bemoedi
gende brieven naar de fami
lieleden. Er is een Neder
landse groep, die een schrifte
lijke cursus boekhouden ver
zorgt voor een gevangene in
Rhodesië.
Amnesty International or
ganiseert zogenaamde kaar
tenacties. Eens per maand
krijgen de deelnemers een
stencil met gegevens over ge
vangenen van het secretariaat
in Londen, en adressen van
autoriteiten naar wie de
kaarten moeten worden ge
stuurd.
Een medewerker van Am
nesty ontdekte in een Oosteu
ropees land bij toeval hoeveel
succes dergelijke kaarten
acties waarmee dus mas
saal om vrijlating wordt ver
zocht kunnen hebben. Hij
kwam in gesprek met een
ambtenaar die vertelde dat op
een ministerie zoveel brieven
waren binnengekomen, dat
men erover begon na te den
ken wat hieraan moest wor
den gedaan.
Enkele ambtenaren, die al
langer meenden dat gevange
nen waren „vergeten", von
den rugdekking in deze brie
ven. Het resultaat was dat
mensen werden vrijgelaten,
hoewel Amnesty dat pas veel
later ter ore kwam.
In het genoemde maande
lijks stencil worden vrijlatin
gen, die in Londen bekend
worden, ook gemeld. In maart
jl. lazen we bijvoorbeeld:
„Sadi Alkilic, Turkije, is
vanwege zijn slechte gezond
heidstoestand vrijgelaten,
voorlopig voor een periode
van zes maanden. Leden, die
hun waardering voor deze
goedgunstige daad zouden
willen uitspreken, kunnen
schrijven naar: President Su-
nay, Ankara, Turkije."
Er zijn ook andere berich
ten: „Eleni Voulgari, Grieken
land. We hebben verontrus
tende berichten ontvangen,
dat de gezondheidstoestand
van Eleni Voulgari slechter is
géworden deels door onvol
doende medische behandeling
en deels aoor zorgen over
haar kind, dat tot twee jaar
na de geboorte bij haar was
in de gevangenis, maar nu
door familie wordt opgevoed."
„Eli de Gortari, Mexico,
was directeur van het insti
tuut voor Wijsbegeerte en
hoogleraar aan de filosofische
faculteit van de universiteit
van Mexico Eli de Gortari
werd met andere intellectue
len en studenten opgepakt tij
dens de Olympische Spelen in
1968, en beschuldigd van op
ruiing en beroving. Ofschoon
de Mexicaanse wet stelt dat
elk proces een jaar na de ar
restatie beëindigd moet zijn,
is de Gortari nooit gehoord
over zijn zaak!
Er is geen enkel bewijs
aangevoerd en de autoriteiten
baseren hun beschuldigingen
geheel en al op prof. de Gor-
tari's lidmaatschap van een
organisatie van docenten, die
de studenten tijdens hun de
monstraties steunde."
In het, stencil worden be
schreven een Jehova's Getui
ge in Spanje, die nu zeven
jaar gevangen zit omdat hij
dienst we:gert en nog wel
vier jaar zal moeten zitten;
het geval van vijf niet-joodse
Polen, die documentatiemate
riaal over de anti-semitische
campagne in Polen en o.a. het
„Manifest van de 2000 woor
den uit Tsjechoslowakije"
respectievelijk het land uit
en in smokkelden; het geval
van pater Alberto Cabicagige-
ascoa in Spanje, die twaalf
jaar heeft gekregen omdat hij
een document samenstelde
over het lijden van de Basken;
en dat van de Rus Chripoe-
nov, lid van een Baptistische
gemeente, die wegens „ge
vaarlijke godsdienstige activi
teiten" drie jaar dwangarbeid
heeft gekregen.
Amnesty bracht rapporten
uit over bv. de situatie in
Griekenland en in Indonesië.
In Griekenland: martelingen
als het uittrekken van haar,
nagels, het persen van water
in lichamen onder hoge druk
en het op een niet nader te
omschrijven wiize „behan
delen" van geslachtsdelen.
In Indonesië heeft Amnesty
voorstellen gedaan voor ver-
Demetrio Vallejo Martinez: voormalig algemeen secre
taris van de Mexicaanse vakbond van spoorwegmensen,
die na het organiseren van een staking in 1959 werd ge
arresteerd. Hij kreeg zestien jaar gevangenisstraf
Pramudja Ananta Tur: een bekende Indonesische jour
nalist, die oktober 1965 werd gearresteerd (zonder
vorm van proces).
betering van de situatie van
de ongeveer 110.000 gevange
nen, waarvan het merendeel
al jaren gevangen is zonder
een proces te hebben gehad.
Voorgesteld werd ook com
missies in te stellen om alle
gevallen van zonder proces
gevangen gehouden mensen te
bestuderen.
Een folder van Amnesty In
ternational zegt immers: „De
leden van Amnesty hebben
gemeen dat ze zelf vrij zijn
en dat ze willen dat iedereen
vrij is te zeggen wat hij
denkt Wanneer ze lezen over
mensonterende onderdruk
kingsmethoden, weten ze dat
er iets tegen gedaan kan wor
den door het werk in Amnes
ty International."
Secretaris drs. Van der
Vlies: „Het is onrecht en dat
moet je bij de naam durven
noemen, zender sentimenteel
te worden. Wij zijn een soort
advocaten van een vergeten
groep."
Mevrouw Breunis zegt: „Er
is zo ontzettend veel ellende,
maar als ik een brief schrijf
aan de vrouw van een man,
die onschuldig gevangen zit,
doe ik al iets om de ellende te
verlichten."
Lezers: Als u iets wilt doen,
schrijf dan Amnesty Interna
tional, Postbus 5151 te Den
Haag. Het telefoonnummer
van mevrouw Breunis is:
010-288235. Het gironummer is
489237 ten name van Amnes
ty, Rotterdam.
BIJLAGE VAN
HET KWARTET
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
Een speciale soort huisvuil-etende bacte-
riëen waarvan er duizend miljard in een ge
wone soeplepel gaan zouden wel eens de
uitkomst kunnen vormen voor het steeds gro
ter wordend probleem van het wegwerken
van huishoudelijke afval: de bacteriën zouden
het huisvuil eten en het op hun beurt door
een verteringsproces omzetten in een pro
teïnerijk veevoeder.
Dr. H. Dexter Bellamy, een Amerikaans
biochemist verbonden aan het Research- en
Ontwikkelingscentrum van de General Elec
tric Company (USA), heeft bacteriën ontdekt
die zich voeden met de cellulose en verwan
te scheikundige samenstellingen, waaruit het
merendeel van het huisvuil bestaat dat door
de steden wordt geproduceerd.
Volgens een recente enquête bevat het
huisvuil dat naar de vuilnisbelten Van de
Amerikaanse steden wordt vervoerd, een
steeds grotere hoeveelheid (meer dan twee
derde) cellulose onder diverse vorm: papier,
sla- of koolbladeren, katoenweefsels en ge
maaid gras. Omgevormd tot microbische pro
teïne door de bacteriën zouden deze oor
spronkelijke afvalprodukten kunnen worden
gebruikt als veevoeder dat dan op zijn beurt
door de herkauwers zou worden omgezet in
proteïnen voor menselijk gebruik.
Dr. Arthur Bueche, vice-president van de
General Electric Company belast met re
search, meent dat in de VS „de cellulose of
verwante scheikundige produkten tegen een
gemiddeld ritme van bijna 1,5 kg per dag en
per inwoner van de hand worden gedaan. Dit
schept ernstige problemen voor woonge
meenschappen. Vele bebouwde centra bezit
ten geen geschikte terreinen meer om er een
vuilnisbelt aan te leggen en de eventueel nog
beschikbare terreinen blijken te duur.
Het verbranden van afval is een kostbare
zaak, werkt de luchtvervuiling in de hand en
is een verspilling van natuurlijke hulpbron
nen. Het procédé van dr. Bellamy heeft daar
entegen tot doel de weggeworpen cellulose
in een economische waarde om te zetten.
De cellulose, een van de meest voorko
mende organische samenstellingen in de na
tuur, wordt uitstekend door dieren, in bijzon
der door herkauwers, verteerd, dank zij be
paalde bacteriën in de maag. Zo bijvoorbeeld
verwerken de bacteriën-huurders in de maag
van een jonge stier ongeveer tien gram cellu
lose per liter en per uur. De omzetting van
cellulose-afval door „huisvuil verwerkende
bacteriën" zou In eenzelfde, of zelfs hoger
ritme, moeten gebeuren om economisch ren
dabel te zijn.
Dr. Bellamy heeft de hand gelegd op een
interessante variëteit eencellige bacteriën,
die werden verzameld uit het afval van een
papierfabriek en in de modder die de warm
waterbronnen van het Yellowstone-park om
ringt. Deze thermofiele bacteriën leven bij
een temperatuur schommelend van 260 tot
350 gr. C.
Slechts eencellige wezens kunnen leven bij
dergelijkhoge temperaturen. Zij bleken bij
zonder geschikt tijdens proeven in een „ver
teerbuis"; de afval wordt bij deze hoge tem
peraturen immers gepasteuriseerd en zo
doende worden meteen alle bacteriën en vi
russen die bij mensen en dieren ziekten ver
oorzaken, gedood.
Dr. Bellamy heeft na proeven met 140 ver
schillende families van thermofiele bacteriën
de ideale soort gevonden: de verkozen bac
terie verteert de cellulose heel vlug, verme
nigvuldigt zich bovendien zeer snel en produ
ceert een „biomassa" met een hoog percen-
hage proteïnen.
Er moet aan het produkt nu nog een aan
trekkelijk aspect en een goede smaak wor
den gegeven om als veevoeder te kunnen
doorgaan. Verder moeten de beste voorwaar
den voor het kweken van bacteriën worden
bepaald, de praktische technieken worden
ontwikkeld om een aerobische gisting bij ho
ge temperatuur op grote schaal te verwekken
en eveneens de praktische methoden worden
bestudeerd voor het inzamelen van de micro*
bische biomassa.
Geen van deze problemen blijkt onover-
koombaar, maar het ligt natuurlijk voor de
hand dat ze moeten worden opgelost eer
wordt gestart met de bouw van een proeffa
briek.
Binnen afzienbare tijd wellicht zal men aan
de rand van de steden reuzengrote reser
voirs zien (zoals brandstoftanks), waarin het
huisvuil wordt g&atort om door de thermofie
le bacteriën te worden verteerd; op die ma
nier zullen de bestaande vuilnisbelten kunnen
verdwijnen en zal bovendien de voor de
veevoederteelt noodzakelijke oppervlakte
aanzienlijk worden verkleind.