COMMUNICATIE OP ENKEL SPOOR
Stop toch met al
Milanezen verjagen
hun luchtvervuilers
f
dialoog
De evolutieleer]
ZATERDAG 31 JANUARI 1970
U hebt op dit ogenblik papier in handen. Zonder papier zou
het nieuws niet dagelijks uw brievenbus binnenrollen. Papier
werd omstreeks het begin van onze jaartelling voor het eerst
door een mens (de Canadese wesp maakt óók papier!) vervaar
digd, namelijk door de Chinees Ts'ai Lun. Hij maakte een pap
van lompen, hennep, linnen, visnetten, schors van de moerbei
boom. De oudste voorbeelden van papier werden gevonden in
de Chinese muur. Achthonderd jaer lang hebben de Chinezen
hun geheim bewaard. Via de Islam werd de papierfabricage
verbreid en omstreeks 1400 deed het „behang" zijn intrede:
een gildedoos met akten werd beplakt met versierd papier.
Voordien zullen de oudst bekende bewoners van onze streken
in hun verblijfplaatsen al een vorm van wandbekleding hebben
gekend, namelijk dierehuiden. Zij dienden echter meer ter be
scherming tegen koude dan ter verfraaiing.
Suwide op de deur Is wel bestand tegen een driewieler, vuile kin
derhandjes en dito laarzen en dat kan je van verf niet altijd zeggen)
De tabernakel moest een „dek
kleed van roodgeverfde lamsvel-
len" hebben, In Mesopotamiè ken
de men tapijtweefsels en In de
Perzische palelzen hingen wandta
pijten. Het oudste geweven wand
tapijt werd gevonden in het graf
van farao Thatmosis de vierde
het dateert van ongeveer 1400 jaar
voor Christus. In het Verre Oosten
bezigde men als wandbekleding in
tussen grasweefsels niets
nieuws onder de zon wanneer u
een behang van grasweefsel neemt
dit voorjaarl
De burchten leken heel roman
tisch. In werkelijkheid waren ze
koud en somber: geen glas voor
de muuropeningen, het meubilair
was sober, verwarming en verlich
ting schaars en de muren kaal. De
Kruisridders brachten van hun
tochten warme tapijten mee, die in
hun kastelen tegen de muren wer
den aangebracht, dit is de eerste
vorm van wandbekleding In West-
Europa.
Omstreeks de twaalfde eeuw
kwam in Spanje dank zij de cul-
Mevrouw B. van Vulpen
-de Jong te Goor: „Zouden
wen niet eens met z'n allen
een nieuw begin kunnen
maken door te stoppen
met het gedelibereer over
allerlei zaken uit de bijbel,
dat warme hoofden en
koude harten kweekt. Ik
vind het jammer van de
tijd, die avonden waarop
men elkaar toch niet na
der komt. Wil men stude
ren: goed, maar laten niet
teveel mensen zich druk
maken over dingen die
niets met de zaligheid te
maken hebben".
„Kan de tijd die op debat
avonden wordt gebruikt, niet
beter worden besteed door de
wereld in te trekken en het
blijde evangelie te brengen?
Het is overal vreselijk moei
lijk medewerkers te krijgen
voor evangelisatie-arbeid. Wat
er ook disputabel te stellen is,
één waarheid blijft toch, nl.
dat Christus voor or.s Zijn le
ven gaf deze waarheid uit
dragen lijkt mij beter dan de
batavonden. Mogelijk denk ik
te simpel en te nuchter. Graag
hoor ik anderer oordeel hiero
ver.
Mevrouw P. C. van der
Veer-Van der Slikke in Vlaar-
dingen: „Bij een nieuwe
kringloop bezint ieder zich
weer op de taak die wacht
Speciaal aan hen die een be
langrijke functie bekleden,
wordt in het kerkelijk leven
gedacht tegenwoordig al
leen nog maar in het gebed."
Hoewel de positie van man
en vrouw voor de wet gelijk
geschakeld is, blijkt dat men
in de kerken daar vaak nog
lang niet aan toe is. Er wordt
gebeden voor de koster, voor
ouderlingen en diakenen, voor
predikanten en ministers.
Wordt er wel eens gedacht
aan degenen die achter hen
staan? Bidt men wel eens voor
de vrouw van de ouderling die
vaak alleen thuis zit, voor de
vrouw van de koster die hem
toch helpen moet?"
„De vrouw is in de man be
grepen, zegt men dan; toch,
als er een vrouw ziek is,
wordt er wèl speciaal gebe
den."
„Al met al zijn we een
nieuw jaar ingegaan. Predi
kanten ouderlingen diakenen
kosters en organisten, allen
zijn ze arbeiders in Gods ko
ninkrijk. Elke gelovige man
en vrouw moet echter dit
nieuwe jaar werken voor Gods
koninkrijk". (U kent de dood
doeners mevrouw Van der
Veer: Sara was in de tent en
Paulus zegt dat de vrouw
moet zwijgen in de gemeente;
over Dëbora, Ester en Dorcas
hebben de heren der schep
ping het liever niet!)
Mevrouw J. M. Busser-van
Weelden te Papendrecht gaat
akkoord met mevrouw C. uit
Vlaardingen: „Elke dag op
nieuw beginnen want in de
vorige dagen waren veel fou
ten! Vandaag ben ik met een
nieuwe zondagsschoolklas
gestart; wat het zal worden is
onbekend. Van de vorige klas
dacht ik: zou ik ze nog wat
meegegeven hebben, 't Was
dikwijls zo rumoerig. Vanmor
gen vroegen de grootste boef
jes (ze zijn elf jaar): „Juf
komt u weer bij ons! 't Ging
niet door, ze kregen van de
hoofdleidster een meester toe
gewezen. Nu maar vol moed
de nieuwe klas begeleiden
naar het groter worden!"
De heer A. J. Roos te Al
phen aan de Rijn zond ons een
geestig rijm, dat wij helaas
bekorthier weergeven:
Ik vind: dat „nieuw begin"
zet veel te somber in.
In klagen gaan de dagen,
want dialoog lijkt net
de klaagmuur van 't Kwar
tet.
Och wat een onbehagen!
Wat broeder Stolk ons zegt,
is veelal zeer terecht;
dat is dus te waarderen.
Maar houdt elk nieuw begin
geen greintje blijdschap in;
wat jeugd zal animeren?
De landaard zit ons hoog,
zelf zijn wij theoloog
en Dialoog geduldig
zodat we elke week
weer smullen vaneen preek
veelvuldig en doemschuldlg.
Aan 't eind van dit sermoen
wil ik graag het voorstel
doen
dat w'allen ons bezinnen
op wat Efezevier
ons leert, zodat we fier
opnieuw weer^nieuw begin
nen.
(over theoloog gesproken!
red.
U weet het, de guillotine fs
nog in Frankrijk, de doodstraf is
er niet afgeschaft, dus kijk een
beetje uit als u op vakantie bent
in la douce France en schrijf
ons uw mening over doodstraf,
strafduur, strafzaken! Met de vol
gende dialoog starten we de
eerste brieven zijn al binnen:
dankl
De Inwoners van Milaan, de
rijkste en modernste stad van Italië,
zijn nog trotser op hun stad dan
voorheen. Reden: een unieke po
ging van het stadsbestuur om de
luchtvervuiling tegen te gaan, heeft
een geweldig resultaat opgeleverd.
De vervuiling van de lucht boven
Milaan is de afgelopen winter met
maar liefst veertig procent vermin
derd.
Begin vorig jaar startten de ge
meente-autoriteiten hun actie. Hun
eerste doel was de rook van de
met petroleum gestookte verwar
mingsinstallaties van flatgebouwen.
De eigenaars van achttienduizend
van dergelijke installaties kregen
vorig jaar opdracht, voor de winter
op olio over te schakelen. Tot
dusver is dat In twaalfduizend ge
vallen gebeurd en de overige zul
len spoedig volgen.
Verder zijn strenge voorschriften
vastgesteld tegen luchtverontreini
ging door industrieën. Gevolg is
dat fabrieken zich uit de stad be
ginnen terug te trekken. De in-
dustrieëlen omzeilen hiermee niet
alleen dat zij dure voorzieningen
tegen luchtvervuiling moeten aan
brengen, maar zij boeken tevens
grote winst door hun kostbare
gronden in de stad te verkopen.
Onlangs is ook een campagne
begonnen tegen de uitlaatgassen
van auto's. Overal In Milaan zijn
centra opgericht om het gehalte
koolmonoxide in de uitlaatgassen
te controleren.
De Milanezen gaan niet alleen
prat op hun schoner wordende
stad, ze zi|n zelf waarschijnlijk het
meest gebaat bij de acties.
tuur der Moren het Cordavaleer
in zwang. Het bestond uit fijne
schape-, geite- of kalfsvellen, die
gelooid en gepolijst werden, daar
na voorzien van een laag bladzilver
en overtrokken met goudlak. Aan
de achterzijde perste men met een
houten of ijzeren vorm een patroon
in het vel, vaak het wapen van
edellieden zodat dit in reliëf aan
de verzilverde kant verscheen.
Dit kostelijke goudleer vond zijn
weg naar de Nederlanden. De
goudlederfabricage kwam hier In
de zeventiende eeuw tot grote
bloei. In Amsterdam had Hans Ie
Maire 120 arbeiders in dienst, hij
kocht zeventienduizend Franse
kalfsvellen per jaar en bestelde bij
de goudslager vierentwintigduizend
blad geslagen zilver per week.
Een ander vorm van wandbekle
ding kwam uit de weefkunst voort.
Matten, kleden, later het gobelin
met allegorische of mythologische
voorstellinge.i. waaraan de familie
Gobelin te Parijs in de vijftiende
eeuw haar naam gaf. Gobelins
kwamen alleen In de huizen der
rijken voor de wol was kostbaar
en men was jaren bezig aan de
vervaardiging van één wandkleed.
De muren werden ook wel be
spannen met linnen, dat werd be
schilderd met allerlei lieflijke tafe
relen.
Al die vormen van wandbekle
ding werden in latere jaren nage
bootst. De Japanners Imiteerden
het goudleer met goudpapier, dat ze
een leerachtig uiterlijk gaven; het
werd met de hand beschilderd en
wel vlak bij water om te voorko
men dat er stof op kwam. Oudere
lezers zullen zich dat leerpapier,
dat een zekere stootvastheid bezat,
zeker nog herinneren.
Papier werd pas in de zestiende
eeuw een volksartikel, Het werd
met de hand geschept in vellen
van 50 x 60 cm. Die vellen plakten
de beroemde graveurs Papilion, die
oorspronkelijk zijde bedrukten, aan
elkaar, drukten met zuiver gesne
den houten blokken motieven op
het papier die dan met de hand
werden Ingekleurd.
Men denke niet licht over die
feitelijke geboorte van het behang.
Paplllon ontwierp de dessins, gra
veerde de patronen in de blokken,
hij bedrukte het papier, kleurde de
ornamenten in en verkocht zijn
produkt persoonlijk om daarna
het behang ook nog eigenhandig
op de muren te plakken.
Het waren panoramabehangseis,
die ook nu nog op geschept papier
worden gemaakt. In de zeventiende
eeuw vervaardigde men in Enge
land flock-paper, het behang dat
wij nu flockprint noemen. De kwali
teit van het papier werd steeds
verbeterd. Machines in de papier
fabriek kregen de naam „Hollan
der".
De behangselindustrie telt in ons
land vier fabrieken die houthou
dend en houtvezelpapier verwerken
in verschillende tinten. Het goed
kope papiertje dat onze grootou
ders bij elke schoonmaak op de
muren plakten zij konden de
dure vormen van wandbekleding
niet bekostigen heeft plaats ge
maakt voor een scala van moge
lijkheden. Panoramabehangsel is er
nog steeds en ook het velouté-
behang.
Licht en lucht traden de huiska
mer binnen en daarmee ging men
de functie van de wand zien als
reflector. Na het effen crème en
effen wit kwamen de kleine bloe
metjes op het behang waar je ture
luurs van werd als je er b.v. tij
dens ziekte; heel lang naar keek.
Er is nu een duidelijk evenwicht
tussen een aantal dessins.
Oude damastmotieven worden
vaak in flats gevraagd en zijn
maar u moet niet zuinig willen knip
pen heel goed zelf te behangen.
Er zijn Scandinavische geometri
sche blokmotieven. Streepdessins
nemen enorm toe door de gering
hoogte van de kamers. Strepen
worden dan in de lengte verwerkt
om de kamer een hoger anzien te
geven. Er zit een zekere golfbewe
ging in de smaak, elke negen jaar
komt zo'n golf weer terug. Onder
invloed van de hippe jeugd worden
oude motieven bedrukt in moderne
krachtige kleuren, zodat een Kasj
mierachtig effect ontstaat. Damast
dessins krijgen een nieuw leven in
hippe kleuren. Behang ondergaat
de invloed van de beeldende
kunst; dat zet zich door in onze
wooncultuur.
Om aan de vraag naar „prak
tisch" te voldoen, maakt men nu
een vlnylbekleding op papierbasis,
"t Is llchtecht, afboenbaar, stoot
vast en desinfecteerbaar, u kunt
het gerust met ammoniak te lijf
gaan. Lippenstift, verf, krijt,
schoensmeervlekken kunnen met
terpentine worden verwijderd. Uit
een rol (van f 13) gaan drie banen.
Gebruik pastaplaksel. Het la ook
een prettig achterwandje voor de
box, de commode, achter de was
tafel, voor trappenhuizen. Plak het
dan horizontaal.
Een nieuwe ontwikkeling is ook
suwide, een vinyllaag op textielrug
dat voldoet als lambrizering voor
trap en gang. Het wordt toegepast
in ziekenhuizen, kantoren, hotels,
in keukens en badkamers Een
deur met suwide beplakt blijft jaren
mooi, is goed te reinigen. Een deur
aan beide kanten beplakt kost on
geveer 35.
Een handigerd doet het zelf. Er
zijn drie manieren waarop u 't kar
wei kunt klaren, even informeren in
doe-het-zelf- of behangzaak. Er is
somvyl, geluidsabsorberend en
warmte-lsolerend behang bij bui
tenmuren, keukens, badkamers, be
jaardentehuizen. Dit behang rekt
mee en kan dus prima op scheu
rende wanden geplakt worden, 't
Heeft een grote stootvastheid en
kan met zeep schoon geboend
worden en geplakt op hardboard.
Het gevoel voor „oude dingen"
komt weer boven. De grasweefsels
uit Japan gaan erin als koek.
Er zijn varianten met gespleten
bamboe en riet. Het is niet licht-
echt, maar zo'n naturelkleur kan
ook z'n charme hebben. Men plakt
het veelal boven een schoorsteen
als vervanger voor de worteldoek:
één wand in een kamer die een
apart accent krijgt, doet het ook
goed met zo'n grasweefsel (lever
baar in blokken van 30 x 30 en 45
x45 cm)
Met rollywood krijgt een muur
een houtachtig aanzien. Hebt u
roetdoorslag of doorslaand vocht,
beplak de muren dan eerst met
loodfolie met de loodkant op de
muur, de rugzijde fungeert als
grondpapier Het echte stootwerk
is met enige handigheid aan te le
ren.
Nu is er ook snel-behang met
een voorgelijmde rug, die met een
natte spons wordt aangedrukt. Zij
degallon, baget, behangkoord is
Deze behangwetenswaardighJ
deden we op bij Rath en Do|
heefver, en 't is maar een t
van wat we hoordenl Wilt u u
breider geïnformeerd zijn:
vrouwenverenigingen is een f"
een spreker beschikbaar, kostal
BIJLAGE VAI
HET KWARTE
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Cour
Nieuwe Leidse Cour
Dordts DagbJad
Communicatie..», een modewoord. We hebben er de mond vol van. In de
zin van de letterlijke vertaling: met elkaar in verbinding staan, gemeenschappe
lijk aan iets werken. Maar waar blijft dat woord, als radio en televisie ,,de mo
derne communicatiemiddelen" worden genoemd? Goed, er mogen hier en daar
eens gesprekken worden gevoerd, zgn. „deskundigen" mogen elkaar stellingen
betwisten en de „gewone man" mag eens bij Willem Duys in de Vuist,
tige quizprogramma's of bij rondvragen op straat, dan wel in gerichte kijl
luisterprogramma s aan het woord komen, maar er is natuurlijk geen sprake
dat een volk van elf miljoen zielen werkelijk „communiceert" via radio en t
visie.
Radio en televisie bewegen
zich door de banlk heen volko
men enkelsporig, zelfs wanneer
er gasten in de studio zijn.
Want die zijn er uitsluitend om
dat zij passen in het program
ma dat vanwege de omroep in
elkaar is gezet
Vanwege de omroep... dat be
tekent in Nederland van een
bepaalde hoek uit, in een pro
gramma, dat volgens principes
is voorbereid. Ook hier dus een
symptoom van erikelspoor.
Hiermee willen wij r.iets afdoen
aan de autonomie van de om
roepen: Nederland kent en er
kent zijn afgebakende terreinen
op het gebied van levensbe
schouwing en politieke kleur en
dat weerspiegelt zich in het
daarop steunende omroepbestel.
Gelukkig is er ook een woor
denboek. dat het woord „com
municatie" definieert als „me
dedeling" naast de al genoemde
vertalingen. Dat geeft moed,
want nu komen we op steviger
grond.
In feite delen radio en, tele-
visie mede. Zij verzamelen
amusement, cultuur, actualitei
ten en wat dies meer zij, en
delen dat mee aan luisteraar en
kijker. Die op zijn beurt is vol
komen vrij dat te aanvaarden
of niet
Toch zijn de omroepen, die
zich met dat „meedelen" bezig
houden, niet tevreden met die
kwalificatie. Zij roepen om
beurten en als de gelegenheid
daar is, gezamenlijk, dat zij wél
willen /communiceren" in de
zin van gemeenschappelijk-
doen. Zij willen zelfs „inspraak
van het publiek" toelaten.
Maar... hoe is dat te verwezen
lijken?
Goed, er kan geluisterd wor-
Perikel van
radio en tv
door
Phé Wijnbeek
den naar kritiek op program
ma's, afkomstig van critici zo
wel als van luisteraars/kijkers,
die de omroep schrijven of bel
len. Maar wat maakt de stem
van twintig of honderd mensen
uit op een miljoenenpubliek?
Sommige omroepen hebben
afdelingen of districten in het
land, die van tijd tot tijd verga
deren en dan hun afgevaardig
den met op- en aanmerkingen
naar de jaarvergadering zenden.
Maar ook dan: zoveel hoofden,
zoveel zinnen... en is dat dan
werkelijk „inspraak" in het
verenigings- dan wel het pro
grammabeleid? -
Neen, natuurlijk niet. Ooit is
het voorgekomen, dat de Ver
enigingsraad van de VARA de
toenmalige quiz van Theo Eerd-
mans van Ned. 2 naar Ned. 1
dwong. Dat gebeurde in de tijd
dat driekwart Nederland 2
nog niet kon ontvangen. Die ge
beurtenis kwam met grote kop
pen in de krant en is nu klas
siek geworden in het Hilver-
sumse.
Eén eenzaam voorbeeld van
„inspraak". Het merkwaardige
is, dat in feite ontevredenen
nooit tezamen optrekken en
„iets eisen" van hun omroep.
Neen, men zegt als het al te
hoog loopt privé zijn lidmaat-
»!itic
tnde
Ifve
igk
schap op. Daarmee wordt
omroep dan „gestraft".
Een ander feit, waarl
eigenlijk te veel is voorbij Dez
gaan, is de oprichting van
omroep EO, door NCRV-le feri
die het niet langer eens wa ogir
met de tendens van de t daa:
grammering. Hier kon het, len
gens te grote verschillen in der!
vattingen, niet tot inspraak
men. Gevolg: een nieuwe ad
rant-omroep, maar toch g Insti
massale uittreding uit
NCRV. EO's meeste leden
van buiten af gekomen
blijkbaar voorziet de niet po
omroep dus in een behoefte.
Dat
Huisvrouw Concetta di Noia ver
telt: „De afgelopen jaren moest ik
per dag een duim zwart poeder
van mijn balkon verwijderen. Deze
winter hoefde det niet."
Voor taxichauffeur Carlo Bocco
betekende de campagne tegen het
roet, dat zijn ogen meer rust kre
gen. Tijdens de mistige dagen,
waarvan Milaan er vele heeft,
„was het zelfs rond het middaguur
bijna donker Deze winter is het
veel helderder geweest."
Milanese artsen melden een
merkbare daling in de kwalen aan
de luchtwegen, speciaal onder de
zeer jonge en zeer oude mensen.
Het is duidelijk, dat de campagne
deze Industrie- en handelsstad van
1,7 miljoen mensen veel leefbaar
der heeft gemaakt.
In de laatste tijd proberen eert
omroepen toch meer en meei aarc
komen tot „communicatie
luisteraars en kijkers", door m
bliek toe te laten bij actual! msl
tenprogramma's voor de cara irdo
en door telefoonprogramma's
de radio. De mate van sue or
hiermee te behalen, zullen «te
volgende week bekijken.
et
VP
VI)
iela
Dr. H. M. Morris, Amerikaans hoogleraar in de waterbouwkunde, I»
een boekje geschreven waarin hij het evolutionisme bestrijdt en een
dooi voert voor die variëteit van het creationisme, die zich beroept op
„letterlijke juistheid van het door God geopenbaarde scheppingsverhaal
Genesis 1".
Het is meer een bewogen getuigenis dan een (populair-)wetenschap|Kje'
lijk opstel. De schrijver maakt onvoldoende onderscheid tussen begripp |S|(
als evolutie en evolutietheorie enerzijds kwesties van de vakweti (n
schap en het evolutionisme anderzijds, dat een filosofie is. Dat b
een bioloog als prof. Lever, het bestaan van evolutie erkennende, zl f
niettemin tegen het evolutionisme uitspreekt, wordt door Morris niet t yD
de orde gesteld. Lever wordt niet eens genoemd, hoewel de Amerikaa'
auteur in de inleiding van zijn werkje toch de schijn wekt precies te W
ten wat er aan de Vrije Universiteit gaande is, en terwijl hij toch zovt |aa|'
andere schrijvers citeert. aan
Morris' boek lijdt nog aan een ander euvel. Hij betreedt te veel terrt
nen: exegese (scheppingsverhaal, zondvloed en tal van eschatologiscl
Schriftgegevens), filosofie en sociologie (verband tussen evolutieleer t 10l;'
communisme, fascisme, kapitalisme, tot Hitler en Mussolini toe), fyslc '®n'
(evolutieleer in strijd met de beide hoofdwetten der thermodynamica), F
ologie en paleontologie (herkomst van fossielen) en kosmologie.
Moet de lezer nu aannemen dat hij op al deze terreinen betrouwba' ,en
voorlichting krijgt? De deskundigheid van dr Morris is toch niet gegar#
deerd door het feit dat de schrijver waterbouwkunde doceert.
W. F. STAFL0