s Ons land is rijp voor meer science-fiction Niet weer: We hebben het niet geweten Horizon wordt breder dessa 56ct! 7 Bij Bijenkorf directeur van 31 jaar Pas op rooi de leeuw Reactie van dr. K. L. Roskam op interview over Biafra: Haringwormziekte eist geen operatief ingrijpen DONDERDAG J9 JANUARI 1970 „Maanlanding hadden we vijf jaar geleden al beleefd" (Van een onzer verslaggevers HILVERSUM Het Neder lands klimaat, gewoonlijk al jan de druilerige kant, schijnt liet bepaalt bevorderlijk te zijn roor het lezen van science-fic- ion. Volgens onze geschiedenis- loekjes zijn we een vermetel 'olkje, maar we blijven wel raag met onze beide benen op le grond. Dat laatste verklaart nisschien het geringe aantal le ien van het Nederlandse Con- actcentrum voor Science-Fic- ion, een vereniging voor SF- ans die het leuk vinden met el- ;aar te discussiëren over hun lobby. De vereniging telt momenteel 150 iden en dat zijn er veel te weinig. Er ïoet meer en meer science-fiction rorden gelezen, zeggen de fans. In .meri'ka stond deze tak van litera- uur vijftig jaar geleden al volop in e belangstelling, zodat ook in ons md, waar volgens Heine alles 'n hal- e eeuw later gebeurt, de tijd rijp ïoet zijn. Wat voor soort mensen houdt van die duizelige avonturen vol robots, verre planeten, buitenaardse we zens en reizen in de tijd? „Het zijn mensen met 'n grote fantasie, die niet gauw zullen zeggen: onzin, dat kan niet. Het heeft niets met ont wikkeling te maken.' Onze leden vormen een doorsnee van de bevol king", zegt secretaris F. Schoonho ven (33). ïick Hij is journalist bij de Gooi- en Semlander en vindt in z'n spaarzame rije uren nog voldoende tijd om de and tussen de SF-fans te versterken n zich aan z'n hobby te wijden. „On- leden hebben 'n grote interesse oor de onbeperkte mogelijkheden lie de toekomst in petto heeft. Ze trijgen bij het lezen van science-fic- ion een thrill, 'n kick". „De mensen denken vaak dat het ezen van science-fiction een vlucht lit de werkelijkheid is, maar niets is ninder waar. Wij houden met veel neer mogelijkheden rekening, onze antasie is onbeperkt, onze horizon >reder. De landing op de maan had- en we vijf jaar geleden al beleefd, oor ons was't niets nieuws meer". Niet iedereen zal het tézen van science-fiction even gemakkelijk vin den. Bij het doorbladeren van Hol- land-SF, het tijdschrift van de ver eniging, kwamen we ook een paar passages tegen, die voor de onervaren SF-lezer problemen zouden kunnen opleveren. Voor de echte liefhebber is het natuurlijk gesneden koek. zoals: Svvt tijdelijk voor M ,.De myriatiden waren zowel „indi vidueel" als als groep bestudeerd en ontleed en hadden, kybemetisch en zelfs biologisch gezien een grote ver wantschap vertoond met Aardse en uitgestorven Secundiaanse lagere die ren, waarvan decyriatide Swt tot de hoogste vormen behoorde, in sommige opzichten gelijkend op de insecten der Aarde. Vandaar ook de naam myriatiden. Svvt dacht na. Zijn dor sale centrale aurea gloeide dof". Bij het lezen van zo'n alinea hoeft men nog niet te denken, dat de lezers van science-fiction tot een exclusieve groep behoren. „De een vindt het technische ..aspect interessant en de ander wordt geboeid door het fantas- tisehe", aldus de heer Schoohhovèn. „We hebben 'n tijdje geléden een wedstrijd uitgeschreven voor het schrijven van SF-verhalen. Er waren maar liefst negentig inzendingen, waarvan de helft afkomstig was ran beroepsschrijvers en de rest van amateurs. Opvallend was het grote aantal huisvrouwen, dat 'n verhaal had ingezonden". Werkelijkheid Niet alle schrijvers van science-fic tion zijn Jules Vernes. Toch vinden vele fans het interessant na te gaan in hoeverre beschreven fantasieën nog eens werkelijkheid kunnen wor den. „Dat hangt in grote mate af van de overtuigende manier, waarop de schrijver z'n toekomstvisies heeft be schreven." Het Nederlands Contactcentrum voor Science-Fiction probeert meer vertaald werk op de markt te krij gen. Het aanbod uit Amerika en En geland is overweldigend groot, ge woon niet bij te houden, maar het aantal vertaalde exemplaren is ge ring. Ook probeert de vereniging werk van eigen bodem uitgegeven te krijgen. Alle SF-liefhebbers dienen dus lid te worden en hun meldingen zijn welkom bij het secretariaat van de vereniging, Wolvenlaan 11, Hilver sum. Het lidmaatschap kost een tien tje per jaar en 'n abonnement op Holland-SF is bij de contributie inbe grepen. Het blad geeft informatie over nieuwe films en boeken, bevat interessante artikelen, alsmede korte verhalen. De heer Schoonhoven vertelt dat er nieuwe plannen op stapel staan: bij eenkomsten en congressen. Van het laatste congres heelt hij 'n herinnering overgehouden, dat in de boekenkast (500 maal science-fiction) staat. Het is een glanzende vuurspu wende robot op wielen. „Made in Ja pan. We hebben voor dat congres 'n partij in een warenhuis gekocht". Ontslag 30 man ENSCHEDE Wegens een reorga nisatie heeft de NV Bandweverij- vlechterij Scholten en Van Heek in Enschede dertig werknemers ontslag aangezegd. Een gesprek over een af vloeiingsregeling is vandaag bespro ken. Enkele produktiesectoren moe ten worden afgesloten. Op 20 april worden vijf miljoen zilveren tientjes in omloop ge bracht ter gelegenheid van de bevrijding, 25 jaar geleden. De munt toont de beeldenaar van zowel koningin Wilhelmina als koningin Juliana. Op de foto: het ,flaan" van de muntstukken bij de Munt in Utrecht. (Vari onze correspondent AMSTERDAM De heer I. Sam- ren te Göteborg (Zweden) is be noemd tot algemeen directeur van NV Magazijn De Bijenkorf. In de eerstkomende algemene vergadering van aandeelhouders zal hij in die functie worden Voorgedragen als lid van de raad van bestuur. De heer Samren is thans 31 jaar. De jeugdige toekomstige Bijenkorf directeur heeft als marketing-des- ltundigc in Zweden een snelle car rière gemaakt, in het kader waarvan hij voor een Zweeds bedrijf ook eni ge jaren in Nederland werkzaam was. DALLAS De president van de Shell Oil Company, D. B. Kem- balI-Cook heeft gisteren meegedeeld, dat het nettoresultaat van zijn maatschappij, die deel uitmaakt van de Koninklijke Shell-groep, vorig jaar ten opzichte van 1968 met zeven procent is gedaald van 312 miljoen tot 291 miljoen dollar. Verzetje „Studentenverzet klapt dicht" luidde de stellige kop die het Algemeen Handelsblad vorige week aan een beschou wing over de Nederlandse stu dentenraad meegaf. Nog geen halve dag nadat de krant ver schenen was, drongen in het bestuurspaviljoen van de Tech nische Hogeschool Twente be zetters binnen (detail in de be richtgeving: met behulp van een schroevedraaier) om een andere regeling van de uitslui tingen af te dwingen. Op Drienerlo wordt veel werk gemaakt van de studiebegeleiding. Als studenten niet geschikt blijken voor de studie, acht men uitsluiting gerechtvaardigd. Strijdpunten: wel ke maatstaf wordt bij „niet ge schikt" aangelegd, welk medebe slissingsrecht hebben de studenten hierbij, enz. Er zijn jaren dat het regent van de waarschuwingen een schrikbewind, zeggen sommi gen. Maar als het croo aankomt, worden er eerder te weinig dan te veel mensen uitgesloten, menen an deren. Deze kwestie deed in Twente een verzet van studenten openklappen. Het bestuur van de TH was bereid ruimten voor discussies ter be schikking te stellen, maar niet een bepaalde zaal die de bezetters nu juist wel wilden gebruiken. Weer een halve dag later was het met de actie afgelopen. Rector Vlugter had de politie gewaarschuwd; de meeste bezetters verlieten vrijwillig het gebouw. Kreeg het (Handelsblad dus toch gelijk? Het verzetje op Drienerlo is niet geschikt om er algemene con clusies aan te verbinden. De cam pushogeschool vormt in vele op zichten een universitair buiten beentje en het was ook maar een klein groepje studenten dat aan de uitsluitingsregeling een actie wilde ophangen. Kenners van de verhou dingen tér plaatse zeiden meteen dat het hun zou verbazen als dit zou uitgroeien tot eên grote contes- tattie. Politiseren De suggestie dat in het algemeen het studentenverzet zijn tijd wel gehad zou hebben, is hiermee niet bestreden, maar evenmin overgeno men. Ik verwonder me alleen over de beslistheid van de uitspraak dat de zaak dichtklapt. Het kan zijn dat het Handelsblad gelijk heeft wanneer het zegt dat de studenten oppositie in het slop zit maar we zien ook dat juist nu haar ideeën doordringen tot andere onderwijs sectoren. De nieuwe generaties studenten Garagehouder Jan Senden uit Amstenrade bezit tot genoegen van zijn klanten een acht maan den oude leeuw. Vrees voor over vallers kent de heer Senden niet... JN onze bladen van 14 januari plaatsten wij een interview met de VU- hoogleraar mevrouw prof. dr. B. '.Siertsema over de kwestie-Èiafra. Naar aanleiding daarvan zond dr. K. L. Roskam te Leiden, lid van het bestuur van de Partij van de Arbeid, medewerker van de VARA en Vrij Nederland en redacteur ,van de Kroniek van Afrika, ons de vol gende beschouwing: Biafra heeft de laatste tijd op meer sym pathie kunnen rekenen dan ooit. De berichten (en vooral de beelden) over de honger en de bombardementen toonden dan ook duidelijk aan dat de Biafranen daar recht op hadden. En gelukkig was het niet alleen maar de sym pathie voor de underdog, maar ook de sym pathie voor een rechtvaardige zaak. Want wie alleen maar ontroering en sym pathie kon opbrengen voor de Biafraanse un derdog, gelooft nu weer graag alle fraaie opti mistische berichten uit Nigeria, dat het met de honger wel meevalt. Hij wil de benauwende beelden en berichten van de laatste weken gauw weer vergeten. Maar wie sympathie heeft voor een recht vaardige zaak, weet dat de honger en de ellen de niet verdwenen zijn met de capitulatie van het Biafraanse leger en de formele opheffing van de staal Biafra. Het blijft nodig om aan dacht te besteden aan de oorzaken voor de afscheiding van Biafra, want die zijn nu met de inlijving binnen Nigeria verre van opgelost. Een oppervlakkig beschouwer hecht snel ge loof aan het Xigeriaanse standpunt dat een on afhankelijk Biafra nooit de oplossing had kun nen (en kan) zijn. Zo'n figuur is ook mevrouw prof. dr. B. Siertsema, uitvoerig aan het woord in de bladen van het Kwartet van 14 januari. Deze linguiste die na vijf jaar verblijf aan de universiteit van de Westnigeriaanse hoofdstad. Ibadan, het land omstreeks 1960 verliet, meent dat Ojoekwoe een „Hitier" is, een „satan" zelfs, die zijn mensen zo terroriseerde, dat zij „hun kerden naar zijn nederlaag". Uit deze hysterisch aandoende vergelijking blijkt dat mevrouw Siertsema wel verstand ttoge hebben van talen, maar kennelijk weinig benul heeft van de politieke geschiedenis en de 60ciaal-economisehe verhoudingen. De door haar gebruikte vergelijking is dermate zinloos, dat er verder geen woorden aan vuil gemaakt hoeven te worden de vergelijking typeert de schrijfster en de waarde van haar oordeel. superieur Maar toch zullen er wel lezers zijn. die uit haar verdere opmerkingen verkeerde conclusies zouden kunnen trekken. Met vertoon van een zekere autoriteit beweert mevrouw Siertsema, dat de Ibo's superieure mensen zijn die een groot aantal omwonende, „onaanzienlijke stam men" onderdrukten en uitbuitten. Op dit stramien voortbordurende komt zij (even oppervlakkig en generaliserend) tot de conclusie, dat een onafhankelijk Biafra niet mogelijk is. De werkelijke achtergrond is an ders. Mevrouw Siertsema wil niet inzien, dat de voormalige Oostnigerianen de nationale een heid altijd het krachtigst hebben bevorderd. Zij waren het die na de tweede staatsgreep in georganiseerde pogroms in Noord-Nigeria wer den vervolgd en in groten getale over de kling werden gejaagd en niet uit eigen schuld, zoals nogal eens gesteld wordt, omdat ze arro gant zouden zijn, nota bene (alsof op arrogantie de doodstraf toepasselijk is) Zij wil maar niet inzien dat het conservatie ve Noorden in de federatie overheersen wilde en Oost-Nigeria weg wilde drukken. Zij ne geert dat het de regering-Gowon was, die alles deed om een verzoening te saboteren, zoals die bereikt had kunnen worden door loyale uitvoe ring van de Aburi-overeenkomst van januari 1967. Zij gaat er aan voorbij, dqt de kwestie van de veiligheid de Oostnigerianen terecht bo ven alles ging. Zij negeert voorts dat (de lbo) Ojoekwoe de enige legitieme gouverneur in Nigeria was en dat hij vele vertegenwoordigers van de (ver wante) Oostnigeriaanse minderheden alle in spraak gaf. Zij gaat voorbij aan het feit, dat de Biafraanse regering herhaalde malen heeft voorgesteld dat via een referendum de mening van de minderheden zou worden gepeild een voorstel,'dat Lagos steeds heeft afgewezen. Maar het heeft weinig zin met mevrouw Siertsema hierover te discussiëren zij kent de achtergronden en oorzaken niet of wil ze niet kennen. „ongelukkig" Ik zou niet gereageerd hebben op het inter view met haar. als het niet zo ongelukkig kwam op een tijdstip, dat de lezers toch al in verwarring waren gebracht: er zou eigenlijk geen noodtoestand bestaan, de honger valt wel mee en de internationale waarnemers zien ook geen reden om verontrust te zijn. In alle toon aarden wordt dit bevestigd door gezaghebbers als Luns, Thanten Hiltermann. Werkelijke deskundigen als Middelkoop, Reynierse en Koppert komen nu niet meer aan bod. De waarnemers, die al eerder onbetrouw baar zijn gebleken (zij zagen geen tekenen van bombardementen in Oemoeahia, waar KRO- Brandpunt zelf midden in zat) zijn nu onze gewetensussers geworden. Onze verontrusting wordt weggenomen door het optimisme van Lagos en Londen op z'n minst toch partijdige bronnen. Het artikel over mevrouw Siertsema bevestigt uit allemaal. Maar hoe kunnen wij geloven dat er na 2Vi jaar hongerblokkade en oorlog, geen ellende meer zou zijn? Waar blijft onze achterdocht tegen officiële regeringsverklaringen? Biafra is als staat opgeheven, maar Biafra als volk dreigt om te komen. Ondanks alle verwarring zullen we niet weer kunnen zeg gen: we hebben het niet geweten, al zal mis schien ook mevrouw Siertsema zich daar later wel achter moeten verschuilen. weerwoord Op ons verzoek maakte mevrouw Siertsema hierbij nog de volgende aantekeningen: Het Kwartet verzocht mij „op dit tijdstip" om een interview (N.B.: niet andersom) over de wenselijkheid van een zelfstandig „Biafra" daar men uit eerdere publikaties en een tv- uitzending mijn in Nederland afwijkende mening hierover kende. Het spijt mij dat de heer Roskam alvorens termen als „hysterics", „zinloos", „oppervlak kig" e.d. te gebruiken, mij niet naar mijn bronnen en dokumentatie heeft gevraagd. dan zou hij waarde hebben gehecht aan mijn oordeel inplaats van te reageren op één van de twee door mij als typisch Nederlands ver melde manieren: "hij gelooft je niet en be gint te schelden" (Het Kwartet van 14 janua ri 1970). Mijn mening berust namelijk op betere infor matie en dokumentatie dan is verstrekt aan de meeste Nederlanders, voor wie er in al deze jaren bijvoorbeeld nooit zelfs maar een etnografisch kaartje van „Biafra" in de krant is verschenen (bij de tv hadden ze er niet eens een!). Dr. Roskam indentificeert dan ook ten onrech te vier verschillende zaken die voor een juis te kijk op het „Biafra"-probleem toch beslist onderscheiden moeten worden: 1) de nood- zaam van medische- en voedselhulp aan de bevolking; 2) de wenselijkheid van een zelf standig „Biafra"; 3) het belang van de Ibo's en 4) het belang van de niet-Ibo stammen in „Biafra". T.a.v. 1) kan dr. Roskam gerust zijn: ook ik ben hier 1Q0 procent voor, zoals een goed lezer ook opmaakt uit het verslag van het inter-, view. Wat de rest betreft: het stuk van dr. Roskam bevat te veel hele of gedeeltelijke onjuistheden om erop ln te gaan; bovendien weet hij niet hoe hij met iemand met een andere mening over deze zaak moet spreken. Ik volsta daarom met hem te verwijzen naar de uitvoerige reportage van de landbouw- -specialist en Afrikakenner B. J. Onderwater, die sinds 1962 in Nigeria heeft gewoond op - verschillende plaatsen, ook in de binnen landen: „Biafra-Oorlog Schuld van Ibo's" („Het Stadsblad", Utrecht, 14 jan. 1970). Hieruit haal ik één zin aan: „Vraag: wat is er de oorzaak van, dat het beeld dat menig een in Nederland zich van de botsing tussen centraal gezag en rebellerende Ibo's vormde, veel meer door gevoelsoverwegingen dan door kennis van de feitelijke toedracht werd opgebouwd?" Ik heb wel eens het gerucht gehoord dat die oorzaak mede ligt in Biaf- ra's eigen Europese publiciteitsbureau, het door de romanschrijver Cyprian Ekwensi ge leide „Markpress" in Genève, waarin de mil- jonairszoon Ojoekwoe zeer veel geld zou heb ben gestoken. Dit is een ongeverifieerd, maar hardnekkig gerucht. BERTHE SIERTSEMA door Ton Elias komen meer „gepolitiseerd", zoals dat heet, op de universiteit dan die van vroeger. Twee mogelijkheden: ze zijn daardoor meer ontvankelijk voor de verzetsfilosofie of ze krij gen er juist daardoor eerder genoeg van je weet het niet. Intussen wordt er gescandeerd: „Dit is het begin. Wij gaan door met de strijd'. Een andere grond van twijfel te genover het „dichtklappen" ligt in de verwachting dat er steeds meer moeilijkheden zullen ontstaan bij het opvangen van de groeiende stu dentenstroom. Denk aan de bereke ningen die zeggen dat de universi taire capaciteit in 1980 verdubbeld zou moeten zijn; niemand die zich daar echt druk over maakt. De overbelasting van de universiteiten kan een Jlinke bron van conflicten worden. Dit zou een onrust kunnen opleveren, die nauwelijks ideolo gisch bepaald is, maar die gemak kelijk onder een ideologische vlag kan gaan varen. Anderzijds moet erkend worden dat de ideologen van de oppositie hun revolutionair vakjargon opvoe ren tot zulk een barre rimram dat je je toch ook niet kunt voorstellen dat brede groepen daar op den duur achteraan zullen lopen. Wie na overweging, van een en ander voorspellingen durft te uiten, moet het niet laten; maar bovengete- kende doet niet mee. reikt: na jaren worden zelfs kriti- serc leraren erdoor ingekapseld. Enquête Orde De Kritiese Leraren zijn tot nu toe beter verstaanbaar dan de radi cale studenten die zwelgen in hun opgeblazen termen. In Amsterdam heeft zich een werkgroep „Orde probleem, gevormd, die kort en duidelijk verklaart dat ordeversto ring van lessen verwelkomd moet worden als zinvolle onderwfjskri- tiek. Een communiqué noemt wel als probleem: „Hoe overleef je het als docent? Hoe zet je het om in kritische bewustwording?" Bij een uitwisseling van ervarin gen grpeide op de eerste vergade ring de mening dat een goede le raar eigenlijk geen orde zou mogen hebben, want dan houdt hij veran deringen tegen. Zo bezien zitten do centen die nu niet krachtig genoeg heten, helemaal niet fout, maar juist goed. Men blijft zich in de zaak verdie pen. Voor leerlingen zijn „vreemd soortige acties" gesuggereerd: een achteruitkijkspiegel aan het bord of een geiuidsvolumemeter die bij een bepaald aantal decibels in rode let ters STRAF laat oplichten. Het zijn tenminste aardige ideeën maar misschien ben ik bij dit oordeel rc- pressief-tolerant vooringenomen. Die acheruitkijkspiegcl is in '1965 al als tekening in het Mededelin genblad van O, K en VV. vcVschcnen. Het ministerie had de prent over genomen uit „Tussen de Rails". Nou ziet u zelf eens hoe ver de invloed van het establishment Voor leerzame lectuur moet men niet alleen bij de contestanten zijn. De overheid levert ook lezenswaar dige stukken; als wat er wél' in staat niet interessant is, dan toch wat er niet in staat Staatssecretaris Grosheide heeft geantwoord op vragen uit de Ka mer over de papierlawine die het onderwijs te verwerken krijgt. Het ging o.a. over de enquête die een tijdje terug in deze krant beschre ven is: voor de inventarisatie van mavoscholen moest een formulier met 68 inlegvellen in viervoud wor den ingevuld. Een gewichtig docu ment: 1,3 kg zwaar. In Grosheides antwoord staat te lezen dat men zich kan afvragen of in de formu lieren niet minder details gevraagd hadden kunnen worden. Zodra men echter minder in details treedt, ont staat de moeilijkheid waarde grens te leggen, meent de staatssecretaris. Kom nou. Niemand kan ons aan praten dat er in het onderwijs of in de Staat der Nederlanden iets mis zou gaan als O en W niet van de scholen hoorde hoeveel kurken ze hebben en hoeveel lakmoespapier blauw én lakmoespapier rood, hoe het mét hun vlierpitbolletjes staat en met de inwendige organen van hun slangmodellen. Wat zou zo'n ministerie niet aan vertrouwen winnen als het eens openlijk durfde te zeggen: we zijn met die enquête eigenlijk iets knettergeks begonnen, maar de volgende «keer kijken we heus beter uit. Maar nee: ,;men kan zich afvra gen".;. En verder... ..signaleerde regeringscommissa ris Posthumus die een inleiding hield voor de Tilburgse afgestu deerden (die benaming „afgestu deerden" kan tegenwoordig eigen lijk niet meer gebruikt worden) het overmatig gebruik van de termen „democratisering" en „projecton derwijs" die men als een soort Haarlemmerolie voor alle onder- wliskwalen schijnt te zien. Dr. Nelissen, die kortgeleden in Tilburg 'promoveerde op de sociale .ecologie, wijdde er deze stelling aan: „iHet risico moet worden ver meden dat het projectonderwijs als middel tot het voorkomen van vak idiotisme voert tot projectidiotis- Proefschrift dr. E. J. Ruitenberg (Van een onzer verslaggevers) UTRECHT De heer E. J. Ruitenberg (32) van het rijks instituut voor de volksgezond heid te Utrecht is vanmiddag al daar op een proefschrift over de haringworm gepromoveerd tot doctor in de diergeneeskunde. 1 Aan de hand van eigen onderzoe kingen kwam hij tot enige nieuwe stellingen, die overigens uitsluitend wetenschappelijke waarde hebben. Zoals bekend is de haring dankzij maatregelen in 1968 en 1969 van het Produktschap voor vis en visproduk- ten een absoluut veilig produkt. Als voorschrift geldt dat de haring gedu rende 10 dagen zwaar gezouten moet worden opgeslagen of gedurende 24 uur moet worden ingevroren bij een temperatuur van 20 graden onder nul. Dr. Ruitenberg heeft deze methode ook onderzocht en vastgesteld dat de ze behandeling de haring volkomen veilig maakt voor menselijke con- j sumptie. Het bleek echter niet moge- I lijk een bestralingsmethode te vinden die de larve in de haring onschadelijk maakt. In het proefschrift komt ook dr. j Ruitenberg tot de conclusie dat iemand die het slachtoffer is gewor- I den van een haringworm niet geope- I reerd hoeft te worden. Een behande ling met pijnstillende middelen is voldoende omdat de larve in het darmkanaal altijd sterft. Aan de hand van een bloedonderzoek kan in het laboratorium onmiddellijk wor den vastgesteld of een patiënt aan haringworm lijdt. De praktijk is echter anders. Dr. J. Huisman van de GG en GD van Rot terdam gaf als commentaar: „Een pa tiënt die ernstige buikpijn heeft moet geholpen worden. De arts kan ontste king aan het darmkanaal constateren, maar hij weet niet wat de oorzaak is. Het kan bijvoorbeeld een blinde darmontsteking zijn. Eerst bloed op sturen naar Utrecht duurt te lang. Een chirurg zal het risico niet ne men en toch opereren. Achteraf kan dan blijken dat de patiënt aan ani- sakiasis leed en een operatie dus niet nodig was geweest. Dat is theo rie, de prakjijk noopt de chirurg tot ingrijpen Het proefschrift gaat niet in op de vraag waar de larve vandaan komt. Ter zijde wordt slechts aangevoerd dat de larve in de haring komt via geïnfecteerd plankton dat de haring eet, maar dit onderwerp is niet be studeerd. Dr. Ruitenberg constateert ten slot te dat de Noordzeeharing veel meer haringworm bevat dan haring uit de Ierse Zee, waar de Nederlandse sche pen tegenwoordig vaak de netten uit gooien.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1970 | | pagina 7