s
Ons land is rijp voor
meer science-fiction
Niet weer: We hebben het niet geweten
Horizon wordt breder
dessa
56ct! 7
Bij Bijenkorf
directeur
van 31 jaar
Pas op rooi
de leeuw
Reactie van dr. K. L. Roskam op interview over Biafra:
Haringwormziekte eist
geen operatief ingrijpen
DONDERDAG J9 JANUARI 1970
„Maanlanding
hadden we
vijf jaar
geleden
al beleefd"
(Van een onzer verslaggevers
HILVERSUM Het Neder
lands klimaat, gewoonlijk al
jan de druilerige kant, schijnt
liet bepaalt bevorderlijk te zijn
roor het lezen van science-fic-
ion. Volgens onze geschiedenis-
loekjes zijn we een vermetel
'olkje, maar we blijven wel
raag met onze beide benen op
le grond. Dat laatste verklaart
nisschien het geringe aantal le
ien van het Nederlandse Con-
actcentrum voor Science-Fic-
ion, een vereniging voor SF-
ans die het leuk vinden met el-
;aar te discussiëren over hun
lobby.
De vereniging telt momenteel 150
iden en dat zijn er veel te weinig. Er
ïoet meer en meer science-fiction
rorden gelezen, zeggen de fans. In
.meri'ka stond deze tak van litera-
uur vijftig jaar geleden al volop in
e belangstelling, zodat ook in ons
md, waar volgens Heine alles 'n hal-
e eeuw later gebeurt, de tijd rijp
ïoet zijn.
Wat voor soort mensen houdt van
die duizelige avonturen vol robots,
verre planeten, buitenaardse we
zens en reizen in de tijd? „Het zijn
mensen met 'n grote fantasie, die
niet gauw zullen zeggen: onzin, dat
kan niet. Het heeft niets met ont
wikkeling te maken.' Onze leden
vormen een doorsnee van de bevol
king", zegt secretaris F. Schoonho
ven (33).
ïick
Hij is journalist bij de Gooi- en
Semlander en vindt in z'n spaarzame
rije uren nog voldoende tijd om de
and tussen de SF-fans te versterken
n zich aan z'n hobby te wijden. „On-
leden hebben 'n grote interesse
oor de onbeperkte mogelijkheden
lie de toekomst in petto heeft. Ze
trijgen bij het lezen van science-fic-
ion een thrill, 'n kick".
„De mensen denken vaak dat het
ezen van science-fiction een vlucht
lit de werkelijkheid is, maar niets is
ninder waar. Wij houden met veel
neer mogelijkheden rekening, onze
antasie is onbeperkt, onze horizon
>reder. De landing op de maan had-
en we vijf jaar geleden al beleefd,
oor ons was't niets nieuws meer".
Niet iedereen zal het tézen van
science-fiction even gemakkelijk vin
den. Bij het doorbladeren van Hol-
land-SF, het tijdschrift van de ver
eniging, kwamen we ook een paar
passages tegen, die voor de onervaren
SF-lezer problemen zouden kunnen
opleveren. Voor de echte liefhebber is
het natuurlijk gesneden koek. zoals:
Svvt
tijdelijk voor M
,.De myriatiden waren zowel „indi
vidueel" als als groep bestudeerd en
ontleed en hadden, kybemetisch en
zelfs biologisch gezien een grote ver
wantschap vertoond met Aardse en
uitgestorven Secundiaanse lagere die
ren, waarvan decyriatide Swt tot de
hoogste vormen behoorde, in sommige
opzichten gelijkend op de insecten
der Aarde. Vandaar ook de naam
myriatiden. Svvt dacht na. Zijn dor
sale centrale aurea gloeide dof".
Bij het lezen van zo'n alinea hoeft
men nog niet te denken, dat de lezers
van science-fiction tot een exclusieve
groep behoren. „De een vindt het
technische ..aspect interessant en de
ander wordt geboeid door het fantas-
tisehe", aldus de heer Schoohhovèn.
„We hebben 'n tijdje geléden een
wedstrijd uitgeschreven voor het
schrijven van SF-verhalen. Er waren
maar liefst negentig inzendingen,
waarvan de helft afkomstig was ran
beroepsschrijvers en de rest van
amateurs. Opvallend was het grote
aantal huisvrouwen, dat 'n verhaal
had ingezonden".
Werkelijkheid
Niet alle schrijvers van science-fic
tion zijn Jules Vernes. Toch vinden
vele fans het interessant na te gaan
in hoeverre beschreven fantasieën
nog eens werkelijkheid kunnen wor
den. „Dat hangt in grote mate af van
de overtuigende manier, waarop de
schrijver z'n toekomstvisies heeft be
schreven."
Het Nederlands Contactcentrum
voor Science-Fiction probeert meer
vertaald werk op de markt te krij
gen. Het aanbod uit Amerika en En
geland is overweldigend groot, ge
woon niet bij te houden, maar het
aantal vertaalde exemplaren is ge
ring. Ook probeert de vereniging
werk van eigen bodem uitgegeven te
krijgen.
Alle SF-liefhebbers dienen dus lid
te worden en hun meldingen zijn
welkom bij het secretariaat van de
vereniging, Wolvenlaan 11, Hilver
sum. Het lidmaatschap kost een tien
tje per jaar en 'n abonnement op
Holland-SF is bij de contributie inbe
grepen. Het blad geeft informatie
over nieuwe films en boeken, bevat
interessante artikelen, alsmede korte
verhalen.
De heer Schoonhoven vertelt dat er
nieuwe plannen op stapel staan: bij
eenkomsten en congressen.
Van het laatste congres heelt hij 'n
herinnering overgehouden, dat in de
boekenkast (500 maal science-fiction)
staat. Het is een glanzende vuurspu
wende robot op wielen. „Made in Ja
pan. We hebben voor dat congres 'n
partij in een warenhuis gekocht".
Ontslag 30 man
ENSCHEDE Wegens een reorga
nisatie heeft de NV Bandweverij-
vlechterij Scholten en Van Heek in
Enschede dertig werknemers ontslag
aangezegd. Een gesprek over een af
vloeiingsregeling is vandaag bespro
ken. Enkele produktiesectoren moe
ten worden afgesloten.
Op 20 april worden vijf miljoen
zilveren tientjes in omloop ge
bracht ter gelegenheid van de
bevrijding, 25 jaar geleden. De
munt toont de beeldenaar van
zowel koningin Wilhelmina als
koningin Juliana. Op de foto: het
,flaan" van de muntstukken bij
de Munt in Utrecht.
(Vari onze correspondent
AMSTERDAM De heer I. Sam-
ren te Göteborg (Zweden) is be
noemd tot algemeen directeur van
NV Magazijn De Bijenkorf. In de
eerstkomende algemene vergadering
van aandeelhouders zal hij in die
functie worden Voorgedragen als lid
van de raad van bestuur.
De heer Samren is thans 31 jaar.
De jeugdige toekomstige Bijenkorf
directeur heeft als marketing-des-
ltundigc in Zweden een snelle car
rière gemaakt, in het kader waarvan
hij voor een Zweeds bedrijf ook eni
ge jaren in Nederland werkzaam
was.
DALLAS De president van de
Shell Oil Company, D. B. Kem-
balI-Cook heeft gisteren meegedeeld,
dat het nettoresultaat van zijn
maatschappij, die deel uitmaakt van
de Koninklijke Shell-groep, vorig
jaar ten opzichte van 1968 met zeven
procent is gedaald van 312 miljoen
tot 291 miljoen dollar.
Verzetje
„Studentenverzet klapt
dicht" luidde de stellige kop die
het Algemeen Handelsblad
vorige week aan een beschou
wing over de Nederlandse stu
dentenraad meegaf. Nog geen
halve dag nadat de krant ver
schenen was, drongen in het
bestuurspaviljoen van de Tech
nische Hogeschool Twente be
zetters binnen (detail in de be
richtgeving: met behulp van
een schroevedraaier) om een
andere regeling van de uitslui
tingen af te dwingen.
Op Drienerlo wordt veel werk
gemaakt van de studiebegeleiding.
Als studenten niet geschikt blijken
voor de studie, acht men uitsluiting
gerechtvaardigd. Strijdpunten: wel
ke maatstaf wordt bij „niet ge
schikt" aangelegd, welk medebe
slissingsrecht hebben de studenten
hierbij, enz. Er zijn jaren dat het
regent van de waarschuwingen
een schrikbewind, zeggen sommi
gen. Maar als het croo aankomt,
worden er eerder te weinig dan te
veel mensen uitgesloten, menen an
deren.
Deze kwestie deed in Twente een
verzet van studenten openklappen.
Het bestuur van de TH was bereid
ruimten voor discussies ter be
schikking te stellen, maar niet een
bepaalde zaal die de bezetters nu
juist wel wilden gebruiken. Weer
een halve dag later was het met de
actie afgelopen. Rector Vlugter had
de politie gewaarschuwd; de meeste
bezetters verlieten vrijwillig het
gebouw.
Kreeg het (Handelsblad dus toch
gelijk? Het verzetje op Drienerlo is
niet geschikt om er algemene con
clusies aan te verbinden. De cam
pushogeschool vormt in vele op
zichten een universitair buiten
beentje en het was ook maar een
klein groepje studenten dat aan de
uitsluitingsregeling een actie wilde
ophangen. Kenners van de verhou
dingen tér plaatse zeiden meteen
dat het hun zou verbazen als dit
zou uitgroeien tot eên grote contes-
tattie.
Politiseren
De suggestie dat in het algemeen
het studentenverzet zijn tijd wel
gehad zou hebben, is hiermee niet
bestreden, maar evenmin overgeno
men. Ik verwonder me alleen over
de beslistheid van de uitspraak dat
de zaak dichtklapt. Het kan zijn
dat het Handelsblad gelijk heeft
wanneer het zegt dat de studenten
oppositie in het slop zit maar we
zien ook dat juist nu haar ideeën
doordringen tot andere onderwijs
sectoren.
De nieuwe generaties studenten
Garagehouder Jan Senden uit
Amstenrade bezit tot genoegen
van zijn klanten een acht maan
den oude leeuw. Vrees voor over
vallers kent de heer Senden niet...
JN onze bladen van 14 januari plaatsten
wij een interview met de VU-
hoogleraar mevrouw prof. dr. B.
'.Siertsema over de kwestie-Èiafra. Naar
aanleiding daarvan zond dr. K. L. Roskam
te Leiden, lid van het bestuur van de
Partij van de Arbeid, medewerker van de
VARA en Vrij Nederland en redacteur
,van de Kroniek van Afrika, ons de vol
gende beschouwing:
Biafra heeft de laatste tijd op meer sym
pathie kunnen rekenen dan ooit. De berichten
(en vooral de beelden) over de honger en de
bombardementen toonden dan ook duidelijk
aan dat de Biafranen daar recht op hadden. En
gelukkig was het niet alleen maar de sym
pathie voor de underdog, maar ook de sym
pathie voor een rechtvaardige zaak.
Want wie alleen maar ontroering en sym
pathie kon opbrengen voor de Biafraanse un
derdog, gelooft nu weer graag alle fraaie opti
mistische berichten uit Nigeria, dat het met de
honger wel meevalt. Hij wil de benauwende
beelden en berichten van de laatste weken
gauw weer vergeten.
Maar wie sympathie heeft voor een recht
vaardige zaak, weet dat de honger en de ellen
de niet verdwenen zijn met de capitulatie van
het Biafraanse leger en de formele opheffing
van de staal Biafra. Het blijft nodig om aan
dacht te besteden aan de oorzaken voor de
afscheiding van Biafra, want die zijn nu met
de inlijving binnen Nigeria verre van opgelost.
Een oppervlakkig beschouwer hecht snel ge
loof aan het Xigeriaanse standpunt dat een on
afhankelijk Biafra nooit de oplossing had kun
nen (en kan) zijn. Zo'n figuur is ook mevrouw
prof. dr. B. Siertsema, uitvoerig aan het woord
in de bladen van het Kwartet van 14 januari.
Deze linguiste die na vijf jaar verblijf aan de
universiteit van de Westnigeriaanse hoofdstad.
Ibadan, het land omstreeks 1960 verliet, meent
dat Ojoekwoe een „Hitier" is, een „satan" zelfs,
die zijn mensen zo terroriseerde, dat zij „hun
kerden naar zijn nederlaag".
Uit deze hysterisch aandoende vergelijking
blijkt dat mevrouw Siertsema wel verstand
ttoge hebben van talen, maar kennelijk weinig
benul heeft van de politieke geschiedenis en de
60ciaal-economisehe verhoudingen. De door
haar gebruikte vergelijking is dermate zinloos,
dat er verder geen woorden aan vuil gemaakt
hoeven te worden de vergelijking typeert de
schrijfster en de waarde van haar oordeel.
superieur
Maar toch zullen er wel lezers zijn. die uit
haar verdere opmerkingen verkeerde conclusies
zouden kunnen trekken. Met vertoon van een
zekere autoriteit beweert mevrouw Siertsema,
dat de Ibo's superieure mensen zijn die een
groot aantal omwonende, „onaanzienlijke stam
men" onderdrukten en uitbuitten.
Op dit stramien voortbordurende komt zij
(even oppervlakkig en generaliserend) tot de
conclusie, dat een onafhankelijk Biafra niet
mogelijk is. De werkelijke achtergrond is an
ders.
Mevrouw Siertsema wil niet inzien, dat de
voormalige Oostnigerianen de nationale een
heid altijd het krachtigst hebben bevorderd. Zij
waren het die na de tweede staatsgreep in
georganiseerde pogroms in Noord-Nigeria wer
den vervolgd en in groten getale over de kling
werden gejaagd en niet uit eigen schuld,
zoals nogal eens gesteld wordt, omdat ze arro
gant zouden zijn, nota bene (alsof op arrogantie
de doodstraf toepasselijk is)
Zij wil maar niet inzien dat het conservatie
ve Noorden in de federatie overheersen wilde
en Oost-Nigeria weg wilde drukken. Zij ne
geert dat het de regering-Gowon was, die alles
deed om een verzoening te saboteren, zoals die
bereikt had kunnen worden door loyale uitvoe
ring van de Aburi-overeenkomst van januari
1967. Zij gaat er aan voorbij, dqt de kwestie
van de veiligheid de Oostnigerianen terecht bo
ven alles ging.
Zij negeert voorts dat (de lbo) Ojoekwoe de
enige legitieme gouverneur in Nigeria was en
dat hij vele vertegenwoordigers van de (ver
wante) Oostnigeriaanse minderheden alle in
spraak gaf. Zij gaat voorbij aan het feit, dat de
Biafraanse regering herhaalde malen heeft
voorgesteld dat via een referendum de mening
van de minderheden zou worden gepeild een
voorstel,'dat Lagos steeds heeft afgewezen.
Maar het heeft weinig zin met mevrouw
Siertsema hierover te discussiëren zij kent
de achtergronden en oorzaken niet of wil ze
niet kennen.
„ongelukkig"
Ik zou niet gereageerd hebben op het inter
view met haar. als het niet zo ongelukkig
kwam op een tijdstip, dat de lezers toch al in
verwarring waren gebracht: er zou eigenlijk
geen noodtoestand bestaan, de honger valt wel
mee en de internationale waarnemers zien ook
geen reden om verontrust te zijn. In alle toon
aarden wordt dit bevestigd door gezaghebbers
als Luns, Thanten Hiltermann.
Werkelijke deskundigen als Middelkoop,
Reynierse en Koppert komen nu niet meer aan
bod. De waarnemers, die al eerder onbetrouw
baar zijn gebleken (zij zagen geen tekenen van
bombardementen in Oemoeahia, waar KRO-
Brandpunt zelf midden in zat) zijn nu onze
gewetensussers geworden.
Onze verontrusting wordt weggenomen door
het optimisme van Lagos en Londen op z'n
minst toch partijdige bronnen. Het artikel over
mevrouw Siertsema bevestigt uit allemaal.
Maar hoe kunnen wij geloven dat er na 2Vi
jaar hongerblokkade en oorlog, geen ellende
meer zou zijn? Waar blijft onze achterdocht
tegen officiële regeringsverklaringen?
Biafra is als staat opgeheven, maar Biafra
als volk dreigt om te komen. Ondanks alle
verwarring zullen we niet weer kunnen zeg
gen: we hebben het niet geweten, al zal mis
schien ook mevrouw Siertsema zich daar later
wel achter moeten verschuilen.
weerwoord
Op ons verzoek maakte mevrouw Siertsema
hierbij nog de volgende aantekeningen:
Het Kwartet verzocht mij „op dit tijdstip" om
een interview (N.B.: niet andersom) over de
wenselijkheid van een zelfstandig „Biafra"
daar men uit eerdere publikaties en een tv-
uitzending mijn in Nederland afwijkende
mening hierover kende.
Het spijt mij dat de heer Roskam alvorens
termen als „hysterics", „zinloos", „oppervlak
kig" e.d. te gebruiken, mij niet naar mijn
bronnen en dokumentatie heeft gevraagd.
dan zou hij waarde hebben gehecht aan mijn
oordeel inplaats van te reageren op één van
de twee door mij als typisch Nederlands ver
melde manieren: "hij gelooft je niet en be
gint te schelden" (Het Kwartet van 14 janua
ri 1970).
Mijn mening berust namelijk op betere infor
matie en dokumentatie dan is verstrekt aan
de meeste Nederlanders, voor wie er in al
deze jaren bijvoorbeeld nooit zelfs maar een
etnografisch kaartje van „Biafra" in de krant
is verschenen (bij de tv hadden ze er niet
eens een!).
Dr. Roskam indentificeert dan ook ten onrech
te vier verschillende zaken die voor een juis
te kijk op het „Biafra"-probleem toch beslist
onderscheiden moeten worden: 1) de nood-
zaam van medische- en voedselhulp aan de
bevolking; 2) de wenselijkheid van een zelf
standig „Biafra"; 3) het belang van de Ibo's
en 4) het belang van de niet-Ibo stammen in
„Biafra".
T.a.v. 1) kan dr. Roskam gerust zijn: ook ik ben
hier 1Q0 procent voor, zoals een goed lezer
ook opmaakt uit het verslag van het inter-,
view. Wat de rest betreft: het stuk van dr.
Roskam bevat te veel hele of gedeeltelijke
onjuistheden om erop ln te gaan; bovendien
weet hij niet hoe hij met iemand met een
andere mening over deze zaak moet spreken.
Ik volsta daarom met hem te verwijzen naar
de uitvoerige reportage van de landbouw-
-specialist en Afrikakenner B. J. Onderwater,
die sinds 1962 in Nigeria heeft gewoond op
- verschillende plaatsen, ook in de binnen
landen: „Biafra-Oorlog Schuld van Ibo's"
(„Het Stadsblad", Utrecht, 14 jan. 1970).
Hieruit haal ik één zin aan: „Vraag: wat is
er de oorzaak van, dat het beeld dat menig
een in Nederland zich van de botsing tussen
centraal gezag en rebellerende Ibo's vormde,
veel meer door gevoelsoverwegingen dan
door kennis van de feitelijke toedracht werd
opgebouwd?" Ik heb wel eens het gerucht
gehoord dat die oorzaak mede ligt in Biaf-
ra's eigen Europese publiciteitsbureau, het
door de romanschrijver Cyprian Ekwensi ge
leide „Markpress" in Genève, waarin de mil-
jonairszoon Ojoekwoe zeer veel geld zou heb
ben gestoken. Dit is een ongeverifieerd, maar
hardnekkig gerucht.
BERTHE SIERTSEMA
door Ton Elias
komen meer „gepolitiseerd", zoals
dat heet, op de universiteit dan die
van vroeger. Twee mogelijkheden:
ze zijn daardoor meer ontvankelijk
voor de verzetsfilosofie of ze krij
gen er juist daardoor eerder genoeg
van je weet het niet. Intussen
wordt er gescandeerd: „Dit is het
begin. Wij gaan door met de
strijd'.
Een andere grond van twijfel te
genover het „dichtklappen" ligt in
de verwachting dat er steeds meer
moeilijkheden zullen ontstaan bij
het opvangen van de groeiende stu
dentenstroom. Denk aan de bereke
ningen die zeggen dat de universi
taire capaciteit in 1980 verdubbeld
zou moeten zijn; niemand die zich
daar echt druk over maakt. De
overbelasting van de universiteiten
kan een Jlinke bron van conflicten
worden. Dit zou een onrust kunnen
opleveren, die nauwelijks ideolo
gisch bepaald is, maar die gemak
kelijk onder een ideologische vlag
kan gaan varen.
Anderzijds moet erkend worden
dat de ideologen van de oppositie
hun revolutionair vakjargon opvoe
ren tot zulk een barre rimram dat
je je toch ook niet kunt voorstellen
dat brede groepen daar op den
duur achteraan zullen lopen. Wie
na overweging, van een en ander
voorspellingen durft te uiten, moet
het niet laten; maar bovengete-
kende doet niet mee.
reikt: na jaren worden zelfs kriti-
serc leraren erdoor ingekapseld.
Enquête
Orde
De Kritiese Leraren zijn tot nu
toe beter verstaanbaar dan de radi
cale studenten die zwelgen in hun
opgeblazen termen. In Amsterdam
heeft zich een werkgroep „Orde
probleem, gevormd, die kort en
duidelijk verklaart dat ordeversto
ring van lessen verwelkomd moet
worden als zinvolle onderwfjskri-
tiek. Een communiqué noemt wel
als probleem: „Hoe overleef je het
als docent? Hoe zet je het om in
kritische bewustwording?"
Bij een uitwisseling van ervarin
gen grpeide op de eerste vergade
ring de mening dat een goede le
raar eigenlijk geen orde zou mogen
hebben, want dan houdt hij veran
deringen tegen. Zo bezien zitten do
centen die nu niet krachtig genoeg
heten, helemaal niet fout, maar
juist goed.
Men blijft zich in de zaak verdie
pen. Voor leerlingen zijn „vreemd
soortige acties" gesuggereerd: een
achteruitkijkspiegel aan het bord of
een geiuidsvolumemeter die bij een
bepaald aantal decibels in rode let
ters STRAF laat oplichten. Het zijn
tenminste aardige ideeën maar
misschien ben ik bij dit oordeel rc-
pressief-tolerant vooringenomen.
Die acheruitkijkspiegcl is in '1965
al als tekening in het Mededelin
genblad van O, K en VV. vcVschcnen.
Het ministerie had de prent over
genomen uit „Tussen de Rails".
Nou ziet u zelf eens hoe ver de
invloed van het establishment
Voor leerzame lectuur moet men
niet alleen bij de contestanten zijn.
De overheid levert ook lezenswaar
dige stukken; als wat er wél' in
staat niet interessant is, dan toch
wat er niet in staat
Staatssecretaris Grosheide heeft
geantwoord op vragen uit de Ka
mer over de papierlawine die het
onderwijs te verwerken krijgt. Het
ging o.a. over de enquête die een
tijdje terug in deze krant beschre
ven is: voor de inventarisatie van
mavoscholen moest een formulier
met 68 inlegvellen in viervoud wor
den ingevuld. Een gewichtig docu
ment: 1,3 kg zwaar. In Grosheides
antwoord staat te lezen dat men
zich kan afvragen of in de formu
lieren niet minder details gevraagd
hadden kunnen worden. Zodra men
echter minder in details treedt, ont
staat de moeilijkheid waarde grens
te leggen, meent de staatssecretaris.
Kom nou. Niemand kan ons aan
praten dat er in het onderwijs of in
de Staat der Nederlanden iets mis
zou gaan als O en W niet van de
scholen hoorde hoeveel kurken ze
hebben en hoeveel lakmoespapier
blauw én lakmoespapier rood, hoe
het mét hun vlierpitbolletjes staat
en met de inwendige organen van
hun slangmodellen. Wat zou zo'n
ministerie niet aan vertrouwen
winnen als het eens openlijk durfde
te zeggen: we zijn met die enquête
eigenlijk iets knettergeks begonnen,
maar de volgende «keer kijken we
heus beter uit.
Maar nee: ,;men kan zich afvra
gen".;.
En verder...
..signaleerde regeringscommissa
ris Posthumus die een inleiding
hield voor de Tilburgse afgestu
deerden (die benaming „afgestu
deerden" kan tegenwoordig eigen
lijk niet meer gebruikt worden) het
overmatig gebruik van de termen
„democratisering" en „projecton
derwijs" die men als een soort
Haarlemmerolie voor alle onder-
wliskwalen schijnt te zien.
Dr. Nelissen, die kortgeleden in
Tilburg 'promoveerde op de sociale
.ecologie, wijdde er deze stelling
aan: „iHet risico moet worden ver
meden dat het projectonderwijs als
middel tot het voorkomen van vak
idiotisme voert tot projectidiotis-
Proefschrift dr. E. J. Ruitenberg
(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT De heer E. J.
Ruitenberg (32) van het rijks
instituut voor de volksgezond
heid te Utrecht is vanmiddag al
daar op een proefschrift over de
haringworm gepromoveerd tot
doctor in de diergeneeskunde. 1
Aan de hand van eigen onderzoe
kingen kwam hij tot enige nieuwe
stellingen, die overigens uitsluitend
wetenschappelijke waarde hebben.
Zoals bekend is de haring dankzij
maatregelen in 1968 en 1969 van het
Produktschap voor vis en visproduk-
ten een absoluut veilig produkt. Als
voorschrift geldt dat de haring gedu
rende 10 dagen zwaar gezouten moet
worden opgeslagen of gedurende 24
uur moet worden ingevroren bij een
temperatuur van 20 graden onder
nul.
Dr. Ruitenberg heeft deze methode
ook onderzocht en vastgesteld dat de
ze behandeling de haring volkomen
veilig maakt voor menselijke con-
j sumptie. Het bleek echter niet moge-
I lijk een bestralingsmethode te vinden
die de larve in de haring onschadelijk
maakt.
In het proefschrift komt ook dr.
j Ruitenberg tot de conclusie dat
iemand die het slachtoffer is gewor-
I den van een haringworm niet geope-
I reerd hoeft te worden. Een behande
ling met pijnstillende middelen is
voldoende omdat de larve in het
darmkanaal altijd sterft. Aan de
hand van een bloedonderzoek kan in
het laboratorium onmiddellijk wor
den vastgesteld of een patiënt aan
haringworm lijdt.
De praktijk is echter anders. Dr. J.
Huisman van de GG en GD van Rot
terdam gaf als commentaar: „Een pa
tiënt die ernstige buikpijn heeft moet
geholpen worden. De arts kan ontste
king aan het darmkanaal constateren,
maar hij weet niet wat de oorzaak is.
Het kan bijvoorbeeld een blinde
darmontsteking zijn. Eerst bloed op
sturen naar Utrecht duurt te lang.
Een chirurg zal het risico niet ne
men en toch opereren. Achteraf kan
dan blijken dat de patiënt aan ani-
sakiasis leed en een operatie dus
niet nodig was geweest. Dat is theo
rie, de prakjijk noopt de chirurg
tot ingrijpen
Het proefschrift gaat niet in op de
vraag waar de larve vandaan komt.
Ter zijde wordt slechts aangevoerd
dat de larve in de haring komt via
geïnfecteerd plankton dat de haring
eet, maar dit onderwerp is niet be
studeerd.
Dr. Ruitenberg constateert ten slot
te dat de Noordzeeharing veel meer
haringworm bevat dan haring uit de
Ierse Zee, waar de Nederlandse sche
pen tegenwoordig vaak de netten uit
gooien.