School is een bedrijf dat goed moet lopen Het zijn altijd de kerkmensen en aan het hoofd een lieve „zakenvrouw" Bananen- lekkernij Achterstand T\ dialoog „Ik ben mijn vader dankbaar dat hij mij gedwongen heeft naar de kweek te gaan. Ik kom uit een zakenfamilie, ben meer zakenvrouw dan onderwijzeres en ging met veel trammelant naar de kweek. Toen ik eenmaal als kwekeling voor de klas stond, dacht ik: ik wist niet dat het zó leuk was! Nu ben ik al bijna twaalf jaar hoofd van de Ds. van Haeringenschool in Rotterdam, die deze maand veertig jaar bestaat. De school is eigenlijk ook een grote zaak, een bedrijf dat goed moet lopen". Aan het woord is mejuffrouw T. I. Schipper, lieve vrouw in een huis vol bloemen in Oud-Beijerland. De Ds. van Haeringenschool is naar buiten gericht. De kinderen zijn ongelooflijk creatief. Het personeel doet er echter nog iets meer don olleen lesgeven! Ze bedenken allerlei leuke ge schenken voor koningin en prinsessen. Toen koning Olov in 1962 een bezoek bracht aon Rotterdam, schreven de kinderen van de Van Haeringenschool hem. De koning was zo onder de indruk van die stapel persoonlijke epistels, dat hij op zijn beurt een bedankbrief schreef aan „the headmaster". Toen de school 35 jaar bestond, nodigden de kinderen met mooi versierde brieven burgemeester Van Walsum en xijn vrouw uit het feest mee te maken. „En voor de gezellig heid de vader van onze juf frouw Hammer, die is ook bur gemeester. Als u nou komt, dan vragen we hem ook". Aldus geschiedde. Omdat de Noorse koning de kinderen zo'n aardige brief had geschreven, vroegen ze aan hun burgemeester of hij een brief aan koning Olav wil de geven ter gelegenheid van diens staatsiebezoek. Mevrouw Van Walsum beloofde dat. Op het staatsiebanket las zij de brieven van de kinderen voor. Koningin Juliana moest er hartelijk om lachen: „Komt u eens 'bij ons langs. Wij zullen u nog meer verwennen dan de burgemeester. U zult het wel druk hebben, maar laat u dan het land eens een dagje aan de kroonprins over". De brief ging vergezeld van een waarlijk ko ninklijk geschenk: een etsje van de stad Rotterdam. Op het gouden verjaar dagsfeest van onze koningin prijkte rechts op het bordes van paleis Soestdijk een heel grote Euromast, gevuld met ca deautjes. Deze mast hadden de kinderen van dé school onder leiding van het personeel zelf gemaakt. Natuurlijk defileerden ze mee in de stoet. Kinderen van de Van Haeringenschool zijn zelfs eens op bezoek ge weest in paleis Soestdijk, op de receptie bij het huwelijk van prinses Margriet met mr. Pieter van Vollenhoven. De kinderen hadden, heel de mocratisch, de afgevaardigden van hun klassen uitgekozen. Ze zongen versjes, zwaaiden met vlaggetjes en boden de prinses een model van de metro aan. „Koninklijke Hoogheid, wan neer u aan dit lintje trekt wordt het cadeau zichtbaar". Voorzichtig trok de bruid een stel zilveren botervlootjes te voorschijn. Zij was zichtbaar ingenomen met dit cadeau van haar kleine, ongedwongen gasten die allen een orane sjerp droegen en vrijmoedig informeerden „waar de Majesteit was?" „Die heeft het zo druk" antwoordde prin ses Margriet. Daarna verdwe nen de leerlingen naar een an- Banaan is licht verteerbaar en wordt behalve als taf elf ruit ook wel gestoofd of gebakken. Lek kernijen zijn: Bananenbootjes: Was vier ba nanen. snijd ze in de lengte doormidden met de schil. Haal het vruchtvlees uit de helften, wrijf dat fijn en besprenkel het met drie eetlepels apricot brandy. Wrijf een 'h pond aard beien (of uit blik) door dit mengsel en vul de lege schillen hiermee. Gameer de bootjes met aardbeien en slagroom. Zeer koud serveren. Banaan-split (zie foto): Doe wat kant-en-klare graansoort in een schaaltje (rice krispies, sugar frosted flakes of corn fla kes). Leg er in de lengte een halve banaan op. Voeg suiker, melk en vruchten van het sei zoen toe. Hierbij een glas vruch- tesap. wat brood en boter en een glas melk en u hebt een makkelijk en variabel ontbijt waarmee u de dag aan kunt! Koele bananenshake: Wrijf het vruchtvlees van vier bana nen fijn. Roer er twee eieren door. Roer vier glaasjes jenever door dit mengsel en tot slot an derhalve theelepel rozemarijn. Laat dit in de koelkast goed koud worden. Serveer de shake in feestelijke compote-glazen. Niet als voorgerecht, want deze mix stilt de eetlust. rijk dat elk kind kansen krijgt. Begaafde kleuters op de kleu terschool worden door de juf frouwen van de eerste en tweede klas bijgewerkt op dinsdag- en donderdagmorgen intelligente kinderen, die schoolrijp zijn, mogen dan met een naar de tweede klas! Mejuffrouw Schipper weet nog heel goed dat zij op een ouderwetse manier gedwongen werd stil te zitten. Zij is enthou siast over de speel-leerklas. „Ik ben het met mejuffrouw A. Vreugdenhil eens, dat deze bij de kleuterschool hoort." Haar kinderen hoeven niet te knoeien met kroontjespen en inkt, maar mogen met goede school-balpennen schrijven. Al~ leesmethode koos ze niet het voor deze tijd oubollige ,.aap-noot-mies", maar „Veilig leren lezen", moderne woorden met een filmpje erbij. In de tweede klas worden de super begaafde leerlingen er op haar school al uitgehaald. Zij krijgen gedifferentieerd rekenen, de knappen maken „de sommen der deftig vertrek waar ze ont haald werden op limonade en gebak. Mejuffrouw T. I. Schipper heeft leuke initiatieven. „Ik laat het personeel vrij en con troleer niet aanhoudend. Een flinke man wil toch zeker zijn geld niet verdienen met luilak ken?" Zij komt driemaal per jaar in alle klassen repetities geven en kent zodoende alle kinderen. Komt een ouder pra ten, dan kan ze meteen de resultaten laten zien. Zij is persoonlijk geïnteresseerd in el ke leerling. In klas 1 en 4 bij voorbeeld houdt ze de test van Luninig Prak. Zij vindt het enorm belang- Kinderen van de Ds. Van Haeringenschool in Rotterdam-Zuid bren1 gen het jarige schoolhoofd een zanghulde De leerlingen van de Ds. Van Haeringenschool hebben re gelmatig contact met de Koninklijke familie. Na het huwelijk van prin ses Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven werden ze op paleis Soestdijk ontvangen om het prin selijk paar een cadeau aan te bie den. onder de streep". Mejuffrouw Schipper is voorstandster van een vreemde taal leren in de vierde klas, Engels bijvoor beeld. „Dan zijn de kinderen er rijp voor, taalrijp en woordrijp, echt de leeftijd van het „dreu nen", de kapstok waaraan je veel ophangt". Mejuffrouw Schipper: „wij hebben ai half om half een speel-leerklas. Je moet er be gaafde leerkrachten voor heb ben, die individueel les kunnen geven. Ik heb een geweldig fijn team enthousiaste jonge mensen! Helaas zijn de klassen veel te groot. Het maximum aantal leerlingen per klas zou 25, 30 moeten zijn." Dat een schoolhoofd nog al tijd voor de klas staat, vindt dit vTouwelijk schoolhoofd uit den boze. Er blijven nog zoveel re presentatieve, organisatorische en administratieve taken over die zelfs de avonduren en de vakanties vaak opeisen. Zij is er glad voor, dat de werkende vrouw op zestigjarige leeftijd gepensioneerd wordt. Nog een wens: een apart lo kaal voor schilderen. Jammer genoeg is haar dat geweigerd. Haar eigen school is eivol hoe wel ernaast een BLO-school met lege lokalen staat. „Het is belangrijk initiatief te nemen, nieuwe methodes te durven gebruiken. En je moet de collega's meehebben. Ik heb zulke schatten" zegt het hoofd van de jubilerende school. Ze zegt het stralend, ondanks haar handicap: een slecht stel heu pen. Ze mag volstrekt niet staan en is officieel met ziekte verlof. Toch rijdt ze nog iedere dag van Oud-Beijerland naar Rotterdam-Zuid en houdt op haar kantoortje de touwtjes in handen. Een dag na dit interview belt ze me bezorgd op: „ik heb ei genlijk m'n mond een beetje voorbijgepraat. Wilt u me alstublieft niet te veel opheme len en de nadruk leggen op de school en het fijne personeel?" ZATERDAG I NOVEMBER 1969 DE LOTGEVALLEN VAN NICOLAAS NICKLEBY 15 Toen hij een man had gevonden om zijn koffer te dragen, was het pas zeven uur, en hij stapte dus langzaam voort, gevolgd door de drager. Zo kwam hij in de Turkenkop op Snow-IIill aan, en nadat hij de drager zijn loon gegeven en de koffer op het bureau in veiligheid gebracht had, be gaf hij zich naar de koffiekamer om de heer Squeers op tc zoeken. Hij vond deze geleerde heer aan het ontbijt. De drie jongens, die hij reeds gezien had, en twee andere, die er door een gelukkig toeval nog waren bijgekomen, zaten naast elkaar op een bank tegen de muur. Squeers had een kannetje koffie, een bord met geroosterd brood en een groot stuk koud vlees voor zich en was juist bezig voor het ontbijt van zijn kleine kwekelingen te zorgen. 'Dat zou voor twee stuivers melk zijn?' zei Squeers tegen de knecht, ter wijl hij in een grote blauwe pot keek, en deze schuin hield, om een beter overzicht te hebben van het vocht, dat erin zat. - "t Is voor twee stuivers, meneer!' antwoordde de knecht. - 'Wat is die melk in Londen dan toch duur!' merkte Squeers met een zucht op. 'Welnu, William! vul die pot dan verder met lauw water!' - 'Geheel vol, mijnheer?' vroeg de knecht^ 'dan zal de melk erin verdrinken.' - 'Bemoei je daar maar niet mee,' ant woordde Squeers. 'Heb je de drie boterhammen besteld?' - 'Zij zullen zo komen, mijnheer.' - 'Je hoeft je niet te haasten,' zei Squeers, 'wij hebben tijd genoeg. Leer je hartstochten betomen, kinderen, en hunkert niet naar eten.' Terwijl meneer Squeers deze zcdeles gaf, stak hij een groot stuk vlees in zijn mond en ontdekte Nicolaas, die even tevoren was bin nengekomen. 'Ga zitten, meneer Nickleby!' zei Squeers, 'wij zijn juist - aan het ontbijt, zoals u ziet.' Nicolaas zag wel niet, dat er iemand anders ontbeet dan de heer Squeers, maar hij boog toch met eerbied, en zette een zo vriendelijk mogelijk ge zicht. 'Aha! daar is onze water en melk, - nietwaar, William?' zei Squeers: 'Heel goed, vergeet nu zo meteen dc boterhammen niet.' Bij het woord boterhammen keken de vijf kleinen zeer begerig op en volgden de knecht met hun blikken, terwijl hij dc deur uitging. Intussen proefde meneer Squeers de melk. 'Hé!' zei hij, terwijl hij met zijn lippen smakte: 'wat is die melkvet! Denk aan de vele bedelaars en arme kinderen op straat, die blij zouden zijn als zij die melk hadden. De honger is een scherp zwaard, - nietwaar, meneer Nickleby?' - 'O ja, meneer Squeers!' zei Nickleby. - 'Als ik nu zeg num mer één' vervolgde meneer Squeers, terwijl hij de pot voor dc kinderen plaatste, 'dan mag diegene die het dichtst bij het venster zit, er een teug uit nemen, en als ik zeg nummer tu.ee, dan volgt degene, die naast hem zit, enzovoorts tot nummer vijf toe. Klaar?' - 'Ja, meneer!' riepen de jongens. 'Nu,' zei Squeers, bedaard niet zijn ontbijt voortgaand, 'pas dan op, als ik roep. Intussen, beteugel je begeerten, lieve kinderen! Jc weet niet hoe goed dat is. - Op deze wijze, meneer Nickleby, oefenen wij onze leerlin gen in geestkracht,' zei de schoolmeester, terwijl hij zich met een mond vol brood en vlees tot Nicolaas wendde. Nicolaas prevelde iets - hij wist zelf niet wat - tot antwoord, en de kinde ren keken beurtelings naar dc pot en de boterhammen, die intussen wa ren aangekomen, en naar elke hap, die meneer Squeers in dc mond stak. 'Men moet de hemel danken voor een goed ontbijt,' zei Squeers toen hij klaar was. 'Zie zo. Nummer icn kan beginnen.' Nummer een greep de pot en had net genoeg gedronken om naar meer tc verlangen, toen Squeers het teken voor nummer twee gaf, die in hetzelfde interessante ogenblik voor nummer drie week, en zo werd de taak voortgezet, totdat dc pot na nummer vijf leeg was. 'En nu,' zei de schoolmeester, terwijl hij de drie boterham men in vijf porties deelde, 'moet ik je raden wat haast te makenwant in een paar minuten zal dc hoorn blazen, en dan moetje klaar zijn.' Nadat op deze wijze verlof gegeven was om op het brood aan tc vallen, begon nen dc jongens hongerig en met wanhopige haast tc eten, terwijl de schoolmeester, die na zijn maaltijd in een goede luim was, met de vork zijn tanden stookte en glimlachend toezag. Na weinige ogenblikken werd de hoorn gehoord. 'Ik dacht wel, dat het niet lang duren zou,' zei Squeers, terwijl hij opsprong en een mandje te voorschijn haalde. 'Doe het hier maar in, watje nog over hebt, kinderenDat komt onderweg goed te pas.' De strijd om het wereldkampi oenschap heeft een onverwachte wending genomen. Door de achtste partij onnodig op de klok te verliezen, moest Koeperman als uitdager de zaken anders aanpak ken. Dat „anders" pakte verkeerd uit met het gevolg dat hij met nog slechts enige partijen te spelen te gen een niet te overbruggen ach terstand van drie verliespartijen aankijkt Hoewel zich verscheidene inte ressante momenten hebben voor gedaan, zitten er voor de liefheb bers toch niet veel hoogtepunten in. Doorgaans was de strijd vrij vlak. De mogelijkheden waarop beiden speelden, zouden tegen an deren nog heel wat slachtoffers hebben gemaakt. Deze beide ma- tadoren kennen hun zaken echter zo goed dat de wederzijdse pogin gen werden doorzien. (1) Zwart: 3, 4, 6/9, 11, 13/19. 21. 23. 24. Wit: 25 26. 27. 30. 32, 33, 35, 38. 40. 41/44. 47/50. In de zesde partij vervolgde wit met 44-39! Een interessante moge lijkheid was: 33-28. 24-29!; 40-34?, 29x40; 30-24. 19x30; 28x10, 13-19; 35x2. 3-8; 2x22, 17x46 enz. (2) Zwart: 2. 3. 5, 6, 12. 13. 14. 16. 18, 19. 24. 26. Wit: 27. 28. 33, 34, 37. 39, 40. 43, 47/50. Zwart speelde hier 5-10 en 6-11: wegens 37-31. 26x37; 27-22, 18x27; 47-41, 37x46; 50-45. 46x23; 34-29, 23x34 40x6. Koeperman Correspondentie aan de heer A. I. Ivens, Frankenslag 69, Den Haag. (3) Zwart: 1, 3. 9. 13. 16/19. 21. 23. 24, 26. Wit: 27. 28. 32. 35/39, 42. 44. 45. 48. In de tiende partij wikkelde wit af met 27-22. 37-31 enz. Foutief zou zijn geweest: 38-33, 23-29; 42-38 of?, 29-34; 39x30, 24-29; 33x24, 18-22; 27x18, 13x31; 24x4. 31-37; 32x41, 21-27; 4x31, 26x46. Koeperman Bockbospreking: Philip de Schaap hoeft een boekje geschreven: „Schaap over dc dam" (Uitg. Kosmos, Amsterdam. 103 blz., f 7.90). De ondertitel luidt: beschouwin gen en anecdoten over het damspel, waarvoor de stof Is ontleend aan artike len die de schrijver gedurende de perio de 1958-1969 in Elsevier's Weekblad schreef. Een welkome aanvulling voor de toch nog schaarse damliteratuur. De topspeler vindt in het technische deel ..herhalingsoefeningen" van beken de standen en eindspelen, de enigszins gevorderde kan daar ongetwijfeld zl|n voordeel mee doen. Voor de beginner is het te moeilijk, maar hij kan er evenals de gevorder den en topspelers meerdere uren mee onledig zijn door kennis te nemen van de meningen over topdammers en de problematiek Daarnaast Is een groot aantal anecdoten opgenomen. Geen stan daardwerk. doch Interessant voor wie zich een beeld wil vormen van spel en spelers. Koeperman 1 1 r: M im <Éj m - I - m ff; O o 1 O O O iOj O i O O ■O P P O O .o; O! O I O O JO i 0 O l d f. Mevr. R.O.-L te R. heeft veel respect voor hen, die het evange lie brengen in de onderontwikkelde landen. „Het is zo dat deze armen ook economisch en maatschappe lijk geholpen moeten worden. Voedsel moet er komen. Zolang er nog sterven van honger, zal het evangelie rriet zo'n ingang hebben. Moet er steeds gebedeld worden, dan voor dit, dan voor dat project? De bond van Gereformeerde Vrouwen Ver. heeft eens een jubi leumgift gegeven, waarvan we steeds horen dat er veel goeds mee wordt gedaan. Het zijn ook altijd de kerkmensen die helpen. Natuurlijk doen zij dat met liefde. Waarom geen maatregel oetroffen dat ook buiten-kerkelijken daaraan een steentje bijdragen? Bijvoor beeld door van ieder, die boven een zekere loonstaat valt één pro cent te i-nnen. Belasting dus. Er is geld onder de mensen. Dat zien we wel bij een bliksemactie. Er moet permanent op een zeker bedrag qerekend kunnen worden. Er is zo ontzaglijk veel nodig en ook zo veel te doen, dat het in deze tijd, waarin velen zich in weelde baden, onverantwoord le. deze mensen niet te helpen. Ook van de opgroeiende jeugd kan wel eens iets gevraagd wor den. Zij maken hun geld op aan luxe. die wel wat minder kon. 'k Heb eens gelezen, dat drie jon gens vrijwillig een jaar gingen hel pen. Prachtig werk. Wij moeten helpen in deze nood, niet als kerk. maar als gehele volk" „Die ontwikkelingshulp is éls on derwerp „springlevend", maar kun nen wi| die christelijke wereld waarin wij leven veranderen?" vraagt Mevr. F.E.-H. te R. zich af. „We hebben allen stemrecht, maar wat kunnen we als gewone bur- qers doen tegen dingen waarmee we het helemaal niet eens zijn? Onze regering versjachert de rech ten van de Papoea's, die op Ne derland vertrouwden. Tweehonderd duizend Papoeakinderen worden doodleuk weggeroofd van hun ou ders om in Indonesische gezinnen „opgevoed" te worden. Wat kun nen wi| als burgers hiertegen doen? Men doet over onze hoofden heen! Heeft Nederland gepro testeerd tegen het smerige plan van Brazilië om die indianen te vermoorden? Wat willen we dan met ontwikkelingshulp, wanneer we rustig al dit onrecht moeten aan zien? Waarom moeten er weer zono dig zoveel nieuwe dure kerkgebou wen bijkomen? Zou het niet veel meer van christeliike naastenliefde qetuigen om voor dat qeld hospita len met alles wat er bil hoort te laten bouwen In de ontwikke lingsgebieden? Dan krijgen de zie ke mensen daér tenminste de kans om ook een redelijke ouderdom te halenl Dit gebeurt niet Zo vinden we het toch veel be langrijker om miljarden te beste den aan geldverslindende legers met dienstplichtigen, die de dienst haten, en aan steeds weer nieuwe re wapens om de mens te vernieti gen. Dat deze dienstplichtigen veel nuttiger werk in het belanq van de ontwikkellnasgebieden zouden kunnen doen. waar ze voor zich zelf misschien ook veel qelukkiger mee zouden zijn. wordt niet in overweging genomen. U kunt van gewone mensen ei genlijk geen zinnig woord over ontwikkelingshulp horen. Van de massa, die qoed wil, is niets te verwachten, omdat het noq steeds een bepaalde qroep is die het in deze wereld voer het zeggen heeft Hun wil geschiedt, niet de onze!" Mevr. J.S.-V. te P. meent dat we de onderontwikkelde mensen op z'n minst bü moeten brengen hun land en veeteelt op doelmatlqe wij ze te beheren, de productie te ver- hogen, zodat er minder honger hoeft te worden qeleden. „Het gaat leder aan. dat er zoveel hon- qer Is. Om daar belasting voor te betalen, vind ik niet erg. Het is noed besteed Het komt bij de zending er op aan daadwerkeMlk hulp te verlenen, hoewel de boodschap ook belanqrlik is. Is men ziek en zit zonder hulp, dan is Moeder-de-Vrouw er ook niet gebaat fhoe qoed ook be doeld) met: .Sterkte hoor, en hou ie qoed" In de eerste olaats had hulp daar belangrijker geweest Ook de vrouwen moeten qoed on derricht krijgen, zodat ze behoor- '■'k hun kinderen kunnen ODVoe- '""''"n en kunnen om goede huisvrouwen te worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 17