Japan vlugst het met kleuren-tv Verwijs doven niet naar die wereld van stilte Is geloof plus vernuft poëzie? DEZE WEEK Gezegd Nina Simon* gaste bij David Frostp SLOTCONCERT VAN PROMS Lange tv-avon^ meer in trek ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1969 PRINSJESDAG nadert en de binnenlandse politiek staat weer In dev startblokken. Eigenlijk is het bedrijf al In volle gang. de Kamer vergadert en houdt hear- ring8, de partijen weren zich en Luns geeft te kennen dat hij het over twee jaar welletjes vindt. Er wordt van alles voorspeld wat in troonrede of miljoenennota komt (zoals de plaats van de achtste medische faculteit, Maastricht, dat ié duidelijk), maar officieel moeten we tot de derde dinsdag wachten.' Die is dit jaar toch al vroeg. JJtet de partijen aangaat: het KVP-bestuur wil de verkiezingen van 1971 met ARP en CHU In gaan met één program, tevoren een keus van de vierde partner en een kandidaat-premier. Dat laatste is in AR- en CH-kring afgewezen. Het CHU-bestuur staat aan felle kritiek van veront rusten bloot; er wordt o.m. een grbot financieel tekort waargeno men (en erkend) omdat vele le den zo slecht in contributiebeta- len zijn. Hier en daar staken leraren uit protest tegen de uitvoering van de mammoetwet staking bete kent meestal; lange discussies in school met leerlingen over de onderwijsproblemen. Bij Willemsdorp wordt een pompbediende 's nachts ver moord vermoedelijk het werk van rovers. In Ommen overlijdt een kassier, neergeschoten bij een bankoverval. In Amsterdam wordt 75 mille geroofd. Het doet een beetje vreemd aan dat Juist deze week de strafgevangenis in Leeuwarden wegens gebrek aan belangstelling dichtgaat. De stembus op de Antillen: verlies voor de democratische partij en liefst drie zetels voor de (of het?) Frente Obrero van de arbeiders. Nieuwe onlusten in Belfast Britten maken een vredeslinle tussen de roomse en protestantse barricaden. Heter wordt de oorlog in het Nabije Oosten. Primitieve bom aanslagen op Israélische ge bouwen In Den Haag. Bonn en Brussel, uitgevoerd door Ara bische kinderen. Israél haalt uit naar Egypte. Egypte slaat terug in een hevige luchtstrijd. In Vietnam de begrafenis van Ho Tsjl Mlnh. de hoop op verlen ging van de wapenstilstand, een Amerikaans vredesinitiatief (geen luchtbombardementen meer). In Hanoi bemiddelt Noord-Vietnam bij de Chinezen, die bereid blij ken de Russische premier Kosy- gln In Peking te ontvangen, het geen gebeurt. De Amerikaanse ambassadeur in Rio wordt na gijzeling geruild voor vijftien politieke gevange nen. De kans op een wa penstilstand in Nigeria na bemid deling van Nyerere van Tanzania schijnt voorbij. In Noorwegen krijgen de socialisten geen meer derheid. Suriname verlaat een door Guyanezen beschoten post in het omstreden gebied. Frank rijk, Duitsland en Italié hebben met uitgebreide stakingen van doen. Belglé en Luxemburg wach ten met de BTW nog een poosje, gezien de ervaringen in Neder land. Veel bedrijvigheid In de econo mische hoek. Een grote fusie: Westlandse en Utrechtse hypo theekbank. Kromhout In Amster dam gaat sluiten, wat ontslag voor 350 man betekent. De PTT boekt meer winst, en zelfs het verlies op de postdienst Is ge daald. Verolme zit financieel In de knel door de hem opgedron gen fusie met de NDSM. De fusiegenoten AKU en KZO smel ten samen tot AKZO. als de ge lijknamige importeur van krenten en rozijnen te Wormerveer daar :enminste geen stokje voor steekt. Een politicus telt niet alleen de •temmen, maar zorgt dat zijn ei gen etem telt (Nixon). Ds. F. D. Emous Hervormd predikant in Den Haag Het gebeurde enkele jaren geleden kort vóór de dienst, waarin een predikant voor het werk onder de doven zou wor den bevestigd. De bevestiger vroeg of hij met de organist nog even overleg kon plegen over de liederen, die hij had uitge zocht. Er werd hem meegedeeld, dat er geen organist aan wezig was. Hij raakte kennelijk in verlegenheid, totdat hem duidelijk werd gemaakt, dat in deze dienst geen orgel nodig was: doven leven immers in de wereld van de stilte. Mijzelf overkwam tijdens een bijeenkomst van het moderamen van een „ambtelijke vergadering" het volgende: nadat ik breed- We moeten hier wel on derscheid maken. Er zijn slecht horenden, wier gehoor van na ture zwak is, of door ouderdom, ziekte, of andere physieke omstandigheden is verzwakt. Zij leven nog in de wereld van het geluid. Via technische mid delen immers kunnen de ge luidsgolven worden versterkt. Hardhorenden zijn zij, die ster ke geluiden nog kunnen opvan gen. En ze kunnen via een ring leiding in de kerken voor bezit ters van een gehoorapparaat met ingebouwde luisterspoel de gehele dienst volgen. Voor slechthorenden en hardhoren den kunnen ook de radio-kerk diensten en de televisiekerk diensten uitkomst brengen, zo als in het dagelijks leven hun gehoorapparaat. Maar „doven" zijn zij, die ge boren werden zonder de moge lijkheid om geluiden op te van gen. Inderdaad „gehandicapt". Het gevolg van deze doofheid is, dat het kleine kind geen mo gelijkheid heeft om de spraak organen te leren gebruiken en ontwikkelen. Ze zijn dus wél aanwezig; stembanden, strot tenhoofd, de lucht, die de stem banden in trilling moet bren gen, maar: het gehoor, dat de eerste impuls is tot nabootsing, ontbreekt. Omdat men vroeger met deze handicap geen raad wist en het jonge kind door het gemis van het gehoor niet in staat was tot normaal spreken voerde men de term „doofstom" in. Deze bena ming is misleidend. Immers: de dove kan tegenwoordig leren spreken. Er zijn in ons land instituten, scholen, waar men zeer gespecialiseerd is od dit gebied en zegenrijke resultaten bereikt. Dat spreken zal dan wel in onze oren „toonloos" klinken. Doven kunnen nl. geen onderscheid horen in toonhoog te. Niet lang geleden is er een pleidoi gevoerd voor de term „doofstem". Met deze benaming kan ik niet erg gelukkig zijn: ze herinnert nog teveel aan het misverstand, dat doof gebore nen daarom ook geen „stem" zouden hebben. De doven zelf zijn er ook niet gelukkig mee. In hun onder linge conversatie bedienen ze zich wel veel van gebaren en geluidloze articulatie, ze weten, welke extra inspanning hun handicap meebrengt, maar ze willen liever niet doofstom ge noemd worden. Dat de naam: „Ned. Chr. Bond van Doofstom men" is gewijzigd in „Ned. Chr. Bond van Doven" spreekt voor zichzelf. Onze dove medemens leeft in de wereld van de stilte. In ze kere zin is dit dus een „aparte wereld". Apart omdat daar een belangrijk communicatie middel: het geluid nader ge preciseerd: de hoorbare mense lijke stem ontbreekt. Nu is het wonderlijk of misschien ook begrijpelijk hoeveel misverstanden er zijn ontstaan rondom deze wereld van de stilte. Wie niet het voor recht heeft, vaak in aanraking te komen met doven, zal onbe wust voor deze wereld terug- huiveren. Ejr is zoveel „afgeslo ten": de aangesprokene ant woordt niet; men kan hem niet laten meegenieten van een com positie, een hoorspel, een to neelstuk. Veel wordt niet be grepen en we vermijden het contact mét de dove, omdat dit van ons extra inspanning vraagt en vaak ook extra tijd, die we niet steeds tot onze beschikking hebben in een we reld, die roept om „tempo! tem po!" Zo groeien de werelden uit elkaar: de wereld van de stilte en de wereld van het rumoer, waarin een absolute stilte wel eens weldadig kan aandoen. En nu doet zich dit misverstand voor: we beschou wen de dove als een mens, die „anders" is. In zekere zin is dit zo: hij mist een communicatie middel, waarvan wij ons onbe wust bedienen: het gehoor, dat meer of minder ontwikkeld kan zijn, fijner afgesteld of niet, maar waarop we onmiddellijk kunnen reageren in een ant woord, een daad, dat we in een onderdeel van een seconde kun nen omzetten in een bepaalde reactie. Maar de dove is daarmee geen „ander mens" geworden. Alleen: hij leeft in de wereld van de stilte... met dezélfde ver langens. behoeften, geestelijke mogelijkheden, talenten en in tellectuele en technische kansen als u en ik. Ik behoef u alleen maar het voorbeeld te noemen van de bijzonder begaafde doof-blinde Helen Keiler. De dove is niet gediend van onze medelijdende neerbui gendheid. En hij is er aller minst mee gebaat, wanneer u hem minder deelgenoot maakt van wat er in een bepaalde kring omgaat ..omdat hij het toch niet horen kan"... en het u teveel inspanning kost om hem omstandig alles uit te leggen. Dit laatste kan er de oorzaak van worden, dat de dove zich terugtrekt, soms achterdochtig voerig was ingegaan op allerlei vragen, die mij werden ge steld ten aanzien van het werk onder doven, vroeg één van de aanwezigen: „Maar is dit nu allemaal zo nodig? Wij heb ben in onze stad toch een aantal kerken met een installatie voor doven en ook speciale banken voor doven?"Hij had na dat uur nog niet het onderscheid begrepen tussen slechthorend, hardhorend en doof. Het werd hem duidelijk, toen ik hem voorstelde eens een dag door te brengen, waarin hij totaal van de wereld van het geluid was afgesneden lippen". De gebarentaal moet zich tot het uiterste beperken: afleiding moet worden verme den. Belichting, vorm van het gelaat van de voorganger, cle rangschikking van de stoelen: alles speelt een rol. Hier doet zich ook een kans tot oecumenische samenwerking voor: daar de doven allerminst kerkistisch zijn rekenen ze niet na, hoeveel keer per jaar een bepaalde voorganger „meer is opgetreden" dan een andere. Het gaat hun om de prediking van het blijde Evangelie. Het belang van een nauwe samen werking wordt ook hoe langer hoe meer ingezien. Interkerke lijke commissies worden opge richt. Het waren de doven zelf, die de arbeid, die tot nu toe door chr. organisaties en vere nigingen werd verricht, liever van de officiële kerken zagen uitgaan. De Chr. Geref. Kerk benoem de een lerend ouderling, die dus voortaan namens zijn kerk de arbeid blijft verrichten, die hij tot nu toe als „vrijwilliger" had gedaan. Niet alleen het werk onder de doven is aan de dovenpastores toevertrouwd: ze zullen ook de wereld van de horenden duide lijk moeten maken, dat al zijn dan de doven volwaardige lid maten van de Kerk de arbeid onder hen op een speciale wijze moet worden verricht. Mis schien ligt hier ook een moge lijkheid om op de universiteiten en op het Seminarium van de Hervormde Kerk contacten te leggen. De predikant, die in zijn eerste gemeente bevestigd wordt, zal toch op de ontmoe ting met dove gemeenteleden voorbereid moeten zijn. Deze wordt en zich vereenzaamd gaat voelen. Dan wordt de we reld van de stilte eerst recht een „aparte" wereld. De com municatie met de horenden komt dan hoe langer hoe moei lijker tot stand. Zoals zo vaak is gebeurd, wa ren ook hier de verenigingen en stichtingen de kerken vooruit. Er kwam een vereniging tot Behartiging van de Belangen van Slechthorenden, een Ned. Chr. Bond van Doofstommen werd opgericht, audiologische instituten verrezen. Het ging erom de wereld van de stilte te integreren in de wereld van het geluid. Het was de Christelijke Bond van Doofstommen, die kerk diensten ging organiseren, va- cantieweken, bijbelkringen, sportdagen, streek- en lande lijke conferenties. Tenslotte zagen ook de kerken het belang van deze arbeid in. Twaalf jaar geleden benoemde de Synode van de Ned. Herv. Kerk een „commissie" van de Raad voor de Herderlijke Zorg voor de arbeid onder de doven. De Synode van de Gerefor meerde Kerken in Nederland benoemde deputaten voor deze arbeid. Beide Kerken beriepen een predikant met speciale op dracht. Hun taak was; de doven in het land te bezoeken, kerk diensten te beleggen voor doven en er bij de kerkraden op aan te dringen, dat ook gecombi neerde diensten voor doven en horenden zouden worden be legd. In deze diensten richt de voorganger zich speciaal tot de doven. Hij moet zich verstaan- baarmaken door een sterke ar ticulatie: de doven „lezen van de i ie Voor ds KRO-tsltvisi# Is Frost morgenavond weer gaty in een van zijn (voorbije) E) shows, waarin hij zich de geq ondervrager toont. Nlna Sirflonaj zangeres wie wel eens wai t« j commercie wordt verweten, al zij de grote ster, ia een van) artiestleke gasten. Hier een rsq foto van haar. - I Maar David Frost heeft meerl moetingen: Dusty Springfield r langs, evenals Johnny Ray ent der zijn The Dubllners pre6ent|r dat het voor de liefhebbers Jt fijn tv-uur wordt. De verbeten doorzettingskracht van Japan om na Amerika het tweede tv-land in de wereld te ivorden, handhaaft zich nog steeds. Ongeveer twaalf jaren geleden begon dit land pas met televisie en het pakte de zaken met een zo krachtdadig aan, dat liet in enkele jaren tijds zich procentsgewijze naar de top drong. Ook nu de kleuren in vele landen zijn ingevoerd, neemt Japan een sterke plaats in. Met verwaarlozing van Amerika ivaar men al bijna vijftien jaren kleuren kent en waar toch nog verreiveg de meeste mensen zwart-wit kijken, is Japan de^ grote voorloper van alle landen. In totaal telt Japan 21.343.878 geregistreerde tv-apparaten en daarvan zijn 1.984.243 kleuren- ontvangers. Zetten we daar zijn niet altijd in staat een kerkdienst te bezoeken, die op bereikbare afstand gehouden wordt. Ze „moeten het dan doen" met de pastor loei. Ze zijn dan gelukkig, wanneer de articulatie zo is geperfectio neerd, dat ze van zijn lippen kunnen lezen. Natuurlijk zullen ze het con tact met mede-doven blijven zoeken. Zij „verstaan" elkaar. In ons land is via allerlei do- venverenigingen deze mogelijk heid in ruime mate aanwezig. Maar ze zullen toch in de eerste plaats mogen weten, dat hun kerk ze niet verwijst1 naar de wereld van de stilte. ir Het is de VPRO, aan de beurt van uitzenden op Nederland 1, die U vanavond uitnodigt mee te luisteren en vooral te kijken naar het tweede deel van het slotconcert van de befaamde „Proms". Voor veel getrouwen is het verleden jaar een kleine ontgoocheling geweest te bemerken, dat het juichend enthousiasme van de muziek- minnende Britse jeugd toch niet zo uitsluitend de geliefde dirigent Sir Malcolm Sargent toeviel als algemeen werd aangenomen. Zijn opvolger Colin Davis kreeg niet alleen precies hetzelfde volstrekt traditionele spektakel voorgeschoteld, maar werd ook even luidruchtig en aanhankelijk toegejuicht. bijv. de cijfers van Engeland tegenover, dan luiden die: 15.397.307 zwart-wit-toestellen tegen slechts 110.362 kleuren- ontvangers. Dat is nogal een verschil. Nu kan men zeggen: ja, maai de Japanse industrie maakt al les veel goedkoper. Inderdaad, maar dat is mede een gevolg van de lage levensstandaard in Japan. De inkomens zijn er evenmin hoog. Japan heeft echter niet voor niets bij de invoering van de televisie trots verklaard, dat het, afgezien van Amerika (zo veel staten bij elkaar!) tv-land nummer één wilde worden. Het land maakte allang tv-toestellen voor export. De regering begon, met grote toestellen te plaatsen in de vele theehuizen die Japan rijk is, en nodigde de bevolking uit, gratis te komen kijken. Na slechts heel korte aarze ling kwamen ze, de kijkers. En ze vielen voor het wonder van de bioscoop in huis. De over heid zorgde voor aantrekkelijke financiële regelingen en met een vaart vlogen de kijktoestel- len de woningen in. Geen land ter wereld heeft zo'n snelle ont wikkeling van de televisie ge kend. Hetzelfde gebeurde met de invoering van kleuren: ook nu werd het kopen van een appa raat gemakkelijk gemaakt en de Japanner, die sterk bij de televisie wordt betrokken, heeft er opnieuw veel voor over om de trots van het land te dienen, de eigen industrie te steunen en... zichzelf het leven aange naam te maken. Niet alleen op het gebied van apparaten-ver koop is Japan vooruitstrevend. Het land heeft ook zijn eigen satellieten en bö- demstations en het staat op technisch gebied in de voorste gelederen. Niet alleen op het gebied van apparaten-verkoop is Japan vooruitstrevend. Het land heeft ook zijn eigen satellieten en bo demstations en het staat op technisch gebied in de voorste gelederen. Daarbij heeft het schatten gelds beschikbaar gesteld het vervaardigen van prima port-programma's, vooral showgebied. Wellicht herim U zich, hoe er gewerkt wc om mooie, begaafde meisjes internaten op te leiden harpspel, andere muziek, en dans. De meisjes krijgen onverbiddelijke strenge, ha opleiding, niet alleen in artis ke vakken, zij leren ook zich te bewegen, te kleden, te maken enz. I Pas na de lange leerschool I alleen de allerbesten kunn doorlopen, mogen zij in de t roemde Japanse shows optred of op toemee gaan naar A me ka en Europa om daar i beeldbuizen te verschijn Spaarzaam, vooral niet te va opdat de shows geen gewenni worden, maar evenementen dus... kostbaar kunnen blijv Japan, industrieel sh scherp commercieel ingest komt er wel in deze v( uitstrevendheid. PHé WIJNBE Er is een nieuw element ge pen In de tv-programma's: de la avond met één onderwerp. Ook KRO gaat daar aan doen: er st drie ideeën op de lijst, waar twee In het lichtere genre en diep-ernstig. Met opluistering van wat spel amusement komen op zo'n I avond aan de beurt „25 jaar ningnood" en „een zilveren j leum". Moeilijker zal het worden, na werkdag een hele avond te klj naar alles wat er te pa6 komt ..een gefingeerde aanval van buitenlandse mogendheid". wie het niet aankan, is er altijd „het andere net". Naar aanleiding van Jaap Zijlstra, Land in zicht, uitg. J. H. Kop N.V., Kampen, 42 gedichten, 53 blz. JAAP ZIJLSTRA dichter-dominee De combinatie van predikant en dichter, honderd jaar geleden ge waardeerd, tachtig jaar geleden ge hoond, sedert twintig jaar herleefd in figuren als W. Barnard en J. Wit, wordt na (laten we hopen mét) Ok- ke Jager voortgezet door de jon ge, frisse figuur van Jaap Zijlstra. Zijn vorige bundels Voor de geluk kige vinder en Onder mijn groene huid laat ik nu maar in mijn gedich- tenkast staan en ga daar niet meer in bladeren. Het is zaak de onder havige, nieuwe bundel onbevangen te lezen en mijzelf en u lezer(es), rekenschap te geven van de even tuele betekenis daarvan. Een dichtende predikant is in de eerste plaats een dichtende christen. Men staat hier primair voor het verschijnsel van een vrije, christelijke dichtkunst. Dat is nog iets anders dan kerkelijke poëzie. Ook Zijlstra levert in dit boekje daaraan zijn aandeel met vijf (een handvol) liederen bestemd althans geschikt voor de eredienst. Hier wordt de poëzie functio neel, ze kan worden gebruikt voor sa menzang. De dichter is gebonden aan een stro fische vorm; hij heeft rekening te houden met een zangmelodie die door alle stro fen heen bij de woorden, ja bij de letter grepen past. Hij moet ook denken aan het bevattingsvermogen van de gemeen te, want een al te persoonlijke toon kan hier een bezwaar zijn. Persoonlijke accenten daarentegen zijn welkom, zoals In het Lied van de Geest ,,wij talen naar uw woord"; zoals In hel Lied van Pinksteren: „Vuurvogel van de vloed, duiven boven de Jordaan". Zulke accenten verhinderen dat de kerkliederen helemaal „gemeentepoözie" worden en zich zouden bewegen op het gemiddelde geloof8dichterlijke niveau van de kerke lijke gemeente. Deze vijf liederen zijn vrij van retoriek, zuiver, maar behoren m.i. niet tot Zijlstra's sterkere werk. Een christelijke dichter behoeft niet al tijd functioneel en dienstbaar te schrij ven. Ik meen dat hij zich ook ontslagen moet achten van het diensthuis der pro- i fidei. Er is in onze kringen een sterke, vrij wel algemeen gedeelde overtuiging, dat de christen-schrijver en christen-dichter, altijd moeten getuigen van hun geloof. Alsof dat geloven een apart vakje van hun leven zou zijn. Alsof getuigen altijd zou betekenen expliciet getuigen. Alsof er In de poëzie niet zou zijn een soeve reiniteit in eigen kring op grond waarvan de dichter vrij mag uitspreken (zingen is er tegenwoordig nauwelijks bij) wat er in hem omgaat. Dat ziet er niet altijd even christelijk uit en is niet altijd geschikt propagandamateriaal Of misschien indi rect juist wel? Welnu, in deze vrijere verzen is Zijlstra vergelijkenderwijs op zijn best. Wel kan hij geen ogenblik vergeten dat hij predikant is; het uitleggen (vaak impli- citiet). vermanen en vertroosten zit hem en dus ook zijn poëzie in het bloed. Dit alles is bij hem evenals bij Jager wel smakelijk, maar onlosmakelijk ver bonden aan het maken van pikante op merkingen. Ik noem enkele voorbeelden: .Ik sta verbijsterd over zoveel zon, uit gestort over zoveel dode zee" (10): „de herders ruiken de stal. de wijzen gaat een licht op, wij weten van de prins geen kwaad, dat komt nog wel, drieëndertig jaar later" (13); de „sterrit" van de wij zen uit het oosten (15); een schilderij voelt zich niet gepasseerd (24); „wij twij felen met Thomas aan de houdbaarheid van het net" (28); „de preekstoel, hel kraaiennest boven het schip van de kerk" (36); „zaaier, onrustzaaier" (37); „Jezus in een preek tijds vermoord" (40). Sinds Barnard daarmee begon, zijn dergelijke pikanterieën) woordspelingen, gesublimeerde volksuitdrukkingen in de plaats gekomen van de vroegere zang toon. Het betekent in feite een definitief ombuigen van het zangerige naar het ver nuftige, van het zingen naar het spitse praten. Ik wil er geen kwaad van zeggen, maar ik hou er niet van, dat wil zeggen: ik hou er wel van als spelingen van het dichter lijke vernuft, maar niet als criterium van het poëtische. Als men hier van poëzie wil spreken, is het toch geen dichten in de diepere zin van het woord. Zo'n gedicht ontstaat naar eigen innerlijke wetten; de dichter Door Dr. C. Rijnsdorp weet niet waar hij uitkomt, al zal hij soms de slotregel in zijn hoofd hebben. Het is een zuivere opwelling, die zichzelf woor den en vorm kiest. Bij het vernuftige dicht werk evenwel speelt het bewustzijn sterk mee, waarmee men de lijn van de Renais sance doortrekt (met inbegrip van Calvljns opvattingen over kunst) en zelfs niet he lemaal ontkomt aan resten van de Ver lichting. Nu kan men dit alles wel te ver ge zocht vinden, maar wij zijn nu eenmaal het product van een lange ontwikkeling, ook als we daar helemaal niet aan i ken, misschien dan juist wel het mi Luidt mijn conclusie nu dat Zijlstra slot van rekening toch een oppervla dichter is, of misschien nauwelijks echte dichter? Kan het vernuftige en pikante het diepzinnige vervangen? Op deze laatste vraag moet natuu nee geantwoord worden en diepzlnn verzen dan die van Zijlstra kan Ik mij voorstellen. Maar iemand die een 1 kan schrijven als V.D.M. (38), met citeren waarvan wij besluiten, msg niet over het hoofd zien. Ook om ongelukjes bij het zetter voorkomen schrijf Ik het gedicht ove prozavorm. „Als hij zijn mantel van l ren niet had afgedaan, niet In zijn on kleed had gestaan, begaan met onze Ie voeten, niet naakt aan de paal gegaan, mijn God. wat moet ik met i toga aan." Ook de „Psalm van u?" op blz. 9 ik al van de kansel heb horen clterer een goed 9taal van wat Zijlstra kan. waarheid schijnt tegenwoordig niet hymnen, maar In kleinkunst te moi worden overgebracht. Ook de smaak kers van Calvljn beseffen dit, geti Zijlstra's nieuwe bundel. Dr. C. RIJNSDC

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 14