Japan
vlugst
het
met
kleuren-tv
Verwijs doven niet naar
die wereld van stilte
Is geloof plus vernuft poëzie?
DEZE
WEEK
Gezegd
Nina Simon*
gaste bij
David Frostp
SLOTCONCERT VAN PROMS
Lange tv-avon^
meer in trek
ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1969
PRINSJESDAG nadert en de
binnenlandse politiek staat weer
In dev startblokken. Eigenlijk is
het bedrijf al In volle gang. de
Kamer vergadert en houdt hear-
ring8, de partijen weren zich en
Luns geeft te kennen dat hij het
over twee jaar welletjes vindt. Er
wordt van alles voorspeld wat in
troonrede of miljoenennota komt
(zoals de plaats van de achtste
medische faculteit, Maastricht,
dat ié duidelijk), maar officieel
moeten we tot de derde dinsdag
wachten.' Die is dit jaar toch al
vroeg.
JJtet de partijen aangaat: het
KVP-bestuur wil de verkiezingen
van 1971 met ARP en CHU In
gaan met één program, tevoren
een keus van de vierde partner
en een kandidaat-premier. Dat
laatste is in AR- en CH-kring
afgewezen. Het CHU-bestuur
staat aan felle kritiek van veront
rusten bloot; er wordt o.m. een
grbot financieel tekort waargeno
men (en erkend) omdat vele le
den zo slecht in contributiebeta-
len zijn.
Hier en daar staken leraren uit
protest tegen de uitvoering van
de mammoetwet staking bete
kent meestal; lange discussies in
school met leerlingen over de
onderwijsproblemen.
Bij Willemsdorp wordt een
pompbediende 's nachts ver
moord vermoedelijk het werk
van rovers. In Ommen overlijdt
een kassier, neergeschoten bij een
bankoverval. In Amsterdam wordt
75 mille geroofd. Het doet een
beetje vreemd aan dat Juist deze
week de strafgevangenis in
Leeuwarden wegens gebrek aan
belangstelling dichtgaat.
De stembus op de Antillen:
verlies voor de democratische
partij en liefst drie zetels voor
de (of het?) Frente Obrero van
de arbeiders. Nieuwe onlusten in
Belfast Britten maken een
vredeslinle tussen de roomse en
protestantse barricaden.
Heter wordt de oorlog in het
Nabije Oosten. Primitieve bom
aanslagen op Israélische ge
bouwen In Den Haag. Bonn en
Brussel, uitgevoerd door Ara
bische kinderen. Israél haalt uit
naar Egypte. Egypte slaat terug
in een hevige luchtstrijd.
In Vietnam de begrafenis van
Ho Tsjl Mlnh. de hoop op verlen
ging van de wapenstilstand, een
Amerikaans vredesinitiatief (geen
luchtbombardementen meer). In
Hanoi bemiddelt Noord-Vietnam
bij de Chinezen, die bereid blij
ken de Russische premier Kosy-
gln In Peking te ontvangen, het
geen gebeurt.
De Amerikaanse ambassadeur
in Rio wordt na gijzeling geruild
voor vijftien politieke gevange
nen. De kans op een wa
penstilstand in Nigeria na bemid
deling van Nyerere van Tanzania
schijnt voorbij. In Noorwegen
krijgen de socialisten geen meer
derheid. Suriname verlaat een
door Guyanezen beschoten post
in het omstreden gebied. Frank
rijk, Duitsland en Italié hebben
met uitgebreide stakingen van
doen. Belglé en Luxemburg wach
ten met de BTW nog een poosje,
gezien de ervaringen in Neder
land.
Veel bedrijvigheid In de econo
mische hoek. Een grote fusie:
Westlandse en Utrechtse hypo
theekbank. Kromhout In Amster
dam gaat sluiten, wat ontslag
voor 350 man betekent. De PTT
boekt meer winst, en zelfs het
verlies op de postdienst Is ge
daald. Verolme zit financieel In
de knel door de hem opgedron
gen fusie met de NDSM. De
fusiegenoten AKU en KZO smel
ten samen tot AKZO. als de ge
lijknamige importeur van krenten
en rozijnen te Wormerveer daar
:enminste geen stokje voor
steekt.
Een politicus telt niet alleen de
•temmen, maar zorgt dat zijn ei
gen etem telt (Nixon).
Ds. F. D. Emous
Hervormd predikant
in Den Haag
Het gebeurde enkele jaren geleden kort vóór de dienst,
waarin een predikant voor het werk onder de doven zou wor
den bevestigd. De bevestiger vroeg of hij met de organist nog
even overleg kon plegen over de liederen, die hij had uitge
zocht. Er werd hem meegedeeld, dat er geen organist aan
wezig was. Hij raakte kennelijk in verlegenheid, totdat hem
duidelijk werd gemaakt, dat in deze dienst geen orgel nodig
was: doven leven immers in de wereld van de stilte. Mijzelf
overkwam tijdens een bijeenkomst van het moderamen van
een „ambtelijke vergadering" het volgende: nadat ik breed-
We moeten hier wel on
derscheid maken. Er zijn slecht
horenden, wier gehoor van na
ture zwak is, of door ouderdom,
ziekte, of andere physieke
omstandigheden is verzwakt.
Zij leven nog in de wereld van
het geluid. Via technische mid
delen immers kunnen de ge
luidsgolven worden versterkt.
Hardhorenden zijn zij, die ster
ke geluiden nog kunnen opvan
gen. En ze kunnen via een ring
leiding in de kerken voor bezit
ters van een gehoorapparaat
met ingebouwde luisterspoel de
gehele dienst volgen. Voor
slechthorenden en hardhoren
den kunnen ook de radio-kerk
diensten en de televisiekerk
diensten uitkomst brengen, zo
als in het dagelijks leven hun
gehoorapparaat.
Maar „doven" zijn zij, die ge
boren werden zonder de moge
lijkheid om geluiden op te van
gen. Inderdaad „gehandicapt".
Het gevolg van deze doofheid
is, dat het kleine kind geen mo
gelijkheid heeft om de spraak
organen te leren gebruiken en
ontwikkelen. Ze zijn dus wél
aanwezig; stembanden, strot
tenhoofd, de lucht, die de stem
banden in trilling moet bren
gen, maar: het gehoor, dat de
eerste impuls is tot nabootsing,
ontbreekt.
Omdat men vroeger met deze
handicap geen raad wist en het
jonge kind door het gemis van
het gehoor niet in staat was tot
normaal spreken voerde men de
term „doofstom" in. Deze bena
ming is misleidend. Immers: de
dove kan tegenwoordig leren
spreken. Er zijn in ons land
instituten, scholen, waar men
zeer gespecialiseerd is od dit
gebied en zegenrijke resultaten
bereikt. Dat spreken zal dan
wel in onze oren „toonloos"
klinken. Doven kunnen nl. geen
onderscheid horen in toonhoog
te.
Niet lang geleden is er een
pleidoi gevoerd voor de term
„doofstem". Met deze benaming
kan ik niet erg gelukkig zijn: ze
herinnert nog teveel aan het
misverstand, dat doof gebore
nen daarom ook geen „stem"
zouden hebben.
De doven zelf zijn er ook niet
gelukkig mee. In hun onder
linge conversatie bedienen ze
zich wel veel van gebaren en
geluidloze articulatie, ze weten,
welke extra inspanning hun
handicap meebrengt, maar ze
willen liever niet doofstom ge
noemd worden. Dat de naam:
„Ned. Chr. Bond van Doofstom
men" is gewijzigd in „Ned. Chr.
Bond van Doven" spreekt voor
zichzelf.
Onze dove medemens leeft in
de wereld van de stilte. In ze
kere zin is dit dus een „aparte
wereld". Apart omdat daar
een belangrijk communicatie
middel: het geluid nader ge
preciseerd: de hoorbare mense
lijke stem ontbreekt.
Nu is het wonderlijk of
misschien ook begrijpelijk
hoeveel misverstanden er zijn
ontstaan rondom deze wereld
van de stilte. Wie niet het voor
recht heeft, vaak in aanraking
te komen met doven, zal onbe
wust voor deze wereld terug-
huiveren. Ejr is zoveel „afgeslo
ten": de aangesprokene ant
woordt niet; men kan hem niet
laten meegenieten van een com
positie, een hoorspel, een to
neelstuk. Veel wordt niet be
grepen en we vermijden het
contact mét de dove, omdat dit
van ons extra inspanning
vraagt en vaak ook extra tijd,
die we niet steeds tot onze
beschikking hebben in een we
reld, die roept om „tempo! tem
po!"
Zo groeien de werelden uit
elkaar: de wereld van de stilte
en de wereld van het rumoer,
waarin een absolute stilte wel
eens weldadig kan aandoen.
En nu doet zich dit
misverstand voor: we beschou
wen de dove als een mens, die
„anders" is. In zekere zin is dit
zo: hij mist een communicatie
middel, waarvan wij ons onbe
wust bedienen: het gehoor, dat
meer of minder ontwikkeld kan
zijn, fijner afgesteld of niet,
maar waarop we onmiddellijk
kunnen reageren in een ant
woord, een daad, dat we in een
onderdeel van een seconde kun
nen omzetten in een bepaalde
reactie.
Maar de dove is daarmee
geen „ander mens" geworden.
Alleen: hij leeft in de wereld
van de stilte... met dezélfde ver
langens. behoeften, geestelijke
mogelijkheden, talenten en in
tellectuele en technische kansen
als u en ik. Ik behoef u alleen
maar het voorbeeld te noemen
van de bijzonder begaafde
doof-blinde Helen Keiler.
De dove is niet gediend van
onze medelijdende neerbui
gendheid. En hij is er aller
minst mee gebaat, wanneer u
hem minder deelgenoot maakt
van wat er in een bepaalde
kring omgaat ..omdat hij het
toch niet horen kan"... en het u
teveel inspanning kost om hem
omstandig alles uit te leggen.
Dit laatste kan er de oorzaak
van worden, dat de dove zich
terugtrekt, soms achterdochtig
voerig was ingegaan op allerlei vragen, die mij werden ge
steld ten aanzien van het werk onder doven, vroeg één van
de aanwezigen: „Maar is dit nu allemaal zo nodig? Wij heb
ben in onze stad toch een aantal kerken met een installatie
voor doven en ook speciale banken voor doven?"Hij
had na dat uur nog niet het onderscheid begrepen tussen
slechthorend, hardhorend en doof. Het werd hem duidelijk,
toen ik hem voorstelde eens een dag door te brengen, waarin
hij totaal van de wereld van het geluid was afgesneden
lippen". De gebarentaal moet
zich tot het uiterste beperken:
afleiding moet worden verme
den. Belichting, vorm van het
gelaat van de voorganger, cle
rangschikking van de stoelen:
alles speelt een rol.
Hier doet zich ook een kans
tot oecumenische samenwerking
voor: daar de doven allerminst
kerkistisch zijn rekenen ze
niet na, hoeveel keer per jaar
een bepaalde voorganger „meer
is opgetreden" dan een andere.
Het gaat hun om de prediking
van het blijde Evangelie. Het
belang van een nauwe samen
werking wordt ook hoe langer
hoe meer ingezien. Interkerke
lijke commissies worden opge
richt. Het waren de doven zelf,
die de arbeid, die tot nu toe
door chr. organisaties en vere
nigingen werd verricht, liever
van de officiële kerken zagen
uitgaan.
De Chr. Geref. Kerk benoem
de een lerend ouderling, die dus
voortaan namens zijn kerk de
arbeid blijft verrichten, die hij
tot nu toe als „vrijwilliger" had
gedaan.
Niet alleen het werk onder de
doven is aan de dovenpastores
toevertrouwd: ze zullen ook de
wereld van de horenden duide
lijk moeten maken, dat al zijn
dan de doven volwaardige lid
maten van de Kerk de arbeid
onder hen op een speciale wijze
moet worden verricht. Mis
schien ligt hier ook een moge
lijkheid om op de universiteiten
en op het Seminarium van de
Hervormde Kerk contacten te
leggen.
De predikant, die in zijn
eerste gemeente bevestigd
wordt, zal toch op de ontmoe
ting met dove gemeenteleden
voorbereid moeten zijn. Deze
wordt en zich vereenzaamd
gaat voelen. Dan wordt de we
reld van de stilte eerst recht
een „aparte" wereld. De com
municatie met de horenden
komt dan hoe langer hoe moei
lijker tot stand.
Zoals zo vaak is gebeurd, wa
ren ook hier de verenigingen en
stichtingen de kerken vooruit.
Er kwam een vereniging tot
Behartiging van de Belangen
van Slechthorenden, een Ned.
Chr. Bond van Doofstommen
werd opgericht, audiologische
instituten verrezen. Het ging
erom de wereld van de stilte te
integreren in de wereld van het
geluid.
Het was de Christelijke Bond
van Doofstommen, die kerk
diensten ging organiseren, va-
cantieweken, bijbelkringen,
sportdagen, streek- en lande
lijke conferenties.
Tenslotte zagen ook de kerken
het belang van deze arbeid in.
Twaalf jaar geleden benoemde
de Synode van de Ned. Herv.
Kerk een „commissie" van de
Raad voor de Herderlijke Zorg
voor de arbeid onder de doven.
De Synode van de Gerefor
meerde Kerken in Nederland
benoemde deputaten voor deze
arbeid.
Beide Kerken beriepen een
predikant met speciale op
dracht. Hun taak was; de doven
in het land te bezoeken, kerk
diensten te beleggen voor doven
en er bij de kerkraden op aan
te dringen, dat ook gecombi
neerde diensten voor doven en
horenden zouden worden be
legd.
In deze diensten richt de
voorganger zich speciaal tot de
doven. Hij moet zich verstaan-
baarmaken door een sterke ar
ticulatie: de doven „lezen van de
i
ie Voor ds KRO-tsltvisi# Is
Frost morgenavond weer gaty
in een van zijn (voorbije) E)
shows, waarin hij zich de geq
ondervrager toont. Nlna Sirflonaj
zangeres wie wel eens wai t« j
commercie wordt verweten, al
zij de grote ster, ia een van)
artiestleke gasten. Hier een rsq
foto van haar.
- I
Maar David Frost heeft meerl
moetingen: Dusty Springfield r
langs, evenals Johnny Ray ent
der zijn The Dubllners pre6ent|r
dat het voor de liefhebbers Jt
fijn tv-uur wordt.
De verbeten doorzettingskracht van Japan
om na Amerika het tweede tv-land in de
wereld te ivorden, handhaaft zich nog steeds.
Ongeveer twaalf jaren geleden begon dit land
pas met televisie en het pakte de zaken met
een zo krachtdadig aan, dat liet in enkele
jaren tijds zich procentsgewijze naar de top
drong. Ook nu de kleuren in vele landen zijn
ingevoerd, neemt Japan een sterke plaats in.
Met verwaarlozing van Amerika ivaar men al
bijna vijftien jaren kleuren kent en waar toch
nog verreiveg de meeste mensen zwart-wit
kijken, is Japan de^ grote voorloper van alle
landen.
In totaal telt Japan 21.343.878
geregistreerde tv-apparaten en
daarvan zijn 1.984.243 kleuren-
ontvangers. Zetten we daar
zijn niet altijd in staat een
kerkdienst te bezoeken, die op
bereikbare afstand gehouden
wordt. Ze „moeten het dan
doen" met de pastor loei. Ze
zijn dan gelukkig, wanneer de
articulatie zo is geperfectio
neerd, dat ze van zijn lippen
kunnen lezen.
Natuurlijk zullen ze het con
tact met mede-doven blijven
zoeken. Zij „verstaan" elkaar.
In ons land is via allerlei do-
venverenigingen deze mogelijk
heid in ruime mate aanwezig.
Maar ze zullen toch in de eerste
plaats mogen weten, dat hun
kerk ze niet verwijst1 naar de
wereld van de stilte.
ir Het is de VPRO, aan de beurt van uitzenden op Nederland 1, die U vanavond uitnodigt mee te luisteren en
vooral te kijken naar het tweede deel van het slotconcert van de befaamde „Proms". Voor veel getrouwen is
het verleden jaar een kleine ontgoocheling geweest te bemerken, dat het juichend enthousiasme van de muziek-
minnende Britse jeugd toch niet zo uitsluitend de geliefde dirigent Sir Malcolm Sargent toeviel als algemeen
werd aangenomen. Zijn opvolger Colin Davis kreeg niet alleen precies hetzelfde volstrekt traditionele spektakel
voorgeschoteld, maar werd ook even luidruchtig en aanhankelijk toegejuicht.
bijv. de cijfers van Engeland
tegenover, dan luiden die:
15.397.307 zwart-wit-toestellen
tegen slechts 110.362 kleuren-
ontvangers. Dat is nogal een
verschil.
Nu kan men zeggen: ja, maai
de Japanse industrie maakt al
les veel goedkoper. Inderdaad,
maar dat is mede een gevolg
van de lage levensstandaard in
Japan. De inkomens zijn er
evenmin hoog.
Japan heeft echter niet voor
niets bij de invoering van de
televisie trots verklaard, dat
het, afgezien van Amerika (zo
veel staten bij elkaar!) tv-land
nummer één wilde worden.
Het land maakte allang
tv-toestellen voor export. De
regering begon, met grote
toestellen te plaatsen in de vele
theehuizen die Japan rijk is, en
nodigde de bevolking uit, gratis
te komen kijken.
Na slechts heel korte aarze
ling kwamen ze, de kijkers. En
ze vielen voor het wonder van
de bioscoop in huis. De over
heid zorgde voor aantrekkelijke
financiële regelingen en met
een vaart vlogen de kijktoestel-
len de woningen in. Geen land
ter wereld heeft zo'n snelle ont
wikkeling van de televisie ge
kend.
Hetzelfde gebeurde met de
invoering van kleuren: ook nu
werd het kopen van een appa
raat gemakkelijk gemaakt en
de Japanner, die sterk bij de
televisie wordt betrokken, heeft
er opnieuw veel voor over om
de trots van het land te dienen,
de eigen industrie te steunen
en... zichzelf het leven aange
naam te maken.
Niet alleen op het gebied van
apparaten-ver koop is Japan
vooruitstrevend. Het land heeft
ook zijn eigen satellieten en bö-
demstations en het staat op
technisch gebied in de voorste
gelederen.
Niet alleen op het gebied van
apparaten-verkoop is Japan
vooruitstrevend. Het land heeft
ook zijn eigen satellieten en bo
demstations en het staat op
technisch gebied in de voorste
gelederen.
Daarbij heeft het schatten
gelds beschikbaar gesteld
het vervaardigen van prima
port-programma's, vooral
showgebied. Wellicht herim
U zich, hoe er gewerkt wc
om mooie, begaafde meisjes
internaten op te leiden
harpspel, andere muziek,
en dans. De meisjes krijgen
onverbiddelijke strenge, ha
opleiding, niet alleen in artis
ke vakken, zij leren ook
zich te bewegen, te kleden,
te maken enz.
I
Pas na de lange leerschool I
alleen de allerbesten kunn
doorlopen, mogen zij in de t
roemde Japanse shows optred
of op toemee gaan naar A me
ka en Europa om daar i
beeldbuizen te verschijn
Spaarzaam, vooral niet te va
opdat de shows geen gewenni
worden, maar evenementen
dus... kostbaar kunnen blijv
Japan, industrieel sh
scherp commercieel ingest
komt er wel in deze v(
uitstrevendheid.
PHé WIJNBE
Er is een nieuw element ge
pen In de tv-programma's: de la
avond met één onderwerp. Ook
KRO gaat daar aan doen: er st
drie ideeën op de lijst, waar
twee In het lichtere genre en
diep-ernstig.
Met opluistering van wat spel
amusement komen op zo'n I
avond aan de beurt „25 jaar
ningnood" en „een zilveren j
leum".
Moeilijker zal het worden, na
werkdag een hele avond te klj
naar alles wat er te pa6 komt
..een gefingeerde aanval van
buitenlandse mogendheid".
wie het niet aankan, is er altijd
„het andere net".
Naar aanleiding van Jaap
Zijlstra, Land in zicht, uitg. J. H.
Kop N.V., Kampen, 42 gedichten,
53 blz.
JAAP ZIJLSTRA
dichter-dominee
De combinatie van predikant en
dichter, honderd jaar geleden ge
waardeerd, tachtig jaar geleden ge
hoond, sedert twintig jaar herleefd
in figuren als W. Barnard en J. Wit,
wordt na (laten we hopen mét) Ok-
ke Jager voortgezet door de jon
ge, frisse figuur van Jaap Zijlstra.
Zijn vorige bundels Voor de geluk
kige vinder en Onder mijn groene
huid laat ik nu maar in mijn gedich-
tenkast staan en ga daar niet meer
in bladeren. Het is zaak de onder
havige, nieuwe bundel onbevangen
te lezen en mijzelf en u lezer(es),
rekenschap te geven van de even
tuele betekenis daarvan.
Een dichtende predikant is in de eerste
plaats een dichtende christen. Men staat
hier primair voor het verschijnsel van een
vrije, christelijke dichtkunst. Dat is nog
iets anders dan kerkelijke poëzie. Ook
Zijlstra levert in dit boekje daaraan zijn
aandeel met vijf (een handvol) liederen
bestemd althans geschikt voor de
eredienst. Hier wordt de poëzie functio
neel, ze kan worden gebruikt voor sa
menzang.
De dichter is gebonden aan een stro
fische vorm; hij heeft rekening te houden
met een zangmelodie die door alle stro
fen heen bij de woorden, ja bij de letter
grepen past. Hij moet ook denken aan
het bevattingsvermogen van de gemeen
te, want een al te persoonlijke toon kan
hier een bezwaar zijn.
Persoonlijke accenten daarentegen zijn
welkom, zoals In het Lied van de Geest
,,wij talen naar uw woord"; zoals In hel
Lied van Pinksteren: „Vuurvogel van de
vloed, duiven boven de Jordaan". Zulke
accenten verhinderen dat de kerkliederen
helemaal „gemeentepoözie" worden en
zich zouden bewegen op het gemiddelde
geloof8dichterlijke niveau van de kerke
lijke gemeente. Deze vijf liederen zijn vrij
van retoriek, zuiver, maar behoren m.i.
niet tot Zijlstra's sterkere werk.
Een christelijke dichter behoeft niet al
tijd functioneel en dienstbaar te schrij
ven. Ik meen dat hij zich ook ontslagen
moet achten van het diensthuis der pro-
i fidei.
Er is in onze kringen een sterke, vrij
wel algemeen gedeelde overtuiging, dat
de christen-schrijver en christen-dichter,
altijd moeten getuigen van hun geloof.
Alsof dat geloven een apart vakje van
hun leven zou zijn. Alsof getuigen altijd
zou betekenen expliciet getuigen. Alsof
er In de poëzie niet zou zijn een soeve
reiniteit in eigen kring op grond waarvan
de dichter vrij mag uitspreken (zingen is
er tegenwoordig nauwelijks bij) wat er in
hem omgaat. Dat ziet er niet altijd even
christelijk uit en is niet altijd geschikt
propagandamateriaal Of misschien indi
rect juist wel?
Welnu, in deze vrijere verzen is
Zijlstra vergelijkenderwijs op zijn best.
Wel kan hij geen ogenblik vergeten dat
hij predikant is; het uitleggen (vaak impli-
citiet). vermanen en vertroosten zit hem
en dus ook zijn poëzie in het bloed.
Dit alles is bij hem evenals bij Jager
wel smakelijk, maar onlosmakelijk ver
bonden aan het maken van pikante op
merkingen. Ik noem enkele voorbeelden:
.Ik sta verbijsterd over zoveel zon, uit
gestort over zoveel dode zee" (10): „de
herders ruiken de stal. de wijzen gaat
een licht op, wij weten van de prins geen
kwaad, dat komt nog wel, drieëndertig
jaar later" (13); de „sterrit" van de wij
zen uit het oosten (15); een schilderij
voelt zich niet gepasseerd (24); „wij twij
felen met Thomas aan de houdbaarheid
van het net" (28); „de preekstoel, hel
kraaiennest boven het schip van de kerk"
(36); „zaaier, onrustzaaier" (37); „Jezus
in een preek tijds vermoord" (40).
Sinds Barnard daarmee begon, zijn
dergelijke pikanterieën) woordspelingen,
gesublimeerde volksuitdrukkingen in de
plaats gekomen van de vroegere zang
toon. Het betekent in feite een definitief
ombuigen van het zangerige naar het ver
nuftige, van het zingen naar het spitse
praten.
Ik wil er geen kwaad van zeggen, maar
ik hou er niet van, dat wil zeggen: ik hou
er wel van als spelingen van het dichter
lijke vernuft, maar niet als criterium van
het poëtische.
Als men hier van poëzie wil spreken, is
het toch geen dichten in de diepere zin
van het woord. Zo'n gedicht ontstaat
naar eigen innerlijke wetten; de dichter
Door Dr. C. Rijnsdorp
weet niet waar hij uitkomt, al zal hij soms
de slotregel in zijn hoofd hebben. Het is
een zuivere opwelling, die zichzelf woor
den en vorm kiest. Bij het vernuftige dicht
werk evenwel speelt het bewustzijn sterk
mee, waarmee men de lijn van de Renais
sance doortrekt (met inbegrip van Calvljns
opvattingen over kunst) en zelfs niet he
lemaal ontkomt aan resten van de Ver
lichting.
Nu kan men dit alles wel te ver ge
zocht vinden, maar wij zijn nu eenmaal
het product van een lange ontwikkeling,
ook als we daar helemaal niet aan i
ken, misschien dan juist wel het mi
Luidt mijn conclusie nu dat Zijlstra
slot van rekening toch een oppervla
dichter is, of misschien nauwelijks
echte dichter? Kan het vernuftige en
pikante het diepzinnige vervangen?
Op deze laatste vraag moet natuu
nee geantwoord worden en diepzlnn
verzen dan die van Zijlstra kan Ik mij
voorstellen. Maar iemand die een 1
kan schrijven als V.D.M. (38), met
citeren waarvan wij besluiten, msg
niet over het hoofd zien.
Ook om ongelukjes bij het zetter
voorkomen schrijf Ik het gedicht ove
prozavorm. „Als hij zijn mantel van l
ren niet had afgedaan, niet In zijn on
kleed had gestaan, begaan met onze
Ie voeten, niet naakt aan de paal
gegaan, mijn God. wat moet ik met i
toga aan."
Ook de „Psalm van u?" op blz. 9
ik al van de kansel heb horen clterer
een goed 9taal van wat Zijlstra kan.
waarheid schijnt tegenwoordig niet
hymnen, maar In kleinkunst te moi
worden overgebracht. Ook de smaak
kers van Calvljn beseffen dit, geti
Zijlstra's nieuwe bundel.
Dr. C. RIJNSDC