NIET OVER DE BRUG kansen in Voorburg LANDING VAN 600 PARAS V 7* Slag om Arnhem begon zo goed 9 5. 7VTERDA© U SEPTEMBER 196» Na de oorlog werd het Britse .10e Parachutisten-bataljon, dat 25 jaar geleden met 800 man werd ingezet bij de strijd om Arnhem, opnieuw opgericht. Sinds 1961 dalen elk Jaar in deze herdenkingsmaand 60 tot 70 manschappen per parachute op de Glnkelse helde bij Ede, het landingsterrein van 1944. Dit jaar zullen geen 60 maar 600 parachutisten de sprong ma ken in twee groepen van 300 man. De ene zou vanmiddag om 3 uur springen; de andere groep donderdag 18 september om 10 uur in de ochtend. Ook vetera nen uit 1944 zullen meespringen of op de heide als toeschouwer aanwezig zijn. Na een herdenking bij het mo nument aan de Amsterdamseweg wordt een militaire show met mu ziek gehouden op het Wijde veld, een weideterrein achter de Het was zondag. Rustig nazomerweer deed bijna vergeten, dat er een verschrikkelijke oorlog aan de gang was. Drie maanden na de invasie in Norman- dië waren Frankrijk en België grotendeels bevrijd. De stormloop op Hitiers Derde rijk kon beginnen. Met spanning werden de vorderingen van de ge allieerden gevolgd. Waar en wanneer zouden zij de Rijn oversteken om het Roergebied te bezetten en snel een eind aan de oorlog te maken Op die gedenkwaardige zondag, 17 september 1944, pro beerden ook de Duitsers op de Veluwe en in de Achterhoek het zich zo gemakkelijk mogelijk te maken. Het waren restan ten van eenheden, die voor de geallieerde legers uit waren gevlucht en benoorden de rivieren, waar zij zich veilig dach ten, probeerden op verhaal te komen, in afwachting van her groepering en nieuwe strijd. Ook veldmaarschalk Model, die de plaats van Rommel had ingenomen, had het zekere voor het onzekere genomen. Dat dacht hij tenminste. Op 15 sep tember had hij zijn hoofdkwar tier van Venlo naar Ooster beek verplaatst. Hij was er van overtuigd, dat de luchtlandings troepen, die in Engeland waren geconcentreerd, gebruikt zou den worden om een directe overgang over de Rijn te force ren en het hart van het Roerge bied binnen te dringen. Model bleek zich te hebben vergist en met hem de overige militaire bevelhebbers. Juist toen hij in hotel Tafelberg te Oosterbeek wilde gaan lunchen, kreeg hij het schokkende be richt, dat op enkele kilometers afstand geallieerde luchtlandin gen aan de gang waren. Hij kon nog slechts enkele persoon lijke bezittingen bijeen grissen om via Arnhem naar de Achter hoek te vluchten. Voordat Model zijn lunch voortijdig moest afbreken was een groot deel van Nederland al getuige geweest van het over vliegen van een machtige ar mada van vele honderden geal lieerde transportvliegtuigen, waartoe ook talrijke zweefvlieg- picknickplaats op de Ginkelse heide. Slechts twee delen van de heide zijn afgezet: dat waar de parachutisten neerkomen en het terrein nabij het monument. Een goed uitzicht op de „drop ping zone" heeft men o.a. op de hoge rand langs het pad van de Amsterdamseweg (Zuid-Ginkel). Voor een goede verkeersregeling verzoekt de politie belangstellen den, die per auto komen, een grote zelfgetekende zwarte hoofdletter P op wit papier op de voorruit van hun wagen te be vestigen. Hun wordt een parkeer plaats aangewezen. Verdere evenementen: van daag in Oosterbeek, maandag, woensdag en donderdag in Arn hem, dinsdag in Ede en donder dag in Driel, waar de gesneuvel de Poolse parachutisten worden herdacht. P KLAASSEN tuigen behoorden. Het was de grootste luchtvloot, die ooit werd gebruikt. De toestellen waren opgeste gen van 24 Engelse vliegvelden. Boven de Noordzee hadden zij zich gegroepeerd tot twee lang gerekte brede linten. De ene formatie had het gebied ten noorden van Eindhoven als be stemming, de andere koerste naar landingsterreinen bij Nij megen en Arnhem. Zij werden beschermd door honderden jachtvliegtuigen. Alleen de Duit se luchtafweer kwam in actie en haalde enkele tientallen vliegtuigen neer. De luchtlandingen waren een ontzagwekkende, maar tevens gewaagde onderneming, vooral wat betreft het verst verwijder de doel: de Rijnbrug bij Arn hem. De Britse veldmaarschalk Montgomery had het zo gewild. En de Amerikaanse opperbevel hebber, generaal Eisenhower. Een Nederlandse verpleegster verleent eerste hulp aan een gewonde Britse parachutist. die zich aanvankelijk verzet had, was ten slotte voor zijn argumenten gezwicht. In de we tenschap, dat een mislukking de strijd tegen de Duitsers nade lig zou beinvloeden. De gigantische onderneming zou zeker ook bij Arnhem zijn geslaagd, als Montgomery op de hoogte was geweest van de werkelijke militaire situatie in het gebied van Arnhem. De Duitse troepen, die zich daar bevonden waren bedoeld om na hergroepering naar Duitsland te vertrekken. Ook de resten van enkele pantserdivisies wa ren niet aan de aandacht van de Britten ontsnapt. Zij waren niet gevechtsklaar. In zijn memoires schreef Montgomery zich vergist te hebben toen hij aannam, dat de pantsereenheden niet meer in staat waren tot een doeltref fend optreden: „De gevechts kracht was ver boven onze ver wachting." Tc weinig aandacht bleek te zijn besteed aan inlich tingen uit bezet gebied, waar van de waarde niet altijd even goed kon worden beoordeeld. Zelfs wist men niet, dat Model zijn hoofdkwartier naar Ooster beek had verplaatst. Eenzelfde fout hebben de Duitsers gemaakt, toen zij geen geloof hechtten aan de meldin gen" van de Nederlandse spion Lindemans, die onder de naam King Kong werkte. Op 25 augustus had hij de Duitsers gemeld, dat de geallieerden hun hoofdaanval zouden doen in de omgeving van Dinant, dan over Namen in de richting Eindho ven doorbreken om zo snel mo gelijk de rivierovergangen bij Nijmegen en Arnhem in han den te krijgen. Twee dagen voor de landin gen berichtte hij, dat de geal lieerden een grote aanval zou den doen met het doel Eindho ven te bezetten en verder naar het noorden te trekken. Op zon dagochtend 17 september zou de operatie beginnen. In Enge land stonden, zo meldde hij voorts, parachutisten en lucht landingsdivisies gereed voor on middellijk uit te voeren lucht landingen. Van zijn inlichtin gen werd echter geen gebruik gemaakt. Zozeer verwachtte men een rechtstreekse aanval op het Roergebied. De overhaaste vlucht van veldmaarschalk Model uit Oos terbeek en de paniek, die de machtige luchtarmada aanvan kelijk veroorzaakte, bewijzen, dat de Duitsers niet alleen bij Arnhem, maar ook bij Eindho ven en Nijmegen volledig wer den verrast. Aan een samen loop van ongelukkig omstandig heden hadden zij te danken, dat de Slag bjj Arnhem in hun voordeel uitviel. Zo moest een Amerikaans vliegtuig, dat bij de landings operaties was betrokken, een noodlanding maken in bezet ge bied. In het toestel vonden de Duitsers een operatiebevel, dat inzicht gaf in de geallieerde operatieplannen voor de ko mende dagen en de mogelijk heid verschafte doeltreffende tegenmaatregelen te nemen. Zij konden hun reserves naar Arnhem sturen om te voorko men, dat de van Nijmegen uil Zwaar getroffen kwam Arnhem uit de strijd om de Rijnbrug tevoor schijn. Ook in de St. Eusebiuskerk was weinig overeind geblevan. oprukkende troepen de Rijn zouden bereiken om de in Arn hem en bij Oosterbeek ingeslo ten luchtlandingstroepen te ont zetten en vervolgens toch een bruggehoofd op de noordelijke oever te vestigen. Veel tran sportvliegtuigen werden een ge makkelijke prooi van Duitse ja gers, die precies wisten, waar zij moesten toeslaan. Ook was het weer omgesla gen. Het regende en mistte, waardoor nieuwe landingen moesten worden uitgesteld. Toestellen, die er in slaagden boven het landingsgebied te ko men oin levensmiddelen en mu- nitievoorraden af te werpen, misten vaak hun doel, waar door hun ladingen achter de vijandelijke linies terechtkwa men. Van de 350 Britten, die tol de Rijnbrug waren doorgedrongen, leefden er na vijf dagen geen 100 meer. En toen na negen da gen bleek, dat geen hulp kwam opdagen, wisten slechts enkele duizenden militairen volkomen uitgeput de zuidelijke oever van de Rijn te bereiken. Duizen den waren omgekomeij en nog talrijker waren degenen, die in Duitse krijgsgevangenschap ge raakten. Dit alles had niemand kun nen vermoeden op die zonnige zondag, bijna 25 jaar geleden, waarop de bevrijding van bezet Nederland zo dichtbij leek. De dramatische nederlaag stelde het einde van de oorlog echter verder uit. Er zou nog een lan ge hongerwinter komen en ve len zouden nog sterven, voordat in mei 1945 de bevrijding zou aanbreken. Eigenlijk zo maar ineens heeft de Gereformeerde Kerk van Voorburg twee lekeprekers. Zelf zullen zij dr. Joh. Scheurer, oud-personeelchef bij Van der Heem en W. Ros, secretaris pensioenfonds van een aantal produktschappen het niet zo formuleren. „We spreken in de dienst een stichtelijk woord", of: „We geven er een bijbeloverdenking", zeggen ze voorzich tig. Hun optreden is uit nood geboren: plotselinge ziekte van een dominee en open predikbeur ten, waarin niet officieel kon worden voorzien. Beiden zijn het er, na een aantal malen te zijn opgetreden, over eens, dat deze mogelijkheid bij het zoeken naar vernieuwing in de eredienst ernstige overweging verdient. „Ik weet in Voorburg direkt tien mensen te noemen die het ook zouden kunnen", meldt de heer Ros. En waarom zou Voorburg een uitzondering zijn? In elk geval is er. voorzover valt 1 te gaan, sprake van een unicum de gereformeerde kerken. Merk aardig is, dat de lekeprekers ei- bnlijk zonder slag of stoot de I naar de kansel geopend za- fen, terwijl kerkeraden over heel minder belangrijke zaken s uit den treure kunnen delibe- voor (of zonder dat) er een sslissing uit de bus komt. Uniek, omdat het hier leden van kerk betreft die geen enkele aroepsmatige ambitie" hebben er dus ook geen honorering oor ontvangen, zoals theologische indidaten, toekomstige predikan- 0 op artikel 6 (vroeger 8). of rende ouderlingen, die met name 1 langdurig vakante gemeenten leer en meer gaan voorkomen en betaalde z.g. hulpdiensten irrichten. Kerkrechtelijk is de aak van de lekepreek dan ook •Ikomen blanco, hoorden we van en deskundige op dit gebied, 'of. dr. D. Nauta Beide „doe-het-zelvers" (als we oneerbiedig mogen zijn) stellen et bepaald niet zonder enige er- "ing. Dr. Scheurer sprak in zijn iensttijd mobilisatiejaren erste wereldoorlog al samen et een hervormde sergeant in ge- ganiseerde godsdienstoefeningen Jor protestantse militairen, het- hun al gauw de bijnaam van labelzwaaiende zielszorgers" op- verde. Later, in Amersfoort, ging voor in diensten van Levensvra- en (buitenkerkelijken), die je daar zondags had. Ook op zeereizen iald hij, als er geen dominee aan oord was, wel korte meditaties. A's ouderling spraken zowel de 'eer Ros als dr. Scheurer in 'iensten van het rusthuis en het taconessenhuis, die in hun wijk |9gen. Voorts soms ook in Avondstilten op zaterdag. Vreemd is de verkondiging hun dus niet. Acute aanleiding tot een en an der vormde het plotseling uitvallen van ds. I. M. de Graaf, die 's woensdags voor Hemelvaartsdag door een hartinfarct werd getroffen (waarvan hij gelukkig weer herstel lende is). In de dienst van de vol gende morgen kon niet meer wor den voorzien. Dr. Scheurer: ,.Met de heer Ros BIJLAGE VAN HET KWARTET De Rotterdammer Nieuwe Haagse Courant Nieuwe Leidse Courant Dordts Dagblad behoorde ik tot de ouderlingen die aangewezen waren, in geval van nood een preek te lezen. Nu gaat me dat altijd moeilijk af. Ik ben gewend bij spreken in het open baar en dat heb Ik heel wat in mijn leven moeten doen alles wat ik wil zeggen puntsgewijs op te zetten. Doe ik het niet, dan voel ik me geblokkeerd omdat ik onvol doende contact heb. Zelfs bij preek-lezen las ik tevoren de stof zo vaak door, dat ik deze aan de hand van de punten die ik eruit gehaald had kon na vertellen." „Die dag voor Hemelvaart voel de ik meer voor een eigen stichte lijk woord, ook al omdat ik me afvroeg waar ik zo gauw een preek over Hemelvaart vandaan zou moeten halen. Welnu, dat is gebeurd ondanks de korte tijd van voorbereiding. De kerkeraad had geen bezwaar." „Omdat we met een open preek- rooster bleven zitten met later nog meer te verwachten „blinde vlek ken" vanwege een komende vaca ture, blijft men de heer Ros en mij van tijd tot tijd vragen diensten te leiden. Dat vinden we goed als ons maar voldoende tijd van voor bereiding wordt gegund. Met ande re woorden, bij het ontbreken van een andere oplossing vallen we in. Het blijft vooralsnog echt een „noodverband". Er gaan in de gemeente echter al meer stemmen op om, als het kan, deze zaak te normaliseren. De kerkgangers ervaren het als een verrijking nu al herhaaldelijk is gebleken hoe onvermoede krach ten onder hen tot hun recht kun nen komen. Het Is eenvoudig zon de om die ongebruikt te laten, zo kan men horen. Dat ligt natuurlijk ook aan de kwaliteit van het openbaar gewor den lekewerk. Beide lekeprekere namen als nadrukkelijk uit gangspunt een verantwoorde exe gese, want je houdt geen referaat, je doceert niet, maar moet verkon digen. „Alles wat je zegt, moet je uit de Bijbel duidelijk kunnen ma ken, zeg maar gerust: bewijzen, als ik even zo ouderwets mag zijn, meent dr. Scheurer. „En dat ver eist heel wat studie, zeker als je geen professional bent." Werden het dan „ouderwetse" preken? Verre van dat Voor een jeugdienst haalde de heer Scheu rer een aantal jongeren bij zich thuis om samen tot een tekstkeus te komen. Het werd, naar (ook de jonge) kerkgangers verklaarden, een hypermoderne, indringende preek. Waarbij hij voorts over woog: nu ik toch wat aan het vrij- buiteren ben, doe ik het liturgisch ook een beetje anders. Zo vertaalde hij de Wet voor een keer eens in eigentijdse be woordingen en week hij. bij schuld belijdenis en genadeverkondiging enigszins af van de gangbare vor men. Ook liet hij in die dienst een jongere de lezingen van Oud en Nieuw Testament niet voor, maar tijdens de preek doen. die hij dan even onderbrak. Zo waren de toe hoorders gemakkelijker in staat op te merken waarom die bijbelge deelten in verband met de preek waren gekozen. Ook de heer Ros heeft het zich zelf in zijn preken allerminst ge makkelijk gemaakt. Zo koos hij voor zijn meest recente preek een tekst uit een nogal onbekend bij belgedeelte: 2 Koningen 10 vers 15b: „En hij (Jonadab) gaf hem (Jehu) de hand", waarna hij uitvoe rig de positie van Jonadab, de her der-Bedouin, schetste, die, geleid door de wil om Jahwé te dienen, koos voor overste Jehua, die als gezalfde Gods de afgodendienst van Achabs huis radicaal vernie tigde. Geroutineerde kerkgangers zul len nu misschien al wel begrijpen in welke richting de lekepreker de lijnen naar onze tijd doortrok. Zo niet, dan zijn ze geen lekepre- kers-in-de-dop.... In elk geval kan wel begrepen worden dat dit stukje origineel Schriftonderzoek Je neemt er ongelooflijk veel van mee, aldus de heer Ros de lekepreker een paar weken (avonduren) kostte Zelfs een kampeerweekend werd ervoor benut. Enkele meelevende theologen mochten dan gefronst hebben (zo van: kon je aanloop niet wat een voudiger?) toen ze van die keus hoorden, achteraf vernamen ze van een doorwrocht stuk stichtelijk werk. waarnaar de gemeente ge boeid had geluisterd. Beide sprekers kregen na afloop van hun diensten de nodige com plimenten. Al waren er ook wel enkele minder positieven, die het „instituut" als zodanig teveel bui ten de orde vonden. Deze zijn echter op de vingers van één hand te tellen. Dr. Scheurer: „Een dominee heeft me in het verleden wel eens toen we het over deze zaak had den. gezegd, dat als je lekepre kers ruim baan zou geven, dit de weg zou openen voor allerlei ket terijen. Waarop Ik hem toen goed moedig heb geantwoord: Maar weet je wel, dat praktisch alle ket terijen in het verleden door theolo gen zijn gelanceerd?" Professor Nauta, in het begin al genoemd, vindt dat in deze tijd van experimenteren en moeilijke voorziening In predikbeurten (de scribae krijgen er grijze haren van) de lekepreek misschien wel een kans moet krijgen (ook hij is voorzichtig). Maar als dit veel zou gaan voorkomen, moeten er van synodewege natuurlijk wel regels voor worden opgesteld, waar de kerken deze meerdere vergadering dan om zouden moeten verzoeken. Nu het nog niet zover is, zou hij het om te beginnen al correct vin den als In voorkomende gevallen de classis op de hoogte werd gesteld. Zo kerken-ordelijk waren ze in Voorburg nu ook wel weer. De classis weet er alles van. De twee lekeprekers, de heren dr. Jon. Scheurer (links) en W. Ros kerk in Voorburg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 13