Dagelijkse show van minerale
pracht en heelalreizigers
Hier bepaalt men puurheid
van toermalijn en agaat
Wisselvallige handel
Rijksmuseum Geologie en Mineralogie Leiden
biedt onderdak aan hemelse en aardse stenen
Spectaculaire
botsing
Niet verzekerd
EXTASE IN DONKERE KAMER
Museum van de
eerste orde
Rage werd
het begin
Doolhof van
verwarring
NIEUWE LEIDSE COURANT
4
NIEUWE LEIDSE COURANT
ne-appels van de koekoeksklok,
(excuseer de vergelijking) geite
keutels of balletjes hard geworden
teer.
Uw fantasie speelt u dan evenwel
parten, want hier staat men oog in
oog mét reizigers, voor wie de
Apollo-8-astronauten met respect
hun ruimtehelm zouden afnemen.
Zij begonnen hun tocht misschien
al tijdens Karei de Grote en
brachten ons, omdat zij toevallig
binnen de dampkring kwamen en
toen onze planeet ontmoetten, een
teken en groet uit de oneindigheid.
T~)E METEORIETEN, uit verschil
lende gesteenten samengesteld,
leveren de minste moeilijkheden:
ze hebben zich losgemaakt uit de
massa van miljoenen soortgenoten,
die ergens ter wereld hun eindhal
te vonden en daarbij een meer of
minder spectaculaire botsing
maakten.
De meteoriet, die in 1908 in Siberië
neerkwam, maakte het vr'j bont.
Tot op een afstand van 30 km van
de ontstane krater werden bomen
geveld door de luchtdruk. Er
ontstonden door de stukken van
de meteoriet gaten met middellij
nen van enkele meters tot onge
veer 40 meter toe. Er kwamen ook
mensen om en zeker 1000 rendie
ren lieten op die 30ste juni het
leven. Het gewicht van de neerge
komen stukken meteoriet werd op
ca. 130.000 kg geschat.
Conservator Zwaan berijdt een stok
paardje. Hij heeft voor zijn we
tenschappelijke professie, die het
aangename van een hobby heeft,
de edelstenen voor zijn rekening
genomen. Het moet wel een hele
belevenis zijn, de puurheid te be^
palen van agaat. De waardering
voor edelstenen ligt verschillend.
De één houdt van gespleten mine
ralen, de ander prefereert de ori
ginele vorm. Ongeveer 100 minera
len slijpt men regelmatig. De be
langrijkste in Nederland (als sie
raad) zijn de diamant, de robijn,
de saffier en de smaragd. De uit
drukking „halfedelsteen" vinden
edelsteendeskundigen als dr.
Zwaan onzinnig. Alleen hardheid,
duurzaamheid, schoonheid en zeld
zaamheid spelen een rol. Het enige
onderscheid, dat deze kenners ma
ken is: kostbare en minder kostba-
LEIDEN Het was gisteren op de
veemarkt maar een luie en stugge
bedoening. Ook het marktbezoek
was maar erg matig. Het voorjaar is
erg laat. het aanbod krap, het vlees
erg duur en het verbruik miniem.
Factoren waardoor het in de handel
niet erg wil vlotten. Mogelijk dat
straks tegen de feestdagen en het
voorjaar weer meer gang in de han
del zal komen.
Gebruiksvee: Ondanks alles in de
ze afdeling toch een aardige aanvoer
en hoewel er veel boeren op het
appèl ontbraken, was de belangstel
ling in de sector melk- en kalfkoei-
en toch wel iets beter. De handel
deed het in deze sector iets williger
en goed prijshoudend.
In de sector varekoeien nog weinig
verandering en door het late voor
jaar ook niet veel animo. Hoewel er
geen topkwaliteiten waren aange
voerd, waren de goede kwaliteiten
wel goed te verkopen en bleven deze
ook nog duur. De handel deed het
kalm af, maar men kreeg niets goed
koper in handen.
Jongvee: nog weinig aanvoer, niet
veel belangstelling en een kalme
handel.
Vette koeien: bij een korte aan
voer in deze afdeling bleef ook het
aanbod nog steeds erg krap. Dus
weinig verandering van beeld. De
dure prijzen van het vlees leggen
nog steeds een rem op het vlees-ver
bruik.
In de slachthuizen en de slagerijen
ging het kalm toe. Wel waren als
gevolg van een invoer uit Frankrijk
de achtervoeten iets goedkoper,
maar toch bleef alles nog onvermin
derd duur.
Vette kalveren en slachtnuka's: in
beide afdelingen niet veel aanvoer.
De vette kalveren waren van mid-
delsoortige kwaliteit, de vraag min
der. De handel was lui met iets ge
drukte prijzen.
Veel aanvoer van nuchtere kalve
ren heeft Leiden nooit. Ook gis lei en
niet. Over het algemeen is het aan
bod echter groot genoeg, waardoor
deze handel het rustig aan deed.
Wolvee: de kleine aanvoer in deze
afdeling bestond hoofdzakelijk uit
vette schapen: opruimers, die voor
de fokkerij zijn uitgevallen, en nog
een klein aantal vette lammeren, zo
genaamde overhouders, waaronder
geen kwaliteiten meer werden aan
getroffen. Op een enkel goed schaap
na was er van de zijde van de ex- j
port geen belangstelling meer.
De handel verliep daardoor stug
duur, maar de vette lammeren no
teerden wegens de mindere kwaliteit
toch lager. De verkoop van stellen
begint langzamerhand op gang te
komen, maar de aanvoer was nog te
gering om hiervan een notering op
te maken.
Varkens vöor fok- cn mesterij:
iets ruimer dan vorige week. Toch in
deze afdeling ook nog geen grote
aanvoer, maar wel een tendens van
iets meer handel. Het voorjaar is,
hoewel laat, in aantocht en de boe
ren vullen de in de stallen openge
vallen plaatsen graag op. De handel
was dan ook redelijk en de prijzen
staande tot iets terughoudend.
Slachtvarkens: er was de afgelo
pen week een voldoende aanbod van
slachtvarkens bij iets minder vraag.
Het vleesverbruik was slecht, terwijl
de staking in Frankrijk en de onze
kerheid omtrent de Franse Franc
enige terughoudendheid veroorzaak
te. De handel was daardoor moei
lijker. De prijzen werden iets ver
laagd.
Geiten: geen grote aanvoer, een
ruime belangstelling van buiten
landse gastarbeiders, een goede
prijshoudende handel.
Hier openbaren mineralen, me
teorieten en tektieten hun
verborgenheden.
kunt meeenemen stonden vele hun
verzamelingen aan musea ook
het Rijksmuseum van Natuurlijke
Historie, waar Mineralogie tot 1878
deel van uitmaakte af. Veel ook
werd aangeschaft. Er werden
nieuwe schenkingen gedaan en
conservatoren reizen zo nu en dan
rond om aanwinsten bijeen te ga
ren.
Mineralen hebben een naam en een
eigen „persoonlijkheid". Men
noemde ze naar iemand, die ze
vond of gaf er de naam van be
langrijke figuren aan: goethiet
(Goethe), willemiet (koning Wil
lem I), kunziet (naar een meneer
die Kunz heette). Nieuwe minera
len krijgen ook wel de naam van de
eerste vindplaats: andaluziet (An-
dalusië), aragoniet (Aragon). Ne
derland leverde weinig aan het
museum; men vindt er hooguit
wat mineralen op fossielen en bot
ten.
Een mineraal is oorspronkelijk vol
komen kleurloos. De kleur komt
door menging van elementen. De
robijn bijvoorbeeld ontstaat door
bijvoeging van een klein beetje
chroomoxyde, dat overigens bij
een smaragd weer 'n groene kleur
veroorzaakt
U moet eigenlijk (als niet-deskundi-
ge) niet te veel trachten achter de
herkomst van alles te komen. Laat
de mineralen hun eigen verhaal
vertellen. Kijk maar eens naar dat
brok zwavel uit Italië, zacht van
stemming, frêle als een gele diep
zeevrucht en wonderlijk combine
rend met calciet op een coelestien.
De groene malachiet zou in een
serail een oosterse favoriete kun
nen betoveren; veel ernstiger is de
als met anthraciet bezaaide tetrae-
driet uit Duitsland.
Een stuk kwarts uit IJsland steekt
zijn pieken in alle richtingen en
psilomelaan ligt in steen als een
sculptuur met tientallen gestrekte,
zwartgrijze vingertjes. En daar is
een robuuste amethist uit Brazilië,
van vulkanische herkomst en ge
vormd in lava: de violette produ
cent van zovele stenen voor bis
schopsringen uit het tijdperk van
vóór Vaticanum II.
Allemaal eens verborgen rijkdom uit
het onderaardse. Soms van on
heilspellende schoonheid, maar
steeds weer ongedacht boeiend.
FR HEERST in dit museum geen
■L< eerbiedige stilte, men fluistert er
niet als bij een schilderij van
Rembrandt. Je gaat hier met de
pronkstenen om. Hooguit ziet men
een bewonderaar mompelend zich
buigen over het Delfts blauw,
waarin een linariet zich heeft
gestoken of jpaf staand de bril af
nemen bij een wereldje van agaat
en jaspis. Voor de werkelijkheid
zorgen steeds weer de langzame
stappen der suppoosten, die de
plaats innemen van een niet te
schatten verzekeringspremie. Het
rijk verzekert niet, maar de sup
poosten verliezen niets uit het oog.
„Meneer, als je iedere steen in je
wilt opnemen, heb je dagen no
dig", voegde een van deze trouwe
wachters ons toe, welke medede
ling werd gevolgd door een
niesbui, want het was nog steeds
de tijd daarvoor. De suppoost ver
telde verder, dat er wel bezoekers
zijn, die steeds weer terug komen
voor hun studie. Soms nog heel
jong, zoals een knaapje van amper
15, dat volkomen in de mineralo-
gische pracht opging en een bond
genoot in ons zag„wat een kleu
ren, hè meneer.En verder ging
hij weer, van fosfaat naar arsena
len en vanadaten.
De eerste zaal wordt in tweeën
gesplitst door de pronkkamer van
het museum, de fluorescentieka
mer. In twee kasten bevinden zich
hier mineralen, ogenschijnlijk met
eigenschappen als alle andere.
Maar als ze (onzichtbaar) ultravio
let licht ontvangen zenden ze het
als een soort transformator terug
in versterkte mate en deze reflec
tie wordt dan plotseling voor het
oog zichtbaar. Het is een openba
ring wat men dan aan kleurscha
keringen ziet in deze „donkere ka
mer" van Mineralogie.
Door de omzwervingen langs al die
mineralogische openbaringen, de
kwartspieken, barnsteen uit het
alluvium (Pommeren) en glim
mend pyriet, een versteende
doorsneeboomstam uit Arizona,
waarvan het gepolijste oppervlak
een dessin vertoont als van
oud-Chinees porcelein, zouden we
gewoon vergeten, dat de zalen nog
andere exclusieve kleinoden her
bergen. Want naast de chemische
„aard-cultures" liggen meteorieten
en tektieten in tafelvitrines op be
langstelling te wachten.
Zonder een uiteenzetting van een
man als dr. Zwaan voelt' u zich
geconfronteerd met granaatscher
ven, eierkooltjes, ijzeren den-
Jeugdige belangstelling voor
mineralen: een toenemend ver
schijnsel in het Rijksmuseum
van Geologie en Mineralogie.
LEIDEN Wjj leven feitelijk op een grote bal
van mineralen. Dat zou je niet zeggen als je tussen
aanstormende auto's, bussen en fietsen het Stations
plein tracht over te steken, maar het is wel waar.
Onze aarde is één kolossale bal van mineralen. Ge
leerden hebben dit voor ons geconstateerd. Sterker
nog: mineralen zijn ook ten nauwste verbonden
met de stoffelijke en geestelijke ontwikkeling van
de mensheid. Onze primitiefste voorouders gebruik
ten al stenen en klei, kleurrijke en glanzend mine
rale brokken en kristallen voor hun sieraden,
bouwmaterialen of versierselen. Een vorsende
Treophrastus hield zich in 315 vóór Christus al met
mineralen bezig en hjj schreef een studie „Over
stenen". De betrouwbare chemische analyse kwam
pas in het begin van de vorige eeuw goed op gang.
Dergelijke overpeinizingen overvallen je niet di
rect als je voor het voormalige Heilige Geest-Arme
Weeshuis aan de Hooglandse Kerkgracht staat.
Toch kan men daarbinnen sinds 3 februari een hel
der licht laten schijnen op de minerale illustraties
van ons leven op aarde. Dit stenen monument van
naastenliefde, een reformatorische uitloper van de
middeleeuwse liefdadigheid, was tot ongeveer 1950
nog een tehuis voor wezen. Men ziet ze versteend
in de tympaan boven de poort; een hele stoet, op
ziend naar de H. Geest in duivegedaante. Het koste
lijk beeldhouwwerk bekroont nu het entree van een
museum, het Rijksmuseum van Geologie en Mine
ralogie, dat een curieuze weelde in een vernieuwde
verpakking heeft gestoken.
aCHTER DE trotse renaissanne ge-
i vel, pronkstuk van voorname,
rustige Hollandse weelderigheid,
zijn de Kaatjes en Kootjes van
weleer vervangen door museumbe
woners; levende en dode. We zul
len ons in dit verhaal grotendeels
moeten beperken tot de dode be
woners, want om hen is alles be
gonnen. Afkomstig uit onpeilbare
diepten van het heelal, door de
aardse dampkring suizend, zijn ve
le als hemelse stenen tegen de we
reld geslagen. Honderden van deze
stenen vonden een eindbestem
ming in het museum en liggen nu
in een „provisorische expositie"
systematisch en punctueel geor
dend mensen te boeien.
PROVISORISCH", want er komt
nog veel meer in de gebouwen
aan de Hooglandse Kerkgracht. Op
het ogenblik zijn drie zalen in ge
bruik genomen, maar uitbreiding
is in voorbereiding, vertelde
conservator dr. P. C. Zwaan. De
afdeling Vulcanologie en Petrolo-
gie zal de volgende stap zijn.
Als de plannen gerealiseerd zijn zal
het Museum van Geologie en Mi
neralogie zichtbaar een kostelijk
en kostbaar bezit zijn en internati
onaal gezien een museum van de
eerste orde. Nu al verzekeren bui
tenlandse vakgenoten de heer
Zwaan, dat hier in Leiden iets bij
zonders te zien is.
In de hal staat meteen de ouderdom
in tienduizenden jaren gemeten al
stokstijf tegen de witte muur. Het
is een versteende palm achter glas,
in zijn groeitijd nog niet erg uit de
kluiten gewassen, maar in de aar
de verdwenen en ingebakerd in
Italië en in het Boven Eoceen ver
werkt tot tertiaire indrukken. Een
plantaardig fossiel, waarvan het
museum nog meer specimina bezit
die later ook aan de openbaarheid
worden prijsgegeven.
]V"A HET beklimmen van de monu
mentale trap (achter zo'n gevel
kun je moeilijk iets anders ver
wachten) vindt de bezoeker het
opengeslagen gastenboe*. Gemid
deld dertig personen zetten hier
dagelijks hun handtekening.
Op weg naar de Leidse schatkamer
van hemel en aarde, drie zalen vol
stenen, metalen en scheikundig sa
mengestelde wonderen der natuur.
In tegenstelling tot het verlaten
museum aan de Garenmarkt, waar
de vitrines stijf tegen elkaar ston
den is in deze zalen zoveel ruimte
gelaten, dat men de stenen en mi
neralen de gelegenheid heeft gege
ven zich aan alle kanten te laten
bewonderen.
T/OORAL NA Napoleon heerste er
onder welgestelde lieden een ra
ge: het verzamelen van mineralen
en gevonden hemellichaampjes.
Hele kabinetten vol waren er en
omdat je bij overlijden toch niets
®Vm
re stenen. „Van de prijzen weten
wij niets af. Dat is louter een han
delskwestie. Wij rekenen alleen in
karaat".
Een ander hoofdstuk beslaan de syn
thetische stenen. Bijvoorbeeld de
robijnen en saffieren bezitten in
synthetische vorm dezelfde ei
genschappen als de echte stenen.
„Die zijn betrekkelijk eenvoudig
chemisch in elkaar te flansen."
JJE „EDELSTENOLOGIE" (een
woord dat niet bestaat) is een
doolhof van verwarring als het op
synthetische exemplaren aankomt.
Dr. Zwaan vertelde ons over ko
runden, eigenlijk gekristalliseerde,
kleurloze aluminium oxyden, mi
neralen, die in hardheid alleen
door diamant worden overtroffen.
Deze korunden komen in de na
tuur in meer kleuren voor: rood
noemt men robijn, blauw is saf
fier. Alle andere kleuren dan rood
en blauw worden ook saffieren ge
noemd in de handel, ofschoon saf
fier dus feitelijk blauw betekent.
Synthetisch worden korunden in al
lerlei kleuren gemaakt. Maar men
geeft ze (voor de verkoop) de
naam van de (echte) steen, die de
zelfde kleur heeft. Dagelijks wor
den stenen en parels in het labora
torium van de Stichting Neder
lands Instituut voor Wetenschap
pelijk Onderzoek Edelstenen en
Paarlen te Leiden onderzocht. Dit
instituut is ook in het museum ge
vestigd en heeft dr. Zwaan als
hoofd. Voor echtheid worden certi
ficaten afgegeven; soms moet men
Kwartsvariëteiten met hun ty
pische piekerige kristalopbouw.
In het midden, als in een door
gezaagde kokosnoot, een ro
buuste amethist in violette
pracht.
Tegen het eind van de vorige
eeuw sloeg een nïkkelijzerme-
teoriet in Arizona (V.S.) een
kratten met eert diameter van
1200 meter. Een gedeelte van
deze meteoriet (zo'n 40 cm
hoogbevindt zich in het Leid
se museum: bruin en nog steeds
vervaarlijk van voorkomen.
juweliers of particulieren (voor
het doorlichten wordt een vergoe
ding gevraagd) mededelen, dat
hun steen niet „echt" is.
De heer Zwaan kan zich heel goed
voorstellen, dat een vrouw al erg
vereerd is met een imitatie-parel,
Voor een gemiddelde huisvader of
bewonderaar is een echt exem-
plaar nauwelijks betaalbaar. Dat
men met imitaties goede sier kan
maken wordt op Mallorca bewe
zen. Ofschoon nog nooit parels in
oesters hebben gezeten worden er
toch parels verkocht, althans gla
zen bolletjes, die bedekt zijn met
een laagje essence van visschub
ben. Dr. Zwaan kent een winkel
op Mallorca, waar dagelijks het
hele jaar door voor 10.000 dollar
aan imitatie-parels wordt omgezet.
In Nederland kan men ze voor de
helft van de prijs kopen.
Men hoeft geen fervent geoloog
of mineraloog te zyn om in dit
museum iets geheel nieuws te
ervaren. Ook doorgewinterde mu- J
seumbezoekers doen hier ontdek-
kingen tussen de met zorg en toe-
wijding verzamelde grauwe heelal-
stenen of door hun kleurencom-
positie fascinerende natuurschat-
ten van dit ondermaanse. Een ver- j
loren uurtje hier doorgebracht kan j
omslaan in een middag vol rijke
winst aan kennis en diepe impres-
eies. Het Rijksmuseum van Geolo
gie en Mineralogie is een oord om j
vaker naar terug te keren.