Economische macht draaglijk maken Tegenwichten moeten groter rol spelen KERK - THEOLOGIE - REVOLUTIE - GELOOFSBELEVING DEZE WEEK RUSLAND DOOR DE WEEK Gezegd Rembrandt schittert IATERDAG 1 MAART 1969 HET IS DRUK op het Binnen hof deze week eigenlijk maar goed dat Nixon rriet komt; mi- nlater Lune heeft trouwens last van zijn rug. Diens ontmoeting met de Kamer wordt haast een botsing, vooral zijn conflict met Biesheuvel over West-Irian is door wederzijdse ergernis ge kenmerkt. In de Kamer dus Indonesië (motie-Jongeling: geen ontwikke lingshulp als dat zo doorgaat met West-lrian een stichting beschuldigt Djakarta van Grieks-kolonelsbewind komt Soeharto naar Nederland ja of nee? de motie-Geelkerken die Luns boven het hoofd hangt om nu al met Djakarta over de Pa poea's te gaan praten). Ook an dere landen komen aan bod Udinks ontwikkelingshulpbeleid wordt gewaardeerd Neder lands plan voor EEG-voedselhulp ■an Blafra Luns werkt verder ■en zijn Biafraplan met Haile Se lassie). Niet minder In de Kamer de •igen huis-, tuin-, en keukenza ken, als daar zijn het prijzende- bat (De Block belooft aparte prijsmaatregelen; geen algemene prljsstop); hoger minimumloon ■Ie het bedrijfsleven daarmee Instemt; hogere kigderbijslag; de wegenbelasting niet 1 juli maar pas 1 januari 1970 omhoog; de AOW-uitkering (nu al) omhoog. Tegen het advies van de com missie-Van Walsum voelt de re gering ervoor, de zilveren koorde met de kerken helemaal te ver breken en de bestaande finan ciële regelingen af te kopen. Pu- bllkatie van een rapport over afschaffing van de filmcensuur. En verder wordt Vrij Nederland nog linkser, want hoofdredacteur Smedts, medewerker De Jong en commissaris Van Noorden gaan heen. Bezetting van het Maag denhuls, onderdeel van het Amsterdamse universiteitscom plex, wordt verijdeld. De VU telt 7000 studenten. Lenny Kuhr mag met haar Troubadour op het songfestival ons land vertegen woordigen. Het rapport-Oyevaar vindt de toestand van de koopvaardij ver ontrustend. Unilever komt met 6 pet. winst, Shell met een 18,3 procent hoger resultaat, Hoogo vens met 10,4, de fruittelers lul den de noodklok, de brandschade Is in tien jaar vertienvoudigd, de Britten verhogen het disconto tot 8 procent, Eerste Nederlandsche •n Nillmij gaan een huwelijk aan. Nixon reist rond in een ver deeld Europa, al zal Wilson pro beren de ruzie met de Gaulle over het uitlekken van diens eu vele plannen met de EEG (ver vangen door een vrijhandelszone onder Frans-Engels-Dults-ltallaans bewind) te sussen. Nixon ontmoet grote bijval In Berlijn en relletjes in Rome. Het kruitvat Nabije Oosten: Arabische terreur in een waren huis in Jeruzalem, Israëlische ac tie tegen saboteurskampen in Syrië, noodtoestand in Egypte, het overlijden van de Israëlische premier Esjkol (73). In Grieken land sterft Inmiddels ex-koning Saoed van Saoedi-Arablë, 67 jaar oud (en in Bazel de exlsten- tlefiloaoof Karl Jaspers, op 85-ja- rige leeftijd). Een nieuwe aanvalsgolf van de Vietcong, weer een zelfverbran ding in Praag, uitstel van de Apollovlucht wegens verkoudheid van de bemanning en een aard beving in Portugal en Marokko. En vandaag begint de Boeken week: het wordt heus wel lente. „De ontwikkelingshulp dreigt verpletterd te worden onder het pakijs van instellingen en orga nisaties" (Drs. R. Zijlstra). „Soms moet u zich erg alleen voelen. Maar herinner u altijd dat wij met u zijn en mensen die vrij zijn en vrij willen zijn, zijn met u. In de mate waarin de mensen van Berlijn een garantie en een symbool zijn van de vrijheid, zijn ■lie vrije mensen in de wereld echte Berlijners." (Nixon) DRS. G. H. TERPSTRA, schrij ver van nevenstaand artikel over economische macht, is ge boren in het Friese Buitenpost op 4 juni 1940 („Net te laat om de Duitsers tegen te hou den", zegt hij zelf). In 1955 verhuisde hij naar Amsterdam, waar hij van 1958 tot 1964 aan de VU economie studeer de. Zijn bijvakken waren so ciologie, economische en sociale geschiedenis en burgerlijk- en handelsrecht. In 1964 trad hij als economisch medewerker in dienst bij het CNV. Hij houdt zich voornamelijk bezig met loonpolitiek, werkgelegenheid en volkshuisvesting. Gedurende deze boekenweek wordt het kapitale standaard werk Rembrandt, zijn leven, zijn werk, zijn tijd voor 78, aangeboden. Dat is tot en met 8 maart een voordeel van tien gulden. Het boek mag in drie ërlei opzicht een gigant heten: vanwege de bijzonder gedocu menteerde tekst van de heer B. Haak, hoofdconservator van de gemeentemusea in Amster dam; als subliem album van 612 reproducties en door de geperfectioneerde technische uitvoering. De gebruiker van dit kapi tale boek 350 blz. (27 x 35 cm) raakt onder de bekoring van de schitterende druktechniek, niet slechts voor wat betreft de kleurenrepro's van Rembrandts werk (71 schilderijen en nog een reeks detailopnamen), maar zeker ook door het ver fijnde procédé dat tientallen tekeningen en etsen van de grote meester voortreffelijk tot hun recht doet komen. Een dergelijke unieke be lichting van Nederlands be roemdste schilder en van zijn tijd en tijdgenoten, was uit voerbaar dan zij brede interna tionale samenwerking. De Uitgeverij Contact, Amster damAntwerpen en de Neder landse Boekenclub (die leden extra reductie geeft) brachten de Nederlandse editie tot stand. Harry N. Abrams in New York verzorgt de Amerikaanse, Thames Hudson in Londen de Engelse en Dumont Schau- berg te Keulen de Duitse ver sie. Het boek verschijnt later in dit Rembrandtjaar ook in het Frans, Spaans en Italiaans en waarschijnlijk zullen Joego slavië en Japan eveneens een eigen editie vervaardigen. ede door het toenemend aantal fusies in het economisch leven is het verschijnsel van de economische macht weer in het middelpunt der belangstelling gekomen. Hoewel iedereen aanvoelt wat met economische macht wordt be doeld, is het toch moeilijk een duidelijke definitie te geven. In zijn proefschrift over dit onderwerp omschrijft dr. W. A. A. M. de Roos economische macht als de mogelijkheid om in het economisch ver keer de voorwaarden, waarop men aan dit verkeer deelneemt, zelf te bepalen. Voor ons doel kan men economische macht wel om schrijven als de mate waarin een persoon, een groep van personen, een organisatie of een onderneming in staat is in het economisch verkeer met succes de eigen belangen na te streven. Economische macht is vooral gebaseerd op de beschikking over kapitaal en arbeid en op het aandeel van een onderneming op zijn afzetmarkten. Door de technische ontwik keling en door de Europese eenwording is het proces van schaalvergroting, ondermeer door fusies, aanmerkelijk ver sneld. Over het algemeen is deze schaalvergroting gunstig voor de economische groei en voor de werkgelegenheid. Daar uit de programma's van de politieke partijen en van de vakbonden duidelijk blijkt, dat wij de welvaart nog willen doen toenemen, zal het proces van schaalvergroting in de toe komst in versterkte mate door gaan. Schaduwzijde van deze ontwikkeling is dat de eco nomische macht steeds meer in handen komt van een beperkte groep onder nemingen. Dit probleem is des te klemmender omdat in deze ondernemingen de macht dikwijls weer is ge concentreerd bij de direc ties en de directe medewer kers, terwijl de controle en de verantwoordingsplicht onvoldoende is. Uit de wens naar stijgen de schaalvergroting en de daarmee gepaard gaande opeenhoping van macht de welvaart volgt dat wij zullen moeten aanvaarden. Dit aanvaarden van de eco nomische macht betekent wel dat wij hem zo goed mogelijk moeten gebruiken. In dit verband wordt vaak de term verantwoord machtsgebruik genoemd. Een grote moeilijkheid is echter het aangeven van de grens tussen verantwoord en onverantwoord. De opvatting dat de be langen van het particuliere bedrijfsleven per definitie in strijd zijn met het alge meen belang, lijkt mij ietg te simplistisch. De aangege ven oplossing is dan meestal nationalisatie of so cialisatie. Voor de econo mische macht als zodanig maakt dit m.i. weinig verschil aangezien grote on dernemingen in elke econo mische orde machtig zijn. Dat het aangeven van de grens moeilijk is, kan mis schien worden geïllustreerd met mijn persoonlijke me ning dat b.v. de rijke lan den zowel het bedrijfsle ven als de overheden hun macht misbruiken t.o.v. de ontwikkelingslanden en dat om ook eens een vak bond te noemen de Landelijke Huisartsenvere niging zijn macht misbruikt. Op grond van deze moei lijkheid en vooral gelet op de verantwoordelijkheid t.o.v. de medemens is het gewenst bij het beleid te streven naar een situatie, waarin wordt voorkomen dat personen of onderne mingen hun economische macht kunnen misbruiken. Het beleid op het gebied der economische macht moet derhalve zijn gericht op een grotere spreiding van de macht, op een grote re controle en op het ont wikkelen van andere mach ten. Een betere spreiding van de economische macht kan ondermeer worden bereikt door versterking van de positie van de Raad van Commissarissen ten opzich te van de directies en door het vergroten van de kring waaruit de commissarissen over het algemeen worden gerecruteerd. Een belang rijke bijdrage kan worden geleverd door de werkne mers ten minste dezelfde invloed te geven op de sa menstelling van de R.v.C. als de kapitaalverschaffers. Voor grote ondernemingen kan tevens worden gedacht aan commissarissen-alge meen belang. De overheid kan een weliswaar beschei den bijdrage leveren door middel van de mededin gingswetgeving en door het opstellen van spelregels voor fusies. Een controle wordt moge lijk via vergroting van de verantwoordingsplicht zo wel jegens de werknemers in de onderneming als de maatschappij in zijn geheel. Het enquêterecht, een ver betering van de jaar- verslaggeving en een grote re openheid op het gebied van de opeenhoping van functies spelen hier een be langrijke rol. De economische macht van grote ondernemingen wordt draaglijker indien er voldoende „andere mach ten" bestaan, die de zaak in ..evenwicht" houden. Naast de vakbeweging moet hier o.m. worden gedacht aan de nog steeds onvoldoende van de grond gekomen consu mentenorganisaties. De re clame van de grote onder nemingen en de grote in vloed van de georganiseer de landbouw om maar enkele punten te noemen maken het dagelijks duide lijk dat sterke consumen tenorganisaties niet kunnen worden gemist. Een belangrijke rol spelen hier ook de communicatie media radio, t.v. en pers en het onderwijs. Radio, t.v. en pers kunnen een be langrijke bijdrage leveren aan de gewenste openheid. Behalve dat de overheid een in het evenwichtsspel onmisbare macht is, heeft zij een belangrijke functie, zowel bij het streven naar spreiding der macht, als bij het realiseren van een bete re controle en bij het hand haven van een aanvaard baar evenwicht tussen de particuliere machten. Vooral de concentratie in de perswereld en het bank wezen en de onvoldoende Tot de Invasie In Tsjechoslowakije was het Westen geneigd, de Russische leiders te beoordelen naar het 'zondagse pak', dat zij zich na de dood van Stalin hadden laten aanmeten. Men had de neiging te vergeten, hoe zij er 'door de week', in hun gewone doen dus, uitzagen. In de Nauta-paperback Rusland door de week (uitg. Samsom, 168 blz., f 8,90) geeft drs. M. P. van den Heuvel een verfrissend kijkje op de Russische samenleving. De schrijver, die geschiedenis en Russisch heeft gestudeerd, werkte drie jaar als correspondent van Het Parool In Moskou. Hij Is nu wetenschappelijk medewerker aan het Oost-Europa-Instltuut van de Amsterdamse universiteit. Interessant Is zijn conclusie, dat in Nederland nogal wat vooroor delen en misverstanden over Rusland bestaan. Tijdens de koude oorlog werd dit land in de donkerste tinten geschilderd. Later werd het steeds positiever uitgebeeld en riu weten velen er geen raad meer mee. Met Tsjechoslowakije is men bedrogen uitgekomen. Het doordeweekse Rusland van Van den Heuvel Is een kleinbur gerlijk, ouderwets land, waar het wemelt van de vooroordelen een land, dat met ernstige poli tieke en menselijke problemen worstelt. Dat blijkt al In het eerste hoofdstuk, waarin bij de Jeugd veelal een a-polltleke houding wordt geconstateerd. Waardevol Is te vernemen, hoe de schrijver tot zijn conclusies komt. Ook in Rusland is mèt de welvaart de verburgerlijking ge stegen en verdwijnen de Idealen. De destalinisatie droeg er toe bij, dat de oudere jeugd ging twijfelep aan opvattingen, die ze vroeger zonder meer accepteerde. Als reactie op de eindeloze propaganda groeit de politieke on verschilligheid. Alleen de Idealis ten en baantjesjagers nemen de indoctrinatie serieus. Dat de leiders In het Kremlin zich hierover zorgen maken, bleek uit een rede van Brezjnef. Daarin waarschuwde hij de Jongeren, dat politieke Instabiliteit, onverant woordelijkheid en zorgeloosheid ten opzichte van het leven niet geduld worden. Typerend voor de problemen, waarvoor de Russische samenle ving zich geplaatst ziet is volgens schrijver ook de duidelijke afkeer onder de Jeugd van handenarbeid (,Daar krijg Je vleze handen van'). Boer worden zou als toppunt van achterlijkheid worden beschouwd Behalve aan de Jeugd schenkt Van den Heuvel ook aandacht aan het Intellectuele leven sinds de dood van Stalin (met als hoofd momenten de Pasternakaffaire en het schrijversproces), het econo mische leven en de positie van de vrouw (is gelijk maar werkt voor twee) In bedrijf en gezin. De kansen op liberalisering lij ken de schrijver niet groot. Hij acht ze evenmin uitgesloten, om dat de noodzaak van politieke wijzigingen zich blijft opdringen. De gedachte aan een Russische Dubcek lijkt echter geboren te zijn uit een wensdroom. J. DEN BOEF bescherming van de consu ment verdient de speciale aandacht van de overheid, Het is de verdienste van Mertens geweest dat deze in zijn befaamde redes van Sneek en Amsterdam heeft gewezen op het feit dat te sterke onderlinge relaties tussen de zo even genoemde machten nadelig kunnen zijn voor het handhaven van een aanvaardbaar machtsevenwicht. Een gro te openheid op het gebied van de opeenhoping van functies op diverse terrei nen b.v. overheid, be drijfsleven en onderwijs is een eerste vereiste. Vooral voor overheidsdienaren kan het gewenst zijn te komen tot de regulering van de opeenhoping van functies in particuliere organisaties, ondernemingen of instellin gen. Voor enkele machten zo als de vakbeweging, het on derwijs en de radio, t.v. en de pers schept het feit dat zij tegelijkertijd kritiek moeten uitoefenen op de maatschappij en deel uit maken van diezelfde maatschappij een extra moeilijkheid. Voor de vakbeweging kan men stellen dat zij meer verantwoordelijk wordt voor de maatschappij, naar mate zij meer van haar ide alen heeft kunnen verwe zenlijken. Daar echter de idealen met de tijd mee groeien, blijft de genoemde spanning steeds bestaan. Het accent zal echter van tijd tot tijd worden verlegd. In het voorgaande is ge poogd enkele maatregelen aan te geven die het verschijnsel van de econo mische macht meer aan vaardbaar kunnen maken. De steeds toenemende opeenhoping van macht maakt het nodig dat snel maatregelen worden geno men. Drs. G. H. Terpstra HARING OF KUIT Een merkwaardig en interes sant boekje heeft Rik Valken burg geschreven onder de titel Haring of kuit. Het bevat twaalf „discussie-interviews" met theologen, al moet dat be grip wat ruim genomen wor den: kolonel Bosshardt en zeker prof. Van Riessen zijn geen the oloog en sommige geïnterview de predikanten komen in dit boekje toch eigenlijk niet als theoloog naar voren. Wat niet wegneemt dat er belangwek kende dingen gezegd worden. Rik Valkenburg hanteert een steeds meer in zwang komend soort interviewtechniek dat men „hard" noemt. Dat wil zeg gen: hij neemt geen genoegen met vaagheden, weet in het al gemeen ook waar hij over praat en stelt vaak prikkelende vragen (al had hij sommige onbenullige wel weg mogen laten). In ieder geval komen de gesprekspartners aardig uit de verf, en dat zal de bedoeling zijn geweest. De keus van de twaalf is natuurlijk een beetje willekeurig: kolonel Bosshardt ex-priester Coppes, ds. Van Enk (Veenendaal), prof. Kuitert, ds. Langbroek, prof. Van Niftrik, prof. Van de Pol, prof. Van Riessen, rabbijn Soetendorp, prof. Velema, drs. Vellenga (Apeldoorn) en ds. Vroeginde- wey (Delft). (195 blz., ƒ12,75, een uitgave van J. H. Kok te Kampen, die er de portretten van alle twaalf bij deed.) GOD EN MENS ALS CONCURRENTEN Tussen het rijtje boeken dat de afgelopen maanden versche nen is over de verwarring, die o.a. de „God-is-dood"-theologen hebben aangericht, is dat van dr. J. J. Buskes: God en mens als concurrentien, zeker niet het minste. Helemaal Buskes, in toon en aanpak, dit gedegen werk, dat toch zo gemakkelijk te lezen is. Een boek dat begint bij Pascal en Sartre, Marx en Feuerbach, Nietzsche en Bonhoeffer. Van de hedendaagse theologen ko men aan de orde Dorothee Sölle en Paul van Buren, Altizer en Hamilton, en via een verrassen de blik op het werk van de Amerikaanse barthiaan Vahani- an komt Buskes dan terug op Karl Barth. Telkens weer stuit Buskes bij filosofen en theologen op de grote misvatting dat God en mens concurrenten zouden zijn. Hij heeft van Barth wel anders geleerd! Daarvan getuigt hij in de laatste hoofdstukken van dit prachtige boek, als hij ingaat Dr. J. J. Buskes op de oorzaak van het falen der kerk en op de ergernis van het kruis: „Ik schaam mij diep over de toestand van de kerken... ik zie echter geen enkele reden, om mij voor het evangelie te schamen en ever God te zwij gen." Een uitgave in de Caril lon-paperbackreeks van W. ten Have te Amsterdam (256 blz.). JOZUA BESTUDEERD Langzaam maar zeker groeit Koks Commentaar op het Oude Testament. Nu is Het boek Jo- zua verschenen, verklaard door dr. J. H. Kroeze. De schrijver is emeritus-hoogleraar in de Se mitische talen aan de Uni versiteit van Potchefstroom in Zuid-Afrika. Uit eerdere werken van hem weten we, dat hij een tamelijk conservatief standpunt inneemt. Dat heeft in dit geval grote voordelen, want hij verknoeit weinig tijd aan pogingen om uit te leggen hoe een bepaald ge deelte in het boek gekomen is. Langzaam gaat hij van tekst tot tekst en geeft uitleg, waarbij hij uitgaat van de historiciteit van het gebeurde. Het is geen boek voor een meditatieve ziel. Hij laat niet zien wat voor zegeningen er in de tekst verborgen liggen. Eer der is het een wat koele, nuch tere, minutieuze puur we tenschappelijke benadering van de tekst. Maar juist daarom levert dit boek een bijzonder waardevolle bijdrage voor ieder die een grondige studie wil ma ken van dit boek om zelf de grote lijnen van de boodschap te vinden. Een zekere kennis van de grondtalen van de Bij bel is echter wel vereist om dit boek werkelijk met profijt te gebruiken. Met zijn 272 bladzijden is dit boek een waardevolle maar naar ons gevoel toch net iets te technische bijdrage aan deze prachtige serie, 27,50) ALTERNATIEVEN VOOR GEWELD De verhouding tussen kerk en theologie, eventueel de wense lijkheid van een theologie der revolutie, wordt in steeds meer publikaties aan de orde gesteld. Bij Bosch en Keunig verscheen een bloemlezing die de Ameri kaanse socioloog Harvey Cox maakte uit de tachtig voorstu dies voor het congres van de Wereldraad van kerken in 1966 over kerk en maatschappij. In dit boekje (188 blz., ƒ7,25, titel Kerk en revolutie) komen bekende theologen als Shaull, Emilio Castro, Karefa-Smart en Charles West aan het woord. Een rijke documentatie. De ver taling uit het Engels is niet overal vlekkeloos. Een zeer verhelderend boekje geeft Kok te Kampen uit (Ver antwoorde revolutie, 120 blz., ƒ7,90). Het eerste deel is een college van prof. dr. J. Verkuyl die liever van een theologie der transformatie spreekt omdat re volutie bijna altijd samengaat met geweld en de bloedige re volutie vol demonische verzoe kingen en voos utopisme is. Hij maakt opmerkingen over de theologie der status-quo resp. der restauratie, waarvoor de christen-radicalen hem dank baar zullen zijn. Het tweede deel is de weer gave van een werkcollege aan de Vrije Universiteit onder lei ding v.an prof. dr. H. G. Schulte Nordholt. Ook hier een zoeken naar alternatieven voor het ge weld. Boekenweek 1 tot en met 8 maart Alle weken hebben dagen In de serie Lettergrepen verscheen bij Kok te Kamoen een korte roman van Toos Staalman: Alle weken hebben dagen (143 blz.). Een ik-verhaal over een chronisch zieke, en om maar meteen de positieve trek ken op te somrgen: het verhaal is grotendeels boeiend, de stijl is sober, het taalgebruik gaaf. De \touw om wie het gaat, beleeft niet veel wat zou een bedlegerige patiënte ook en juist dat heeft Toos Staalman goed beschreven, de eentonig heid en de betrekkelijke leeg heid van al die dagen. Maar ze overdrijft niet, de zieke komt zelfs tot een zekere aanvaar ding, de tekening is bepaald niet wit-zwart. Wel zijn de medemensen wat al te ideaal uit de verf geko men, allemaal van die mensen die een gesprek kunnen voeren en dan zinnige dingen zeggen. Zo worden ze niet zo erg menselijk, ze komen nauwelijks tot leven. Wel de ik-figuur, en dat is toch geen geringe ver dienste. Al met al: niet direct grote literatuur, en toch een heel sympathiek boek 7,90).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 14