ZITTEN WE WEL GOED? IS EEN ZAAK VAN GENADE GELOVEN n'3 m '...hmr ISRAËL? Dat is thuis Ligg end eten dialoog JOODSE VROUW HEEFT HAAR EIGEN „OORLOG" is lang zo gek niet als een pauwenveertje Kastanjeknop Niet alles is kristal Bad hoeft niet over te lopen ZATERDAG 1 FEBRUARI 1969 ben. Ook ten opzichte van het doorbrengen van onze vrije tijd op doordeweekse dagen zijn wij ver antwoordelijk tegenover God." „Hebben de mensen die twijfe len aan God's liefde en altijd met Vietnam en Biafra aankomen, God weieens gedankt voor zijn zege ningen?", vraagt mevrouw P. te H. „God is ons geen verantwoording schuldig en de mensen die altijd kritiek hebben geloven niet in Hem. Ondanks het wereldgebeuren en het grote verdriet in mijn leven, wat ik heus niet wegcijfer, is en blijft Hij de rots van mijn behoud." „Ik geloof dat God nooit een bidder laat staan", zegt de heer B. te Z. „Hij heeft het immers be loofd. Ik bid niet om een nieuw geloof, maar versterking van mijn geloof, 'k Kan niet jubelen over „verlost te zijn" en ik zie ook tegen mijn stervensuur op, maar toch geloof ik, dat ik mag steunen op Zijn beloften en dat de ster- vensgenade gegeven wordt op Zijn tijd." Mej. D. te H. vindt het jammer dat: „De kerken zo ernstig in ge breke gebleven zijn en nog blijven. D i verschraling van het geestelijk leven gaat verder. Zij mist het be leven van het Hart van God zoals dit beschreven is in de zaligspre kingen. De outcasts „mensen die anders zijn", hebben geen vol waardige plaats in de kerk. Ik bid en velen met mij, om een opwek king dwars door de kerken. Soms heb ik het gevoel dat dit veel dich terbij is dan we denken." „Ik vond mezelf nogal christelijk, maar van een werkelijke overgave kon niet gesproken worden", zegt N.N. „Totdat de crisis in mijn le ven kwam. Ik ging mij toen afvra gen of het wel zo vanzelfsprekend was dat ik Gods kind was. Het leek of er een muur was tussen God en mij. Maar God zelf bracht me door veel diepten en duisternis weer bij Hem terug. Mijn geloof is nu een bewuste beleving van dag tot dag." „De Satan gebruikt altijd nog dezelfde leugen: Gij zult als God zijn; Eva geloofde het en de mens van heden schijnt het ook nog steeds te geloven. Onder de lei ding van de duivel zal de we tenschap u'tgroeien tot de volheid van het getal 666, maar aan de Heiligheid Gods raakt het niet. Dit namen wij uit de brief van me vrouw D. te M. Mevrouw H. te Z. wordt het In deze tijd weieens bang te moede: „Telkens worden we opgeschrikt door hongersnoden, rampen, moor den, bankroven, zedendelicten, enz. Ook het tornen aan de Bijbel, het alles willen weten en begrijpen kan me beangstigen. Gelukkig dat wij bij dit alles toch ook vast mo gen weten en vertrouwen dat God zijn woord en belofte waar zal ma ken." „Ik denk wel eens terug aan het geloof van onze jeugdjaren", ver telt mevrouw O. te R. „Alles na men we, zonder vragen, met een kinderlijk geloof aan. Het is en blijft belangrijk voor het geloof van een kind dat het ouders heeft die het geloof beleven en het voorleven. Daar bfijf je je gehele leven aan terugdenken. Laten we niet vergeten waartoe we gescha pen zijn. Niet om de verdienste, namelijk om in de Hemel te ko men. We moeten leven als Christenen; dit is tot Gods eer." Ook mevrouw S. te P. vindt dat je vroeger kinderlijker geloofde: „Over leven en sterven piekerde je niet, je gestorven grootvader was in de hemel en zelf kwam je er ook. Nu zie je Gods bewarende hand over je, beter dan in je jeugd. Daar verwonder je je nu meer over dan toen. Ook zie je Gods leiding In je leven, in moeite en ziekte voel je Gods bescher ming. Dat zijn toch dingen die je niet kan missen, het maakt alles Een stoel is een deel van onszelf. IT an- neer we staan, zijn we gespannen. Als we plaats nemen in een stoel, kunnen we ont spannen en urenlang lui blijven zitten, kunnen we zelfs zittend slapen. Eigenlijk zou ieder een stoel moeten hebben die in alle opzichten op hem of haar is afgesteld. Zon stoel zou moeten passen bij onze zitgewoonten, ja zelfs bij onze hobbies. Voorname Romeinen dineer den liggend en konden op die manier enorme hoeveelheden voedsel aan. Zo'n maaltijd duurde soms een week en ze bleven maar eten. De historie vertelt ons dat 't zelfs de Ro meinen soms teveel werd en zij zich met een pauweveertje in de keel kriebelden om aldus de maaginhoud te doen terugke ren. Ik heb nooit goed begrepen waarom dan nu een pauwe veertje moest zijn. Met de vin- ger lukt het ook, maar mis schien deden de Romeinen het Hoe leven de Israëlische meisjes op het ogenblik? Alle vrouwen boven de achttien jaar hebben immers een mili taire training achter de rug? Doen ze in deze tijd van spanning dienst? Of werken ze op het land, bij de kinde ren, op kantoor, met een geweer bij de hand? „Ga eens praten met Henny Schaapzei opperrabijn Vorst in Rot terdam. In het huis aan de Walenburgerweg is aan de deurpost een mezoezah bevestigd. Gods tvoord wordt dit huis binnengedragen en van dit huis de wereld in. Ik blijf mij tijdens de gesprekken sterk van die kokertjes beivust. Mezoezah: Opdracht en „lamp die de weg naar huis verlicht". Toen Ik het wonder zag van een openspringende kastanjeknop kon ik niet nalaten het volgende op pa pier te zetten, schrijft Gerda Mar seille, Von Bönninghausenlaan 10 In Lisse, die hiermee de „Zij" is vandaag: O God, mag ik U vragen zó door het leven te gaan het leven uit te dragen en niets mij in de weg mag staan Laat Uw zon mijn kop beschijnen zodat het leven Leven wordt en laat in mij verdwijnen wat in Uw oog is een tekort. Ook mevrouw N. te V. vindt dat het geloven nu voor velen erg moeilijk wordt: „Leef je niet veel dichter bij God als je zorg hebt? Daarom heb ik zo veel respekt en eerbied voor de velen die ik ken, die het heel goed hebben en heel dicht bij hun Heiland leven. Ik vind het moeilijker God te dienen als je het goed hebt, dan wanneer de kwade dagen komen, en je van het manna uit den Hemel leeft, genoeg voor elke dag. Want dan moet je „geloven" dat er morgen weer vers is. Begrijpt u wat is bedoel? Als je veel geld hebt, aanzien en alles wat het leven te bieden heeft, kan je God zo snel verge ten. Want je denkt er niet aan dat al de luxe je afgenomen kan wor den. Daarom vind ik geloven nu voor velen moeilijk. Mej. V. te H. wil graag iets zeg gen over de vraag of iets op zon dag wel of niet mag: „Als kind van God dienen wij er in de allereerste plaats aan te denken, dat God ge loofd en verheerlijkt door ons wil worden. Wij mogen Hem eer be wijzen! Welke dag is hier beter voor geschikt dan de zondag. Tus sen de kerkdiensten kunnen we ons dan nog genoeg ontspannen. Dat zal voor een ieder op een ander terrein liggen. Laten we ech ter de dienst van en voor God er niet voor verzuimen en eraan den ken een ander geen aanstoot te geven. In dit licht gezien behoeven wij 't er niet moeilijk mee te heb- lichter te dragen. Voor de nu op groeiende jeugd met atomen, ruim tevaarders, opzienbarende vindin gen op medisch gebied, de recla me, al het lawaai enz., moet het beslist veel moeilijker zijn om nu te geloven." Tot slot het woord aan mej. V. te H. „Wordt tegenwoordig niet de majesteit Gods op de achtergrond gesteld? Wordt er nog wel gespro ken over Eredienst of Gods-dienst, of wordt dit alles naastendienst? Vragen wij niet teveel: „Wat heb ik er aan?" of „Wat hebben de jongeren eraan?" Na dit bezinnen op, belijden van en vraagtekens zetten bij ons ge loven nu, (jammer dat de jeugd verstek liet gaanl) komt het mo derne verkeer aan bod. Chaos op wielen, onmisbare schakel tussen mensen en volken, hooggeprezen, veel verguisd, zwaar beladen (be lasting!) toekomst van de NS? We kunnen weer alle kanten uit en rekenen erop dat vele pennen in beweging komen. Tot schrijfsl Ook moeten we op de beschikbare ruimte letten. Een model dat de kamer te vol maakt, zal ons gauw gaan tegenstaan. Laat u in een meubeltoonzaal niet (ver)leiden door kleuren en afmetingen want in onze eigen kamer zal anders toch weer anders lijken. Of een stoel prettig zit, wordt mede bepaald door de ver houdingen en de ivijze van stofferen. Het gebruik van lichte en open model len is tegenwoordig „in". Ons interieur is mobieler dan vroeger. Wij houden van een veranderingetje door bijvoorbeeld de meubels eens anders te zetten. Met lichte modellen levert dat geen bezwaar op. Soms kunnen we voor de prijs van een grote clubfauteuil twee kleine stoeltjes kopen die qua ,^itvermogen" beslist niet onder hoeven te doen voor het grote zit meubel. Via foto of catalogus kunnen we niet zo best een stoel kiezen: we kunnen de ver houdingen nog de soepelheid van de stof fering controleren. Bent u een brei-ster dan zult u de voor keur geven aan een stoeltje zonder arm- leggers, of met lage korte armleggers. Zit u graag op uw „praatstoel" dan is er een met lage zitting en sterk hellende rug. Een aanstaand moedertje zit prettig op een stevige stoel met wat hogere zitting en een steile rug, en natuurlijk forse arm leggers zodat ze met dat steuntje toch elegant op kan staan uit haar zetel. Een boekenwurm zal dol zijn op een stoel waarbij je je benen lekker onder je kunt trekken, en dan maar jezelf verliezen in .een boeiend boek. Er bleken maar weinig stoelen te zijn die aan de wensen van bejaarden vol deden, reden waarom de Centrale Bond van Meubelfabrikanten in samenwerking met de Ver. voor Nederlands Fabrikaat een prijsvraag uitschreef voor Nederland se meubelontwerpers. Er zijn besprekingen gehouden met directies en bewoners van bejaarden tehuizen. Als resultaat daarvan ging men uit van een vormgeving waarvan gemoe delijkheid en beslotenheid hoofdkenmer ken zouden zijn. Zestig ontwerpers hebben zich overi gens over de opdracht gebogen. Te ver wachten valt, dat binnen korte tijd be jaarden keus kunnen maken uit een ge varieerd aanbod van meubelen, waarbij zij zelf zeggenschap hebben gehad waar het vorm en zit-comfort betreft. Dat is iets, waarvoor wij even zijn gaan zitten. Cosmetische artikelen hebben een nadelige invloed op kristal Toch worden er voor lotions e.d. vaak kristallen flacons gebruikt. In Engeland zijn deze flacons voorzien van een dop, al dan niet met schroefdraad, vervaardigd van kunststof. Daarvoor worden dan grondstoffen van DOW gebruikt, die de eigenschappen heb ben naar het uiterlijk precies op kristal te lijken. Zij hebben echter meer weerstand tegen eventuele beschadiging en kunnen bovendien met worden aangetast door chemicaliën, die in de in houd van de fles zijn verwerkt. Voor wie het naadje van de kous wil weten: men gebruikt voor deze doppen, die doorzichtig zijn en flonkeren, zowel acrylonitriel als polypropyleen. Die dreiging aan de grenzen maakt wel dat je je nutteloos voelt als je zomaar vakantie houdt. Henny werkte in de kib boets Sa'ad in de Negev, vier kin van Gaza. De Arabieren konden daar over het land in de boomgaarden komen. Kibboets- niks houden er beurtelings de wacht. Iedere morgen wordt de weg afgezocht naar mijnen. Je hoorde regelmatig de mijnen in Gaza ontploffen. Henny hielp bij de appel- en druiventeelt, in de keuken en het kinderhuis. Michel had zijn rijbewijs en werd meteen op een tractor ge zet hij moest worteltjes oog sten. In de keuken bediende hij de afwasmachine. Waren deze in Neder landse ogen nog s schoolkinde ren bang? Michel: „Nederland kan, na Tsjechoslowakije banger zijn voor de Russen dan Israël voor de Arabieren." Henny: „Het le ven gaat gewoon door. Mijn zus ter was bij die bomaanslag op vrijdagmiddag in Jeruzalem, waar tien mensen werden ge dood. Iedereen bleef kalm. De slachtoffers werden snel wegge voerd. Na tien minuten kon je niets meër merken. Hier zou in zo'n geval paniek uitbreken." Michel: „en nog meer slachtof fers zouden vallen." Ze leven al twintig jaar met spanningen daar, dan sta je er wel anders tegenover. Wat vin den ze van het wapenembargo van president De Gaulle? Henny: „Ik ben verschrikke lijk partijdig. Hij laat helemaal zien wat hij eigenlijk wil: dicta tor spelen over de hele wereld. Hij moet weten dat Frankrijk geen wereldmacht meer is." Michel: „De Gaulle moet maar van Drees gaan trekken!" Dat beetje blik in Beiroet, daar van wordt te veel ophef ge maakt. Hoorde de wereld iets over die gedode "man in Athene, die vader was van een gezin? Wat weegt zwaarder, een men senleven of vliegtuigen? Trou wens," zegt Michel, „in Beiroet ging alles volgens plan, er is geen enkel mensenleven bij be trokken geraakt. Als Henny klaar is met haar studie wil ze naar Israël. Misschien wordt ze er kleuter leidster. Eerst een jaar in de kibboets. De Joodse jeugdbewe ging Bne Akiwa waarvan Mi chel en Henny lid zijn propa geert dat haar leden naar Israël gaan: de bijbel naleven en erbij werken. „Wij proberen dat te doen als orthodoxe joden", zegt Henny eenvoudig. Een groot deel van de Joodse jeugd ziet als ideaal zich blij vend in Israël te vestigen. De laatste twee jaar is de trek van Amerikaans-joodse jeugd naar Israël sterk toegenomen. Dat was vroeger wel anders, omdat JEANNE DE VLIEGER „Nog even de luiers in 't la vet", zei ze tegen haar ongedul dige man die met de kraaiende baby op zijn arm wachtte voor het bezoek aan oma. Hij knip oogde naar de hoofdbewoner: vrouwen, je kunt er altijd op wachten! De oude baas knikte begrijpend. Toen ze terugkwamen was hij niet langer de wijze oude man, maar liep jachtig en boos hen tegemoet. Zij had wel de warm waterkraan uitgedraaid, maar de knudwatcr-dito vergeten. Terwijl elders het kleine ventje bewonderd werd en moeders trots gestreeld, siepelde thuis het water door de zolderplan ken op het bed van de hoofdbe woner. Het drééf: dekens, la kens, matras zelfs. Zo'n tergende nalatigheid Je gens iemand die je kost wat kost te vriend wilt houden, de man bij wie je een huiska mer en de zolderverdieping gehuurd hebt, zou bij een een voudig alarmsysteem niet meer kunnen voorkomen. In Amerika is een apparaatje uitgevonden dat het onheil van een overlopende badkuip of wastafel voorkomt. Het gaat om een sponsachtig gevalletje dat in de badkuip gehangen wordt. Zodra de „spons" wordt onder gedompeld gaat een alarmschei over. I.oopt het bad leeg dan krimpt de „spons" weer ineen tot normale grootte en kan op nieuw worden gebruikt. Handig in de woning waar peuters in bad spelen of lieverd jes de badkranen openzetten en zich dan uit de voeten ma ken. Ook hotels en badhuizen (bestaan de laatste nog wel?) zijn met d/'t Amerikaanse appa raatje gediend. gen oorlog. Wat vinden deze jongelui van het commentaar op Beiroet: „oog om oog en tand om tand"? Dit wordt niet letterlijk genomen. Dat is een algemeen verbreid misverstand. Bedoeld wordt: de aanvaller moet de schade van de man met het ene oog vergoeden. Israël is geen agressor. Wat zou er gebeurd zijn als we de klap niet hadden gegeven? Is raël is het uitverkoren volk. Dat wordt iedere dag opnieuw bewezen, als twee en een half miljoen Joden het opnemen te gen veertig miljoen Arabieren." „Dit is trouwens niet de eer ste keer in de geschiedenis. Het bewijst een heleboel. Wat? Later zullen we misschien het ver band zien. De toekomst voor Is raël?, Jeruzalem wordt een stad waar alle godsdiensten vrij kun nen worden beleden. Dat was onder Jordaans bewind alleen Henny zit op het Erasmiaans gymnasium, vijfde klas. Ze was deze zomer zeven weken in Is raël. Haar zuster Channa, 19, studeert in Tel Aviv nadat ze haar kibboetzjaar heeft volge- maakt. Michel Meijer, 19, was er enige maanden. Henny: „Op het ogenblik doen meisjes geen dienst in gewapende onderde len. Die militaire training is ge woon nodig voor de grenskib- bc tzim, veelal bevolkt door idealisten die het land ontgin nen maar dagelijks het mikpunt van schietpartijen kunnen zijn." „Overigens moet u dat leger niet puur militair zien. Ortho doxe meisjes die godsdienstige bezwaren hebben, mogen „nee" zeggen. Ze krijgen wel een half jaar militaire training, daarna mogen ze in de „Nachal". Dat woord betekent: voorbereiding. Het houdt in dat ze de rest van hun diensttijd in een kibboets mogen werken en zich zelfs voorbereiden toe te treden als kibboetslid, als zij dit willen, Mijn nicht Mirjam bijvoorbeeld, lerares 1.1., heeft les gegeven in 't leger. Dreiging? Voor ons lijkt het erger dan voor hen." Michel: „Het hoort bij het le ven, je raakt ermee vertrouwd. De eerste week dat je er.bent, is het vreemd; maar je went eraan." ze het zo goed hebben. Je moet veel opgeven. Een groot ge deelte van het jaar valt er veel regen, dan weer is er de droge hete woestijnwind. Je hebt meer moeite om een goeie baan te krijgen, ten slotte: de taalbar rière. Trekt dat Henny zo aan? „Als er iets mag gebeuren, ben ik er liever zélf bij. Ik vecht graag mee. Je kunt hier weinig actiefs doen!" Vechten, met een ge weer? Henny: „Er is allerlei soort gevecht. Ieder op zijn ge bied. Daar waar je in thus bent, zo goed mogelijk doen, of dat nu is als soldaat of voor de kinderen zorgen. Hier heb ik een brief van mijn neef, die ons schreef tijdens de juni-oorlog: „Er zijn hier maar twee soorten mensen, soldaten en vrijwilli gers. Vrijwilligers voor wat dan ook. Mensen stellen auto's beschikbaar, geven bloed, schenken geld. werkdagen, le vensmiddelen. Sinds onze postbo de opgeroepen is krijgen we in plaats van één maal per dag driemaal per dag (soms 's nachts) post. Een oude vrouw weigerde op te staan toen men haar niet toestond bloed af te staan. Tot eindelijk de dokter kwam en haar zei dat ze van haar geen bloed konden ontvan gen, barstte ze in snikken uit. Een man meldde zich bij 't le ger of ze hem direkt wilden op nemen. Hij schaamde zich dood omdat zijn vrouw opgeroepen was. Een soldaat die op een lift wachtte, kreeg twintig pond in de hand geduwd met de lakonie- ke mededeling: neem een taxi. Genoeg staaltjes uit de sfeer die hier heerst." Het klinkt allemaal erg prak tisch. Wanneer er „iets" ge beurt, is de Israëlische vrouw bij de hand. Zij vecht haar ei- De vrouw in Israël vecht haar eigen oorlog: ze geeft les, ze bewerkt het land en zij verzorgt kinderen. Deze jonge moeder uit Israël is kleuter leidster in een kibboets. Ze voed hier haar baby onder grote belangstelling van de eigen kleuters. Zestienjarige Henny Schaap: Hier is een brief van mijn neef. „Een man meldde zich bij het leger of ze hem direkt wilden opnemen. Hij schaamde zich dood omdat zijn vrouw wel opgeroepen was". maar theoretisch waar wij mochten er niet komen. De be volking van het oude Jeruzalem is overigens helemaal niet zo vijandig maar leeft in vrede sa men. Niet één godsdienst zal worden uitgesloten, Jeruzalem zal het middelpunt zijn." De kinderen van Israël zijn rijper dan Nederlandse jongeren van dezelfde leeftijd. Dat ligt aan de omstandigheden. Kib boetskinderen worden opgevoed in een grote groep van leeftijd genoten. Die groep blijft van ba by af totdat ze uit het leger komen, bij elkaar. Dat geeft een grote verbondenheid. Het groepsleven maakt de kinderen „socialer", legt Henny uit. 'tls er één grote familie, de leidsters worden bij de voornaam aange sproken, ook het onderwijzend personeel. Meneer of mevrouw ken je er niet; dat zou een giller zijn. „Ieder is er geweldig gastvrij", vult Michel aan. „Je wordt bij wildvreemden uitgeno digd die je verwelkomen met een baddoek en je de badkamer aanbieden. Beschouwen jullie Israël als je tweede vaderland?, wil ik weten. „Israël? Dat is thuis!" zeggen ze onmiddellijk. Bij het afscheid wens ik ze: shalom. „Dat is een heel mooi woord", antwoordt Henny ernstig. Michel Meijer: De Gaulle moet maar van Drees gaan trekken! meer voor het tafeldecorum. Zoals wij soms deftig een peer met mes en vork schillen... Zonder dat pauweveertje konden de Romeinen toch erg veel eten. Zoveel dat de fysio loog Crawshaw en zijn mede werkers van de Schotse uni versiteit van Edinburgh er een speciale studie van hebben ge maakt. Zij ontdekten, dat reeds de aanblik van voedsel bij hon gerige mensen een verhoogde produktie teweeg brengt van de maagsappen, die de vertering bevorderen. Na ongeveer een half uur heeft de verteringsca paciteit een maximum bereikt. Belangrijk is vooral het hor moon „gastrin", dat door de maagwand wordt geproduceerd. Als de verwerking van het voedsel over zijn hoogtepunt heen is en de maaginhoud de bodem van de maag heeft be reikt, wordt de produktie van gastrin automatisch afgeremd: men is verzadigd. En nu komt het: doordat de Romeinen liggend aten bereikte het voedsel met de maagsappen niet de bodem van de maag. Zij zouden aldus veel meer voedsel tot zich hebben kunnen nemen dan de mens die zittend eet. Mocht u nog eens voor een flinke rijsttafel komen te zitten en ziet u met lede ogen aan dat lang niet alles kan worden ver orberd probeer het dan eens liggend. Dat is tenslotte lang zo gek niet als een pauweveertje!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1969 | | pagina 17