0UDEIAARSK0STJES
EENMAAL PER ZONDAG?
ij maken het meest
op aan vermaak
Centrale
verwarming
ombouwen
advent
PATROON:
voorlichting
Objectieve
consument
Verboden zegels
op expositie
Kerkdienst
dialoog
ZATERDAG 28 DECEMBER 1968
De goedkope koelhuisbo-
ter, de BTW en nog meer
zaken hebben wij aan de
EEG te danken. Hoe leven
de mensen in de lidstaten
van deze gemeenschap? De
cijfers die hier volgen zijn
van 1966.
In alle landen staan de
uitgaven voor levensmidde
len aan de top. In Italië ont
vangt deze sector haast 46
procent van de totale uitga
ven van moeder de vrouw.
De Fransen geven voor hun
voortreffelijke keuken veer
tig procent uit, de West-
Duitsers 39 procent en in
ons land „slechts" 33 pro
cent.
Weet u wie het meest uit
geeft aan vermaak? Neder
land! Wij geven negen pro
cent voor vermaak en peda
gogische doeleinden uit, ter
wijl de Duitsers en Fransen
zeven procent al genoeg vin
den. Wij geven ook veel
meer uit voor lichaamsver
zorging: rond elf procent,
Duitsland tien, België ne
gen, en Italië zeseneenhalf
procent.
Wat kleding betreft doen
wij ook niet flauw. De Bel
gen leggen er twaalf en een
half procent van hun inko
men voor op tafel. In Lu
xemburg moeten de lui wel
geweldig elegant zijn: zij
geven haast vijftien procent
van hun inkomen aan kle
ding uit. De Nederlanders
volgen met dertien procent,
de Fransen met 11,5 procent,
onze oosterburen elf procent
en de Italianen tien procent.
Moeder verwacht, ouders wachten samen op het kind
Dat nog onder moeders hart een plaatsje vindt
De kleertjes, het wiegje, alles is pracht en praal
Zo wacht ons kind een lieflijk onthaal.
Heel de wereld wacht, maar vaak niet op het Kind
dat graag een plaats in ons harte vindt.
Hij kwam op deez' aarde, werd lang reeds verwacht
Vond plaats in een kribbe, aan 't kruis werd het volbracht.
Straks vieren wij 't feest, van het licht dat nooit verdwijnt,
Dat wel eens kan schemeren, maar toch altijd schijnt.
In een donkere wereld, vol oorlog en pijn
Zal dit licht in ons hart altijd reddend zijn.
E. ROTTIER-KOK
WAT ETEN WE VANDAAG7 Geen pro
bleem op oudejaarsdag, we doen het
typl8ch Hollands: oliebollen, appel
beignet#, saucijzebroodjes, een vlees
slaatje. Een doek om 't kapsel, de mouwen op
gestroopt, gordijnen afgehaald, aan de slagl
500 g bloem, 25 g gist, 10 g zout, 25 g
margarine, 4Vi dl melk. 15 g citroenrasp,
100 g krenten, 100 g rozijnen, 50 g sukade.
50 g sinas- of appelsnippers, 1 ei. In plaats
van 1 ei maakt u een mooie luchtige olie
bol door aan dit beslag een soezenbeslag
toe te voegen van 200 g water, 100 g boter,
100 g patentbloem, 4 eieren. Olie.
Bloem en zout goed vermengen. Maak een
Maak eens appelbeignets van bladerdeeg,
kant en klaar uit het pak. Volg de gebruiks
aanwijzing voor het deeg. De goudrelneta bo
ren. schillen en in dikke plekken snijden. Leg
op de bovenste helft van de lap deeg de appel
schijven. Vul de gaatjes met amandelspijs of
suiker en kaneel. Ga met een vochtig kwastje
tussen de schijven om het deeg iets te be
vochtigen. Sla het deeg dubbel en druk voor
zichtig aan. Snij of steek de appels met een
groot glas of een scherp mes zó uit dat de
appelschijf in het deeg opgesloten zit, met
duim en wijsvinger de randen (zonodig met
deegresten) dlchtplakken. Laat de opgesloten
schijven twintig minuten rusten.
Maak Intussen kaneelsuiker klaar van 100 g
kristalsuiker, 100 g bruine basterd, 100 g witte
vulling In de rest van het deeg evenzo. De
rollen In stukjes van ongeveer 4 cm snijden en
bestrijken met eistrijksel van een losgeklopt el
met een scheutje koffiemelk. Druk bovenop het
saucljzebroodje een amandel. He( bakblik In de
hete oven schuiven, de onderkant van het blik
krijgt de meeste warmte. De saucijzebroodjea
mooi lichtbruin en gaar laten worden, ongeveer
een half uur. Warm serveren. De saucijze
broodjes kunnen heel goed worden opgewarmd
door ze tien minuten In een voorverwarmde
oven te zetten.
In een goede sla gaan alle delen gelijk op,
u kunt de sla goedkoper maken door op lOOg
vlees bijv. 300 g aardappels te nemen.
Nodig: 200 g gekookt of gebraden kalft-
„Zü" die ons Blad vandaag
siert, is mevrouw M. van Es-
vel d-H u y s e r, Krommehagen
278 In IJsselmonde, met het
leuke rijm:
ASIEL
Mijn man bracht van de straat
een hondje mee
dat aan de hondenziekte lee.
Wij waren erg met hem begaan
en deden er van alles aan.
Om langer lijden te vermijden
brachten wij hem naar 't asiel,
hetgeen mijn dochtertje niet
beviel.
Verontwaardigd zei ze zonder
verbloemen:
durven jullie je nog christenen
te noemen?
kuiltje in de bloem, breek hierin het ei. Gist
aanmengen met wat lauwe melk en met de rest
van de melk in het kuiltje schenken. Maak
een glad beslag door van het midden uit te
roeren en flink te beslaan. De gewassen kren
ten, rozijnen etc. door het beslag, het geheel
op een tamelijk warme plaats ongeveer een
uur laten rijzen. Vul een gietijzeren pan voor
de helft met olie. verwarmen tot de damp eraf
komt. Is de olie heet, dan verbranden de bol
len, is de olie niet warm genoeg, dan zuigt de
bol vol olie.
Schep met een eetlepel beslag, laat dit met
een vochtige wijsvinger (kom water bij de hand)
In de olie glijden. Wanneer de oliebollen niet
vanzelf omdraaien, dan na drie minuten ke
ren tot ze gaar en goudbruin zijn.
basterd. ?/2 g kaneel en 15 g citroensap. De
appelbeignets In hete olie aan weerskanten
goudbruin bakken, goed laten uitlekken en op
een platte schaal met kaneelsuiker deponeren.
Aan weerskanten kaneelsuiker.
1 pak kant en klaar korstdeeg, H pond
gehakt half om, perper, zout, nootmus
kaat, 1 ei, scheut koffiemelk, worcestcr-
saus of maggi.
Maak korstdeeg volgens gebruiksaanwijzing.
Rol het deeg uit tot een lap van 20 - 50 cm.
Maak het gehakt aan met een geweekt sneetje
oud tarwebrood zonder korst. Nu kunt u van
het gehakt twee rollen van 50 cm maken,
dan wel het gehakt in een spuitzak doen. Een
rol gehakt op het deeg leggen, de deeglap
even vochtig maken en dubbel slaan, met de
zijkant van de hand mooi aandrukken en af
snijden met een scherp mes. De tweede rol
vlees, of 200 g in kleine blokjes gesneden
boterhamworst, 200 g zure appel, 200 g
gesneden augurk, 200 g gesneden gekook
te aardappel die nét gaar is.
Een salade behoort niet papperig te zijn,
maar moet een mooie losse structuur hebben.
Vermeng de ingrediënten met desgewenst een
of meer fijngesneden uitjes en kleingesneden
hard gekookt el. Op smaak brengen met pe
per, nagel, zout, Iets nootmu6caat.
Maak dit aan met mayonaise uit de fles:
voorzichtig om9patelen. Bedek een vleesschaal
met gewassen en goed uitgelekte slabladeren.
Doe het slaatje over op de schaal, glaceren
met mayonaise uit pot, opmaken met uitge
waaierde augurkjes, in plakjes gesneden tomaat
en hardgekookt el, zilveruitjes, blaadjes peter
selie.
Naslagwerken zijn onontbeer
lijk voor vrouwen die modem
en doelmatig te werk willen
gaan. De huisvrouw wordt da
gelijks met nieuwe dingen ge
confronteerd, vooral de platte
landsvrouw weet er een goed
gebruik van te maken. Allerlei
gidsen maken haar dan ook-
wegwijs. Een uitstekende nieu-
Dat de postzegels van Oostenrijk bij ver
zamelaars geliefd zijn, zal elke filatelist
moeten beamen. Dat komt omdat de zegels
kleine grafische kunstwerken zijn. Men
spaart geld noch moeite om de beste kun
stenaars zegels te laten ontwerpen, terwijl
aan het vervaardigen de hoogste druk
technische eisen worden gesteld. Dat komt
bij de productiekosten van de bijzondere
en/of herdenkingspostzegels tot uitdrukking.
Deze bijzondere zegels, meestal gegraveerd,
kosten ongeveer 17 groschen (bijna 2/2 cent)
per stuk. De permanente zegels worden na
genoeg allemaal In offset- of rasterdiepdruk
vervaardigd en kosten maar 1 groschen per
stuk.
Hieruit volgt dat de bijzondere zegels te
duur in productiekosten zijn om ze in de
frankeerwaarde voor drukwerken of prent
briefkaarten beschikbaar te stellen. De post
dienst geeft de dure zegels daarom alleen
uit in de waarde van 2 of V/2 schilling, wat
overeenkomt met het port voor binnen- of
buitenlandse brieven.
Overigens weet men zich In Wenen wat
het aantal uitgiften per jaar betreft, te be
heersen. Stelregel is dat het totale bedrag
van de nominale waarde van de zegels die
In een Jaar in omloop komen, de zeventig
schilling niet zal overtreffen. Dat betekent
dat een verzamelaar per maand gemiddeld
maar zes schilling behoeft te be
steden om alle Oostenrijkse zegels
aan zijn verzameling toe te voegen.
In 1968 kwamen 28 bijzondere ze
gels uit voor nog geen tien gulden.
Onlangs kwamen twee zegels,
die nooit in omloop zijn gebracht,
in de publiciteit. Ze waren te zien
op de internationale tentoonstelling
PRAGA 1968. Omdat daaromtrent
nauwelijks iets bekend was in de
kringen der filatelisten, heeft men
hetzelfde materiaal ook deze maand
ter gelegenheid van de Dag van de
Postzegel in Wenen uitgestald.
De geschiedenis van deze poli
tieke serie heeft zich in het kort
als volgt afgespeeld. In november
1945 werd op initiatief van de ge
meente Wenen een anti-fascistische
tentoonstelling „Nooit vergeten" ge
houden en daarvoor werden aan de
posterijen gelegenheidszegels ge
vraagd. Ontwerpen werden gemaakt
en acht zegels van Chmielowski
werden uitgevoerd. Op last van de
toenmalige bezettingsautoriteiten
werden twee zegels niet toegelaten.
Het bestaande drukmateriaal werd,
op enkele reeds gedrukte vellen na,
vernietigd. Hierbij ziet u de beide
„zondaars" afgebeeld.
Ik vraag voorts uw aandacht voor
de laatste emissies van Oostenrijk
voor dit jaar. De afbeelding op de
we uitgave ds PATROON, In
compacte vorm allerlei voor
lichting die gericht is op
huishouding en gezin.
PATROON vormt een bundel
van artikelen die in zes hoofd
rubrieken zijn ondergebracht,
te weten woning, huishoude
lijke apparatuur, leiding en be
heer, voeding en kleding, op
voeding en opleiding, bloem,
plant en dier. Daarnaast wordt
verwezen naar brochures en
instanties die verdere voorlich
ting geven op het gewenste ge
bied.
Of het nu gaat om huishoude
lijke apparatuur, de gezinsfi-
nanciën, vloerbedekking, ver
bouwen van een woning, ge
bruik van medicijnen, diepvrie
zen, tuinaanleg, kleine huisdie
ren, helder en beknopt maakt
PATROON de lezer wegwijs.
Een kring van deskundige me
dewerkers staat garant voor de
inhoud.
PATROON wordt uitgegeven
door de Stichting Land- en
Tuinbouwgidsen (Silabus), een
stichting die geen winst maakt
en voorlichtend dienstbaar wil
zijn. Men hoopt deze objectieve
voorlichting ééns per jaar .te
kunnen geven als een soort va
demecum. PATROON is de
prijs van 6,— dubbel en
dwars waard, verkrijgbaar bij
de boekhandel of bij Silabus,
machtiging 1558 te Utrecht. U
begrijpt uit de inhoud al wel
dat ook stads-huisvrouwen met
deze consumenten-voorlichting
gebaat zijn!
De bewoonbare ruimte in huis wordt door centrale
verwarming aanzienlijk verhoogd. De kachel, het mid
delpunt in de kamer is nu verdwenen. Bij velen is de
tv nu het middelpunt (van huiselijkheid). Met de op
komst van de centrale verwarming krijgt ook de open
haard een kans en daarmee is een oud middelpunt
hersteld. Een kaohel kan een decoratief element zijn
in het interieur. Van een radiator kan je dat beslist
niet zeggen! Hier rijst een nieuwe behoefte, het weg
werken, het omtlmmeren van de radiatoren.
Wie het goed doet behoeft zich niet te bekreunen om
het verlies aan warmte. Oude radiatoren hebben vaak
ribben, die nieuwe zijn paneel-radiatoren die min of
meer vlak zijn. Panelen zijn minder opvallend dan
ribbenradiatoren. Radiatoren geven warmte op twee
manieren: door uitstraling en door luchtcirculatie. De
lucht wordt verwarmd en stijgt op, nieuwe koude
lucht wordt langs de onderkant aangezogen, verwarmd
enzo door.
Bij een omtimmering van een convector is het vol
doende als de „bekleding" aan onder- en bovenzijde
flinke openingen en wijdmazige roosters bevat. De
voorzijde kan helemaal gesloten worden. Bij een
radiator moet de voorzijde openingen of een rooster
bevatten om de stralingswarmte te laten passeren.
Er is een foefje om de radiator onzichtbaar te ma
ken ook bij een luchtige omtimmering. De wand ach
ter de radiator, de radiator en de buizen schilderen we
zwart met hittebestendige verf. Achter de lichtere
hout-kleur van de betimmering is er vanuit de kamer
niets meer van te zien. Voor omtimmering kan bijna
iedere houtsoort gebruikt worden, mits het hout goed
droog is wanneer het verwerkt wordt. De vormgeving
kan aangepast worden aan de stijl van de meubelen.
Bij een interieur met stijlmeubelen waar de deuren
van kasten uit lijsten en panelen bestaan kan de
omtimmering ook worden uitgevoerd van lijsten en
panelen.
Voor de panelen kunnen we metalen roosters of
vlechtwerk van rotan en fineer gebruiken. Vlechtwerk
is in verschillende houtsoorten en vlechtpatronen
voorhanden: grenen, berken, teak, eiken, noten en
palissander en ook wit of grijs gelakt. Zelfs zijn er
kant-en-klare radiatorschermen van gevlochten fineer,
compleet met radiatorhaken. Een scherm van 150 x 60
cm. kost in teak ƒ90. Losse platen zijn goedkoper; een
teakplaat met open patroon 35 (250 x 60 cm.).
De omtimmering van de verwarming kan heel goed
deel uitmaken van een grotere betimmering die een
wand, bergmeubel, bak, bank, of boekenberging om
vat. Het wordt dan een functioneel deel van de hele
inrichting.
Een radiator-ombouw die bestaat uit een rooster van houten spijltjes. Het ver
ticale accent wordt gecompenseerd door de lengtewerking van de vensterbank.
Deze ombouw is van het meer gesloten type: vlakke gefineerde bovenzijde en
voor- en zijkanten. Hiervoor kunnen gefineerde spaanplaatpanelen worden ge
bruikt. Zowel aan voor- als bovenzijde zijn flinke openingen uitgespaard voor
luchtcirculatie. Geschikt voor convectoren. Maak van het plankje dat over is
meteen een plantendrager.
Natuurlijk nam ik het aan
om op te passen terwijl mijn
dochter en haar man een week
je vakantie namen. Ik ben dol
op die kleinkinderen. De oudste
ging logeren. Bleven Willem
Jan en Comélietje, negen en
drieënhalf jaar oud. Op een
avond haalde ik Willem Jan uit
zijn bed. Ik zag een wol
kenschouwspel bij zonsonder
gang zo prachtig als ik zelden
gezien had: Willem "is dol op de
natuur. Samen keken we gerui
me tijd naar die prachtige
zonsondergang. „Zoiets kan God
alleen doen", zei ik, „zulke
prachtige wolken maken". De
zondag daarop regende het pij-
pestélen. „Waarom gaan we
niet naar de kerk, oma?" vroeg
Willem Jan. „Ik moet op jullie
passen, Comélietje is te klein,
ik weet niet hoe laat de kerk
begint (pappa is er niet) en bo
vendien worden we doornat."
Het is zeker zeven d tien minu
ten lopen van de pastorie naar
de kerk. „Zal ik dan preken?"
vroeg Willem Jan in volle
ernst. Ik bracht hem aan zijn
verstand dat hij er geen lolletje
van mocht maken. Jij houdt de
preek, je laat wat zingen en je
zusje en ik zijn de kerkgangers.
In de eetkamer werd een keu
kentrapje gezet omwoeld met
het bruine divankleed. We wa
ren er alledrie in. Willem haal
de de kinderbijbel en ging op
de preekstoel staan. Tevoren
hoorde ik hem op een zekere
plaats gezangen repeteren. Het
kerkvolk nam plaats op de
stoelen. De kerkdienst begon.
Willem las het verhaal van de
wijze en dwaze maagden. Hij
moest zich telkens bukken om
de woorden beter te zien. Hij
gaf de verzen op om te zingen en
het kerkvolk deed zijn best. Al
les ging zeer eerbiedig, het was
werkelijk een formele kerk
dienst. Aan het eind sprak de
jongen een gebed uit in zijn.
eigen taal en uit zijn hart. „Lie
ve Heer wij danken U voor al
les, wilt U pappa en mamma
nog veel plezier geven en goed
uit laten rusten? Ik dank U wel
dat ik die prachtige wolken ge
zien heb want het was nog
mooier dan op de kleurpotlo
den. Amen". Wc zongen de slot
zang, daarna ging hij in de deur
opening staan om de gemeente
leden een hand te geven (net
als pappa). Wij zeiden: „dag do
minee". Toen wij onze mantel
uitdeden zei Comélietje ernstig
„Er waren veel mensen, oma!"
C. SCHWING-SCHOUTEN
uitgifte voor de Dag van de Post
zegel is de god Hermes, die nog al
eens als boodschapper voor de
machthebbers op de Olympus moest
optreden. Dit beeld is ontleend aan
reliëfs, die in de facade van het
postkantoor te Purkersdorf bij We
nen zijn aangebracht. Er zijn in to
taal zes reliëfs, waarvan de twee
buitenste aan Hermes zijn gewijd
en de vier andere afbeeldingen van
vrouwenfiguren bevatten, die de
postdienst symboliseren.
Op 11 december kwam nog een
serie van zes zegels in de verkoop.
Als ik de prijs van het jaar voor de
fraaiste postzegels te vergeven had,
dan was mijn keus bepaald op dit
zestal gevallen. Het zijn details van
plafondschilderingen uit kloosters,
kerken en kastelen, die door Paul
Troger en Anton Franz Maulpertsch
in de 18e eeuw zijn gemaakt.
Voor de echte Oostenrijkverza
melaar Is een boekwerk versche
nen onder de titel „Kleine Kunst-
geschichte der Oesterreichischen
Briefmarke 1945-1968". Het boek
geeft met talrijke platen in kleur en
in zwart/wit de hele geschiedenis
van de na-oorlogse zegels en ont
werpers.
i. 1. M. KIGGEN
De heer M. te R. ontdekte dat:
„als men van een beeld van God
of Christus een object maakt,
men nimmer een verlost (een
vrij) mens wordt. Pas wanneer men
het beeld loslaat kan de overgave
volgen van hart en ziel en komt
men tot een onmiddellijke verhou
ding tot God. Ik wil nog stellen
dat, wanneer Ik zeg dat ik het niet
in de prediking van de kerk heb
kunnen vinden, dit geen blaam is
voor de kerk, doch veeleer dat
men afhankelijk is van een open
baring. Het kan zijn dan In het-nlet-
kunnen-vlnden in een kerk, de
grondslag wordt gevormd voor het
ontvangen van zulk een openba
ring."
Mevrouw P. te H. vindt niet dat
de geloofsbeleving aan verande
ring onderhevig Is: „Gods woord
blijft hetzelfde, maar we zien de
tekenen der tijden. De mens wil
het zelf doen en vooral de jeugd
In deze dolle wereld. Er is geen
tijd mear voor Gods woord".
Maar mevrouw P. te G. reageert:
„Onze kinderen gelovenl Eén mnal
per zondag naar de kerk gaan vin
den ze gewoon. Dat Is anders dan
toen wij Jong waren. Twee keer
naar de kerk... Deed je dit niet
dan had je 't gevoel: „Wat doe ik
een zonde". Ik heb het er dan ook
erg moeilijk mee gehar' dat mijn
kinderen een kerkgang per week
genoeg vinden. Nu kan Ik dank
baar zijn dat zs toch naar de ksrk
;pan en God betrekken in hun le
ven".
Ook mevrouw L. te O. beseft
dat men de jongere generatie geen
twee keer meer mee naar de kerk
krijgt: „Geloven ze dan niet? Ik
denk dat ze er misschien méér of
liever dieper over nadenken dan
wij dertig jaar geleden deden. Was
het openbaar belijdenis doen van
Je geloof niet vaak een zaak om
van de catechisatie „af" te ko
men? Omdat men niet durfde te
zeggen: „Ik ben er nog niet aan
toe." Geloofde men niet omdat de
dominee het zei? En die zou het
wel weten. Nu is er een vrijere
meningsuiting en de jeugd zegt nu.
misschien wel eens te luid en an
deren bezerend: „Dat geloof ik
hletl" Toch zijn er leder Jaar weer
een aantal Jongeren die openbare
belijdenis van hun geloof doen.
Het aantal verbaast me steeds
weer in verband met wat „men"
over 't algemeen beweert. Zou het
niet zo zijn dat we mlssohien In de
kerken aan kwantiteit achteruit
gaan maar aan kwaliteit vooruit? Je
ziet nu immers om zo te zeggen
geen echte „slapers" meer In de
kerk. Omdat men nu durft te zeg
gen: „Ik ben te moe, 'k blijf van
daag maar een keer thuis."
En mevrouw H. te H. verzucht:
„Het geloven nu word Je soms
wel eens erg moeilijk gemaakt.
Niet door de mensen bulten de
kerk, maar door al dat geharrewar
binnen de muren van de kerken
Mijn man ©n ik die het samen zeer
aens zijn mogen wel in de éne
kerk samen naar het Avondmaal,
maar niet In de andere kerk. (Wij
zijn lid van verschillende kerker
en gaan zoveel mogelijk samen)
Op de voor ons belangrijke vraag
mogen we samen Avondmaal vie
ren? kwam het antwoord: Nee
Dan krijg je te horen over de kerk
orde en ondanks het verbod word
je ook nog als „zuster" aan
gesproken."
Mevrouw V. fj L, ««n «enen-
tachtigjarige lezeres, hoorde on
langs een dominee zeggen: „Het
zalig worden gaat door het geloof
alleen. De vraag is: hoe kom Ik
aan dat geloof, of draagt mijn ge
loof het rechte stempel, 't Ant
woord luidde: Nu maar bidden tot
God dat Hij je aan jezelf ontdekt,
en leert zien hoe groot Je zonden
en ellenden zijn". „En dan komen
de ouderlingen nog vertellen wat
je alzo moet kennen en meema
ken. Met gevolg dat voor de hoor
ders niet veel overblijft dan zuch
ten en klagen: Och, mocht het
eens gebeurenHet lijkt wel de
gelijk en zwaar, maar zondag 2
leert h^t toch anders. Nu kom Ik
wel eens In aanraking met een
wvde'e rlchVng wmt snJf^r^t^oeh
niet nodig le. Gevolg: veel liturgie
in de samenkomsten van de ge
meente. Maar het hart blijft koud.
Ik was wanhopig omdat ik noch tot
de ene noch tot de andere richting
behoorde. Ik dacht, ik zal er wel
niet bij horen. Toen opende God
mijn ogen en Ik zag dat Christus
geen voorwaarden stelde om tot
Hem te komen. Maar de belofte
geeft, dat die Hem verwachten niet
beschaamd worden."
„Debatteren met ongelovigen Is
vaak nutteloos" zegt mevrouw H.
te V. „De natuurlijke mens
verstaat de dingen van Gods Ko
ninkrijk niet. Dan helpt debatteren
niet, maar wel vóórleven. Als het
goed is: anderen tot jaloersheid
wekken om God te mogen dienen.
Dit kan mede door blijmoedig door
het leven te gaan. Zelfs onder te
genslagen als ziekte en rouw. Het
Is een onzegbare rijkdom anderen
te wijzen, els het ware te lelden,
naar Hem, die de Weg, dc Waar
heid en het Leven Is."