nieuwe levensfase
Met fondue een
vrolijke maaltijd
Lezen als compensatie
Sint-Janskruid
voor nerveuze
mensen
naar een
dialoog
IK BLANKE
Kerst
op de
Britse
zegels
ZATERDAG 14 DECEMBER 1968
Zwitserse soldaten krijgen
op voorschrift van het opper
commando bij bijzondere ge
legenheden „Fondue". Wie dacht
dat fondue iets specifieks
Zwitsers was, heeft het mis.
De Zwitserse huisvrouw In het
wijngebied Valais had het in de
wijnoogst te druk een complete
maaltijd ter tafel te brengen.
,Kaaa en wijn waren bij de hand
en zo zou de fondue geboren
zijn: kaas, gesmolten In witte
wijn.
Kaasmakende boerinnen uit
Gouda en wijde omgeving doen
sinds Jaar en dag niet andere.
Op de traditionele wasdag maken
zij een Goudse kaasdoop van de
restanten van zelfgemaakte kaas:
dunne reepjes volvette Goudse
kaas worden al roerend of klop
pend verwarmd totdat de kaas
volledig is gesmolten.
In die kaasdoop gaan reepjes
brulnbrood, of warme gekookte
aardappelen, of reepjes kaas
worden met melk onmiddellijk
door de gekookte aardappelen
gestampt, vooral op vleesloze
dagen.
Fondue, zo gaat 't: wrijf een
lage, vuurvaste stenen schaal
met kort handvat, (caquelon), In
met een knoflookteentje. Schenk
er 4dl. halfdroge witte landwljn In
en verwarm deze tot hij gaat
bruisen. Roer er 500 gr heel fijn
gesneden of geraspte Jong bele
gen kaas door, blijf roeren met
garde tot het mengsel weer aan
de kook komt
Laat zachtjes doorkoken, blijf
roeren, tot een mooie gladde
massa ontstaat Bijbinden met
wat aangemengde maizena tot de
fondue lobbig dik Is. Maak de
fondue af met zout, peper en
nootmuscaat.
Twee eetlepels kirsch geven er
een fijne toets aan. Alcoholvrije
fodue maakt u door wijn te ver
vangen door ,1 Vi dl. bouillon en
1 y2 dl. melk. Variaties: fondue
met champignons en tuinkruiden,
of fijngesneden truffels.
De rechaud, gevuld met spiri
tus wordt ontstoken. De gasten
prikken aan gewone of drie
tandsvorken elk een stukje
brood, stokbrood of aan dob
belsteentjes gesneden witbrood,
dat knappend moet zijn. De blok
jes worden door de gesmolten
kaasmassa gehaald en warm ge
geten.
Dames zijn verplicht de heren
rond de tafel eén kus te geven
wanneer zij een stukje brood la
ten vallen In de fondue: een
charmante lach en een kus san
de overbuurman mag ook.
De heren betalen een volgend
fondue-geiag voor elk stukje
Jachtige, nerveuze mensen,
een teken van deze tijd. Hebt v
er wel eens bij stil gestaan dat
er vroeger ook nervositeit voor
kwam en dat dit heus geen
modernekwaal is? Toen
beschikte men echter nog niet
over de moderne kalme
ringsmiddelen tranquillizers
genaamd maar zocht men
toevlucht in huismiddeltjes. Het
Sint-Janskruid (hertshooi) was
het belangrijkste.
Zoals met zoveel zaken uit
grootmoeders tijd is ook de be
langstelling voor dit kruid sterk
toegenomen. Men heeft nu ont
dekt dat in geperst
Sint-Janskruid stoffen voorko
men die ook in bloedkleurstof
te vinden zijn. Deze stoffen oe
fenen een harmoniserende wer
king op het zenuwstelsel uit.
Vers sap van het
Sint-Janskruid wordt tegen
woordig door de artsen vaak
voorgeschreven.
Tot slot een opkikkertje voor
de nerveuzen onder ons: het is
een misverstand te menen dat
nerveuze mensen een kort leven
is beschoren. Veel nerveuze
mensen worden ondanks de
spanningen waaraan zij van
tijd tot tijd blootstaan zeer oud.
Hopelijk kalmeert dit bericht
u meer dan een fles vol medi
cijn.
brood dat van hun vork In de
fondue verdwijnt. Een fles wijn
mag ook. U serveert dezelfde
droge wijn die voor de fondue
werd gebruikt.
Gemiddeld eet de Nederlan
der vijf en veertig kilo suiker
per jaar in koffie, thee, pap,
vla, jam, gebak, lekkernijen!
Een ferme hoeveelheid, geen
wonder dat we steeds maar
groter en dikker worden. Voeg
daarbij de berg zoetstof die we
consumeren, dan mogen we ge
rust concluderen dat wij Neder
landers zoetekauwen zijn...
Hoe schadelijk kunnen met
name zoetstoffen voor de ge
zondheid zijn?
Het Voorlichtingsbureau voor
de Voeding, als altijd paraat,
meldt, dat in Nederland twee
soorten zoetstoffen zijn toegela
ten, saccharine (en de onscha
delijke zouten daarvan o.a. na
trium en calcium) en cyclamaat.
Deze verbindingen worden
afzonderlijk of gecombineerd
als zoetmiddel gebruikt. Bij tal
rijke onderzoekingen is van
saccharine in de voor consump-
ons
Dat
domi-
waarop
literatuur af-
wordt
|us in alle opzichten achtergesteld. Dat
moest maar eens duidelijk gezegd worden,
dacht dr. L. Jaszmann, vrouwenarts. Met meis-
es in de puberteit wordt rekening gehouden.
)e „overgang" wordt enerzijds onderschat,
anderzijds als een verschrikking voorgesteld.
De lichamelijke en geestelijke problemen van
de vrouw op middelbare leeftijd heeft dr. Jasz
mann nauwkeurig en vakkundig bestudeerd. Hij
ïield daartoe onder meer een enquête met colle-
;a Van Lith in Ede. Nog nooit werd een derge-
ijke gemeenschap ondervraagd, het onderzoek
imvatte 4600 vrouwen tussen de veertig en
estig jaar. De resultaten vinden we in zijn boek
Op weg naar een nieuwe levensfase.
Voor de overgangsjaren van de vrouw rekent
le arts twaalf jaar. De overgang werd vroeger
ils het begin van het afsterven bestempeld. In
le vorige eeuw stierf een vrouw nadat ze haar
tinderen had grootgebracht. Nu wordt ze gemid-
leld 76 jaar. Na de overgangsjaren dus nog een
ange levensavond.
De gemiddelde menopauzeleeftijd bedraagt in
ns land 51 jaar. De gewonnen levensperiode
ets nieuws in de geschiedenis van het mensdom
- kan voor de vrouw nieuwe en creatieve
«rspectieve openen. De moderne vrouw moet
11e mogelijkheden trachten te overzien die deze
evensfase in deze tijd haar kan brengen. Ander-
ljds moet ze weten wat haar te wachten staat.
>r. Jaszmann hoopt veel onzekerheden en
'erschrikklng te verjagen door nuchtere voor-
ichting.
Amerikaanse onderzoekers vonden 28 klachten
lie als typisch voor deze levensperiode worden
leschouwd. Het resultaat bleek verrassend. De
dachten van de „overgang" waren eveneens ty-
terend voor de puberteitsjaren met als enig
'erschil dat bij het opgroeiende meisje de klach-
en yan emotionele aard domineerden en de
klachten van de rijpe vrouw in het werkelijk
lichamelijke vlak lagen.
In de leeftijdsgroep van 55 - 64 jaar zijn de
minste klachten. De vrouw voelt zich voor het
eerst in haar leven mentaal volkomen evenwich
tig. Anderzijds treden door het wegvallen van
de beschermende werking van oestrogenen hart
en vaatziekten en ontkalking van de botten op.
Voor de veranderingen in het lichaam van
de vrouw zijn hormonen verantwoordelijk. Het is
een ingewikkeld samenspel dat dr. Jaszmann
duidelijk uit de doeken doet. Anders dan dr. R.
Wilson propageert in „Vrouw zijn en blij
ven" (uiitig. Bruna) meent dr. Jaszmann dat
de vrouw door het toedienen van oestroge
nen niet „eeuwig jong" kan blijven en de
menopauze kan verhinderen. „Zo eenvou
dig is de zaak niet". Een behandeling met
oestrogene stoffen kan in bepaalde gevallen
heilzaam zijn voor de vrouw in de overgang.
Maar voorzichtigheid is geboden.
In Nederland gebruikten in 1968 350.000 vrou
wen „de pil". Van de ovulatie-remmers wordt in
de overgangsjaren als geneesmiddel een dank
baar gebruik gemaakt. De vrouwenarts gaat uit
voerig in op de bijwerkingen van de pil. Een
geregelde controle is strikt noodzakelijk.
De arts wijst erop dat de vrouw met de pro
cessen die zich in haar lichaam afspelen, bekend
moet zijn en tijdig plannen moet maken. Steeds
meer vrouwen brengen hun laatste kind voor
hun dertigste jaar ter wereld. De vrijheid van
de moderne vrouw is nog zo nieuw dat zijnog
niet geleerd heeft haar leven er naar in te
richten.
De vrouw kan het meeste presteren tussen
De vrouw woont in haar werkplaats. De sleur kan zenuwslopend zijn: doe er eens iets bij
haar veertigste en zestigste jaar. Hoe hoger de
ontwikkeling van de vrouw, des te eerder gaat
zij in onze huidige maatschappij buiten het ge
zin werken. De arts wil dit „werken" vervan
gen zien in „bezig-zijn", met dingen die haar
voldoening schenken. De conclusie dat de oudere
vrouw zich beter voelt, vol zelfvertrouwen is,
vrijer is dan voorheen strookt met de reacties in
dialoog.
Moeheid is een vaak voorkomende klacht in
de overgangsjaren. Dit zegt de dokter ervan:
voldoende rust! Nachtrust, ook een korte middag
rust. Daarnaast sport. Altijd maar moe? Doe er
eens iets bij zegt ook deze arts. Daarnaast is
zelfinzicht broodnodig. Gewoon verfrissend is
het inzicht van deze man, dat. de vrouw woont
in haar werkplaats en dat de dagelijkse sleur op
haar zenuwen kan werken. Veel mannen besef
fen niet eens dat zij, door belangstelling te tonen
voor het werk van de vrouw, door wat morele,
maar ook daadwerkelijke steun haar over de
chronische moeheid heen zouden kunnen helpen.
De voeding van de vrouw in de overgang
heeft bijzondere aandacht nodig: voldoende ei
wit, verse groenten, vruchten, 's winters lever
traan. Weinig vet, matig zout. Geen snoepgoed,
koekjes, mayonaise, sauzen, gebak en chocolade.
Vermageringskuren alleen onder toezicht van de
arts, en oppassen voor chemische honger-onder-
drukkers. Heb goede aandacht voor de voeten
(schoeisel!) breng een geregeld bezoek aan pedi
cure, manicure, kapper en schoonheidsspecia
liste.
Overigens maakt ook de man een overgang
door, al ziet men hier geen evidente verschijnse
len. Uit de enquête van Ede is gebleken dat
talloze vrouwen zeer weinig last van de over
gangsjaren hebben. Dr. Jaszmann wil dan ook de
^woorden „kritieke jaren", „kenteringsjaren" uit
vonze woordenlijst schrappen en vervangen door
„middelbare leeftijd van de vrouw".
De moderne mens wil mondig zijn en weten
wat zich in lichaam en ziel afspeelt. Op het
achtergebleven gebied van de medische voor
lichting vinden we hier uitstekende lectuur die
het waard is bestudeerd te worden: bepaald
geen romannetje. „Op weg naar een nieuwe le
vensfase" werd uitgegeven bij Van Loghum Sla
terus/Arnhem, kost 8.90, 240 blz.
oede
len
verl Mevrouw U. te M. heeft veel
jer v espect voor schrijvers omdat
ten kans zien hun inrukken en
jntsl edachten 20 9°ed onder woor-
nnten te brengen. „Bijvoorbeeld
Pil den Hollander. Wat een ta-
,en nt om al je gevoelens zo in
succ'00rden te kunnen weergeven.
rQf een diep gevoelsleven; de
■esten gaan aan zoveel mooie
len voorbij. Wat een com-
satie dat ik van lezen houd.
adat mijn man is overleden,
es ik 's avonds altijd nog een
thnd 005 *n keci- Het 20 Stiï Cn
enzaam dan. Door te lezen heb
je meer belangstelling in ande-
w E mensen en levens. Ik geloof
'el dat het goed is. 'k Kan het
dere alleenstaande aanbeve-
aeu tn. We hebben hier een heel
oede bibliotheek waar we we-
elijks boeken halen. Ik noteer
huis wat ik gelezen heb en als
BPr me erg geboeid heeft neem ik
dezelfde schrijver/ster later
mk(7 eens een boek. De moderne
literatuur? Deprimerend! Als je
lommige boeken leest van b.v.
'olkers, Van het Reve, Hugo
Elaus, enz. draait je hart wel
am> ens om. Er zit niets opbou-
ten 1 lends in. Het is allemaal zo
jrjeT foebel en triest. Van Rijnsdorp
(Mr. chreef eens in een recensie:
oe Waar God niet meer aanbeden
;ewit
wordt, zoeken ze het onder de
navel." Daar ben ik het hele
maal mee eens. Al is een boek
rtiet uitgesproken christelijk,
als je de liefde tot God en de
medemens erin proeft spreekt
dat toch aan."
Ook mevrouw V. te G. kan
met de nieuwste lectuur niet
erg dwepen: „Natuurlijk lees ik
wel moderne boeken, anders
zou je er geen oordeel over
kunnen hebben, er zijn heel
mooie bij. Er zijn er ook die ik
nauwelijks kan volgen. De ou
derwetse boeken zijn vaak te
breedsprakig; als je eenmaal
doorzet nog wel „genietbaar."
7,o heb ik onlangs nog eens
Klaasje Zevenster van Van
Lennep gelezen en Klikspaan-
In die oude boeken vind je
vaak mooie karaktertekeningen.
Ferdinand Huyck e.a. blijven
mooi.
„Voor het slapen gaan lees ik
lichte lectuur, vaak detectives.
Er is iets wat mij een raadsel is.
Als ik een goede thriller op de
t.v. zie (niet b.v. de Saint, dat
loopt altijd eender af), heb ik
steevast last van een nachtmer
rie. Maar als ik vlak voor het
slapen gaan een boek vol moor
den lees, dan slaap ik rustig. Is
het visuele dan zoveel meer im
pressie dan het gelezene? Ik
lees toch echt niet oppervlakkig
en beschik over een grote dosis
fantasie, zodat ik de personen
uit het boek altijd wel een
gestalte weet te geven. Ik zou
aan de ouders die bang zijn dat
hun kinderen „verkeerde" boe
ken lezen de raad willen geven:
lees zelf en bespreek het dan
met de kinderen. Ik lees de
kinderen nog steeds voor, ook
al kunnen ze allang lezen. In
Science fiction verhalen vind ik
iets angstigs. Het is alles zo on
begrijpelijk. Voor de moderne
jeugd moet het heerlijke lec
tuur zijn. 'k Begin er nu iets
van te begrijpen dat onze voor
ouders bang waren voor auto's
en treinen. Tot slot wil ik inha
ken op de brief van mevr. E. te
Z.: Jammer, heel erg jammer,
dat deze mevrouw geen da
mesbladen leest. (Waarom op
pervlakkig? Kent zij „Prin
ses"?) Zo ja, dan zou zij er deze
week een waardevolle wenk in
hebben kunnen lezen nl.: „De
eerste regel waaraan u zich
moet houden bij het kopen van
een kindercadeau luidt: Koop
iets voor het plezier van het
kind en niet iets waar u zelf
veel genoegen aan hoopt te be
leven." Dit in verband met het
feit dat mevrouw E. haar drie
jarig dochtertje een lid
maatschapskaart gaf voor de
bibliotheek."
„Lezen kun je misschien aan
leren, het moet je geloof ik toch
aangeboren zijn" vindt me
vrouw S. te R. „In mijn drukke
gezin heb ik het jaren wat los
moeten laten, dat heb ik altijd
als een gemis gevoeld. Nu lees
ik weer veel. Het boek van Ina
•Boudier-Bakker „De klop op de
deur" las ik wel twintigmaal. Ik
houd niet zo van boekenseries:
ik zoek liever zelf een boek
uit."
„Als een huisvrouw 's avonds
fit wil zijn doet zij er goed aan
van tijd tot tijd een rustpauze
te nemen" zegt mevrouw A. te
N. „Wat doe je dan in die rust
pauze? Lezen natuurlijk! Heer
lijk ontspannend zo maar ge
woon tussen het huishoudelijk
werk door in een kamer die nog
niet helemaal aan kant is. Dan
rust je gelijk even uit.
Mevrouw B. te D. vindt het
„jammer dat er zo weinig
mensen zijn die de tijd nemen
om te lezen. (Uit deze rubriek
zou je dat echt niet zeggen, me
vrouw BA) We hebben nogal
wat kennissen, maar met bijna
niemand kan jc over boeken
praten. Ik zit liever 's morgens
en 's middags een uurtje koffie
of thee te drinken met een boek
dan met een buurvrouw...."
Mevrouw B. te S. heeft meer
malen aan schrijfsters geschre
ven: „Mijn favoriete schrijfster
was Laura Ingalls Wilder. Er
komt deze week een laatste
boek van haar uit. Jammer ge
noeg overleed zij in 1957. Ik
vind. haar boeken toch wel de
mooiste die ooit voor kinderen
geschreven slijn. Haar boek ,j)e
lange winter" lijkt veel op onze
hongerwinter. Als je die boeken
leest, word je helemaal tevre
den met alles. Ik leen deze boe
ken nogal eens uit aan zieken..
Natuurlijk bezitten we onze
boeken niet alleen voor onszelf.
Ik leen dan ook veel uit, maar.,
raak doorlopend boeken kwijt.
Soms met opzet, soms vergeet
achtigheid en ook komen ze
vaak beschadigd of met vlek
ken terug...."
Jammer als u uw penne-
vrucht hier niet vond. Benut de
nieuwe kans, ons volgentd on
derwerp is Geloven nu. We vra
gen geen citaten uit cate
chismus of geschriften van an
deren, maar uw ervaring en be
leving. Ga er even voor zitten
om dat onder woorden te bren
gen, zo ontstaat een fijn
gesprek tussen krant en lezers.
tie gebruikelijke hoeveelheid
(plm. 0.3 g) tot dusverre geen
schadelijk effect vastgesteld.
Een hoeveelheid van 0.3 g sac
charine komt overeen met plm.
200 g suiker.
Met cyclamaten is echter
voorzichtigheid geboden: ze
worden slecht geresorbeerd,
vijftig tot zestig procent wordt
uitgescheiden. Een gevolg daar
van kan zachte ontlasting of
diarree zijn, in het bijzonder
wanneer 5 g of meer per dag
wordt opgenomen. Voorts is nog
onvoldoende onderzocht wat
het effect is van het gebruik
van cyclamaten bij zwan
gerschap, zeer jeugdigen, of bij
stoornissen in de nierfunctie. In
afwachting daarvan geldt het
parool: wees matig in het ge
bruik van cyclamaten!
Het maximaal toelaatbare is
50 mg per kg lichaamsgewicht
Voor een man van zeventig kg
dus 3,5 gram. Bedenk dat cycla
maten ook voorkomen in calo
rie-arme frisdranken, kunstma
tig gezoete zilveruitjes en au
gurken.
Volgens de Warenwet moet
op de buitenzijde van de ver
pakking van eet- en drinkwa
ren waarin kunstmatige
zoetstof zit met duidelijke let
ters te lezen zijn: „bevat kunst
matige zoetstof'. Wie alle sui
ker door zoetstof vervangt,
maakt alle kans op een teveel.
Wie kinderen drie kleine
flesjes calorie-arme frisdrank
geeft per dag, en daarnaast nog
vier „zoetjes" in chocolademelk
of thee, heeft de grens van 1
gram ruim overschreden!
Een kind dat niet gewend
wordt aan veel zoetigheid zal er
ook niet naar talen.
Wat mij altijd erg beroert ie de
verhouding blank-zwart Ik heb ge
tracht dit in dichtvorm onder woor
den te brengen, aldus onze cover-
glrl van vandaag: mevrouw W. Krop-
van den Berg, Willem Warnaarlaan 7
In Sassenheim.
Ik ben, zoals het hoort
Ik ben van 't juiste soort!
Ik heb, wat een genot,
Ik heb de goede God!
Ik spreek een woordje mee,
Ik spreek 't liefst voor twee
Ik zie, wat u niet ziet,
Ik zie de kleurling niet.
En ik verkoop geen wit,
omdat daar weinig winst
in zit.
Wat ik verkoop is zwart,
Dat maakt mij zo apart!
Ik maak, dat 's mijn geluk,
Ik maak mij echt niet druk.
Ik zit op rozen, zacht en
goed,
Maar aan de doornen
kleeft er bloed
En om mij heen ivordt
alles zwart:
waar blijf ik nu met mijn
,/ipart"?
Ook dit jaar postzegels met het
thema „kerstmis". Het valt me op,
dat elk jaar meer landen aan deze
emissie gaan deelnemen. Ik tel
tenminste voor dit jaar nu reeds 24
postadministraties, hoofdzakelijk
landen en landjes van de Com
monwealth of die daartoe behoord
hebben, en die een of meer zegels
aan dit feest wijden.
De meeste van deze zegels heb
ben afbeeldingen van religieuze
aard; reproducties van oude schil
derijen die het kerstgebeuren be
treffen, zijn het meest geliefd. De
posterijen van Engeland zelf heb
ben de wens „happy Christmas"
op hun drie zegels geplaatst en de
emissie door de afbeeldingen hele
maal profaan gehouden en in de
sfeer van Santa Klaus getrokken,
die kinderen met speelgoed geluk
kig maakt. We zien een hobbel
paard en een poppenhuis met pop
pen, een modeltrein en ook mo
dern bouwdoosspeelgoed.
Het is wellicht interessant, hoe
wel voor ons Nederlanders de
Santa Klaus-tijd al weer enkele
weken voorbij Is, Iets naders om
trent de historie van dit speelgoed
te weten.
Poppenhuizen ze werden
vroeger „Neurenberger keukens"
genoemd zijn het eerst in de
16e eeuw gemaakt en zij dienden
destijds als instructiemateriaal
om meisjes te leren een goede
huisvrouw te worden. In ons
Rijksmuseum en In het Frans
Halsmuseum te Haarlem zijn bij
zonder fraaie specimina te zien. Men
maakte ook wel nauwkeurige imita
ties met trappen en al in miniatuur
van een echt groot huis.
In het Brits Museum zijn poppen
met kralen haren, afkomstig uit
graftomben van het oude Egypte
van 4000 jaar her. Verder bewaart
men er Griekse terracottapoppe
tjes en een echte lappenpop van
een Romeins meisje uit 300 v. Chr.
In de 14e eeuw werden poppen
gebruikt om ze als een soort man
nequin, gekleed volgens de laatste
mode van Parijs, door Europa te
zenden teneinde voor de modehui
zen reclame te maken. In hetzelfde
Britse museum is nog een 100-tal
poppen aanwezig, dat koningin
Victoria, toen zij 12 jaar was, aan
gekleed heeft.
Hobbelpaarden zijn moderner
dan u denkt. Hoewel het London
Museum dit speelgoed in zeer pri
mitieve vorm uit de 17e eeuw kan
tonen, stammen onze hobbelpaar
den uit het eind van de 19e eeuw.
Het was Frank Hornby, die In
1901 voor zijn twee jongens een
modelbouwdoos maakte en dat
werd het befaamde Mecca
no-speelgoed. De zogenaamde
blokkendozen uit onze jeugd, de
„Franse blokken", werden in het
begin van de 18e eeuw populair.
Rond 1950 introduceerde Charles
Eamea plastiek materiaal van
verschillende afmetingen, waarme
de bouwsels in elkaar gezet kon
den worden.
Om rollend speelgoed te ontdek
ken gaan we terug naar het oude
Griekenland van 3000 jaar geleden,
waar terracotta-speelgoed
wagentjes voorkwamen of houten
paardjes op wieltjes uit de Egyp
tische graftomben van 500 v. Chr.
De eerste speelgoedtrein werd in
Duitsland rond 1860 op de markt
gebracht. Tijdens de eeuwwisse
ling ontstonden de fameuze Bas-
sel-Lowke-locs, die tot in de
kleinste details even echt waren
als de echte grote jumbo's.
De ontwerpster van deze bijzon
der kleurige en vrolijke zegels en
van de daarbij behorende
eerste-dagenveloppen is Rosalinde
Dease, die al eerder, maar dan In
samenwerking met de grafische
kunstenaar David Gentleman En
gelse zegels heeft ontworpen zo
als de Churchill- en de
Slag-om-Engelandzegels. Verder
heeft de Engelse postdienst even
als vorige jaren een tweetal spe
ciale kerstluchtpostbladen van 9 d
in omloop gebracht.
J. J. M. Kiggen