nieuwe levensfase Met fondue een vrolijke maaltijd Lezen als compensatie Sint-Janskruid voor nerveuze mensen naar een dialoog IK BLANKE Kerst op de Britse zegels ZATERDAG 14 DECEMBER 1968 Zwitserse soldaten krijgen op voorschrift van het opper commando bij bijzondere ge legenheden „Fondue". Wie dacht dat fondue iets specifieks Zwitsers was, heeft het mis. De Zwitserse huisvrouw In het wijngebied Valais had het in de wijnoogst te druk een complete maaltijd ter tafel te brengen. ,Kaaa en wijn waren bij de hand en zo zou de fondue geboren zijn: kaas, gesmolten In witte wijn. Kaasmakende boerinnen uit Gouda en wijde omgeving doen sinds Jaar en dag niet andere. Op de traditionele wasdag maken zij een Goudse kaasdoop van de restanten van zelfgemaakte kaas: dunne reepjes volvette Goudse kaas worden al roerend of klop pend verwarmd totdat de kaas volledig is gesmolten. In die kaasdoop gaan reepjes brulnbrood, of warme gekookte aardappelen, of reepjes kaas worden met melk onmiddellijk door de gekookte aardappelen gestampt, vooral op vleesloze dagen. Fondue, zo gaat 't: wrijf een lage, vuurvaste stenen schaal met kort handvat, (caquelon), In met een knoflookteentje. Schenk er 4dl. halfdroge witte landwljn In en verwarm deze tot hij gaat bruisen. Roer er 500 gr heel fijn gesneden of geraspte Jong bele gen kaas door, blijf roeren met garde tot het mengsel weer aan de kook komt Laat zachtjes doorkoken, blijf roeren, tot een mooie gladde massa ontstaat Bijbinden met wat aangemengde maizena tot de fondue lobbig dik Is. Maak de fondue af met zout, peper en nootmuscaat. Twee eetlepels kirsch geven er een fijne toets aan. Alcoholvrije fodue maakt u door wijn te ver vangen door ,1 Vi dl. bouillon en 1 y2 dl. melk. Variaties: fondue met champignons en tuinkruiden, of fijngesneden truffels. De rechaud, gevuld met spiri tus wordt ontstoken. De gasten prikken aan gewone of drie tandsvorken elk een stukje brood, stokbrood of aan dob belsteentjes gesneden witbrood, dat knappend moet zijn. De blok jes worden door de gesmolten kaasmassa gehaald en warm ge geten. Dames zijn verplicht de heren rond de tafel eén kus te geven wanneer zij een stukje brood la ten vallen In de fondue: een charmante lach en een kus san de overbuurman mag ook. De heren betalen een volgend fondue-geiag voor elk stukje Jachtige, nerveuze mensen, een teken van deze tijd. Hebt v er wel eens bij stil gestaan dat er vroeger ook nervositeit voor kwam en dat dit heus geen modernekwaal is? Toen beschikte men echter nog niet over de moderne kalme ringsmiddelen tranquillizers genaamd maar zocht men toevlucht in huismiddeltjes. Het Sint-Janskruid (hertshooi) was het belangrijkste. Zoals met zoveel zaken uit grootmoeders tijd is ook de be langstelling voor dit kruid sterk toegenomen. Men heeft nu ont dekt dat in geperst Sint-Janskruid stoffen voorko men die ook in bloedkleurstof te vinden zijn. Deze stoffen oe fenen een harmoniserende wer king op het zenuwstelsel uit. Vers sap van het Sint-Janskruid wordt tegen woordig door de artsen vaak voorgeschreven. Tot slot een opkikkertje voor de nerveuzen onder ons: het is een misverstand te menen dat nerveuze mensen een kort leven is beschoren. Veel nerveuze mensen worden ondanks de spanningen waaraan zij van tijd tot tijd blootstaan zeer oud. Hopelijk kalmeert dit bericht u meer dan een fles vol medi cijn. brood dat van hun vork In de fondue verdwijnt. Een fles wijn mag ook. U serveert dezelfde droge wijn die voor de fondue werd gebruikt. Gemiddeld eet de Nederlan der vijf en veertig kilo suiker per jaar in koffie, thee, pap, vla, jam, gebak, lekkernijen! Een ferme hoeveelheid, geen wonder dat we steeds maar groter en dikker worden. Voeg daarbij de berg zoetstof die we consumeren, dan mogen we ge rust concluderen dat wij Neder landers zoetekauwen zijn... Hoe schadelijk kunnen met name zoetstoffen voor de ge zondheid zijn? Het Voorlichtingsbureau voor de Voeding, als altijd paraat, meldt, dat in Nederland twee soorten zoetstoffen zijn toegela ten, saccharine (en de onscha delijke zouten daarvan o.a. na trium en calcium) en cyclamaat. Deze verbindingen worden afzonderlijk of gecombineerd als zoetmiddel gebruikt. Bij tal rijke onderzoekingen is van saccharine in de voor consump- ons Dat domi- waarop literatuur af- wordt |us in alle opzichten achtergesteld. Dat moest maar eens duidelijk gezegd worden, dacht dr. L. Jaszmann, vrouwenarts. Met meis- es in de puberteit wordt rekening gehouden. )e „overgang" wordt enerzijds onderschat, anderzijds als een verschrikking voorgesteld. De lichamelijke en geestelijke problemen van de vrouw op middelbare leeftijd heeft dr. Jasz mann nauwkeurig en vakkundig bestudeerd. Hij ïield daartoe onder meer een enquête met colle- ;a Van Lith in Ede. Nog nooit werd een derge- ijke gemeenschap ondervraagd, het onderzoek imvatte 4600 vrouwen tussen de veertig en estig jaar. De resultaten vinden we in zijn boek Op weg naar een nieuwe levensfase. Voor de overgangsjaren van de vrouw rekent le arts twaalf jaar. De overgang werd vroeger ils het begin van het afsterven bestempeld. In le vorige eeuw stierf een vrouw nadat ze haar tinderen had grootgebracht. Nu wordt ze gemid- leld 76 jaar. Na de overgangsjaren dus nog een ange levensavond. De gemiddelde menopauzeleeftijd bedraagt in ns land 51 jaar. De gewonnen levensperiode ets nieuws in de geschiedenis van het mensdom - kan voor de vrouw nieuwe en creatieve «rspectieve openen. De moderne vrouw moet 11e mogelijkheden trachten te overzien die deze evensfase in deze tijd haar kan brengen. Ander- ljds moet ze weten wat haar te wachten staat. >r. Jaszmann hoopt veel onzekerheden en 'erschrikklng te verjagen door nuchtere voor- ichting. Amerikaanse onderzoekers vonden 28 klachten lie als typisch voor deze levensperiode worden leschouwd. Het resultaat bleek verrassend. De dachten van de „overgang" waren eveneens ty- terend voor de puberteitsjaren met als enig 'erschil dat bij het opgroeiende meisje de klach- en yan emotionele aard domineerden en de klachten van de rijpe vrouw in het werkelijk lichamelijke vlak lagen. In de leeftijdsgroep van 55 - 64 jaar zijn de minste klachten. De vrouw voelt zich voor het eerst in haar leven mentaal volkomen evenwich tig. Anderzijds treden door het wegvallen van de beschermende werking van oestrogenen hart en vaatziekten en ontkalking van de botten op. Voor de veranderingen in het lichaam van de vrouw zijn hormonen verantwoordelijk. Het is een ingewikkeld samenspel dat dr. Jaszmann duidelijk uit de doeken doet. Anders dan dr. R. Wilson propageert in „Vrouw zijn en blij ven" (uiitig. Bruna) meent dr. Jaszmann dat de vrouw door het toedienen van oestroge nen niet „eeuwig jong" kan blijven en de menopauze kan verhinderen. „Zo eenvou dig is de zaak niet". Een behandeling met oestrogene stoffen kan in bepaalde gevallen heilzaam zijn voor de vrouw in de overgang. Maar voorzichtigheid is geboden. In Nederland gebruikten in 1968 350.000 vrou wen „de pil". Van de ovulatie-remmers wordt in de overgangsjaren als geneesmiddel een dank baar gebruik gemaakt. De vrouwenarts gaat uit voerig in op de bijwerkingen van de pil. Een geregelde controle is strikt noodzakelijk. De arts wijst erop dat de vrouw met de pro cessen die zich in haar lichaam afspelen, bekend moet zijn en tijdig plannen moet maken. Steeds meer vrouwen brengen hun laatste kind voor hun dertigste jaar ter wereld. De vrijheid van de moderne vrouw is nog zo nieuw dat zijnog niet geleerd heeft haar leven er naar in te richten. De vrouw kan het meeste presteren tussen De vrouw woont in haar werkplaats. De sleur kan zenuwslopend zijn: doe er eens iets bij haar veertigste en zestigste jaar. Hoe hoger de ontwikkeling van de vrouw, des te eerder gaat zij in onze huidige maatschappij buiten het ge zin werken. De arts wil dit „werken" vervan gen zien in „bezig-zijn", met dingen die haar voldoening schenken. De conclusie dat de oudere vrouw zich beter voelt, vol zelfvertrouwen is, vrijer is dan voorheen strookt met de reacties in dialoog. Moeheid is een vaak voorkomende klacht in de overgangsjaren. Dit zegt de dokter ervan: voldoende rust! Nachtrust, ook een korte middag rust. Daarnaast sport. Altijd maar moe? Doe er eens iets bij zegt ook deze arts. Daarnaast is zelfinzicht broodnodig. Gewoon verfrissend is het inzicht van deze man, dat. de vrouw woont in haar werkplaats en dat de dagelijkse sleur op haar zenuwen kan werken. Veel mannen besef fen niet eens dat zij, door belangstelling te tonen voor het werk van de vrouw, door wat morele, maar ook daadwerkelijke steun haar over de chronische moeheid heen zouden kunnen helpen. De voeding van de vrouw in de overgang heeft bijzondere aandacht nodig: voldoende ei wit, verse groenten, vruchten, 's winters lever traan. Weinig vet, matig zout. Geen snoepgoed, koekjes, mayonaise, sauzen, gebak en chocolade. Vermageringskuren alleen onder toezicht van de arts, en oppassen voor chemische honger-onder- drukkers. Heb goede aandacht voor de voeten (schoeisel!) breng een geregeld bezoek aan pedi cure, manicure, kapper en schoonheidsspecia liste. Overigens maakt ook de man een overgang door, al ziet men hier geen evidente verschijnse len. Uit de enquête van Ede is gebleken dat talloze vrouwen zeer weinig last van de over gangsjaren hebben. Dr. Jaszmann wil dan ook de ^woorden „kritieke jaren", „kenteringsjaren" uit vonze woordenlijst schrappen en vervangen door „middelbare leeftijd van de vrouw". De moderne mens wil mondig zijn en weten wat zich in lichaam en ziel afspeelt. Op het achtergebleven gebied van de medische voor lichting vinden we hier uitstekende lectuur die het waard is bestudeerd te worden: bepaald geen romannetje. „Op weg naar een nieuwe le vensfase" werd uitgegeven bij Van Loghum Sla terus/Arnhem, kost 8.90, 240 blz. oede len verl Mevrouw U. te M. heeft veel jer v espect voor schrijvers omdat ten kans zien hun inrukken en jntsl edachten 20 9°ed onder woor- nnten te brengen. „Bijvoorbeeld Pil den Hollander. Wat een ta- ,en nt om al je gevoelens zo in succ'00rden te kunnen weergeven. rQf een diep gevoelsleven; de ■esten gaan aan zoveel mooie len voorbij. Wat een com- satie dat ik van lezen houd. adat mijn man is overleden, es ik 's avonds altijd nog een thnd 005 *n keci- Het 20 Stiï Cn enzaam dan. Door te lezen heb je meer belangstelling in ande- w E mensen en levens. Ik geloof 'el dat het goed is. 'k Kan het dere alleenstaande aanbeve- aeu tn. We hebben hier een heel oede bibliotheek waar we we- elijks boeken halen. Ik noteer huis wat ik gelezen heb en als BPr me erg geboeid heeft neem ik dezelfde schrijver/ster later mk(7 eens een boek. De moderne literatuur? Deprimerend! Als je lommige boeken leest van b.v. 'olkers, Van het Reve, Hugo Elaus, enz. draait je hart wel am> ens om. Er zit niets opbou- ten 1 lends in. Het is allemaal zo jrjeT foebel en triest. Van Rijnsdorp (Mr. chreef eens in een recensie: oe Waar God niet meer aanbeden ;ewit wordt, zoeken ze het onder de navel." Daar ben ik het hele maal mee eens. Al is een boek rtiet uitgesproken christelijk, als je de liefde tot God en de medemens erin proeft spreekt dat toch aan." Ook mevrouw V. te G. kan met de nieuwste lectuur niet erg dwepen: „Natuurlijk lees ik wel moderne boeken, anders zou je er geen oordeel over kunnen hebben, er zijn heel mooie bij. Er zijn er ook die ik nauwelijks kan volgen. De ou derwetse boeken zijn vaak te breedsprakig; als je eenmaal doorzet nog wel „genietbaar." 7,o heb ik onlangs nog eens Klaasje Zevenster van Van Lennep gelezen en Klikspaan- In die oude boeken vind je vaak mooie karaktertekeningen. Ferdinand Huyck e.a. blijven mooi. „Voor het slapen gaan lees ik lichte lectuur, vaak detectives. Er is iets wat mij een raadsel is. Als ik een goede thriller op de t.v. zie (niet b.v. de Saint, dat loopt altijd eender af), heb ik steevast last van een nachtmer rie. Maar als ik vlak voor het slapen gaan een boek vol moor den lees, dan slaap ik rustig. Is het visuele dan zoveel meer im pressie dan het gelezene? Ik lees toch echt niet oppervlakkig en beschik over een grote dosis fantasie, zodat ik de personen uit het boek altijd wel een gestalte weet te geven. Ik zou aan de ouders die bang zijn dat hun kinderen „verkeerde" boe ken lezen de raad willen geven: lees zelf en bespreek het dan met de kinderen. Ik lees de kinderen nog steeds voor, ook al kunnen ze allang lezen. In Science fiction verhalen vind ik iets angstigs. Het is alles zo on begrijpelijk. Voor de moderne jeugd moet het heerlijke lec tuur zijn. 'k Begin er nu iets van te begrijpen dat onze voor ouders bang waren voor auto's en treinen. Tot slot wil ik inha ken op de brief van mevr. E. te Z.: Jammer, heel erg jammer, dat deze mevrouw geen da mesbladen leest. (Waarom op pervlakkig? Kent zij „Prin ses"?) Zo ja, dan zou zij er deze week een waardevolle wenk in hebben kunnen lezen nl.: „De eerste regel waaraan u zich moet houden bij het kopen van een kindercadeau luidt: Koop iets voor het plezier van het kind en niet iets waar u zelf veel genoegen aan hoopt te be leven." Dit in verband met het feit dat mevrouw E. haar drie jarig dochtertje een lid maatschapskaart gaf voor de bibliotheek." „Lezen kun je misschien aan leren, het moet je geloof ik toch aangeboren zijn" vindt me vrouw S. te R. „In mijn drukke gezin heb ik het jaren wat los moeten laten, dat heb ik altijd als een gemis gevoeld. Nu lees ik weer veel. Het boek van Ina •Boudier-Bakker „De klop op de deur" las ik wel twintigmaal. Ik houd niet zo van boekenseries: ik zoek liever zelf een boek uit." „Als een huisvrouw 's avonds fit wil zijn doet zij er goed aan van tijd tot tijd een rustpauze te nemen" zegt mevrouw A. te N. „Wat doe je dan in die rust pauze? Lezen natuurlijk! Heer lijk ontspannend zo maar ge woon tussen het huishoudelijk werk door in een kamer die nog niet helemaal aan kant is. Dan rust je gelijk even uit. Mevrouw B. te D. vindt het „jammer dat er zo weinig mensen zijn die de tijd nemen om te lezen. (Uit deze rubriek zou je dat echt niet zeggen, me vrouw BA) We hebben nogal wat kennissen, maar met bijna niemand kan jc over boeken praten. Ik zit liever 's morgens en 's middags een uurtje koffie of thee te drinken met een boek dan met een buurvrouw...." Mevrouw B. te S. heeft meer malen aan schrijfsters geschre ven: „Mijn favoriete schrijfster was Laura Ingalls Wilder. Er komt deze week een laatste boek van haar uit. Jammer ge noeg overleed zij in 1957. Ik vind. haar boeken toch wel de mooiste die ooit voor kinderen geschreven slijn. Haar boek ,j)e lange winter" lijkt veel op onze hongerwinter. Als je die boeken leest, word je helemaal tevre den met alles. Ik leen deze boe ken nogal eens uit aan zieken.. Natuurlijk bezitten we onze boeken niet alleen voor onszelf. Ik leen dan ook veel uit, maar., raak doorlopend boeken kwijt. Soms met opzet, soms vergeet achtigheid en ook komen ze vaak beschadigd of met vlek ken terug...." Jammer als u uw penne- vrucht hier niet vond. Benut de nieuwe kans, ons volgentd on derwerp is Geloven nu. We vra gen geen citaten uit cate chismus of geschriften van an deren, maar uw ervaring en be leving. Ga er even voor zitten om dat onder woorden te bren gen, zo ontstaat een fijn gesprek tussen krant en lezers. tie gebruikelijke hoeveelheid (plm. 0.3 g) tot dusverre geen schadelijk effect vastgesteld. Een hoeveelheid van 0.3 g sac charine komt overeen met plm. 200 g suiker. Met cyclamaten is echter voorzichtigheid geboden: ze worden slecht geresorbeerd, vijftig tot zestig procent wordt uitgescheiden. Een gevolg daar van kan zachte ontlasting of diarree zijn, in het bijzonder wanneer 5 g of meer per dag wordt opgenomen. Voorts is nog onvoldoende onderzocht wat het effect is van het gebruik van cyclamaten bij zwan gerschap, zeer jeugdigen, of bij stoornissen in de nierfunctie. In afwachting daarvan geldt het parool: wees matig in het ge bruik van cyclamaten! Het maximaal toelaatbare is 50 mg per kg lichaamsgewicht Voor een man van zeventig kg dus 3,5 gram. Bedenk dat cycla maten ook voorkomen in calo rie-arme frisdranken, kunstma tig gezoete zilveruitjes en au gurken. Volgens de Warenwet moet op de buitenzijde van de ver pakking van eet- en drinkwa ren waarin kunstmatige zoetstof zit met duidelijke let ters te lezen zijn: „bevat kunst matige zoetstof'. Wie alle sui ker door zoetstof vervangt, maakt alle kans op een teveel. Wie kinderen drie kleine flesjes calorie-arme frisdrank geeft per dag, en daarnaast nog vier „zoetjes" in chocolademelk of thee, heeft de grens van 1 gram ruim overschreden! Een kind dat niet gewend wordt aan veel zoetigheid zal er ook niet naar talen. Wat mij altijd erg beroert ie de verhouding blank-zwart Ik heb ge tracht dit in dichtvorm onder woor den te brengen, aldus onze cover- glrl van vandaag: mevrouw W. Krop- van den Berg, Willem Warnaarlaan 7 In Sassenheim. Ik ben, zoals het hoort Ik ben van 't juiste soort! Ik heb, wat een genot, Ik heb de goede God! Ik spreek een woordje mee, Ik spreek 't liefst voor twee Ik zie, wat u niet ziet, Ik zie de kleurling niet. En ik verkoop geen wit, omdat daar weinig winst in zit. Wat ik verkoop is zwart, Dat maakt mij zo apart! Ik maak, dat 's mijn geluk, Ik maak mij echt niet druk. Ik zit op rozen, zacht en goed, Maar aan de doornen kleeft er bloed En om mij heen ivordt alles zwart: waar blijf ik nu met mijn ,/ipart"? Ook dit jaar postzegels met het thema „kerstmis". Het valt me op, dat elk jaar meer landen aan deze emissie gaan deelnemen. Ik tel tenminste voor dit jaar nu reeds 24 postadministraties, hoofdzakelijk landen en landjes van de Com monwealth of die daartoe behoord hebben, en die een of meer zegels aan dit feest wijden. De meeste van deze zegels heb ben afbeeldingen van religieuze aard; reproducties van oude schil derijen die het kerstgebeuren be treffen, zijn het meest geliefd. De posterijen van Engeland zelf heb ben de wens „happy Christmas" op hun drie zegels geplaatst en de emissie door de afbeeldingen hele maal profaan gehouden en in de sfeer van Santa Klaus getrokken, die kinderen met speelgoed geluk kig maakt. We zien een hobbel paard en een poppenhuis met pop pen, een modeltrein en ook mo dern bouwdoosspeelgoed. Het is wellicht interessant, hoe wel voor ons Nederlanders de Santa Klaus-tijd al weer enkele weken voorbij Is, Iets naders om trent de historie van dit speelgoed te weten. Poppenhuizen ze werden vroeger „Neurenberger keukens" genoemd zijn het eerst in de 16e eeuw gemaakt en zij dienden destijds als instructiemateriaal om meisjes te leren een goede huisvrouw te worden. In ons Rijksmuseum en In het Frans Halsmuseum te Haarlem zijn bij zonder fraaie specimina te zien. Men maakte ook wel nauwkeurige imita ties met trappen en al in miniatuur van een echt groot huis. In het Brits Museum zijn poppen met kralen haren, afkomstig uit graftomben van het oude Egypte van 4000 jaar her. Verder bewaart men er Griekse terracottapoppe tjes en een echte lappenpop van een Romeins meisje uit 300 v. Chr. In de 14e eeuw werden poppen gebruikt om ze als een soort man nequin, gekleed volgens de laatste mode van Parijs, door Europa te zenden teneinde voor de modehui zen reclame te maken. In hetzelfde Britse museum is nog een 100-tal poppen aanwezig, dat koningin Victoria, toen zij 12 jaar was, aan gekleed heeft. Hobbelpaarden zijn moderner dan u denkt. Hoewel het London Museum dit speelgoed in zeer pri mitieve vorm uit de 17e eeuw kan tonen, stammen onze hobbelpaar den uit het eind van de 19e eeuw. Het was Frank Hornby, die In 1901 voor zijn twee jongens een modelbouwdoos maakte en dat werd het befaamde Mecca no-speelgoed. De zogenaamde blokkendozen uit onze jeugd, de „Franse blokken", werden in het begin van de 18e eeuw populair. Rond 1950 introduceerde Charles Eamea plastiek materiaal van verschillende afmetingen, waarme de bouwsels in elkaar gezet kon den worden. Om rollend speelgoed te ontdek ken gaan we terug naar het oude Griekenland van 3000 jaar geleden, waar terracotta-speelgoed wagentjes voorkwamen of houten paardjes op wieltjes uit de Egyp tische graftomben van 500 v. Chr. De eerste speelgoedtrein werd in Duitsland rond 1860 op de markt gebracht. Tijdens de eeuwwisse ling ontstonden de fameuze Bas- sel-Lowke-locs, die tot in de kleinste details even echt waren als de echte grote jumbo's. De ontwerpster van deze bijzon der kleurige en vrolijke zegels en van de daarbij behorende eerste-dagenveloppen is Rosalinde Dease, die al eerder, maar dan In samenwerking met de grafische kunstenaar David Gentleman En gelse zegels heeft ontworpen zo als de Churchill- en de Slag-om-Engelandzegels. Verder heeft de Engelse postdienst even als vorige jaren een tweetal spe ciale kerstluchtpostbladen van 9 d in omloop gebracht. J. J. M. Kiggen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1968 | | pagina 13