BOEING 's werelds 747: nieuwste en grootste iint ook dit nog De Gereformeerde Bond en de Schriftgezangen Afrikaans avontuur lokt Europa ZATERDAG 14 DECEMBER 1969 HET VLIEGTUIGJE VAN WRIGHT door GEERT KAMPHUIS Volgende week dinsdag is het vijf enzestig jaar geleden dat de ge broeders Wright voor het eerst ter wereld een „vliegtocht" maakten. Weinigen geloofden toen dat zij een overwinning op vleugels hadden ge boekt. De vier op die dag uitgevoer de vluchten van Orville en Wilbur duurden dan ook maar 12 tot 54 seconden. Voor die tijd een hele prestatie die ons nu vrij kinderachtig aan doet. Meer ontzag hebben wij voor de Boeing 747 met een capaciteit van 490 passagiers, die ter gelegen heid van Wright's vlucht voor het eerst dinsdag de lucht ingaat. Het is 's werelds nieuwste en grootste straalverkeersvliegtuig, waarvoor 26 maatschappijen bestellingen heb ben geplaatst tot een totaal van 158 toestellen. Voorafgaande aan deze eerste vlucht is het toestel al gedoopt met flessen champagne, van Iedere maatschappij één waarbij de KLM was vertegenwoordigd door de blonde Suzanne Wientjes. Ver wacht wordt dat de eerste voor haar maatschappij bestelde 747-ma- chine, ongeveer tweemaal zo groot als de huidige straalverkeersvlieg- tuigen, begin 1971 zal kunnen wor den afgeleverd. Daarna zullen er nog twee volgen en er is nog een optie voor drie stuks. Tot 1970, het jaar waarin dit toestel door de luchtvaart maatschappijen in dienst zal wor den genomen, zal de Super DC-8 met 234 passagiers het grootste straalpassagiersvliegtuig blijven. De KLM heeft deze order geplaatst, om de vervoerstoename op de Noord-Atlantische route, samen met de DC-8-63, te kunnen opvan gen. De Boeing heeft een meer dan dubbele betalende lading en het is voor het eerst in de bijna 50-jarige KLM-geschiedenis dat zij van deze fabriek een toestel betrekt. Onze nationale luchtvaartmaatschappij is destijds met Fokker begonnen om daarna, in de dertiger jaren, op Douglas over te stappen. De 57 meter lange cabine beschikt over tien deuren die elk één meter breed zijn en bijna twee meter hoog. Achter de cockpit, op de eerste etage, bevindt zich nog een extra passagiersruimte en deze kan bijvoorbeeld als lounge voor zestien personen worden gebruikt. Een wenteltrap zorgt voor de verbin ding tussen de twee verdiepingen en verder is er nog een lift in naar de ondergrondse' keuken. Ondanks het grote aantal passa giers, dat de zes en een halve meter brede cabine kan herbergen, krijgt men niet het idee in een stampvolle zaal te zitten. Dit komt, omdat de twee gangpaden, die breder zijn dan in de thans gebruikte ver keersvliegtuigen, de zitplaatsen ver delen in drie rijen van elk twee, vier, en drie stoelen. Ook de stoelen zelf zijn breder en het interieur is verdeeld in secties. Om het ruimte-effect verder nog te vergroten is ook het plafond op gro tere hoogte aangebracht, dan tot nu toe gebruikelijk is, omdat de romp- doorsnede van de 747 bijna twee maal zo groot is als die van de DC-8. In de KLM-uitvoering zal de 747 plaats bieden aan 353 passagiers en dertien ton vracht. Desnoods kan het totale aantal passagiers worden opgevoerd tot 490. De cabinebeman ning zal bestaan uit vijf pursers en hofmeesters en tien stewardessen. Het toestel heeft vier straalmoto ren, die de machine een kruissnel heid van bijna duizend kilometer per uur geven en minder lawaai maken dan die van de DC-8. De Boeing 747 heeft een landingsgestel met achttien wielen, waardoor de druk per wiel minder is dan van de huidige straalmachines en gebruik kan worden gemaakt van normale start- en landingsbanen. Thans is de romp van het ruim zeventig meter lange toestel nog ge vuld met benodigdheden voor het proefvliegen. Tegen het einde van het volgend jaar kunnen de eerste bestellingen worden afgeleverd. Reeds drie Jaar voor de aan komst van dit gigantische ver keersvliegtuig, is men bij de KLM begonnen aan de voorbereiding van zijn Introduktle. Ondertussen werd overeenstemming bereikt met SAS en Swissair, over standaar disatie van de aangekochte Boeings, opleiding en technisch onderhoud. Immers een verdubbeling van ca paciteit heeft nogal wat voeten in aarde. Wat het in gebruik nemen van een dergelijk toestel eigenlijk wel betekent, wordt wel het beste ge ïllustreerd door de volgende nieuw tjes. Wetenswaardigheden die wer den ontleend aan een speciaal Boeing 747 nummer van het blad KONTAKT. een technisch tijdschrift van de vereniging van KLM-boord- werktuigkundigen. ft Het toestel kost zonder reser ve-onderdelen f 66,5 miljoen per stuk. Voor dat bedrag zou men ook 13.500 standaard Volkswagens kunnen kopen. -ft De romp is verdeeld in drie dekken, heeft 182 ramen, tien deu ren en dertien toiletten. Deze laat ste zullen moeten worden ver schoond, evenals 350 hoofdkussen tjes, evenzoveel asbakjes en 150 meter gangpad. ■ft Voor het beluisteren van mu ziek kunnen de passagiers tegen aparte betaling gebruik maken van een hoofdtelefoon. -ft Op Schiphol wil men de ruim 350 passagiers door drie deuren uit laten stappen en men denkt deze reizigersstroom in acht a negen mi nuten te verwerken. ft Alvorens een nieuwe vlucht te maken, lal zo'n 1450 liter drink water moeten worden bijgevuld, terwijl een schildersbeurtje twee honderd kilogram verf vergt. Het brandstofverbruik bedraagt drie- tot achtduizend liter per uur. ft Bij het bouwprogramma zijn 50.000 personen betrokken, waar onder zestienduizend onderaanne mers in 49 staten en zes landen buiten Amerika. ft Eens In de twee jaar krijgt het toestel een grote beurt, waarmee drie en een half miljoen gulden Is gemoeid. ft Het stabilo van een Boeing 747 is groter dan de vleugel van de bekende tweemotorlge Dakota. ft De vrachtvariant zal de be schikking krijgen over een opklap bare neus, zodat de vracht direkt in het hoofdruim kan worden ge plaatst. Binnen twintig jaar zal de Boeing weer uit het luchtruim zijn ver dwenen, want er wordt al gewerkt aan een nog grotere luchtcycloop, met een capaciteit voor duizend reizigers. Het colosseum ven El Djem grond; soms op psalmen, maar mee6t op andere bijbelgedeelten. In het voorwoord van de 102 Gezangen staat: „Wij hopen vurig, dat dergelijke schriftgezangen vooral hun, die altijd enige reserve tegenover vrijere gezangen hebben gehad, zullen kunnen dienen om de prediking der Schriften te doen vergezellen door het zingen daarvan, zoals men dit reeds zo lang in de psalmen en lofgezangen heeft gedaan." Deze „men" zijn dus de hervormd-gereformeerden, en het is goed dat het hoofd bestuur van de Geref. Bond Ir. Smit gevraagd heeft, hierop te re ageren. Welnu, de schrijver betoogt dat schriftgezangen als het ware tus sen de vrije liederen en psalmen in staan. Ze zijn geen puur-mense- lijke dichtstukken, maar ze zijn ook niet in de schrift als afgeron de liedbundel gegeven. Invoering van schriftgezangen in de ere dienst betekent dan ook „misken ning van de bijzondere zorg Gods die naar onze Kerk in artikel lil van haar confessie belijdt ons wel het Boek der Psalmen schonk als liedbundel in het Oude Testa ment (waarin voor de nieuwtesta mentische gemeente het gehele heilshandelen Gods duidelijk op licht), doch ons geen nieuwtesta mentisch equivalent heeft gege ven." Ir. Smit heeft ook praktische be zwaren. Hij ervaart schriftgezan gen als tussenstation op de weg naar het vrije lied. Het schriftge zang opent het vooruitzicht op een onverkwikkelijk geharrewar over welke bijbelgedeelten nu precies lyrisch of hymnisch zijn, of die alle nu wel geschikt zouden zijn voor liturgisch gebruik door de gemeen te enz. Samengevat: het schriftgezang heeft nog we! het schriftgezag achter zich in zoverre de oorspronkelijke tekst in de Schrift voorkomt, maar niet in zoverre het door de Schrift niet voor liturgisch gebruik wordt gepresenteerd. He: is daarom dat de Gerefor meerde Bond het zeer wenselijk acht, zich ook van het schriftge zang in de eredienst te onthouden. Uit piëteit is de Bond wel bereid, de „Enige Gezangen" van de Dordtse liturgie aan te houden, „hoewel meerdere daarvan bij weglating door niemand zouden worden gemist". Naar de mening van de Bond zou de Kerk dan ook wijs doen, o.a. ter wille van de liturgische eenheid zowel naar binnen als naar buiten, zich van het vrije lied in de liturgie langzamerhand los te maken en terug te keren naar „het kerklied", het boek der Psalmen. Een helder, rustig en goed gedo cumenteerd betoog, dat besloten wordt met een kritische jespre- king van tekst en melodie der Schriftgezangen in de con cept-bundel. „WIE een gezang opgeeft, laat het meerdere (de psalmen) voor het mindere liggen." Dit is, kort samengevat, het standpunt van de Geref. Bond in de Her vormde kerk, dat wordt toegelicht in een brochure van ir. G. B. Smit: Gezangen, .<102 gezangen". Schriftgezangen, verkrijgbaar na storting van f 2,90 op girorekening 49430 van ds. Timmer te Woerden. Het actuele van dit boekje (62 blz.) zit (behalve in enige interne onrust over de gezangenkwestie) vooral in de zg. schriftgezangen. Dit zijn liederen die op schriftge deelten of bijbelteksten zijn ge- - Lokkend klinkt een stem over de Middellandse Zee. „Kom, waar wacht u op. Alle ingrediënten die u, ver wende Europese toerist, in uw vakan tiemaaltijd wilt, bieden wij u: het ge hele jaar zon, een diepblauwe lauwe zee, brede stranden, moderne hotels, ruines, Afrikaans avontuur" Deze stem uit Noord-Afrika klinkt het hardst in Tunesië, de jonge onafhankelijke staat, die in een geweldig tempo werkt aan zijn opbouw met onmisbaar buiten lands geld. Reden waarom de laatste ja ren het toerisme wordt bevorderd. En met succes! Honderdduizenden Europea nen, die eens iets anders wilden dan een „klassieke" vakantie, die niet eens zo veel duurder is, schudden de schroom van zich af en trokken naar Tunesië, mét Marokko nu al een geliefd Afrikaans va kantieoord. Deze invasie van voornamelijk Fransen, Duitsers, Britten. Zweden en in mindere mate Nederlanders verloopt zo snel, dat in Tunesië de hotels als pad destoelen uit de grond schieten. Ondanks deze snelheid weten de Tune sische architecten fraaie hotels te schep pen. 's Winters staan er nog vele leeg, maar verwacht wordt dat dit binnen en kele jaren veranderd is. Immers, als er bij ons sneeuw en ijs ligt, is het in Noord-Afrika heerlijk mild weer. In de hotels bestaat de hoofdschotel uit Frans eten. Logisch, want tussen 1881 en 1965 overheerste Frankrijk Tunesië, met als gevolg een duidelijk merkbare Franse invloed. Verder is er vanzelfspre kend de typisch Tunesische keuken met als belangrijkste dis couscous, een soort droge gries met schapenvlees. Hotels zijn tevens wisselkantoren. Ei genlijk een vervelende kwestie: de popu laire president Habib Bourguiba heeft beslist dat in- en uitvoer van de dinar verboden is. Vele papieren (die je als over-geadministreerde Nederlander toch al zo verfoeit) moeten er aan te pas komen om te wisselen. Dat spekt natuur lijk 's lands schatkist, omdat je bij het inwisselen van dinars minder guldens te rugkrijgt dan omgekeerd. De Tunesiërs proberen en wie zal hun dat recht betwisten? op allerlei manieren deze dinars uit de portemon nees van de toeristen te bemachtigen. Wilt u een foto van een arabier nemen? Dat kan, mits u maar een fooi geeft. Langs de stranden, in de straten, bij hotels, overal staan mannen te venten. Met jasmijn, schapenvachten, kleden, al lerlei soorten snuisterijen en souvenirs. Als u geen interesse in een aandenken hebt, kunt u dat het beste in krachtige bewoordingen duidelijk maken, anders blijven de venters lang aandringen. Wilt f Iets kopen, toon dan een matige be langstelling en ga afdingen. Dit han delsvolkje is daar erg gevoelig voor. En u bent verbaasd hoeveel een Tunesiër lijn koopwaar in prijs wil verlagen. Overigens gelden in enkele plaatsen in de winkeltjes vastgestelde prijzen. Niet in Tunis op de souks, waar hon derden winkeltjes langs overdekte stra ten zijn samengepropt. Zonder een be zoek aan deze bonte mengeling van uitstallingen, waarbij u de stank maar voor lief moet nemen, kunt u eigenlijk niet zeggen in Tunesië te zijn geweest. Het land (driemaal zo groot als Neder land en vijf miljoen inwoners) draagt nog duidelijke sporen van een eeuwen lange overheersing door Phoeniciërs, Ro meinen, Vandalen. Oostromeinen, Ara bieren, Spanjaarden. Turken en Fransen. Meer dan 200 jaar hebben de oorspron- Geheel in tegenstelling tot deze gloei end hete zandmassa, is het palmeiland Djerba, Tunesiës toeristische troef. Op dit eilandje, door een kilometers lange dam verbonden met het vasteland, is het goed toeven voor een zonaanbiddende toerist. Brede stranden omzomen de kust met het warme water van de Middel landse Zee. Er heerst hier een weldadige temperatuur, die in de winter niet bene den de tien graden komt. Langs de stranden staat het nationaal vervoermiddel, de kameel, geduldig op de komst van de toerist te wachten. Be zint wel eer ge begint, want een meestal een uur durend ritje op zo'n schomme- kelijke bewoners (Berbers) onder vreem de invloeden gestaan. Getuigen daarvan zijn de ruïnes van de colosseums van Carthago en El Djem, „waar de leeuwen voor de christenen werden geworpen", zoals de gids beweer de. Verder de uit de zevende eeuw date rende stad Kairouan met zijn vele fan tastische moskeeën, het Bardomuseum van Tunis waar onvergelijkbare mo zaïeken zijn verzameld. Médenine, waar geen grassprietje, laat staan een boom, een beetje schaduw werpt op de ..vestingwallen", die tevens als woningen dienstdeden. lend gevaarte is niet altijd een lolletje. Behalve een ritje op een kameel of een dromedaris, mag ook een bezoek aan een oase niet op het programma ontbreken. Deze waterrijke plaatsen zijn niet alleen midden in de woestijn. Bij Gabès, een kustplaats, ligt zelfs een van de grootste uit het land. De Tunesische reisbureaus kunnen de Europeaan inderdaad heel veel bieden. „Voor de veeleisende Amerikaan is ons land echter nog niet rijp", meende een functionaris. De reisbureaus speculeren ook druk op het snobisme. Weet u wat het toppunt van snobisme is? Volgens de gids een Europeaan die verwaand tegen De souk van Tunis zijn buurman zegt: Ik ben met vakantie in Afrika in een oase geweest! Nog één ding dat de toerist moet weten: stiptheid is een woord dat kennelijk niet be staat in de arabische taal. Overigens spreken alle Tunesiërs ook Frans en daarnaast velen een mondje Engels of Duits. Onze uitdrukking „Belofte maakt schuld", is abracadabra voor de arabier. Hecht maar weinig waarde aan een afspraak of een belofte, want u komt dik wijls bedrogen uit. Hoewel ze het bijna over dreven vriendelijk (meisjes, pas opl) beloven. De gids kwam er eerlijk voor uit en zei kern achtig: "Ik vertrouw u meer dan mijn eigen president!" door ADRI DE GROOT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1968 | | pagina 11