TE WEINIG SERVICE
VOOR AUTOMOBILIST
Gastenboek
ZOMER 1968 VEEL
NATTER DAN 1967
Onderwijs: een
dagelijkse evolutie
Rijk: Verkeer niet belemmeren
Zakenwereld: Meer voorzieningen
en
wer
Rijstijl is
veranderd
Arabische Liga:
defensie Jordanië
wordt versterkt
ANWB staat achter
maatregelen minister
Topfiguren bij
NS vrijwillig
op wachtgeld
Jong paar stal
voor duizenden
guldens zilver
Vietcong doodt
20 burgers
WOENSDAG 4 SEPTEMBER 1968
DEN HAAG Met instem
ming hebben de oliemaatschap
pijen een circulaire van Rijks
waterstaat begroet, dat tank
stations langs de rijkswegen
door middel van automaten
melk en kofie mogen verko
pen. De maatschappijen zien
hierin een teken dat het rijk
meer begrip gaat tonen voor
de behoeften van de automobi
list.
Want die serviceverlening aan de
automobilist laat wel het een en an
der te wensen over, meent de zaken
wereld. Het rijk houdt alle spelregels
over de voorzieningen in eigen han
den en geeft te weinig gelegenheid de
automobilist meer service te verle
nen, zo wordt gezegd.
Deze behoefte aan serviceverlening,
die de zakenwereld voor ogen staat,
bestrijdt rijkswaterstaat. Hij meent
dat rijkswegen er zijn om een opti
male doorstroming van het verkeer
te bereiken. Erlangs passen uitslui
tend, de meest noodzakelijke stop
plaatsen. Over dit verschil van op
vatting woedt in feite een harde
strijd tussen het rijk en de zakenwe
reld.
Onbelemmerd
De heer G. T. Kroon, hoofd bureau
vestigingsplaatsen rijkswaterstaat,
meent: Rijkswegen worden en werden
aangelegd voor verzorging van het
doorgaande verkeer. Dit verkeer
moet zo gemakkelijk en zo onbelem
merd mogelijk kunnen rijden. Daar
om zijn er in Drincipe zo weinig stop
plaatsen gerealiseerd".
Hij voegt eraan toe: „Vanuit dit
standpunt geredeneerd, zien wij ben
zinestations langs de grote weg als
een noodzakelijk kwaad. Ze kunnen
de beweging van het verkeer belem
meren. Daarom staat onder meer in
de door ons afgegeven vergunningen,
dat geen nevenbedrijven bij de ben
zinestations mogen warden uitgeoe
fend, waardoor een regelmatige gang
van het verkeer kan worden belem
merd.
Tsjechoslowaki$e (8)
Eén van de eerste dingen, die mijn
vrome ouders mij reeds als jong kind
hebben ingeprent, was dat de satan
tot de kinderen Gods vrijwel uitslui
tend komt in de gedaante van een
engel des lichts.
Het ingezonden stuk van de heer
W. ten Haaf lezende, kom ik tot de
ontdekking dat deze waarschuwing
ook in 1968 nog ten volle nodig is.
Zich beroepende op bepaalde
teksten, zegt men: werp uzelf naar
beneden, er staat immers geschreven
dat God de engelen aangaande u zal
bevelen, zodat gij uw voet aan geen
steen stoot. Hoe juist was het ant
woord: ga weg satan, want er staat
geschreven: gij zult de Here uw God
niet verzoeken.
Ook thans zijn er velen, die deze
verzoeking herhalen en onze Heiland
op vrome en aandoenlijke wijze als
fatalist aanmerken. De kinderen
Gods moeten zich maar met gesloten
ogen en gevouwen handen laten
neerwerpen in de afgrond van het
satanische communisme.
Bepaald ergerlijk vind ik de op
merking: „Beschamend is het dat de
Tsjechische communisten ons christe
nen moeten duidelijk maken wat een
christelijke manier van zelfverdedi
ging is, nl. die van geweldloze weer
baarheid".
De gevallenen leren ons anders en
bovendien: zegt de apostel Paulus
niet, dat de overheid het zwaard niet
tevergeefs draagt en de van God ge
boden roeping heeft haar onderdanen
te beschermen? In dit geval zeker,
want ik heb niet de indruk dat de
Moskou met bijbels, maar wel met
tanks hun liefde voor weerloosheid
hebben duidelijk gemaakt.
Den Haag A. van Die
Tsjeehoslnu-ukijje (9)
Zoals de heer W. ten Haaf het be
droevend vindt dat er nog christenen
zijn, die vrede willen brengen door
napalm en bedreiging met uitroeiing
(welke landen bedreigen wij met uit
roeiing?), zo vind ik het bedroevend
dat er nog mensen zijn voor wie het
geen verschil maakt of de moderne
wapens gebruikt worden voor verde
diging of aanvalsoorlog.
Heeft de oorlog '40-'45 de heer Ten
Haaf niets geleerd? Vast staat toch,
dat Hi tier zich in '39 wel enkele ke
ren bedacht zou hebben als hij niet
geweten had dat Chamberlain met
blote handen naar München kwam.
En had Kennedy in '62 Rusland zijn
gang moeten laten gaan op Cuba?
Mag ik de heer Ten Haaf verzoe
ken zijn mooie raad om die afschu
welijke wapens weg te werpen te
sturen naar de agressors van het
Kremlin? Als zij niet naar hem wil
len luisteren zullen we de bewape
ning (als verdediging) op peil moeten
houden.
Meliskerke
J. Sanderse
(Van een onzer verslaggevers)
In het algemeen zijn we van me
ning, dat de essentiële behoefte van
de automobilist op de grote weg niet
zo groot is. Nodig zijn tankstations,
die tevens kunnen fungeren als
plaatsen waar een klein motorisch
mankement kan worden verholpen,
waar water en lucht voor wagens
dient te zijn alsmede een telefoon en
EHBO-artikelen. Verder zijn nodig
rustplaatsen en horecabedrijven", al
dus de heer Kroon.
Wensen
De zakenwereld meent echter, dat
de automobilist een grote(re) service
langs de grote weg wenst. In toene
mende mate komen op het kantoor
van rijkswaterstaat aanvragen bin
nen voor vergunningen ter realise
ring van voorzieningen voor de auto
mobilist. Verzoeken worden inge
diend voor oprichting van skelter- en
microgolfbanen, speelterreinen, pony-
KAIRO De Arabische landen
zullen meer doen om de defensie van
Jordanië te versterken. Dit hebben
de ministers van buitenlandse zaken
besloten op de bijeenkomst van de
raad van Arabische Liga, die in
Kairo werd gehouden.
De ministers hadden de keus tus
sen een Syrisch plan om Jordanië
gemeenschappelijk te steunen of de
vrijheid voor elk Arabisch land dit
individueel te doen. Na langdurige
discussies is tot het laatste besloten.
Koning Hoessein zal een lijst van de
behoeften van zijn land opstellen en
de leden van de liga zullen hem zo
ver hun mogelijkheden dit toelaten
steunen.
De leden van de raad, uitgezonderd
Tunesië dat zondag na een verschil
van mening de conferentie verliet,
brachten hulde aan de Palestijnse
commando's en zegden toe de steun
voor hun activiteiten in de door
Israël bezette gebieden te zullen
voortzetten.
maneges, saunabaden, speelautoma-
tenhallen, vergaderruimten, zwemba
den en supermarkten. Deze voorzie
ningen al dan niet behorend bij weg
restaurants.
Achtergrond van deze wensen is
mede de hoge economische potenti
eel van de honderdduizenden dagelijks
op de rijkswegen vertoevende auto
mobilisten. Zaken langs de rijksweg
worden in het algemeen als goud
mijntjes beschouwd, vcoral ook ge
zien in toekomstperspectief: een nog
intensiever verkeer.
Het standpunt van de zakenwereld
dat de automobilist een grote(re) ser
vice wenst, is niet van grond ont
bloot. Feit is de veranderde rijstijl
van de automobilist, die tegenwoor
dig minder snel de grote weg verlaat
dan voorheen het geval was. Hiermee
neemt de behoefte van deze wegge
bruiker toe. Rijkswaterstaat ziet dit
ook. In verband hiermee wordt ge
werkt aan een aantal zaken die ver
rijk wil echter niet zover gaan als de
betering zullen moeten brengen. Het
zakenwereld wenst.
DEN HAAG De ANWB is
ingenomen met de door de ministers
Bakker (Verkeer) en Polak (Jus
titie) aangekondigde maatregelen
voor het wettelijk vaststellen van
een maximum-alcoholpromillage en
voor het verplicht stellen van auto
gordels. De ANWB heeft deze maat
regelen al lang bepleit.
Tegen het einde van het jaar wil
de bond proeven nemen met het
keuren van auto's. Het doel is vast
te stellen op welke wijze de ver
plichte periodieke autokeuringen,
een door de minister in principe
voorgestelde maatregel, het beste
kunnen worden uitgevoerd.
De ANWB meent dat onafhanke
lijke instellingen onder toezicht van
het rijk, of het rijk alleen, de
keuringen moeten verrichten. De
rijksdienst voor het wegverkeer zou
ook in aanmerking komen.
Leidse novieten ondergaan in de Flevopolder een ontgroening nieuwe
stijl: ze ploeteren heel gezond met schop in de grond van het nieuw
gewonnen land om daar in het recreatiegebied paden aan te leggen.
De Rijksdienst IJsselmeerpolders heeft deze hulp met genoegen aan
vaard, hoewel de dienst het met een werkwijze als op deze foto moeilijk
eens kan zijn. De opstelling zo was overigens maar even terwille van de
massaliteit op het plaatje. Er zijn 150 studenten ingeschakeld.
Na tien jaar
Samen veertig
De Friese vierling wordt
morgen tien, hetgeen tot bezoek
van fotografen aan Deinum bij
Leeuwarden aanleiding gaf.
Ytje, Willem, Meint en Dirkje
Lautenbach maakten dit geza
menlijke gebaar om aan te
geven dat ze nu al samen
veertig zijn.
(Van onze weerkundige medewer
ker)
ROTTERDAM Zomer 1968 is
natter en kouder dan de zomer van
1967.
Tot de natste gebieden behoort een
strook, die van West-Brabant via de
Moerdijk tot het gebied ten noorden
van Boskoop loopt. Hendrik Ido Am
bacht was een van de natste plaatsen
met 398 mm regen. Een enorm
verschil met verleden jaar toen in
het westen Pernis met 187 mm de
natste plaats was.
Andere zeer natte gebieden waren
Noord- en Zuid Beveland, oostelijk
Brabant, Den Helder (verleden jaar
80 deze zomer 340 mm regen) en
Noord-Groningen.
Het aantal zeer zware buien met
soms 50 tot 80 mm regen binnen een
half etmaal was deze zomer opval
lend groot. In de Bilt regende het 157
uren (normaal 108) tegen verleden
jaar 63.
Het tekort aan echte zomerdagen
(boven 25 graden C) deed zich op
nieuw gevoelen. In De Bilt waren het
er 12 tegen 19 normaal.
Juni en augustus bleven te somber,
wat in De Bilt een tekort van 93 uren
zon opleverde, (verleden jaar 18 uren
meer zon dan normaal.)
September kan met fraai zomer
weer nog veel goed maken. De beste
periode van deze zomer waren die
tussen 10 en 20 juni, begin juli en de
derde week van augustus. De
voorspelde twee hittegolven van onze
molenaar in Bodegraven kwamen
niet. Of het zou in deze maand nog
moeten gebeuren.
Tenslotte een aantal regencijfers
van de drie zomermaanden. Normaal
geeft de zomer in ons gebied onge
veer 200 mm neerslag. Hendrik Ido
Ambacht 398, Groot Ammers 375,
Mijnsheerenland 374, Schoonhoven
Eén punt valt uit mijn overladen
agenda. Vrijdag zouden Guido van
Deth en zijn vrouw Félice terugke
ren van een optreden tijdens het
poppenspelfestival in St. Louis en
zouden we een praatje maken.
Met een lichtgewicht poppenkast,
plus alles wat erbij behoort, zijn ze
vertrokken, vrij onverwacht en niet
anders denkend dan dat het bij St.
Louis zou blijven.
Maar Washington riep om hen en
hun poppen en op dit ogenblik tre
den ze in New York op. Voorlopige
datum van thuiskomst is nu vijftien
september geworden. Voorlopig,
want wie zal zeggen waar men nog
meer hun sprookjes en spelen zal
willen zien.
Dat hun poppenspel een ongewone
attractie is weet ik al jaren. Het
geijkte uitstapje voor een kinder
partij is de gang naar het kleine
huiskamertheater aan de Nassau
Dillenburgstraat. En de premières
zijn kleine feesten met een glas
wijn en hun verhalen na.
Maar het is toch helemaal Hol
lands en hoe je daarmee hals over
kop in Amerika succes kan hebben?
We zullen het wel horen als ze te
rug zijn. Wel weet ik, dat de pro
gramma nu in het Engels wordt ge
geven. En duidelijk aanslaat, want
driemaal per dag is er een verrukte
schare die komt kijken en luisteren
naar de avonturen van honden en
koningen.
En dat alles zonder, dat er hier In
Nederland erg veel ophef van wordt
gemaakt.
Succes in I 'S
Er is niet proefgespeeld voor
Amerikanen, er is geen wuifend uit
geleide geweest Ze hebben hun kof
fertje gepakt en zijn gegaan.
Hebben zich daar in Amerika nog
bezorgd gemaakt over onze afspraak
en kans gezien tijdig te berichten,
dat die niet door kon gaan of liever
uitgesteld moest worden.
Dat is nu iets. bij veel andere
dingen, waarom ik van dit echtpaar
houd. Dat ze kans zien artisten van
alure te zijn en tegelijkertijd voor
de kleine dingen van de samenle
ving aandacht te houden.
Onze twintigjarige
vriendschap-op-een-afstand, daar
beide partijen het te druk hebben
om voor wissewasjes bij elkaar over
de vloer te komen, heeft een eigen
karakter. Er zijn andere mensen, die
vriendschappelijk doen met een
journalist omdat die een gemakke
lijk te hanteren instrument is, wan
neer men wat publiciteit nodig
heeft. Je leert na jaren, dat een
harltelijke telefoontje van hen altijd
uitloopt op het verzoek een stukje te
willen schrijven, waarin hun ge
wichtigheid tot uitdrukking komt.
Guido en Félice kunnen ook best
publiciteit gebruiken, maar nog
nooit hebben ze er een smoesje voor
bebruikt om die te krijgen. Zo nu en
dan een zakelijke mededeling, te
recht Maar we kennen eikaars
vreugden en zorgen toch wel uit an
dere gesprekken, waar geen nieuws
voor alleman uit behoefde te komen.
Daarom nu een stukje, onge
vraagd en daarom met des te meer
plezier gemaakt.
Amerikaans succes is dat toch wel
waard.
356, Bergen op Zoom 350, Ouderkerk
aan de IJssel 346, Bolnes 343. Ha-
zerswoude 340. Sliedrecht 330,
Boskoop 323, Oud Beijerland 319,
Pernis 316, Achthuizen en Klundert
314, tegen 295 mm in Rotterdam, 274
mm in Dirksland, 263 mm in Den
Haag. 242 mm in Leiden en 224 mm
in Noordwijkerhout.
UTRECHT Ruim 30 topfunctio
narissen van de Nederlandse Spoor
wegen hebben de door de directie
aangeboden vrijwillige wachtgeldre
geling geaccepteerd. Zij zullen voor 1
maart 1969 het bedrijf verlaten.
De regeling werd aangeboden aan
69 boven-59-jarige topfunctionarissen.
De spoorwegdirectie besloot hiertoe
in haar streven naar personeelsin
krimping. In juli werd het aanbod
gedaan en op 1 september is de aan
meldingstermijn gesloten.
Tot de groep van dertig behoren
drie afdelingschefs, te weten ir. H. A.
E. de Vos van Nederveen Kappel (61),
chef van de dienst elektriciteit en
seinwezen, drs. B. C. van Randwijk
(59), chef financiële dienst, en drs. S.
Buijs (59), chef van de dienst voor
personeelszaken.
De vrijwillige wachtgeldregeling
betekent, dat de betrokkenen gedu
rende drie maanden hun volle salaris
ontvangen, daarna negen maanden 90
procent, vier jaar 80 procent en ver
volgens 70 procent van het laatstver
diende salaris.
UTRECHT De officier van justi
tie bij de Utrechtse rechtbank heeft
gisteren een jaar en vier maanden
gevangenisstraf geëist tegen de 22-ja-
rige vrouwelijke kantoorbediende H.
J. W. en de 27-jarige filmoperateur
A. van I., beiden uit Amersfoort.
Beiden hebben voor tienduizenden
guldens antiek en zilver gestolen uit
plaatsen in het Gooi en Italië. Het
paar. dat samenwoonde, vulde vol
gens de president elkaar in het nega
tieve vlak volledig aan.
I. is inmiddels in vrijheid gesteld,
omdat hij al een jaar in voorarrest
gezeten. Het voorarrest van zijn
vriendin duurde niet lang, omdat zij
in verwachting was. Het meisje had
een blanco strafblad, de filmopera
teur was pas uit de gevangenis
ontslagen, toen hij met haar ging sa
menwonen.
Het paar wil nu niets meer van
elkaar weten. En dat kwam volgens
het meisje, omdat hij haar had wil
len aanrijden om zo van het kind af
te komen.
SAIGON De Vietcong heeft bij
een mislukte poging om het dorp
Long Thanh, op 30 km'ten oosten van
Saigon, onder de voet te lopen 20
burgers gedood, 50 gewond en 85 hui
zen in brand gestoken.
Bij een mortier- en raketbeschieting
die aan de bestorming voorafging,
leed het uit militie en politie bestaan
de garnizoen lichte verliezen, aldus
een Zuidvietnamese militaire woord
voerder.
In Saigon zelf werd een bom ge
gooid naar het gebouw van het Ame
rikaanse bureau voor internationale
ontwikkeling. Twee mensen werden
gedood en vier gewond. De daders
ontkwamen op een motorfiets.
Volgens een Amerikaanse woord
voerder zijn bij twee acties nabij de
gedemilitariseerde zone 43 Noordviet-
namese militairen gesneuveld. Van de
Amerikaanse mariniers die hierbij be
trokken waren, werden er tien ge
wond.
Lening van 5 min dlr
voor Indonesië
WASHINGTON Indonesië heeft
voor het herstel van zijn irrigatie-
werken een renteloze lening van 5
miljoen dollar gekregen van de In
ternational Development Association
(IDA), een afdeling van de Wereld
bank. De lening heeft een looptijd
van 50 jaar. Dit is gisteren in
Washington bekendgtmaakt.
De heer D. H. Dutmer, schrijver van bijgaand artikel,
werd tot onderwijzer opgeleid aan de christelijke kweek-
«chool te Groningen. Hij aou echter geen onderwijzer
(eerst te Vries en daarna hoofd te Hilversum) blijven,
want in 1955 werd hg bezoldigd bestuurder van de er-
eniging van christelijke onderwijzers en de Protestants
christelijke onderwijzers vereniging, aanvankelijk als
penningmeester, sinds 1957 als voorzitter, nadat hij reeds
vanaf 1939 lid van het hoofdbestuur was.
De heer Dutmer bekleedt daarnaast nog tal van andere bestuursfuncties,
secretaris/penningsmeester van het Chr. pedagogisch stud.ecentrum en IM
dagelijkse besturen van de Schoolraad voor de scholen met de bijbel, het Convent
voor het chr. onderwijs, de Contactraad voor het chr. onderwijs, de Chr. c"J,r«le
van overheids- en onderwijzend personeel, de Internationale onderwysraad, de
Algemene Nederlandse onderwijzers federatie, en het Internationale verband van
chr. onderwijsorganisaties.
Aan HET SLOT van het „verslag aangaande de eerste bij
eenkomst van Christelijk gezinde onderwijzers", dat is de
vergadering van 14 oktober 1854, waarin de Vereniging van
Christelijke Onderwijzers werd opgericht, werd de wens uit
gesproken, „dat uit het kiempje een frissche boom mocht op
groeien: een boom die een lieflijke schaduw en bovenal ook
goede vruchten mogt geven ter bevordering van het heil der
jeugd en de eere Gods".
Dit begin ligt in de tijd van de „mannen broeders" en de „vrouwen
zusters". Een tijd die velen niet meer aanspreekt.
Alles wat voor de tweede wereldoorlog gebeurde, schijnt al ver van ons
verwijderd. Deze catastrofe staat als een muur tussen het heden en de jaren
voor 1940. En als we naar de eerste wereldoorlog teruggaan, is het alsof we
naar een ver en griis verleden teruggrijpen. Om van de vorige eeuw maar
helemaal niet te spreken. „jij
Hierin ligt de verklaring van het feit, dat ons christelijk volksdeel de
schoolstrijd vergeet en geen weet meer heeft van de christelijke sociale
strijd in zijn volle omvang.
De schoolstrijd was zwaar, zeer zwaar, de christelijke sociale strijd niet
•minder. Voor de jeugd is dit wellicht een onderdeel van de taal der
„mannen broeders". Het zij zo, maar ontdaan van alle franje en van alle
sentiment, waren zij het toch, die ons de vrije christelijke school hebben
gegeven. En zij waren het ook, die de christelijke sociale actie ter hand
hebben genomen en tot een goed einde hebben gebracht. Niet om er beter
van te worden zijn de „mannen broeders" ermee begonnen. Van de
schoolstrijd is niemand rijk geworden en aan het lidmaatschap van de
christelijke sociale actie heeft niemand iets verdiend. En toch hebben de
mannen en vrouwen van het eerste uur volgehouden, ook op het
onderwijsterrein.
ONTWIKKELING
De verwachtingen van 1854 werden verre overtroffen, want de kiem
groeide uit tot een wijdvertakte boom, die rijke vruchten voor het
christelijk onderwijs voortbracht. Na 50 jaar bedroeg het ledental ruim
2000, na 75 jaar 5700, bij het eeuwfeest kwam de 10.000 in het zicht en op
dit ogenblik zijn we de 20.000 reeds zeer dicht genaderd.
De school met de bijbel neemt nu haar plaats in. zonder dat aan haar
recht van bestaan nog wordt getwijfeld. Het christelijk onderwijs kon zich
ontplooien en heeft op een aanzienlijk werkterrein de hand gelegd.
De Prot. Chr. Onderwijzersvereniging heeft in de statuten haar
doelstelling tweeledig omschreven.
waakzaamheid ten opzichte van de belangen van het christelijk onder
wijs en de zorg voor de positie van haar leden.
Êen organisatie, die zich christelijk noemt, zoekt zichzelf niet, zij wil niet
anders dan de uitbreiding van Gods rijk bevorderen met alle haar ten
dienste staande middelen. De materiële stellig niet uitgezonderd. Daarom
staat de zorg voor één lid op hetzelfde plan als de veelomvattende arbeid
voor het geheel.
Welbewust is de vereniging méér vakorganisatie geworden dan zij in het
verleden is geweest, hoewel de zorg voor het onderwijs, speciaal het
christelijk onderwijs, nog steeds als eerste doel in haar vaandel staat
geschreven.
De vereniging heeft haar arbeid op het pedagogisch en didactisch terrein
zeker nog niet voltooid. Onder het onderwijs zit nog steeds dynamiet en het
evolueert nog iedere dag, straks komen er weer anderen die het
tegenwoordige wegredeneren. Denk slechts aan de pas ingevoerde wet op
het voortgezet onderwijs en de plannen voor een wet op het basisonderwijs.
Een groot deel van deze taak verricht de PCOV in samenwerking met alle
andere besturen- en personeelsorganisaties binnen het Christelijk
Paedagogisch Studiecentrum, dat het gehele terrein van het christelijk
onderwijs bestrijkt. De vereniging blijft in dit verband stimuleren en
aanmoedigen, opdat de leden die natuurlijkerwijs allen pedagogen en
didactici zijn, ook wetenschappelijk worden begeleid.
VAKORGANISATIE
Meer dan honderd jaar organisatie van onderwijzers betekent ook meer
dan een eeuw strijd voor de rechtspositie van de onderwijzer. Een strijd,
die door niemand als van minder gehalte is gekwalificeerd, omdat deze is
gevoerd vanuit het standpunt, dat als eis van waarachtig christelijke
verhoudingen mag gesteld worden, de erkenning van de onderwijzer in een
met waarborgen omringde, verantwoorde maatschappelijke positie.
Een juiste beschrijving van deze strijd is binnen het kader van dit artikel
niet mogelijk. We wijzen slechts op twee punten, die voor de gehele
ontwikkeling van de strijd om de rechtspositie van grote betekenis zijn
geweest.
Allereerst de samenwerking met de openbaren en rooms-katholieke colle
ga's in de Algemene Nederlandse Onderwijzers Federatie (ANOF), waardoor
een bundeling van meer dan 80.000 leden tot stand kwam. Deze concentratie
op zuiver technisch gebied werkt reeds meer dan 25 jaar op uitstekende
wijze en wordt ook door de regring bijzonder gewaardeerd.
Mede hierdoor ontstond er een andere wijze van overleg met de overheid.
Er wordt nu voortdurend gestreefd naar een gemeenschappelijk standpunt,
terwijl alle onderwijsmaatregelen, die de regering van plan is te laten
uitgaan, aan het oordeel van de organisaties worden onderworpen, voordat
tot publikatie wordt overgegaan.
Veel onnodige actie naar buiten en veel kritiek bij de verschijning wordt
op deze manier voorkomen, hoewel we deze actie en deze kritiek niet
schuwen. In dit verband memoreren we even, dat de grootste
protestvergadering, ooit door een vakorganisatie gehouden, op naam staat
van de ANOF, die in januari 1964 ongeveer 23.000 collega's binnen 24 uur
naar Utrecht wist te trekken zonder vergoeding van kosten).
De met waarborgen omringde rechtspositie van de onderwijzer is mede te
danken aan de samenwerking met de ambtenarenbonden. De PCOV is
aangesloten bij de Chr. Centrale van Overheids- en Onderwijzend
Personeel, waardoor haar inspraak La.v. alle algemene maatregelen is
gewaarborgd. Een zeer nuttig verband.
Bovendien is de PCOV als enige Nederlandse organisatie op het terrein
van het christelijk onderwijs betrokken bij het internationaal
vakorganisatorisch werk van het Internationaal Chr. Vakverbond. In de
Internationale Onderwijsraad werkt zij samen met Belgische, Franse,
Oostenrijkse en buiten-Europese collega's om ook op het brede
internationale terrein de christelijke sociale gedachte gestalte te geven.
Door deze binding ontstond inspraak bij het Internationaal Arbeidsbureau
te Genève, de Unesco te Parijs en de EEG te Brussel.
Deze korte opsomming maakt duidelijk, dat de PCOV het vakorganisato
risch werk zeer belangrijk acht en hieraan een duidelijk accent wenst te
geven.
EENHEID
Het moet voor een ieder duidelijk zijn, dat bovengeschetste arbeid slechts
met vereende krachten tot een goed einde kan worden gebracht
Samenwerking en samenbundeling van alle personeelsorganisaties is naar
onze mening dan ook een dringende eis, wanneer we onze plaats in het
grote geheel willen behouden.
De PCOV streeft naar de eenheid op het protestants-christelijk erf. Zelf is
zij ontstaan uit een fusie van twee organisaties, waarbij zich de laatste
jaren nog drie andere hebben aangesloten: de leidsters bij het chr.
kleuteronderwijs, de land- en tuinbouwonderwijzers en de leraren aan de
opleidingsscholen voor kleuterleidsters.
Maar de PCOV wil nog meer, zij wil nog verder op de weg naar eenheid
omdat zij ervan overtuigd is, dat de ver doorgevoerde splitsing in allerlei'
belangengroeperingen niet bevorderlijk is en ook niet kan zijn voor
ontwikkeling van het prot chr. onderwijs.
Wie in deze veranderende maatschappij verantwoord onderwijsbeleid wil
de ontwikkeling van het prot. chr. onderwijs.
De PCOV durft een oud, vertrouwd levenspatroon los te laten, omdat zij
de overgeleverde vormen en handelwijzen niet meer in overeenstemming
acht met de dynamiek van vandaag. De PCOV hecht als organisatie geen
enkel gewicht aan eigen grootheid en aan eigen macht, zij wil slechts
dienen. En dienen is moeilijk, maar de eenheid van het christelijk
onderwijs is deze moeite waard, want de wereld van vandaag is niet alleen
vertrekpunt van de jeugd, maar ook van iedere organisatie, die de eenheid
van harte zoekt. Een wereld, die ons zonder die eenheid eeen enkele
consideratie zal bieden.