Hoormik en Hölderlies motto OPINIE Kanttekening Grieken leven al een jaar onder militair bewind De les van New Delhi Zeven dagen uarcfa* J APRIL ORANJEM Schiedams koor voor de radio Gemeentetrots was gestolen' Anti-fascisme Veilig voor katastrofes ZATERDAG 20 APRIL 1968 In een televiaie-forum na af loop van de serie De besetting kwam bijna schrijnend het verschil aan het licht tassen de Innerlijk bewogen, maar we- tensohappelljk-mcthodische be schrijving van concentratie kampen aoals dr. De Jong die gaf en de persoonlijke ervaring van een halluctnair gevoelig dichter als Ed. Hoornik. Bij dr. De Jong móest een zekere distantie wor den gehandhaafd; bij Hoornik £^E wereldconferentie te New Delhi over de ontwikkelings hulp heeft, so is de indruk, by velen gevoelens van on vrede achtergelaten. Tot op zekere hoogte is daar ook reden toe. Echter mogen die gevoelens niet het karakter aannemen van moedeloosheid. In de eerste plaats is daarvoor nu ook weer géén reden. Er Is op de conferentie toch wel wat bereikt. Er zyn, om iets te noemen, plechtige afspraken gemaakt over de preferenties, en het wil er niet ln, dat, Indien men tot het publlekeiyk uit spreken van plechtige afspraken komt, men niet tevens be reid sou zyn se ook na te komen. En in de tweede plaats is de zaak waarom het gaat by moede loosheid allerminst gebaat. By iemand die niet langer geneigd Is ln verwachtingen vertrouwen te hebben zal men niet gaar ne verwachtingen wensen te wekken. Toegegeven moet worden dat men ten aanzien van de ont wikkelingshulp stellig graag een hoger tempo zou zien nage streefd. Maar ook wat dat betreft toont onze gemeenschappe- Ujke wereld niet meer dan een betrekkeiyk vermogen. pR syn op de conferentie fouten gemaakt. Het is verkeerd geweest dat men zich in blokken is gaan opstellen. Blok vorming werkt altyd verstarrend. Aansluiting by een blok sal men niet spoedig willen beëindigen. Men meent samen sterker te staan. Maar in het diplomatiek verkeer is dat niet selden een vergissing. Want de kans is niet denkbeeldig dat blokvorming het gemeenschappeiyke tempo bedenkeiyk ver traagt, ja de situatie van stilstand oproept. Wat niemand wil. Ook New Delhi heeft dat te zien gegeven en verstandige woorden van Nederlandse kant hebben deze vervelende toe stand toch niet wezeniyk kunnen veranderen. We hebben die toestand aardig horen vergeiyken met de „chlcken-races", zoals die wel in Amerika worden gehouden. Twee mannen nemen Ieder plaats in een oude auto en ryden dan met grote snelheid op elkaar ln. De bedoeling is. dat de het minst geharde van de twee op het laatste ogenblik ult- wykt. Daarop is de hoop dan ook gericht. Het kan echter ook gebeuren, dat géén van beiden uitwykt, en dan vallen er doden. f~y)K te New Delhi is het hard tegen hard gegaan, met wel licht de heimeiyke hoop dat een van de partyen, een van de blokken dus, alsnog overstag zou gaan. Zoiets betekent evenwel een stevig partytje poker. De tyd van samen zakendoen heeft men met deze politiek onbenut gelaten, en dat terwyi men in eigen standpunt vermoedeiyk toch reeds een marge van concessies had opgenomen. Tot deze wederzijdse concessies is het nauweiyks meer kun nen komen, hetgeen te betreuren valt. Misschien echter is het een les voor de volgende keer, en ln zoverre kan ook in dit geval verlies later nog wel op winst uitlopen. Toegegeven moet ook worden, dat de conferentie nu juist niet op het meest geschikte tydstlp is gehouden. Ten tyde van de conferentie verkeerden verscheidene landen financieel ln zorgeiyke omstandigheden, en dan geniet ontwikkelingshulp nog niet een dergeiyke prioriteit dat men desondanks bereid is gul in de buidel te tasten en inbreuken te dulden in de eigen economie. J^E noodzaak van de ontwikkelingshulp behoort overigens op het geweten van de wereld te biyven drukken. Het stemt ons niet tot hovaardy, maar we mogen het toch wel opmerken, dat wat Nederland dan doet nu reeds uitgaat bo ven de verplichtingen die meer algemeen voor de komende jaren zyn aanvaard. Het behoeft trouwens niet te verbazen, dat, by de nog altyd toenemende informatie door krant, radio en televisie over de zorgeiyke toestanden elders, de noodzaak van hulp al klem mender wordt beseft. Het kan niet anders, of gevoelens van eigenbelang worden dan misschien niet geheel verdrongen, teruggedrongen wor den ze zeker, om plaats te maken voor besef van verantwoor- deiykheid van mens jegens medemens. J^AT by dit alles de verstandige tyd en wyze behoort te biyven weten, doet aan deze goede gevoelens niet af. Het ware niet nodig, zelfs ware het onjuist, dat er In het wilde weg wordt weggeschonken. Gelukkig is er ook meer wetenschap ontstaan omtrent de behoeften, zodat de ver lening metterdaad doeltreffender kan zyn. Daarby zal men zyn betoogtrant óók weer niet moeten laten bepalen door op zichzelf begrypeiyke maar niet afdoende ge voelens. Ik denk daarby byvoorbeeld aan de op zichzelf juis te constatering die men noga! eens hoort, dat namelyk de kloof tussen de arme en de ryke landen, in plaats van klei ner, groter wordt, en wel omdat de ryke landen sneller ryk worden dan de arme landen bezig zyn hun armoede kwyt te raken. Dat zal wel zo zyn, maar daarmee is de vraag nog niet be antwoord, of en in hoeverre men hiervan de ryke landen bovendien als generalisering niet zonder bedenking een grief zou mogen maken. Ook de ryke landen hebben eens lange tyd nodig gehad om met hun ontwikkeling „op gang" te komen. Dat we van de conferentie te New Delhi graag méér hadden verwacht, biyft een feit. Maar ook voor wat betreft de ont wikkelingshulp moeten we misschien helaas eerst heen door de fase hoe iets niet moet. DIEMER kón er niet alleen geen distantie zijn, maar de herinneringen wa ren zo met zijn persoonlijkste bestaan verweven dat ze een ei gen, bijna oppermachtig leven waren gaan voeren. Hoornlks roman, uitvoeriger dan het in zijn poëzie kon gebeu ren, is gebaseerd op dat leven met herinneringen die noodt kun nen worden geïntegreerd en dus altijd een bedreiging blijven. Dit geldt al voor nuchtere en min of meer harde mensen, laat staan voor een overgevoelig dichter met een verbeeldingsleven dat nooit ophoudt vormen, gestalten, situaties te scheppen, vooral in de visioenen die tussen slapen en waken (of omgekeerd) ontstaan. Hoofdfiguur In het vliegtuig naar Spanje, dat met veel remous te kampen heeft, ziet de hoofdfiguur Kuyll een bang meisje dat haar kleine broertje probeert af te leiden door een spelletje met een speel goedvliegmachine. De manier van kijken van die jonge vrouw is al voldoende om een uiterst dunne wand te doorbreken, die zijn waakbewustzijn en zelfbe heersing scheidt van dat bijna eigenmachtig leven van die gru welijke herinneringen zoals die opgenomen zijn in de maalstroom van zijn scheppende fantasie. Wanneer dan nog in het leeg gelopen hotel (er ligt een niet ontplofte atoombom in de zee 100 km van het hotel) een Duitse vrouw blijkt te logeren die Kuyll aan een sadistische kampcom mandante doet denken, is de boot helemaal aan. In Kuylls fantasie zit die jonge vrouw uit het vlieg tuig in een vrouwenkamp en heeft ze haar broertje clandestien bij zich gehouden. Hij geeft ze namen: Laura en Mark. De bron Nu gaat het in een recensie er niet om alles precies en netjes na Naar aanleiding van Ed. Hoornik, Da overlevende; uitgave Meulenhoff, Amsterdam, (109 blz., 6.90). ED HOORNIK te vertellen, maar de lezer daar te brengen waar het boek van daan komt, aan zijn bron. Het is een erkende methode zich te be perken tot het boek zoals het daar ligt en om het dan als een interieur te beschrijven. Een si tuatietekening dus, een platte grond. Vooral deze laatste verge lijking geeft treffend weer wat deze descriptieve kritiek doet. Maar het huis is ook ergens gelegen, het staat in een ruimte. Deze visie van buiten, van een afstand, deze situatieve kritiek is, zelfs als ze eenzijdig wordt toe gepast (even eenzijdig als de descriptieve kritiek), evengoed gewettigd, legitiem. En daarom vind ik het belangrijker om de lezer van mijn kritieken t* leren letten op de achtergronden. Hoorniks poëzie en proza vor men geen twee verschillende we relden. En die overgevoeligheid is niet iets dat hij uit zijn kamp ervaringen heeft overgehouden ze was er al. Nergens halt Ik moet eerlijk zijn: ik beschouw Hoornik noch als een groot dichter, noch als een groot romancier. Ook zijn opstellen vind ik niet briljant Ik voel me altijd ongelukkig als ik zoiets moet zeggen, maar net als in de sport wordt in de literatuur het niveau nu eenmaal door het re cord bepaald. De literatuur wil toppen vormen en zo hoog reikt het werk van Hoornik niet Het is niet aan iedereen gegeven ge niaal te zijn, maar wel, zoals Hölderlin zegt, „auf keiner Statte zu ruh'n", nergens halt te hou den. Aan dit criterium beant woordt Hoornik, ook in dit zijn jongste werk, volkomen. Hedendaags Dit geldt al op de begane grond, in de taaihantering, in de stijl. Het proza is hedendaags, zij het niet avantgardistisch. Als de auteur op blz. 28 spreekt over „de zon, die met veel vertoon van kleur en licht over de horizon is gekomen", dan ziet men die zon niet alleen, maar men hoort ook de schrijver, een eerlijk man, die niet literair doet en weet niet voor kleurenblinden te schrijven. Hetzelfde geldt ook voor de op merking op blz. 31: „je weet wel, zo'n magere heilige, nauwelijks een gezicht, alleen ogen". Zelfs zijn overgevoeligheid blaast hij niet op, getuige wat men leest op blz. 38: „Dat hij bij het overlezen een paar maal een brok in zijn keel had gekregen, zegt niets, hij was nu eenmaal een man die dat betrekkelijk gauw had". Goede basis Ziet u, zo'n eerlijkheid is een goede basis voor wat daarboven opgetrokken is. En dat is in hoofdzaak die autonomie der her inneringen. Wat ik van het kampleven weet, dank ik aan verzen van Willem Brandt en nu ook weer aan dit boek van Hoor nik. In die forumdiscussie had Hoornik inzover gelijk, dat der gelijke ervaringen van binnen uit moeten worden gekend. Als de documentatie het laatste docu ment heeft getoond en de sta tistiek de laatste cijfers heeft ge noemd, is er veel gedaan, maar weinig bereikt, innerlijk althans. De wetenschappelijke documen tatie heeft haar grenzen. De dichterlijke herinnering en ver beelding gaat uit van een fractie van de feiten waarover de docu mentatie beschikt, maar ze neemt onmetelijke proporties aan. Dit is de verdienste en mis schien het lot van Hoornik; daar toe is hij, om het met een bij belse term te zeggen: uitverko ren. Dit inferno breekt altijd bij hem door. Het is daarover dat hij schrijven moet. Is dit ons duidelijk, dan heb ben we zijn jongste boek funda menteel begrepen. Wie het pret tig vindt dit werk verder hele maal uit te benen, zoals een sla ger een half varken, hij ga gerust zijn gang. Als zo'n literair-we- tensohappelijke analyse dan maar niet aan het leven van het boek voorbijziet. Dr. C. RIJNSDORP. TV/TORGEN IS het een jaar ge- leden, dat Griekenland over rompeld werd door een militaire staatsgreep. Vrees voor een com munistische greep naar de macht deed enkele kolonels besluiten, het zekere voor het onzekere te nemen. Tegen de zin van de jeugdige koning Konstantijn is het parle ment ontbonden en zijn duizen den mensen gevangen gehouden, na van hun bed te zijn gelicht. Dit lot trof ook premier Kanello- poulo», die bepaald niet van com munistische sympathiën kon worden verdacht Aanvankelijk leefde de hoop. dat het militaire bewind slechts van tijdelijke aard zou zijn en dat de leiding van het land weer zou worden toevertrouwd aan burgerlijke autoriteiten, wie dat dan ook mochten zijn. Naarmate de tijd verstreek bleek echter, dat de kolonels zich als „natio nale hervormers" beschouwden en niet zouden rusten, voordat de Griekse samenleving zou zijn ge organiseerd naar het model, dat zij voor ogen hadden. Dit had tot gevolg, dat duizen den tegenstanders van het be wind, die weigerden hun verzet op te geven, gevangen werden gehouden. Zulks ondanks het feit, dat vele duizenden gevange nen in vrijheid werden gesteld. Tot degenen, die naar huis moch ten terugkeren behoorden vader en zoon Papandreou, de afgezette premier Kanellopóulos en de componist Mikis Theodorakis, die zich lang schuil had gehouden, maar zijn arrestatie niet kon ont lopen. Moeilijk Gezien het feit. dat Kanello- poulos en de oude Papandreou deze week opnieuw onder huisar rest werden geplaatst, verwacht ten de machthebbers te Athene moeilijkheden ter gelegenheid van de verjaardag van de staatsgreep. Een andere uitleg kan aan deze maatregelen moei lijk worden gegeven. Het is ech ter bijzonder moeilijk na te gaan, wat er werkelijk onder de Griekse bevolking leeft. De talrijke Grieken die zich in het buitenland bevinden en tegen het bewind van de kolonels age ren, laten geen mogelijkheid on beproefd, dat regime in een kwaad daglicht te plaatsen. Ve len van hen leefden reeds als balling, voordat de staatsgreep APRIL is oranjemaand bij uitstek. Aan de reeks ver jaardagen: 30 april de Ko ningin en mr. Pieter van Vollenhoven en 27 april Willem-Alexander, is op de 17de die van de nog naam loze welgeschapen zoon van prinses Margriet en mr. Van Vollenhoven toegevoegd: Zijne Hoogheid prins van Oranje-Nassau van Vollen hoven, een wolk van een kind. Dat levert met name de mid delbare-schooi jeugd een dag ver lenging van de Paasvakantie op, behalve de 25.000 zwoegers op de een jaar geleden anderen naar het buitenland deed uitwijken. Het zijn vooral deze mensen ge weest, die zich tot woordvoerder van het verzet tegen de kolonels hebben opgeworpen. Waarde Dat hun inlichtingen niet altijd betrouwbaar zijn bleek uit een publikatie van Amnesty Interna tional over martelingen in Grie kenland, waarvan de juistheid zelfs door tegenstanders van het bewind te Athene sterk in twijfel wordt getrokken. Een dergelijke berichtgeving draagt niet bij tot een verant woorde meningsvorming en doet onwillekeurig de vraag rijzen, welke waarde moet worden toe gekend aan het nieuws dat uit Griekenland tot de buitenwereld doordringt. Dit neemt niet weg. dat in het land, waar de wieg van de demo cratie heeft gestaan, geen werke lijke vrijheid kan heersen, zolang de militairen niet zijn terugge keerd naar de kazernes, waar zij horen. En het is juist de ver wachting, dat dit laètste njet spoedig zal gebeuren, die aanlei ding is om niet optimistisch te zijn over de toekomst van Grie kenland. De (slecht voorbereide) poging van koning Konstantijn. het be wind van de kolonels omver te werpen, heeft aangetoond, dal eindexamens. Ook de binnen landse politiek staat even stil; minister Luns laat zich in Lon den in was vereeuwigen, en het kabinet-De Jong viert in stilte zijn eerste verjaardag. Voor het burgemeesterschap van het nog vacante Hilversum wordt de naam van dr. P. J. Platteel (Ede) genoemd. Voor Den Haag heeft elke politieke richting zijn kandiaten: Scholten, Bieeshuevel, Aalberse, Bogaers, Witte. Toxopeus. Geertsema, Vrolijk; maar mr. Kolfschoten zit nog wel een maand of vier. In eigen land verder het ont dekken van een clandestiene je neverstokerij in St.-Oedenrode, hier en daar een duinbrand, an- ti-Navorelletjes in het zuiden en 600.000 buitenlands» toeristen op een paar zonnige paasdagen. Uni lever, Fokker, Albert Heijn mel den goede resultaten in hun jaar verslagen, Unilever tracht het Engelse bedrijf Smith and Nep hew te kopen, Domobedum wil vijftien zuivelfabrieken in Drente sluiten en de Beha-deurenfabriek in Den Haag zorgt met een plotselinge sluiting voor een on aangename verrassing. Nigeria en Biafra gaan over vrede praten, maar in datzelfde West-Afrika is nu weer Sierra Leone van machthebbers gewis seld. In de Verenigde Staten keert de rust weer, terwijl de FBI jacht maakt op een man die Eric Starvo Galt zou heten en beschuldigd is van moord op Martin Luther King. Engeland geeft zijn steun aan de ELDO op, zodat er van een Euroraket en een Eurokunstmaan wel niets zal komen. Rusland boekt een nieuw ruimtevaartsuc ces door twee kunstmanen auto matisch te laten koppelen. De strijd in Vietnam woedt voort, terwijl er nog altijd wordt touwgetrokken om de plaats voor het vredesoverleg. Rusland beschuldigt China, een vreedza me regeling van het conflict te willen verhinderen. Maar de meeste zorg baart de ze week wel de ontwikkeling in West-Duitsland, waar uiterst links en uiterst rechts na de aanslag op Dutschke en de aan vallen op het Springerconcern streven naar omverwerping van de parlementaire democratie. dezen hun machtspositie hebben geconsolideerd en dat zij bijzon der goed ingelicht worden over hetgeen zich in het land afspeelt. Op zijn beurt bewijst dit, dat Griekenland een politiestaat is, al ontbreken de uiterlijke tekenen van terreur. Na de vlucht van de koning zijn de kolonels er in geslaagd, hun regime een legale status te geven, zonder wezenlijk toe te geven aan de eisen, die hij van Rome uit stelde als voorwaarden voor zijn eventuele terugkeer. In de nieuwe grondwet, die thans door het militaire bewind wordt bestudeerd en waarover wellicht later in dit jaar een volksraad pleging zal worden gehouden, is nog wel een plaats voor hem in geruimd. Niet zeker is echter, of Konstantijn onder nieuwe omstandigheden naar zijn land wil terugkeren. Voorwaarden Er moet aan nog andere voor waarden worden voldaan, wil hij bereid zijn, terug te keren. Dat zijn: vrijlating van alle politieke gevangenen, herstel van de de mocratische rechten, uitlopend op vrije %'erkiezing van een parle ment en de vorming van een ka binet, dat niet onder de toeziende voogdij van militaire leiders staat. Enige garantie, dat zulks binnen afzienbare tijd zal gebeu ren ontbreekt. De kolonels, die inmiddels bur gerkleren hebben aangetrokken, zijn niet van plan vrijwillig het veld te ruimen, zolang niet vast staat, dat de zaken in Grieken land naar hun wensen verlopen. Zij worden in deze houding gesterkt door de wetenschap, dat er voor hen geen weg terug is. als zij deze weg al zouden willen bewandelen. Gaan zij voort op de DEZE WEEK GEZEGD: „Ik weet wat hij denkt. Hij zegt tegen zichzelf: het is al leen maar een over gangsverschijnsel. Door zijn ervaringen zal hij later sijn houding wel veranderen." (Peter Brandt (19) over sijn vader). Koning Konstantijn en konin gin Annemarie van Griekenland bij de paus, na de Paasmis op het St. Pietersplein. vorig jaar ingeslagen weg, dan kan die wel eens heel lang blij ken te zijn. Nieuw begin Tenzij het militaire bewind van binnenuit wordt ondermijnd en krachten naar voren komen, die steun zoeken bij de bevolking om een nieuw begin mogelijk te maken. De kans daarop lijkt ech ter gering, ondanks de verwach tingen, die buiten hun land le vende Grieken (zoals Andreas Papandreou, die volgende week naar ons land komt) koesteren. HILVERSUM Het Schie dams Vrouwenkoor zal zich op donderdag 25 april laten horen in het NCRV-radioprogramma „Tijd vrij voor muziek In vrije tijd", uit te zenden 's middags om 6 uur. HeJ koor zingt onder leiding van alrigente Ria Borgmeyer ou de en nieuwe liederen, o.a. „Al om die Alderliefste myn" en „Peynsen en treuren" van Cle mens non Papa, „Lire boulire" van Johannes Röntgen en „Petti- tes Voix" van Poulenc. Ter afwisseling speelt de Christelijke muziekvereniging „Concordia" uit Drachten. VLAGTWEDDE De histo rische brandspuit won Vlagtwed- de, de trots van de gemeente, is terug. Sinds februari was het ap paraat spoorloos nadat het voor dien jaren in het gemeentehuis in Selllngen te pronk had gestaan. Gistermiddag stond het zo De Nieuwe Rotterdamse Courant schreef donderdag in een hoofdartikel, dat „er in Duitsland een traditie bestaat die gewelddaden tegen linkse „oproerkraaiers" verschonend tegemoettreedt". „Die traditie bestaat niet pas sinds 1933. Ook de daders van de moord op Rosa Luxemburg en Karl Leibknecht in 1919 werden mild behandeld". De NRC verwacht (nogal voorbarig), dat dit met de geschifte huis schilder die Dutschke onder schot nam, ook zo zal gaan. Er bestaat nog een andere traditie, minder in Duitsland dan daarbuiten. De traditie namelijk die gewelddaden van ultra-links „verschonend tege moettreedt" voorzover ze in naam van het anti-fascisme worden bedreven. Bestrijding van „herlevend fascisme" schijnt een moreel alibi voor haat, straatterreur, demagogie en onverdraagzaamheid. An ti-fascisten die bestelwagens verstoren en de politie met stenen bekogelen, kunnen zo niet op goedkeuring, dan toch op begrip rekenen. Hun ge drag is fout, maar de nobel heid vaji hun motieven buiten kijf. Verleden Dit meten met twee maten: geen excuus voor rechtse ge welddaden, wel excuus voor ultra-linkse terreur, is begrij pelijk, omdat het rechtse ex tremisme besmet is door een afschuwelijk verleden. In elk normaal mens broeit de oer angst voor een herhaling van de gruwelen van het „derde rijk". En alleen al daarom ligt arifascisme ethisch goed in de markt, zelfs als het zich van strijdmethoden bedient die met goed recht als „links-fascistisch" kunnen worden betiteld. De vraag is alleen wat voor het Duitsland van 1968 ge vaarlijker is: het neo-fascisme van de N.P.D., of het „dutsch- kistisch" anti-fascisme, dat door z'n provocerende geest drijverij juist de krachten op roept die het zegt te bestrij den. Een andere vraag is of datgene waartegen de „dutschkisten" ageren, wel fascisme is. Is Von Thadden een nationaal-socialist of al leen maar een rechts-autori- taire nationalist? Is Axel Springer fascist omdat hij anti-communist is? Zijn de gevestigde orde en het gezag dat die orde in stand houdt, per definitie fascistisch? Alleen wie ziende blind is kan ontkennen dat er reden is tot zorg over de ontwikkeling van het rechts-radicalisme in Duitsland. Maar het hyste risch kabaal dat de „dutsch kisten" daarover maken, misvormt de werkelijke situa tie tot een karikatuur. Hun agitatie is de verscherpte versie van een eigenschap die alle links-radicalen gemeen hebben: de neiging om alle kwaad in de wereld" onder één noemer te brengen: fascisme. Het spiegelbeeld van de rechts-radicale gewoonte om iedereen voor communist uit te schelden die niet denkt in termen van gezag, orde en discipline. Fantasie Links-radicalen noemen zo wat alles wat hen ongerust maakt, fascistisch of fascistoi- de. De Franse essayisten Plu- myene en Lasierra hebben die obsessie geanalyseerd in hun boeken „Les fascismes fran cais" en „Le complexe de gau che", door Leopold de Buch besproken in Vrij Nederland van 22 april 1967. Overal ont waart de linkse radicaal het fascistisch gevaar, zonder te beseffen dat het voor tachtig procent een produkt is van ei gen overspannen fantasie. Dat gevaar bepaalt z'n morele iden titeit. Wat zijn toch voor de man van links deze woeste beesten, hurkend in het donker, klaar om hem naar de keel te vliegen, geheten kapi talisme, clericalisme, milita risme, kortom fascisme? Niet anders dan de anachro- Leopold de Buch geeft in simpeler bewoordingen de ge- dachtengang van het Franse schrijversduo (ex-commu nisten, nu gematigd links) als volgt weer: „Het grote fascistische gevaar in de na oorlogse wereld bestaat voor namelijk in de verbeelding van de linkse theoretici, en de voortdurende waakzaamheid die ertegen wordt gepredikt, is in laatste instantie geen re delijke houding, maar een •rt geloofs&ijver. „La gauche" of speciaal de intellectuele linkervleugel, tracht zich voortdurend te definiëren ten opzichte van een of ander ge vaar, en de verdere religieuze karakteristiek daarvan is, dat dit gevaar wordt vereenzel vigd met het „absoluut boze", het slechte dat slecht is uit slechtheid. Het fascisme ver vult in menig wereldbeeld de rol van het blinde kwaad, zonder verdere zin of beteke- Projectie De linkse radicaal, schrijven Plumyene en Lasierra in Le complèxe de gauche, ziet overal onrecht. Hij is in een 6taat van permanente veront waardiging, tegen zijn ouders, tegen zijn superieuren, tegen de monopolies, tegen de staat. Zijn sympathie gaat uit naar alle slachtoffers waar hij zich mee identificeert: Joden, Ne gers, Algerijnen enz.... Hij kiest de partij van Sacco en Vanzetti, van de Rosenbergs, van Patrice Lumumba, van Julian Grimau, van Mehdi Ben Barka. en als het gaat over de honger en dorst in de wereld, dan is hij niet meer stil te krijgen. Deze hele woordenvloed ls niet meer dan een huilerige projectie van zijn eigen misère op de buitenwereld. Hij maakt zich druk om zich zelf, niet om anderen. Zijn verontwaardiging heeft nog nooit iemand gered. Het is tijd om eens het schandaal van de petities en manifesten aan de kaak te stellen die aan de progressieve intellectuelen de morele bevrediging geven zich een denkbeeldig slachtof fer te voelen tussen de werke lijke slachtoffers." De links-radicaal is perma nent op speurtocht naar fascistische rudimenten. Wat hij vindt, koestert hij als kostbaar museumstuk. Mythologie „De chronische weder verschijning van vroegere ge deporteerden in concentrate- kamppakken die met naftaline zorgvuldig tegen de motten worden beschermd, maakt deel uit van de ideologische folklore, net als de manifesta ties van de oud-strijders. De overlevenden van de kampen zijn de majorettes van links. Maar dat is het ergste nog niet. Onder voorwendsel de terugkeer van de fascistische gruweldaden te willen verhin deren, slooft men zich uit koste wat kost de herinnering eraan levendig te houden in het schuldige, geweten. Hele carrières worden gegrondvest op gruwelchantage. Als een schooljongen die ru zie met zijn ouders heeft een hakenkruis op een muur te kent, als er een antisemitische krabbel op een urinoir verschijnt, maken enkele klei ne geesten vol haat zich van die onbetekenende feiten meester en proclameren dat het fascisme op de loer ligt. Het wordt tijd een eind te maken aan dat ziekelijke zelf behagen dat, ln de toga van de moralist gehuld, niemand zal kunnen redden van een eventuele terugkeer naar de barbarie". Het is cru, gechargeerd, maar niet onwaar. De fascistofobie van de links-ra dicalen is geen gezond verschijnsel, omdat het een stuk politieke mythologie is dat. het werkelijke fascisme niet bezweert, maar juist uit lokt. J. Prillevitz Luisteren naar Doelen-orgel (Van onze radio- en tv-redactie) HILVERSUM Het gebruike lijke orgelconcert van de NCRV>-radio zal donderdag avond (25 april) uit Rotterdam komen. De organist van De Doe len, Arie J. Keyzer, zal het nieu we orgel in het Rotterdamse 'Concertgebouw bespelen. Hij geeft een uitvoering van de Grande Pièce Symphonique van César Franck, het werk waarmee de componist in 1879 het ver nieuwde orgel van de Parijse St. Eustachekerk inwijdde. Uitzending op Hilversum I, 7.30 uur. maar in de hal van het nieuwe politiebureau in Ter A pel, dat even tevoren door de commissa ris der Koningin was geopend. Reservisten van de gemeente- oolitie van Vlagtwedde blijken deze grap te hebben uitgehaald. Zij begingen hun daad in de nacht van 9 op 10 februari. Het kostbarebezit heeft al die tijd opgeslagen gestaan in een brand erij vertrek ün Jipsinghulzen. (Van onze kerkredactie) LONDEN De bijbelge nootschappen willen er zeker van zijn, dat een vertaling niet verlo ren kan gaan door oorlogen of katastrofes, een mogeiykheld, die door de geringe oplaag ln sommi ge talen niet denkbeeldig ls. Daarom verzamelt de wereld bond op het ogenblik bijbels in alle talen. Op vijf plaatsen in de wereld worden „veiligheidsde pots" ingericht. Het is de bedoe ling, dat in elk van deze depots twee exemplaren van elke bybel- uitgave bewaard worden. De depots komen in Canberra, Kaapstad, Londen, New York en Stuttgart De eerste zending, die in Stuttgart werd ontvangen, bestond uit bijbeluitgaven in acht Vietnamese talen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1968 | | pagina 14