Kart Barth GEESTELIJK LEDER Rome en Vaticanum II Steeds minder interesse voor de actualiteit Dat ziet Nederland 's avonds „Lichte" ontspanning wint Helpt deze kinderen op college over door Drs. G. Puchinger ZATERDAG 17 FEBRUARI 1948 bee) iristj dod i een onzer verslaggevers.) AT is er vanavond op de buis? Niet veel mensen zul len nog de illusie hebben, dat in gezin aan het begin van •llenytijkavond een zorgvuldige ncMctie gemaakt wordt. Het is a^s *n were^ van giboek: er zijn overdag te 1 problemen om 's avonds nog eens „moeilijk" te doen. Daarom gaan we 1 ja^n en laten het gebodene hfons afkomen: films, sport rtij&eel amusement, vooral wat met een mooie term rev#lt amusement" noemen, eva» kan ook zeggen: niets- ristfcend vermaak. mF oen verleden week "het door NTS en NRU uitgebrachte 't Whort over de kijkdichtheid in mntjerland verscheen, zijn we, idarjiwsgierig als we zijn naar de tocigewoonten en vooral de inte- veje van de kijkers, eens gaan ajerzoeken hoe het komt dat programma's plotseling kijkdichtheidspiek vertonen. ffi Journaal )liti^o staat bij de eerste 22 pro- van 1967 (tenminste kijkdiohtheid betreft) op de plaats het journaal van 1 irt. Wat zou er gebeurd kun- pr(? zijn, dat het publiek ineens org4saal belangstelling op kan venen gen, waar de afgelopen Jaren i dalende aandacht voor het .g uws is gesignaleerd? We hoe- \wi, Zonder sport, vooral voetbal, geen kijkdichtheid. ven niet lang te zoeken. Het is niet de bespreking van de werk loosheid in de, Tweede Kamer, ook niet nieuwe onthullingen in de moordzaak-Kennedy, maar de voetbalwedstrijd Ajax-Dukla. Het journaal was in de pauze. Vijf van de elf keer, dat het journaal in 1967 het recordlijstje haalde, was een voetbalwedstrijd er de kennelijke oorzaak van. Zelfs het journaal van 10 mei, toen het ontslag van burge meester Van Hall uitgebreid in het nieuws was, is voor ons geen twijfelgeval meer na wat we ge zien hebben van de relatie jour naal-sport: op 10 mei was ook Hongarije-Nederland op de beeldbuis. De enige keren dat we met enige zekerheid kunnen stellen, dat gekeken werd om het nieuws zelf, waren 15 februari, toen pro fessor Zijlstra een aardig eind gevorderd was met de kabi- netsinformafie en 23 juli, een zondag, toen na NTS-sport tra gische voorvallen uit Detroit (rassenrellen) en Turkije (aardbe ving) in het journaal waren te zien. Actualiteit Dat de kijkers niet om nieuws zitten te springen (hebben ze het soms al in de krant gelezen?) blijkt ook uit de actualiteitenru brieken die in het recordlijstje van 120 in 1967 opgenomen zijn: twee keer AVRO's Televizier en één keer achter het nieuws. En dan nog wel alle drie op het twede net. Televizier met de verkiezingen van 15 februari en de affaire Van Heyst en Achter het nieuws over het naar buiten gekomen „con flict" in de ARP naar aanleiding van de gewraakte woorden van dr. Berghuis over de spijtstem mers. Daar moet aan toegevoegd worden, dat deze rubriek werd uitgezonden voor Mies en scène, een oude bekende in de top-tv. Voor het overige vielen de re cordjournaals na films als Dick van Dyke, kolonel Hogan of voor de Weekendshow van Johnny en Rijk, een ongedachte trekpleister. De kijkdichtheid van het jour naal daalde in vergelijking met 1966 gemiddeld vijf tot tien pro cent. Smaak Met kolonel Hogan en de lachsalvo's van 't Is zo bij de luchtmacht zitten we gelijk mid denin een ander chapiter: de smaak van het kijkpubliek. Het is bekend dat de kijkdicht heid tussen 7 en 8 uur enorm is toegenomen door de wensen van kinderen. Maar evenzeer is het duidelijk, dat van de ouders wei nig of geen matigende invloed uitgaat om of iets goeds te zien of het apparaat helemaal af te zetten. Slappe aftreksels dat is heel zacht uitgedrukt als De vliegende non, De helden van ko lonel'Hogan en nog wat van dat spul, bleven het hele jaar in trek. Over smaak valt niet te twisten, maar het kijkpubliek zou ervan verdacht kunnen wor den het argument: „De kinderen willen het zo graag", aan te voe ren om zelf te kunnen kijken. Hoe komt het anders dat ty pische tienerprogramma's niet in de toplijst voorkomen? Quiz Nog een voorbeeld om de smaak of de afwezigheid daarvan te toetsen. Er is veel belangstel ling voor de quiz op de televisie. Tel uit je winst, Wie van de drie? en Per seconde wijzer ko- Amusement zonder pro blemen. De mensen houden van lichteprogramma's. De alles-kijker onder alle omstandigheden. men herhaaldelijk op de lijst voor. Maar.. vrijwel zonder verschil in kijkdichtheid. Je zou haast denken dat de kijker klak keloos en zonder nadenken kijkt, dat hij alles zo maar op zich af laat komen zonder zich te rea liseren, dat hij de ene keer, in het geval van Per seconde wijzer, naar een leerzaam en verant woord spelletje zit te kijken en dat hij de andere keer, in Wie van de drie?, het gewillige slacht offer is van goedkoop amuse ment met wat botte en soms platte grapjes. Nee, uit de kijkdichtheid van bepaalde programma's na 8 uur kan worden afgeleid, dat de mas- saprodukten van voor 8 uur, die dan zogenaamd door de kinderen gewenst zijn, echt wel beant woorden aan de smaak van een groter publiek. Een boek Bewijs daarvoor is ook buiten de televisie te vinden. Een recent onderzoek op middelbare scholen heeft aangetoond, dat de leerlin gen het liefst schrijvers als Bo- mans, Anton Coolen, Dert Dool aard, Toon Kortooms, Graham Green en Bordewijk lezen. Bekijk daarentegen de boeken kast van degene, die de middel bare school al tientallen jaren achter de rug heeft en ook de universiteit reeds als verleden beschouwt, dan kom je vaak tot de verrassende ontdekking, dat het aantal meters pocketboeken, die ontspannend heten, detectives enz., aanzienlijk is toegenomen. Overdag druk en bezig? 's Avonds lekker in een stoel zitten, wat televisie kijken, soms een boekje en dan liefst niet te zwaar. Film Vandaar de voorliefde voor films en amusement op de buis. Bij een film hoef je niet bezig te zijn, je kunt gelaten kijken en soms een beetje dromen van de wereld waarin je graag had wil len leven, maar „je moet nu een maal zo nodig overdag op kan toor zitten om het huis te kunnen betalen, auto te kunnen rijden en met vakantie te gaan". Voor de bioscoopexploitant moet het wel een zwaar te verte ren brok zijn, dat bij de 120 top- programma's van Nederland 1 45 films zijn of afleveringen van filmseries. Op Nederland 2 is dat getal nog hogen Willem Willem blijkt het toch „beter" te doen dan Mies. Willem haalt de top bijna elke maand. Mies moet met een paar keer genoegen nemen. Bij Willems absolute top op 17 februari keken 5.780.000 personen naar zijn programma, maar dat was ook in combinatie gebracht met een aflevering van The fugitive, die nog eens 350.000 kijkers meer trok. De VARA heeft ook een formule gevonden: de Rudi Carrell-show en Per se conde wijzer op één avond. Met die combinatie kwam de VARA vier keer bij de eerste 22. Opvallend is wel, dat NCRV, KRO, VPRO en Tros het moesten laten afweten bij de race naar goud, zilver of brons. NTS (sport), VARA en AVRO verdeel den de buit onderling. Tot slot zo maar een greep uit de programma's die in dit ver haal nog niet genoemd zijn, maar die toch een indruk geven van wat men graag ziet. De Gert en Hermien-show, Dorus, Bonanza, Piste, Willy en Willeke, Maigret, De Lucy-show, Lekkere diertjes, Ja zuster, nee zuster (toch laag genoteerd), Het gulden schot, Swiebertje, Stief been en Dit is de Karei Doorman. Zijn we een zee varende natie of zijn we het niet? Een triest heeld, deze recordlijst? De kijker kan de conclusie zelf trekken. Stille Zuidzee: Fijt-eilanden. Hoofdeiland is iets groter dan Nederland. Daarop de stad Loutoka, toaar een weduwe op eigen initiatief enkele jaren geleden een inrichting voor gehandicapte kinderen begon. Haar hele kapitaaltje is nu op en ze heeft dringend geld nodig om haar pupillen (zie foto) Ie kunnen blijven verzorgen en zo mogelijk operatief te laten behandelen, waardoor ze zich veel beter kunnen bewegen. Neem dat grappige jongetje, links zittend op de foto. Het werd naar Australië gestuurd, waar artsen voor een gereduceerd bedrag van 400 gulden het kind hielpen. Hij hoeft zich nu niet meer krui pend voort te bewegen, maar kan lopen en springen.' De Wilde Ganzen vliegen voor dit prachtige initiatief. Wie wil helpen om nog meer kinderen te doen behandelen? Gironummer /KOR 40 000 met vermelding „Fiji" of no. 390353 van de Spaar bank van Huizen met zelfde vermelding De mentor van de actie is namelijk de heer W. Verhoef, Crailoseweg 26, Huizen. „Ik heb u ook dit semester weer uitgenodigd voor een Colloquium. Het woord colloquium is een eufemisme voor het woord Seminar. Een Colloquium is geen college, en ook geen gesprek, geen morgen- en geen avondgesprek. Colloquium betekent eenvoudig arbeidsgemeenschap, een studiege meenschap, waar men een bepaalde tekst bestudeert. Voor dit semester zal dat ditmaal zijn de door paus Paulus VI op 21 november 1964 goedgekeurde en afgekondigde Dogmatische Constitutie over de Kerk, die aanvangt met de woorden Lumen Gentium. In de tijd dat ik nog gewone werkcolleges gaf, hechtte ik er het grootste gewicht aan de dames en heren studenten teksten te leren lezen. En dat gaat zo maar niet van zelf. Want men leest als student wel veel, maar men leest daar om nog niet goed! Belangrijk is vooral dat men met elkaar leest, en zó leert lezen! Het gaat hier dus om een arbeidsgemeenschap. Deze keer zal Ik het woord voeren; maar een volgende keer gaan we samen lezen, en de gelezen tekst samen bespreken." de voorgeschiedenis van de con cilietekst, die hij aan de orde heeft gesteld. Cullmann, die het concilie als waarnemer bijwoon de, meent dat je een concilietekst niet kunt verstaan, zonder de voorgeschiedenis werkelijk volle dig te kennen. „De Paus heeft mij persoonlijk, toen ik door hem ontvangen werd, de toezending van al deze bronnen beloofd, als het zover zal zijn. Maar, ik vrees bijna dat Met deze opmerkingen opende de 81-jarige emeritus hoogleraar Karl Barth op zaterdagmorgen 28 oktober J.l. om 10 uur een nieuwe serie werkcolleges op het Theolo gisch Instituut am Nadelberg te Bazel. In de ruime, lange collegezaal waren zestig studenten rondom tafels gezeten, vogels van de meest diverse pluimage: dames en heren, jongeren en ouderen, rooms- katholieken en protestan ten, theologen en niet- theologen. Allen met het doel om opnieuw of voor het eerst Karl Barth te horen. Onder hen bevonden zich ook enkele Nederlanders. Krachtig Barths stem klonk krachtig, maar wij waren bij zijn lang zaam binnenkomen wel geschrokken van zijn verschij ning: een gezicht waarop de ziek te van deze afgelopen zomer nog zwaar getekend stond. Alleen zijn glinsterogen en zijn milde lach scheen hij nog behouden te hebben. De ziekte had diepe spo ren op Barths gelaat achtergela ten. Even na Barth kwam zijn \touw binnen, die haar man op deze colleges altijd trouw verge zelt, en vlak bij hem aan de hoofdtafel plaats nam. Barth was wat vroeg, wachtte rustig tot het klokslag 10 uur was, en ving daarna met bo venstaande woorden zijn college aan. Het was echter alsof tijdens dit college een wonder gebeurde: toeft Barth een tien minuten ge geven had, kwam er meer leven en kleur in zijn gezicht; het was alsof de zware schaduwen we ken, alsof zijn gezicht zich ver jongde. „Hij gaat er weer beter uitzien", zei iemand, die naast mij zat, mij tijdens het college, en hij had volkomen gelijk. Na een kwartier vergaten wij dat Barth oud en ziek is: het was eenvoudig weer het aloude en al tijd boeiende Barth-college! Het leek een levende demonstratie van wat in Bazel in universitaire kring wel gezegd wordt: dat Barth college moet blijven geven, om gezond te blijven. In ieder geval vergaten we zijn jaren en ouderdom, toen hij bezig was ons in te leiden in dit hoogst actuele werkcollege! Ook dit keer ving Barth aan met de regels aan te geven, die door hen op ieder werkcollege gesteld worden: Drie regels „Er gelden drie regels bij dit colloquium; dat moet u wel over wegen als u zich op de lijst van deelnemers plaatst. En wie aan die regels niet kan voldoen, en reeds ingetekend heeft, die moet zijn naam maar weer schrappen. Want mijn regels zijn (kijkt bars) streng als die van een kloostergemeenschap (bevrijden de lach!). Ze luiden als volgt: 1. Absoluut trouw bezoek aan dit colloquium. Er kan slechts een uitzondering gemaakt wor den bij een heel bijzonder onge val, bijvoorbeeld een auto- onge luk of de dood van een beminde grootmoeder. 2. Je moet goed voorbereid zijn op de tekst die wij samen gaan lezen, en ook de literatuur daaro ver goed bestudeerd hebben! Want je komt hier niet om er maar wat bij te zitten en wat te luisteren. Je moet de stof eigen lijk al in je hoofd hebben, want hoe meer je weet, hoe meer je van het gehoorde meeneemt. 3. Iedereen krijgt een keer zijn beurt. Allereerst moet er een verslag (protocol) gemaakt wor den van het te lezen tekstgedeel te. In de tweede plaats worden er studenten aangewezen, die over het gelezene met mij en gesprek moeten voeren, de z.g. periti. Dit keer zal dat nog niet het geval zijn. Maar een volgende keer wil ik de periti naast mij aan deze tafel hebben, rechts en links van mij, om er een gesprek mee te voeren. In de loop van dit semester moeten ze allemaal naar voren komen. Wie zich hier aanmeldt voor dit éolloquium moeten dit plichtsgetrouw en met vreugde doen. Het voorlezen van het op gestelde protocol mag tien, hoogstens elf minuten duren. Mijn assistent, de heer Eberhard Busoh kan u zo nodig aanwijzin gen geven hoe zulk protocol ge maakt dient te worden. En nu de dit Jaar te behande len tekst, de Dogmatische Consti tutie over de Kerk, Lumen Gen tium zelf! De geleerden discussiëren ero ver of dit het belangrijkste stuk van het Tweede Vaticaanse Con cilie is. Toen ik in september 1966 in Rome was, en ook kardinaal Ot- taviani bezocht, vroeg ik hem wat volgens hem het belang rijkste stuk van Vaticanum II was. Hij antwoordde mij toen, zonder zich te bedenken: De Dogmatische Constitutie over de Kerk. Natuurlijk kan men van onze zijde, als protestanten zeggen: nee, de Constitutie over de Open baring, over het Verbum Dei, vinden wij veel belangrijker; want dat interesseert óns, als protestanten, het meest, omdat de Bijbel er zo in naar voren komt. Maar afgaande op de inhoud, ben ook ik toch van mening dat het stuk De Ecclesia en sleutel tekst is, om het Tweede Vati caans Concilie te leren kennen. Natuurlijk moet men daarnaast ook kennis nemen van wat het Concilie heeft gepubliceerd over de kloosterordes, over de priesters en over de religieuze vrijheid. Maar dat «lies hangt toch weer nauw samen met deze Constitutie over de Kerk. We hebben in Lumen Gentium als het ware te doen met een nieuwe presentatie van de Rooms- katholieke Kerk, een presentatie die eigenlijk zo nog niet voorgekomen is!" Nadat Barth allerlei studiema teriaal heeft aangegeven, om zich op dit colloquium te kunnen voorbereiden, vertelt hij over een soortgelijk werkcollege, dat hij in 1956 gehouden heeft over de rooms- katholieke kerkopvatting. Het blijken grote verschillen tus sen toen en nu. „In 1956 gaf ik een werkcollege over de rooms-katholieke ecclesi- ologie. Er werd een verslag (pro- is in Trente bevestigd via de leer van de transsubstantiatie, die, kort gezegd, wil zeggen, dat het brood vlees wordt, en de wijn bloed. Ja zeker, zegt Schillebeeckx, zo moést de Kerk destijds de waar heid van de eucharistie wel stel len, omdat men toen leefde onder het beslag van de aristotelische filosofie. Maar, vervolgt Schille beeckx, die filosofie is nu niét meer de onze. Wij zeggen nu het zelfde als in 1215 en als in de dagen van Trente, maar wij spreken niet meer van trans substantiatie; wij gebruiken lie ver de termen transfiguratio en transfinalisatie. Radicaal KARL BARTH ik tegen de tijd dat die publika- tie voltooid zal zijn, niet meer in leven ben. Wanneer je strikt met de aanwijzing van Cullmann re kening hield, zou je nooit klaar komen. Ik waag het er daarom op, on danks Cullmann, de tekst van deze besluiten met u te lezen, zoals deze tekst nu voor ons ligt, al erken ik natuurlijk dat deze omstandigheid een bepaalde be perking betekent. Uitspraak Dit is een dogmatische tekst. Maar nu kan men vragen: welke is het bindend karakter van deze tekst? Eén ding is zeker: we moeten deze tekst niet lezen alsof het een dogma in strenge zin is. Want dogma's heeft het Concilie van Trente geproclameerd, alsmede canones (regels) en ana thema's (verwerpingen). Maar Johannes XXIII zei bij voorbaat: ditmaal komen er géén veroordelingen! Er diende vol gens hem onderling gesproken te worden, en er zouden geen echte, nieuwe dogma's worden gepro clameerd. Dat betekent natuurlijk niet, dat deze teksten geen enkel bin dend karakter hebben. Ze hebben bijvoorbeeld méér te betekenen dan wat Küng en Ratzinger schrijven. Ze pretenderen een ernstige uitspraak te zijn. Ze wil- tocol) van opgesteld, dat ik be waard heb. Er is toen erg goed geprotocolleerd. Hoe de rooms-katholieke ecclesiologie toen was, om dat na te gaan, daartoe zal ik dat verslag (proto col) onnieuw laten stencillen, en voor lVs franc de volgende keer te beschikking van u stellen. Want in die tijd (lach) waren de meesten van u nog kleine kinde ren.... Maar goed, vi,a dat protocol kan men zien hoe de rooms-ka tholieke opvattingen toen waren. Ik zelf stond toen heel kritisch jegens Rome. Ik zag nog niet wat er komen zou. Mijn bronnen wa ren toen de uitspraken van Vati canum I en de encycliek Mystici Corporis Christi uit 1943. Wan neer men die bronnen met van daag vergelijkt, dan ziet men wat er allemaal veranderd is. Goed boek Inmiddels verscheen na het Concilie het boek van Hans Küng in 1967: De Kerk. Het telt zeshonderd pagina's. Ja, hoe daarvan een karakte ristiek te geven? Toen ik die zeshonderd pagina's in mei jl. doorgelezen had, belde ik Hans Küng in Tübingen op, en zei hein: „Herr Küng, wanneer dat katholiek is, dan ben ik het ook!" Het is een heel genuanceerd geschreven, zeer goed boek. Vis ser 't Hooft zei mij er enige tijd geleden over: „Wanneer je een goed boek over de kerk wilt le zen, lees dan dat van Küng." Let wel, hij zei niet: over de rooms-katholieke kerk. maar over DE KERK! Küng gaat ook in dit boek zijn eigen weg. Wat mij een beetje bedenkelijk lijkt, is wat hij, na de eerste vijftig pagina's, over de Bult- mannschool schrijft. Maar wan neer hij dat glibberpad gepas seerd is, kan ik mij over zijn boek slechts verheugen: hij schrijft zowaar een katholieke ecclesiologie zonder de Moeder Gods. Dapper en fris gaat Küng zijn eigen weg. Enzijn kerk doet hem niets, want hij kreeg zijn imprimatuur. Maar ja, in de ka tholieke theologie is nu alles mo gelijk." Dan gaat Barth spreken over len met respect aangehoord wor den door de Rooms-katholieke Kerk. En wanneer een zo grote kerk als de Rooms-katholieke vier jaar met dit alles bezig is, en met zoveel ernst en ijver, dan hebben ook wij, niet-rooms-katholieken, het recht en de plicht de oren te spitsen, en te zeggen: zó blijkt Rome het te zien! En van onze zijde is er dan niet weinig te leren, wanneer wij eentnaal we ten: dit en dat heeft de Rooms-katholieke Kerk uit gesproken." Moet men deze constitutie nu niet lezen tegen de achtergrond van de theologische traditie bin nen de Rooms-katholieke Kerk? Rome kan haar vroegere dogma's toch niet terugnemen? Met zulke beweringen moet men toch voor zichtig zijn, waarschuwt Barth. „Het is natuurlijk niet te ver wachten dat een rooms-katholiek theoloog of synode of concilie zégt wat geheel in tegenstelling is met Denzinger, het boek waar in alle besluiten staan die bij Ro me min of meer dogma zijn. Maar wanneer men de rooms-ka tholieke boeken en de Concilie besluiten leest en bestudeert, en men spreekt met de rooms-ka tholieke theologen, dan blijkt dat alles niet zo gevaarlijk te zijn. Want de rooms-katholieke priva- tim. het Concilie en de Synoden bezitten de mogelijkheid om Denzinger duidelijk te maken en op te helderen, te kritiseren en te corrigeren. Het Tweede Vaticaans Concilie is zelfs vol geweest van uiteen zettingen en nadere toelichtingen. En dan ontstaat er toch wel iets anders dan er bij Denzinger staat. Ja, er is op dit Concilie dapper gecorrigeerd! Wat er in Denzinger staat, kan men nu in terpreteren, en vandaag een nieuwe betekenis geven. Zo las ik onlangs die Neder landse katholieke theoloog met die moeilijk uit te spreken naam, Schielle..., (Nederlanders noemen zijn naam!), ja juist, Schille beeckx. Hij schreef heel grondig en boeiend over de eucharistie. Hij zei: kijk eens. wat het Conci lie van Lateranen in 1215 uitsprak over de eucharistie, dat Nu zijn de katholieken met na me in Holland bijzonder radicaal, maar het is toch maar heel bij zonder dat Schillebeeckx zo schrijft Ik heb hem daarom met grote vreugde gelezen. En dat te meer omdat Bullinger, die zeer oecumenisch was ingesteld, vol gens sommigen reeds veel eerder gezegd heeft wat nu Schille beeckx hier opmerkt. Vervolgens kunnen de rooms-katholieken jegens de tra ditie het accent verleggen. Wat toen belangrijk was, hoeft het nu niet meer te zijn; terwijl de oude uitspraken toch blijven staan. En ten slotte is er de konink lijke weg van de Rooms-katho lieke Kerk: zij kan een oude stel ling verzwijgen. Zo verzwijgt bijvoorbeeld Hans Küng in zijn zo goede boek over de Kerk de gehele mariologie, terwijl Ratzinger er nog slechts iéts over zegt. Kortom, en dat wil ik vooral opmerken, geen rooms-katholiek theoloog zit vandaag met geboei de handen, in angst voor de Paus. Op hun manier zijn zij werkelijk vrij! Ongeveer zo vrij als onze kleine autoriteitjes bin nen het protestantisme! Want ook bij ons zingt een elk zijn eigen lied, maar.... dat behoeft nog niet te zijn het lied van de vreugde van de vrijheid Gods! Eén ding staat daarbij on omstotelijk vast: hoewel de tra ditie binnen Rome bestéat, is er binnen haar grenzen een open breken waar te nemen in de richting van de Bijbel en naar de moderne tijd toe. Dit punt wilde ik noemen, eni germate in onderscheid met Gullmann. Geen einde En nu nog dit: al deze veran deringen zijn voor mij veel en veel interessanter dan dat wij steeds maar zeggen: „Ja, maar ten slotte is Rome toch fout!" Want die veranderingen bij Ro me zijn voor ons veel belang rijker dan dat wij de grens met hen zo nauwkeurig trekken, hoe wel het natuurlijk waar is dat deze grens zijn sporen heeft na gelaten in de vorm van vele gro te en kleine compromissen, die zij als een ballast met zich meeslepen. Zeker, men houdt zich daar Denzinger nog voor ogen; er zijn de zweideutige en zelfs mehrdeu- tige interpretaties. En een ieder kan nu nemen wat hem goed dunkt. Dat was zelfs de bedoe ling! Daarmee heeft men op het Concilie radicalen en conserva tieven bijeengehouden; men heeft links noch rechts willen verontrusten. Ik erken, dat is en blijft de schaduwzijde, waarmee men die minieme minderheid van vier stemmen heeft gekocht. Maar.... dit Concilie betekent het einde niet. Misschien komt er in de Éénen twintigste eeuw wéér een Conci lie. En nog altijd woont de hoogste autoriteit van de Rooms- katho lieke Kerk in het Vatlcaan: de Paus. Veel is mogelijk; ik zou zeggen: alles is mogelijk. Maar ik ben er tegen dat wij protestanten vervuld van wan trouwen eeuwig en altijd maar komen aandragen met het „Ja maar, Rome is en blijft hetzelfde. Rome verandert nooit!" Er zijn verrassingen. Ik was zowaar, bij mijn laatste verblijf in Rome, het liefst op bezoek bij de Jezuieten! Wij hebben alle aanleiding, wanneer wij iets hopen voor on ze kerken, om ook iets te hopen voor die grote, rooms- katholie ke kerk, en om haar werkelijk te volgen met ons gebed". Wat mij met name opviel ge durende het college was, dat hij, de eenentachtigjarige, de kunst der verjonging verstaat, door op zijn leeftijd rustig afstand te kunnen nemen van wat hij in 1956 (toen was hij toch ook al zesenzestig!) gezegd en geleerd had over Rome. Nieuwe feiten, nieuwe gegevens, nieuwe peilin gen, ook al schijnen ze in strijd met eeuwenoude tradities, wor den door Barth niet slechts ge noemd en verdisconteerd, maar hij plaatst ze zonder meer in het midden van zijn onderwijs, en zet zijn studenten er regelrecht voor! Hij doet dat tevens in zo klare, onopgesmukte taal, dat ieder mens het begrijpen kan, en doet daarmee het duidelijkste beroep op zijn studenten om de feiten van deze tijd ernstig te nemen. Dat vooral vormde voor mij het eigentijdse, het actuele en te vens zuivere element van dit oriënterend Rome- college van de vergrijsde, maar door eerlijkheid, humor en studie jong gebleven grote theoloog Kar] Barth. I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1968 | | pagina 15