ONDAGS
ONZE KINDEREN
MOETEN
OOK LEVEN
BR 1»
ZATERDAG 11 NOVEMBER 196T
Een kannibalenhoofdman heeft de leden
van zijn stam verboden Amerikanen te
eten, omdat zij te veel DDT bevatten
ZILVEREN SLUIERS
EN
VERBORGEN GEVAREN
Dr. C. Briejèr: „Wie kaatst moet de bal verwachten".
WAGENINGEN Zilveren sluiersverborgen ge
varen. Een onzichtbare ivolk van chemische bestrijdings-
mi 'len die als een dreiging boven de wereld hangt.
Eerodukt van onze generatie ivaar de kinderen mee
zi i moeten leven. En erdoor worden bedreigd als
niet ingegrepen wordt.
Dit is geen verhaal dat paniek beoogt. Maar ivèl moet
het grote publiek de feiten weten. Feiten zo welspre
kenddat men zich afvraagt: waarom gebeurt er zo wei
nig? Een voorbeeld: bij pinguïns aan de Zuidpool is
DDT geconstateerd.
DDT, een middel waaraan wij
gewend zijn en dat ons in de
oorlog voor epidemieën heeft be
waard. Maar zet het DDT-voor-
beeld over in ons dichtbevolkte
werelddeel. waar chemische
bestrijdingsmiddelen in grote hoe
veelheden worden gebruikt om
onze tuinbouwproduktie op te
voeren, om de insecten in huis te
doden.
Een nevel van chemische mid
delen, waarvan slechts een ge
deelte terechtkomt op de plaats
waar het moet komen. De rest
slaat neer en wordt door de re
gen afgevoerd naar sloten, rivie
ren, kanalen en tenslotte naar
zee. Een ander gedeelte komt in
de hogere luchtlagen terecht. Re
gen zorgt kilometers in de om
trek voor een chemische
„fall-out".
Erger
Dr. J. B. Wiesner, voorzitter
van een commissie, ingesteld
■door president Kennedy, die het
gevaar wel degelijk zag, zei hier
over bij een „hearing" van het
Amerikaanse Congres: „Gezien
■de steeds toenemende verontreini
ging van ons milieu, niet slechts
door bestrijdingsmiddelen maar
ook door vele andere oorzaken is
de chemische fall-out een groter
gevaar voor de beschaving dan
de radio-actieve". Dr. Wiesner
voegde hieraan toe: vooral een
bedreiging voor de toekomst.
Rachel Carson was de vrouw
die in Amerika de alarmbel luid
de. President Kennedy handelde
onmiddellijk en liet een commis
sie de door haar gesignaleerde
feiten onderzoeken. Vele anderen
verguisden haar: zowel we
tenschapsmensen als industrie.
Nu na enige jaren de Carson-
storm in Amerika wat is geluwd,
maar de resultaten daar gelukkig
merkbaar worden, heeft Neder
land zijn Rachel Carson: dr. C. J.
Briejèr, anderhalf jaar geleden
nog directeur van de Plantenziek-
tenkundige Dienst in Wageningen
en daarvoor verbonden aan het
Shell-laboratorium. Tien jaar be
drijfsleven en twintig jaar ambte
naar.
Hij schreef een boek: Zilveren
sluiers en verborgen gevaren.
Chemische preparaten die het le
ven bedreigen. (Uitgave Sijthoff,
Leiden, 246 blz., 9,90.) „Mijn uit
gever wilde een wat indringen
der titel, maar dat heb ik tegenge
houden. Rachel Carson veroor
zaakte met een onschuldige titel.
Silent Spring, ook genoeg
opschudding."
Kritiek
„Ik maak me geen illusies", al
dus dr. Briejèr, „mijn boek zal
gekraakt worden. Men zal me on
wetenschappelijkheid verwijten.
Rachel Carson moest onder het
juk door. Ik ongetwijfeld ook een
klein beetje. Maar ik heb dat er
voor over als mijn doel bereikt
wordt: er moet een discussie
ontstaan; dit onderwerp moet in
de publiciteit. Pas de openbare
mening kan in werking zetten
wat een klein aantal we
tenschapsmensen niet is gelukt,
het dreigende gevaar een halt toe
roepen. Maar, wie kaatst moet da
bal verwachten."
Dr. Briejèr kaatst, heel hard.
„Collectieve laksheid en lauw
heid" zijn z'n woorden voor het
overheidsbeleid, belichaamd door
ambtenaren van ministeries, zijn
collega's van twee jaar geleden.
Dr. Briejèr wil niet iedere
ambtenaar een bureaucraat noe
men. „Er zijn vele bekwame, ac
tieve en voortvarende ambtena
ren. Hun taak is echter zwaar
door de nooit aflatende en ver
moeiende strijd om „iets erdoor
te krijgen". Sommigen geven
tenslotte die strijd maar op, op
den duur wordt iedereen wel
murw en vele oudere ambtenaren
zien reikhalzend uit naar de ver-
Dode vissen
Wat kan het gevolg voor
de consument zijn? In vrij
wel alle voedsel dat wij nutti
gen, wordt in meerdere of
mindere mate een residu van
een giftige stof gevonden.
In de Landbode van 23 fe
bruari 1966 schrijft dr. J. G.
ten Houten, directeur van
het Instituut voor Planten-
ziektenkundig Onderzoek:
„Toen mijn vrouw en ik vorig
door
C. van der Wild
lossende datum van.hun pensione
ring."
„De bureaucratie rust op twee
pijlers: wantrouwen en de angst
fouten te maken. Angst om ver
antwoordelijkheid te nemen, risi
co's te lopen. Liever dan de kans
te lopen een fout te maken, neemt
de bureaucraat geen besluit, de
ergste fout van alle."
Briejèr: „Zij zijn de hoofd
schuldigen aan het falende en
zwakke beleid, dat tegenwoordig
op vele gebieden wordt gevoerd,
ook in verband met het probleem
jaar tot tweemaal toe na het
eten van gekookte andijvie,
■die via onze groenteboer
van een gewone veiling af
komstig was, de volgende
ochtend met zware hoofdpijn
wakker werden, heb ik het
restant van de verse groente
voor onderzoek naar het
Instituut voor de Volksge
zondheid gezonden. Daar
bleek dat perssap van die an
dijvie vissen in een aquari
um binnen enkele uren dood
de, en vliegen die men ermee
bespoot lagen de volgende
dag allemaal dood op hun
rug".
Dat betreft dan nog produkten
die op residu's gecontroleerd wor
den door de Keuringsdienst voor
Waren. Als een dergelijk bericht
al niet in staat is om ergens een
bel te laten luiden, hoeveel te
minder dan bij produkten die he
lemaal niet gecontroleerd wor
den. .Vis bijvoorbeeld, melk.
Driekwart of meer van het voe
dingsaandeel bleek in de VS af
komstig van produkten van dier
lijke herkomst, dus vlees, eieren,
melk. Bestrijdingsmiddelen moch
ten daarin niet voorkomen, maar
het werd wel geconstateerd.
Maaltijd
Een maaltijd van dr. Briejèr:
een bordje groentesoep met lek
kere kasgroenten. Hiervan wer
den 115 monsters onderzocht,
waarvan 11 positief: 10 procent
kans dat er wat in die soep zit,
in sommige gevallen al twee mid-
Aardappelen, 77 monsters on
derzocht, waarvan 27 met chloor-
IPC, een antispruit- en onkruid
bestrijdingsmiddel, dat niet in of
op consumptiegewassen mag voor
komen In 1964 was daar op
grond van analyses 35 procent
kans op.
Als groente jonge worteltjes.
Van de 25 monsters die op het
gevaarlijke aldrin/dieldrin wer
den onderzocht, waren er 16 of 64
pröcent positief, waarvan 12 pro
cent te hoog, een aardige kans
dus op dit middel in onze maal
tijd. Misschien heeft u vooraf
nog wel een borreltje gedronken.
Net als bij medicijnen kunnen de
residu's in uw lichaam een reac
tie veroorzaken die dronkenschap
tot gevolg heeft.
Dan aardbeien toe. Daarmee zit
het helemaal niet goed. Meer dan
de helft van de onderzochte
monsters bevatte een residu (69
van de 302 monsters boven het
toegelaten maximum).
Briejèr: „Ik heb zelf aardbeien
geteeld. Meer dan twintig jaar
had ik geen last van vruchtrot,
een schimmelziekte. Nu wel.
Daarvoor moet een oorzaak zijn.
Misschien waren de toenmalige
rassen tegen deze ziekte resis
tent. De oorzaak kan ook een an
dere zyn. Zo iets moet worden on
derzocht, teneinde de telers uit
de misère te helpen en tegelijker
tijd het gevaar voor de consu
ment te verminderen".
Slagroom
Misschien wat slagroom toe op
de aardbeien om de maaltijd „lek
ker" te maken? Dan is er zeer
grote kans op nog een residu,
maar dit wordt niet onderzocht,
hoewel de kans op residu's in
alle vethoudende voedingsmidde
len zeer groot is en melk boven
dien een belangrijk onderdeel
vormt van het dieet voor baby's,
zieken en zwakken.
„Een verbijsterende nalatig
heid", zegt de heer Briejèr ervan.
„Het is de leden van de Sta-
ten-Generaal blijkbaar nog niet
opgevallen. De melkprijs wekt
daar meer opwinding."
„Het is toch te gek dat men
hier de mond vol heeft van een
in de hand hebben van de situa
tie als op een produktie van mil
joenen blikjes babyvoeding (wor
teltjes) 39 blikjes worden onder
zocht Er werd daarin geen resi
du gevonden, maar kun je dan
met recht zeggen, dat Duitse aan
tijgingen met betrekking tot dit
produkt ontzenuwd zijn? Toch ge
beurt het (verslag Keuringsdienst
Amsterdam 1964)."
De heer Briejèr kan doorgaan
voorbeelden en feiten te noemen,
zoals hij in zijn boek ook doet.
Het heeft alles maar één doel:
het publiek te wijzen op het ge
vaar. Vooral voor kinderen die
opgroeien in een milieu dat
steeds meer verontreinigd dreigt
te raken.
Kinderen
„Kinderen zijn weerloos. Zij
moeten lijdelijk afwachten in
welke staat de erfenis zal zijn,
die wij hun nalaten. Wie geen
oogkleppen draagt moet toch wel
beseffen dat hun vooruitzichten
weinig rooskleurig zijn, alle pro
paganda over welvaart ten spijt.
De voedselpositie in de wereld
wordt met de dag hachelijker.
Ziekten die wij overwonnen
waanden, zijn dit niet. In vele
gevallen zijn hierbij insecten be
trokken.
Maar ons verweer tegen insec
ten gaat falen. In Denemarken is
daar een aardig onderzoek over
geweest. Insecten die resistent
worden tegen chemische bestrij
dingsmiddelen. Wat erger is: uit
gerekend de schadelijke insecten.
Niet-schadelijke insecten die de
natuur in evenwicht kunnen hou
den, worden wèl uitgeroeid.
Een tweesnijdend zwaard, dal
in ons eigen vlees snijdt en in
dat van onze kinderen. Vanai
hun geboorte worden zij aan de
invloed van allerlei chemische
verbindingen blootgesteld. Zelfs
in moedermelk zijn residu's aan
getroffen.
Ongunstig
Dr. Briejèr: „Het kwalijke van
de zaak is, dat de meest veront
rustende verschijnselen worden
geconstateerd, maar dat men na
enig medeleven weer overgaat
tot de orde van de dag. Een koe
eet een plant met een residu ver
gif graag. Het is bewezen dat dat
residu in meer geconcentreerde
vorm bij het kalf aanwezig is.
Het kalf komt in een ongunstiger
positie dan de moeder. Hetzelfde
geldt voor baby's die met zulke
melk worden gevoed.
Daarmee is het nog niet afgelo
pen. Baby's komen in een nog
ongunstiger positie als moeders
deze melk drinken en hun baby
zelf voeden".
Feiten, feiten. De heer Briejèr
zit boordevol feiten. Veront
rustend niet alleen, kwalijk ook.
Huishoudinsecticiden. Wie ge
bruikt ze niet? Een geval in Ame
rika: een meisje van ruim acht
maanden, met een uitstekende ge
zondheid, werd ernstig ziek en
stierf spoedig na opname in het
ziekenhuis. Oorzaak: de kinderka
mer was door een zuiveraar
gespoten.
„Spuit gerust"
..Spuit gerust", zegt dan een ad
vertentie die de verkoop van een
bepaald merk enige jaren gele
den moest bevorderen. „Spuit ge
rust. Veilig. Kindje in zijn bedje?
Kindje in zijn box? Spuit ge-
In Nederland wordt langzamer
hand wat meer aandacht aan dit
spul besteed. Het moet bij de dro
gist in de vergifkast. Volgend
jaar worden bepaalde stoffen ge
weerd. Aanbevolen worden de
middelen die alleen pyre thrum
bevatten.
Dr. Briejèr: „De overheid had
allang maatregelen moeten ne
men. Zelfs de simpelste voorlich
ting werd nagelaten. Waarom
geen doodskop op die bussen? In
Amerika pakken ze dat beter
aan. „Zuinig met het gebruik van
verdelgingsmiddelen", is daar de
door de overheid ingeheide leuze.
Miljoenen
Ik begrijp het probleem van de
industrie best. Om één goed mid
del te vinden moeten 1000 - 2000
chemische verbindingen worden
onderzocht. De kosten hebben
dan al ruim één miljoen dollar 1
Onzichtbare dreiging van chemi
sche „fall-out", in de toekomst
mogelijk erger dan de radio-a
ie neerslag, zegt de Amerikaanse
deskundige Wiesner.
bedragen. De totale ontwikke
lingskosten zijn rond twee mil
joen dollar, waarbij dan nog ge
middeld drie miljoen komen voor
het bouwen van een fabriek en
een half miljoen voor het opbou
wen van de verkooporganisatie.
Aan tijd is er vier tot vijf jaar
mee gemoeid. Het ontwikkelen
van resistentie bij de insecten
gaat soms sneller. Dergelijke cij
fers moet je voor ogen houden
als je de positie van de industrie
beoordeelt. Het geld moet er met
winst weer uitkomen.
Maar er zijn andere mogelijkhe
den. Selectieve bestrijding, in
Amerika reeds toegepast. Een
mannetjesinsect steriel maken en
loslaten. Na verloop van tijd
blijkt, dat na de bevruchting ste
riele eieren worden gelegd. Dat
heeft het grote voordeel dat je
een soort kunt aanpakken, liefst
een schadelijk insect.
Natuurlijk moet deze selectieve
bestrijding aangevuld worden
met chemische middelen. Maar
zoals we het nu doen komen we
er niet. Ten eerste vermindert
niet alleen de weerstand van de
mens tegen ziekten, maar ook
ons vermogen om insecten, die
steeds sneller weerstand krijgen,
te bestrijden.
Maar ja, beperkingen op het
gebruik van insecticiden zijn niet
interessant voor de industrie. De
producenten krijgen hun
geïnvesteerde geld niet terug. Nu
al wordt gezegd dat de Europese
markt niet meer interessant is
vanwege de beperkingen. Waar
blijft die stroom gif dan? Ik heb
wel een vermoeden, hoewel be
wijs ontbreekt Naar de ontwikke
lingslanden.
Neem dat recente ongeluk in
de Amsterdamse haven. Endrine
notabene. Hier in Nederland
wordt het bij mijn weten niet
gebruikt". Zelfde vermoeden:
bestemd voor export. Onder de
oude leuze: voor een steeds groei
ende bevolking meer produktie
op dezelfde hoeveelheid grond.
We zouden door kunnen gaan.
Duizenden pagina's stonden
Briejèr ter beschikking. Hij com
primeerde dat tot een vertellend
boek, vol wrange verhalen en cij-
Zelf beslissen
„Zoiets doe je niet als we
tenschapsman", zullen een aantal
collega's zeggen. „Waarom niet",
zou de reactie van Briejèr kun
nen zijn; „is de hoogste vorm
van democratie niet die waarbij
de samenleving zelf beslist wat
zij gebruikt?"
Wat wil Briejèr met zijn boek?
Een koe eet graag „bespoten"
gras. Waar komt het gif? Uitein
delijk bij iedereen, vooral bij
kinderen.
Het kan samengevat worden ia
enkele punten:
1. Een overzicht van wat ge*
bruikt wordt, waarvoor en hoe*
veeL Dat kon wel eens weinig
geruststellend zijn.
2. Wetenschappelijk onderzoek
maar dan gecoördineerd.
Briejèr: „Wij hebben in Neder*
land vele prachtige onderzoek
instituten, ware paleizen soms,
Als door een onafhankelijk®
instantie eens zou worden nage
gaan wat dit alles kost en wat
het nuttig effect ervan is, zou er
weinig reden zijn tot voldoening.
Met hetzelfde geld zou véél meer
kunnen worden gedaan en wat
nu wordt bereikt zou met veel
minder geld tot stand kunnen
worden gebracht".
Hobby
Het is een merkwaardige zaak.
Aan een Nederlands hoogleraar,
door het rijk benoemd en be
taald, kan geen enkele opdracht
worden gegeven, bijvoorbeeld
voor een onderzoek over het
bestrijden van bladluizen in sla.
Als de man meer voelt voor het
liefdeleven van deze insecten,
kan niemand hieraan wat doen
en als er helemaal niets uit zijn
handen komt evenmin.
Vrijheid van wetenschappelijk
onderzoek tot in het absurde.
Daarom moesten er instituten
naast de bestaande komen, dou
blures vaak. Maar ook deze TNO-
instituten zijn weer zelfstandig
en weren de „bemoeizieke bu
reaucratie". Coördinatie ver te
3. Meer controle en vooral
meer monsters. Zonder dat zijn
geen conclusies mogelijk.
4. Tenslotte voorlichting.
Voorlichting, bijvoorbeeld ovef
de vaponastrip tegen vliegen en
muggen, het bekende gele doosje.
Wie heeft niet in zijn onmiddel
lijke omgeving gehoord van ie
mand die er niet tegen kon, dia
hoofdpijn kreeg of uitslag? In
hoeveel slaapkamers hangt dat
giftige lint nog? We zouden een
eind komen met voorlichting.
Wormen
Dr. Briejèr heeft de knuppel in
het hoenderhok geworpen. Er zal
misschien worden teruggegooid.
Hij schreef zijn boek niet omdat
hij er zo'n zin in had, maar om
dat hij de discussie, juist over dit
onderwerp niet schuwt en van
belang acht voor de volksgezond
heid. Discussie ook over zijn be
wering, dat de mens van de wor
men afstamt, over het verband
dat hij legt tussen kanker en che
mische bestrijdingsmiddelen.
Het is misschien toch nog
een verhaal geworden dat
gemakkelijk tot paniek leidt.
Daar is geen aanleiding
voor, want ,,het is niet te
laat om iets te doen aan de
bedreiging van onze toe
komst en die van onze kin
deren".