Lm Herboren Youth for Christ zoekt naar nieuwe wegen GEESTELIJI IEVEN Psalmzong op de plaat ZATERDAG 18 MAART 1< NIEUW MAANDBLAD VOOR EEN NIEUWE GENERATIE Hans Cornelder George Brucks (Van onze kerkredactie) £EN nieuwe generatie, een nieuwe vorm, in ieder geval voor het maandblad, heeft de Nederlandse Youth for Christ- (Jeugd voor Christus-) beweging gezegd. En als tweede blad in ons land (het rooms-katholieke Missie Integraal ging voor) werd gebroken met het Terwijl het zijn eerste nieuwe, Jonge abonnees won, trok de af gelopen weken de nieuwe „full timer" Hans Cornelder door het land met de Zweedse Gospel Four. Tijdens dit tournee deed hij ervaring op voor een veel grotere tournee met een groep Amerikaanse musici in het na- Jaar. Youth for Christ deed in 1946 zijn intrede in ons land. Interna tionaal ontstond deze nieuwe vorm van jeugdevangelisatie spontaan in verschillende Ameri kaanse steden, in Ethiopië en in het Verre Oosten in de laatste jaren van de oorlog. Wereldbeweging Reeds in 1945 sloten deze losse plaatselijke acties zich aaneen tot een wereldorganisatie. Ken merkend voor de begintijd wa ren de massale samenkomsten, de grote nadruk op de waarde van het geestelijk lied en de op roep aan het eind van een rally tot een zeer persoonlijke beslis sing voor Christus. Zo nieuw was deze vorm van massa-evangelisatie, dat de jon geren een stroom van kritiek over zich heen kregen. Men sprak van het „Jazz-evangelie". van Amerikaanse import, van te veel show. Maar al spoedig kreeg het werk in Nederland een eigen karakter en won het vertrouwen. Tegen het midden van de ja ren vijftig bleek in Amerika dat de massale bijeenkomsten hun aantrekkingskracht verloren. De televisie had zijn intrede gedaan. Jongeren kregen de beschikking over eigen auto's. De zaterdag avond werd anders besteed. Een nieuwe generatie was op het we reldpodium verschenen, die min der voelde voor zelf evangelise ren. Er is in die tijd geschreven dat de naoorloese bouwende ge neratie plaats moest maken voor een consumerende generatie. verticale formaat waarin bladen verschijnen. Het nieuwe blad is breder dan de hoogte en ook breder van opzet. Ook de naam veranderde „Jeugd in Actie" werd kortweg „Aktie". Het eerste num mer is verschenen en er zo goed in gegaan dat er al meer losse nummers zijn verkocht dan er op het maandblad oude abonnementen waren. evangelist A. Ramaker, die ech ter ook nog andere verantwoor delijkheden had. Hoewel pogin gen ondernomen werden om het voorbeeld van Amerika te vol gen bleek dat de Nederlandse middelbare school-situatie hier zo anders was dat hier andere wegen gezocht moesten worden. Ook hier liep de belangstelling voor de grote rally's terug. Het werk concentreerde zich in de afgelopen jaren vooral op open lucht-acties, zomerkampen en contactavonden in kleiner ver- Directeur generatie die weer interesse gaat tonen voor alles wat zich in kerk en maatschappij afspeelt. Het kenmerkende is dat deze ge neratie vraagtekens zet achter al le antwoorden van het verleden. Het ziet ernaar uit dat deze nieuwe generatie vooral zich aan kondigt irr het welvarende en verstedelijkte westen van ons land. De gereformeerde jongeren hebben daar volop rekening mee te houden voor hun aanstaande jeugddag in Leeuwarden. Het programma is een merkwaardige mengeling om twee soorten jon ge mensen te bereiken, de groep die graag wil zien wat anderen doen en de groep die zich volop in de discussie wil mengen. Het nieuwe maandblad Aktie draagt eigenlijk hetzelfde dubbe le kenmerk. Het heeft gebroken met de eenzijdige belangstelling voor het eigen persoonlijk ge- Hoofsleven die het oude „Jeugd *.n Actie" kenmerkte. Het toont meer belangstelling voor de we reld waarin de jeugd leeft Charlotte de Bourbon heeft in 1582, na de moord aanslag op Prins Willem door Jean Jaureguydoor haar dag noch nacht aflatende bloedstelpende zorg en inzet van haar eigen gezondheid het leven van haar gemaal gered; de spanning en de inspanning kostten haar het leven. Een Engelse vrouw van onze dagen wordt op haar 100ste verjaardag geïnterviewd, o.a. over haar bijna 70-jarig huwelijk. „Hebt u al die jaren nooit aan scheiding gedacht?" luidt de indiscrete vraag van de journalist; en het eerlijke antwoord van de weduw vrouw: „Neen, aan scheiding niet; wèl aan moord". En een Franse professorsvrouw, opgebeld uit Parijs door de kabinetsformateur, die zegt haar man, als die thuis geweest was, te hebben willen polsen voor de ministersportefeuille van onderwijs, antwoordt zonder zich een ogenblik te bedenken: „Nous acceptons!" Naar aanleiding van dr Elizabeth Visser, dr. C Soeteman, dr. G. Kazemier dr. A. Ro mein-Ver- schoor, drj H. A. Wag en H. S. vai Lelyveld-Haasse, Het beek van de vrouw in de teratuur, een uitgave vi Servire/Den Haag. (1! blz., 3,95.) Hoe bont moet wel het beeld van de vrouw in de literatuur zijn, zo schrijft prof. Soeteman in zijn bijdrage, als reeds het gewone leven specimina van zo uiteenlopende vrouwelijkheid te zien geeft. Charlotte de Bourbon behoorde tot het opofferende ty pe, de honderdjarige weduwe tot het berustend-realistische type en de professorsvrouw tot het echtelijk-eerzuchtige type. Er zijn natuurlijk veel meer typen, maar hoe uiteenlopend al die typen ook zijn mogen, de vrouw blijft vrouw. Op drie ma nieren kan men haar in verband brengen met literatuur, namelijk als lezeres, als schrijfster en als figuur in verhaal of gedicht Doe-mens wat anders geaard werk. vooral gericht op de tieners en in het bijzonder op de middelbare schooljeugd. Op vele middelbare scholen in Amerika is tegenwoor dig een Youth for Christ club. die tot taak heeft het evangelie aan de medescholieren uit te dra gen. Nog meer dan vroeger werd het een werk van en voor de leugd. Enkele jaren later bleek dat ook in Europa en met name in Nederland een dergelijke overschakeling nodig was. De zo merkampen in Giethoorn trok ken steeds minder twens die naar het buitenland gingen en steeds meer tieners. Maar een daadwerkelijke overschakeling werd bemoeilijkt door het vrij wel gelijktijdige vertrek van de twee vaste medewerkers (die bij gebrek aan een beter woord nog altijd „full timers" genoemd wer den) in 1958. Ruim een jaar geleden benoem de het bestuur de Nederlandse Canadees George Brucks tot landelijk directeur. Ook hij moest dit werk combineren met de leiding over een Europese zen dingsorganisatie. Enkele maanden geleden kwam Hans Cornelder, zoon van een hervormde predikant uit Rot terdam, hem echter helpen. Hij had net zijn kandidaatsexamen theologie afgelegd te Utrecht en kreeg tot opdracht om het lande lijk werk vooral onder de mid delbare schooljeugd, te gaan sti muleren. Youth for Christ, zegt George Brucks, heeft een nieuw begin gemaakt. Dit jeugdevangelisatie- werk wil weer meer naar buiten gaan treden om een nieuwe gene ratie te bereiken. Vraagtekens Er zijn tekenen dat de tweede naoorlogse generatie nu op zijn beurt plaats moet maken voor een derde. Na de bouwende en de consumerende jeugd ziet het ernaar uit dat nu een „vragende generatie" naar voren treedt. In tegenstelling tot de vorige Redaktie De redactieraad bestaande uit Sipke van der Land, J. H. (Hans) Cornelder en George Brucks heeft onder leiding van de bekwame redacteur Jan Fili- us het blad een totaal nieuw en fris gezicht gegeven, waarbij uit zonderlijk goed gebruik is ge maakt van foto-materiaal. Het brede formaat geeft moge lijkheden voor nieuwe lay-out grapjes. De inhoud is speels ge worden en steekt scherp af bij het oorspronkelijke Jeugd in Ac tie, altijd diep ernstig en bewo gen, dat in de laatste jaren wat zwaarwichtig was geworden. Maar in ieder geval is één Youth for Christ-kenmerk in het blad gebleven. Tussen al het speelse ontbreekt de persoonlijke benadering niet. Een van de jon geren schrijft over het de monstreren: „Kijk het is natuurlijk heel nuttig en heel zinvol om met bor den en spandoeken te lopen pro testeren tegen fouten van ande ren. Maar zouden we ook niet eens wat vaker moeten proteste ren tegen de fouten van onszelf". Zijn conclusie is: „Pro testeer tegen de hele wereld, maar begin bij jezelf". Tieners Richtte het werk zich in de begindagen vooral op de jeugdi ge twen, na 1955 werd het een Zendingsimage en gezangbundel (Van onze kerkredactie De Kerk van Schotland is be zig met een herziening van haar gezangenbundel. Dat was reden voor het comité-overzee van de ze kerk, enkele wensen te formu leren. Om te beginnen wil dit comité, dat de meeste „zendingsliederen" geschrapt worden, omdat zij niet beantwoorden aan het moderne beeid van de zending. (Wy den ken maar aan hervormd gezang 110: Straks groeten w'onze moe derhanden en tarten wind en golfgebruis). In plaats van deze gezangen stelt het comité voor, negen lie deren over te nemen uit het ge zangboek van de raad van ker ken van Oost-Azië. Zij zijn af komstig uit Japan, Korea, China en Thailand. Deze gezangen van Aziatische christenen onderscheiden zich door aansprekende eigentijdse teksten. En, zo zeggen deze Schotten, laat niemand zeggen, dat liede ren uit een vreemde cultuur kring in Europa niet bruikbaar zijn. De melodieën zijn helemaal ln de internationale stijl van nu. En dat kan men van vele kora len in het oude gezangboek he laas niet zeggen. tj^EN aanzienlijk deel van het kerkvolk blijft de psalmen „niet-ritmisch" zin gen en het ls geen wonder dat er met de uitbreiding van de platenmarkt ook een rui me plaats komt voor derge lijke muziek. Imperial -heeft een serie van drie langspeel platen. zowel stereo als mono weer te geven, waarop o.a. de voor velen vertrouwde ma nier van psalmzingen te ho ren is. Drie platen van de Ve- luwe onder de titel „Looft den Heere met zang'. Op de eerste (ILAS 271) ko men twaalf va* de bekendste psalmen voor, gezongen in de Oude Hervormde, kerk van Lunteren onder leiding van Henny Pomp met orgelbegelei ding van Leo van Stempvoorl De tweede plaat (ILAS 272) be vat behalve een enkele psalm elf bekende christelijke iede- ren van gevarieerde herkomst: „Vaste rots van mijn behoud" bijvoorbeeld naast Voorwaarts christenstrijders" en de Ambro- siaanse lofzang. Koren uit Lun teren. Ede, Veenendaal en Renswoude: eenvoudig, traditio neel, welluidend. De derde plaat is weer ge- neel aan psalmzang gewijd, zij het dat de niet-ritmische ge meentezang wordt afgewisseld door wel-ritmische koorzang Bob van Stempvoort speelt op het orgel van de Bethelkerk te Veenendaal enkele voor- en naspelen (ILAS 273). Teksten compleet op de hoezen Ander geluid Een heel ander geluld op een volgende LP van Imperial: ..Komt tot uw Heiland" (ILA 268). De Haagse organist Jan van Weelden voert niet min der dan 36 liederen van Joh. de Heer uit, niet op zijn orgel in de Oranjekerk maar op een „magie organ" een elek tronisch instrument, waarmee Van Weelden veel ervaring heelt. Een enkele melodie in dit genre doet het wel op dit „magie organ" maar de meeste worden erg vlak en fpndantzoet, ondanks de enor me registratiemogelijkheden. van Imperial: een nieuwe uitga ve van de al eerder uitgebrach te plaat met Nederlandse psal men naar J. Gelineau SJ. Vroeger hebben wij deze plaat i al- „Gelineau' wordt ook in ons land nogal eens gezongen, al beperkt zich dat tot enkele be kende en ook zeer gestaagde bewerkingen zoals de psalmen 23 en 100, en al zien ve deze methode in de liturgie mg met doordringen. Frits de Groo* leidt een goed zingend paro chiekoor in Bergen op Zoom Er -taan negen psalmen en zang (ILA 2 De vrouw is ingesteld op het nabije, concrete, persoonlijke. Ze is over het algemeen een doe-mens, pragmatisch van aard, op handelen gericht Ze is tege lijk nuchterder èn emotioneler dan de man. Door wat de Duitsers noemen haar Le- bensnahe, d.w.z. doordat ze zo dicht bij het hart van-het leven staat, staat ze ook dicht bij het hart van de literatuur. Maar de eedrukte literatuur, die dus in de vorm van boeken tot haar komt. kan haar wel eens vreemd blijven- Toen ik na de verschijning van mijn roman Koningskinde ren (december 1930) een exem plaar aan een sympathieke, onge trouwde tante van me gaf, be dankte ze me voor het boek en verzekerde me, dat ze het zuinig zou bewaren. Het boek in geslo ten toestand was een familiestuk voor haar, dat geregeld moest worden afgestoft en bewaard moest worden evenals foto's, brieven en tafelzilver. In bepaalde families las een vrouw alleen als er werkelijk he lemaal niets anders te doen was. op zondag bijv. Léést de vrouw, dan schakelt ze haar fa miliale belangstelling en emotio naliteit in. Het gaat haar om de geschiedenis als levensverhaal. Vandaar dat ook ontwikkelde vrouwen de verhaaltjes in da mesbladen en het feuilleton in de krant graag lezen, als zij ze maar ervaren als verhaal van ge leefd leven. In poëzie vragen ze om een soort getuigenis van levenserva ring, vandaar het grote succes, vooral bij vrouwen, van de eerste bundel van Okke Jager: Worden als een kind. Een relatie met het boek als boek (afgezien van de begrippen „rommel" en ..stofnesten") is er vaak niet; de bibliofiel ls doorgaans een man. zelden een vrouw. Verzorgend In sport, misdaad en kunst vindt men vrouwentypen, die al tijd in de buurt van sporthelden, misdadigers cn kunstenaars te vinden zijn. Ik bedoel dit natuur lijk respectievelijk: de vrouw als adept, hetzij op het gebied van de sport, van dc misdaad of van de kunst. De vrouw ls ook aange legd op gemeentevorming, rond om de suggestieve figuur van een In de openbaarheid optreden de man. Als ze zelf schrijft (er zijn veel romancières en lyrische dichteressen) komt haar vrouw-zijn vaak uit in de the ma's: liefde, kinderen, familie. Ook ligt de gecultiveerde natuur (bloemen, tuinen, planten, par ken), de natuur dus waarbij de vrouw verzorgend kan optreden, binnen haar belangstellingssfeer, wat zich ook in de vrouwelijke kunstcreatie verraadt. Maar ik ben zelf aan het medi teren geslagen en vat haastig de draad van het begin weer op. Het" boekje in kwestie bevat de tekst van zes lezingen, gehouden gedurende het cursusjaar 1965 - 1966 voor de School voor taai en letterkunde te 's-Gravenhage. Prof. dr. Elisabeth Visser schrijft deskundig (en een beetje droog) over „De. vrouw en het noodlot in de Griekse litera tuur". Op haar volgt prof. dr. C. Soeteman met een beschouwing over „De polariteit van het vrouw-zijn in de middeleeuwse literatuur". Twee polen Aan de hand van voorbeelden toont hij aan dat daarin twee polen zijn: „niet slechts die van figurante en medespeelster, doch ook die van unwip en wip, van wip en vrouwe, geliefde en meesteres, overspelige minnares en hoofse gemalin, wraakzuchti ge duivelin en kuise jonkvrouw, zondares en heilige, EVa en Ma ria". Het beeld van de vrouw in de middeleeuwse literatuur be vindt zich telkens weer in een spanningsveld tussen twee alter natieven, twee polen, zo conclu deert deze germanist. Dr. G. Kazemier, ln zijn stuk „De vergoddelijking van de vrouw in de renaissance", herin nert eraan dat de vrouwen in de middeleeuwen veelal een hard le ven hebben gehad. In landen als Frankrijk en Italië tierde in de vijftiende en de zestiende eeuw de prostitutie welig, wat niet pleit voor een waardige positie van de vrouw in het algemeen. Venetië had in die tijd op 300.000 inwoners bijna twaalfdui zend geregistreerde prostituées. De mannen begeerden de vrou wen en dochters van anderen en namen op afschuwelijke wijze wraak op wie de hunne te na kwam. Spanning Engel Angel MIJN BUURVROUW KUAM G/STER SN DAT LUKT MS NIET DE JUISTE VISIE OP Tegen deze donkere achter grond van antl-feminisme moet de vergoddelijking van de vrouw in dc renaissance als iets merkwaardigs worden gezien. Voor de Italiaanse kunstenaars van de renaissance was schoon heid dikwijls identiek met het goede. Christendom en Plato- nisme vloeiden vaak ineen. Er moet een polaire spanning heb ben bestaan tussen de realiteit en de idealiteit van de liefde. In wezen werd in Italië de vrouw in de renaissance aan de man gelijk geacht. Door hun ont wikkeling ontstond bij de dames uit hogere stand evengoed een uitgesproken individualisme als bij de mannen. De betiteling „vi rago" kwam toen voort uit een onvermengde bewondering. Schoonheid, energie, doortastend optreden bij gevaar waren bij vrouwen bewonderde eigenschap pen. Dr. Kazemier citeert een frag ment van een brief, gesenreven door Alessandra Macinghi-Stroz- zi aan Filippo degli Strozzi, haar zoon: geen humanistenpronk stuk, maar wel de uiting van een gevoelige en tegelijk flink® vrouw, die in zorgen en verdriei alles van de beste kant weet op te nemen. Het huwelijk was in die tijd niet in trek. Macchiavel- li oordeelde: „De vrouwen zijn de mees\ menslievende mensen van de we reld en tegelijk de lastigste. Wie hen afstoot, vermijdt tegelijker tijd de lasten en het nuttige; wie met hen omgaat, heeft tezamen het nut en de last. Dat is zo waar als dat er geen honing zon der vliegen bestaat." Vrouwendienst Zo onstond een zekere buiten echtelijke „vrouwendienst" Een groep van ontwikkelde cour tisanes kreeg grote kansen, voor al ln de tweede helft van de vijf- Na Italiaanse humanist bespreekt de auteur enk(' Franse dichters, voomamel aan de hand van een ode Sappho, nagevolgd in de oudl reeds door Catullus, in Fran rijk door Ronsard en uit tweede hand in Nederland dc Jonker Jan van der Noot In Engeland en Holland vergoddelijking van de vroi en gedachte aan een huwelijk i mengaan, zegt Kazemier. Opmi kelijk dat in een tijd, waarin vrouw nog in hoge mate als verachtelijk of toch als een j de man minderwaardig wei werd gezien, zij ook als een din werd vereerd! De vroi vond zowel verguizing als vei ring. De auteur van het stuk z daarin een beeld van de rena sance-tijd zelf. Gevarieerd ressante bijdragen van mevrot Romein-Verschoor over vrouw tussen idee en realiteit de 18de eeuw en de romantie^ van drs. H. A. Wage over vrouw als demon en droomgest te in Naturalisme en SymlfM lisme" en van Hella Haasse o\"g „De vrouw als medemens èn tagonist van de man in de n J' derne literatuur". Men ziet dat de beschouw gen van de docenten uitstrekken van de Grieks-Ij» meinse oudheid tot in de i ne tijd. Het boekje had kumtbl openen met een opstel oyer vrouw in het Oude er Nieuwe Testament, of desno met twee opstellen, aan dit diL bele onderwerp gewijd. De School voor taal- en Ie(3l kunde zou in antwoord kunif wijzen op een vorige uitgave: E bijbel in de literatuur, maar j laatstgenoemde onderwerp toch anders. Laat ik conclude met te zeggen dat er heel belangrijks in dit goedkope boi je staat. Natuurlijk moet bij de lectuur van deze Zesj even wennen aan de didactisi toon. want het zijn strikt gej men geen essays. Maar de stofl oevarieerd en boeiend. Dr. C. RIJNSDORP. Dubbel nummej; Wapenveld Het maandblad Wapenv heeft zijn traditionele dubtr nummer dit jaar gewijd aan thema „De omgang met God" „In deze tijd, waarin niet leen de omgang mèt, maar de God van de Bijbel discuta I gesteld wordt, heeft het da 1 ten we alle zin dit onderw 1 aan de orde te stellen", aldus redactie in een ten geleide. „Bepalend voor deze keui zo schrijft hoofdredacteur G. van Leyenhorst, „was on meer het besef, dat ten aanz van de omgang met God er ons heel wat mankeert. Er kerken, die alle nadruk leg t op de zuiverheid der leer, an re waar men met veel verve ontmoeting aanprijst; overal e ter heerst er een ernstige lee waar het de bevinding, het da lijks verkeren met onze God, treft." De God-is-dood-theologie ko j aan de orde, maar ook gen als „is godsdienst medem selijkheid?" en „wat is nu eig j lijk bevinding?" De medewerkers aan dit nu mer zijn drs. Van Leyenho drs. J. J. Bos, drs. A. Noor graaf, ds. R. J. van de Hoef, J. Overduin, ds. G. Boer en C. Graafland.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1967 | | pagina 14