iVERANDEREN Harmonie Keerpunt in politiek Computers voor de klas de tv Techniek zonder grens KERSTBIJLAGE 1966 7 Is het mogelijk de kerk van morgen te beschrijven? Groei en tendenzen van heden wer kelijk uit tot de kerkvormen van morgen? Niemand zal dat beweren. Het zou een over het hoofd zien betekenen van het werk van de Heilige Geest. Wel zal de kerk, staande in het eeuwi ge evangelie en de tijdelijke en verwarrende situatie van dit moment, zich op haar ko mende taak moeten bezin- De tekenen wijzen op een toenemend radicalisme, zowel binnen als buiten de kerk. Als radicale keus voor Christus kan dit slechts een zegen voor de toekomst zijn. Maar een rechts- en een links-radica- lisme betekenen een kloof die de evangelieverkondiging zal bemoeilijken. De nieuwe, radicale theo logie moge geworteld zijn in een verouderd wetenschappe lijk denken, maar spreekt met zijn antwoorden de moderne mens aan. Daarom mag de Kerk, en in het bijzonder de orthodoxie, haar niet met een hooghartig gebaar afwijzen, maar moet zij zich bezinnen op de wijze waarop zij zelf de mens van vandaag kan aanspreken. Er lijkt een nieuw apolo getisch (geloofsverdediging) tijdperk aan te breken. Niet' alleen moeten de antwoorden getoetst en zo nodig veroor deeld worden die anderen geven maar ook gezocht naar eigen antwoorden op de vra gen van vandaag. Na een periode waarin het accent viel op „kerkelijke eenheid" lijkt nu een a-kerke lijke periode aangebroken. De kerken doen daarom wijs, niet in de eerste plaats zich te beroepen op een traditioneel kerkelijk of synodaal gezag, maar zó te spreken dat zij de mens van vandaag iets te zeg gen hebben. Waar leden van kerken sa menwerking zoeken (voor bij belstudie, evangelisatie, of so ciale acties), zullen de kerken in het huidige kerkelijk vrij blijvende klimaat niet hun aanwezigheid moeten opdrin gen, maar dit werk wèl be moedigend en kritisch begelei den. De veranderende beschei dener wordende wetenschap zal in de komende jaren on getwijfeld van bovenaf het denken van de mens be- invloeden, eerst de intellec tuelen en later de massa. Daarom zullen de antwoor den van vandaag morgen misschien nauwelijks voldoen. Dit vraagt voortgaande be zinning. Noch de progressieve pio niers noch de meerderheid in de kerk mogen de tradionele of conservatieve minderheid loslaten, en er evenmin hoog hartig op neerzien. De minder heid lijdt vaak onder de into lerantie van de progressieve toleranten. De nadruk heeft de laatste jaren sterk gelegen op de daad, op medemenselijk heid en op sociale acties. Er zal voor moeten worden ge waakt dat de Woordverkondi ging niet in het gedrang komt en dat solidariteit-met-de-me- demens de solidariteit-met- God verhindert. Dat de zendingsopdracht niet tot het verleden behoort, is nu wel weer duidelijk. Maar willen we de jonge ker ken en staten werkelijk hel pen, dan zal de Kerk naast wat reeds gedaan wordt door het Wereldfonds voor christe lijke lectuur ook steun moe ten geven aan pers, radio en televisie. Wie dit alles onderschrijft moet oppassen zich niet te la ten verleiden tot een mense lijk activisme. Gods Geest waait waarheen Hij wil. Nuch ter verstand is geen substi tuut voor luisteren naar Gods Geest en Zijn Woord. Noodzakelijk is in dit alles een gehoorzaam zich laten lei den door Gods Geest, opdat wij niet door de tijdgeest zul len worden meegesleurd. Tot dusver hebben de discussies over de genezing van onze zieke democratie nog geen concrete ivsultaien opgeleverd. Integendeel. Tal van aanbevolen middelen blij ken erger dan de kwaal. Het geschop tegen ons par tijpatroon heeft niet geleid tot een heilzame vermindering van het aantal partijen, maar juist tot een verveelvoudiging van het aantal politieke doe- het-zelvers. De versplintering neemt wanstaltige vormen aan. Voor de komende Kamerverkiezin gen zijn niet minder dan 40 kandidatenlijsten ingediend, bijna evenveel als in het ranpjaar 1933. Niemand moet gek opkijken als we straks met twaalf partijen in de Tweede Kamer zitten. Zo kan het natuurlijk riet langer. Er moet iets verande ren. Dat lukt ook, maar het zal wel een kwestie va.n heel lange adem worden. In dit land is niets zo moeilijk als het opruimen van oude ver trouwde kaders. Die bezwij ken niet door ingrepen van buitenaf, maar door innerlijke zwakte. Op het ogenblik zijn ze r.og sterk genoeg om een reeks van verkiezingen te kunnen overleven. Maar het begin van het einde tekent zien af. Het zoeken naar nieuwe par- tijvormen, gevoed door een groeiende twijfel aan de juirt- heid van de bestaande, is be- Biochemici verwachten dat de mens zijn eigen evolutie zal gaan beheersen. Uit de la boratoria de tempels van de moderne natuurwe tenschap stamt het denk beeld dat de mens kunstmatig zal moeten worden aangepast aan de wereld van de tech niek. „Hoe moeten we super mensen kweken?" is de vraag, naar het antwoord waarvan koortsachtig wordt gezocht. Middelen om het lichaam en de geest beter te laten functioneren zullen van elek- tromechanische, chemische en biologische aard zijn. Het is geen vraag meer, of de mensen zover zullen komen, maar wanneer. Verwacht wordt: Het aanbrengen van plastic kunstorganen met elek trische componenten in het menselijk lichaam, tussen 1975 en 1985; Verlenging van het menselijk leven met 50 jaar door chemische beheersing van het verouderingsproces, tussen 1995 en 2023; Algemene biochemische immunisering tegen bacterie- en virusziekten, tussen 1983 en 1994; De creatie van een primi tieve vorm van kunstmatig le ven tussen 1980 en 2000; Correctie langs che mische weg van erfelijke de fecten, zodat overbrenging daarvan bij de voortplanting voorkomen wordt, tussen 1990 en 2000; Toepassing van bioche mie voor stimulering van de groei van nieuwe organen en ledematen, tussen 1995 en 2007; Gebruik van farmaceu tische preparaten, die het in telligentiepeil duurzaam ver hogen, tussen 1984 en 2015; Vergroting van intelligen tie door directe e'.ektromecha- nische verbinding tussen hersenen en een elektronisch brein, tussen 1990 en 2020. gonnen. Dat is niet meer te rug te draaien. Het jaar 1966 zal straks geen rumoerig .intermezzo, maar een wezenlijk Keerpunt blijken te zijn. Het Kan rng een generatie duren, maar op een goede dag zullen de politi ci de sprong naar nieuv/e, aan trekkelijke en duidelijke par tijverhoudingen wagen. Dat wordt bespoedigd door het proces van schaalvergro ting, waarin na ons bedrijfsle ven ook ons politieke leven te recht zal komen. Wij bedoelen dit. Tegen het jaar 2000 zulien voor ons Nederlanders de ver kiezingen voor het Europese parlement, de volksvertegen woordiging van de Verenigde Staten van Europa, belang rijker zijn dan de verkiezin gen voor het parlement van de deelstaat Nederland. De parlementaire begelei ding van een waarlijk geïnte greerde Europese politiek vraagt so wie so andere partij- vormen dan die, waarmee wij anno 1966 onze binnenlandse probleempjes trachten te be naderen. Niet bedoeld als een voorspelling maar als voor mo gelijk te houden, geven wij nu een beeld van onze cultuur in de toekomst. Daarvoor moe ten wij uitgaan van de op de linker-pagina geschetste cha os. Vrijwel alle levensterreinen zijn aangetast door een neu rose die Neumann „een soort heilige ziekte" noemt. De kunst van onze tijd, zegt hij, neigt naar een radicaal spiritualisme, een verheerlij king van de geheimzinnige heerschappij van innerlijke en buitenpersoonlijke mach ten. (Daarom is het onjuist, de ze gevoelsmatige, dus irratio nele kunst voor intellectueel te houden). De ziekte werkt niet uitslui tend negatief. Waar de chaos wordt overwonnen, duikt dat gene op wat er achter ligt: het nieuwe, dat wel komen moet. Is het ondenkbaar, dat deze vrucht van de chaos kost baarder zal blijken te zijn dan menige andere verworven heid? Misschien slaat de neuro tische kunst ons in het gezicht om ons te storten in wat Neu mann noemt het bovenmense lijk centrum, dat behalve oofsprong van veranderingen ook het centrum is voor de geboorte van het nieuwe. De verhevigde ervaring van dit bovenmenselijke dat cp zijn tijd elk patroon verbrok kelt en systemen vernietigt zal er, gelijk in de geschiede nis zo vaak is gebleken, ook straks toe leiden, dat de mens opnieuw de draad naar boven wil grijpen. Eenmaal bevrijd uit de boeien van het eigen onderbewuste, zal die mens wederom zijn God eren als een overweldigende, troost en zekerheid schenkende macht. Wij nlogen erop vertrou wen, dat het antwoord op de vernietiging van ons cultuur patroon een nieuwe opbouw zal zijn; een canon die zich wederom als een eenheid-in- harmonie manifesteert. Re den tot wanhoop behoeft er niet te zijn, indien wij besef fen, dat de mens ook met de kunst die bij hem hoort ondanks duisternis en chaos mag leven in de verwachting van de grote vervulling. Een vervulling waarheen hij on derweg is. Onze politieke partijen zou den er goed aan doen zich bij hun streven naar vernieuwing door dit toekomstperspectief te laten leiden. Wat zullen de gevolgen zijn van het op massale schaal ge bruiken van de computer, de denkende machine? Geleerden zijn algemeen van oordeel dat tussen 1970 en 1975 onderwijsmachines zullen worden toegepast. In de school van de toekomst zit ten de leerlingen rondom een elektronische leraar. De com puter zal lesgeven, en daarna zullen de leerlingen vragen stellen. De machine stelt ver volgens ook vragen; geven de leerlingen de juiste antwoor den, dan komt de volgende les aan de beurt. Verwacht wordt dat dit de gevolgen zullen zijn van het gebruik van de computer op andere levensterreinen: Artsen zullen bij het stel len van de diagnose gebruik maken van de computer, door alle mogelijke gegevens in de machine te deponeren, waar na deze een diagnose geeft; Op grote schaal zullen ver taalmachines worden ge bruikt. Zullen de menselijke tolken verdwijnen? Reeds thans worden, wel iswaar nog primitieve, com posities door computers ge maakt. Verwacht wordt dat eens computers lichte muziek en begeleidende muziek voor films zullen componeren; Sprekende, horende, ziende en schrijvende computers zul len tot gevolg hebben, dat tus sen 1980 en 1996 robots in gro ten getale worden ingescha keld als hulpen in de huishou ding, vuilnismannen en secre taressen; Automatische vliegtuig besturing; Het bestaan van een ma chine, die in staat is een IQ-test te ondergaan, en het presteert, daarbij 150 of hoger te scoren; Geautomatiseerde biblio theken; Algemene toepassing van computers ten dienste van de belastingheffing/ inning; Elektronische breinen zul len in toenemende mate poli tieke besluiten aftasten op het effect, na te zijn gevoed met alle beschikbare militaire, eco nomische en sociologische ge gevens. Wat moet er gebeuren om de vrijetijdsbesteding in goe de banen te leiden? In de eerste plaats een nieuwe stede- bouwkundige ontwikkeling, gebaseerd op een andere fi losofie in de planologie en te verwezenlijken door een sa menspel tussen overheid en particulier initiatief. Rijks zegt: „We moeten le ren in andere structuren te denken. Ingenieurs, architec ten en economen zijn de theo logen van de toekomst. Zij zul len een woonklimaat schep pen, dat rekening houdt met de mens die er moet wonen, leven. Rust en ruimte zijn de voorwaarden, die hen moeten leiden bij de bouw van nieu we woonwijken." „In het buitenland vindt men al hier en daar voorbeel den, die illustratief zijn voor een nieuwe gedachtengang in de stedebouw. In Zweden en Duitsland zijn woonwijken gesticht, waar op een kleine oppervlakte een compromis is gevonden tussen intiem wo nen en voldoende ruimte rond om de flatblokken." „De jeugd en moeders met kinderen hebben leefruimte nodig buiten de vier muren van de woning, maar dat bete kent niet, dat plantsoentjes met wat bomen en struiken daarvoor uitsluitend de acces soires zijn." De instelling van de mens ten opzichte van zijn vrije tijd zal ook veranderen. Oude ren zullen daarmee meer moei te hebben dan de jeugd. Voor het onderwijs ligt er een taak, de jonge generatie te leren le ven met vrije tijd, omdat het om levenszaken gaat. Zeker is, dat als dit facet wordt verwaarloosd, de jeugd criminaliteit, kortom de hele misdaad, zal toenemen. Daar van zijn trouwens nu reeds tendenzen waar te nemen. Dan is er het kader, dat lei ding gaat geven aan de vrije tijdsbesteding. Opleidingsinsti tuten zullen vakmensen afle veren, functionarissen, die van recreatie hun beroep heb ben gemaakt. Het medium televisie is *- na vijftien jaar de kin derschoenen nog nauwelijks ontgroeid. Maar de ontwikke ling gaat snel, veel sneller dan men aanvankelijk had verondersteld. Wat zijn de gevolgen? Op basis van jongste ervaringen kan men vermoeden, dat de instelling van het kijkerspu bliek zich in positieve zin zal wijzigen. Het wordt beter tot oordelen bevoegd en daardoor ook kritischer. Dat zal vooral zijn uitwer king niet missen op bestaande structuren in onze maatschap pij, met name de kerken en politieke partijen. Kennis van en begrip voor andere milieus dan waarin men zich altijd ge borgen heeft gevoeld zullen zonder twijfel conflicten op roepen. Kerken en politieke partij en, in het bijzonder de confes sionele, zullen hun structuren aan de veranderende mentali teit moeten aanpassen, als zij er zonder kleerscheuren wil len afkomen. Dr. Van Gorkum meent, dat zij een structuurvorming moe- Ticket naar de maan Fantasie of werkelijkheid? Geleerden in Amerika voorspellen, dat er in 2000 mensen op de maan zullen wo nen en dat er op commerciële basis naartoe zal worden ge vlogen. Dat wil zeggen, dat men op aarde een ticket zal kunnen kopen voor een retour vlucht naar de maan, waar dan uitgebreide bases zullen zijn ingericht. Men zal dan ook de beschik king hebben over ruimtevoer tuigen, die meer malen bruik baar zijn. Het bemande sta tion in de ruimte, dat deze voertuigen onderweg a.'s „hal te" zullen aandoen, zal niets bijzonders meer zijn, want dat verwacht men al in 1C70 (een station met tien man). De wetenschap zal dan ook zover zijn, iat Mars en Venus eveneens binnen bereik ko men. Wat nu nog verre toe komst lijkt, zal dan volgens de voorspellingen werke lijkheid zijn: een bemande re tourvlucht naar beide mvjoe- nen kilometers verre plane ten. Voorlopig waagt men zich nog niet aan de voorspelling of het een vluent met landing zal zijn. Maar .n ieder geval daar houden de geleerden zich aan zullen Mars en Venus dan even dichtbij zijn als de ipaan over enkele ja- ten zoeken, die mobiliteit waarborgt. Zo niet, dan zullen zij aan kracht inboeten, en wellicht hun greep op de mas sa verliezen. De invloed van de televisie zal nóg groter worden, hoewel de kijkdichtheid afneemt, als er de hele dag programma's worden uitgezonden. De kij kers, door de televisie zelf kri tischer gemaakt, gaan selecte ren. Meer dan tot nu toe zul- 'lil len zij die programma's kie zen, die hun bijzondere be langstelling hebben. Dat betekent, dat ook de te levisie zich moet aanpassen. Zij moet proberen de pas bij te houden. Het valt niet te zeg gen hoe, omdat uitspraken over andere kijkgewoonten en mensen steeds een speculatief karakter behouden en in elk geval ongeschikt zijn als lei draad voor een planning op lange termijn. Buiten kijf is, dat met name de amusementsprogramma's qua inhoud en vorm beter (moeten) worden, intelligen ter. De kijker-van-morgen neemt geen genoegen meer met lichte programma's, die op het ogenblik in vrij brede kring zekere populariteit heb ben. Betere artiesten, geschoold in de showbusiness, zullen voor de camera's de plaats moeten innemen van de onge twijfeld goedwillende „ama teurs", die thans nog zonder moeite de kans krijgen, zich op het scherm te vertonen. Er Binnen het kader van deze twee pagina's kunnen niet al le toekomstige ontwikkelingen worden aangestipt De te ver wachten doorbraak in de tech nologie in de komende decen nia toont echter fascinerende facetten, die niet mogen wor den vergeten. Hieronder volgt een greep uit de verwachtingen van 82 vooraanstaande geleerden, die hun toekomstvisie gaven in een Amerikaanse enquête: Betrouwbare weersvoor spellingen; Beperkte beheersing van het weer op regionale schaal, tegen aanvaardbare kosten; Sociale aanvaarding en gebruik op grote schaal van niet-verdovende middelen, die bepaalde veranderingen in de persoonlijkheid veroorzaken; Economisch verant woorde mijnbouw op de bo dem van oceanen; Tenminste 20 procent van de wereldvoedselproduk- tie wordt verkregen door agra rische exploitatie van de zee bodem; Toepassing van onder wijsmethoden, waarbij directe overbrenging van informatie in de hersens plaats heeft; Voortschrijding van de auto matisering in de kantoorsec tor en de dienstverlening, lei dend tot uitschakeling van 25 procent van het huidige ar beidspotentieel; Dienstbaar maken van ra dar aan blinden, door toepas sing van electronica; Geautomatiseerde uitoefe ning van het stemrecht, waar door wetgeving op basis van het geautomatiseerde ple bisciet tot de mogelijkheden behoort; Fascimile kranten en tijdschriften, die worden over geseind en afgedrukt bij de geabonneerde thuis; Internationale overeen komsten, die de gehele wereld bevolking een zeker verzor gingsniveau garanderen als ge volg van de produktiestijging door automatisering; Enkele ongeloofwaardig klinkende prognoses, die niet door alle geleerden werden on derschreven: Ontwikkeling, vanuit de geautomatiseerde communica tie, van een universele taal; Het gebruik van telepa thie gedachtenoverbren- ging in de communicatie; De opwekking van een kunstmatige schijndood van lange duur, waardoor rei2en in de tijd mogelijk zou zijn; Het fokken van intelli gente dieren voor ongeschool de arbeid; Communicatie in twee richtingen met wezens op an dere hemellichamen; Beheersing van de zwaar tekracht zullen ook meer financiële middelen op tafel moeten ko men. Alle waar naar zijn geld! De verwachting is, dat tele visie een sterke impuls wordt voor creativiteit, juist in ver band met de groter wordende vrije tijd. Zij kan, mits goed gebracht, een stimulerende werking hebben op het beoef- nen van tal van hobby's. Dr. Van Gorkum vindt de angst, dat televisie passiviteit in de hand werkt, misplaatst. Zijn overtuiging is, dat vele programma's de kijkers tot ac tiviteit dwingen. Het actieve kijken zal groter worden, als de zendtijd wordt uitgebreid. De televisie zal dan de basis leggen voor een algemene be langstelling voor tal van facet ten. Tal en last Van alle Europese landen neemt de bevolkingsgroei in Nederland het meest toe; in vijf zes jaar met een mil joen inwoners. Tegen het eind van deze eeuw wordt dit aan tal in drie jaar bereikt. Boven dien is in geen van de Westeu- ropese landen het aandeel van de beroepsbevolking in de to tale bevolking zo klein als bij Tot 1970 komt hierin weinig verandering. Tot 1970 is de aanwas van beroepsbevolking 1,3 pet. per jaar en van de totale bevolking 1,5 pet. Reke ning houdend met één jaar leerplichtverlenging neemt in vijf jaar de beroepsbevolking met 268.000 personen toe te gen de totale bevolking met bijna een milioen. De verkorting van de ar beidsduur tot 1970 bedraagt slechts 4 pet. of ongeveer een half uur per dag bij consumptiestijging per hoofd van 40 pet. in de periode 1962 tot 1970. Het produktie- ver'.ies tengevolge van werk tijdverkorting is 2,5 pet. en tengevolge van vakantiever lenging 0,5 pet. Tot 1970 stijgen de loon kosten per jaar 6 k 7 pet., wat aanmerkelijk beneden de 10 pet. blijft uit de jaren 1960-1965. Hierbij is rekening gehouden met conjuncturele fluctuaties en een minder krappe arbeidsmarkt In de loonraming zijn de sociale lasten begrepen. De overheidsbijdrage in de sociale lasten is voor 1970 be rekend op 1395 miljoen, te gen 486 miljoen in 1965. De huren gaan tot 1970 met meer dan 20 pet. omhoog. Ook gaan omhoog de prijzen van landbouwprodukten en zowel de directe als de indirecte be lastingen, waardoor in 1970 de particuliere consumptie 16 pet in prijs stijgt In 1970 zullen per jaar niet veel meer woningen worden gebouwd dan 125.000; vooral de kwaliteitsverbetering remt de toeneming af. De kwali teitsverbetering loopt op tot 20 pet. en krijgt voorrang op het aantal te bouwen wonin gen. Voor 1970 wordt een bedrag voor ontwikkelingshulp uit de algemene middelen verwacht van ƒ800 miljoen, tegen ƒ400 miljoen in 1966. Ook al is het loonkostencijfer met 6 4 7 pet. per jaar laag geraamd, dit looncijfer zal nog uitgaan bo ven de toeneming van de ar- beidsproduktiviteit, ongeacht de 16 pet. prijsstijging. De ver groting van het werkne mersaandeel in het nationaal inkomen zal gering zijn even als de stijging van de particu liere consumptie. De particu liere besparingen nemen daar entegen opmerkelijk toe tot 16 pet De film gaat in het jaar 2000 een enorme toekomst te gemoet (tenzij hij achterhaald wordt door een ander tech nisch communicatiemiddel, dat efficiënter is, maar daar ziet het niet naar uit). Immers dan zal de mens per etmaal 2 i 3 uur slapen, ge middeld 100 jaar worden en over een zee van vrije tijd beschikken. Bovendien zal het onder wijs (zowel binnen als bulten schoolverband) geheel door de film beheerst worden. Een der de deel van een mensenleven zal besteed worden aan vrije tijd en een ander derde deel aan onderwijs. Tweederde deel van een mensenleven zal dus groten deels in het teken van film staan. De filmproductie zal onvoorstelbaar toenemen. Deze ontwikkeling zal een grote vakkundigheid eisen van een enorm toegenomen aantal mensen die in en met het medium film zullen werk zaam zijn. Aan de kwaliteit van iedere film zal zeer hoge eisen worden gesteld, omdat de vergelijkbaarheid en daar mede de concurrentie enorm zal zijn toegenomen. Voor Nederland zal dit bete kenen, dat het zich zal moeten gaan specialiseren in de infor matieve film bestemd voor on derwijs, opvoeding en infor matie. De vrije-tljdsfilm (bestemd voor het amu ment) zullen we aan anderen moeten overlaten, omdat wij Nederlanders (wij bewijzen dit reeds 70 jaar lang) nu een maal niet „film-dramatisch" zijn aangelegd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1966 | | pagina 21