VRAAGTEKENS BLIJVEN H SCHOOLKLAS HAALT HET HAVENGEDRUIS BINNEN De Chinese affaire M' EINDE DINSDAG 15 NOVEMBER 1966 DOOR ONZE SPECIALE VERSLAGGEVER LINK VAN BRUGGEN HSU TSU-TSAI een omstreden dode VEERTIG tot vijftig man van de Haagse politie plus een tiental agenten van de BVD bewaken sinds de dood van Hsu Tsu-tsai de legatie. Het wordt naarmate het beleg langer duurt, te veel voor de Haagse politie. Ook de veiligheidsdienst kampt door de vakanties met gebrek aan personeel. De Rijkspolitie stuurt assistentie. De bewaking lijkt waterdicht. Maar het parool „We moeten weten wie in- en uitgaat" blijken de mannen niet steeds te kunnen handhaven. De schemering is nog niet ingevallen als tegen de avond van de negende augustus twee fotogra fen van het blad, dat aan het begin van de Haagse verwikkelingen de kans op een wereldprimeur .misliep, via nabijgelegen tuinen het legatieterrein proberen te bereiken. Peter Zonneveld en Nico Koster slagen er inderdaad in het struikgewas rond de legatie te halen. De politie ziet hen niet. De Chinezen letten beter op. De beide fotogra fen krijgen weinig kans iets te doen. Zij bevinden zich nog pas enkele minuten in de tuin, als zij plotseling zijn omgeven door zwijgzame Chinezen. Binnen de legatie moeten zij hun filmrolletjes inleveren. Zij komen met minder foto's terug dan hun collega's, die van de straatzijde af hun aan- houding vastleggen. De Haagse politie heeft, als het beleg al enige tijd duurt, een verrassing. In een officiële verkla ring wordt toegegeven dat de Chinese legatie al enkele dagen voor het incident rond Hsu Tsu-tsai werd bewaakt. Als motief geeft men dat rond 6 juli een ruit van de vitrine aan de straatkant met een steen was ingegooid. De vitrine wordt ge bruikt als uit'talkast voor Chinese propagandafo- to's. De Haagse politie zegt: „Op 13 juli 's avonds en ,'s nachts hield een politieman een oogje in het zeil. De ruit was nog steeds niet gemaakt. Overdag werd door de politie wat vaker langs gereden dan gebruikelijk." Van vrijdag 15 juli af, toen een nieuw weekein- ie was aangebroken, werd ook overdag post gevat .bij de vitrine. Het is de gewoonste zaak van de wereld, aldus nog steeds de politie-uitleg, dat een mannetje bij een ambassadegebouw postvat, als er zich een incidentje heeft voorgedaan. TIJDENS 'de dagen van het politiebeleg moet Shen Wei-liang regelmatig op het Plein komen. Om moeilijkheden met de politiebewaking te voorkomen, wordt hij na enige tijd iedere keer weer afge haald door de sous-chef van de directie kabinet en protocol, mr. D. J. M. van Thiel Covels. De eerste gesprekken lopen op niets uit. Shen Wei-li ang blijft weigeren dat de lastechnici worden ge- Van een prestigezaak kan nauwelijks meer spra- ke zijn. De Chinese diplomaat .wordt duidelijk gemaakt dat een simpele, nietszeggende verkla ring voldoende is voor de Nederlandse autoritei ten. De justitie zal genoegen nemen met een uitspraak dat men „zich niets kan herinneren". De technici zullen dat echter persoonlijk duidelijk moeten maken. Vreest Shen Wei-liang een persoonlijk onder houd tussen de leden van de lasdelegatie en de officier van justitie? Hij komt op 2 augustus met een schriftelijke verklaring van de acht lastechnici. De tekst is niet erg geschikt om de gemoederen te kalmeren en de zaak te sussen. Een dag later maakt het departement de inhoud open- „Op uitnodiging van het Internationaal Las Insti tuut werd door het Chinese Las Instituut een delegatie gevormd van negen leden, die op 4 juli in Nederland aankwam, om de 19e Conferentie van het Internationaal Las Instituut bij te wonen die in Delft, Holland, werd gehouden van 9 tot 16 juli. Alle activiteiten van de Chinese delegatie waren normaal, legaal en onberispelijk gedurende de conferentie". „Daarbuiten niet?", vraagt een verslaggever zon der commentaar te krijgen. Over de oorzaak van de dood van Hsu Tsu-tsai herinnert de verklaring van de delegatieleden aan het protest, dat China al eerder heeft overhan digd. „De feiten tonen duidelijk aan dat de dood is veroorzaakt door aktiviteiten van geheime agen ten van de Verenigde Staten en hun medeplichti gen, die hem hadden aangezet om af te vallen en dat de verantwoordelijkheid daarvan bij Hsu Tsu-tsai zelf berust. De overige leden van de Chinese delegatie hebben in het geheel niets te maken met de dood van Hsu Tsu-tsai. Het is volkomen onredelijk dat de Nederlandse regering zo ver is gegaan om dit incident te gebruiken om de overige leden van de Chinese delegatie te ver hinderen Nederland te verlaten en naar China te gaan. De Chinese delegatie eist dat in deze on rechtvaardige situatie onmiddellijk verandering komt", aldus de tekst die door de lastechnici is ondertekend. De dag nadat de verklaring binnen is, wordt Shen Wei-liang weer op het ministerie gevraagd. Hij krijgt te horen dat, „afgezien van de daarin vervatte onaanvaardbare aantijgingen, de betrok ken verklaring niet kan worden geaccepteerd als een wettelijk stuk, dat in de plaats kan treden van een getuigenverhoor". De leden van de delegatie bezitten geen diploma tieke immuniteit, zij dienen zich te gedragen in overeenstemming met de Nederlandse wet, eist het ministerie. Tevoren heeft Nederland een poging gedaan de Chinezen in een gunstiger stemming te brengen en hen tegelijk duidelijk te maken dat men niet eeuwig met het probleem wil blijven zitten. De visa van de lastechnici lopen 1 augustus af. Ze worden echter verlengd tot 4 augustus. Als de schriftelijke verklaring van de lastechni ci binnen is en door Nederland is verworpen, krijgt Shen te horen, dat de visa niet opnieuw zullen worden verlengd. „De tijdelijk zaakgelastigde is erop gewezen dat de leden van de delegatie dus moeten vertrekken en dat zij z'ch daarbij zullen hebben te onderwer pen aan alle bepalingen van het Nederlandse recht. Dit houdt in dit geval in een getuigenver hoor en daarnaast vanzelfsprekend paspoortcontro le en douane-visitatie", zegt een na afloop verstrekte mededeling van buitenlandse zaken. ET politieke overleg in Den Haag over I de Chinese affaire komt na dit incident Lover de verklaring pas goed op gang. Het is eigenlijk moeilijk uit te maken welke minister de verantwoordelijke beslissingen moet nemen. Minister Luns is nog altijd met vakantie. Premier Cals en minister Von deling (financiën), die hem hebben waargenomen, hebben eveneens de Chinezen de Chinezen gelaten en zijn naar hun vakantieadres vertrokken. De enige vrijgezel in het kabinet, minister Diepen horst (onderwijs en wetenschappen), neemt naast vele andere ook de portefeuille van bui tenlandse zaken waar. Hij heeft regelmatig tele foongesprekken met de vakantiegangers. Hij stemt zonder aarzelen toe, als de Kamercom- missie voor buitenlandse zaken een gesprek met hem wil hebben. De bewindsman vraagt ook mr. Max van der Stoel aanwezig te zijn. De waarnemend voorzitter van de commissie, mr. H. K. J. Beernink. geeft nog, voor de commis sie bijeenkomt, in een radiogesprek zijn persoon lijke mening. Een ongebruikelijke gang van zaken. Hij zegt dat Nederland de diplomatieke betrekkin gen met communistisch China niet moet verbre ken. De commissie kan de regering geen opdrach ten geven hoe men moet handelen, alleen sug gesties. Enkele Kamerleden maken zich bezorgd over de trage ontwikkelingen. Zij vragen zich af, of de zaak nog wel gesust kan worden nu zij zo in de publieke belangstelling is gekomen. In de eerste week van het beleg van de legatie zijn duizenden mensen een kijkje komen nemen. Een reisbureau, dat avondtochtjes langs „duister en avontuurlijk Den Haag" organiseert, last in het programma een rit over de Adriaan Goekooplaan in. De politie stelt aanvankelijk een wachtverbod in om de belangstelling wat in de hand te kunnen houden. Later wordt de laan rigoreus afgezet. Minister Diepenhorst maakt de Kamercommissie duidelijk dat de Chinezen zelf niet bereid zijn de zaak te schikken. Men maakt zich zorgen over de positie van de heer Jongejans, die nog altijd in Peking zit. Na afloop van de commissiebijeen komst leest mr. Beernink, met de onafscheidelijke sigaar in de hand, een weinigzeggende verklaring „De commissie sprak haar verontrusting uit over het optreden van de Chinese vertegenwoordi ging hier te lande. De commissie stelde zich achter het tot dusver door de regering gevoerde beleid. De hoop werd uitgesproken dat wederzijds over leg uiteindelijk toch tot een oplossing in de gere zen conflictsituatie zal leiden". Uit de laatste, met zware stem, voorgelezen zin. blijkt dat de commissie inderdaad nog helemaal niets voelt voor het verbreken van de diplomatie ke betrekkingen. Het moet een uiterste maatregel blijven. Ook in handelskringen verzet men zich tegen een mogelijke diplomatieke breuk. De Neder landse zakenwereld met voorop de Centrale Kamer voor Handelsbevordering doet al gerui me tijd pogingen om de zakelijke relaties tussen communistisch China en Nederland uit te breiden. Voorlopig tevergeefs. Wat tot 1966 gebeurt, is, zakelijk gezien, niet bijster interessant. De wederzijdse handel haalt nog geen jaarlijkse waarde van negentig miljoen gulden. Nederland importeert als belangrijkste produkt uit China olienootjes. Uitvoerprodukten zijn kunstmest, textiel en machinerieën. Ook klei nere schepen worden in Nederland voor Chinese opdrachtgevers gebouwd. Meer perspectief zit. er in de mogelijkheid dat Nederlandse bedrijven op grotere schaal dan al gebeurt mee gaan werken bij de opbouw van de Chinese chemische industrie. Peking toont zich voorlopig niet al te belangstellend. In 1965 is een Nederlandse handelsmissie op bezoek geweest in het Gele Rijk. Peking belooft een nieuw han delscontract. Nederland hoort echter niets meer. Op vragen geeft de zaakgelastigde in Den Haag een ontwijkend antwoord. „De tijd is nog niet rijp" is een van zijn vage commentaren. IfXfi L flakkert de hoop op dat eindelijk eind kan komen aan de zich voortslepen de situatie. Buitenlandse zaken leidt dit af uit de ogenschijnlijk wat toegeeflijker houding van Shen Wei-liang, die zowaar een uur lang op het ministerie blijft praten zonder te vervallen in de geijkte formele uitspraken. De hoop verdwijnt weer snel als Shen niets meer van zich laat horen. Bij zijn terugkomst vertelt minister Luns van een „rustige en waardige vakantie" in Italië te hebben genoten. Hij voegt er aan toe dat, wat hem betreft, voorlopig niet valt te denken aan het verbreken van de diplomatieke betrekkingen met China. Twee etmalen later heeft minister Luns zelf een gesprek met de tijdelijke Chinese zaakgelastigde. Minister Luns eist dat de heer Jongejans onmid dellijk in staat wordt gesteld Peking te verlaten en naar huis terug te keren. „Sedert onheuglijke tijden hebben alle naties de onschendbare status van diplomatieke vertegenwoordigers erkend", zegt de Nederlandse bewindsman. Later eist ook hij dat de Chinezen zich moeten houden aan het Nederlandse recht en een getuigenverhoor moeten ondergaan. Shen Wei-liang valt terug in zijn formele hou ding. „Ik moet wachten op nadere instructies uit Peking", zegt hij. Daar blijft het vooralsnog bij. De instructies laten lang op zich wachten. De belangstelling aan de Adriaan Goekooplaan is dan al verflauwd. Het merendeel van de journalisten heeft de wacht opgegeven. De enige belangstel lende die nog wel eens komt kijken, is Bruno, de hond van premier Cals. die onder de hoede van de Koninklijke Marechaussee op het Catshuis, dat tegenover de legatie ligt, is achtergebleven. FRANZ SCHUBERT schreef zyn „Un- vollendete"; ook de Chinese Affaire heeft zoiets. Eigenlijk moet er geschre ven worden dat de verwikkelingen rond het Poolse gifgas en zijn formule verwikkelingen, die op zichzelf als ingewikkeld kunnen worden gekenschetst, maar die de draden hebben gesponnen van de grootste spionagezaak, die zich ooit op Nederlandse bodem heeft af gespeeld op een aantal vraagtekens uitgelopen zijn, waarvan de meeste voorlopig wel niet kun nen worden uitgevlakt Hierbij wordt niet in de eerste plaats gedoeld op het taaie politionele beleg van het Chinese le gatiegebouw in Den Haag, en in de geschiedenis van het Corps Diplomatique voor een nog nooit eerder voorgekomen incident zorgde. Evenmin op de gijzeling van de Nederlandse zaakgelastigde in Peking, de heer G. J. Jongejans, die door de Chi nezen als een persoonlijke borg werd beschouwd voor de veilige en ongemoeide terugkeer van de acht, op exterritoriaal terrein verstopte collega's van ir. Hsu Tsu-tsai. De vraag, die alleen Polen. China en misschien thans ook Rusland kunnen beantwoorden, is, of Peking alsnog in het bezit gekomen is van het door de CIA gekaapte strijdmiddel, dat voor de Amerikanen van zulk een groot militair-strate gisch belang was. Aangenomen mag worden dat Warschau, of al thans prof. dr. Stanislaw Rutkowski, tenminste de moeite genomen heeft de formule van het gifgas en de daarbij behorende berekeningen te ko piëren. Er mocht op het moment, dat de CIA toesloeg, dan wel geen tweede capsule met deze vernietigende materie hebben bestaan, het zal wel licht niet onoverkomenlijk zijn geweest het gas opnieuw te produceren. Een andere vraag is, wie de documentatie even tueel heeft gehanteerd Het is in ieder geval niet Rutkowski geweest, want die bevindt zich in... Amerika. Half augustus, ongeveer een maand na de tragische dood van Hsu Tsu-tsai, heeft hij de Verenigde Staten bereikt op een manier en langs een weg, waarvan de CIA de architectonische vormgeving heeft verzorgd, en die in de archieven van Langley als een groot geheim worden be- Niet bekend is ook, of de Poolse geleerde vrijwil lig overgelopen is, of gekidnapped werd, en of hij, zo het eerste juist is, uit ideële of materiële motie ven gehandeld heeft. Hoe het ook zij, de CIA heeft op zijn gele en rode tegenstanders een overwinning geboekt, die er zijn mag. De uitvinding en ook de uitvinder bevinden zich nu aan de andere kant van de politieke scheidslijn, die over de aardbol loopt. Een gifgas met een vernietigende uitwerking, door prof. dr. Stanislaw Rutkowski in Polen uitgevonden, is voor de Amerikaanse inlichtingen dienst, de CIA, aanleiding alles op alles te zetten om dit in een oorlog belangrijke strijdmiddel in handen te krijgen. De CIA doktert een gewaagd operatieplan uit, waarbij een belangrijke functionaris van de Chinese geheime dienst, dr. Sun, wordt inge schakeld, een dubbelspion, die tegen een hoge beloning ook voor de Verenigde Staten werkt. Ir. Hsu Tsu-tsai, wiens raadselachtige dood op 17 juli j.l. in Den Haag aanleiding werd tot een langdurig beleg van het Chinese legatiegebouw, wordt door dr. Sun bena- beleg van het Chinese legatiegebouw, wordt door dr. Sun bena derd om in Nederland, tijdens het Internationale Lascongres in Delft, „een pakketje" aan een CIA-agent te overhandigen. De in genieur, die een groot deskundige is op het gebied van de Chinese lastechniek, heeft toch al het plan over te lopen. Voor het dubbele van de aanvankelijke omkoopsom, die een miljoen dollar bedraagt, toont hij zich bereid deze extra dienst te bewijzen. Als het gas en de formule Hsu in handen zijn gespeeld, begint deze te marchan deren. Hij geeft voorlopig alleen het gas af. Als Peking besluit ter extra bewaking van de negen lasdeskundigen een speciale Tong- ploeg naar Nederland te sturen, ziet de ingenieur geen kans meer het microfilmpje, dat nog altijd in zijn bezit is, op de bestemde plaats te krijgen. De bom ontploft, als Peking een paar dagen later besluit het door dr. Sun uitgedachte operatieplan te wijzigen, en tot de conclusie komt dat de Polen hei gas en de formule niet nieer in hun bezit hebben. Dr. Sun neemt de benen en vraagt politiek asiel aan bij de Amerikaanse ambassade in Damascus. Hsu ziet op 't laatste moment kans het microfilmpje aan een CIA-agent te over handigen, doch bekoopt deze daad tenslotte met de dood, waar een pnti/jring uit het Rode Kruis Ziekenhuis aan voorafgaat. De Chi nese zaakgelastigde in Den Haag wordt tot persona non grata ver klaard. Hetzelfde gebeurt met de Nederlandse zaakgelastigde m Peking, doch deze blijft gijzelaar zolang de acht technici, die op last van de Haagse officier van JHstl»e moeten worden gehoord, niet naar China zijn teruggekeerd. Er ontstaat veel rumoer in de Residentie, terwijl Peking en Den Haag elkaar over en weer beschuldigen De vorige afleveringen van deze geromantiseerde serie werden respectievelijk op 30 augustus ge plaatst. op 2, 7, 13, 22, 27 en 30 september, zomede op 5, 12, 18 en 25 oktober en 8 november. De artikelenreeks is als boek verschenen bij de N.V. Periodiekenpers te Apeldoorn. Een internationale spionage-operatie, die onver wachte diplomatieke konsekwenties voor Neder land kreeg, werd tot een goed einde gebracht. Ook het over oorlog en vrede beslissende chemische evenwicht kon worden bestendigd. Copyright Het Kwartd/N.V. Periodiekenpert Oren en handen helpen de ogen (Van een onzer verslaggevers) TN EEN RUIM, licht klasse- X lokaal klinken drukke ha vengeluiden vrolijk op: ge roep, watergeklots, het pie pen van een hijskraan, het driftige gehakkepuf van een kleine sleepboot, het geknars van lieren. Op de lessenaars liggen landkaarten in reliëf met de route van de Rijnvaart, rus- tig-tastende kindervingers schuiven er overheen. De hoofden zijn aandachtig op geheven: tastzin en gehoor brengen hen in de haven, waar de aken worden gelost. Dit is een klein staaltje van het mo derne onderwijs aan blinde kinderen. De duidelijke kaarten geven een helder idee van de route, die het schip vaart en heel die route wordt begeleid door een schat van echte geluiden, die de verbeelding stimuleren. Die geluiden komen van banden, welke de school betrekt van de Ned. Radio Unie. die er zo'n rijk geluidenarchief op nahoudt. Dat is wel heel iets anders dan het vroegere onderwijs kon bieden. Er is nog veel meer veranderd: geen kind zit meer met een speld moeizaam het brail leschrift te prikken: elk heeft zijn ei gen kleine schrijfmachine die via enke le toetsen gemakkelijk kan worden be- Het moderne schoolmeubel. waar naar heel lang is gezocht en waarvoor veel geëxperimenteer nodig is geweest heeft een wentelbaar bovenblad: met een enkele handbeweging wordt het ge draaid en de kleine machine komt bo ven dan wel verdwijnt weer. Terzijde van het meubel zijn flinke vakken aan gebracht waarin de grote braille-leer- boeken kunnen worden weggezet. Even glijdt de hand langs de rug van het boek en de titel wordt „gelezen". Geen zorg ook meer voor de moeiza me vermenigvuldiging van leer- en leesboeken: een machine zorgt daar voor. We zien het allemaal in Bar- timéus, het Chr. Instituut in Zeist, waar een deel van het Kinderpostzegel- geld deze en andere nieuwigheden die het onderwijs zozeer ten goede komen, heeft heipen verwezenlijken. U hebt er geen idee van, hoe juist binnen de ihrichtingen en scholen voor gehandicapte kinderen altijd maar weer verder wordt gezocht naar verbe terde onderwijsmethoden. Misschien denkt u nog, dat uw bijdrage aan de Kinderpostzegelactie betekent 'dat er speelgoed of andere attractieve dingen worden gekocht. Misschien gebeurt dat wel eens in een huis voor kleine kinderen, want ook speelgoed is van groot belang in een kinderleven, maar over het ge heel genomen helpt u het onderwijs bevorderen, het gebrek waaraan een kind lijdt voor een goed deel uit te schakelen doordat het op andere wij ze vaardigheid aanleert, helpt u mo derne behuizingen bouwen voor dui zenden kinderen, die om een of ande re reden niet thuis kunnen zijn. Dat klinkt wel eventjes anders en wij zouden willen dat u eens kon mee gaan op de jaarlijkse kleine reizen door het land, die wij voor u maken tegen de tijd dat de Kinderpostzegels weer aan de markt komen. Dan zoudt u goed begrijpen dat u eigenlijk niet klaar bent met die een voudige bestelling welke u deed. toen dat schoolkind bij u aan de deur kwam met die invul-enveloppe. Gelukkig: de kans om wat méér te ge ven (want het geld, de broodnodige mil joenen waarop met verlangen door zo veel inrichtingen-en instellingen wordt gewacht, moet met een paar centen toeslag op elke zegel bij elkaar ko men!) is er: van nu af staan de post kantoren weer klaar, om u de Kinderze gels en -kaarten te verkopen. Vergeet u dat niet: die paar centjes extra kunt u bepaald wel missen! Voor later Maar er is meer. U weet allang dat een blind kind niet meer naar school gaat om een klein beetje te leren en dan verder te vegeteren op kpsten van en door liefdadigheid van de maatschappij. Een blind, evenals een op andere wijze gehandicapt kind gaat naar een speciale school omdat het bij zonder onderwijs nodig heeft: hem of haar moet de leerstof op eigen wijze worden bijgebracht. Dat mag in het begin het tempo wat vertragen, maar als de eerste obstakels zijn overwon nen kan er gewoon verder worden ge leerd. Lange tijd is dit goed gegaan. Bepaal de beroepen stonden voor blinden en andere gehandicapten open. Maar de maatschappij verandert. De blinde ma chine-bankwerker wordt langzamer hand overbodig, omdat dit werk hoe langer hoe meer vol-automatisch gaat en een ingewikkelde grote machine be dienen is niet geschikt voor een niet-ziende. De mechanische administratie, waar in de blinde zich kan thuisvoelen, wordt meer en meer door de computer overgenomen. Zo beginnen er plotse ling beroepen te vervallen en moet men dus gaan uitzien naar andere werkzaamheden, die een blinde kan doen. Dit eist vele onderzoekingen, dit vraagt ook het instellen van nieuwe opleidingen en een oriëntering op de blijvende kansen bij het bekwamen tot nieuwe beroepen Is het voor iemand die de normale beschikking heeft over lichaam, ledema ten en zintuigen, al een harde te genslag als hij na ernstige studie geen emplooi meer kan vinden, voor een ge handicapte. die met ongelooflijke inspanning zijn studietijd heeft vol tooid is het een ware tragedie wanneer daarna blijk» dat zijn beroep aan 't uitsterven is. Bijna wreed De samenleving mag door de voortdu rende tempoverhoging, mechanisatie al lerwegen motorisering van het verkeer enz. hard zijn voor de mens, voor de gehandicapte mens is zij bijna wreed. Denk bijvoorbeeld eens aan het ver voer van een blinde of zeer slechtzien de door het moderne verkeer! Hoe komt hij of zij mee, hoe raakt men snel genoeg uit de weg? Al deze dingen moeten worden bestu deerd in durend researchwork. Ook dat kost eeld en dat haalt men echt niet uit de kosten die voor huisvesting, ver zorging en opleiding zijn gepland en nauwelijks worden vergoed. 'U ziet, wat er al voor één richting in het uitgebreide kinderbeschermings- werk nodig is en u weet, dat er tiental len richtingen zijn. We hebben nog niet eens gesproken over het feit, dat er steeds beter ge zorgd wordt voor het slechtziende kind, dat niet op z'n plaats is in het blindeninstituut, omdat de gezichts- resten nog kunnen worden uitgebuit en met allerlei hulpmiddelen waar onder niet alleen de verhoogde lesse naar bij het lezen wordt begrepen, maar ook het zich gemakkelijk leren bewegen door het vrijuit beoefenen van volksdansen, om maar eens iets te noemen. Er zijn voor deze kinderen, die een normaal verstand hebben maar op de gewone lagere school achterblijven om dat zij niet op het bord kunnen zien en niet snel genoeg vorderen met lezen en schrijven, enkele heel goede interna ten, maar in feite zouden er overal streekdagscholen voor hen moeten zijn. Slechtziende kinderen worden al te gemakkelijk ten onrechte voor „dom" versleten als zij op gewone scholen zijn, louter en alleen om dat zij geremd worden door een lichamelijke handicap. Dat geeft thuis of lastigheid of oververwen- nerij... en niemand is daarmee ge baat, Het kind zelf 't allerminst. Wensdromen Menig slechtziend kind, dat door spe ciaal onderwijs gewoon heeft kunnen leren en studeren, behoeft later nooit te laten merken, op een aparte school te zijn geweest: het kan normaal mee in de maatschappij. Veel meer dagscholen... ze zijn nog een wensdroom van de kinderbescher ming. Maar ze kunnen werkelijkheid worden... als de beurzen opengaan. Het overal hooggewaardeerde Kinderpost- zegelgeld helpt daarbij... en ja,dat moet van u en van mij komen. Dit jaar gaat de veertigste Kinder postzegel uit. In allerlei waarden. Koop ze... en stem in met de blijdschap over dit jubileum ('oor er flink wat extra te kopen. Ze blijven immers een heel jaar geldig! POTTER'S CATARRH PASTILLES Alleen bij apothokcis on drogisten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1966 | | pagina 9