Mevrouw Van Brakel zoekt meisjes thuis op GEHANDICAPTE KIND MOET LEREN SPELEN BLAD ZIJ dialoog dialoog dialo ZATERDAG 8 OKTOBER 1966 Mevrouw T. van Brakel-de Goey, voor haar huwelijk maatschappelijk werkster, con stateerde als lerares aan de christelijke huishoudschool aan het Ericaplein te Rot terdam, dat veel van haar leerlingen om het minste of geringste spijbelden. Die kinderen, die meestal jong trouwen, doen zichzelf tekort, vond zij en ze besprak haar plannen met de directrice van haar school. Het bestuur der Vereniging Nijverheidsscholen voor meisjes in Rotterdam liep met dezelfde gedachte rond. De directrices vonden: iemand moest de oor zaak achterhalen van schoolverzuim en moeilijk han teerbaarheid van een leerling. Wat zijn de achter gronden? Daar kom je alleen achter, als iemand thuis gaat praten bij de leerlingen. Per 1 september 1964 kwam mevrouw Van Brakel in dienst bij de Vereni ging Nijverheidsscholen voor meisjes. in een onderkomen in Crooswijk, den doorbrengen in flat de naam „huis" niet meer voor sociale jeugdzorg. Daar kverdient. „Het gaat tegenwoordig komt ze in een vrije ge- best met Beppie", prees ze. De meenschap. Er wordt een sterk De school heeft een winkel met toonbank, kassa en etalage. Hier leer je in- en verkopen. taak de leerlingen zo goed moge lijk toe te rusten op de maatschappij." :uigen en nagelbijten.." „Waarom zich in sport, spel, handenarbeid en kunst ontplooien zonder de (soms loodzware) last van het gezinsleven. Ook aan de gods- je ze niet eens drie maan- flen uit?" vroeg zij aan het zorge- Ujke vrouwtje meteen de ver- m- antwoordelijkheid voor dat uit- dienstige vorming wordt aan gaan bij de moeder suggererend, dacht besteed. io- „Zorg ik wel dat het voor me- Mogelijk dat dit meisje straks de kaar komt." Ze spreekt hun taal terugkomt op school en de ver iet en heeft vertrouwen, dat is duide- volgopleiding kiest waaraan ze in iit- tijk. Beppie, die gedragsmoeilijk- haar latere leven onnoemelijk en beden heeft door moeilijke veel plezier zal beleven. Trou- Bij onze kantoren verkrijgbaar: Supplement 7 is uit! een vijfbladig patronenset maten 36 t/m 48 éénmaal kopen, verder kijken ƒ2,50 mapje met uitleg en patronen, rokken, pantalons, avondkleding supplement elk 35 modellen nrs. 2. 3. 4, 6. en 7 per stuk 1,45 kinderpatroons met uitleg: leeftijd van uw kind is maat 4,— Geef bU bestelling de maat op! Ontvangst na storting op giro 39639 t.n.v. Dagblad De Rotterdammer te Rotterdam. Op het strookje: afd. Service, dan wel na betaling bij het bur. v. d. blad. wens, het is gezellig op school! Er is een echt winkeltje met kas sa, toonbank en etalage, waar je leert inkopen en verkopen. Er is ook een kinderkamer waar je peutertj es leert verzorgen. Klein behuisd Neem nu die dikke tiener, waar op schooi niets mee te be ginnen was. De AVO-vakken wa ren goed, de pralktijkvakken slecht. Mevrouw Van Brakel ont dekte, dat ze thuis veel te klein behuisd waren. Een test wees uit dat het meisje goed meekon. In samenwerking met de school arts zorgde de maatschappelijk werkster, dat het meisje een jaar naar „Kamp Valentijn" in Nunspeet mocht. Daar krijgt ze een opleiding Algemene Vrouwe lijke Vorming van de stichting IVIO. De geslaagden kunnen te recht in verzorgende beroepen, waaraan een schreeuwend ge brek is. Zonder deze vorm van bijzonder jeugdwerk kwam dit meisje waarschijnlijk in een on geschoold beroep met alle aankle ve van dien. In opdracht vragen of er iets met hun kind is gebeurd. Je moet bij de entree op je eigen intuïtie afgaan. Overi gens zorgen bestuur en directri ces van de zes scholen voor een prettige samenwerking. Heeft een meisje aanpassingsmoeilijk heden in de groep, dan volgt een klassegesprekje. Zes, zeven vin gers gaan de lucht in bij de vraag: Wie gaat Nellie, die het niet zo leuk vindt in onze klas, vanmiddag halen? Dit kweekt saamhorigheid. Verlengstuk Mejuffrouw G. C. J. Geel (di rectrice derde Nijverheidsschoöl voor meisjes in de Schin kelstraat, hartje Crooswijk): „Ik vind het schoolmaatschappelijk werk een belangrijk verlengstuk van de school. De tendens bij de huidige jeugd is gauw verdienen en opmaken. Weet u, ik vind de lessen van belang, maar het aller belangrijkste is of de leerling een behoorlijk mens in de maatschappij wordt. Onze ad junct deed vroeger dit soort huisbezoeken. Er is een zekere drempelvrees bij de ouders om zélf naar de school te gaan, daar in zijn de ouders vaak te slap. Trouwens, een maatschappelijk werkster is niet alleen hier no dig, die zou op een middelbare school evenveel werk hebben. Ik hoop dan ook, dat deze begelei ding, die niet gesubsidieerd wordt, in de toekomst wél subsi die krijgt. Het zit er in, dat de leerplicht verlengd Wordt. Dan komt er nog meer werk aan de winkel, het verzuim zal toene men, want snel en gemakkelijk verdienen zonder persoonlijke prestaties is een tendens van de hedendaagse jeugd. Het is onze Eigen middelen Het bestuur is bijzonder geluk kig met zijn maatschappelijk werkster. Sec-etaresse mevrouw M. M. gravin van Hogen- dorp-Van Hoytema: „Meestal gaat het om meisjes die op school of thuis in een of andere conflict-situatie zijn geraakt, zich manifesterend in schoolver zuim, leermoeilijkheden, rela tiestoornissen met leerkrachten of leerlingen. De directrices wor den hierdoor nog beter in staat gesteld de ontwikkeling en de op voeding van de meisjes zo gunstig mogelijk te beïnvloeden. Onze vereniging bekostigt me vrouw Van Brakel uit eigen mid delen..." Nazorg Na drie jaar schoolmaatschap pelijk werk ontstaat er ook enige nazorg. Er zijn pupillen die naar de maatschapplijk werkster stappen met de vraag „juf weet u geen baantje voor me?" In zeer veel gevallen kan de maatschap pelijk werkster dan weer verwij zen naar hulpverlenende instan ties. Trouwens, ik kan dit werk niet alleen af, zegt mevrouw Van Brakel. „Er is een goede samen werking met de schoolartsen, de zedenpolitie, zuster Haayer, inter naten en kampen, arbeidsbureau en maatschappelijk werk. Cij fers? Moeilijk te noemen. Wie kan het effect berekenen van een stevig duwtje in de rug van een jong meisje, dat in het zicht van de haven dreigt te stranden?" In Parijs werd dit jaar het vijfde congres gehou den van ICCP (International Council for Childrens Play). Ook Nederland was hierbij vertegenwoordigd, naast deelnemers uit dertien Europese en twee Zuid- Amerikaanse landen. Onderwerpen waren: Het on derzoek naar de betekenis van het spel voor het kind in het algemeen en voor het gehandicapte kind in het bijzonder, de spelmogelijkheden voor het ge handicapte kind, de voorlichting aan ouders van ge handicapte kinderen. Spel en speelgoed hebben reeds hun functie in de therapie. Ook het veelzijdige vrije spel dient bevorderd te worden. Spe len is een noodzakelijke voor waarde voor de ontwikkeling. Spelen met goed speelgoed, kan de ontwikkeling bevorderen, daarom is speelgoed erg belang rijk. Aan het spelen van gehandi capte kinderen thuis zowel als in de inrichting werd tot nog toe te weinig aandacht geschonken. On derzoek en voorlichting zijn daar om dringend noodzakelijk. De In ternational Council for Childrens Play acht deze arbeid van onder zoek en voorlichting een zaak van menselijkheid en geestelijke volksgezondheid. Juist het gehan dicapte kind heeft recht op bege leiding op de moeilijke weg naar de volwassenheid. Hulp binnen het kader van zijn persoonlijke mogelijkheden is nodig om tot levensvervulling te komen. Spe len is een onontbeerlijke factor op weg naar dit doel. De Nederlandse werkgroep voor Spel en Speelgoed had een eigen inbreng. De groep, die res sorteert onder K. en O., gaf een poging tot analyse van de elemen taire spelontwikkeling en een in ventarisatie van mogelijkheden en aanpassingen ten behoeve van lichamelijk gehandicapten. Het gehandicapte kind maakt in prin cipe hetzelfde ontwikkelingspro ces door als het normale kind. Om er achter te komen wat we het gehandicapte kind voor spel mogelijkheden kunnen bieden, nodig voor zijn ontwikkeling, grijpen we terug naar de elemen taire spelontwikkeling van het normale kind. Juist het gehandicapte kind heeft recht op begeleiding op de weg naar volwassenheid. /AP DIERENDAG stond ik bij yJ mijn slager in de winkel ach ter negentien anderen. Dat gaat zo als de slagers op maandag sluiten. Wacht, dacht ik. ik neem in ieder geval voor twee keer, dat kan best waar zijn de tijden dat „me vrouwen" een slager voor een onsje biefstuk einden lieten fietsen? En natuurlijk nam ik toen ook twee porties voor de hond. dacht. Snel een opkomend schul gevoel (waarom eigenlijk?) smo rend in de fraaie gedachte, dat we nooit anders hebben gedaan dan dolveel houden van onze dieren in het bijzonder en van alle andere dieren in het algemeen, repte ik mij naar huis. En zowaar, toen Ik de spinazie schoonmaakte, zag ik precies op tijd een lieveheersbeestje. Dat dier- tje is dus gered. Had ik het niet gezien, dan was het gekookt, ook al goed, niemand die het merkt. Het een of het ander, maar nu. door die dierendagbeweging, had ik een fijn gevoeL HIERAAN moest ik de Volgen de morgen denken, toen de en velop met post van de krant kwam en iemand me vroeg: is het niet dikwijls zo dat we iemand ongewild kwetsen? Buurvrouwen bijvoorbeeld, al zijn we ons yan niets bewust? Is dat wonen op een portiek en samen vriendin worden, zoals u het laatst beschreef, niet onvermijdelijk het wegstoten van anderen? Kijk, nu doet u hetzelfde als ffc met dierendag. Dat komt door mij. Als ik niet zo lyrisch over vriendschap gesproken had. had u geen misplaatst schuldgevoeL Ik maakte er zo iets moois van en dat IS het dat ieder zich wel even „minder" zal moeten voelen, ik zelf incluis: want van onze beste momenten en onze ideale vriendschappen maken wij onze geschiedenis, ongeacht of die er in ïitziet. Wenken voor uw fornuis Wat vreselijk hè, om na een middag bakken de oven nog eens goed uit te doen. Gelukkig geeft ook hier de spuitbus raad: sinds enige tijd kunt u bij uw drogist een spuit bus met de fraaie naam: „Drie minuten ovenreiniger" kopen voor de somma van drie gulden en vijfennegentig cent. Even spuiten en uw oven is weer vetvrij, het schuim laat geen geur na en is onschadelijk voor de huid. Het kan ook wor den gebruikt voor andere vetge- worden fornuisonderdelen, maar kart beter niet in aanraking ko men met aluminium en verf. En dan dat gezin met elf kinde ren, waaronder een tweeling. Ze hadden het er niet breed. Moeder moest naaien voor bijverdienste en hield het dochtertje thuis om te helpen. Na bezoek van de schoolmaatschappelijk werkster ging de tweeling de hele dag naar een kinderkamer van de nij verheidsschool: het dochtertje volgde de gewone lessen, daar was het hele gezin mee gebaat Annie van 15 ging van school af en kreeg veel te verantwoorde lijk werk in een bejaardentehuis. Daar was zij niet op de juiste plaats! Toen mevrouw Van Bra kel bij een bezoekje zei: „Meid, haal je rapport eens", bleek dat net kind dolgraag kinderver zorgster had willen worden. Het kwam voor elkaar. Want moe ders vinden het heerlijk om over hun kinderen te praten en niet zelden kan mevrouw Van Brakel inzicht geven in de gezinsproble- matiek. „Het gaat om het kind," zegt ze. Overigens ga ik alleen in opdracht van de directrice. De ouders stellen de belangstelling van de school zeer op prijs. Ik ondervind nooit: juf, waar be moei je je mee? Het is behoed zaam werk. Als je bij de ouders aanbelt, schrikken ze soms en Lezeressen die deze we ken gaan verhuizen kun nen misschien nog wat leren van de ervaringen van vele „doorgewinter de" briefschrijfstars die ons ook deze keer niet met hun brieven in de steek lieten. Allereerst geven wij het woord aan mevrouw V. te G.: „Een eerste voorwaarde voor een goede verhuizing is een goede verhuizer. Ik herinner mij nog een verhuizing van mijn ouders, waarbij een kist met serviesgoed van een bal kon viel; de verhuizers had den hem niet kunnen houden. Scherven brengen geluk, maar of deze scherven geluk brachten weet ik niet, of het moest het grote geluk zijn dat er geen mensen bij gewond werden. Onze grootste verhui zing was van het Westen naar het Oosten, gelukkig kwamen wij in een nieuw huis, zodat tevoren vloerbedekking ge legd kon worden en de gordij nen opgehangen. Mijn man heeft een 3Chaalindeling ge maakt van de voornaamste meubels en van het huis. Te voren bekeken wij waar wij de meubelen het best konden plaatsen. Alles wat wij niet konden gebruiken bleef ach ter; familie en vrienden kon den zoeken of zij er iets van wilden hebben. Wij wilden nl. niet direct van de zolder een ,.rommel"-zolder maken. Wij lieten het serviesgoed door de verhuizers inpakken, van te voren hebben wij wel prijsop gaaf gevraagd om achteraf niet al te erg te schrikken. De dag tevoren de kisten inge pakt, de dag zelf vroeg begon nen en om drie uur zaten wij in het nieuwe huis thee te drinken. Onze verhuizing was echt geen ramp. Zorg wel voor een goede stemming on derling, verzorg de verhuizers met koffie of thee en niet te Bejaarden „Als naaister van het Her vormde Rusthuis te V. wil ik u schrijven over de verhui zing van onze zesenveertig be jaarden naar een heel nieuw bejaardencentrum", schrijft mejuffrouw E.W. tc V. „Er wa ren in ons oude huis ge meenschappelijke zalen, nu kreeg ieder een eigen kamer. Maar lang niet iedere oudere kon nieuwe meubelen aan schaffen, dus moesten meube len uit het oude huis gebruikt worden. Er waren dan ook veel stoelen en kastjes die de laatste weken van labels oor zien waren met het nummer van de desbetreffende kamer. Per dag zouden er zes bejaar den verhuizen. Het was ont- mevrouw A. de B. te L. „Wel heb ik intussen ontdekt dat overal weer andere, hartelijke mensen te vinden zijn, mis schien een troost voor hen die dit verkassen nog niet eerder meemaakten. Ja, door Kerk, vereniging, school, sportclubs van de kinderen heb je gauw weer een nieuwe vrienden kring gevonden, wat 't meest noodzakelijk is om het zich „vreemd" voelen kwijt te ra ken. Bijzonder trof ons ook het welkom namens de kerk, uitgedrukt in een fleurig bloe metje en een bijzonder prettig en verhelderend gesprek met degene die het kwam aanbie den..." (Lijkt ons een uitne mend idee voor alle andere kerkeraden om zo de nieuwe leden welkom te heten). Veel hulp Mevrouw B. tc K. zag Een oude dame stond voor ons huis en zei: „Is dat nu ens huis, wèt een voorrecht hier te mogen wonen!" In ten week was de verhuizing vol tooid. De laatste dag ging de ziekenafdeling over. Ons huis heeft ook vijftien echtparen- flatjes, waarvan de slaapka mer door een glazen wand gescheiden is van de woonka mer. Daar heeft de eerste nacht het glas gerinkeld door dat de heer des huizes er met een stoel doorheen ging...," T roost „Enkele malen reeds zijn wij nu verhuisd, maar elite keer heeft misschien de vrouw toch het meeste moei te met het loslaten van fami lie en goede vrienden," vindt enorm tegen de verhuizing op en heeft menige zucht geslaakt voor het zover was. Maar wat is alles meegeval len: „Er waren vijf vrouwen die twee dagen lang onge vraagd kwamen helpen. Met auto's verhuisden weer ande ren mijn „halve" huishouden. Een busje met aanhangwagen bracht de rest. Die laatste avond was er zoveel hulp, ze konden het elkaar aangeven. Is dat niet heerlijk? In drie dagen schoon en over. Nu is m n man bezig in de gang te gels tc plakken, verder is al les netjes. Ik heb het als een wonder ervaren, zoveel nieuw en betaald, zoveel hulp onge vraagd. ook zo'n mooi huis. Ik kan mijn vreugde niet op!" aldus het enthousiaste relaas van mevrouw B. Er blijken ontzettend veel dames (terecht) tegen de ver huizing op te zien en bijna allemaal zeggen zij dat het „achteraf ontzettend meegeval len is!" Vlot Zo ook mevrouw A.S. te T. die schrijft: „Onze verhuizing verliep erg vlot, ondanks het feit dat we er erg tegenop had den gezien. Mijn man had der tig jaar in hetzelfde huis ge woond, dus was niets gewend wat verhuizen betreft. Maar alle lof hoe hij dit aanpakte. We gingen van een oud huis naar een nieuwe flat. We had den afgesproken: mijn man zou het nieuwe huis in orde maken (maten nemen, stoffeer ders bellen enz.) en ik zou het oude huis ontruimen. Nu heb ben wij een heel oud kopje (porselein) met een afbeelding van Napoleon. Dat zou mijn man zelf verzorgen, want als dat brak...! Maar ongemerkt was het toch in een doosje verpakt en in een van de kisten terecht gekomen. De laatste nacht kreeg ik ineens een duw: „Waar is dat kopje gebleven?" Dat werd stevig nadenken en opbiechten dat het ingepakt was. Wij het bed uit, alle kisten open gemaakt en doorwoeld tot we het doosje met het kopje hadden. Gelukkig was het nog heel, maar dat angstige moment vergeet ik nooit! Net zomin als de dag van verhuizing. Toen ik 's middags naar mijn nieuwe huis reed dacht ik: nu komt het ergste nog. En toen die verrassing. Alles stond op z'n plaats, de gordijnen hin gen, 't huis was heerlijk ver warmd, ik hoefde alleen nog de bedden op te maken. Dat alles dankzij de noeste arbeid van man en twee zonen!" Natuurlijk kwets je soms mensen door van anderen te hou den. Er is geen liefde voor allen. Je zou hoofd en armen te kort komen bij de „allen". Kiezen doen we de hele dag, en hoe meer we het doen, hoe duidelijker we zien dat we worden gekozen: mensen komen op onza weg. Ik kan ook niet van alle dieren houden. Maar als één huisdier ons begrijpt en wij hem is het net of we iets meer verstaan van een leeuw als hij zich uitstrekt, rekt, in het zand rolt of de poot op de kluif legt. Wie kippen houdt zal zeker het verschil kunnen horen tussen hongerig getok en tevreden getok. Zelfs visjes zwemmen naar het voederuurtje toe. JAREN heb ik in een huis ge woond dat een strodak had. Onder het overhangend gedeelte van het dak kwamen wel eens heel oude uilen sterven. De kinde ren droegen ze dan naar binnen en zetten ze op een kussen. Geheel in zichzelf verdiept, treurig, wat confuus, maar altijs waardig zat daar zo'n uil, en wachtte. Als jo dat een paar keer ziet, weet je iets van sterven bij dieren. Zo is het bij mensen ook. We krijgen ze soms letterlijk op ons dak. We hebben er niet om ge vraagd. maar de situatie is er voor we het weten. En dan lijkt dat van de buitenkant dik-aan. en er Saat een bende tijd in zitten, op et laatst lopen Je levens wat door elkaar, vooral op zoiets als een portiek, bij wederzijdse hulp steun, en natuurlijk komen nu an deren net niet bij jou aan de beurt, maar kun jij alles dragen? Je moet gewoon doen wat je doen moet, wat niet gebeuren kan is geen gebrek aan liefde! Net zo min als wanneer wij het lieve heersbeestje hadden opgepeuzeld. IK HAD VRIENDEN met bu- I ren die o zo zwaar op de hand waren. Ja, ik heb ze nog maar die buren zijn verhuisd na een jaar of tien. Die lieve mensen, de buren dan, hadden een chaotisch huishou den, bendes trammelant met de kinderen, overal gewetensbezwa ren, en dan maar bomen en beto gen en bijbelteksten opzoeken en de oudste kinderen sturen („praat jij nu eens met „oom" zeg") en nooit eens beseffen hoe groen en geel je van hen werd. Nu waren de vrienden lui die ren. En wat muziek als ontspan ning, ze musiceerden graag. Want beiden hadden arbeid, die veel van hun geestelijk uithoudingsvermo gen vroeg. Maar nee hoor, zat je er even en was je net bezig met hen een boeiend gesprek aan te gaan of in een lachbui te verdwij nen: blè, blè, daar had je er weer een van het beroemde hiernaast. Toen ik er een keer over mop perde, zei mijn vriendin: „Ja, jo, je hebt helemaal gelijk, en als wij het voor het zeggen hadden, zou den we hen nooit als buren heb ben gekozen, maar nu het zo is kunnen wij ons niet aan hen ont trekken, en het is gek, weet je, we worden erin gezegend. V'IJK, briefvriendin want EN. nu ben ik alweer heel veel verder in uw brief beland zoals u ziet dan kun je natuurlijk zeg gen: maar die anderen dan die op jullie sympathie en steun wachtenl Maar wie zijn anderen? Als wij zelf heel beslist weten waaraan wij ons niet kunnen onttrekken? Dan is op een bepaald moment de dag vol. Als het maar vol overga ve blijft. Als het maar deel is van een heerlijk leven. Dat leven is vol afwisseling. Hier ook: de buren verhuisden naar een stad in het oosten des lands, de vrienden verhuisden een paar jaar later in hun eigen stad naar een totaal ander huis heel de tijd van: hoe doe jij dat? en: luister nu eens... is herinnering.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1966 | | pagina 15