RUIN PAKJE ONDERWEG De Chinese affaire Laatste zilver verdwijnt uit onze portemonnee WOENSDAG 21 SEPTEMBER 1966 DOOR ONZE SPECIALE VERSLAGGEVER LINK VAN BRUGGEN TSU-TSAI een omstreden dode Een gifgas mei een vernietigende uitwerking, door prof. dr. Stanis- law Rutkowski in Polen uitgevonden, is voor de Amerikaanse inlichtingen dienst, de CIA, aanleiding alles op alles te zetten om dit in een oorlog belangrijke strijdmiddel in handen te krijgen. Het eerste operatieplan, dat een overval op het laboratorium in Zyrzyn beoogt, mislukt, omdat de GRU, de Russische geheime dienst er tussen komt. Op het hoofdkwar tier van de CIA in Langley wordt een nieuw, bijzonder gewaagd plan uitgedokterd. Men besluit een belangrijke functionaris van de Chinese inlichtingendienst, dr. Sun, in te schakelen, een dubbelspion, die tegen een hoge beloning ook voor de Verenigde Staten werkt. Ir. Hsu Tsu-tsai, wiens raadselachtige dood op 17 juli j.l. in Den Haag de aanleiding wordt tot een langdurig beleg van het Chinese legatiegebouw, waarin zich acht lastechnici schuil houden, wordt door dr. Sun benaderd om in Nederland, tijdens het Internationale Lascongres in Delft, „een pokketje" aan een ClA-agent te overhandigen. De ingenieur, die een groot deskundige op het gebied van de Chinese rakettechniek is, heeft toch al het plan over te lopen. Voor het dubbele van de aanvankelijke omkoopsom, die een miljoen dollar bedraagt, toont hij zich bereid de Verenigde Staten nog een extra dienst te bewijzen. De vorige afleveringen van deze geromantiseerde serie werden respectievelijk op 30 augustus en op 2, 7 en 13 september geplaatst. Celmski gaapt. Hij wordt door el kaar geschud ais de bus door een kuil in het wegdek bonkt. Nog een dik half uur, schat hij; dan zal hij zich kunnen uitstrekken in een comfortabele stoel van het vliegtuig, dat hem zonder schok- van Warschau naar de luchthaven van Praag kjfct brengen. Het is nog vroeg. In de straten, die ,e de buitenwijken naar het centrum voeren, „e int het maandagochtendverkeer op gang te jji ïen. Jonge vrouwen, gekleed in vrolijke, zon- kleren, bewegen zich licht en vlug tussen de nen in meer sombere tinten, elmski denkt aan Maria. Zaterdag, als dit s achter de rug is, zal hij haar van kantoor l. Twee weken de bossen in. Heerlijk vissen sn rustig stekje. Met Maria. In zijn binnenzak lt hij de omtrekken van het kleine zakje, dat inj aanleiding is van zijn reis naar Zwitserland. Ijl pakje scheidt hem nog van Maria en het je- lejotpakje, denkt Chelmski. dl bi; ie--W E BP' d JC E gezette man legt voorzichtig een klein ipakje, gewikkeld in goorbruin papier, voor Chelmski op tafel. ,Je ticket voor het vliegtuig; treinkaart- en geld krijg je straks. Je vliegt vanmor- naar Praag en vandaar ga je met de trein via c ïen naar Zürich. Woensdagmiddag tussen half e en twee uur ontmoet je de contactman in restaurant van het station van Zürich. Je kent Daarna reis je terug via Bazel en Ber- [ezi. Begrepen?" vaj helmski, klein maar betrouwbaar radertje in "JPoolse spionagemachine, knikt. De schema's ,de dikke" kloppen altijd. Even webgt hij het je op zijn hand en steekt het dan weer in zijn ienzak. Bij de deur vraagt hij ik er op rekenen dat ik vanaf zaterdag ben?" la jij maar met je Maria genieten van de enbloemen", lacht de ander. Is de voetstappen op straat zich hebben ver- gd met het laarzengeklok van arbeiders op 1 naar hun werk, ploft „de dikke" neer in een J 1 en steekt een grote sigaar op. Hij zal blij als deze zaak achter de rug is. Overmorgen j er vanaf, als alles goed gaat. Ach, wat kan igenlijk mis gaan. Chelmski is een stomme Geen man van de afdeling operaties is [geschikt voor dit soort karweitjes als ski. Moet anders wel een belangrijk zaakje jeinst „de dikke". En die Chinezen doen ook ongedurig. Wel vijfmaal wilden ze de verze- hebben dat de Poolse lijn betrouwbaar is. als de handel belangrijk is en de Chinezen indijk op gebrand zijn, dan is het zaak om uit te kijken. Die jongens van de GRU neus voor dit soort akkefietjes. fET water van de Limmat suizelt onder Munster Brücke in Zürich. Het is kwart I over een, woensdagmiddag 6 juli. Max l-Chelmski wandelt op zijn gemak het druk ke handelskwartier Kleine Stadt in. - als gebruikelijk vlot verlopen, [slentert op zijn dooie akkertje door de Bahn- ;e. In een kleine chocolaterie koopt hij Jgroot stuk Zwitserse chocola. Daar is Maria >p, herinnert hij zich. Onopvallend bestudeert ie mensen, die in en uit het station lopen, ij Chinees te zien. Had hij die dan verwacht? 1 haalt bijna onmerkbaar zijn schouders op en t de restauratie van het Hauptbahnhof bin- Bier". De ober laveert tussen de tafeltjes het buffet. Chelmski kijkt even snel en pakt dan wat papieren uit zijn tas, die or zich op tafel uitstalt. rode secondenwijzers van de stationsklok- wijfelen even op de nul en springen pas weg een volgende geruisloze ronde, als de grote, wijzers nadrukkelijk deftig en koket een je hebben gemaakt. 13.46 uur. 'irdon. Is deze plaats vrij?" lange, slanke man buigt zich verontschuldi- naar voren, een hand aan de leuning van de tegenover Chelmski. De ogen gaan schuil een zonnebril. De gezichtstrekken wijzen elijk op een Aziatische afkomst, tfaar natuurlijk. Gaat u zitten." nax maakt een vaag gebaar en verdiept zich 1 in zijn stukken. Zou dit de man zijn? Hij hem in vlekkeloos Duits koffie bestellen, is het beu. De laatste maanden heeft hij het 1*1 voor zijn kiezen gehad. Zo gauw mogelijk dat 1 weg en dan naar huis. unt u mij zeggen hoe laat het is?". Met een k draait Chelmski automatisch zijn hoofd om 111 de klok achter hem. Het is vijf voor twee. »h, twee voor vijf", zegt hij gespannen, an hebben we nog tijd genoeg voor een kop ;re 'e"> zegt de ander kalm. Chelmski probeert 'fdi de ogen achter de zonneglazen te peilen. ida t een kort gebaar drinkt hij zijn pils op, en met de achterkant van zijn hand de lippen H Jmstandig begint hij te rommelen in zijn tas Snlü» papieren bijeen te zamelen. Met een ge- 'or van opluchting loopt hij daarna het perron donker gebrilde vreemdeling trekt even sma- de mondhoeken op. Hij pakt de Neue Zür- Zeitung, die hij heeft zitten lezen van tafel sn laat het kleine pakje, dat eronder ligt, d-A ïopvallend mogelijk in zijn zak glijden. E vi (i Lu eko MBASSADEUR Li Chang-huan knikt. Chiang Li-ang maakt een korte buiging en verlaat de kamer geruisloos over het dikke tapijt Op het bureau, voor de ambassa deur, blijft het kleine pakje in goor-bruin liggen. dif>k>nel Li Chang-huan staat voor het raam zijn werkkamer in de witte villa met het puntdak aan de Kalcheggweg in Bern en linj t nog eens. De ondergaande zon veegt even ker frood over de pieken van de bergen; dan zakt G( duister snel over het zenuwcentrum van de Jent 'ese geheime dienst in Europa. is chef van de sectie West Europa. Van 1949 Bern al het hoofdkwartier. En als het in de alü van Li ligt blijft dat zo. deel van zijn werk heeft overgenomen, nadat ident Charles de Gaulle zijn vriendschappe- politiek met Peking en Moskou begon. Geluk- ^[0 dat dr. Sun zijn advies overnam om de lijn Den Haag niet via Parijs te 'aten lopen, -direkt over Brussel. m3: mo t niet te machtig worden, denkt Li. kolonel Li, kan met deze blijkbaar hoogst belangrijke zaak weer eens bewijzen dat Bern toch maar de aangewezen leiding heeft, als het gaat om zaken van werkelijke importantie. Parijs hoeft hier geen extra lauweren te verzamelen. Laten die het vuile werk maar opknappen. Daar heeft hij altijd al een hekel aan gehad. Ambassadeur Li loopt naar zijn bureau, neemt het pakje op en verlaat de kamer. DR .Sun, een van de vingers aan de mach tige hand van de Chinese geheime dienst, zit rustig in een boek te lezen, als hij een zachte klop op de deur hoort. Hij heeft gisteren zijn intrek genomen in de kamer, die de Bernse ambassadeur altijd voor hem in gereedheid houdt. Li weet dat Sun maar voor korte duur hier is, maar het juiste tijdstip van vertrek blijft altijd een vraagteken. Dr. Sun komt en gaat op de meest onverwachte ogenblikken. Li deert dat niet. Hij weet dat zijn zaakjes altijd in orde zijn, ook als dr. Sun plotseling binnenvalt. Dr. Sun kijkt van zijn boek op, als de ambassa deur binnenkomt. „Gaat u zitten", zegt Sun, want ook al is Li zijn ondergeschikte, hij behandelt hem altijd als am bassadeur. Het personeel van de ambassade hoeft niet te weten welke rol Sun in feite speelt. „Mijn speciale koerier heeft mij zojuist het pakje gebracht", zegt de ambassadeur en legt het voorzichtig op tafel. „Prachtig", zegt dr. Sun. „Wanneer gaat het ook alweer verder?" De ambassadeur kent zijn lesje van buiten. „Morgen, donderdag, vertrekt de koerier naar Brussel. Daar overhandigt hij het aan een persoon, die alleen aan u bekend is. De koerier kent de herkenningscode. De tweede man brengt het naar Den Haag, waar weer een speciale man u kent hem alleen zorgt dat het verder komt." Dr. Sun knikt goedkeurend. De ambassadeur hoeft niet op de hoogte te zijn van het hele plan. Hij heeft hem allang duidelijk gemaakt dat het om een zeer grote zaak gaat, en Li heeft Suns bemoeiingen zonder vragen geaccepteerd. Dr. Sun draait zich om en gaat met zijn rug naar Li zitten. Snel controleert hij de inhoud van het pakje. Voor zover hij kan zien, is alles aanwe zig. Hij maakt het pakje weer goed dicht en geeft het aan Li terug. Zelf bij zich houden, kan hij niet. Li zou argwaan kunnen koesteren. Dr. Sun is weliswaar een machtig man, hij is zelfs de auteur van de operatie, de ambassadeur van Chi na in Bern kan in dit soort zaken echter alleen handelen op instructies van Peking. Authentieke bevelen. Voor Li is Peking heiliger dan dr. Sun. NOG iets aan te geven?" André van den Yepenhove vangt nog net een glimp op van de groen geünifor meerde douaneman, die ongeïnteresseerd door het middenpad van het blauwe Bene lux NS-treinstel loopt. Hij maakt een vaag ge baar naar het net boven zijn hoofd, waarin zijn koffer ligt. maar de douaneman is al door gelo pen. lamp-terieur exclusive home •till* veerkade 42 - telefoon 180676 - den haag. Vrijdagmiddag 8 juli. Het is bijna tien voor half zes. Met een lichte schok koppelen zich twee groene „hondekop"-treinstellen aan het blauwe treinstel langs het perron van station Rozendaal. Dadelijk gaat de reis verder in de richting Amsterdam. Van den Yepenhove heeft uitstekende connec ties met de Grippagroep. Dat is het clubje van nog geen vierhonderd Belgische communisten, die het oog van Moskou naar Peking hebben afge wend. Jacques Grippa, leider van deze „scheur makers", is als een vorst onthaald, toen hij Pe king bezocht. Die roem laten de Grippa-volgelin- gen op zich afstralen, maar Van den Yepenhove is slim genoeg zich in het openbaar niet al te zeer met deze Belgische Pekingmannen te ver eenzelvigen. De kleine Belgische zeeman met de fijne ma niertjes van een fat, voelt zich niet geroepen de Mao-doctrines, waarvoor hij zichzelf trouwens he lemaal niet interesseert, uit de dragen. Zijn con tracten gaan net ver genoeg om verzekerd te zijn van periodieke, rustige opdrachtjes, die overigens meer geld opbrengen dan valt af te meten aan de aard ervan. Het moet deze keer anders wel spannend zijn. Die blijkbaar hoge Chinees is zelf naar hem toege komen Het heeft kennelijk alles te maken met het kleine pakje in goor-bruin papier, dat hij veiligheidshalve op zijn lichaam meedraagt. Die half-Chinees, Sjang-bang of zoiets, deed ook al zo overdreven geheimzinnig, toen hij hem vanmorgen het pakje gaf in het halfduister van de vroegmis in de Cathédrale Saint Michel in Brussel. Overigens een overdreven gedoe. Hij moest en zou in Antwerpen de trein van 16.47 uur nemen, waar hij dus eerst met de auto naar toe moest. Al dat gesakker. Die trein begint nota bene in Brussel. Enfin, hij zou wel zien. Eerst maar eens die Chinees opzoeken in Den Haag en zien dat hij hem het pakje kan toestoppen. HSU Tsu-tsai ademt diep de avondlucht in. De deur van Prins Mauritslaan num- ler 17 slaat achter hem dicht. Het is stil op straat. Gedempt klinkt van verre het verkeersrumoer van de Johan de Wittlaan en de Scheveningse Weg. Even verder in de laan knarst een gele tram door de bocht. Langzaam en bedaard begint hij de straat af te lopen in de richting van de Stadhouderslaan. Een verre klok laat acht langzame slagen horen. Het is vrijdag avond, 8 juli. Met acht andere Chinezen, allen expert op het gebied van de lastechniek, is hij begin deze week in Nederland aangekomen. Morgen begint in Delft het Internationale Lascongres, waar experts uit alle belangrijke landen hun ervaringen en gegevens komen uitwisselen. Veel heeft hij nog niet gezien van dit land. Wat plekken groen, rechte sloten en in de verte, door de nevels heen, de vage contouren van een grote stad, toen de wielen van het vliegtuig met een bons neerkwa men op de landingsbaan van Schiphol. Vandaar per auto rechtstreeks naar Den Haag, naar het pand Prins Mauritslaan 17, waar het hele ge zelschap gedurende zijn verblijf in Nederland woont. Het is een groot, grauw herenhuis, gelegen op een hoek van de Prins Mauritslaan. Aan de voor zijde grenst het trottoir direct aan de gevels. Aan de achterzijde is een kleine tuin, van de zijstraat gescheiden door een bakstenen muur. Verder is er kraak noch smaak aan het huis. De Chinese lega tie, gevestigd aan de Adriaan Goekooplaan, slechts op enkele minuten gaans van het huis aan de Mauritslaan, heeft het pand gehuurd als depen dance. Voor de duur van de huurovereenkomst is nummer 17 daarmee automatisch exterritoriaal gebied geworden. Dat wil zeggen dat de politie, of, ruimer gezien: de Nederlandse overheid, zon der toestemming van de Chinezen dit gebouw niet mag betreden. TREIN 330 remt piepend af langs het per ron van het Haagse Hollands Spoor. André van den Yepenhove stapt uit, recht tegeno ver de uitgang. Het is 18.24 uur. Hij heeft ,og wel even de tijd. Eerst maar eens een hapje eten. Hij wandelt de Stationsweg in, de Wagenstraat door. Halverwege schiet hij een Chi nees restaurant binnen, waar hij altijd eet, als hij voor „zaken" in Den Haag is. Via zijn voorliefde voor Chinees eten is hij in Antwerpen destijds in contact gekomen met de mensen, die hem dit werk laten verrichten. Het is zo'n beetje het enige eethuisje in Den Haag, waar hij zich op zijn gemak voelt. Zijn kennis van de Residentie strekt zich trouwens niet veel verder uit dan het rosse kwartier bin nen de driehoek Hollands Spoor - Staatsspoor - Het Binnenhof. Na een gewone Fu Yong Hal en een pilsje stapt hij weer op en bereikt op het Spui de halte van lijn 8. Terwijl hij op de tram staat te wachten, overdenkt hij hoe verdraaid simpel de uitvoering van dit soort opdrachten eigenlijk is. Er is vrij wel geen risiko en het betaalt goed. Hij moet er anders niet aan denken een missie niet precies volgens de richtlijnen uit te voeren. Zijn opdracht gevers zullen hem snel en dodelijk weten te tref fen, zonder dat er verder een haan naar kraait. Hij huivert, als hij in de tram stapt. HIJ kan het niet lezen, maar de grote letters op het bord moeten aanduiden, dat hier het congresgebouw van Den Haag komt, weet Hsu Tsu-tsai, als hij de Prins Mauritslaan is uitgewandeld en rechtsaf geslagen is. Zo te zien wordt het een groot com plex, waar overigens nog wel enige tijd aan ge werkt zal moeten worden. Wonderlijk gemakkelijk is hij er in geslaagd die avond alleen een ommetje te gaan maken. De bewaking van de lasdelegatie is doeltreffend, maar niet streng. Hsu merkt dat blijkbaar instructies zijn gegeven hem met enig ontzag te behandelen, omdat hij als de belangrijkste en meest gezagheb bende expert wordt aangemerkt. Hij heeft er direct na zijn aankomst een ge woonte van gemaakt rond deze tijd een korte wandeling te maken. Hij zorgt ervoor bij zijn terugkeer aan deze of gene te vertellen wat hij gezien, of opgemerkt heeft tijdens zijn korte toch tjes. Argwaan heeft hij nog niet kunnen ontdek ken. VAN den Yepenhove is eerst over de Jo han de Wittlaan langs het congresge- bouw-in-aanbouw gelopen en wandelt er nu omheen. In de verte ziet hij een Chi nees naderen. Hsu herkent Van den Yepenhove van de beschrijving van dr. Sun. „Weet u waar de Prins Mauritslaan is?", vraagt de Belg in het Engels. „U moet zeker op nummer zeventien zijn", ant woordt Hsu. „Precies", zegt de Belg. Als Hsu hem de weg wijst, stopt Van den Yepenhove een klein pakje in zijn linker hand. Hij bedankt vervolgens beleefd en loopt door. Hsu wandelt via een kleine omweg terug naar de Prins Mauritslaan. Zijn ommetje neemt precies dertien minuten ln beslag. Copyright Het Kwartet/ N.V. Periodiekenpers IN DE VOLGENDE AFLEVERING Hsu Tsu-tsai wikt en weegt BRONS EN NIKKEL BLIJVEN OVER Van een onzer verslaggevers UTRECHT In de loop der jaren heeft het muntenstelsel in ons land verschillende wijzi gingen ondergaan. Sommige munten werden uit de circulatie genomen, andere ondergingen een wijziging in de metaal-sa menstelling of werden van een geheel andere metaalsoort gemaakt. Binnenkort zal de regering weer een wijzigings voorstel indienen: nu om de rijksdaalders en de guldens van nikkel te gaan maken. Dat is veel goedkoper: de aan maak van een zilveren gulden kost 70 cent, van een nikkelen 8 cent van een rijksdaalder resp. 1,65 en 12 cent! De rijksdaalder en de gulden zijn altijd van zilver geweest. Het gehal te zilver bedraagt 0,720 gram. Dat is aanzienlijk minder dan voor 1919, toen de gulden een gehalte van 0,945 gram had. In de eerste jaren van de oorlog was dit muntstuk bij na niet in omloop, voornamelijk doordat de Duitse bezetters het in beslag namen en door een muntbil jet vervingen. In 1956 werden nieu we muntstukken vervaardigd die een middellijn van 25 mm (voor heen 28) en een gewicht van 6,5 gram (voorheen 10) hadden. In 1961 werden de rijksdaalders, die in 1929 in omloop gebracht wa ren, vervangen door kleinere stuk ken: een gewicht van 15 gram (voor heen 25) en een middellijn van 33 mm (voorheen 38). Het zilvergehalte van de rijksdaalder die voorlopers had in de zilveren daalder en de zilveren dukaat, bleef gehandhaafd op 0,720 gram. De kwartjes en dubbeltjes warer. oorspronkelijk ook van zilver. Tij dens de oorlog werden ze vervangen door zinken en in 1950 kwamen de nikkelen stukken in omloop. Het zilveren dubbeltje werd pas in 1960 uit de circulatie genomen. Dit kwam omdat na 1953, toen de zinken stukken geen wettig betaal middel meer waren, ten gevolge van de nikkelschaarstc de hoeveelheid nikkelen dubbeltjes nog te gering was om in de behoefte aan tien-centsstukken te voorzien. De nikkelen stuiver, die vierkant was met ronde hoek, werd na de Tweede Wereldoorlog vervangen door ronde bronzen munten In 1819 werd de koperen cent in omloop gebracht, in 1877 vervangen door de bronzen en tijdens de oorlog door zinken munter.. Na 1948 werden ze weer vervaardigd van brons. De halve cent werd in 1819 in koper uitgebracht. In 1877 werden het bronzen munten. Tegelijkertijd kwamen ook tweeëneenhalve-cent- stukken van brons in omloop. In de 1 oorlog werden ze weer vervangen door zinkgeld, waarna zowel halve centen als halve stuivers in 1948 uit de omloop werden genomen In dat jaar verdween ook definitief de (zil veren) halve gulden. efficiency beurs kantoormachines kantoormeubelen kantooruitrusting reproduktieapparatuur 20 tm 28 sept 66 geopend van 10 tot 18 uur 22 en 23 september ook van 1930 tot 22 30 uur zondags gesloten toegang f250 <19 specioio N.S,-regeling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1966 | | pagina 3