ONDAES
Halewüjii
Roemrucht verleden
GENHOES
van ae
waterburcht
sinds 968
Op deze pagina zijn enige kapitale schilderijen gereproduceerd
£Ü/it de collectie van circa twintig grote stukken, die de Nederlandse
schilder William. Halewijn vervaardigde tijdens zijn verblijf in
Jordanië (1955). Te Rome werkte hij van 1957 tot 1962 aan de vol
tooiing van dit deel van zijn oeuvre.
Links boven ziet u het imposante, levensgrote portret van een
Jordaanse vluchtelinge en haar kind. Halewijn gaf dit schilderij het
iweede vers uit het eerste hoofdstuk van Jeremia's Klaagliederen tot
inotto. Romeinse tentoonstellingsbezoekers toerden zo getroffen door
ie gevoelige uitbeelding, dat zij spraken van „De Jordaanse
Madonna".
Het kostte de schilder zeer veel moeite een lid van de vermaarde
iWoestijnpolitie voor hem te laten poseren. Men verdacht Halewijn
apan pogingen tot spionage. Relaties en diplomatielce overredings
kracht leden aanvankelijk schipbreuk bij „General Commander"
\lethab, de roemruchte sjeik van Petra. Een gewoon-menselijke daad
\af ten slotte de doorslag: Halewijn bezocht de ziek gexoorden sjeik
ji het hospitaal, toen mocht hij schilderen en kreeg hij zelfs uit
bundige medewerking. Het resultaat ziet u rechts van de Jordaanse
'OUW.
Eenmaal er van overtuigd, met een echte schilder van doen te
iebben, overtrad sjeik Methab de voorschriften van de Islam door
tch te laten portretteren in zijn tent (foto rechts-onder).
Misschien wekt de foto in het midden van deze pagina de indruk,
•n opname te zijn van kinderen, die over de schouder van Halewijn
'ijken naar het werk waaraan de schilder bezig is. In werkelijkheid
aat de kasteelheer-kunstenaar hier voor een detail van het paneel
)p naar een nieuwe toekomstdat hij in relatie bracht met
fattheüs 18:3: „Indien gij u niet verandert en wordt gelijk de
inderkenszo zult gij in het koninkrijk der hemelen geenszins in-
aan
r De foto geheel rechts, in het verhaal over „Genhoes", toont de
tchilder in het kasteel-trappehuis, dat omstreeks 1600 van zwaar
eikehout werd gemaakt, ter vervanging van de middeleeuwse op
gang.
Reportage: Ton Hydra en Wim de Regt
Foto's: Dik Jonker (Fotopersbureau Heyn, Maastricht)
De geschiedenis van de waterburcht
Genhoes gaat terug tot het jaar 968,
toen het praedium (domein) Meerssen
eigendom werd van de abdij van Sint
Remigius te Reims. Het gebied werd een
kerkelijke immuniteit met aan het hoofd
een wereldlijk voogd.
Hoewel daarvoor geen schriftelijke
bewijzen zijn, is het zo goed als zeker,
dat de toren in de tweede helft van de
tiende eeuw is opgetrokken als een zo
genaamde woontoren. Deze wetenschap
ontzenuwt de leugen, die elk jaar op
nieuw tienduizenden argeloze toeristen
op de mouw wordt gespeld. Genhoes is
de bakermat van Valkenburg en niet
de ruïne van het bergslot, dat enige
decennia later werd gebouwd.
in de naam van een ridder
van Oud-Valken burg voor
komt: Gerardus miles de
Aldenvalkenburgh. Sinds
dien hebben geschied
schrijvers de rol, die Gen-
hoes en zijn bewoners in
de loop der eeuwen hebben
gespeeld, vrij nauwkeurig
opgetekend. Wie er zich in
verdiept komt onder de in
druk van de gebeurtenis
sen, die zich in de afgelo
pen eeuwen binnen de mu
ren van het kasteel hebben
afgespeeld.
Tot de verbeelding
spreekt het meest de
moord, die omstreeks 1568
in de toren werd gepleegd.
Het bloedige misdrijf was
de inzet van eindeloze pro
cessen waarbij Genhoes re
gelmatig van eigenaar ver
wisselde. Ongeveer 135 jaar
hebben twee adelijke fa
milies met elkaar overhoop
gelegen. Toen werd einde
lijk het laatste woord ge
sproken...
De bouwgeschiedenis van
Genhoes (de naam bete
kent „versterkt huis"; kas
teel Genhoes is dus eigen
lijk dubbelop) heeft vele
leemten. De vleugel, die
haaks op de boerderij aan
de andere kant van de
slotgracht staat, werd in
1545 opgetrokken. De an
dere vleugel dateert uit
1750. De veronderstelling
ligt echter voor de hand,
dat voordien de solide
funderingen andere gebou
wen hebben geschraagd.
Een zegel uit 1292 toont
een burcht met drie torens.
Op de plaats van de huidi
ge toegangspoort zou één
van de torens hebben ge
staan. Dat valt ook af te
leiden uit de plaats van de
gevangenis onder de poort.
Het was vroeger gebruike
lijk, de kerkers onder de
toegangstoren te bouwen.
Rampen zijn Genhoes
niet gespaard gebleven. De
zwaarste slag, die het kas
teel trof was de brand
(tussen 1576 en 1579)
waardoor de burcht bijna
geheel in een ruïne werd
veranderd. De schade liep
in de tienduizenden gul
dens, in die jaren een be
drag van bijna astronomi
sche afmetingen! Dat blijkt
ook wel uit het herstel van
de schade. De definitieve
herbouw kwam pas na 1600
gereed. De kasteelheren za
ten er kennelijk financieel
niet zo goed voor, dat zij
meteen de opdracht tot
herstel konden geven!
De strijd in het tussen
kalkplateaus geklemde
Geuldal, die in september
1944 eindigde met de be
vrijding van Limburg,
heeft Genhoes merkwaar
digerwijs zonder grote
schade doorstaan. Hoewel
het kasteel onder artille
rievuur lag. In die angstige
dagen fungeerde de burcht
na zoveel eeuwen weer als
het veilige onderkomen
voor bewoners uit de om
geving. Vanzelfsprekend
stond niemand er toen bij
stil, dat de omwonenden
gebruik maakten van hun
historische recht op een
Sterker nog: de stichter
van Genhoes was de vader
van de bouwer van de op
een rots gelegen vesting.
Een andere zoon bouwde
het vlakbij Genhoes gele
gen kasteel Schaloen, dat
eveneens een goed gecon
serveerde indruk maakt.
Een historisch document
uit 1241 is het oudste waar-
TJALEWIJN Vorig jaar augustus
schreven wij over hem in ons
Zondagsblad heeft eerder eigenhan
dig in Rome en Londen tentoonstel
lingen opgezet, die bewondering wek
ten voor zijn schilderijen en tekenin
gen en ook voor de imposante presen
tatie. de sierlijke entourage. „Genhoes
moet nog mooier worden", zegt hij.
„Ik heb niet voor niets vijfentwintig
jaar van mijn leven (39) gegeven om
onder de gekste en zwaarste omstan
digheden (in Jappenkampen en daar
na zwerven tussen Indonesië, Jordanië,
Nederland. België, Italië, Australië) te
komen, waar ik nu ben; te worden
wat ik nu ben".
wil bewijzen wat hij waard is. Van
eigen kunnen is deze heftig vibreren
de kunstenaar diep overtuigd. Hij
praat en werkt met een door niets en
niemand te temperen gedrevenheid.
Oude waarden in onze cultuur wil hij
nieuwe kleur en glans geven. Hij ziet
dat als een opdracht. Wat hij voelt en
wat zijn ogen zien, dat wil en zal hij
met zijn handen maken. Hij zweept
zichzelf op tot uiterste perfectie, 't
Kan hem niet schelen of het maanden
duurt of dat er jaren overheen gaan
voor hij het bereikt.
17LF STUKKEN van drie bij twee
meter schilderde hij in zijn Jor
daanse tijd en in Rome ging hij er op
door. Panelen van speciaal board, door
hemzelf met eindeloos geduld geprepa
reerd zoals de meesters van weleer
het deden. Deze schilderijen zullen Ha
lewijn heel lang overleven; zijn ze
niet gemaakt met een soort eeuwig-
heidsdrang? Vaak zijn ze ruig ge
borsteld of geheel met het mes breed
opgezet, dan weer eens minutieus de
taillerend en soms zo geraffineerd in
reliëf gebracht, dat toeschouwers het
paneel betasten om te voelen of er
echte medaillons en kogels en kettin
gen zijn ingeplakt.
r\P DE PLAATS van het altaar in
de voormalige kapel van ..Gen-
hoes" hangt straks het grote schilderij
van een Jordaanse vrouw met haar
kind. Vluchtelingen. Halewijn portret
teerde het tweetal op de vluchtweg
schuilplaats in de „sterke
De toren heeft de hele
oorlog onderdak geboden
aan onderduikers. Zij zaten
in schuilplaatsen, die on
vindbaar èn ontoegankelijk
waren, als de ladders wa
ren ingetrokken. Duitse
soldaten hebben dan ook
nooit iemand gevonden!
.WE ZIJN ER. „Genhoes", een
eeuwenoude waterburcht, in Oud-
Valkenburg, verheft zich fier en
De landelijke rust wijd
rondom is verademend. Maar in
let kasteel heerst spanning, voelbaar
\amengebald als de biceps van een
vorstelaar. Wil Halewijn, de nieuwe
Slotvoogd, voert een nooit eerder ver
toond steekspel uit. Zaterdag 4 juni
jioet hij de eerste gasten ontvangen;
p zijn „William Halewijn Museum".
riet, is een unburn, dat hetoeuvre pari
\en kunstenaar al bij diens leven een'
zi fs>w >lij|( isrt i'
museale collectie wordt. Maar wie,
zoals wijin „Genhoes" heeft be
keken, wat alzo moet worden gedaan
om van een oud kasteel een stijlvol-
uitnodigend en voor de moderne mens
oogbekorend museum te maken, be
grijpt niet, waar Halewijn de moed
en de energie vandaan haalt.
Maandenlang zwoegde hij alleen op
dit Titanenwerk. Muren herstellen
volgens middeleeuwse techniek, een
schouw eigenhandig metselen, vloeren
Repareren, ruiten inzetten, ver
sjouwen van loodzware kisten en
j'; «vjw;
apparaten en daar tussendoor ook nog
torenvertrekken bewoonbaar maken,
compleet met badkamer. En nu is hij
dan, slechts met enkele helpers en
met nog een paar weken voor de boeg,
bezig aan de eigenlijke museum
inrichting.
1VA DE OFFICIËLE opening,
4 juni, is iedereen wel
kom die voor bezichtiging van
de museumcollectie en van de
duizend jaar oude burcht vijf
kwartjes over heeft. Hel ge
meentebestuur van Valken
burg is bijzonder ingenomen
met de nieuwe bestemming
voor „Genhoes", en terecht,
want welk drukbezocht toe
ristisch gebied zou niet willen
bogen op een object met allu
re en van cultuur-historische
en artistieke betekenis?
Op zijn minst vreemd is,
dat Valkenburg geen
moeite heeft gedaan, Gen-
hoes in de toeristische be
langstelling te trekken, ter
wijl het de „ruïne" en an
dere bezienswaardigheden
wel druk verkoopt. Daar
komt nu verandering in. In
de folders voor het nieuwe
seizoen is een ruime plaats
vrijgemaakt voor het kas
teel. dat zonder twijfel tot
de grootste attracties van
het toeristenstadje gaat be
horen. Terecht: na veel
„kitsch" kan de Valken-
burgse VW eindelijk eeru
iets „echts" gaan propage
ren. Zij en de nieuwe kas
teelheer hopen ook op veel
buitenlands bezoek, met
name van Duitsers.
waarlangs eertijds de Heilige Familie
naar Egypte ging. De vrouw, die een
laatste blik werpt op haar land, sprak
de Romeinen zo sterk aan, dat zij haar
„De Jordaanse Madonna" noemden.
HPEGENOVER dit schilderij komt
1 in een aandachtnis. het Rembrand-
tiek gedane stuk „Christus met drie
Indonesische kinderen", een van de in
Indonesië vervaardigde werken, waar
in de vonk van het geniale merkbaar
is. Door dit schilderij was het Hale
wijn bijna mislukt, Indonesië te verla
ten; Soekarno wilde het namelijk be-
^MERIKAANSE museumdirecteuren
hebben deze en andere werken
van Halewijn in totaal veertig
schilderijen en negentig teke
ningen gezien en de kunst
naar een tournee door de
zuidelijke staten aangeboden.
„Eerst moeten ze hier in mijn
eigen land zijn te zien", zegt
Hale wijn. Samen met vele
kunstschatten, behorend tot
het familiebezit en verzameld
in de Oosterse landen, waar
telgen uit dit kasteelheren-
geslacht leefden en werkten.