EENZAAM MAAR m NIET ALLEEN Bewondering Een „christinnereis naar de eeuwigheid 'El 9? Twee frontale botsingen: vijf mensen omgekomen razen belangrijk titel openbaring EIGEN PARTIJ VAN CDU IN BEIEREN? Kano slaat om: schipper (Belg) verdronken Texel heeft grote recreatieplannen Jordanië gaat meer voor pelgrims doen MAANDAG 6 DECEMBER l"(.i Toen Wilhelmina terugtrad, had zij veel Pannen, concrete en vage: geestelijk werk kükJ doen, reizen, schilderen. maar zij had J niet het minste plan memoires te schrijven. 0 Had men haar toen gevraagd: „En mogen we Httn een boek met herinneringen tegemoet zien?", dan zou zij zonder twijfel hebben geantwoord: J „Zeker niet". En ivellicht had zij er aan toe- York gevoegd: „Wat denkt u wel?" Zij piekerde va er niet over het verhaal van haar leven te >ten vertellen. -ior« In zijn boek „De levensavond van koningin SmS Wilhelminabetoogt Thijs Booy: Een Wil helmina was alleen tot memoires gekomen, als Hitier de oorlog gewonnen had. Dan had zij het naar mijn gevoel wenselijk geacht om tegenover het nazifront van geschiedvervalsers en historische bewijzenliquidators vast te leg gen hoe zij haar regering zag, hoe de Neder landen zich in haar tijd ontwikkelden en wat zij wel dacht van die bruine bende. Het is niet gewaagd te veronderstellen, dat dit boek geen gewag had gemaakt van een zegepraal van Hitier. Zij had tot haar dood Nederland gezien als een tijdelijk bezet ge bied, de nazïbeweging als een vaan die zeker eens iveer neergehaald zou worden. Zij had net zolang over de planeet gezworven tot zij een land gevonden had, waar het haar toe gestaan was actie tegen Hitler te voeren en bij gebreke daarvan had zij stellig tegen 's vader lands vijand in stilte geopereerd. Figuren als Wilhelmina had een Hitler alleen kunnen uit schakelen door ze dood te schieten. En dan had hij in haar geval nog wel goed moeten laten controleren of zij werkelijk dood was. Neen, alleen als onttroonde had Wilhelmina memoires geschreven. In geen andere situatie". Reeks ongelukken tijdens weekeinde boorvraag rijst of „Eenzaam maar niet alleen" dan geen autobiografie is. En hoe is prinses Wilhelmina dan tot het schrijven van dit boek ekomen? „Zij schreef aldus Thijs Booy na haar abdicatie enkele korte \ifschriften over de actuele betekenis van het christelijk geloof. Medi- ber ities, met een appellerende strekking, zou men kunnen zeggen. 'ff-vj De recensies waren heel vriendelijk, maar daar was het ook mee 1 i*«ze9d- C0Tnmentari-eert een geschrift van een bejaarde geliefde oo. Norstin anders dan het geschrift van A, B of C. Opgang maakten de ^"Jpschriftjes ook niet. Het publiek kioam er even op af wegens de aam van de schrijfster, maar had al gauw door, dat dit soort over- ijeinzingen bij meters, bij kilometers in de vaderlandse kerkboden te jf'gmderi was. otêrfoen werd de Prinses zeer voorzichtig, ing 9;Zeer beleidvol, meer aanduidend dan is "duidelijk gezegd dat zij op deze weg vniet voort moest gaan. Wilde zij 4oo haar boodschap in geschrift met een ïserieuze kans op een machtige brengen, dan moest zij ^het over een andere boeg gooien; idenjdan moest zij die invlechten in een 862iverhaal over haar leven. Gezien dat unieke leven dat zij achter zich had, f^jzou naar dat boek gegrepen worden. '3i k(En haar getuigenis zou, in dit kader vele malen overtuigender fchzijn, dan wanneer zij het gaf in de van parafrasen van het bijbels s ïoirelaas der heilsfeiten. egenen met wie zij het plan besprak, met ontzaglijke nadruk te bijhoren, dat zij geen memoires, geen v 30autobiografie ging schrijven en dat w uzij heel beslist haar werk niet als j zodanig aangeduid wenste te zien, look niet voor het gemak. „Ik ga j razen en tieren als iemand over me er v moires spreekt. Ik ben geen type is Ivoor dit soort zaken. En al zou ik het willen, maar ik wil het niet, dan Mal zou ik niet eens memoires kunnen sphrijven. Zo iets verdraagt zich ndeiuïet met de constitutionele monar- k oh ie. Ik ga anderen helpen door iuws0ver mi^n geloof te schrijven, aan andède hand van mijn levensgang. Heel grawat voor mij, want ik spreek moei- 6o-«lijk over mijzelf." Er is wel gemompeld vervolgt Thijs Booy dat ik do feitelijke auteur van het boek ben geweest, en gei ook, dat grote gedeelten van mijn hand zijn. Ik moge hier met die vdpraat'es afrekenen. Ik ben niet de Prljl feitelijke auteur van het boek en ik so. iheb ook niet grote delen ervan ge- irkaschreven. Wat hebben de mensen I50x'die dit gezegd hebben intussen een 11(verkeerde kijk op Wilhelmina ge- jivohad. Als bij een figuur een ghost-writer totaal niet paste, dan lot wel b'j haar- ZÜ was er eerder een mens voor om een boek op tafel te leggen van haar eigen hand, waar van de compositie rammelde als een oude Ford, en met op elke pagina i «een dolkstoot in het lichaam van lg\ onze taal, een boek, dat de Oranje- 0 klanten graag uit de handel zouden sen kopen, dan een ghost-writers-pro- op haar naam van onverganke- lijke allure, klassiek al bij de eerste druk. En zij was waarlijk gevoelig voor de reputatie. Zij had liever ven grauwe eigen veren dan een stille- Na tjes geleende veelkleurige pracht. Zij het wilde wat op haar naam kwam zelf bl schrijven. Ik vermoed zelfs, dat het voor haar de eerste tijd op de derde in dinsdag van september even slikken n was voor zij haar troonrede aanpak- ein;te." Rotjoge bewondering heb ik voor de pres- id t» tatïe die prinses Wilhelmina met het waschrijven van haar boek verrichtte, Als iets haar moeilijk afging, dan was het wel schrijven. Zij had een pen, die bijna niet wilde. „Kon ik nhet maar schilderen", zei zij soms. Zij moest de woorden vaak uit zich persen, de gedachten konden vaak -I-/I maar geen vertolkers vinden. Haar '•A- taalgevoel grensde aan de gevoelloos heid. En haar woordenvoorraad kwam in de buurt van een honger- rantsoen. dan was er nog de complicatie, dat dhaar stijl door het decennium na decennium ambtelijke stukken bestu- a deren zwaar geïnfecteerd was. Haar tra] kwamen almaar ambtelijke uitdruk- >9 kingen in de zin, als zij een mense- ig y lijk feit moest beschrijven. Wat haar, in ieder geval in haar late jaren, echt hinderde. Zij hield niet of j "iet meer van de wettentaal en de ee stadhuistaal en vond die. terecht, to- tori teal niet geëigend voor het weerge- I m ven van persoonlijke gevoelens, erva- lge< ringen en denkbeelden. tenVellioht had zij er wijs aan gedaan, een toen zij eenmaal wist dat stellen i haar slecht afging en haar zeeën j van tijd kostte, om haar redes te laten schrijven aan de hand van een door haar gedicteerde leidraad. Haar j was ^an bee* wat bespaard. Maar zij was er de figuur niet naar om zo te handelen. Zij voelde er een zeker bedrog in. En deze hulp zou haar :esj afhankelijk maken, wat voor een ivaj vorst iets verschrikkelijks is. En altJ voor de mens Wilhelmina niet min- der. stiemand uit het Nederlandse dorp uit j Londen heeft na de dood van Wilhel- mina verklaard, dat Hare Majesteit j i erbarmelijk Nederlands schreef. In het midden gelaten, of hij zich nietl te sterk uitdrukte welk een ge beuren dat deze vrouw, voor wie schrijven water uit de steenrots slaan was, die zich soms uren afpij nigde voor zij wist hoe zij iets zeg gen moest, voor Radio Oranje rede voeringen heeft uitgesproken van een klassieke hoogte. Laat onze hoofdindruk zijn, niet de constatering van die Londense Nederlander. Het is per saldo onbe langrijk dat zij literair een arme was. Het is belangrijk, dat zij met haar beperkte letterkundige gaven, dank zij een groot hart en een einde loze inspanning redevoeringen bij een ploegde, die de tijd zullen verdu ren. Dat die Londense toespraken zulke ge beurtenissen waren, lag intussen be paald niet alleen aan de inhoud, maar ook en vooral aan de voor dracht. Haar stem gaf ze een unieke dimensie, verhoogde het formaat met een verdieping. Die bezweren de, vaste, vurige, van de macht der overtuiging haast barstende stem. Boordevol gevoel en net niet door gevoelens overmeesterd. Boordevol kracht zonder tot schreeuwen te ko men. En. zo fier, een vlag in de wind, een klok in de storm. Geluk kig, dat wij dank zij de moderne techniek haar stem nog bezit ten Thijs Booy 1 erinnert zich nog een klein aandoenlijk verhaal in ver band met de letterkundige gaven van Wilhelmina. „Het speelt in 1961. We hadden juist een schets van haar doorgewerkt. Die terzijde leggend, zegt zij: „Stel, dat u het in 1914 aan de Groningse academie voor het zeggen had ge had, had u mij het doctoraat honoris causa in de Nederlandse letteren ver leend, dat ik toen gekregen heb? Ik weet dat u mij altijd eerlijk antwoordt." „Nee, Koninklijke Hoogheid." „Ik was het met u eens geweest. Ze wisten niet wat ze deden. Maar ik ben met dat doctoraat tot op van daag gelukkig geweest. Het was het eerste en het was van de universi teit van het noorden. Waar we van daan komen. Weet u waar ik bij de promotie over gesproken heb? Over de Nederlandse taal, hoe vindt u dat? Tja, die ere-doctoraten. Weet u dat ik ook doctor in de theologie ben? Ik, die niet alleen van de dog matiek niets weet, maar er ook niets van weten wil? En ook daar was ik blij mee. Want het kwam van de Franse Hugenoten, die ik altijd in mijn hart besloten heb gehad. Ik heb me elk jaar sinds ik volwassen was over ze laten informeren." Prinses Wilhelmina begon aan haar boek te werken in 1951. Vier jaar later, november 1955, was de oertekst gereed. Koningin Wilhelmina tijdens een toespraak voor de radio te Londen„doordringend en overtuigend". „Nog zie ik haar het jaartal onder het manuscript schrijven en daarna glunder opkijken: „Ik heb het eind gehaald. Wie had dat gedacht?" Naar het besluit het geschrift bij haar leven uit te geven is zij heel lang zaam toegegroeid. Dit besluit is be paald geen koerswijziging van giste ren op vandaag geweest. In 1956 was de eerste aarzeling zichtbaar, of zij het manuscript wel bij de na te laten papieren zou deponeren. In 1957 neigde zij er steeds sterker toe van een postume uitgave af te zien. Begin 1958 was de teerling gewor pen. De doorslag gaf de overweging, dat er wel wat tegen was om een boek dat naar haar vaste overtuiging zegen zou verspreiden, als een dood ding in een kast te bewaren. Maar ik geloof dat ook wel een rolletje speel de, dat zij het gewoon leuk vond bij het Nederlandse volk, dat bepaald geen verhandeling van haar ver wachtte, ineens een dik boek op ta fel te leggen. Alstublieft, uw vroege re landsmoeder heeft niet stilgeze ten! In september 1958 werd het boek aangekondigd om eerst medio febru ari 1959 te verschijnen. Gefluisterd is, dat deze ruime tijd tussen aankondiging en verschijning het ge volg was van een ingrijpen van het kabinpt. Dit zou inzage van de tekst en' daarna wijzigingen hebben ver langd. Het komt mij juist voor het gerucht niet maar te laten lopen, maar tegen te spreken. Ik kan ver klaren dat niet één lid van het kabi net het boek voor half februari, toen het in de boekhandel kwam, heeft gelezen. Het boek is geen kabinecs- censuur gepasseerd. De vertraging werd veroorzaakt door de ware storm van bestellingen Heeft het haar moeite gekost in dit boek over haar leven over zoveel te zwijgen? Ik geloof het niet. Zij had, dacht ik, niel de geringste verzoe king of lust um de boeken van de koninklijke huisapotheek te expose^ Met prins Bernhard aan het doornemen van stukken. ren. En zwijgen was voor haar zo iets van haar zelf als zwemmen tot het vis-zijn behoort. Als zij één ding kon, dan haar mond houden. Ik heb hier verbluffende stalen van meege maakt." Met grote nadruk zegt Thijs Booy, dat de titel: „Eenzaam maar niet alleen", van de Prinses zelf „Op een middag deelde zij mee, dat dit boek zo zou heten. Ik vroeg haar toen of zij door lezing van Rilke tot deze titel was gekomen (hetgeen la ter velen hebben gedacht). „Neen, van die meneer hoor ik nu voor het eerst." Hierna opperde ik, wijzend op nog paar ongeveer gelijkluidende uitspraken, dat toch wel na te den ken viel over de schijn van plagi aat. „Luister u goed. Ik heb het echt zelf bedacht en werkelijk nooit in mijn leven zo'n uitdrukking gehoord. Ik heb dus het recht die titel te gebrui ken." Een klein feit: De dag na de aankondi ging van „Eenzaam maar niet alleen", deed een Nederlandse uitge ver prinses Wilhelmina een van zijn publikaties cadeau, geheten: „Alleen, maar niet eenz (Eerlijk gezegd was die titel het boek van de Prinses nog beter geweest). De titel die het boek kreeg, was niet de eerste, die de Prinses bedacht. Het lijkt me in haar geest, dat ik een van de titels, die niet doorging, hier noem. Die was, even simpel als ontroerend, „Grootmoeder vertelt". Motivering: „Het boek is voor alle Nederlanders, maar in het bijzonder voor het jonge geslacht en heel in het bijzonder voor mijn vier klein kinderen". Deze titel werd met na me geschrapt, omdat hij geestelijk niets zei. En het boek zou immers een geestelijke boodschap zijn? Het werken aan „Eenzaam maar niet alleen" was voor Wilhelmina een verkwikking, omdat zij zich nu, niet gestoord door zelfaanklachten, kon vermeien in het land van haar herin neringen. Dit vermeien was haar levensgang en die route moest dus nog eens gegaan worden. Zij zou haar „Crhistinnereis naar de eeuwigheid" schrijven, maar in de vorm van een Boek der Handelin gen van een christin. En die hande lingen vroegen dus de aandacht." Uitvoerig gaat Thijs Booy in op de gesprekken, die hij in die periode met de Prinses heeft gevoerd. Het is jammer dat er geen bandrecor der in de kamer stond, toen konin gin Wilhelmina met mij aan haar boek bezig was. Wat zij in die hon derden, vaak lange, gesprekken ge zegd heeft, was, als vijftig jaar na haar dood de zegels van de bandjes waren gegaan een openbaring ge weest. Die bandjescollectie zou uitge roepen zijn tot een der grootste ge tuigenissen over de eerste helft van deze eeuw. Zij vertelde zoveel om de ontworpen tekst heen. Zij lichtte zoveel uitgebreid toe. Zij motiveer de zo omstandig waarom dit en dat niet in het boek aan de orde moest komen. Ik weet niet hoe vaak ik getracht heb een chapiter, dat in deze gesprekken behandeld was, in het boek te krij gen en magere, broodmagere uitla tingen wat vlees en bloed te bezor gen, maar slechts zelden had ik suc ces. „Ik doe het niet." Waarom vooht ik zo voor een zwaarde re lading van het boekscheepje? Omdat ik meende dat prinses Wilhel mina zoveel meer te zeggen had en zeggen kon dan zij in feite deed en ik er zeker van was, dat menige mededeling, die zij niet wenste te doen van hoge waarde was. Zij bleef mijns inziens wel heel ver weg van de rode lijn die zij als vroeger constitutioneel monarch niet mocht passeren, en zij was veel en veel te bescheiden. Natuurlijk leidden alle scher mutselingen over de grenzen van het boek een keer tot een slag. Ik bepleitte met felle kracht dat de Prinses haar bemoeiingen met de Boerenoorlog in het manuscript MAASTRICHT Tijdens zwaar stormweer zijn zaterdag middag een kleine personenauto met zes inzittenden en een grote personenauto, waarin drie men sen zaten, op de Viaductweg met elkaar in botsing gekomen. Drie van de zes personen uit de kleine wagen waren vrijwel op slag dood. De drie anderen werden zeer ernstig gewond. Van de in zittenden van de andere auto liep er een lichte verwondingen op; anderen kwamen met de schrik vrij. Het ongeluk deed zich voor door dat de grote personenauto, die werd bestuurd door de 29-jarige J. W., in een slip raakte en op de andere weg helft terechtkwam, waar juist de kleinere auto reed. Uit deze auto kwamen om de bestuurder, de 38-ja- rige C. A. Reiss uit Amby, zijn 41-ja- rige echtgenote en hun vijfjarig zoontje Carl. De gewonden zijn naar een ziekenhuis in Maastricht overge bracht. Twee doden WOUBRUGGE Op de Herenweg in Woubrugge kwamen zaterdagmid dag twee mensen het bejaarde echtpaar Splinter om het leven bij een frontale botsing tussen twee perso nenauto's tijdens een inhaalmanoeu vre. De 77-jarige heer Splinter en zijn twee jaar jongere echtgenote overleden ter plaatse. Van de vier inzittenden van de andere wagen, afkomstig uit Oude Wetering, werden er drie zwaar gewond. Een tragische bijkomstigheid is dat de overledenen juist van een begrafenis terugkeerden. HAARLEM Op de Kruisweg in Haarlemmermeer is zat" 21-jarige dienstplichtige scher uit Heemstede bij een verkeerson geluk om het leven gekomen. De auto waarin de heer Fiseher met twee andere militairen zat, reed door het slippen te gen een boom. De verongelukte militair, die in een ziekenhuis overleed, was in Assen gelegerd, de beide andere jongelui in Amersfoort. DOpRNSPIJK De 74-jarige C. Mie- nus uit Doornspijk is zaterdagavond toen hij per fiets de Zuiderzeestraatweg over stak, aangereden door een personenauto. De man werd zo ernstig gewond, dat hij ter plaatse is overleden. Later overleden STEENWLJK In het Diaconessenzie- kenhuis te Meppel is zondagmorgen de 81-jarige J. Smit uit Giethoorn overle den. De avond tevoren werd de heer Smit, toen hij op zijn fiets vermoedelijk zonder achterlicht, over de Beulakerweg in Giethoorn reed geschept door een hem achteropkomende personenauto, bestuurd door de heer H. D. te Wanneperveen, die Joor een tegenligger verblind werd. OVERVEEN Zaterdag is in het Mari nehospitaal in Overveen overleden de 17-jange scholier Robert Hodenpijl. De jongen liep vrijdagmorgen een schedelba- sisfractuur op toen hij in de schoolpauze met zijn bromfiets op een viersprong in zijn woonplaats geen voorrang verleende aan een voor hem van rechts komende AMSTERDAM Het 12-jarige meisje W. F. M. van den Hoek uit Amsterdam zaterdag in het Wilhelminagasthuis overleden aan de verwondingen die zij de middag daarvoor had opgelopen bij •erkeersongeval in de Jan van Galen straat. Het slachtoffertje werd tijdens het oversteken met haar fiets aan de hand halverwege de rijweg aangereden zou opnemen. Maar zij antwoord de: „Mijnheer, ik kan het niet doen. U hebt wellicht gelijk. Maar de Meester leert ons, dat wij klein moeten denken van onszelf. Als het wenselijk acht, zegt u na mijn dood maar, wat ik voor die arme Boeren in stilte gedaan heb. Ik doe het niet. Mijn boek 2al Christus verheerlijkenniet de schrijfster. Ach, mijnheer, ik schrijf geen me moires, ik vertel ons volk van Jezus (Volgende keer: De film van haar leven). ORANJESTAD Zaterdagmiddag is op Aruba de 21-jarige luitenant G. Dun om het leven gekomen by een auto-on geluk. De sportauto waarin het slacht offer zat werd bestuurd door de even eens 21-jarige P. J. Namink, die in een shock-toestand naar het ziekenhuis is gebracht. Het ongeluk gebeurde toen de auto. die op weg was naar de kazerne te Sta Cruz, met grote snelheid uit een bocht vloog. De wagen kwam met rots wanden in aanraking en sloeg over de kop. Luitenant Dun overleed op weg naar het ziekenhuis. (Van onze correspondent) BONN In CDU-kringen wordt opnieuw overwogen, in Beieren een eigen partij op te richten. Aan leiding hiertoe is het eigenzinnig® optreden van Franz Joseph Strauss, de voorzitter van de CSU, de Beierse zusterpartij van de Chr. Dem. Unie van kanselier Erhard, Er bestond tot dusver een afspraak, dat de staat Beieren het domein van de CSU is. Deze partij regeert met de absolute meerderheid in de Beierse Landdag. De vele escapades van Strauss hebben er echter toe geleid, dat integere CSU-ers zich niet langer in de partij thuisvoelen. Zij zijn van mening, dat „der Franzl" de CSU meer schade dan goed doet. In Bonn is men ook riet erg te spre ken over het gedrag van Strauss. Men beseft evenwel, dat het stichten van een Beierse afdeling van de CDU tot beëindiging van de samenwerking met de CSU zou leiden. Erg innig is dat samengaan overigens niet. Maar zon der de CSU (en de Liberalen) zou de CDU geen meerderheid in de Bonds dag hebben. Strauss heeft zijn pogingen, kanse lier Erhard en minister van buiten landse zaken dr. Gerhard Schroeder het leven zuur te maken, nog altijd niet opgegeven. Integendeel. Hij spant de boog hoe langer hoe strakker. Geen wonder, dat lang niet alle CSU-era deze manier van „samenwerking" wil len volgen. Zij overwegen nu opnieuw een eigen partij in Beieren te stichten om een eind te maken aan de hegemo nie van Strauss. IJMUIDEN De 25-jarlge schipper J. E. Salet van het Belgische binnenschip Ampère Is waarschijnlijk verdronken na dat de kano, waarmee hij met rijn vriend, de achttienjarige knecht J. M. Kartncr nlt Maastricht, gistermiddag van IJmuiden uit de zee was opgevaren, waa omgeslagen. De knecht, die afkomstig is van het Nederlandse binnenschip Junon, kon zwemmend de vaste wal bereiken. De binnenvaartuigen van de beide jon gemannen lagen naast elkaar afgemeerd bij de kalkzandsteenfabriek in de Haring- haven van IJmuiden. Zij voeren zater dagmiddag omstreeks een uur met een Toeristenstroom blijft groeien TEXEL „De Texelse veer boten zullen volgend seizoen naar schatting 12.000 auto's per week moeten vervoeren, de 300 ha re creatieterreinen in de komende jaren tot 700 ha moeten worden uitgebreid. Langs de duinstrook zal de capaciteit van de verblijfs- accommodaties belangrijk moeten worden vergroot. Desondanks dient het specifieke Texelse landschap onaangetast te blijven", aldus de burgemeester van Texel, de heer C. de Koning, tijdens een pers conferentie, waarin hij een rapport, uitgebracht door de „Werkgroep recreatie Texel", introduceerde. Texel koestert grote plannen ter verde- ontwikkeling als toeristenoord, maar realisering ervan hangt grotendeels af de medewerking, die de overheid er aan wil verlenen. „In het verleden hebben wij het met slechts verspreide subsidies moeten doen daarom zien wij thans de enorm groei ende toeristenstroom een stijging met 20 procent per jaar met zekere angst tegemoet. Dit valt zeer te betreuren omdat wij juist uit de kippenhokken- misère gekomen waren. Afgelopen sei zoen waren we echter al weer genood zaakt noodkampeerterreinen aan te leg gen.. We hebben een ontstellend tekort zieningen op velerlei gebied", aldus de burgemeester. Uit de verdere uiteenzetting bleek, dat de werkgroep een ontwikkeling voor staat, waardoor enerzijds belanghebben den de grootste mate van rechtszeker heid zullen hebben en anderzijds de ge meente Texel de minste risico's loopt haar beleid door speculanten doorkruist te vinden. Zij acht het van groot belang, dat de gemeente tracht de benodigde gronden geleidelijk aan te kopen en dat zij daarbij zo nodig niet zal schromen om hiervoor het middel van onteigening te hanteren. Niet alleen voor wat de voor vcrbiyfsaccommodatle benodigde I gronden betreft, doch evenzeer wat de voor bebossing benodigde gronden aangaat. Zoveel mogelijk zal getracht! De reddingsboot van IJmuiden, die ter stond na het bekend worden van het ongeluk was uitgevaren, heeft met nog enkele andere schepen de gehele middag naar de vermiste schipper gezocht, echter zonder resultaat. Prinses trouwde met hertog in West-Berlijn WEST-BERLIJN In West-Berlijn is zaterdag prinses Marie-Cecile van Pruisen (23) in het huwelijk getreden met da 29-jarige hertog Friedrich August van Oldenburg. Meer dan 20.000 Wcstberlijners heb ben van hun belangstelling blijk gegeven. Een 40-tal prinsen en prinsessen uit families die ver want zijn aan het huis Hohenzol- lern hebben de inzegening In de Keizer-Wilhelmkerk bijgewoond. Prinse Cecile is de dochter van het tegenwoordige hoofd van het huis Hohenzollern, prins Louis Ferdinand van Pruisen. Het paar gaat in Ivoorkust wo nen, waar de hertog landbouw kundig adviseur is voor het W e s t d u itse ontwikkelingspro gram. JERUZALEM De regering van Jordanië wil een moderne weg aan leggen van Jeruzalem naar Bethlehem. De kosten van deze weg, die twaalf kilometer lang zal worden, worden op vijf miljoen gulden geschat. Per jaar bezoeken thans 360.000 pelgrims de bijbelse plaatsen in Jordanië, maar men verwacht, dat het er 600.000 zullen zijn. in 1970. De doorsnee toerist of pelgrim „doet" Jordanië in drie dagen, genoeg voor een bezoek aan het oude Jeruzalem (de kerk van het Heilige Graf), Bethle hem (Geboortekerk) en Jericho. Door meer moderne voorzieningen hoopt de Jordaanse regering het gemiddelde verblijf tot vijf dagen te kunnen verlengen. Daartoe zullen ook nieuwe hotels verrijzen. Een deel van de bezoekers overschrijdt de grens naar Israël, vooral om Nazareth en de Zee van Tiberias te kunnen bezoeken, maar het jaarlijks® aan accommodaties en aan centrale voor- aantal pelgrims in Israël blijft met 260.000 ver achter bij dat van Jordanië.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1965 | | pagina 7