HUIS TE KOOP -«SIs.» «,2£„ jis 1 3,.- maar wie zal dat betalen? ZONDAGSBLAD Kopers blijven weg omdat het geld te duur is 8 Tim fgS i ff lïljil „[„pnMilSg EHH Wat worden nu de lasten? ZATERDAG 7 AUGUSTUS 1965 Nieowe Lei else Courant (Van een onzer verslaggevers) "OMT ER EEN EIND aan de huizenschaarste Hebben de prijzen, die de laatste jaren steeds verder wérden opgeschroefd, een plafond bereikt De uitnodigende plak katen op de ramen van lege woningen, de ilange lijsten van de makelaars, de advertenties in de kranten, die pagina's vol ,,te koop" aanbieden, lijken |te wijzen op meer perspectief voor de koper in spé. |Meer dan een vijf jaar terug wordt er aangeboden, koningen staan maandenlang leeg. Iedere week opnieuw worden zelfde flats aangeprezen. Belang- itelling lijkt er niet voor te zijn. Schande, zegt de buurt als wéér een huis leeg komt c.n Ileeg blijft. Kan dat dan zó naar in een tijd, waarin (jonge gezinnen het moeten ■doen met enkele zuinig af- [gemeten meters flat? Is het net de woningnood dan toch niet zó ernstig gesteld, als J| steeds wordt beweerd? Ja, zeggen makelaars en u unaniem. Woningnood is er nog steeds en zal er voorlo- I! pig blijven ook! Goed, er staat méér te koop, dan een aantal jaren terug. Vooral flats, vooral ook oudere hui zen. Maar minder dan met het afnemen van de woning nood heeft dat te maken met factoren als geldschaarste en de huisvestingspolitiek l van de gemeente. Het geld is duur en wordt nog steeds duurder. De rentevoet heeft de zeven procent al haast overschreden. En dat gaat bij bedragen van een halve ton en meer sterk in de papieren lo pen. Een jaar terug werden nog hypothecaire leningen tegen een rente van vijf procent verstrekt en deze is sindsdien steeds ver- Ider omhoog gegaan. En het ziet er wel naar uit, dat het hoogte punt nog niet is bereikt. Zegt makelaar J. H. Vinck uit Gouda: de rentevoet in Nederland zal zich langzaamaan gaan aanpas sen aan het EEG-niveau. In België en Duitsland wordt nu al grif acht procent betaald. En dat betekent, dat de koper in spé voor zulke hoge lasten wordt geplaatst, dat hij er al giuw voor terugdeinst en wel genoegen móet nemen met zijn huurflatje. Daarnaast speelt ook de huis vestingspolitiek van de gemeen ten een rol. Vele gemeenten leggen de verkoop zodanig aan banden, dat een huis niet dan met grote moeite van de hand gaat: veelal wordt alleen aan ingezetenen een vestigingsver gunning verstrekt. Of aan men sen, die economisch aan de gemeente gebonden zijn. Dat deze politiek de verkoop stag neert, ligt voor de hand. Tot ongenoegen van de make laars, die steeds opnieuw onder vinden, dat toch vaak zeer aan trekkelijke huizen leeg blijven staan omdat het „kopers-arse naal" te gering is. Dikwijls kunnen zij wel kopers krijgen, maar die mogen zich niet vesti gen omdat ze geen ingezetene De gemeenten daarentegen stellen zich op het standpunt, dat eerst eigen mensen geholpen idienen te worden. En daarbij probeert men de voorraad zo eerlijk mogelijk te verdelen. Wat betekent, dat ook de inge zetenen niet altijd vrijuit kun nen kopen. Menig paar met trouwplannen (én geld) kreeg al te horen niet meer dan vier kamers te mogen kopen, ook al had het 't geld voor een „kast" van een al maandenlang leeg staand huis. bouwer tenminste genoegen neemt met een normaal winst percentage. - -■ - f voor zeer onaangename verras singen. Doorgaans bedraagt de normale hypotheek 60 a 70 pro- lOEVWMUl) KICE\ veld 1725 - en |*r maf ^8 228.- fLATS 50 augustus EL itie) U Dit alles vormt voor velen een welhaast onneembare bar- ère. Een hindernis, die opti mistische advertenties de aspi rant-kopers echter maar al te graag helpen passeren. Er wor den hoge hypotheken aangebo den. De koop wordt zo aanlok kelijk mogelijk voorgesteld. Men kan toch immers lenen? Maar hoevéél kan men lenen? Dat is een punt, waarop vele kopers struikelen. Want voor het vaststellen van de hypotheek gaat men in lang niet alle gevallen uit van de koopsom. En zeker niet in de oudbouw sector. De hypotheekbanken, de verzekeringsmaatschappijen, de pensioenfondsen, kortom: de in stanties, die de koper het geld moeten verschaffen, hebben hun eigen taxateurs. En zij zijn uiteindelijk de deskundigen, die bepalen wat de woning waard is en voor welk bedrag zij hypo theek willen nemen. Uiteraard: aan een onderpand zonder overwaarde hebben zij wei- Doorgaans overtreft de koop som de taxatiewaarde met tien procent, maar een verschil van dertig procent is geen uitzonde ring. Dat betekent, dat de koper veel méér „cash" zal moeten betalen, dan hij verwachtte, ook al werd geadverteerd met zeer hoge hypotheken. Natuurlijk, dit geldt vooral voor de oudbouw. In de nieuwbouw ligt het dik wijls gunstiger. Daar is de taxatiewaarde in vele gevallen gelijk aan de koopsom als de cent van de taxatiewaarde. Heeft hij een huis van vijftig mille op het oog, dan rekent hij dus op een aanbetaling van 17.500 (overdrachtskosten even buiten beschouwing gela ten). Blijkt het huis nu op slechts 40 mille te worden ge taxeerd. dan wordt wél het aanbetalingsbedrag iets minder (14 mille), maar de 10 mille verschil zal hij daar nog eens extra bij op tafel moeten leg gen, zodat het totale „cash"- bedrag al 24 mille beloopt! Teleurstellingen. Vele aspi rant-kopers zullen ze moeten slikken voordat zij hun droom verwerkelijkt zullen zién. En menigeen, die zich liet voorlich ten moest tot de conclusie ko men, dat het spaarvarken dat toch niet kon trekken. De werkelijkheid bleek dan aanzienlijk minder rooskleurig te zijn dan de advertentie wilde doen voorkomen. Het wordt dikwijls zo eenvoudig voorge steld, zegt de heer M. A. Boeg- heim, samen met de heer Vinck eigenaar van het Goudse make laarskantoor. Helaas zijn er ook in ons vak beunhazen. Ze plaat sen aantrekkelijke advertenties „Hypotheken tot 100 procent, rente vanaf 0 procent", wordt de aspirant daarin niet zelden geboden. Dat is natuurlijk waanzin. Meestal worden zulke slogans alleen maar gebruikt om bij de mensen binnen te komen. Als men dan serieus aan het rekenen gaat, blijkt men geen cent goedkoper uit te zijn dan bij een makelaar, die wat gema tigder te werk gaat. Maar dat zal de adverteerder een zorg zijn. In de wirwar van cijfers strikt hij zijn klant. Dat is niet zo heel moeilijk. Een handteke ning onder het contract is gauw gezet, vooral als de klant slecht behuisd is. Dat de boel een jaar later geëxcuteerd moet worden omdat de lasten te hoog bleken, interesseert die adverteerder niet. Hij heeft zijn provisie opgestreken. Dat is belangrijk. Een bona-fide makelaar zal zijn klanten wijzen op alle nadelen. Hij zal hem waarschuwen geen verplichtingen aan te gaan. die hij niet kan nakomen. Hij zal hem adviseren pas dan aan kopen te denken als hij een derde van de koopsom met eigen geld kan- betalen en zijn hypothecaire lasten niet meer dan 15 pet., hooguit 20 pet., van zijn inkomen gaan bedragen en als hij bovendien nog voldoende in de zak houdt voor de bestrij ding van onderhoudskosten en onvoorziene omstandigheden. Een eigen huis, is voor een nog maar zeer beperkte groep een haalbaar ideaal gebleken. De prijzen zijn de laatste jaren steeds verder opgeschroefd. In de grote steden koopt men voor veertig mille al vrijwel niets meer, althans als men zoekt in de categorie „herenhuizen". Na tuurlijk, ze zijn er wel, maar dan in buurten, waar maar weinig kopers zouden willen wonen. Voor een behoorlijke vrijstaande eengezinswoning moet al gauw zestig a zeventig mille worden neergeteld. Is er dan nog steeds geen einde gekomen aan deze alle perken te buiten gaande prijs ontwikkeling? Zullen de huizen van zestig mille, waarvoor vijf jaar terug nog maar de helft werd betaald, straks nog duur der zijn? Zegt makelaar Vinck: de top lijkt bereikt. De tijd van de grote speculatiewinsten is voorbij, al zal dit dan nooit met volledige zekerheid zijn te zeg gen. Maar algemeen gelooft men in de bouwwereld, dat de prij zen in de nabije toekomst nog slechts beïnvloed zullen worden door het stijgende kostenpeil en de ontwaarding van de gulden. Wat betekent, dat zij wel zullen blijven stijgen, maar niet in die mate als de afgelopen tien jaar. Dat geldt zowel voor nieuw- als oudbouw. Want de ervaring heeft wel geleerd, dat oud zich aan nieuw optrekt. Overigens zal iedere koper er van overtuigd moeten zijn, dat ook al zouden de prijzen niet ver der meer stijgen, zij in negen van de tien gevallen in een zeer irreële verhouding staan tot de technische waarde van het huis. Want niet alleen diè waarde is bepalend voor de prijs. Er zijn nog andere factoren. De ligging speelt een rol (een huis buiten blijkt vaak een geheel ander bedrag op te brengen dan het zelfde huis in de stad). Ook de vraag of de woning courant Het best in dc markt liggen de huizen met drie tot vijf kamers de „kasten" met 10 kamers en meer gaan maar moeilijk van de hand tenzij zo als kantoren of als pensionbe- drijf worden verkocht. Om deze factoren op juiste waarde te schatten is het, zegt de heer Boegheim, aan te beve len, dat de aspirant-koper voor de koop contact opneemt met een neutrale makelaar, die voor hem kan taxeren (kosten: 1,5 promille van de getaxeerde waarde), of met een accountant of een verzekeringsinspecteur, die alle financiële consequenties uit de doeken kunnen doen. Want de leek zal maar al te gemakkelijk verward raken in de talloze cijfers. Hij zal gesteld worden voor vele vragen. Welke hypotheek is het voordeligst, wat kost een normale hypotheek, wat een tophypotheek, met welke andere kosten moet hij rekening houden? Wie in de praktijk 'met al die vragen (het is maar een greep) wordt geconfronteerd, zal ont dekken, dat de koop van een huis méér inhoudt dan het uit rekenen van een eenvoudige som in de ronde getallen, waarmee men de prijs tot uit drukking pleegt te brengen. El ke makelaar zal kunnen uitleg gen. dat er meer dan één moge lijkheid is om een huis te financieren. En wie al die moge lijkheden bestudeert ondervindt al gauw, dat er tal van posten en postjes zijn, waarmee men uit onwetendheid nooit rekening had gehouden. Welke mogelijk heden zijn er? En welke is nu de voordeligste? Er zijn er drie: men kan hypotheekgeld nemen bij hypotheekbanken, levensver zekeringsmaatschappijen en bij pensioenfondsen. Óm met de laatste te beginnen: deze nemen hypotheek tegen een in deze periode vrij lage rente 614 tot 6 Vz procent. De gestelde eisen zijn echter zeer hoog. In de eerste plaats moet het huis wel zeer courant zijn en boven dien neemt men hypotheek voor slechts 50, hooguit 60 procent van de taxatiewaarde. Voor de koper met weinig geld op zak is „Te koop". In iedere stad zijn ze bij tientallen te vinden, de uitnodigende plakkaten op de ramen tan verlaten woningen. In heel veel gevallen blijven z< ingeplakt: een koper is ondanks alle aantrekkelijke adverteerders, slogans moeilijk te vinden. Om dat het geld te duur is, of omdat de gemeentelijke woningpolitiek onneembare barrière bleek. zijnde ongeveer het bedrag, dat men als premie zou moeten betalen voor een risico-levens verzekering! Resumerend: een hypotheek contra levensverzeke ring is in totaal iets duurder, maar stelt de koper de eerste tijd voor lagere lasten, wat voor velen aantrekkelijker is. Bo vendien dekt deze methode risi co's, die door hypotheekbanken niet worden gedekt. Elders op deze pagina wordt een met cijfers geïllusstreerd voorbeeld gegeven van voor- en nadelen van beide mogelijkheden. nale woningnood aanleiding geweest tot felle acties. Over rijf jaar is er geen tekort voorspeld. Maar er is vrijwel niemand in de bouwwereld, die daar in gelooft. dit dus niet de meest ideale manier. Meer in trek zijn de hypo theekbanken en levensverzeke ringsmaatschappijen. Zij nemen ook de hoogste hypotheken tot 90 procent Welke manier biedt de koper nu de meeste voordelen, bij wie is hij het goedkoopst uit? Het antwoord hierop zal geheel af hangen van wat de koper ver langt. Beide mogelijkheden hebben namelijk voor- en nade len. Grofweg kan worden ge steld, dat de levensverzeke ringsmaatschappijen per maand de eerste jaren iets goedkoper zijn, maar over een periode van 30 jaar in totaal duurder. Dit komt omdat het bij deze maat schappijen verplicht is tegen over de lening een levensver zekering te stellen. De maande lijkse premiebetaling wordt dan beschouwd als aflossing. Na bij na 30 jaar wordt het huis Bij het onderstaande voorbeeld wordt uitgegaan van een huis van 50 mille k.k., waarvan de taxatiewaarde gelijk is aan de koopsom. De koper wil een 30 jaar lopende tophypotheek (90 pro cent), een hypotheek dus voor ƒ45.000, en betaalt dan al direct ,,cash": 5000 plus ƒ4000 (k.k.) plus 550 (hypo- theekacte) tezamen ƒ9.550,Wat wor den zijn jaarlijkse lasten: A bij het slui ten van een hypotheek contra levens verzekering, B bij het sluiten van een hypotheek bij een hypotheekbank. A. LEVENSVERZEKERING normale hypotheek: 35.000 (70 pet.) top: 10.000 (20 pet.) versneld af te lossen in 10 jaar. rente (6!4 pet.) 2812,50 aflossing top 1000.— aflossing (premie) 968.15 Totaal 4780,65 rente wordt gedurende 10 jaar elk jaar 62,50 minder en blijft daarna gelijk. Na tien jaar wordt de figuur als volgt rente (6V4 pet.) over 35.000 2187,50 aflossing (premie) 968.15 Totaal 3155,65 B. HYPOTHEEKBANK rente (7 pet.) 3150.— aflossing t.1500.— afsluitprovisie van 2 pet. (konit om de vijf jaar terug als verlengingsprovisie) 900.— Totaal 5350. rente wordt elk j_ar 105 minder. Na tien jaar wordt de figuur als volgt: s (7 pet.) over 30.000 2100 afloss 1500.- Tolaal 3600.— Pas ongeveer 15 jaar na de koop zullen de jaarlijkse lasten, verbonden aan de traditionele hypotheek onder die van de levensverzekerings-hypotheek komen te liggen: de levens verzekerings-hypo- theeklasten zullen na het tiende jaar op hetzelfde niveau bljjven, terwjjl de las ten van de traditionele hypotheek steeds verder omlaag gaan. Zodoende is n? ongeveer 24 jaar op beide hypotheken evenveel betaald, zij het dat by de tra ditionele hypotheek de risico-factor niet gedekt is. hypotheekvrij. Mocht de koper eerder komen te overlijden dan wordt hem de schuld geheel kwijtgescholden en wordt het huis direct hypotheekvrij eigen dom van de nabestaande. Bij de berekening van de lasten volgen beide geldgevers verschillende methoden. Dc le- vensverzekeringsmaatschanpi ien hanteren een naar verhouding lage rente van 6 en 6 1/4 procent, terwijl de banken voor een tophypotheek een rente van 7 procent (normaal 6 3/4 pro cent) berekenen. Bij de hypotheekbanken wor den aflossing en rente elk jaar lager, terwijl de lev.-maat- scliappijen pas na tien jaar als de 20 procents „top" van de hypotheek af is op een lager maandelijks bedrag komen. Een bedrag overigens, dat daarna gedurende de resterende 20 jaar vrijwel op hetzelfde niveau blijft. De rentevoet wordt bij de banken voor vijf jaar vastge steld, bij de lev.-maatschappijen voor tien jaar. Die lange termijn van tien jaar kan uiteraard voor- zowel als nadelen hebben. Stijgt de rentevoet in die periode, dan zit men goed. daalt hij. dan zou men verlies kunnen lijden. Dit nadeel kan men in veel gevallen echter ondervangen door ver sneld te gaan aflossen en een nieuwe goedkopere hypotheek op het huis te geven. In het contract kan de moge lijkheid hiertoe worden openge laten, al moet in de meeste gevallen voor deze versnelde aflossing wel een „boete" wor den betaald. Hoe groot zijn nu de maande lijkse lasten en hoeveel eigen geld moet men hebben om een huis te kunnen kopen? Zoals gezegd: er worden verschillende methoden gebruikt om dit te berekenen. De hypotheekbanken vragen ieder jaar 7 procent rente (aflopend) en een aflos sing van bijv. 3 procent (daar bij komen dan in het eerste jaar ook nog eens ca. lVz procent actekosten en ca. 2 procent afsluitprovisie). De lev.-maat schappijen vragen 6 procent rente (niet aflopend) en een premie van 2Vz procent. Tevens dienen bij de aankoop van een huis meestal kosten voor over dacht te worden betaald, welke kortweg Worden aangeduid als k.k. (kosten koper). Dit bedrag beloopt ongeveer 8 procent van de koopsom en bestaat uit re gistratiebelasting, kosten notaris en een makelaarscourtage. Welke som men bij de koop moet betalen hangt behalve de ze kosten ook af van de vraag of men een normale (70 pet.) of tophypotheek (90 pet.) wil ge ven, waarbij wél aangetekend dient te worden, dat men zo'n tophypotheek niet overal zo maar kan krijgen. De levens verzekeringsmaatschappijen zijn wat dit betreft wel het gemak kelijkst. Gaan we echter uit van een normale hypotheek en een huis van 30 mille, dan zal men een eigen geld moeten bezitten (mits de taxatiewaarde gelijk is aan de koopsom!) van ƒ2400 (kosten koper) plus 9000 (30 procent van de koopsom), wat samen 11.400 maakt. Verge lijkt men de daarna volgende jaarlijkse lasten, dan blijkt, dat de lev.-maatschappijen het eer ste jaar (én de daarop volgende 29 jaar) een bedrag van 1850 vragen 1260 rente en ca. 590 aflossing of premie), terwijl de hypotheekbanken een last stellen van ƒ2538 (ƒ1418 rente, 700 aflossing en 420 afsluitprovi sie). Dit laatste bedrag wordt ieder jaar minder (géén vaste premie en een aflopende ren te!), maar blijft toch nog ge durende ongeveer tien jaar ho ger liggen, dan het jaarlijkse bedrag dat de levensverzeke ringsmaatschappijen vragen Berekent men die kosten over de looptijd van 30 jaar dan blijkt, dat men op levensverze keringsbasis in totaal aan rente en premie (af^ssing) 55.497 betaalt en voor de traditionele hypotheek ƒ43.916. Dit lijkt een vrij aanzienlijk verschil, maar men moet er daarbij wel reke ning mee houden, dat de hogere levensverzekeringsrente (omdat deze niet aflopend is) meer aftrekmogelijkheden biedt voor de belasting. Als men deze mo gelijkheden verrekent komt men al gauw tot de conclusie, dat bij een jaarinkomen van 12.500 bruto, dit verschil wordt teruggebracht tot ƒ6940, Is men er nu met deze kos ten? Nee, er komen nog lasten bij. Men zal ook rekening moe ten houden met onderhoudskos ten (voor een ouder huis een slordige ƒ250 per jaar) en ver der met kosten als verzekerin gen, grond-, extra personeels-, straat- en eventueel water schapsbelasting. Voorts ook met de betaling van precariorechten, waterleiding en een eventuele erfpachtscanon. Deze liggen echter niet hoog en bedragen samen slechts enkele honderden guldens per jaar. Uit deze berekeningen moge blijken, dat het kopen van een huis zeker geen eenvoudige zaak is. Makelaar Vinck: elke aspirant-koper zal zich terdege moeten laten voorlichten en niet direct ingaan op de fanfareleu zen, waarmee soms wordt ge adverteerd. Inderdaad, het is mogelijk zonder veel eigen geld een huis te kopen. Desnoods kan men voor het ontbrekende kapitaaltje nog een persoonlijke lening sluiten. Maar vraag niet wat dat gaat kosten. Men be taalt er al gauw een rente van 10 procent voor en moet dan bovendien in hooguit vijf jaar aflossen. Dat dergelijke manipu laties de koper voor vrijwel niet te betalen lasten plaatsen, ligt voor de hand. Het is de taak van de makelaar hem daarvoor te waarschuwen. Men zal zich nooit aan lasten mogen wagen, waarvan men niet zeker weet, dat men ze ook in de toekomst zal kunnen betalen. Het „te koop" op een steeds groter wordend aan tal lege woningen moge dan een prijsdaling suggereren, de werkelijkheid is anders. Weliswaar zijn de grootste stijgingen er uit, maar vart een daling is nog steeds geen sprake. Dat komt misschien later als de woningnood voorbij is en er meer aanbod zal komen: vooral van flats en eengezinswoningen met platte daken. Maar dat zal nog vele jaren kunnen du ren. Want dat minister Bo-- gaers' slogan „in 1970 geen tekort meer" zal worden verwerkelijkt, gelooft vrij wel niemand in de bouwwe reld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1965 | | pagina 13