Kerken vonden elkaar in verzet
RK. Kerk zat de
NSB goed dwars
Openlijk protest tegen
de Jodenvervolging
GEE
Vele predikanten
moesten boeten
eztw aahdaóé/mt1:
Stichting 1940-1945
„Wij voelen ons geheel
aan u verbonden..."
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 1 MEI 196$
(Van een onzer redacteuren)
Het Is zeer bewust het beleid van Hitier geweest de kerk
noch in Duitsland, noch in de bezette gebieden tot het
uiterste te vervolgen. In de Duitse weermacht dienden vele
christenen en hen wilde de Fuhrer niet al te zeer afschrik
ken. Hitler was er zich scherp van bewust dat hij in de
bezette gebieden de weerstand nog aanzienlijk zou vergroten
als hij predikanten en priesters naar concentratiekampen
zou sturen. Toch zijn vele geestelijken niet uit handen van
de bezetter gebleven.
Van de ongeveer 1500 predikanten van de Ned.-Hervorm-
de Kerk zijn er in de loop van de bezetting 250 door de SD
verhoord. Een aantal van hen werd gegijzeld, 30 werden
gevangen genomen op grond van de inhoud van hun preken,
13 zijn tijdens gevangenschap, vaak in het concentratie
kamp, overleden.
Er zijn meer dan 400 rooms-katholieke geestelijken
gevangen genomen, van wie er 49 zijn omgekomen. Van de
gereformeerde predikanten, ongeveer 500, werden er hon
derd gevangen gezet en kwamen 20 om het leven.
(Van een onzer
redacteuren)
Tot de wonderen die ge
durende het verzet der
kerken in Nederland ge
schied zijn behoort ook
dit ene grote wonder:
dat de Nederlandse ker
ken zich gemeenschappe
lijk hebben verzet, ge
meenschappelijk overleg
hebben gepleegd over
stappen en beslissingen,
gemeenschappelijk heb
ben geprotesteerd en ge
tuigd. In de kerkelijk zo
verdeelde en gescheurde
Nederlandse christenheid
was dit een onverwachte
en volkomen onbegrijpe
lijke zaak.
De strijd tegen het nationaal-
socialisme heeft bereikt wat in
geen eeuwen bereikt is kunnen
worden. De gemeenschappelijke
r *a-Or«ranhaca IT Februari 1948
D* Proteataataehe Kerken en da Boouaeh-Katlioliek* Kar* in Neder
land geroelan zloh genoopt al oh nog aamaal nat dlapan arnat tot U ta
riekten, Haar Rijksoonniaaaria*
Zij hebban al oh manuien to* TX gewand mt ematig beklag over Aa
voortaohrljding van het onreoht tegenover het Hederlandaohe volk, vaar*
door ook de Herken al oh diep getroffen gevoelen* Zooala zij het tegen-
over U uitspraken hebban zij, kraohtena da haar van Christus' vege op-
gelegde roeping, haar staw te doen hooren, ook vanneer in het openbare
leven de in het Bvangelle verankerde beginselen vorden aangetast* zij
noemen in het bijzonder die beginselen, velke de grondslagen uitmaken
van ons Christelijk volksleven: gerechtigheid, barmhartigheid en vrij-
held van levensovertuiging* Zij moeten getuige^ dat ook de Uaehthebbero
ondervoxpen zijn aan de Goddelijke Wet en zloh hebben te onthouden van
daden, velke door die Wet vorden veroordeeld* De Kerken staan aohnldl*.
vanneer zij in gebrek* zouden blijven de Ifaohthebbers. te vijzen op de
door hen bij hun maehtsoefening begane zonden en zouden nalaten te waar
schuwen voor het oordeel Qods*
De Kerken hebben reeds gevezen opt
de toenemende rechteloosheid!
hst ten doods vemolgen van Joodsehe nedeburgere;
het opdringen van eens levens- sin wereldbeschouwing, dit lijnrecht la
strijd is mt hst Svangelie van Jasus Christus!
den verpliehten arbeidsdienst als natlonaal-sooialistlseh opvoedings
instituut
het aantasten van de vrijheid van Christelijk ondervijs!
het gedvongen tewerkstellen van Hederlandaohe arbeiders in Daitsehland;
het ter dood brengen van gijzeiaars;
hat gevangen nemen en het gevangen houden van velen o*a* van kerkelljka
ublrtrtm omAtr aeodanlga oaataadlgkad—«at raad* aan oatatallaad
aantal ln da eanoantratlaJEaayan bat ofïar aan ban la»an aoaat brangan.
Xhana la 4aarbij (abiaan bat ala alaran opJa*an, grljpan an wa«roa-
Tan tan dolaandan Jon*a —naaban.
Door al dama bandallngan la ln toanaaanda aata bat raobt Ooda ga-
aebondan.
ba Xartan praal ban tagan baat an nraabaaoht ln bat hart tan ona
rolk an raitaffan ban at*a tagan da altmaan daanaiu tlamand >u, naar
bat voord Ooda, al«an roobtar aljn. Maar aranaaor babban alj da roaplng
aok dit voord ran Had ta pnatltani «ban aoat Ooda aaer «ahoorma— aljn
dan dan aanaohaa.*
mt voord ivldt ala rlobtaaaar HIJ aua aaavtonaeenfUotan, aok tij
dia volka door do ganoaan maatragolan aljn apgaroapan.
Qa dar >11 la van bat raabt Ooda aa* «oor Moaand oonigo nadanarrln*
vordon varloond aan «adan van oma abt, oadat aan alab daardoor aan dat
onroobt aodo-oobaldi* naakt*
Haar Rljkaoo—dooarla, bat la ln gabooraaanbald aan baran Haar, dat
da Xarkan dit noord tot U aootan rlobtont bij blddan Ood, «at HIJ V ln
UJn aag noga laldan tot boratal van bat aa aanatl* gooobondoa raabt ln
ta nltooïonin* van da Haabt.
ba Vadarlandooba Horromda lark ba trangallsoh-Intharaaba Hark
a.g. J. do Bruljn Praa. W.J. do *lia»,Wnd,Sanr. 1.H. Orottondlook
bot Xplaoopaat dor Sooaoob-XatboUoaa Hark ba barotald Xvan*aUvob-
nood heeft de kerken naar el
kaar toegedreven. Zij werden
gesteld voor de grondvraag van
hun al of niet voortbestaan,
werden bedreigd in hun arbeid
en aangetast in hun vrijheid.
Bovendien zagen de kerken dat
ons gehele volk in de nood
werd gestort. Het opdringen van
een agressief heidendom dat ons
volk wilde overweldigen met
zijn Jodenvervolging, terreur en
heidense praktijken stelde de
kerken voor de vraag of zij nu
niet geroepen waren gemeen
schappelijk hun Heer en Koning
te belijden.
Tactisch gezien is het gemeen
schappelijk optreden van de ker
ken van onberekenbaar grote bete
kenis geweest. De Duitse instanties
wisten wel het een en ander van
onze kerkelijke gescheidenheid.
Tot hun verbazing en ergernis
hebben zij telkens ontdekt dat het
gemeenschappelijk protest niet te
breken was. Wel probeerde de
bezetter een wig te drijven speciaal
tussen de rooms katholieke en de
protestantse kerken, waarbij men
het nu eens voorstelde alsof de r.k.
kerk een meer verzoeningsgezinde
houding aannam, dan weer het
voorstelde alsof de protestantse
kerken tot meer overleg bereid
■waren. Maar de kerken zijn voor
deze pogingen niet bezweken.
Incidenteel
te krachtig voorstellen. De feiten
wijzen uit dat er grote zwakheden
kleefden aan het interkerkelijk
- BeDas
telkens ii
de Duitse bezetting is het gemeen
schappelijk overleg van de kerken
begonnen. In het begin had men
minder het oog op verzet dan wel
meer op overleg over de gemeen
schappelijke moeilijkheden. Daar
uit is echter gaandeweg een we-
tenlijk verzet geboren.
Contact
De koers werd gewoonlijk be-
Ïiaald door zeer weinigen die een
eidende plaats hadden in het
overleg.
Reeds zeer kort na het begin van
v,ff« Dr. de Jon*
De Gereformeerde Kerken ln Nadarlahd
W*c* J.J.C. ven Dijk
De Gereformeerde Zerken ln Nedarland ln
v.g* J#/* Buakee Hersteld Perkend
De Chrletelljk Gereformeerde Kerk
v*g* De* H* Janaeen
Iathereohe Kerk
v.g. 1*F. ten Bouvelezr
De Remontetranteahe Sroeder-
v.g* O* de Oreeff eehzp
De Algemene Doopegezinde
SeolVtelt
v.g* S«N*B* Hzlbertmz
Kardinaal De Jong stond pal
(Van een onzer redacteuren)
De meeste protestantse ker
ken namen over het algemeen
als zodanig geen maatregelen
tegen individuele NSB-ers.
Dat stond hun structuur niet
toe. Bij de rooms-katholieken
lag dat anders. Reeds in ja
nuari 1941 had het episcopaat
bepaald dat behoudens zeer
bijzondere omstandigheden
de kerkelijke sacramenten
geweigerd moesten worden
aan leden van de NSB. Later
troffen die maatregelen ook
hen die lid waren van natio-
naal-socialistische mantelor
ganisaties.
;guur in het r.k. ker-
was de «artsbisschop
Vtrecht. dc latere kardinaal
2ihaof.es dc Jong. Twintig jaar
hei hij kcrkgcschi.denis ge
land te wachten stond. De juist
heid van zijn visie had hem zoveel
gezag bij zijn mede-bisschoppen
Kerkdiensten
voor
onderduikers
'Van een onzer redacteuren)
De kerken hebben zich het lot tor»
de onderduikers bijzonder aange
trokken. Zij steunden niet alleen dr
georganiseerde acties om onderduik
adressen te vinden, maar hielden
ook voor onderduikers catechisaties
en kerkdier-slen.
In de gereformeerde kerk tan
Aallen hadden de diakenen een zoge
naamde zwarte kas" waaruit gezin
nen ran onderduikers tierden ge
steund en hulp iverd verleend aan
Joden. Uit deze kas is in de jaren
19431945 bijna f 32.000 uitgegeven.
In diezelfde jaren werden geregeld
op een twintigtal plaatsen onder
duikerskerkdiensten gehouden of
door eigen predikanten (ned. her
vormd. Geref. of Chr. geref.J of door
zwervendepredikanten of als
„leesdienslen". Onderduikers-cate
chisaties werden tvekelijks gehouden.
In enkele officieel door de Gerefor
meerde Kerken uitgeschreven ge
heimediensten werd openbare ge
loofsbelijdenis afgelegd en het Heilig
Avondmaal gevierd (26 maart 1944
een dienst bij de weduwe Navis in
l.intelo. negentien jongens deden
hier openbare geloofsbelijdenis, on
geveer honderd mensen namen aan
het Avondmaal deel.).
Als naam voor dit overleg wordt
al spoedig gebruikt: het Convent
der Kerken. Een bespreking van
prof. dr. J. R. Slotemaker de
Bruine en ds. K. H. E. Grave-
meyer, die in de eerste ipaanden
na de capitulatie voortdurend
nauw contact met elkaar hadden
leidde er toe dat de Algemene
Synodale Commissie der Ned.
herv. kerk het initiatief nam een
aantal afgevaardigden van protes
tantse kerken bijeen te roepen. Als
voorzitter van deze bespreking
werd aangewezen prof. Slotemaker
de Bruine.
Op 25 juni 1940 vond de eerste
vergadering plaats in het gebouw
van de Ned. hervormde kerk,
Javastraat 100 te Den Haag. Aan
wezig waren namens de hervorm
de kerk prof. Slotemaker de
Bruine en ds. Gravemeyer, die als
voorzitter en secretaris fungeer
den. prof. dr. H. H. Kuyper
namens de Gereformeerde Kerken,
ds, H. Janssen vanwege de Chris
telijke Gereformeerde Kerken, ds.
B. E. J. Bik namens het Hersteld
Evangelisch Luthersche Kerkge
nootschap, ds. J. J. Buskes namens
de Gereformeerde Kerken in
Hersteld Verband, mr, F. M. Wes-
terouen van Meeteren namens de
Remonstrantsche Broederschap en
mr. A. Brandts namens de Alge
mene Doopsgezinde Sociëteit.
Deze mannen zijn „elk officieel
of officieus aangewezen vanwege
hun kerkgenootschappen als een
dergenen, die in voorkomende ge
vallen het contact vanwege hun
kerkgenootschap met de hooge
overheid tot stand brengen".
Bij tienduizenden werden Joodse Nederlanders naar Polen getransporteerd, onwetend van wat hu
wachten stond.
Praktisch
Naar de woorden van de voorzit
ter beoogde deze bijeenkomst zo
veel mogelijk centraal jegens de
overheid op te treden. De bespre:
kingen gaan allereerst over allerlei
praktische zaken zoals vergoeding
van oorlogsschade aan kerken,
subsidies en Avondmaalsbrood in
verband met distributie-moeilijk
heden. Na korte tijd vergaderde
men om de veertien dagen. Als
eerste moeilijkheden met het nieu
we regiem komen naar voren het
vergaderverbod (dat later blijkt
ook voor de kerken te gelden) en
de voorbede voor de Koningin
(later zal dat na arrestatie vele
predikanten ten laste worden ge
legd). Wat betreft de voorbede is
men algemeen van oordeel dat de
uitoefening der souvereiniteit door
de Koningin weliswaar is ge
schorst, doch dat de souvereiniteit
zelf geenszins is opgeheven. In
verband hiermee wordt de wense
lijkheid uitgesproken dat in de
samenkomsten der gemeente de
voorbede voor Hare Majesteit niet
worde nagelaten.
R.K. kerk
In het eind van 1941 was ook
een nauwer contact tussen de
protestantse en de rooms katholie-
(Van een onzer redacteuren)
In oktober 1940 kwam het
eerste openlijke getuigenis
van de kerken. Zes samen
werkende protestantse kerk
genootschappen zonden een
ke kerk ontstaan. Reeds was er
over incidentele aangelegenheden
contact geweest tussen prof. Slo
temaker de Bruine en de aartsbis
schop van Utrecht, die op de
hoogte gehouden werd van de
houding van de protestantse ker
ken.
Eind oktober 1941 sprak prof.
mr. P. Scholten, voorzitter van de
werkgroep Kerk en overheid van
de Ned. Hervormde Kerk met dc
aartsbisschop, dr. J. de Jong. Men
wilde een protest doen uitgaan
inzake dc overheidsmaatregelen
tegen de Joden. Het is een alge
meen protest geworden tegen de
maatregelen van de bezetter. Het
overleg met de rooms-katholieke
kerk werd vanaf die tijd steeds
intensiever.
request aan de rijkscommis
saris waarin principiële be
zwaren werden uitgesproken
tegen de eerste anti-Joodse
maatregelen. De betekenis
van dit protest in een tijd
toen een goed deel van ons
volk de bedoelingen van de
Duitsers nog niet helder door
zag kan niet licht overschat
worden.
De strijd van de kerk tegen het
nationaal-socialisme was voor een
groot deel verzet tegen een van
zijn meest demonische symptomen:
het anti-semitisme en de Joden
vervolging. Op weinig fronten is
zo fel en zo volhardend gestreden
Argumenten
In het eerste request aan Seyss
Inquart verzoeken de kerken in
trekking van de uitgevaardigde
voorschriften waarbij de benoe
ming en bevordering van ambtena
ren en andere personen van
Joodsen bloede in Nederland werd
verboden. Drie argumenten voer
den de kerken aan. In de eerste
plaats achtten zij de maatregelen
in strijd met de christelijke barm
hartigheid. vervolgens kwamen zij
op voor de leden van hun kerken
die van Joodse afstamming zijn en
ten derde moesten zij opkomen
voor het Joodse volk, omdat uit
dat volk de Zaligmaker is geboren.
Aan het einde van hun schrijven
wijzen de kerken uitdrukkelijk
naar de belofte van de rijkscom
missaris, gedaan op 29 mei 1940 in
de Ridderzaal in Den Haag, waar
in hij zei ons volkskarakter te
zullen eerbiedigen en ons geen
ideologie op te dringen die ons
vreemd is.
Geen antwoord
De betekenis van dit request en
de afkondiging op verscheidene
kansels was enorm. Een angstig
stilzwijgen way verbroken. De aar
zelende houding die sommigen de
kerk reeds verweten had geen
grond meer.
Antwoord heeft dr. Scyss In
quart nooit gegeven, maar dat hij
de boodschap wel goed heeft gele
zen, blijkt uit het feit dat op de
redactiebureaus van alle Neder
landse kranten de volgende dag
een verbod lag ook maar iets te
publiceren over het initiatief van
de kerken.
Monseigneur De Jong heeft de
strijd niet gezocht. Telkens als
de Duitsers de hoogste waarden
van kerk en staat aanvielen,
overlegde hij eerst uitvoerig
met zijn adviseurs wat de ge
volgen zouden kunnen zijn van
zijn optreden. Hij zag namelijk
duidelijk dat als hij de vijand
openlijk ter verantwoording zou
roepen, er slachtoffers zouden
vallen. De bezetter wou wraak
nemen op onschuldigen, omdat
hij de persoon van de aartsbis
schop zelf niet durfde te tref
fen. Hij toonde zich echter on
verzettelijk als het ging om het
zijn of niet-zijn van het chris
tendom.
In deze ogenblikken van herdenken komt als vanzelf het
werk van de Stichting 1940—1945 naar voren, die zorgt
voor de nabestaanden van hen die in het verzet hun leven
lieten. Hoe gebeurt dat nu reeds twintig jaar; is er in de
loop van de jaren verandering opgetreden in die zorg; hoe
hebben de verzorgden het zijn ze tevreden en hoe lang
zal de zorg zich nog moeten blijven uitstrekken?
Over deze en andere vragen hadden wij een gesprek met
de directeur van de Stichting 19401945, de heer J. H. J.
Kersten te Amsterdam.
illinium ^itillllllltlilliiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
haven. Anders gezegd: de stich
ting voegt aan het buitenge
woon pensioen datgene toe wat
binnen redelijke grenzen nodig
is.
Uit eigen middelen derhalve,
te weten een kapitaal na de
bevrijding spontaan bijeenge
bracht door het Nederlandse
volk, alsmede het jaarlijkse
bedrag van ongeveer vijf ton,
dat de tachtigduizend contribu
anten der stichting vrijwillig
blijven opbrengen.
(Van een onzer
redacteuren)
Verzetsmensen beloof
den elkaar in de ure van
het gevaar dat als de één
viel de anderen voor de
zijnen zouden zorgen. Er
zijn, zoals we allen weten
duizenden en nog eens dui
zenden gevallen; men sla
er de twee omvangrijke
delen van Het Grote Ge
bod maar op na. De ande
ren hébben hun belofte
waargemaakt: alle nagela
ten betrekkingen worden
behoorlijk verzorgd en het
instrument waarmee dit
nu al twintig jaar wordt
gedaan heet Stichting
1940—1945.
trekkingen, b. weduwen en we
zen en c. invaliden als gevolg
van het ondergronds verzet tij
dens de bezettingsjaren ontvan
gen in beginsel buitengewoon
pensioen van het rijk, dat
een unicum! niet door deze
overheid maar door de stichting
wordt uitbetaald.
En aangezien de wetgever nu
eenmaal, populair gezegd, al
leen globaal en nimmer indivi-
dueel-genuanceerd uitkeringen
ting welke haar in staat stellen
zodanige aanvullende bijdragen
te verlenen dat een ieder der
verzorgden zich ook in zijn of
haar sociaal milieu kan hand-
OjM nog even op dit zuiver fi
nanciële vlak te blijven
ook andere eventuele inkom
stenbronnen van degenen voor
wie de stichting in het leven is
geroepen boeken hun uitkerin
gen men denke aan bedrijfs-
pensioenen, aan AOW op de
rekening van het stichtingsbu
reau in de hoofdstad. Het gevolg
hiervan is dat de betrokkenen
maar met één bedrag, zijnde
hun totale maandinkomen te
Men begrijpt dat dit (en
allerlei andere zaken) voor de
stichting 1940-1945 een hele ad
ministratieve kluif vormt,
waaruit meteen moge blijken
dat zij méér wil zijn en ook
meer IS dan een intermediair
dat de financiële belangen van
de aan haar toevertrouwde
groep behartigt.
staat immers heel duidelijk óók
„het lenigen der zedelijke en
maatschappelijke" (naast de
stoffelijke - red.) „noden van
personen die tijdens de Duitse
bezetting tot het binnenlands
verzet hebben bijgedragen, als
mede hun gezinnen of nabe
staanden
Dit betekent onder meer het
maatschappelijk werk, dat in de
stichting een geheel eigen ka
rakter heeft door de sterke
band welke via het verzet is
ontstaan tussen helpers
voornamelijk maatschappelijk
werkers en verzorgden.
Om enkele voorbeelden te
noemen: zij adviseren zo nodig
bij studiekeus van kinderen
hetgeen een aflopende taak is
en bemiddelen bij huisvesting
en plaatsing in bejaardencentra,
wat een toenemende activiteit
kan worden genoemd, omdat de
verzorgdengroep van de stich
ting immers aan het vergrijzen
DIT laatste brengt ons ook op
de duidelijk eindigende taak
van de Stichting 1940-1945. Be
gon men onmiddellijk na de
bezetting met 7500 verzorgden
of eenheden (gezinnen), thans
zijn er dat nog 6000. Dat proces
zet zich uiteraard voort tot.
naar schatting, over ongeveer
twintig jaar de taak van de
stichting zal zijn afgelopen.
Deze globale schatting is dan
gebaseerd op de simpele reken
som dat de gemiddelde leeftijd
van de verzetsman vrij jong
was. namelijk 35; dat we nu
dus 20 jaar verder zijn (55) en
dat de gemiddelde leeftijd van
een Nederlander 75 jaar is.
Het gebruik van de financiële
middelen waarover de stichting
beschikt is daarom duidelijk
zodanig, dat die middelen lang
zaam maar zeker worden opge
soupeerd, zodat er bij wijze
Zijn de buitengewone pen
sioenen die de staat vertrekt
waardevast? Neen. al moet er
onmiddellijk bij gezegd worden
dat de waardevermindering van
het geld duidelijk in diverse
verhogingen tot uiting is geko
men. Maar een automatisme
zoals bij de AOW en de AWW
geldt hier nog niet. Echter is er
de stellige verwachting dat de-
ting te maken heeft en hij zal
het volmondig beamen: bij alle
voorkomende moeilijkheden
vind ik al die jaren in dc
stichting „het" adres waar ik
terecht kan. Ik behoef bij wijze
van spreken maar te kikken of
men staat te mijnen dienste.
Of, zoals zeer onlangs nog
weer eens een van die mensen
(een moeder) aan de stichting
schreef: „U vangt mij op en
omringt me voortdurend met
uw steun. U moest eens weten
welk een grote rust het voor
ons is te weten dat de stichting
er is. Ons gezin gevoelt zich
echt aan u verbonden."
Is er een duidelijker symp
toom voor de inlossing der
belofte uit de periode 1940-1945
denkbaar? De belofte gedaan in
de ure van het gevaar dat als
de één zou vallen de anderen
voor de zijnen zouden zorgen?
Want dat gebeurt, naar recht
en redelijkheid.