HERV. KERK WIL KANSELRUIL
MET GEREF. KERK
Voorstel tot hervorming
gaat niet ver genoeg
Twee opdrachten voor
kerk en vakbeweging
GEEN NOTA BEKEND
OVER RADIO EN TV
Aantal gemengde huwelijken
loopt in ons land terug
G. Dekker (directeur
G.S.I.) promoveert
Voor overleg nu een
vastere vorm nodig
Een woord voor rundaad,
DUET
VRIJDAG 12 FEBRUARI 1965
Stand van gesprek tussen kerken
Snelle groei
naar elkaar
Onbewust openbaart dit boekje
over het hervormd-gereformeerd
gesprek hoe snel de ontwikkeling
van de laatste jaren is geweest en
nog is. Dat komt onder meer naar
voren in het punt dat handelt over
de vrouw in het ambt.
In het verslag dat de hooglera
ren Berkhof en Nauta gaven over
de besprekingen van 1952—1955
komt de volgende uitspraak voor:
„Zo wordt van gereformeerde rij
de in het bijzonder de aandacht
gevestigd op het voorlopig besluit
der hervormde synode tot toela
ting van de vrouw tot alle amb
ten. Omdat hier, indien althans de
ze beslissing bij de hervomden
instemming zou vinden, de moge
lijkheid ligt van een vrij ernstig
verschilpunt tussen beide kerken,
moet het wenselijk geacht worden,
dat men zich over een dergelijk
punt gemeenschappelijk nader be
zint."
De volgende synode van de Ge
reformeerde Kerken die in mei
bijeen komt, zal gaan spreken over
het onderwerp waar toen de Her
vormde Kerk mee bezig was. Uit
de discussies die op de vorige ge
reformeerde synode zijn gevoerd
kan geconcludeerd worden dat de
komende synode zonder al te veel
moeite het diakenambt open zal
stellen voor de vrouw.
Het is echter vrijwel zeker dat
het deputaatschap dat deze ma
terie bestudeert, aan de synode
een voorstel zal doen dat veel ver
der gaat. Het is zelfs in het ge
heel niet uitgesloten dat een voor
stel wordt ingediend dat in grote
lijnen identiek is aan de huidige
praktijk in de Hervormde Kerk.
(Van onze kerkredactie)
DEN HAAG De Nederlandse Hervormde Kerk wil onderzocht
hebben langs welke weg zjj kan komen tot kanselruil met de
Gereformeerde Kerken. Deze wens wordt te kennen gegeven in
een zojuist door de synode uitgegeven geschrift „Hervormd-gere
formeerd gesprek." Het geeft een overzicht van de besprekingen
die eerst door theologen en later door de moderamina van de
synodes van beide kerken z(jn gevoerd.
Tevens wordt uitgesproken:
Het mag niet bij samen-
spreken blijven, hoe nuttig en
nodig ook. Het samenspreken
zij gericht op en verbonden
met een samen-handelen.
vereniging rondom dezelde
avondmaalstafel.
Het boekje besluit met de volgende
oproep: „Om Christus' wil doen wij
daarom een dringend beroep op allen
die in beide kerken als ambtsdrager
of als gemeentelid mede verant-
Het is wenselijk, dat lande- woordelijkheid dragen voor het leven
lijk en plaatselijk wordt na
gegaan op welke wijze het
overleg tussen beide kerken
in een meer vaste vorm ge
goten kan worden. Gedacht
wordt aan samenwerking op
diaconaal terrein en vooral in
maatschappelijk werk.
De schrijvers geloven tevens
in de mogelijkheid van een
Leger predikantenkwestie
Twee predikanten
schrijven synode
(Van onze kerkredactie)
DEN HAAG De (staf) Jegerpredi-
kanten ds. H. J. Diekerhof en ds. H.
Bartlema zijn het oneens met de
voorstellen tot reorganisatie van de
protestantse geestelijke verzorging
van de strijdkrachten, die namens de
Ned. Hervormde Kerk aan het Con
tact in Overheidszaken-Militair (CIO-
M) zijn voorgelegd. De beide herv. pre
dikanten (van wie eerstgenoemde be
kendheid kreeg door zijn conflict met
hoofdlegerpredikant ds. B. A. Bos)
menen, dat het reorganisatie-
ontwerp geen structurele verandering
in de P.G.V. beoogt. Aan de generale
synode hebben zij thans een nota
gezonden, waarin een veel ingrijpen
der hervorming wordt voorgesteld.
Verwacht mag worden, dat het stuk
zal worden betrokken in de discussie,
die de synode aan de voorstellen van
de sectie „Kerk en Krijgsmacht" van
de Raad voor de herderlijke zorg zal
wijden.
Ds. Diekerhof en ds. Bartlema staan
op het standpunt, dat de geestelijke
verzorging een volstrekt kerkelijke
aangelegenheid moet zijn. De leiding
dient te berusten bij een orgaan,
waarin de kerken samenwerken. Ook
de krijgsmachtpredikanten zouden er
in vertegenwoordigd moeten zijn. Het
interkerkelijk orgaan dat dus in de
plaats zou moeten komen van het
slechts als een contactorgaan bedoelde
CIO-M zou de dagelijkse leiding
moeten opdragen aan drie moderami
na, voor elk krijgsmachtdeel één. De
leden van deze moderamina dienen op
gezette tijden af te treden en mogen
niet terstond in hun vorige functie
herkiesbaar zijn.
Geen HLP
In de gedachtengang van de opstel
lers van de nota is geen plaats voor
een „hoofdpredikant". De hiërarchie
ke structuur achten zij in strijd met
het presbyteriale (Dordtse) kerkrecht,
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Zelhem: J. H. J. Hoffman
te Kruiningen.
Aangenomen naar Waarder: A. Vliet-
stra, kand. te Hoogeveen, die bedankte
voor Kinderdijk, Bruchem en Kerk
wijk, Leerbroek. Molenaarsgraaf, Lopik,
Oosterwolde (Gld.) en Wouterswoude
Bedankt voor Delft (wijkgem. 1. vac.
J v. Rootselaar): W. Chr. Hovius te
N leuw-Lekkerland.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Hellendoorn- B. de Boer.
kand. te Meppel; te Metslawier: Tj.
Kuipers, kand. te Nijmegen, die geen
verdere beroepen in overweging kan
GEREF. KERKEN (VRIJGEM.j
Beroepen te Albany (W.-Austr.): J.
Stratine te Alkmaar.
CHRIST. GEREF. KERKEN
Tweetal te Westzaan: M. S. Roos te
's-Gravenzande en G. de Vries te 's-Gra-
vendeel.
Beroepen te Mussel: J. P. v. d. Boom
gaard te Sneek.
GEREF. GEMEENTEN
Bedankt voor Paterson (U.S.A.V C.
Harinck te Utrecht.
DOOPSGEZ. BROEDERSCHAP
Aangenomen naar Rottevalle-Witveen:
mevr. dr. E. A. Franken-Duparc te
LeidCn VRIJE EVANG. GEM.
Benoemd tot pred in algem. dienst
voor de binnen! zend.: W. E. v. Petegem
te Bussum.
volgens welk „niet het ene ambt over
het andere inoch de ene ambtsdrager
over de andere heerschappij voere".
De predikanten vinden het onjuist om
te stellen zoals verleden week van
hervormde zijde in het CIO-M is
gebeurd dat de krijgsmachtpredi
kanten (alleen) „in eerste instantie"
dienaren der kerk zijn. Zij wijzen de
gedachte van „Kerk en Krijgsmacht"
af, dat het organisatiepatroon van de
PGV ook aangepast moet zijn aan
de militaire samenleving en menen
dat het niet de taak van de overheid
is om richtlijnen te geven.
De krijgsmachtpiredikanten, stellen
zij, zijn alleen aan hun eigen kerk
verantwoording schuldig. Zij mogen
geen ambtenaarlijke status hebben en
hun functie mag niet gelijk gesteld
zijn met bepaalde officiersrangen.
Wel zouden om praotische redenen
salariëring, pensionering enz. kunnen
geschieden overeenkomstig de salaris
schalen, die voor bepaalde officiers
rangen gelden. Als subsidie aan de
kerken voor de geestelijke verzorging
van de militairen zou de overheid de
salarissen e.d. dienen te betalen.
De nota aan de synode is een
samenvatting van een uitvoerig reor
ganisatie-voorstel, dat de predikanten
op 16 december 1964 bij het breed
maderamen hebben ingediend.
Inzameling voor
werelddiaconaat
overtreft 1964
UTRECHT De inzameling die zon
dag 7 februari in bijna alle Nederland
se protestantse kerken is gehouden
voor de internationale hulpverlening,
heeft dit jaar aanzienlijk veel meer
opgebracht dan in 1964. Het totaal be
drag is nog niet bekend, maar de eer
ste tellingen doen verwachten, dat het
resultaat het bedrag van vorig jaar met
tien tot twintig procent zal overtreffen.
In februari 1964 leverde de collecte
ongeveer twee en een half miljoen gul
den op. In deze actie voor het wereld
diaconaat werkt het algemeen diaco
naal bureau van de Gereformeerde
Kerken samen met de leden van dc
Stichting voor oecumenische hulp aan
kerken en vluchtelingen: de Neder
landse Hervormde Kerk. de Doopsge
zinde Broederschap, de Remonstrantse
Broederschap, de Oud-katholieke Kerk.
de Evangelisch Lutherse Kerk en de
Evangelische Broedergemeente.
onderwerp toch weer eindigt met een
alinea waarin gezocht wordt naar een
poging om de verschillen te overbrug-
Zo wordt bijvoorbeeld in het ge
deelte dat handelt over de functie van
de belijdenis gezegd: „De gerefor
meerden zullen zich moeten hoeden
voor het formalisme, dat de belijdenis
in feite krachteloos maakt. De her
vormden zullen ervoor moeten waken,
dat zij terwille van de actualiteit niet
de gemeenschap met het verleden
verliezen."
Na een bespreking van het verschil
in de wijze waarop de tucht in bei
de kerken functioneert en heeft ge
functioneerd in het verleden, wordt
gezegd: „Van hervormden en gerefor
meerden beiden wordt gevraagd te er
kennen, dat de wijze waarop ieder de
tucht oefent niet de enige mogelijke
methode i.
DOCUMENTEN
Inauguratie prof. Den Otter:
Chirurgie behoeft
zelfkritiek
AMSTERDAM Prof. dr. G. den Ot
ter. benoemd tot gewoon hoogleraar in
de chirurgie aan de Vrije Universiteit
heeft vanmiddag zijn ambt aanvaard met
het uitspreken van een rede. getiteld
Prognosis dubia.
De chirurgie kan zich, aldus de nieuwe
hoogleraar alleen ontwikkelen op de ha-
sis van de zelfkritiek en de creativiteit
van haar beoefenaren. Hoewel de heden
daagse heelkunde in menig opzicht in-1
drukwekkend is. zijn de vooruitzichten
op volledige en blijvende genezing voor
tal van alledaagse chirurgische afwijkin
gen nog onzeker, als gevolg van tekorten
in diagnostiek en therapie waarvan men
zich niet altijd bewust is.
Dikwijls komt dit pas aan het licht
wanneer men de geopereerde patiënt ja-1
renlang blijft controleren. Daarnaast is
het de taak van de heelkunde steeds weer
te overwegen op welke wijze men ziek
ten. waarvan de vooruitzichten tot op
heden volstrekt ongunstig zijn, de wel
daad van de twijfel aangaande hun
behandelbaarheid kan bewijzen.
Een dergelijke twijfel is een sterke sti
mulans tot inventie van nieuwe behan
delingsmethoden. Laboratoriumonderzoek
dierexperimenten, zijn bij deze ontwik
der kerk en de verkondiging
boodschap. Laten zij alles doen wat
mogelijk is om te komen tot een
grotere samenwerking en uiteindelij
ke hereniging van de Hervormde
Kerk en de Gereformeerde Kerken"
DICHTER
Het geschrift zelf is de uiting van
een nieuwe mentaliteit in de verhou
ding van beide kerken tot elkaar. Het
contrasteert daarom vrij sterk met
bijvoorbeeld het verslag dat werd
opgesteld na de theologenbesprekin-
gen van 19521955. In het verslag dat
toen door de hoogleraren prof. dr. H.
Berkhof en dr. D. Nauta werd opge
steld werd sterk de nadruk gelegd op
de onderlinge verschillen, die in de
besprekingen naar voren waren ge
komen.
Dit geschrift begint na een korte
inleiding en een overzicht van de
naoorlogse contacten met een
hoofdstuk gewijd aan de aspecten
ivaar men wel één is. Daarin wordt
onder andere als conclusie genoemd
dat de kerken in Schriftbeschouwing
en exegese dicht bij elkaar staan,
dichter dan een tiental jaren geleden.
Vele hervormden hebben het gezag
van de bijbel weer voluit leren er
kennen; vele gereformeerden hebben
zich los weten te maken van een
fundamentalistische bijbelbeschou
wing.
Er worden nog zes andere redenen
genoemd waarom de kerken dicht bij
elkaar staan zoals de kerkbeschouwing,
het feit dat men dezelfde belijdenisge
schriften erkent, de openheid voor evan
gelisatie, de wijze waarop vorm wordt
gegeven aan het leven der gemeente, de
sacramentsopvatting en het zending?-
TWEEËRLEI
Vervolgens komt er dan een hoofd
stuk waarin aandacht geschonk
wordt aan de onderwerpen wa
sprake is van een tweeërlei benade
ring. Het is opmerkelijk dat ieder
Aan dit geschrift
twintig pagina's zijn
cumenten toegevoegd,
nomen de verslagen
lende besprekingen va
die waren ingesteld, brieven die de
synodes aan elkaar hebben geschreven,
het besluit van de gereformeerde
synode van Leeuwarden in 1956 om
niet in te gaan op het voorstel van de
beide commissies om een afvaardiging
naar elkanders synodes te zenden, en
een verslag van de eerste besprekin
gen die gevoerd zijn tussen de mode-
raminia. Helaas gaat dit verslag slechts
tot 14 sep.tember 1961. Daardoor kan
men geen indruk krijgen van de
onderwerpen die de laatste jaren ter
sprake zijn gekomen.
Hervormd-gereformeerd gesprek,
geschreven in opdracht van de her
vormde generale synode door de
Raad voor het verband met andere
kerken. Uitgave Boekencentrum n.v„
'a-Gravenhage.
keling onmisbaar.
Overigens is de chirurgie niet alleen
verantwoordelijk voor diagnostiek
rapie maar bovenal voor de wijze
op de patiënt daarop zal reageren.
Dankzij de grote aandacht die de
laatste jaren besteed wordt aan de zgn.
prae- en postoperatieve zorg is de prog
nose van vele chirurgische afwijkingen
verbeterd, vooral in die zin dat het nu
an nauwelijksj mogelijk is geworden uitgebreide opera
;en aantal do- tieve hulp te verlenen aan groepen van
Zo zijn opge-patiënten die vroeger daarvan versto-
de verschil- j moesten blij-
Zendingsbenoemingen
in Zuid-Arperika
onlangs meldden twee Nederlander be
noemde aan een christelijke middelbare
school, zal in samenwerking met de zen
ding der Gereformeerde Kerken een
missionair predikant inzetten, die tot
speciale taak. krijgt de bestrijding van
het spiritisme, dat in Brazilië van grote
omvang is. Het zal een Braziliaan zijn.
die in Afrika en Nederland zijn voorop
leiding krijgt.
De mogelijkheid, om nog een missio
nair predikant aan te stellen, is nog in
studie. Ook in Argentinië heeft men
Baarn om een tweede missionaire predi
kant gevraagd.
„En ik heb hem naar Uw discipelen gebracht en zij hebbe
hem niet kunnen genezen'' (Matthews 17:15).
We behoeven niet eens over al te veel fantasie te beschikke
om te begrijpen, dat de vader diep teleurgesteld is. Daarvoo
zal hij wel alles in hei werk hebben gesteld om zijn zoon
nezen te krijgen, maar zonder resultaat. En dan ineens meen
hij zijn kans te zien. Jezus is aangekomen, Jezus, over Wi
de wonderlijkste verhalen de ronde doen, Die blinden ht
licht in de ogen weer geeft en lammen de macht over ht
benen. Jezus is er en Zijn discipelen.
En terwijl de Here de hoge berg opgaat, begeeft de rade
zich naar de discipelen om hulp. Waarom zouden zij ni«
kunnen helpen?
Maar de discipelen staan machteloos. Ze hebben hem nii
kunnen genezen, is de klacht, die de vader tot de Here uit.
Al zijn hoop was gesteld op hen. die de Here omringen, di
zich Zijn volgelingen noemen. Zij hebben hem niet kunnt
genezen. Misschien is er nog een ogenblik twijfel aan Jezu
macht bij de vader gerezen. Zou het toch niet waar zijn wit
er allemaal wordt verteld?
Het beeld kan worden overgebracht op deze tijd. Hoevelt
hebben zich niet van Hem afgewend omdat wij, die zeggt
Hem te volgen, hen niet hebben kunnen helpen? Omdat toi
niet in staat geweest zijn waar te maken dat wij zijn, die w jS
zeggen te zijn? Hier ligt een grote verantwoordelijkheid roo
hen, die Christus naam dragen. Here, geef ons een geloof
een mosterdzaad.
Wij lezen vanavond Mattheus 5 vers 1 tot 12
A. Borstlap in Diesrede SSR:
Arbeidsethiek
en democratie
(Va
erslaggevers)
ROTTERDAM De vakbeweging
in deze tijd en ook de Kerk hebben
twee grote opdrachten. De „cultus
van de vrije tijd" moet worden
bestreden met een nieuwe arbeids-
Elburgs predikant
preekt over vier
weken weer
ELBURG De kerkeraad van de
Nederlandse Hervormde kerk in Elburg
en ds. B. G. A. van der Wiel hebben
besloten niet in beroep te gaan tegen
de uitspraak van de commissie van on
derzoek van moderamen van de Ne
derlandse Hervormde Kerk in Gelder
land. De termijn liep gisteren af. De
kerkeraad mag dientengevolge zijn
ambtsbezigheden zondag weer begin
nen. Ds. Van der Wiel moet nog vier
weken wachten voor hij de kansel weer
mag bestijgen.
spaar plezierïgmet
NYLONS
d' met gratis
waardezegels
van. 15 en 25 ct.
vraag vooral om de
DUET-spaarkaart
(Van onze parlemcntsrcdactie)
DEN HAAG „Er is van rege
ringszijde geen nota over het radio-
en televisiebcleid binnengekomen. Mij
is ook geen mededeling gedaan over
het tijdstip van verschijning van dit
stuk. Ik heb geen enkel aanknopings
punt".
Zo luidde het antwoord, dat Kamer
voorzitter mr. Van Thiel gisteren in
de Kamer gaf op vragen van P.v.d.A.-
fractieleider dr. Vondeling. Deze had
het over een radio-t.v.-nota, die op
het Binnenhof zou zijn gearriveerd.
Hij doelde echter op een publicatie in
het Haagse dagblad „Het Binnenhof".
Dr. Vondeling wilde ook meer we
ten over de werkzaamheden van de
Kamercommissie, die een verslag
moet uitbrengen over de regeringsno
ta inzake de positie van de dagblad
pers. welk stuk vorig jaar bij de
Kamer is ingediend. Uit de opmerkin
gen van de K.V.P.-er Lucas bleek, dat
de commissie met de vaststelling van
het verslag wil wachten totdat de
regering (uiterlijk 1 maart) haar
radio-t.v.-plannen aan de Kamer ken
baar heeft gemaakt. Dat is een meer
derheidsbesluit. Een minderheid in
genoemde Kamercommissie wil nl. het
verslag reeds nu uitbrengen, ongeacht
de omroepplannen van het kabinet.
De meeste leden van de commissie
vinden het echter verstandiger af te
wachten hoe de regering de taak van
de pers bij de exploitatie van de t.v.-
reclame ziet. Hun visie daarop kun
nen zij dan in het verslag over de
dagbladnota verwerken.
Teken van toenemende verzuiling?
Vooroordelen
vaak niet
AMSTERDAM Het aantal
gemengde huwelijken in ons land
is (in tegenstelling tot andere lan
den) dalende. Dit is een van de
opmerkelijkste conclusies van dr.
G. Dekker in zijn dissertatie „Het
kerkelijk gemengde huwelijk",
waarop hij vanmiddag is gepromo
veerd. Bij de volkstelling van 1947
was 12,6 procent van het aantal
huwelijken gemengd; in 1960 bleek
dit te zijn gedaald tot 9,4 procent.
gemotiveerd
(Van onze kerkredactie)
gemengde. Wel is opmerkelijk, dat het
gemengde huwelijk vooral voorkomt bij
mensen, die jonger dan twintig of ouder
dan vijfendertig jaar zijn.
WEERSTAND
In zijn proefschrift onderscheidt
dr. Dekker vyf „gezindten": rooms-
katholieken, hervormden, gereformeer
den (alle kerken samengevat, met het
oovd gereformeerd in hun naam),]tete'„ het gemengde'huwelijk. Dr.
buiten- J Dekker noemt dit begrijpelijk, niet
alleen uit groepsbelang, maar vooral
ook uit pastoraal oogpunt. Toch
meent hij dat er ten aanzien van de
zeggen dat in veel gevallen na korter
of langer tijd beide partners tot
dezelfde groep behoren. Zo was van
de gemengde huwelijken, die in 1947
tot 1949 gesloten waren, in 1960 in
meer dan de helft het gemengd
karakter verdwenen. Hiervan profi
teerde vooral de buitenkerkelijke
groep, terwijl het voor de rooms-
katholieke en de gereformeerde groe
pering geen verlies betekende.
ONTKERKELIJKING
Toch meent dr. Dekker, dat men
niet mag zeggen, dat gemengde huwe
lijken ontkerkelijking in de hand
werken. Het is veeleer omgekeerd:
randkerkelijkheid werkt juist een ge-
Er bestaat een alfemeen Tenet me°»d kuwelijk in de hand.
leden van overige kerken
kerkelijken.
In deze verschillende gezindten
het percentage gehuwden dat gemengd
getrouwd is:
rooms-katholieken
gereformeerden
hervormden
buitenkerkelijken
overigen
Dr. Dekker heeft vooral getracht de
factoren te analyseren, waardoor een
gemengd huwelijk (niet) tot stand
komt, en zo ook de verschillen tussen
de gezindten te verklaren voor wat
betreft het aantal gemengde huwe
lijken.
OVERSCHOTTEN
Er zijn twee belangrijke kwantitatieve
factoren, namelijk de omvang van de
gezindtes en de verhouding tussen het
aantal mannen en het aantal vrouwen
binnen de afzonderlijke groepen. In een
kleine kerk, waarvan de leden verspreid
wonen, zal het moeilijker zijn om ge
mengde huwelijken te vermijden dan in
grote. Verder is ook aanleiding tot het
zoeken van een huwelijkspartner buiten
eigen groep het mannenoverschot bij de
buitenkerkelijken en het vrouwenover
schot in de categorie ..overige kerken"
waartoe voornamelijk lutheranen, doops
gezinden, remonstranten, vrije evangeli-
schen, baptisten, apostolischen enz. beho-
Voorts wordt een groep factoren direct
bepaald door het karakter van de diverse
kerkelijke groeperingen. Voor gerefor
meerden en rooms-katholieken betekenen
trouw in het kerkelijk leven, de keuze
vrienden in eigen kring, in het
algemeen de verzuiling, een duidelijke
rem voor het gemengde huwelijk. Daar
komt het standpunt bij, dat deze kerken
in hun leer innemen ten aanzien van het
gemengde huwelijk. Bij de ..overigen"
en vooral de buitenkerkelijken consta
teerde dr. Dekker echter juist het tegen
deel van verzuiling. De hervormden
liggen hier tussen in.
GROTE STEDEN
Dan oefent nog een derde groep
factoren invloed uit. Hoe groter de
woonplaats, hoe groter het aantal ge
mengde huwelijken, terwijl ook het
beroep van de man van betekenia blijkt.
In de vrije beroepen en onder de
hogere employé's (juist beroepen die
typisch in de stedelijk-industriële samen
leving passen) komt het gemengde huwe
lijk relatief gezien vier maal zoveel voor
ils onder agrariërs.
Ook deze factoren verklaren de ver
schillen tussen de verschillende groepen,
omdat juist de „overigen" en de buiten
kerkelijken vooral gevonden worden in
de stedelijk-industriële samenleving.
Men mag op grond van de statistische
gegevens niet zeggen volgens dr. Dekker,
dat van de gemengde huwelijken meer
„gedwongen" zijn dan van de niet-
Tnderdaad is het aantal echtschei
dingen in gemengde huwelijken be
duidend hoger dan in niet-gemengde
(in 1951'55 0.89 procent bij een
algemeen gemiddelde van 0,26 pro
cent). Volgens dr. Dekker is echter
niet bewezen, dat hier geen andere
factoren in het spel zijn, zoals bij
voorbeeld dat echtscheiding evenals
het gemengde huwelijk in «terke
mate een stedelijk verschijnsel is.
Ook de bewering, dat het gemengd
karakter van een huwelijk oorzaak is
van een lager kindertal, is niet statis
tisch te bewijzen.
Er is bij de gemengde huwelijken
een homogeniteitstendens, dat wil
Dat van de gemengde huwelijken
minder dan een kwart kerkelijk be
vestigd wordt, bewijst, dat c'e kerke-1
lijke binding vóór het huwelijk
meestal toch al niet groot meer was.
In veel gevallen is de ontkerkelijking
dus alleen een. formele overgang en
moet men de oorzaak niet in het
gemengde huwelijk zoeken.
Hoe komt het nu, dat het aantal
gemengde huwelijken in ons land
daalt, terwijl men juist een stijging
zou verwachten op grond van de
toenemende contacten over de kerk
muren heen en de toenemende ver
stedelijking?
Dr. Dekker denkt hier onder meer
aan een versterking van de weerstand
tegen het gemengd huwen. Het be
staan van een aantal gesloten levens
beschouwelijke groepen is thans meer
algemeen en beheerst sterker het
leven van alledag dan vroeger. Ook
zorgt de ontkerkelijking waarschijn
lijk voor een zekere „zuivering".
(Van een onzer medewerkers)
AMSTERDAM Vanmiddag
is de directeur van het Gerefor
meerd Sociologisch Instituut, de
heer G. Dekker, aan de Vrije Uni
versiteit gepromoveerd tot doc
tor in de sociale wetenschappen
op een dissertatie, getiteld „Het
kerkelijk gemengde huwelijk in
Nederland".
Als paranimfen fungeerden drs. J.
Hendriks te Amsterdam en ds. H.
Makkinga te Koudekerk aan de Rijn.
De oppositie werd geopend door me
juffrouw drs. A. M. Polman en ver
volgens gevoerd door enkele hoogle
raren.
Nadat prof. dr. G. Kuiper Hzn. dc
promotie had verricht, waaraan hij
een woord van gelukwens en waarde
ring verbond, recipieerden dr. en
Dekker in een der zalen
van het Woestduincentrum, waar de
plechtigheid plaatsvond. Tal van figu
ren op het gebied van het maatschap
pelijk werk en uit kringen van het
Gereformeerd Sociologisch Insitituut
kwamen hun opwachting maken.
Gerard Dekker werd 23 juli 1931 te
Naaldwijk geboren. Hij genoot in Den
Haag middelbaar onderwijs en stu
deerde economie aan de Vrije Univer
siteit,
hij in 1955 zijn doctoraal
examen aflegde. Wijlen prof. dr. R.
van Dijk. aan wiens nagedachtenis
het proefschrift is opgedragen, leidde
hem in de sociologie in. In 1957 trad
hij in dienst van het G.S.L., waarvan
hij dit jaar directeur is geworden. Van
zijn hand verschenen verschillende
rapporten en artikelen in het orgaan
van het G.S.I.
daaraan te gronde. Verder is er i
dwingende opdracht aan de
dersmassa's in Azië, Afrika en L
Amerika de weg te wijzen naar
democratische structuur in hiin
menleving.
Bij deze opdrachten zal de
werking van de Nederlandse acadeiq
cus héél hard nodig zijn. Deze
den sprak de heer A. Borstlap, hoofs
bestuurder van het CNV, gisteravonl
in een rede ter gelegenheid van t'
69ste Dies Natalis van SSR. De i
vierde deze diës te Rotterdam
van SSRR en de diesrede van de h«|
Borstlap had als onderwerp de bek
kenis van de vakbond voor de i
ne arbeider.
Uitgaand van het feit. dat de
beweging er in is geslaagd bij
stijgende welvaart het aandeel van ói
werknemer daarin te vergroten en q
sociale zekerheid uit te breiden zoa
der schade aan de werkelijkheid stej
de de heer Borstlap een verminderd
erkentelijkheid van de leden vast
Niet gelijk op
De groei van de „erkende" vakhJ
weging houdt géén gelijke tred i
die van de arbeidende bevolking.
geen-40 procent is daarin gec
niseerd terwijl de •„categorale'
den de laatste tien jaar sterk groj
den.
Er kwamen spanningen tussen bt
stuurders en leden, zelfs comité's d
de leiding buiten de deur hebn
gezet en zelf met de directies gingi
praten om méér te krijgen dan met i
vakbeweging was overeen gekomen.-
Vele argumenten zijn daarvoor vi
binnen en buiten de vakbewegii
aangedragen, die oppervlakkig gezit
steekhoudend lijken.
De heer Borstlap ïag echter dt
er heel andere dingen aan de hu
zijn, dan deze spanningen. Hr
loonpolitieke systeem in Nederlu
zag hij als star. Alles wat er 1
tussen een gebonden of een vrij
loonpolitiek, zag hij als knutsë
werk. En een cao dient een regellnl
te zijn voor minimumvoorwaarde
in plaats van zoals nu ook
maximumvoorwaarden, die i
loon bevorderen!
Veel in de loonpolitiek zoal
de een jaar geleden voorspeld
werkloosheid, als de loonexplosi
boven de tien procent zou ultki
men! geloven de arbeiders niet
Er is ook een tekort aan represent»
tie van de vakbeweging binnen d
muren van het bedrijf.
En.... de arbeider verdwijnt. Dk
wordt een vakman met status, mf
een minimum aan klassebewustzijn
een maximum aan individualiteit, <fc
maandsalaris wil en geen weekloon
al levert hem dat evenveel op
die héél wat meer te verliezen heel
dan de ketenen van zijn voorouders
Toch zijn wantrouwen en economi
sche afhankelijkheid gebleven. Di
kunnen, aldus de heer Borstlap
slechts verminderen door spoedig to
stand komen .van een stelsel vai
vermogensaanwasdeling en kapitaal
vorming. De vakbeweging in Neder
land werd volwassen, groeide vu
strijdorganisatie tot partner
werkgever en regering.
De rede van de heer Borstlap werf
gevolgd door een forumdiscussie 0®
der voorzitterschap van prof. dr. H.
van Stuivenberg, hoogleraar aan
Nederlandsche Economische Hoogt
school. Leden waren drs. L. E. H
Vredevoogd, wetenschappelijk ambt®
naar aan de Vrije Universiteit, di
heer A. van Rossen, voorzitter van di
Algemene Bond van Ambtenaren i'.
de heer L. de Waal van de directii
van Phs. van Ommeren NV.
Boekenhoek
Angelique-cyrlus, door Anne en S
go Colon. Uitgave Ad C. M. Stok Zuid
Hollandsche Uitgeversmaatschappij
Den Haag.
Dedrie eerste delen uit de bt-
kende Angelique-cyclus zijn ver
schenen in een filmeditie. Het zijn:
Markiezin der Engelen, De weg
naar Versailles, en Favoriete des
Konings. Zoals bekend handelen dt
romans over de belevenissen van
de knappe Angelique, dochter van
een arme baron, in het Frankrijk
van Lodewijk de Veertiende, (resp.
314, 267 en 294 blz., per deel
f 13,50)
De dissertatie is in druk verschent»
bij de firma J. A. Boom en Zoon t«
Meppe!