HERV. KERK WIL KANSELRUIL MET GEREF. KERK Voorstel tot hervorming gaat niet ver genoeg Twee opdrachten voor kerk en vakbeweging GEEN NOTA BEKEND OVER RADIO EN TV Aantal gemengde huwelijken loopt in ons land terug G. Dekker (directeur G.S.I.) promoveert Voor overleg nu een vastere vorm nodig Een woord voor rundaad, DUET VRIJDAG 12 FEBRUARI 1965 Stand van gesprek tussen kerken Snelle groei naar elkaar Onbewust openbaart dit boekje over het hervormd-gereformeerd gesprek hoe snel de ontwikkeling van de laatste jaren is geweest en nog is. Dat komt onder meer naar voren in het punt dat handelt over de vrouw in het ambt. In het verslag dat de hooglera ren Berkhof en Nauta gaven over de besprekingen van 1952—1955 komt de volgende uitspraak voor: „Zo wordt van gereformeerde rij de in het bijzonder de aandacht gevestigd op het voorlopig besluit der hervormde synode tot toela ting van de vrouw tot alle amb ten. Omdat hier, indien althans de ze beslissing bij de hervomden instemming zou vinden, de moge lijkheid ligt van een vrij ernstig verschilpunt tussen beide kerken, moet het wenselijk geacht worden, dat men zich over een dergelijk punt gemeenschappelijk nader be zint." De volgende synode van de Ge reformeerde Kerken die in mei bijeen komt, zal gaan spreken over het onderwerp waar toen de Her vormde Kerk mee bezig was. Uit de discussies die op de vorige ge reformeerde synode zijn gevoerd kan geconcludeerd worden dat de komende synode zonder al te veel moeite het diakenambt open zal stellen voor de vrouw. Het is echter vrijwel zeker dat het deputaatschap dat deze ma terie bestudeert, aan de synode een voorstel zal doen dat veel ver der gaat. Het is zelfs in het ge heel niet uitgesloten dat een voor stel wordt ingediend dat in grote lijnen identiek is aan de huidige praktijk in de Hervormde Kerk. (Van onze kerkredactie) DEN HAAG De Nederlandse Hervormde Kerk wil onderzocht hebben langs welke weg zjj kan komen tot kanselruil met de Gereformeerde Kerken. Deze wens wordt te kennen gegeven in een zojuist door de synode uitgegeven geschrift „Hervormd-gere formeerd gesprek." Het geeft een overzicht van de besprekingen die eerst door theologen en later door de moderamina van de synodes van beide kerken z(jn gevoerd. Tevens wordt uitgesproken: Het mag niet bij samen- spreken blijven, hoe nuttig en nodig ook. Het samenspreken zij gericht op en verbonden met een samen-handelen. vereniging rondom dezelde avondmaalstafel. Het boekje besluit met de volgende oproep: „Om Christus' wil doen wij daarom een dringend beroep op allen die in beide kerken als ambtsdrager of als gemeentelid mede verant- Het is wenselijk, dat lande- woordelijkheid dragen voor het leven lijk en plaatselijk wordt na gegaan op welke wijze het overleg tussen beide kerken in een meer vaste vorm ge goten kan worden. Gedacht wordt aan samenwerking op diaconaal terrein en vooral in maatschappelijk werk. De schrijvers geloven tevens in de mogelijkheid van een Leger predikantenkwestie Twee predikanten schrijven synode (Van onze kerkredactie) DEN HAAG De (staf) Jegerpredi- kanten ds. H. J. Diekerhof en ds. H. Bartlema zijn het oneens met de voorstellen tot reorganisatie van de protestantse geestelijke verzorging van de strijdkrachten, die namens de Ned. Hervormde Kerk aan het Con tact in Overheidszaken-Militair (CIO- M) zijn voorgelegd. De beide herv. pre dikanten (van wie eerstgenoemde be kendheid kreeg door zijn conflict met hoofdlegerpredikant ds. B. A. Bos) menen, dat het reorganisatie- ontwerp geen structurele verandering in de P.G.V. beoogt. Aan de generale synode hebben zij thans een nota gezonden, waarin een veel ingrijpen der hervorming wordt voorgesteld. Verwacht mag worden, dat het stuk zal worden betrokken in de discussie, die de synode aan de voorstellen van de sectie „Kerk en Krijgsmacht" van de Raad voor de herderlijke zorg zal wijden. Ds. Diekerhof en ds. Bartlema staan op het standpunt, dat de geestelijke verzorging een volstrekt kerkelijke aangelegenheid moet zijn. De leiding dient te berusten bij een orgaan, waarin de kerken samenwerken. Ook de krijgsmachtpredikanten zouden er in vertegenwoordigd moeten zijn. Het interkerkelijk orgaan dat dus in de plaats zou moeten komen van het slechts als een contactorgaan bedoelde CIO-M zou de dagelijkse leiding moeten opdragen aan drie moderami na, voor elk krijgsmachtdeel één. De leden van deze moderamina dienen op gezette tijden af te treden en mogen niet terstond in hun vorige functie herkiesbaar zijn. Geen HLP In de gedachtengang van de opstel lers van de nota is geen plaats voor een „hoofdpredikant". De hiërarchie ke structuur achten zij in strijd met het presbyteriale (Dordtse) kerkrecht, Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Zelhem: J. H. J. Hoffman te Kruiningen. Aangenomen naar Waarder: A. Vliet- stra, kand. te Hoogeveen, die bedankte voor Kinderdijk, Bruchem en Kerk wijk, Leerbroek. Molenaarsgraaf, Lopik, Oosterwolde (Gld.) en Wouterswoude Bedankt voor Delft (wijkgem. 1. vac. J v. Rootselaar): W. Chr. Hovius te N leuw-Lekkerland. GEREF. KERKEN Beroepen te Hellendoorn- B. de Boer. kand. te Meppel; te Metslawier: Tj. Kuipers, kand. te Nijmegen, die geen verdere beroepen in overweging kan GEREF. KERKEN (VRIJGEM.j Beroepen te Albany (W.-Austr.): J. Stratine te Alkmaar. CHRIST. GEREF. KERKEN Tweetal te Westzaan: M. S. Roos te 's-Gravenzande en G. de Vries te 's-Gra- vendeel. Beroepen te Mussel: J. P. v. d. Boom gaard te Sneek. GEREF. GEMEENTEN Bedankt voor Paterson (U.S.A.V C. Harinck te Utrecht. DOOPSGEZ. BROEDERSCHAP Aangenomen naar Rottevalle-Witveen: mevr. dr. E. A. Franken-Duparc te LeidCn VRIJE EVANG. GEM. Benoemd tot pred in algem. dienst voor de binnen! zend.: W. E. v. Petegem te Bussum. volgens welk „niet het ene ambt over het andere inoch de ene ambtsdrager over de andere heerschappij voere". De predikanten vinden het onjuist om te stellen zoals verleden week van hervormde zijde in het CIO-M is gebeurd dat de krijgsmachtpredi kanten (alleen) „in eerste instantie" dienaren der kerk zijn. Zij wijzen de gedachte van „Kerk en Krijgsmacht" af, dat het organisatiepatroon van de PGV ook aangepast moet zijn aan de militaire samenleving en menen dat het niet de taak van de overheid is om richtlijnen te geven. De krijgsmachtpiredikanten, stellen zij, zijn alleen aan hun eigen kerk verantwoording schuldig. Zij mogen geen ambtenaarlijke status hebben en hun functie mag niet gelijk gesteld zijn met bepaalde officiersrangen. Wel zouden om praotische redenen salariëring, pensionering enz. kunnen geschieden overeenkomstig de salaris schalen, die voor bepaalde officiers rangen gelden. Als subsidie aan de kerken voor de geestelijke verzorging van de militairen zou de overheid de salarissen e.d. dienen te betalen. De nota aan de synode is een samenvatting van een uitvoerig reor ganisatie-voorstel, dat de predikanten op 16 december 1964 bij het breed maderamen hebben ingediend. Inzameling voor werelddiaconaat overtreft 1964 UTRECHT De inzameling die zon dag 7 februari in bijna alle Nederland se protestantse kerken is gehouden voor de internationale hulpverlening, heeft dit jaar aanzienlijk veel meer opgebracht dan in 1964. Het totaal be drag is nog niet bekend, maar de eer ste tellingen doen verwachten, dat het resultaat het bedrag van vorig jaar met tien tot twintig procent zal overtreffen. In februari 1964 leverde de collecte ongeveer twee en een half miljoen gul den op. In deze actie voor het wereld diaconaat werkt het algemeen diaco naal bureau van de Gereformeerde Kerken samen met de leden van dc Stichting voor oecumenische hulp aan kerken en vluchtelingen: de Neder landse Hervormde Kerk. de Doopsge zinde Broederschap, de Remonstrantse Broederschap, de Oud-katholieke Kerk. de Evangelisch Lutherse Kerk en de Evangelische Broedergemeente. onderwerp toch weer eindigt met een alinea waarin gezocht wordt naar een poging om de verschillen te overbrug- Zo wordt bijvoorbeeld in het ge deelte dat handelt over de functie van de belijdenis gezegd: „De gerefor meerden zullen zich moeten hoeden voor het formalisme, dat de belijdenis in feite krachteloos maakt. De her vormden zullen ervoor moeten waken, dat zij terwille van de actualiteit niet de gemeenschap met het verleden verliezen." Na een bespreking van het verschil in de wijze waarop de tucht in bei de kerken functioneert en heeft ge functioneerd in het verleden, wordt gezegd: „Van hervormden en gerefor meerden beiden wordt gevraagd te er kennen, dat de wijze waarop ieder de tucht oefent niet de enige mogelijke methode i. DOCUMENTEN Inauguratie prof. Den Otter: Chirurgie behoeft zelfkritiek AMSTERDAM Prof. dr. G. den Ot ter. benoemd tot gewoon hoogleraar in de chirurgie aan de Vrije Universiteit heeft vanmiddag zijn ambt aanvaard met het uitspreken van een rede. getiteld Prognosis dubia. De chirurgie kan zich, aldus de nieuwe hoogleraar alleen ontwikkelen op de ha- sis van de zelfkritiek en de creativiteit van haar beoefenaren. Hoewel de heden daagse heelkunde in menig opzicht in-1 drukwekkend is. zijn de vooruitzichten op volledige en blijvende genezing voor tal van alledaagse chirurgische afwijkin gen nog onzeker, als gevolg van tekorten in diagnostiek en therapie waarvan men zich niet altijd bewust is. Dikwijls komt dit pas aan het licht wanneer men de geopereerde patiënt ja-1 renlang blijft controleren. Daarnaast is het de taak van de heelkunde steeds weer te overwegen op welke wijze men ziek ten. waarvan de vooruitzichten tot op heden volstrekt ongunstig zijn, de wel daad van de twijfel aangaande hun behandelbaarheid kan bewijzen. Een dergelijke twijfel is een sterke sti mulans tot inventie van nieuwe behan delingsmethoden. Laboratoriumonderzoek dierexperimenten, zijn bij deze ontwik der kerk en de verkondiging boodschap. Laten zij alles doen wat mogelijk is om te komen tot een grotere samenwerking en uiteindelij ke hereniging van de Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerken" DICHTER Het geschrift zelf is de uiting van een nieuwe mentaliteit in de verhou ding van beide kerken tot elkaar. Het contrasteert daarom vrij sterk met bijvoorbeeld het verslag dat werd opgesteld na de theologenbesprekin- gen van 19521955. In het verslag dat toen door de hoogleraren prof. dr. H. Berkhof en dr. D. Nauta werd opge steld werd sterk de nadruk gelegd op de onderlinge verschillen, die in de besprekingen naar voren waren ge komen. Dit geschrift begint na een korte inleiding en een overzicht van de naoorlogse contacten met een hoofdstuk gewijd aan de aspecten ivaar men wel één is. Daarin wordt onder andere als conclusie genoemd dat de kerken in Schriftbeschouwing en exegese dicht bij elkaar staan, dichter dan een tiental jaren geleden. Vele hervormden hebben het gezag van de bijbel weer voluit leren er kennen; vele gereformeerden hebben zich los weten te maken van een fundamentalistische bijbelbeschou wing. Er worden nog zes andere redenen genoemd waarom de kerken dicht bij elkaar staan zoals de kerkbeschouwing, het feit dat men dezelfde belijdenisge schriften erkent, de openheid voor evan gelisatie, de wijze waarop vorm wordt gegeven aan het leven der gemeente, de sacramentsopvatting en het zending?- TWEEËRLEI Vervolgens komt er dan een hoofd stuk waarin aandacht geschonk wordt aan de onderwerpen wa sprake is van een tweeërlei benade ring. Het is opmerkelijk dat ieder Aan dit geschrift twintig pagina's zijn cumenten toegevoegd, nomen de verslagen lende besprekingen va die waren ingesteld, brieven die de synodes aan elkaar hebben geschreven, het besluit van de gereformeerde synode van Leeuwarden in 1956 om niet in te gaan op het voorstel van de beide commissies om een afvaardiging naar elkanders synodes te zenden, en een verslag van de eerste besprekin gen die gevoerd zijn tussen de mode- raminia. Helaas gaat dit verslag slechts tot 14 sep.tember 1961. Daardoor kan men geen indruk krijgen van de onderwerpen die de laatste jaren ter sprake zijn gekomen. Hervormd-gereformeerd gesprek, geschreven in opdracht van de her vormde generale synode door de Raad voor het verband met andere kerken. Uitgave Boekencentrum n.v„ 'a-Gravenhage. keling onmisbaar. Overigens is de chirurgie niet alleen verantwoordelijk voor diagnostiek rapie maar bovenal voor de wijze op de patiënt daarop zal reageren. Dankzij de grote aandacht die de laatste jaren besteed wordt aan de zgn. prae- en postoperatieve zorg is de prog nose van vele chirurgische afwijkingen verbeterd, vooral in die zin dat het nu an nauwelijksj mogelijk is geworden uitgebreide opera ;en aantal do- tieve hulp te verlenen aan groepen van Zo zijn opge-patiënten die vroeger daarvan versto- de verschil- j moesten blij- Zendingsbenoemingen in Zuid-Arperika onlangs meldden twee Nederlander be noemde aan een christelijke middelbare school, zal in samenwerking met de zen ding der Gereformeerde Kerken een missionair predikant inzetten, die tot speciale taak. krijgt de bestrijding van het spiritisme, dat in Brazilië van grote omvang is. Het zal een Braziliaan zijn. die in Afrika en Nederland zijn voorop leiding krijgt. De mogelijkheid, om nog een missio nair predikant aan te stellen, is nog in studie. Ook in Argentinië heeft men Baarn om een tweede missionaire predi kant gevraagd. „En ik heb hem naar Uw discipelen gebracht en zij hebbe hem niet kunnen genezen'' (Matthews 17:15). We behoeven niet eens over al te veel fantasie te beschikke om te begrijpen, dat de vader diep teleurgesteld is. Daarvoo zal hij wel alles in hei werk hebben gesteld om zijn zoon nezen te krijgen, maar zonder resultaat. En dan ineens meen hij zijn kans te zien. Jezus is aangekomen, Jezus, over Wi de wonderlijkste verhalen de ronde doen, Die blinden ht licht in de ogen weer geeft en lammen de macht over ht benen. Jezus is er en Zijn discipelen. En terwijl de Here de hoge berg opgaat, begeeft de rade zich naar de discipelen om hulp. Waarom zouden zij ni« kunnen helpen? Maar de discipelen staan machteloos. Ze hebben hem nii kunnen genezen, is de klacht, die de vader tot de Here uit. Al zijn hoop was gesteld op hen. die de Here omringen, di zich Zijn volgelingen noemen. Zij hebben hem niet kunnt genezen. Misschien is er nog een ogenblik twijfel aan Jezu macht bij de vader gerezen. Zou het toch niet waar zijn wit er allemaal wordt verteld? Het beeld kan worden overgebracht op deze tijd. Hoevelt hebben zich niet van Hem afgewend omdat wij, die zeggt Hem te volgen, hen niet hebben kunnen helpen? Omdat toi niet in staat geweest zijn waar te maken dat wij zijn, die w jS zeggen te zijn? Hier ligt een grote verantwoordelijkheid roo hen, die Christus naam dragen. Here, geef ons een geloof een mosterdzaad. Wij lezen vanavond Mattheus 5 vers 1 tot 12 A. Borstlap in Diesrede SSR: Arbeidsethiek en democratie (Va erslaggevers) ROTTERDAM De vakbeweging in deze tijd en ook de Kerk hebben twee grote opdrachten. De „cultus van de vrije tijd" moet worden bestreden met een nieuwe arbeids- Elburgs predikant preekt over vier weken weer ELBURG De kerkeraad van de Nederlandse Hervormde kerk in Elburg en ds. B. G. A. van der Wiel hebben besloten niet in beroep te gaan tegen de uitspraak van de commissie van on derzoek van moderamen van de Ne derlandse Hervormde Kerk in Gelder land. De termijn liep gisteren af. De kerkeraad mag dientengevolge zijn ambtsbezigheden zondag weer begin nen. Ds. Van der Wiel moet nog vier weken wachten voor hij de kansel weer mag bestijgen. spaar plezierïgmet NYLONS d' met gratis waardezegels van. 15 en 25 ct. vraag vooral om de DUET-spaarkaart (Van onze parlemcntsrcdactie) DEN HAAG „Er is van rege ringszijde geen nota over het radio- en televisiebcleid binnengekomen. Mij is ook geen mededeling gedaan over het tijdstip van verschijning van dit stuk. Ik heb geen enkel aanknopings punt". Zo luidde het antwoord, dat Kamer voorzitter mr. Van Thiel gisteren in de Kamer gaf op vragen van P.v.d.A.- fractieleider dr. Vondeling. Deze had het over een radio-t.v.-nota, die op het Binnenhof zou zijn gearriveerd. Hij doelde echter op een publicatie in het Haagse dagblad „Het Binnenhof". Dr. Vondeling wilde ook meer we ten over de werkzaamheden van de Kamercommissie, die een verslag moet uitbrengen over de regeringsno ta inzake de positie van de dagblad pers. welk stuk vorig jaar bij de Kamer is ingediend. Uit de opmerkin gen van de K.V.P.-er Lucas bleek, dat de commissie met de vaststelling van het verslag wil wachten totdat de regering (uiterlijk 1 maart) haar radio-t.v.-plannen aan de Kamer ken baar heeft gemaakt. Dat is een meer derheidsbesluit. Een minderheid in genoemde Kamercommissie wil nl. het verslag reeds nu uitbrengen, ongeacht de omroepplannen van het kabinet. De meeste leden van de commissie vinden het echter verstandiger af te wachten hoe de regering de taak van de pers bij de exploitatie van de t.v.- reclame ziet. Hun visie daarop kun nen zij dan in het verslag over de dagbladnota verwerken. Teken van toenemende verzuiling? Vooroordelen vaak niet AMSTERDAM Het aantal gemengde huwelijken in ons land is (in tegenstelling tot andere lan den) dalende. Dit is een van de opmerkelijkste conclusies van dr. G. Dekker in zijn dissertatie „Het kerkelijk gemengde huwelijk", waarop hij vanmiddag is gepromo veerd. Bij de volkstelling van 1947 was 12,6 procent van het aantal huwelijken gemengd; in 1960 bleek dit te zijn gedaald tot 9,4 procent. gemotiveerd (Van onze kerkredactie) gemengde. Wel is opmerkelijk, dat het gemengde huwelijk vooral voorkomt bij mensen, die jonger dan twintig of ouder dan vijfendertig jaar zijn. WEERSTAND In zijn proefschrift onderscheidt dr. Dekker vyf „gezindten": rooms- katholieken, hervormden, gereformeer den (alle kerken samengevat, met het oovd gereformeerd in hun naam),]tete'„ het gemengde'huwelijk. Dr. buiten- J Dekker noemt dit begrijpelijk, niet alleen uit groepsbelang, maar vooral ook uit pastoraal oogpunt. Toch meent hij dat er ten aanzien van de zeggen dat in veel gevallen na korter of langer tijd beide partners tot dezelfde groep behoren. Zo was van de gemengde huwelijken, die in 1947 tot 1949 gesloten waren, in 1960 in meer dan de helft het gemengd karakter verdwenen. Hiervan profi teerde vooral de buitenkerkelijke groep, terwijl het voor de rooms- katholieke en de gereformeerde groe pering geen verlies betekende. ONTKERKELIJKING Toch meent dr. Dekker, dat men niet mag zeggen, dat gemengde huwe lijken ontkerkelijking in de hand werken. Het is veeleer omgekeerd: randkerkelijkheid werkt juist een ge- Er bestaat een alfemeen Tenet me°»d kuwelijk in de hand. leden van overige kerken kerkelijken. In deze verschillende gezindten het percentage gehuwden dat gemengd getrouwd is: rooms-katholieken gereformeerden hervormden buitenkerkelijken overigen Dr. Dekker heeft vooral getracht de factoren te analyseren, waardoor een gemengd huwelijk (niet) tot stand komt, en zo ook de verschillen tussen de gezindten te verklaren voor wat betreft het aantal gemengde huwe lijken. OVERSCHOTTEN Er zijn twee belangrijke kwantitatieve factoren, namelijk de omvang van de gezindtes en de verhouding tussen het aantal mannen en het aantal vrouwen binnen de afzonderlijke groepen. In een kleine kerk, waarvan de leden verspreid wonen, zal het moeilijker zijn om ge mengde huwelijken te vermijden dan in grote. Verder is ook aanleiding tot het zoeken van een huwelijkspartner buiten eigen groep het mannenoverschot bij de buitenkerkelijken en het vrouwenover schot in de categorie ..overige kerken" waartoe voornamelijk lutheranen, doops gezinden, remonstranten, vrije evangeli- schen, baptisten, apostolischen enz. beho- Voorts wordt een groep factoren direct bepaald door het karakter van de diverse kerkelijke groeperingen. Voor gerefor meerden en rooms-katholieken betekenen trouw in het kerkelijk leven, de keuze vrienden in eigen kring, in het algemeen de verzuiling, een duidelijke rem voor het gemengde huwelijk. Daar komt het standpunt bij, dat deze kerken in hun leer innemen ten aanzien van het gemengde huwelijk. Bij de ..overigen" en vooral de buitenkerkelijken consta teerde dr. Dekker echter juist het tegen deel van verzuiling. De hervormden liggen hier tussen in. GROTE STEDEN Dan oefent nog een derde groep factoren invloed uit. Hoe groter de woonplaats, hoe groter het aantal ge mengde huwelijken, terwijl ook het beroep van de man van betekenia blijkt. In de vrije beroepen en onder de hogere employé's (juist beroepen die typisch in de stedelijk-industriële samen leving passen) komt het gemengde huwe lijk relatief gezien vier maal zoveel voor ils onder agrariërs. Ook deze factoren verklaren de ver schillen tussen de verschillende groepen, omdat juist de „overigen" en de buiten kerkelijken vooral gevonden worden in de stedelijk-industriële samenleving. Men mag op grond van de statistische gegevens niet zeggen volgens dr. Dekker, dat van de gemengde huwelijken meer „gedwongen" zijn dan van de niet- Tnderdaad is het aantal echtschei dingen in gemengde huwelijken be duidend hoger dan in niet-gemengde (in 1951'55 0.89 procent bij een algemeen gemiddelde van 0,26 pro cent). Volgens dr. Dekker is echter niet bewezen, dat hier geen andere factoren in het spel zijn, zoals bij voorbeeld dat echtscheiding evenals het gemengde huwelijk in «terke mate een stedelijk verschijnsel is. Ook de bewering, dat het gemengd karakter van een huwelijk oorzaak is van een lager kindertal, is niet statis tisch te bewijzen. Er is bij de gemengde huwelijken een homogeniteitstendens, dat wil Dat van de gemengde huwelijken minder dan een kwart kerkelijk be vestigd wordt, bewijst, dat c'e kerke-1 lijke binding vóór het huwelijk meestal toch al niet groot meer was. In veel gevallen is de ontkerkelijking dus alleen een. formele overgang en moet men de oorzaak niet in het gemengde huwelijk zoeken. Hoe komt het nu, dat het aantal gemengde huwelijken in ons land daalt, terwijl men juist een stijging zou verwachten op grond van de toenemende contacten over de kerk muren heen en de toenemende ver stedelijking? Dr. Dekker denkt hier onder meer aan een versterking van de weerstand tegen het gemengd huwen. Het be staan van een aantal gesloten levens beschouwelijke groepen is thans meer algemeen en beheerst sterker het leven van alledag dan vroeger. Ook zorgt de ontkerkelijking waarschijn lijk voor een zekere „zuivering". (Van een onzer medewerkers) AMSTERDAM Vanmiddag is de directeur van het Gerefor meerd Sociologisch Instituut, de heer G. Dekker, aan de Vrije Uni versiteit gepromoveerd tot doc tor in de sociale wetenschappen op een dissertatie, getiteld „Het kerkelijk gemengde huwelijk in Nederland". Als paranimfen fungeerden drs. J. Hendriks te Amsterdam en ds. H. Makkinga te Koudekerk aan de Rijn. De oppositie werd geopend door me juffrouw drs. A. M. Polman en ver volgens gevoerd door enkele hoogle raren. Nadat prof. dr. G. Kuiper Hzn. dc promotie had verricht, waaraan hij een woord van gelukwens en waarde ring verbond, recipieerden dr. en Dekker in een der zalen van het Woestduincentrum, waar de plechtigheid plaatsvond. Tal van figu ren op het gebied van het maatschap pelijk werk en uit kringen van het Gereformeerd Sociologisch Insitituut kwamen hun opwachting maken. Gerard Dekker werd 23 juli 1931 te Naaldwijk geboren. Hij genoot in Den Haag middelbaar onderwijs en stu deerde economie aan de Vrije Univer siteit, hij in 1955 zijn doctoraal examen aflegde. Wijlen prof. dr. R. van Dijk. aan wiens nagedachtenis het proefschrift is opgedragen, leidde hem in de sociologie in. In 1957 trad hij in dienst van het G.S.L., waarvan hij dit jaar directeur is geworden. Van zijn hand verschenen verschillende rapporten en artikelen in het orgaan van het G.S.I. daaraan te gronde. Verder is er i dwingende opdracht aan de dersmassa's in Azië, Afrika en L Amerika de weg te wijzen naar democratische structuur in hiin menleving. Bij deze opdrachten zal de werking van de Nederlandse acadeiq cus héél hard nodig zijn. Deze den sprak de heer A. Borstlap, hoofs bestuurder van het CNV, gisteravonl in een rede ter gelegenheid van t' 69ste Dies Natalis van SSR. De i vierde deze diës te Rotterdam van SSRR en de diesrede van de h«| Borstlap had als onderwerp de bek kenis van de vakbond voor de i ne arbeider. Uitgaand van het feit. dat de beweging er in is geslaagd bij stijgende welvaart het aandeel van ói werknemer daarin te vergroten en q sociale zekerheid uit te breiden zoa der schade aan de werkelijkheid stej de de heer Borstlap een verminderd erkentelijkheid van de leden vast Niet gelijk op De groei van de „erkende" vakhJ weging houdt géén gelijke tred i die van de arbeidende bevolking. geen-40 procent is daarin gec niseerd terwijl de •„categorale' den de laatste tien jaar sterk groj den. Er kwamen spanningen tussen bt stuurders en leden, zelfs comité's d de leiding buiten de deur hebn gezet en zelf met de directies gingi praten om méér te krijgen dan met i vakbeweging was overeen gekomen.- Vele argumenten zijn daarvoor vi binnen en buiten de vakbewegii aangedragen, die oppervlakkig gezit steekhoudend lijken. De heer Borstlap ïag echter dt er heel andere dingen aan de hu zijn, dan deze spanningen. Hr loonpolitieke systeem in Nederlu zag hij als star. Alles wat er 1 tussen een gebonden of een vrij loonpolitiek, zag hij als knutsë werk. En een cao dient een regellnl te zijn voor minimumvoorwaarde in plaats van zoals nu ook maximumvoorwaarden, die i loon bevorderen! Veel in de loonpolitiek zoal de een jaar geleden voorspeld werkloosheid, als de loonexplosi boven de tien procent zou ultki men! geloven de arbeiders niet Er is ook een tekort aan represent» tie van de vakbeweging binnen d muren van het bedrijf. En.... de arbeider verdwijnt. Dk wordt een vakman met status, mf een minimum aan klassebewustzijn een maximum aan individualiteit, <fc maandsalaris wil en geen weekloon al levert hem dat evenveel op die héél wat meer te verliezen heel dan de ketenen van zijn voorouders Toch zijn wantrouwen en economi sche afhankelijkheid gebleven. Di kunnen, aldus de heer Borstlap slechts verminderen door spoedig to stand komen .van een stelsel vai vermogensaanwasdeling en kapitaal vorming. De vakbeweging in Neder land werd volwassen, groeide vu strijdorganisatie tot partner werkgever en regering. De rede van de heer Borstlap werf gevolgd door een forumdiscussie 0® der voorzitterschap van prof. dr. H. van Stuivenberg, hoogleraar aan Nederlandsche Economische Hoogt school. Leden waren drs. L. E. H Vredevoogd, wetenschappelijk ambt® naar aan de Vrije Universiteit, di heer A. van Rossen, voorzitter van di Algemene Bond van Ambtenaren i'. de heer L. de Waal van de directii van Phs. van Ommeren NV. Boekenhoek Angelique-cyrlus, door Anne en S go Colon. Uitgave Ad C. M. Stok Zuid Hollandsche Uitgeversmaatschappij Den Haag. Dedrie eerste delen uit de bt- kende Angelique-cyclus zijn ver schenen in een filmeditie. Het zijn: Markiezin der Engelen, De weg naar Versailles, en Favoriete des Konings. Zoals bekend handelen dt romans over de belevenissen van de knappe Angelique, dochter van een arme baron, in het Frankrijk van Lodewijk de Veertiende, (resp. 314, 267 en 294 blz., per deel f 13,50) De dissertatie is in druk verschent» bij de firma J. A. Boom en Zoon t« Meppe!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1965 | | pagina 2