VOLTAIRES CANDIDE
Twee werelden
BLUES VOOR
GLAZEN BLAZERS
DE FILOSOFIE OP HET FILMDOEK I
is volkomen van onze tijd
ONTVOUWD IN FRANSE ROMANS
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 6 FEBRUARI 1963
De filosofie heeft tegenwoordig de weg naar het
filmdoek gevonden. Achter elkaar komen er in ons
land twee films, die beide een filosofisch onderwerp
behandelen. De eerste is de film van Norbert Carbon-
naux, die onder gelijknamige naam Voltaire's „Can-
dide" de roman die geïnspireerd was op de filo
sofie van Leibniz naar onze tijd overgeplaatst-
de tweede is de Deense film ,Selvmordskolen" (De
zelfmoordschool)waarin Knud Lejf Thomsen de
filosofie van Sören Kierkegaard voor de film adop
teert. Ditmaal enige opmerkingen over „Candide".
Candide (Jean-Pierre CasselJ i
Cunégonde (Dahlia Levi) 01
moeten elkaar in hel Elzass
filosofische conclusie uit al dit
wedervaren te trekken: „Toen de
mens in de Hof van Eden werd
geplaatst gebeurde dat ut overa-
retur eum. opdat hij hem
be'
door de film wordt overtroffen,
- want in de ondeugd hebben we
perken: hetgeen bewijst, dat de he, tegenwoordig ver gebracht.
ens niet is geschapen om te
WERKEN
de tijd en zitten
1CJ. „JPL „M te paard. Men komt zowaar
Voltaire rich 20 kon scherpen schijningsjaar van Candide Voor in Argentinië terecht en weer
de hooggeleerde overige zijn ze helemaal van terug in De Gaulles Frankrijk. Men
wel geen filosofie uit onze moderne geschiedenis
feite teruggaat op 1759, het
het satirisch talent i
Voltaire laat Martin
(Carbonnaux heeft deze edele fi'
de oorlog P»» overgeslagen): ..Laten
als die
hoffilossof Gottfried Wilhelm
Leibniz. De goede man, want dochter
ongetwijfeld een dood
goede 1
trekt naar het Verre Oosten,
Cunégonde is in de film de de dames vallen in handen van
ichter van een baron in de Elzas koning Farouk: de heren helemaal
taiet dus uit Westfalen). De in Borneo, waar zij de inboorlin-
werken, zonder te kletsen, dat is
het enige middel om het leven
draaglijker te maken". Maar zelfs
daarop weet Pangloss weer een
wijsheid: „Alle
Toch kan men zich daarmee
niet van Voltaire afmaken. Ze
ker, Voltaire (en in zijn voet
spoor Carbonnaux) geeft een
caricatuur van de werkelijk-
i^eggcn heid, maar hij weet het
Leibniz evenwel geeft ook een
caricatuur van de werkelijkheid
(dat heeft hij gemeen met de
ideologen van allerlei snit),
hij weet het niet. Mocht
heeft het serpent Fransman Carbonnaux zoekt juist gen steunen in hun strijd tegen het
i Ferney geïnspireerd tot
der geestigste satires uit de we
reldliteratuur, zijn uit 1759 da
terende „Candide". Met een op
zienbarende overmoed is Nor-
bert Carbonnaux zo brutaal ge
weest de Candide
tegenwoordige tijd over
brengen.
OPTIMISME
de Elzassers uit, omdat deze lieden gehate Hollandse juk. Echter
nooit helemaal als Fransman au een omreisje door de Sowjetunie,
sérieux genomen worden (vgl. waar Pangloss een hoge regerings-
Sartres Les Mots). De Bulgaren, baan heeft veroverd, verzeilt men
die indertijd de Westfaalse Cuné- in Amerika, waar Pangloss
gonde verkrachtten zijn nu Duit- ijvert voor een verbetering
sers geworden en van dat ogenblik Russisch-Amerikaansc betrekkin-
(1940) af. kan de geschiedenis zijn gen. Daar weet men aan geld te
loop hebben. Bombardementen, komen en zo kan de Candide van
collaborateurs, Gestapo, het is Carbonnaux eindigen als de Can-
alles aanwezig om aan te tonen, dide van Voltaire: Candide trouwt
dat deze wereld toch niet helemaal op het eind toch met Cunégonde,
je dat is, ondanks prof. Pangloss. hoewel ze oud en lelijk is gewor-
Maar ook nu weer: de grootste den en samen bewerken 1
schavuiten overleven de troebelen tuintje. Pangloss weet w
denkbare aller werelden,
je dit (en dan komt de hele
waslijst weer) en dat niet allemaal
had meegemaakt zou je nu niet
hier gekonfijte sukade en pistaches
r»,^. ^ebt u voortreffelijk ge-
verbetering in de zeSd antwoordde Candide,
Nu laat de Candide zich uitne
mend naar onze tijd overplaatsen,
want de mens uit onze dagen is
nog van hetzelfde maaksel als die
uit Voltaires tijd. Alleen met de
filosofen zit het moeilijk, We
hebben tegenwoordig geen opti
mistische filosofen meer. Sedert
Schopenhauer is dat ras op een
paar opflikkeringen na uitgestor
ven. Voltaire had het wat dat
betreft makkelijker. Hij had om
het wetenschappelijke optimisme
uit te beelden de voorbeelden voor
het grijpen en zijn filosoof was
dan ook de grote Leibniz zelf. die
hij in de gestalte van prof. Pang
loss tal van adembenemende avon
turen kon laten ondergaan, waar
onder de man onverdroten zijn
optimistische theorieën bleef spui-
Nu doen die theorieën evenwel T\IT IS de titel van een boek succes van een band hangt af van derne muziek. De schrijver heeft
hoewel de U geschreven door de vlami„g het niveau. De linancien dwingen getracht „zich gloeiend gagmen-
Willu Rnanemnn en uitaeaeven de creativiteit af. Ook is de jazz tair uit te drukken" (vgl. blz. 132).
.L™ ST vü niSüïl ondenkbaar zonder een soort reli- Het resultaat is een boek dat
Daarom is het noodzakelijk. z, 9T j /d u w u* Sie der zinnen en van het bloed, weinigen zullen verstaan, een ver-
voordat men de film eventueel zou Rotterdam/Den Haag. Want het Een jonge man ieven(j m een haal waarvan de meeste lezers
in ieder geval een boekeen intellectuele gedachtenwereld, min niets wijzer worden, beschouwin-
prozawerk. Een roman is het of meer bewust zoekend naar de gen over het leven die niets
nauwelijks; een verhaal in de zin van het leven, moet dagelijks positiefs brengen. Maar toch heeft
Willy Koggemian
anaals menen daarmee op „christelij
ker" terrein te zijn, laat hij dan
liever even de Bijbel opslaan,
want dit wegstrijken en weg
praten van het kwaad is de
klassieke methode van de mens
om zichzelf te rechtvaardigen.
tuintje gaan Beter is het, het kwaad bij de
naam te noemen en zich dage
lijks voor ogen te houden, dat
deze wereld geen object is van
filosofische mooipraterij maar
Men begrijpt, dat Voltaires een wereld is van „na de zon-
...j.-j- jj deval".
In dit opzicht kan Voltaire
ons daarbij betere diensten be
wijzen dan Leibniz, hoe
schoon diens woorden ook klon-
Ev. GROLLE
NA DE ZONDEVAL
verouderd
menselijke realiteiten in principe
■veranderd zijn gebleven.
iets te vertellen
Leibniz, de filosoof van het opti-
die „akelige onhebbelijk
heid". zoals Voltaire Cacambo laat gewone
het woord he- het beste dat hij heeft letterlijk dit boek.
-steeds maar te bewe- ie'manf tlïei Het gaat over een verspelen, Het gebruik van alcohol waarde van
dat .alles goed,gaat,terw.,l het Peter Witherspoon **-*•»>.
dan nog voornamelijk over Improviserende
allemaal verkeerd loopt".
GROTE ORDE
op de orde,
mening in de wereld moest heer
sen, dat hij alles wat niet met die
orde scheen overeen te komen in
glasheldere redeneertrant
de gepraestabiliseerde
harmonie, zoals
dissonanten
zijn gedachten- i
tijdens of buiten
gevoelsleven, jen eikaar de bal toewerpen en
buiten zijn musiceren, spelen vanuit de geest van het
men vaag iets over team. Zij moeten elkaar op het
verliefd geraakt zijn verblijf in Amerika, in fijnst aanvoelen: als goede ver-
zijn parijs en andere steden; over staanders hebben ze aan een half
zijn relatie tot het kostschool- aan eea 32e Benoe9-
meisje Annie, tot Kitty White, de
echtgenote van de impresario Requlator
nog enkele andere 3
-vwe ho.ren van een Daarom zegt de auteur te-
kwaad en het morele kwaad vond operatie en van de plotselinge re>cht dat de virtuositeit meer
alles tenslotte zijn legjtieme plaate dood van zijn collega Tido Mat- js dan uitdrukkingsmiddel,"zij is
mmnspprae ta' Maar het is net of de auteur eveneens een demper op de
e muziek de ervan uitgaat dat de lezer het directe ontroering, een regulator
in de schilderkunst historisch materiaal kent, zodat van de emotie" (blz. 65). Bij de
de schaduwplekken hun legitieme hij kan volstaan met erop te siechte musicus bedekt de vir- een merkwaardig en veelzij
plaats^ hadden. Zelfs Leibniz zag zinspelen en erover te filosofe- tuositeit een leegte; bij Wither- dig mens. En dat achter deze zorger
In de roman L'Etat sau-
vagc van Georges Conchon,
de Prix Goncourt 1964, liggen
twee thema's naast elkander
en goeddeels over elkander.
Het eerste is dat van de
rassentegenstellingen, die ge
makkelijk tot rassenhaat
worden, van blank jegens
zwart en van zwart jegens
blank, zoals het zich open
baart in een der kleine Afri
kaanse staten: daarnaast,
verstrengeld met het eerste
en er een feller karakter
aan gevend, dat van de be
trekkingen tussen een man
en zijn vrouw, die hem heeft
verlaten en die hij onver
wachts terugvindt, ruimer ge
zegd. van het duel tussen
heide sexen.
Een jonge Fransman, Avit,
doctor in de letteren, auteur
van verscheidene publikaties, is
door de Unesco belast met een
controlerende functie en wordt
gezonden naar een der kleine
nieuwbakken republiekjes in
Centraal-Afrika om daar zijn
werk te doen. Tot zijn schrik
ontvangt hij, nauwelijks aange
komen, het bevel binnen vier
entwintig uur het grondgebied
van het staatje te verlaten.
De zaak wordt hem duidelijk,
als hij verneemt, dat zijn
vrouw, achttien jaar oud toen
hij haar trouwde en na nog
geen jaar weggetrokken met
een vage handelsman, hier is
beland en de maitresse is van
een der ministers.
De wond had zich gesloten en
Avit had zich een nieuw leven
opgebouwd, zonder Laurence,
maar met belangwekkend werk
en vele interessen; nu rijt de
onverwachte situatie, waarin
hij zich geplaatst ziet haar
open. Ijverig werkt daaraan
mee Gravenoire. de op zijn
beurt versmade minnaar. Trou
wens, de gehele Franse kolonie,
op de hoogte van het geval,
volgt met spanning zijn reac
ties. Er wordt van hem een
daad verwacht, in welke rich
ting dan ook.
Avit, een weifelaar, ccn in
tellectueel, die emotionele
elementen uit zijn leven tracht
te bannen, in ieder geval onder
controle te houden, is geen i
niet als hij kennis maakt met
Doumbé, de neger met wie
Laurence samenwoont, een dok
ter, die in Frankrijk zijn studie
heeft volbracht en qua ontwik
keling en levensstijl op zijn
eigen peil staat, in alle opzich
ten een sympathieke vent.
Marnix Gijsen incognito
JAN*ALBEET GOKIS:
geestig en puntig over veel onderwerpen
JAN-ALBERT GORIS
Op mijn lijstje tel ik twin- SJ)00n reguleert zij een teveel. schriivér''diplomaat'""celeer- - -
tig figuren en vermoedelijk zijn Misschien is de hoofdfiguur uit uipiuiiunn., geieei ügd nuu^,. belast met de
er zelfs meer, want recenseren dboek voor een rasmusicus te de en radiospreker een mens lichting over zijn vaderland
v^lgnensDaLei°bnizWde best w tenslotte geen boekhouden. nadenkend, te beschouwelijk, met een warm kloppend hart Amerikanen bovendien als ere-v
wel, dat niet alles was zoals het
wezen moest, maar wacht maar:
eens zou alles op zijn pootjes
terechtkomen. Daarom jj|j|
wereld
denkbare en mogelijke.
Signet Classics zijn weer
IM.. S e goede titels toegvoegd.
verdediger en pleitbe- Van Charles Dickens: The Pick-
zijn land geweest in de wiek Papers; van Herman Melville
Verenigde Staten. Als gevolmach- The Confidence Man; van John
i beetje
Het boek roept op de gevoels-
m verbeeldingswereld
jazzman, van de literatuur - een aparte kers hem onlangs hebben aan-
1 mncitu wereld: de aeestesaesteldheid
Hij had alleen nog WÊÊKL ua^
last met de Bijbel, een boek Wie niet muzikaal is zal moeite wereld: de geestesgesteldheid
dat altijd gaatjes prikt in het hebben de lectuur vol te houden, van de creatieve kunstenaar. geDoden.
optimisme. Maar ook deze wist wie het wel is en de geestesge- T Tsjp/WlnnHcP Laolao
steldheid van de improviserende -r_„j_„ .^1" INederiandse taaige-
muzikant niet kent, zal evenmin ,,Z.Onder inhoud bied is Jan-Albert Goris be-
met dit boek wegweten. Daarbij
komt, dat de hoofdfiguur Peter Nu moet men toegev
Witherspoon een intellectueel is, Witherspoon, als
Bunyan het beroemde, ook hier te
lande zeer bekende The Pilgrim's
Progress: van Henrik Ibsen (de
Maar voor de begrijpende lezer schuilgaat blijkt wel uit het van^
opent hij en dat is de taak geschenk, dat zijn medewer- lang in het Engels _hoofdartikelen tes Don Quichotte;~en_van de Noor
hij filosofisch te benader
der de vraag: „Si Deus est
unde malum?" (Als God be
staat, vanwaar komt dan het yyjir
kwaad?). Deze vraag werd door met
dat de Amerikanen er notitie i
sterk beschouwelijke in- intellectueel.
kend geworden als de schrij- uitgav
■eel ver Marnix Gijsen maar ook hoofdartikelen in boekvorm
hem beantwoord en gladgestre- S]ag, 2ijn gefilosofeer, doorspekt veel
zijn Theodize", de in met. zinspelingen op werk
het
hiernamaals, vraagt hij zich af deze Vlaming lazen zullen MeulehhoH. Amsterdam en NUgh End of Heligion
stenaars
1710 verscheen en door Voltaire sommige moderne beeldende kun- (op blz. 92) of het sterven mis- als de herinnering tot de
kennelijk goed gelezen was. ~l 1 J"~'
THEODIZEE
In het Mentor Book The Genius
of the Italian Theater heeft Eric
Bentley zeven toneelwerken van
Zijn medewerkers hebben Italiaanse auteurs bijeengebracht,
de kosten gedragen van de die tezamen een lange periode van
keuze uit die de toneelschrijfkunst van dat land
oekvorm en die dekken. De Canadese theoloog
Nederland verzorgd door Wilfred Cantwell Smith schreef
uitgeverijen het instructieve The Meaning and
r vermoedelijk e
De passages over de Theodizee
laat Carbonnaux in zijn film on- Roggeman Is dit echter niet
aangetast en zij zijn met de figuur
van prof. Pangloss die ze uit
spreekt het enige dat ons eraan
herinnert, dat de film ondanks de
er in voorkomende gebeurtenissen
uitspraken van denkers schien niet het beste te beschou- i ncr„tp WprplrioorW tpniP-
in een bepaald soort wen is, als de verandering van wereldoorlog terug
halfwetenschappelijke lectuur te- beweging in een simfonie. Ook op gaat zeker de stem van
genkomt, nadert soms het gedaas andere plaatsen in het boek komt Relo van de BBC" nop
van rip- snnh Nti oolnnf ilr wpl rial mpn rlio oeHioticpho inctr>11in<» fn-
voor hun geest kunnen halen.
de- snob. Nu geloof ik wel dat
dit boek hemelhoog zou prij-
snob is.
Van Ditmar, Den Haag-Rotter
dam, onder de titel Candid Opi
nions om Sundry Subjects.
Openhartige meningen over
allerlei onderwerpen dus. Gees
tig, puntig, scherp en zeer intel-
Inzet
SMALFILMPROJECTIE
In ons Zondagsblad van 30 ja
nuari bespraken wij het boek
Smalfilmprojectie van Henk Berg
(Uitgave Sonja Kalkman, Rotter
dam). Door een zetfout werd
Om de auteur recht tc doen,
dient de lezer te beseffen dat
muziek
en daarom niets werkelijk zégt. En
het spelen in een jazzband op
of hel bestam) op zichzelf geen „We doen ons best zonder er ligent doet Marnix Gijsen lüer American Ubrara Eers"
nzlé'esïme'm °P °P te poffen. En toch zullen incognito allerlei zaken af, die gaat Trïinm to S 1945, "et jaar
we ze kriieen die Moffen" de Belgische zaak konden die- der beslissingen en in deel 2 op
r to.u. n j- ,Jge nen en die de kennis van Euro- 194&-1952, de jaren van beproe-
„En Willy Roggeman (de. Met die slagzin eindigde hij
auteur treedt hier dus op als steevast zijn veelbeluisterd,
bijfiguur, C.R.) die door het
- het Westen voorhoudt
oog te hebben voor de godsdiensti-
andere volken,
kunst is, die alles zegt geslepen venster van de veran- hekelend radioraatje,
-i-i naar de stromende regen op
het koertje kijkt, zegt: „Zo'n
nen en die de kennis van' Euro- 19461952, dé jaren
pa der Amerikanen zeker niet vilJS7en hoop.
konden schaden. (171 blz.,
f 8.90)
Jan-Albert Goris had een stand- Klassieken
prijs
2,50
improvisatietalent Musiceren op J£r"u"Lals onrecht of als onzin ziet, hekeft
een bepaald peil vereist de inzet maar met hij fel en met een pen, die
van de hele mens, zelfs wanneer een Vochtige vorm welversneden is. Of hij dat i
zijn eigen Vlaams, in het Frans of namelijk
het Engels moet doen, het
dit boek dingrijkheid en slagvaardigheid de 3
een prachtige vorm".
Dit tekent de musicus, i
genoemd. Dit moet zijn 12,50. daarboven worden verlangd. Het is
Al vaker hebben wij in deze
kolommen gewezen op de uitste
kende klassieke werken voor-
Angelsaksische origi-
die The New American
schijnt hem alles moeiteloos af te Library maandelijks in pocketvorm kunnen bieden.
het licht doet zien. Aan die reeks
Allen Dulles, de Amerikaan, die
jarenlang de leiding had van de
contra-spionage der V.S., heeft in
The Craft of Intelligence een in
zicht gegeven in de methoden, die
worden toegepast bij de spionage
over en weer in de twintigste
eeuw. Geheimen vertelt Dulles
vanzelfsprekend niet. Wel bepleit
hij een sterk spionagenet om die
de Sowjetunie het hoofd te
na een gymnasiale opleiding,
wijsbegeerte en politieke we
tenschappen bestudeerd en is
daarna opgenomen in het Se
cretariaat van de Franse Se
naat, waar hij nog zijn arbeid
vindt. Daarnaast heeft hij een
zevental romans gepubliceerd
waarvan drie met secundaire
prijzen zijn bekroond. De meest
bekende is Le Corridor de la
Victoire (Prix des Libraires
1960).
Veiligheidshalve zij ten laat
ste nog vermeld dat door het
realisme van sommige gedeel
ten dit boek niet in alle handen
kan worden gelegd.
Naijver
De toestand, statisch tot nu
toe, wordt dynamisch als in de
ministerraad Doumbé zijn kol-
lega die Avit buiten zijn weten
heftige tonelen af, die de jaloe
zie van de andere ministers,
onontwikkelde lieden door het
domme toeval of de drang van
hun stamgenoten op een hoge
plaats gezet, verraden; jaloezie
op zijn kennis en beschaving,
op zijn invloed in de staat en
-niet minder op de blanke
vrouw die hem verkoos. In een
tweede bijeenkomst van de
raad. waar hij ontbreekt, wordt
hij afgezet en wordt een arres
tatiebevel tegen hem uitgevaar
digd. In de nacht weggehaald,
wordt hij in de vroege morgen
buiten de stad gefusilleerd.
Avit, wakker geworden uit
zijn besluiteloosheid, ontfermt
zich over Laurence. Zijn liefde
voor haar is dood; bovendien
heeft ze door haar leven in
Afrika hem gekrenkt in zijn
waardigheid als man. Maar nog
steeds is ze zijn vrouw; hij is
haar bescherming verschuldigd.
Aanvankelijk weigert Laurence
met hem te vertrekken, even-
J. VAN H.
nigc Grave:
en daad. Evei
als hij ziet
situatie is.
Bekendheid
wel als ze de feitelijke omstan
digheden, de volle waarheid,
weet, laat ze haar verzet varen.
Echter zonder enige toeschiete
lijkheid te tonen; haar liefde
blijft voor Doumbé; ze volgt
haar echtgenoot slechts onder
de druk van de noodzaak.
Wrevel
Inderdaad. Avit was in een
moeilijke positie; anti-raciste
van gevoel en krachtens zijn
Unesco-functle stuit hij op de
onwil bij de blanken de nieuwe
situatie loyaal te aanvaarden.
Ze bespotten de onhandigheid
der zwarte gezagsdragers, hun
kinderlijke vreugde over de pas
verworven macht, hun hang
naar pronk en praal. Ze ver
langen niet te helpen maar
verblijden zich over de be-
stuursfouten. Geld verdienen,
zelfs ten koste van fatsoen en
eerlijkheid is zo ongeveer het
enige doel van hun aanwezig
heid. De wrevel over de nood
zaak te leven onder de heer
schappij der zwarten bepaalt
het klimaat van hun woorden
en daden. Vandaar hun nieuws
gierigheid naar wat Avit zou
doen en hun teleurstelling, ja
woede als hij anders reageert
dan zij wensten.
Anderzijds spaart Conchon
ook de zwarten niet; wat de
blanken zien bestaat werkelijk.
Er bestaat zelfs wat zij niet
zien: een latente rassenhaat ge
grond op vele jaren van onder
drukking, een besef van min
derheid en een felle jaloezie op
wat blanken bezitten en ver
mogen.
Doumbé, die een blanke
vrouw verkoos boven een ras-
genote, was in hun oog een
overloper, een verrader van
zijn ras, geestelijk een blanke.
Vandaar hun opgekropte haat
jegens hem, die zich ontlaadde
in het arrestatie- en fusille-
ringsbevel.
Hoog peil
Conchon heeft met dit boek
een goed staaltje van literaire
kunst geleverd. Het is levendig
geschreven, tekent soms in en
kele trekken een figuur, en
biedt hallucinerende brokken
beschrijvingskunst. Als dc
auteur het toneel schetst in het
regeringsbureau waarbij de mi
nisters een stammendans uit
voeren rondom de verwesterde
Doumbé, of als hij Avit en
Laurence een tocht laat maken
door de stad, begeleid door
honderden m dolheid losgebro
ken negers, en niet minder als
hü ze, uit de wagen gestapt,
laat doorgaan, om het vliegtuig
te bereiken, tussen een muur
van negers enerzijds en een
andere muur van spottende
blanken anderzijds, dan geraakt
de lezer onder de. indruk van
Conchons stijlvermógen.
Voor psychologische uitdie
pingen der karakters was hier
geen plaats; het ging hier meer
om situetie- dan om karakter
tekeningen, om groeps- dan
persoonlijke gevoelens. Men
kan ook zeggen, meer om een
stuk Centraal-Afrikaanse socio
logie dan om psychologie.
Een uitzondering vormt de
ongelukkige Avit, die, rustig
reiziger als hij is, als hij plotse
ling in een razende storm wordt
geworpen, door zijn weifelin
gen, de smalende spot opwekt
der andere Fransen, maar daar
na een mannelijke houding te
rugvindt en. zonder liefde voor
Laurence, doet wat hij als zijn
plicht beschouwt, de aan beide
zijden uitgestoten vrouw be
schermen.
Sommige bijfiguren echter
weet Conchon in enkele trek
ken te typeren; de politie-com-
missaris Arlaville, brave Elzas-
ser, die helpt waar hij kan; de
kapitein Tristan, militair advi-
gevoelloze bruut; de poe-
/-x h-e, vals in woord
een priester, die.
hoe netelig de
snel verdwijnt,
en goedwillende
zendeling, die iets meer weg
heeft van de barmhartige Sa
maritaan.
Onzeker is het beeld dat de
lezer krijgt van Laurence; deze
zeer gecompliceerde figuur ver
toont een onduidelijk gelaat.
Sympathiek heeft Conchon haar
niet gemaakt; ze is eigenwijs,
koppig en hooghartig.
Vermoedelijk zal dit boek in
Afrika niet met vriendelijke
ogen worden bezien, door blank
noch door zwart Onkunde kan
de schrijver in elk geval niet
worden verweten; in '59 en '60
heeft hij de organisatie van de
Wetgevende Vergadering van
een der nieuwe staten in tro
pisch Afrika opgezet en geleid
in nauw contact met de voor
aanstaande mannen. Hij heeft
zodoende de mentaliteit van
alle partijen geproefd.
Een enkel woord nog over
deze auteur. Geboren (1925) te
St.-Ajvit in Auvergne, heeft hij
De Prix Renaudot 1964 is
toegekend aan Jean-Pierre
Faye voor zijn roman L'Eclu-
se, die, iets minder ontoe
gankelijk dan zijn drie voor
gangers, en door de prijs
naar voren geschoven, de
veertigjarige schrijver in
breder kring bekendheid zal
verschaffen.
De hoofdpersoon is een jonge
vrouw. Vanna. Ze woont in
West-Berlijn, maar door haar
werk aan een reisbureau heeft
ze de gelegenheid ook Oost-
Berlijn te bezoeken, waar het
toneelleven haar aantrekt Ze
passeert dan „l'écluse" de
doorgangspoort in de Muur, die
werkt als een sluis die twee
ongelijke wateroppervlakten
verbindt; aan de ene zijde een
zee v: licht, aan de andere
een oora van grauwheid.
Vanna heeft in West-Berlijn
een vriend, een journalist die
ze Alé noemt. Ze ziet hem
zelden, want hij is gebonden
aan een geesteszieke vrouw die
zijn aanwezigheid vraagt Moei
lijker te dragen is voor Vanna
dat hij daarnaast nog een band
heeft aan een andere vrouw,
Virgula, die in de loop van het
verhaal zal blijken ook ziek te
zijn. Zelf heeft Vanna in Oost-
Berlijn een tweede vriend,
Ewald, die. zowel als Alé een
naam blijft, een figuur in de
verte. Wat bedoelt Faye met
deze gecompliceerde verhou
dingen? Men heeft er een sym
bool in menen te zien van de
en kloven elkander zonder be
lemmeringen toe te behoren.
Maar naast deze. wel dunne
draad, loopt door het verhaal
een tweede, die meer ruimte
vereist. Vanna maakt kennis
met een ondernemende jonge
man. Carl Otto, die haar in
wijdt in het grootse plan van
een „maffia", die het aanschijn
der dingen, tenminste in poli
tiek opzicht, wil veranderen:
een atoombom neerlaten boven
Jeruzalem, die andere gespleten
stad, of, iets minder fantastisch,
het werk onmogelijk maken
van de geleerden die in een
zeker land arbeiden aan de
vernietiging van het buurland,
lees Egypte en Israël. Daar
wordt geheimzinnig over gecon
fereerd en daar komen andere
figuren op het tweede plan bij
te pas. Deze mensen leven
naast de werkelijke, in een
imaginaire, wereld. In feite ge
beurt er niets: we blijven met
onze vragen zitten.
Raadselen
Dat is de bedoeling van de
auteur, die behoort tot de
groep van Le nouveau Roman.
Suggereren, niet expliceren, dat
is haar geliefde werkwijze, die
soms tot opmerkelijke resulta
ten leidt, maar ook wel te ver
wordt doorgedreven. De lezer
wordt dan aan de ingang van
een bos alleen gelaten om er
zijn weg te vinden met behulp
van enkele merktekens. Anders
nog gezegd, hij moet een puz
zelplaat samenstellen, waartoe
de schrijver hem slechts en
kele brokstukjes in handen
geeft, terwijl hij de ontbreken
de zelf moet leveren. Indertijd
zijn op deze pagina boeken
besproken van de coryfeeën
van deze groep als Alain Robbe-
Grillet, Michel Butor, Claude
Simon, Robert Pinget e.a., boe
ken die de geconcentreerde
aandacht vroegen van de lezer.
Hij is alleen bereid die op te
brengen, als in het werk van
de schrijver een element ligt
dat hem aantrekt en appelleert
aan zijn eigen gevoelens. Of dat
hier het geval Kan zijn, valt te
betwijfelen, zodat wie het ce
rebrale spel niet met Faye mee
wil spelen al spoedig de strijd
opgeeft.
Trouw
Ook op detailpunten is de
schrijver trouw aan de procé
dés van zijn groep, zoals de
grote aandacht voor de dingen,
die. volgens haar visie, de sfeer
bepalen en zodoende op de
stemmingen en daardoor op dc
daden van overwegende invloed
zUn; daarnaast de gewoonte
gedachtcnflarden te geven met
w(jde hiaten en forse sprongen.
Verwarrend is bij Faye nog
zijn voorliefde voor zijlichtjes
of, wil men, voor weerkaatsin
gen, zodat hij uitweidt over
bijzonderheden die in zijn ver
haal geen rol spelen, maar
misschien wel op een bepaald
moment de aandacht trokken
van zijn figuur, en daartegen
over zwijgt over hetgeen de
lezer essentieel toeschijnt.
Een laatste opmerking ten
besluit. In een interview ver
telde Faye van zijn sterke
belangstelling voor de raadselen
en onzekerheden zoals het le
ven er zoveel oplevert. We
mogen wel veronderstellen dat
hij bij zijn toekomstige lezers
een gelijke neiging vermoedde
en er een genoegen in vond
daaraan te voldoen!
v. d. PANNE
Georges Conchon. L'Etat
sauvage, uitg. Albin Michel.
Parijs.
Jean-Plerre Faye. L'Ecluse,
uitg. Les Editions du Seuil,
Parijs.