De blunder
Gevaren bedreigen
de filatelie
VOOR U GELEZEN:
of
15
IL
<=*Peróoonïylz
Toppunt van welvaart
Toppunt van passiviteit
V "M
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 12 DECEMBER 1964
SOMS vroeg Ferdy zich af of
hij het g"oede beroep had geko
zen. Niet dat er veel te kiezen
was geweest, na de breuk tus
sen zijn ouders... Hij had de
middelbare school niet mogen
afmaken, op zijn zestiende was hij de
straat opgestuurd door zijn moeder met
de mededeling: „Ga een baan zoeken".
Nu, zeven jaren later, was hij schoen
verkoper. Daarvoor was hij kruideniers
bediende, hulpbesteller, soldaat en ver
tegenwoordiger geweest, tot hij in de
schoenhandel belandde en het eindelijk
i voldaan gevoel. Hij produceerde n
Wat maakte hij? Verkooppraatjes,
zet, winst voor een ander. Hij behoorde
1 tot de onproduktieven, waarvan de mo
derne wereld vol is, die kennelijk on
misbaar zijn, tót zij over hun eigen be-
1 staan beginnen na te denken en ontdek
ken dat ze er evengoed niet konden zijn.
Schoenen maken was één ding; schoenen
verkopen iets geheel anders. Hij was
slechts tussenpersoon, een onbelangrijk
duur wezen, in feite een parasiet. Het
was niet zo'n kunst, schoenen te verko
pen aan mensen die toch schoenen moes
ten hebben, hoe dan ook. Deze gedach-
j ten waren niet bevorderlijk voor zijn
levensgeluk, besefte hij en hij deed een
I dappere poging zichzelf te zien, zoals hij
hoopte dat de klanten hem zagen: een
keurige jongeman, vriendelijk en gedul
dig, tër zake kundig en behulpzaam. Hij
hield zich voor, dat hij wel degelijk iets
betekende: hij gaf adviezen, hielp de
besluitelozen een keuze te maken, hij
trachtte welbewust een zekere harmonie
tot stand te brengen tussen voeten en
i schoeisel. Wanneer een klant tevreden
vertrok, een schoenendoos onder de arm,
I dacht hij niet aan zijn provisie, maar
aan het paar voeten en dat hij gelukkig
had gemaakt,
j Het meisje dat op een dinsdagochtend
binnentrad bracht zijn verkoopinstinc
ten onmiddellijk in beweging. De ver
koopster van de damesafdeling was
ziek geworden, Ferdy moest invallen.
Omdat het op dit uur op de herenafde
ling niet druk was, kon hij de winkelen
de vrouwen extra aandacht geven en tol
nu toe elf uur in de ochtend was
de omzet redelijk geweest. Dit meisje....
Ze kwam binnen op afgedragen wandel
schoenen; de neuzen waren stomp en
kaal. Daarboven ontwaarde hij een lan
ge pantalon, enigszins gekreukeld, een
kort loshangend jasje, een verwarde bos
haar. Maar haar gezichtje was zuiver
gesneden en ze had prettige ogen; grijs
en intelligent. Ze viel neer op het eerste
het beste stoeltje, schopte de molières
uit en liet haar voeten bengelen. Ferdy
knielde bij haar neer en keek naar de
I goedgevormde voet.
„Wag mag het zijn?" vroeg hij vrien-
delijk.
„Schoenen", zei het meisje. Ze leunde
1 lui achterover. -«
Hij vroeg nooit naar dé maat van een
I klant, doch mat die zelf na, dat voor
kwam onnodig heen-en-weer geloop.
„37" mompelde hij waarderend. De
meeste vrouwen hadden grotere voelen.
„Wat is de bedoeling? Hoge hak, sport
schoen of.."
I „Ik weet het nog niet", zei het meisje
onverschillig. „Iets gemakkelijks." Ze
geeft niet om haar uiterlijk, dacht hij.
i Jammer, ze zou er zo lief uit kunnen
I zien. Die voetjes zijn geschapen om
voort te trippelen op naaldhakken, de
lage wreef schreeuwt om een volmaakt
gesneden leest. Nu ja, de klant is ko
ning.
Hij haalde een doos te voorschijn en
liet haar passen. Het waren blauwe
pumps, met halfhoge hak: meesterlijk
ontworpen schoentjes, elegant, een
zweempje sportief en draagbaar bij elke
gelegenheid. Schoentjes, die speciaal
schenen gemaakt voor een meisje als dit.
Ze fronste de wenkbrauwen.
„Ik houd er niet van op mijn tenen te
moeten lopen", zei ze.
Ferdy wilde protesteren, zó hoogwaren
de hakken niet. In plaats daarvan zei
hij: „Misschien wilt u ook de andere
aantrekken en een paar passen lopen. U
zult ontdekken hoe prettig ze zitten."
Ze deed het en stapte over de beige
loper. Ze liep goed, constateerde hij.
doch de kleur van haar lange pantalon
paarsachtig vloekte tegen het blauw
van de pumps. Om
van de sokken maar
te zwijgen. Deze
schoentjes smeek
ten om ragfijne
kousen, een nauwe
rok, een weinig ele
gantie!
„Ze zitten prettig,
u heeft gelijk, ik
neem ze", zei het
meisje en ging weer
zitten. Ferdy kreeg
een schok.
„Misschien wilt u ze liever in grijs?"
vroeg hij voorzichtig. Ze keek hem ver
baasd aan.
„Waarom? Die kleur blauw bevalt me
uitstekend".
Het ligt er natuurlijk aan, waarbij u
de schoenen wilt dragen."
O.." Ze fronste weer. ze was niet
dom. „U bedoelt dat dit blauw niet
kleurt bij de rest van...van wat ik aan
heb." Hij knikte. „Maar grijs is zo'n..
saaie tint." Ze keek met afschuw naar
de afgedankte molières, die eenmaal
donkergrijs waren geweest. „Ik heb die
al twee jaar...ik kan ze niet meer zien."
Hoe lang zou ze die pantalon al dra
gen en dat jasje, dacht Ferdy. Wat hem
echter het meest verwarde was zijn
eigen wilde verlangen om haar te hel
pen. Hij had dikwijls vrouwen ontmoet
die zich niet wisten te kleden. Niet door
gebrek aan ijdelheid, maar uit wan
smaak. Dit meisje zou zeker haar smaak
kunnen ontwikkelen, wat haar onbrak
was belangstelling voor haar uiterlijk.
„Bij deze schoenen zou u een cocktailja
pon kunnen dragen in dezelfde kleur",
sprak hij, moed scheppend. „En licht
bruine nylons, met een goudglans, liefst
naadloos. Mag ik u er een paar laten
zien?"
Ze keek hem bijna woedend na.
„Cocktailjapon?" Hij voelde opeens
dat ze op het punt stond haar tong tegen
hem uit te steken. „Ik ga nooit naar
cocktailparties."
Negentig van de honderd
evenmin, dacht hij, maar desondanks
bezitten ze een cocktailjapon of iets wat
er voor moet doorgaan. Hij slikte.
„Een mantelcostuum kan natuurlijk
ook."
..Dat heb ik wel groen!"
Nam ze hem in het ootje? Ferdy richtte
zich op en trok een streng gezicht.
„In dat geval moet ik u de aankoop
van blauwe schoenen afraden. Bruin of
grijs, daar heeft u meer aan."
„U probeert me op te voeden?"
Ferdy realisseerde zich dat hij bezig
was een klant te verliezen, zijn reputa
tie van „beschaafd verkoper" te grabbel
te gooien, maar hij kon niet anders.
„Het is mijn plicht u er op te wijzen
dat deze schoenen niet bij u passen. Ik
bedoel: ze passen uitstekend bij u en bij
uw persoonlijkheid, maar niet bij uw
kleding. Ik zou het mijzelf niet verge
ven indien ik u zó liet heengaan, dat is,
dat is mijn eer van
verkoper te na. Het
is niet mijn taak
klanten een figuur
te laten slaan."
Opmerkzaam sloeg
ze hem gade, hij
transpireerde van
ellende.
„Begrijpt u mij
goed", ratelde hij
voort, „Ik wil u al
leen maar helpen,
de juiste schoenen
te kiezen Het staat
u natuurlijk vrij
mijn advies in de wind te slaan."
Nog altijd zei ze niets; ze keek maar
en hij raakte steeds meer in verwarring.
De grijze ogen hadden een doordringen
de blik. Ze is intelligent, dacht hij,
waarom laat ze me dan zo spartelen,
waarom wil ze niet begrijpen wat ik
haar duidelijk tracht te maken?
„Zal ik nog iets anders laten zien? We
hebben heel aardige modellen in de an
dere tinten..."
„Ik i
i dez«
„Zoals u wilt", zuchtte hij.
„En ik houd ze meteen aan. Wilt u de
oudjes laten inpakken?"
Ze hield ze aan! Blauwe pumps met
halfhoge hakken, bij geblokte sokken en
een paarsrode pantalon. Ferdy onder
drukte een rilling en begon een bon uit
te schrijven.
„Gaat het u erg aan het hart?" vroeg
het meisje plotseling. Hij knikte zwij
gend, hield de ogen afgewend. Ondanks
de botsing der meningen was ze hem
sympathiek; het speet hem dat ze straks
zou vertrekken. Hij wist dat hij weken
lang op straat zou uitkijken naar een
meisje met blauwe schoenen en een groen
mantelcostuum, naar een paars-rode
pantalon met pumps, naar...neen, naar
de grijze ogen en het warrige bruine
haar en het pure profiel. Hij begeleidde
haar naar de kassa en ontweek de blik
van inpakster. Daarna ging hij het meis
je voor naar de buitendeur, hield die
voor haar open, keek naar het lieve
gezicht, de zuivere lijn van haar voor
hoofd. „Mag ik u deze week nog eens
terugzien?" fluisterde hij vertwijfeld. Ze
stokte op de drempel. „Niet als klant,
maar privé", voegde hij er haastig aan
toe. Het meisje aarzelde.
Neen", zei ze toen langzaam, „U bent
precies als de anderen."
Geen man wil dat geloven. Snel trok
hij de deur achter hen beide dicht.
„Laat me bewijzen dat het niet zo is.
Ik meen elk woord. Ik zou graag met u
uitgaan."
Ze beet op haar lip, tastte met haar
ogen zijn gezicht af.
Twee maal", zei ze nadrukkelijk,
-»rht in zijn pupillen starend, „twee
maal ben ik verloofd geweest. Ik was
degene, die het uitmaakte. Weet u waar
om? Beide keren wilden de jongens mij
opvoeden, mij wat zij noemden, smaak
bijbrengen. Ze schaamden zich voor
mijn uiterlijk. Elk van hen mopperde,
wanneer ik weer eens verzuimd had
voor bepaalde gelegenheden de juiste
toiletten te kiezen. De aanstaande
schoonfamilie zelfs begon zich ermee te
bemoeien, iedereen maakte zich druk
over de kleur van mijn rok, schoenen,
tas... Ze eisten dat ik belangstelling zou
krijgen voor de mode van het ogenblik
maar omdat die sneller verandert dan
mijn budget toelaat, kon ik nooit meeko
men. En het interesseerde me ook nau
welijks. U... u zegt dat u mij aardig
vindt, maar toch bent u begonnen met
mij adviezen te geven. U wilde voorko
men dat ik de schoenen kocht die me
goed zitten en goed staan en die ik mooi
vind... alleen omdat ze niet bij mijn
garderobe passen. Maar is dat zo be
langrijk? Ik wil prettig kunnen lopen,
wat doen de kleuren er dan toe? Ik wil
prettig kunnen leven, wat gaat het een
ander aan, wat ik daarbij aantrek?
Daarom ga ik niet met u uit. want u
bent precies als de anderen: voor u telt
alleen de buitenste laag van het uiter
lijk. Ik wil niet louter beoordeeld wor
den op grond van mijn kleding, dat_.dat
is beneden mijn stand!"
Gaandeweg had ze zich in het vuur
geredeneerd. Fery applaudisseerde bijna.
„Laten we dit gesprek vanavond voort
zetten", smeekte hij. „Ik heb toch alleen
maar mijn plicht als verkoper gedaan."
Neen, U zou weer over kleding gaan
praten en niets verveelt me zozeer als
een dergelijk gesprek. Goede morgen."
Ze verdween. Ferdy ging moedeloos
naar binnen. De rekken met schoendo
zen grijnsden hem tegen, de stoeltjes,
slechts enkele door een klant bezet
lachten hem uit. Hij had een onvergeef
lijke blunder geslagen. In plaats van het
meisje te imponeren door zijn bewonde
ring te tonen voor haar heerlijke onver
schilligheid, voor haar elan en zelfbe
wustheid, had hij haar gekritiseerd, be
tutteld en verjaagd. Hij zou haar nooit
terugzien, nooit de kans krijgen haar
duidelijk te maken dat hij anders was
dan de kortzichtige en oppervlakkige
mensjes waaraan zij zich zo ergerde.
Nooit zotrfrtj...
„Die juffrouw van zo-even, met dat
bruine flodderjasje, heeft haar tas laten
liggen", riep de inpakster hem toe. Ferdy
maakte een luchtsprong en vloog naar
de toonbank.
„Geef hier... ik zal hem voor haar
bewaren."
„Hij schijnt haar te kennen", pruilde
de caissière. Ferdy grinnikte en ging het
wat kale tasje in de kluis bergen, zó
zorgvuldig alsof het zijn ganse geluk
bevatte.
Postzegelrubriek
door G. J. Peelen
Ja, kijkt u maar eens goed!
Dat zijn postzegels, deze afbeel
dingen 1 en 2. Jammer dat u ze
I niet in kleur kunt zien.' Een
paars hart van marsepein met
goud randje, en ingebakken een
gouden munt met het portret
van de lange, donkere koningin
Salote van Tonga, of de vriend
schapseilanden! Het ivordt hoe
langer hoe gekker. Om toch
maar gekocht te worden, maken
de elkaar in hoeveelheid
schijnende zegels beconcurreren
de landen steeds wilder spron
gen om de aandacht van de ko
pers te trekken. En als het met
gewilde motieven niet zo vlot
meer gaat (ruimtevaart enz.)
dan maar door grillige vormen
en schreeuwende uitvoering.
kransje met een bonte reeks van
14,50, dan kan ik geloof ik
verdere commentaar wel achter
wege laten. Maar dergelijke ex
cessen vermóórden de filatelie.
Dat doet ook een land als Mon
golië, dat de ene lange serie na de
andere uitgeeft, met compleet alle
ruimtevluchten en raketlancerin
gen afgebeeld. Liefst in opvallende
formaten en bont van kleur. Afb.
6 is er een voorbeeld van, de
maanraket LUNA-4.
- Atoommotieven
die deze gebieden de
tures schonk en ze verder ontwik
kelde: George Washington Carver,
samen met zijn pinda op de zegel!
Dat is best. Maar de tweede voor-
Compensatie
Eerder gaf Toijga op goudfolie
een serie uit om vol trots te me
moreren hoe daar voor het eerst
in Polynesische gebieden echte
gouden munten geslagen waren.
Nu had men blijkbaar nog een
restje goud folie over.
De „Pan Pacific vrouwen orga
nisatie" kwam in congres bijeen
op een van de vricndschapseilan-
den, Nuku'Alofa, en bij die gele
genheid werd een lange serie in
hartvorm gestanst en bedrukt in
de onwaarschijnlijkste fondant
kleurtjes, waardoor het geheel
meer op een Sinterklaassurprise
dan op een postzegel lijkt Cd.i.
„waardepapier").
Natuurlijk moest er ook nog een
serie luchtpost bij, voor het geval
dat die vrouwenbondsleden een
kaartje naar huis wilden schrijven'
Daaraan danken we afb. 2: de
vorm van het congreseiland uitge-
stantst, compleet met de Noorder
baai! Net echt: kleuren goud, ver
giftig groen en bloedrood.
Moordend
Als u nu bedenkt, dat Neder
land het 150-jarig Bijbelgenoot
schap herdacht met één sober
zegeltje van 15 ct, en Tonga een
4-daags congres van een naai-
Einstein, met zijn beroemde
atoomformule, en dat is nu net
weer te doorzichtig, gericht op ex
tra kopers. Want welk verband er
bestaat tussen Einstein ;n Ghana
zal wel altijd een raadsel blijven.
Maar de verzamelaars van atoom
motieven zijn legio en
klaart weer alles.
Nigeria, voormalige Engelse ko
lonie, herdenkt op een serie de
eerste verjaardag van de onafhan
kelijke republiek. De grondleggers
van die onafhankelijkheid worden
afgebeeld, zoals op afb. 4 het
machtige stamhoofd. King Jaja van
Opobo. De serie opent met het den met zwarte huidskleur, hoe-
Als postzegels een spiegel zijn
?an de wereldsituatie, en dat
zijn ze, dan blijkt uit de veel
heid van nieuwverschijningen,
zeer hier geldzucht én „over
compensatie'' een dominerende
rol spelen! De vele portretten
van Nkriimah van Ghana en al
die andere presidenten, die tel
kens maar weer afgebeeld wor
den, wijzen erop dat ze op deze
bovendien voor de schatkist
lonende wijze, nog steeds be
zig zijn van een minderwaardig
heidscomplex af te komen.
Kreta cn Mycene, door Frled-
rich Matz. Uitgave Elsevier, Am
sterdam.
Met de van Elsevier bekende
uitmuntende verzorging en smaak
is ter opening van de serie „Kunst
van Europa" een waardevolle Ne
derlandse uitgave bezorgd van de
ze vlot en voor velen begrijpelijk
geschreven inleiding tot de Griek
se kunstgeschiedenis. Het boek
kreeg de vertrouwde gloed n.ee
tientallen ingeplakte kleuren-
geeft o.a. een reeks zwart-wit illu
straties. tijdtafels, landkaarten,
verklaringen van vaktermen, bi
bliografie en een index. Alles bij
een: boeiend oriëntatiemateriaal
voor de groeiende lezerskring die
zich begint te interesseren voor de
cultuurgeschiedenis (263 blz.
32.50).
Wegwijzer door de Bijbel, deel
II. door Dr. H. J. Heering. Uit
gave Het Wereldvenster, Baarn.
In één pocket een verklaring op
het hele Nieuwe Testament vatten
vraagt de hier betoonde grote be
heersing van de stof. De toelich
ting geschiedt per periscoop en be
vat vele verhelderende „kantteke
ningen". Soms ontstaat een vraag:
het hemelse lichaam na de opstan
ding is wel echt, maar niet van
„vlees en bloed"? blz. 137). De
behandeling is vermoedelijk te
kort om deze problematiek vol
doende uit te werken. Vermelding
boven elke bladzijde van het bij
belboek zou de bruikbaarheid ver
hogen. (208 blz., ƒ3,95).
Renoir, mijn vader, door Jean
Renoir. Uitgave A. W. Bruna en
Zoon. Utrecht.
Veel werd reeds geschreven over
de grote Franse schilder Auguste
Renoir (1841-1919), doch nimmer
is hij zo innig menselijk voor ogen
gesteld als in dit boek, dat zijn
eveneens vermaard geworden
zoon, de filmregisseur Jean Re
noir, uitsluitend vanuit de herin
nering heeft geschreven. Men
krijgt het gevoel, dat het filmisch
oog van de zoon niets van vaders
leven, denken en handelen onge-
:ien laat. Het karakteriserend pa
let van de zoon blijkt even rijk te
zijn geschakeerd als het beroemde
Sesam Kunstgeschiedenis (de
len XV en XVI). Uitgaven Bosch
en Keuning N.V., Baarn.
In deel XV bespreekt prof. dr.
W. Speiser de Oostaziatische kunst,
waarna prof. dr. E. Diez een be
schouwing geeft van de Indische
kunst en haar invloeden buiten
eigen grenzen. In nauwelijks hon
derdtachtig pocketpagina's kan dit
uiteraard slechts in grote trekken
gebeuren, doch voor de niet-inge-
wijde is het reeds een overstel
pende hoeveelheid. Prof. Diez
neemt in deel XVI de Islamitische
kunst onder de loep en vervolgens
voert prof. dr. D. J. Wolfel de
lezer langs oud-Afrikaanse kunst
en cultuur der Oceaniërs. Ook de
ze afleveringen bevatten tientallen
reproducties. In januari komen de
beide slotdelen van de pers. Sa
men vormen zij de beredenc .rde
en geïllustreerde lexicon (50 blz.
f 2.50 p.d.).
Proefballon vefschljnt
efl:e veertien dagen In
het zondagsblad.
véor iedere geaccep
teerde inzending le er
een postwlmel.
stuur I s.v.p.) toto's
tekeningen, gedichten,
verhalen, commentaren.
Ideeën of wat Je nog
meer hebt naar de re-
daktle ..Ruimte voor
ons" van deze krant.
A
I
0)
0
c.
F.V., Schiedam: Met een
krachtiger lijn zal het je
waarschijnlijk lukken, bete
re kartoens te maken. Pro
beerde je het al eens met
een viltpen? Daar krijg je
aardige effecten mee.
W.D., Maasland: Als je bp-
tere pijlen op je boog hebt.
willen we je werk graag
beoordelen. Nu zou je er
niet zo best van af komen.
P.T.L., Sliedrecht: De ru
briek Proefballon is bedoeld
om diegenen die iets berei
ken willen op het gebied
van poëzie, proza, fotografie,
etc., een kans te geven. Het
door u gestuurde familieta
fereeltje is daaronder niet te
rangschikken. Bovendien is
het in een krant niet te
reproduceren. Jammer.
B.V., Weesp: Je legt het
er in je beschrijvingen nogal
dik op. Daardoor doen je
verhaaltjes gezwollen aan.
Probeer de situaties een*
wat subtieler te tekenen.
N. H., Lisse: Je „duet" is
spontaan en vlot: dat zullen
we publiceren. De rest is
gekunsteld.
K. de L„ Boskoop: Ont
vlucht dat onbewoonbaar
verklaarde huis en ga dan
iets bewoonbaar maken. Je
krijgt je werk terug met
J. N. P„ Leiden: Hoe wij
jouw brief moesten opvat
ten. daarover waren de me
ningen tijdens onze redac
tievergadering verdeeld: De
één zei: haar p.s. vooral is
cynisch bedoeld, een kat
voor Harry, maar een ander
meende, dat je op jouw ma
nier achteraf toch nog even
liet weten, dat je het met
hem echt eens bent. Hoe zit
het? Je gedichten haalden
niet een meerderheid van ja-
stemmen.
F.B., Loosduinen: Voor je
aan het ..eindpunt' bent,
moet je geprobeerd hebben,
er hier iets van te maken.
Vooral jij op je zo moeilijke
post; al kun je maar een
heel klein beetje voor een
ander betekenen, dan heeft
het toch al zin gehad. Wat
de poëzie betreft: veel lezen,
probeer jezelf naar het posi
tieve te trekken en: keer je
naar de lichtzijde: de scha
duw zal dan achter je val
len:
J. L„ Rijsoord: Mooi be
doeld, maar na de eerste
vier regels was de inspiratie
verdwenen. Daanom moet je
het vers voorlopig voor je
zelf houden: op het ogenblik
is het tegen krantenpapier
"iet bestand.
Mej. M. J. v.d. P.: Den
Haag: Geachte lezeres, wij
hopen u geen verdriet te
doen, maar het moet toch
worden gezegd; deze rubriek
m de Ruimtepagina zijn be
doeld als spreekbuizen voor
de jonge generatie. Het zijn
ook jongeren die deze ru
brieken samenstellen. Als u
ons het adres opgeeft, willen
wij er graag voor zorgen dat
de zieke in Koudekerke ons
Kerstnummer krijgt
M.V., Den Haag: Akkoord,
eerst moet je binnenste ge
louterd worden. Maar zou je
niet vandaag beginnen, een
handje te helpen? Wij kun
nen ons niet aan de indruk
onttrekken, dat je in de
jongste ontboezemingen je
somberheid forceert. Je
geeft je er aan over en je
wilt eenvoudig niet anders.
Je sluit je opzettelijk af.
Hoe wil je dan dat de bit
terheid uit je verdwijnt?
P. A„ Lisse: Je tekeningen
missen nog iets; de krabbel
wordt te weinig beeld. Was
sen kan een boeiend effect
geven, maar dan moet het
aanbrengen van toon func
tioneel zijn.
G. B., Rotterdam: Wat is
dat v
r jij
journalistiek leert? Nuchter
blijven, hoor, als je in 1965
het vak in de praktijk gaat
leren: dan ben je een beetje
gewapend tegen de teleur
stellingen, die zeker zullen
komen. Een poosje meelopen
in onze Ruimteredactie zou
misschien wel nuttig kunnen
zijn. In januari komt er een
plaats vrij.
3n liet boó j
I-
De vogel in lill»bWHig|l"fc*" 4"
wij zongen sainen een duet.
Toen kwamen er twee jagers aan j
en was het met ons lied gedaan.
NICO HELMUS*
O^it blad
- Driugea mün woorden nog tot je door?
Waar is je oor?
Leg het te luisteren
op dit blad;
laat het fluisteren
ik heb je zo lief, zo
lief gehad.
MARINANNE VAN RAAY
Ongewoonte
Omdat zijn vrouw is weggegaan,
even voordat hy thuiskwam,
loopt de man nu kwaad te slaan
met deuren. Hy is radeloos:
de angst dat zy 'm piepte,
zou hem büna minnaar maken.
Hy weet heel goed wat ze doet:
late boodschappen in de buurt.
Maar een ongebreideld gemoed
als het zyne voelt zich direkt
in het riet gestuurd.
TOM VAN DEEL
OOat niemand weet
Vergeet maar wat je hebt gehuild.
Wat niemand weet, is niet gebeurd.
Wat niemand van je gelooft, heb je niet gedaan.
Wat niemand van je denkt, dat ben je niet.
Leef maar in hun mening hun-jouw bestaan.
Zü huilen ook niet verder dan hun neus lang is.
Zy lachen ook niet harder dan jy hoort.
Blyf maar veilig in leven in je eigen huid.
daarbuiten ben je roof en moord en buit.
MARIANNE VAN RAAY