ZONDAGSBLAD
Nazi-spionnen „beschreven'' Nederland in hun reisgids
- jJLA
ZATERDAG 12 DECEMBER MM
Nie uwe Lei else Courant
VIJFENTWINTIG JAAR GELEDEN 3
1.4. t» Dmtt kfmmt *fl» «rttltera^n'i Iono«ti«it 1
TOEN in het najaar van
1939 de eerste scha
duw van een naderende
oorlog over Nederland
viel, antwoordde Her
mann Goering op de
vraag hoe hij over de
tegenstand van de Neder
landers bij een even
tueel conflict dacht, ge
ringschattend: „Holland?
Geen zorg daarover. Ik
weet meer van Holland
dan de Hollanders zelf'.
De documenten, na de
oorlog in Duitse archie
ven aangetroffen, hebben
bewezen, dat hij op dat
punt niet aan grootspraak
deed. Nazi-Duitsland was
over de stand van zaken
volkomen op de hoogte,
dank zij het uitgebreide
net van spionnen, dat
over Nederland lag uit
gespreid. Spionnen, die
met elkaar de spannende
mobilisatie-maanden heb-
j ben „beschreven" in een
I „reisgids", die de veel-
zeggende titel droeg:
-«^Baedecker-Nord-Hol-
land".
Groot
De Duitse inlichtingendienst
was bijzonder groot opgezet. Bij
de Wehrmacht gaven admiraal
Canaris en kolonel Oster er lei
ding aan. Oster, bevriend met
onze militaire attaché te Berlijn
majoor G. J. Sas. was op reli
gieuze gronden een fel tegen
stander van Hitler, op wiens be
vel hij later, toen de oorlog naar
zijn einde holde, met zijn baas
Canaris wreed werd vermoord.
Bekend is, dat Oster enige ma
len Sas waarschuwde, dat een
Duitse overval op Nederland
voor de deur stond. Even be
kend is, dat de Nederlandse (mi
litaire) autoriteiten aan de
waarschuwing weinig geloof
konden hechten, omdat een
Duitse officier, die ten aanzien
van zijn land verraad zou ple
gen gewoon niet Was voor te
stellen.
Netjes
Maar de inlichtingendienst
van de Duitse Wehrmacht was
niet de enige dienst, die gege
vens verzamelde. Hitler had nog
wat achter de hand. dat lag
besloten in zijn natuur. Een
mens, die achterdochtig is, die
alleen maar op zichzelf ver
trouwt. zelf de touwtjes in han
den wil houden, moet over een
apparaat beschikken, dat hem in
staat stelt alles te overzien.
De Gestapo van Heinrich
Himmler, Von Ribbentrop, Goe
ring zij allen beschikten over
Inlichtingendiensten. De Wehr
macht wilde, 7.0 veel dat kon,
wat „netjes" blijven en leende
zich nu niet bepaald overal
voor. Er moesten dus andere
bronnen komen. Dat die bron
nen slecht hebben gefunctio
neerd vindt zijn oorzaak in het
feit, dat een coördinatie ontbrak.
En daardoor waren de gegevens
over Engeland en over Rusland,
die men te Berlijn had verza
meld niet zo indrukwekkend.
Men wist over beide landen
maar betrekkelijk weinig.
Alles
Het land, u narover men ech
ter vrijwel alles wist, was Ne
derland. Men kende in Berlijn
het telefoonnummer van een
groep soldaten bij een brug in
Limburg, men was op de hoogte
van het doen en laten van de
opperbevelhebber van land- en
zeemacht, men wist wat er ge
beurde bij Philips in Eindhoven
en wat keizer Wilhelm in Doorn
dacht en wenste.
Per brief, via de telefoon en
via geheime zenders gingen dui
zenden voor de Nazi's belangrij
ke berichten van tientallen
agenten de grens over naar
.^Aussenstellen" (Ast, Wilhelms-
hafen bijv.) en naar „Nebenstel-
len'' (Nest. Bremen bijv.) van
de Duitse inlichtingendienst te
Berlijn. Daar werd nagegaan of
z< pasten in het gehele beeld.
De „Baedecker Nord-Holland".
die de reisbrievenbevatte, door
Duitse spionnen in Nederland in
de mobilisatie 1939 1940 aan hel
hoofdkwartier 1 an de Wehrmacht
te Berlijn geschreven.
Vervolgens werden ze doorgege
ven aan de onderdelen van het
18de Leger, dat voor onze oost
grens lag.
samengesteld van „deutschfeind-
liche" en Duits-gezinde inwo
ners. Op de lijst van de eerstge
noemde groep staan dan meestal
broederlijk naast elkaar sociaal
democraten, predikanten, com
munisten. pastoors, vrijmetse
laars en Joodse mensen.
Beproefd
Tientallen spionnen hebben
sn wie zal precies weten hoe
lang Nederland op gegevens
uitgekamd. Tientallen spionnen,
goede en minder goede, serieuze
en fantasten. De grootste onder
hen schijnt te zijn geweest „de
beproefde S 3003", zoals hij in
berichten, eerst uit Den Haag en
van 1942 af ook uit Zuid-Frank
rijk wordt genoemd.
Op 24 november 1939 schreef
deze S 3003 aan zijn chef: „Een
Pluimpje
Een pluimpje voor het Neder
landse leger blijft niet uit. Na
dat verscheidene berichten mel
ding maken van achterstand in
de uitvoering van verdedigings
werken wordt Berlijn plotseling
verteld, dat de Nederlandse sol
daat wat de kwaliteit betreft
sterk is vooruitgegaan. Vooral
0.L. M, («nUitmui«gaat, -MnHirtUm 10
rtrw, T1—Fl'wS*in«r (Ju**), IHMtMiilnn 22
3.A.I.. .:p«ltorc, BwtfiTir qjrtlu-almr. IS
MU WftHi Uf1«r (rr*laur«r) ïrtaa /x*4«rlkl*aa
taMtia*, tiaüM ieUrn, «fMwlafcan
JtJi. -Oban (4ud«) Ualaalualaaa 45
b, Soaa, aaklar, (4a4«) iti»*r,etrwit 29
L. Cut, fabrikaat u4«i Suloglnulun 26
-,i, Goltvnua, infixes* (lietacr) rnmntiut 160
lur»11^h K» iOt, Met*W> Mwol taab«»«£ 99
A* V* it - 'tffftl3
A. 4« Cuts, 8lMbap*K« 162 (Xgunnlit)
4. Katlua, (..«sn«r»ltcli<.4 lutcurctrsat 9
to^rduicr, hcutrut 131 ï-
J. ola>., fabrikant, (4u4a, iiatnur) .xnastatlaaa 3
1.A.4.... OMttm, atfeol!«cfc«r ialatllafeor Wtxsr)
t r.iu-iC 31
JaJ. iafar*.r«k-f.«r, _rnt«-»oha«ac 13
k.4.*«4.3«r£, dasel., >^ear.taa..al a>A 29
4,R, Ro«pu, tïiSalatllebar, ntiilaa lthoaaair. 34
.4.' .auunxl, itknn, 4»cob atelju/; 43
.4. Rauii, ro 1st, üallaatrut -«>• trasi lac^caes.
mij bekende overste van de der
tiende afdeling Pantserafweer
heeft een verlof van drie dagen
gekregen. Zijn afdeling is gele
gerd ten oosten van Enschede".
En op 4 mei 1940 bericht hij uit
Den Haag: „Hier worden rel
letjes gevreesd. De stad, de toe
gangswegen en de stations zijn
afgezet". Op 24 april had hij,
eveneens uit Den Haag, doorge
geven: „In grote aantallen zijn
Engelsen naar Nederland geko
men om op grote schaal anti-
Duitse propaganda te bedrij
ven."
Niets
Geen bericht, zo blijkt uit de
documenten, wordt te gering ge
acht om door te geven. En uit de
documenten blijkt ook, dat niets
aan het oog van de spionnen
ontgaat. Een juffrouw uit Delf
zijl, die twee Engelsen op kamer
neemt, is voor hen even belang
rijk als de capaciteit van de
tankopslag van de Bataafse te
Pernis.
Een enkefe maal wordt ge
zegd, dat de tip komt uit „mari
ne-kringen", of van een „reserve-
officier", maar voor zover dit
dan nog het geval zou zijn
wekt geen enkel document de
indruk, dat er bij de militairen
van verraad sprake is geweest.
„Ast Wilhelmshafen" krijgt
alle informaties over scheepsbe-
wegingen en door deze informa
ties zijn de duikboten mede in
staat gesteld hun torpederingen
te verrichten, waarbij al spoedig
tientallen Nederlanders eveneens
het leven laten.
V' TVh/riW- fti kf 1
j ?tUe «iiiux «illt .ri.jcr;cui a<s»a*iv; beatoht format»
li -htllch iter Ia Job adr-lloh das ivanb'th/Vi
dia dar tireur-rutl/^elt-
„doutschjeindliche Hollander
de oorlog
Baedecker Nord-HoUand'
de militaire politie krijgt grote
waardering. „De controle werd
beslist maar correct uitgevoerd".
En verder: „In houding en disci
pline heeft het Nederlandse le
ger de laatste maanden zonder
twijfel vooruitgang geboekt".
Maar dan komt het: „Ondanks
dit geloven we niet, dat de ge
vechtskracht van het Nederland
se leger belangrijk is toegeno-
Compleet
Baedecker Nord-Holland, de
„reisgids", waarin gegevens over
Nederland werden verzameld,
bevatte complete „reisverslagen"
van Duitse stafofficieren, die
zich via Grebbelinie, vliegveld
Soesterberg naar de Duitse ge
zant Zech hadden begeven, om
bepaalde gegevens nog eens te
bespreken.
Grote garnizoensplaatsen als
Amersfoort en Nijmegen staan
in de Baedecker uitvoerig be
schreven. Eerst volgt een korte
typering van de burgemeester.
Mr. J. C. Graaf van Randwijk,
burgemeester van Amersfoort, is
aldus een reisbrief libe
raal, maar staat als „rood" be
kend. Vervolgens wordt aan
dacht besteed aan de politie
functionarissen, achter wier
naam is vermeld of zij pro-
Duits zijn of Duits-vijandig. Ten
slotte worden inlichtingen gege
ven over de sterkte van het gar
nizoen, over de PTT, over het
verkeer(snet) en gegevens over
treinenloop en capaciteit van
stations.
En voor elke stad wordt, voor
zover dat mogelijk is, een lijst
Een kopie van een brief van
spion no. A 3535. Op 25 april
1040 liet hij zijn opdrachtgevers
n etenOp het vliegveld pen-
burg is nog geen versperring aan
gebracht, en ik heb ook niet
kunnen constateren dat voorbe
reidingen daartoe worden ge
troffen. Er gaat het gerucht, dat
vliegvelden sullen worden onder
mijnd. Doch ik heb nergens
gezien, dat aan de uitvoering
ervan uordt gewerkt."
men. De uitrusting is volstrekt
onvoldoende. En de strenge
vorst en de omstandigheden,
waaronder de soldaten zijn op
geroepen. hebben er niet toe bij
gedragen het moreel belangrijk
te verhogen".
Wij
In Nederland deden Duitse
spionnen hun werk. En wat de
den wij? Voor de Parlementaire
Enquête-commissie verklaarde
later luitenant-kolonel J. G. M.
van der Plassche, een topfigum
bij de Nederlandse inlichtingen
dienst: „Spionage deden we niet.
Spionagedienst bestond niet
Misschien dat enkele fanatieke
jongelui, die mij wel inlichtin
gen gaven, zo iets deden, maar
een spionage-opdracht heb ik
nooit gehad".
Er was ook praktisch geen
:ontra-inlichtingendienst tegen
(Duitse) spionage. Alles liep
over justitie, die besprekingen
hield met het hoofd van de in
lichtingendienst van de Generale
De begrijpelijke afkeer van
spionage met het verraad, de
toneelspelerij, valse voor
wendsels en wantrouwen,
verhinderde echter tal van
Nederlanders tijdens de be
zetting niet ook op grote
schaal spionage te bedrijven.
Volgens het Volkenrecht en
ook volgens Hugo de Groot
is het zenden van spionnen
geoorloofd, zij het ook, dat zij
wettig gestraft (mogen) wor
den (zogenaamd tweezijdig
karakter).
In de bijbel, in Numerie 13
zegt de Here tot Mozes, dat
hij spionnen moet zenden
naar Kanaan, het land dat
aan de Israëlieten zal komen
mede dank de moedige
spionnen, die worden geze
gend.
Spionage is een keiharde aadk,
waarin elke romantiek ontbreekt.
Zij, die er zich mee bezighouden
(en in oorlogen hebben ook
vrouwen dit zeer verdienstelijk
gedaan) moeten niet alleen be
schikken over een grote dosis
scherp verstand. Elke situatie
moeten tij kunnen beheersen, uk
elke situatie moeten zij zich weten
te redden. Zij zijn voor het ver
richten van hun opdracht uitgerust
met zeer ingenieuse apparaten,
sigarettendoosjes, waarin films
kunnen worden geborgen.
ADOLF HITLER
Adolf Hitler, de man die zich
zag als de Duitse Messias, door
Hans Bernd Gisevius. Uitgave
De Fontein, Utrecht.
Was het nodig, dat na twintig
jaar nog een boek zou verschijnen
over het leven van Hitler? Is het
niet veel beter, dat met name in
Duitsland de man niet meer
wordt genoemd? Opvallend weinig
biografieën over Hitier zijn na
1945 gepubliceerd, terwijl veel
werd geschreven over het leed,
dat hij teweegbracht. Gisevius wil
een leemte opvullen. Hij meent,
dat men zonder duidelijke voor
stelling van het fenomeen Hitier
nooit kan begrijpen wat tussen
1920 en 1945 in Duitsland is voor
gevallen. Gisevius houdt zich niet
bezig met karakteriseringen, waar
in Hitier slechts waanzinnige, hys
tericus, massamoordenaar of tapij
tenvreter was. Hij ontkent niet,
dat al deze elementen aanwezig
waren en nog heel wat kwalijks
meer. De schrijver tracht evenwel
te ontdekken, waarom Hitier aan
de macht kwam en waarom het
deze duistere figuur moest geluk
ken. eerst het Duitse volk en later
een groot deel van het continent te
onderwerpen. Alleen al om deze
poging verdient dit omvangrijke
werk waardering. Vertaling J. F.
Kliphuis. Ontwerpomslag P. Don
kersloot (565 blz., ƒ29,50).