Gemeenschappelijk centrum zal Tel-Aviv en Jaffa tot één gemeenschap vormen ZONDAGSBLAD Nieuwe Lei dse Courant Boeiend project van Rotterdamse architecten ZATERDAG 24 OKTOBER 1964 In het project-Van den Broek en Bakema voor het nieuwe stadscentrum van Tel-Aviv en Jaffa spreekt vooral een lang en naar de kust tot hoog oplopend gebouwencomplex, dat in een boeiende lijn door het ontwerp loopt tot om de havenmonding. In de plat tegrond doet dit complex sterk denken aan het spiegelbeeld van de Hebreeuwse letter L. Die is de eerste letter van de Israëlische heilwens „lechajiem". Letterlijk betekent die „aan het leven", wij zouden zeggen: „cheerio". Hebben de Rotterdamse ontwerpers deze heilwens niet duidelijk in hun gehele plan weerspiegeld? Wij hebben hem opgenomen in de kop van ons artikel, gericht tot beide steden, die j zo lang waren verdeeld, elkander naar het leven hebben gestaan. Men moet hem van I rechts naar links lezen: „Cheerio, Tel-Aviv en Jaffa." Het leven van beide steden moet in de toekomst samengaan. Via het ontworpen centrum kunnen beide elkander de hand reiken en te zamen één gemeenschap vormen. ^JjAAN DE KUST van het roegere Palestina lag de j euwenoude Arabische Jaffa. De naar 'alestina uitwijkende Jo- ov|en hebben ten noorden aan de Middel- gndse Zee een nieuwe, J igen stad gesticht: Tel- Wiv. Die poëtische naam rp «tekent „Lente-heuvel". erJr is in die poëzie een lichterlijke vrijheid: Tel- 3e toiv is even vlak als een Nederlandse stad. In de imgeving bevinden zich vieuvels. Jaffa is wel heuvelach- ig en dat is de reden, dat Ie fiets in Tel-Aviv een .diejopulairder- vervoermid- lel is dan in Jaffa. gen- wer- vanze|fSprej<end be- er tussen het Joodse Tel-Aviv en het Arabische vrij. affa geen enkel contact. Joden hebben gewor- Iteld om hun vrijheid; rij wonnen onafhanke- ijkheid en hun eigen and Israël. Tel-Aviv en |Q affa de Israëliërs ipreken van „Jafo" verden twee Israëlische iteden en het is begrij- lijk dat er nu, jaren a het tot stand komen [an de onafhankelijkheid [an Israël, eindelijk een irug tussen beide dient worden geslagen. De meest voor de hand lig- {ende brug is een gemeenschap- ïelijk stadscentrum. Dat werd w^inderwerp van een internationa- „Vn* prijsvraag. De eerste prijs ___jverd toegekend aan de Duitse nrchitect V. Branca uit Mün- :hen. Maar het staat helemaal i breiOog niet vast dat het ontwerp - t.Dfan deze eerste-prijswinnaar zal zworden uitgevoerd. Een zeer belangrijke inzen ding is die van het Rotterdamse Irchitectenbureau Van den Broek en Bakema. Voorlopig is die als derde beoordeeld, teza men met de inzendingen van vier anderen. Een tweede-prijs winnaar is er niet. Vooral in vakkringen heeft de inzending van deze Rotterdamse architecten en stedebouwers bij zonder de aandacht getrokken en het is nog altijd de bedoeling, dat de prijswinnaars, óók de Rotterdamse architecten dus, naar Israël zullen komen voor een conferentie over hetgeen er tussen Jaffa en Tel-Aviv zal worden gebouwd. Eigenlijk is de Rotterdamse inzending een internationale aangelegenheid. Want niet alleen prof. ir. J. H. van den Broek en prof. J. B. Bakema hebben er aan gewerkt, maar ook de Lu xemburgse architect J. Weber en de Zwitser H. Huber uit Zürich. 5 Ca: AUTOWEG Het uitgangspunt van het Rot terdamse ontwerp waren de gro te verbindingen, de verkeerswe gen dus. Een daarvan is heel oud: de Middellandse zee. Even wijdig aan de kust loopt een grote autoweg, die zorgt voor de samenhang van Jaffa en Tel- Aviv met de andere steden in Israël. Voorts meenden de ontwer pers, dat een centrum alleen reëel kan zijn, door de bewoners van dat centrum en van hetgeen dat centrum omringt alleen als zodanig kan worden beleefd, als alle dingen in dat centrum ook visuele betekenis hebben voor hen die daar wat hebben te doen. Het contact tussen water en land biedt een bijzonder aspect en het ligt dus voor de hand dat het nieuwe centrum een haven gebied moet worden. De ontwerpers beseften, dat het centrum een harmonisch ge heel moet worden, waarin woon huizen, kantoren en haven met al wat daarbij behoort samen gaan. Dat betekende het zoeken, naar een harmonie tussen totaal verschillende schalen: de im mense schaal van de zee, de kleine schaal van de nederige woning. Het centrum diende bovendien te harmoniëren zowel met het oude Jaffa als met het moderne Tel-Aviv. De ontwerpers hebben dus ge zocht naar een eerste contact met het kleinere, dat er al is. Daarna hebben zij hun project weten op te voeren tot een cli max: de grote schaal van de enorme gebouwen, de uitge strektheid van de zee, de verte, waarnaar de grote verkeerswe gen leiden Het uitgangspunt van dat alles moest de mens zijn. In de klein ste schaal zowel als in de aller grootste blijft de mens dezelfde, niet alleen met betrekking tot zijn lichaamslengte en lichaams omvang maar ook voor wat be treft zijn gedachten, zijn leven, zijn ziel. Het centrum mocht geen con centratie worden van dode ge bouwen maar van levende acti viteiten. Gebouwen zijn ten hoogste dingen waarin en waar omheen die activiteiten zich af spelen. Zij geven ook gestalte aan die dingen. Een tweede zeer zakelijk uit gangspunt was, dat het het geen voor ons Nederlanders uiteraard niet onbekend is goedkoper is in zee iets uit te bouwen dan op het land wat af te breken en dan havens uit te graven. Een stad ontslaat van nature altijd op een knooppunt. Israël is een land met weinig water en het is vanzelfsprekend, dat de mens daar zijn activiteiten op zee zoekt. De zee is een natuur lijk communicatiemiddeL Een centrum van een stad is een plaats, waar ieder, niet al leen de bewoner van die stad maar ook degene, die in de omgeving woont of van elders komt, bijzondere dingen ver wacht, zoals een groot theater, het stadhuis, een grote verga derhal. Daarin gebeuren dingen en de ontwerpers moesten zich dus niet de vraag stellen hoe zij daar de mooiste en grootste ge bouwen konden neerzetten, maar wel wat de mens van zijn stads centrum verlangt. Als men zou uitgaan van het plaatsen van mooie gebouwen komt er slechts een steriele stad. Er zijn velen, die het nieuwe Rotterdam een steriele stad vinden. Misschien is bij de opbouw daarvan te wei nig van de mens en de menselij ke verlangens uitgegaan. In een stad is een raadhuis het belangrijkste centrum. Ieder gaat daar wel eens heen. Maar er zit aan zo'n raadhuis een om vangrijk administratief apparaat vast, wat de burger niet inte resseert. Van den Broek en Bakema projecteerden hun raadhuis op een groot plein en in dat raad huis zagen zij slechts plaats voor het representatieve deel van het stedelijke overheidsapparaat en voor dat gedeelte, dat het pu bliek intensief bezoekt. Het administratieve apparaat wilden zij elders in het stads centrum onderbrengen, maar zo danig dat het van het raadhuis uit is te zien in de vorm van een bouwwerk, dat een optisch scherm vormt. Dat administra tieve apparaat is geprojecteerd in een gedeelte van een scherm van hoge gebouwen dat van het binnenland uit naar de kust loopt, om het raadhuisplein heen. Aan de kust buigt het om de haven, de havenkom als het ware beschuttend. Dat gebouwenscherm, dat in het binnenland laag begint, loopt omhoog tot een climax in het eigenlijke stadscentrum. Het hoogste punt ligt vlak aan zee bij de havenmond. Ter hoogte van het raadhuis plein is het scherm onderbroken om van het plein zuidwaarts uit zicht te bieden op een veel ver der gelegen gebouwencomplex dat een soort noordelijke poort vormt waardoor men in het cen trum kom t. Het scherm beheerst de plat tegrond en ook het silhouet van de nieuwe stad. Het vormt een spiegelbeeld van de Hebreeuwse letter L. Die letter is de eerste letter van de, Israëlische heil wens „lechajiem" letterlijk: „aan het leven". Als men het GESCHENK De naam Tel-Aviv betekent „Lente-heuvel". Erg poëtisch, (lichterlijke vryheid: zoals op dc foto is te zien is Tel-Aviv even vlak als een Nederlandse stad. Merkwaardig is, dat deze vrij nieuwe stad weinig parken bevat. Op de foto de enige boulevard. Van den Broek en Bakema heb ben deze boulevard doen doorlo pen tot in het nieuwe centrum, waar zy uitmondt in een ontwor pen park. Dat park is tevens een cultureel centrum met bibliothe ken, scholen en andere openbare voorzieningen. Merkwaardig is, dat Tel-Aviv geen parken heeft. Er is slechts een brede boulevard, waar zich thans alle recreatieve vertier af speelt. De ontwerpers van het nieuwe stadscentrum hebben die boulevard zuidwaarts verlengd en haar doen uitlopen in een groengebied pal benoorden het centrale plein, In dat groenge bied komen bibliotheken en sèholen: men krijgt de rust vlak naast de stadsdrukte. Ten slotte: er is geen enkele stad, die ineens is ontstaan, die plotseling uit het niets is opge bouwd. Een stad is een levend organisme met een historie. Da stedebouwer met zijn nieuwe stad moet midden in dat leven komen, hij moet er van uit gaan. Dat leven wordt bepaald door de mens. Een stad kan alleen een wezenlijk hart hebben, als de ontwerpers van die mens uit gaan. En dat uitgangspunt heeft het Rotterdamse architectenbureau Van den Broek en Bakema bi# het opzetten en uitwerken van het project voor een nieuw stadscentrum tussen Tel-Aviv en Jaffa nooit losgelaten. veau bieden de mogelijkheid op dezelfde plaats snel te rijden, langzaam te rijden en zelfs te wandelen. Ook kreeg men mogelijkheden tot differentiatie in het wonen. De ontwerpers wilden de mens in het stadscentrum geen be stemming opleggen. Zij meenden dat de gebouwen zodanig moe ten zijn, dat de mens er een bestemming aan kan geven en die bestemming er ook aan zal geven. En voor wat betreft het wo nen zelf, de binnenhuiscultuur: in Israël is door het klimaat de patio van groot belang. Belangrijk zijn ook de verbin dingen met de buitenwijken ten behoeve van de mens, die hele maal buiten de stad wil wonen. Waar die verbindingen het stadscentrum bereiken, ontstaat vanzelf een accent in de vorm van een verkeersplein. Er zijn in het project twee punten die voor zo'n accent in aanmerking kwa men, één in het zuiden, de ande re in het noord-oosten. Beide werden geaccentueerd met grote gebouwen, die het verkeersplein ten dele omsluiten en die een poort over de invalsweg vormen. NIEUW GEZICHT Nóg een interessant punt: wij zien in alle grote steden, dat er aan grote gebouwen, vooral win kelpanden, altijd wat aan de hand is. Mode, wisselingen in inzicht en andere beweegre denen leiden tot telkens verbou wen van voor publiek bestemde ruimten. In de handel is een „nieuw gezicht" altijd belang rijk. De ontwerpers hebben in hun project voor het nieuwe centrum Tel-AvivJaffa daar mee rekening gehouden. In de grote gebouwen moet het moge lijk zijn, al naar gelang de be- hoefte, verbouwingen uit te voe ren. Hotels en recreatie hebben de ontwerpers vanzelfsprekend aan zee geprojecteerd. In dat gebied ontmoeten bewoners en bezoe kers elkander, daar is plaats voor een jachthaven, voor zwembaden, voor andere recrea- tievormen. De Middellandse Zee is een natuurlijk recreatieobject. Het recreatiegebied en de daarin opgenomen hotels kunnen een heel mooie plaats krijgen be noorden de haven aan de kust. bestaan geen gescheiden func ties. Werken, wonen, godsdienst, recreaties vormen gezamenlijk een levenspatroon. De menselij ke kleinere activiteiten komen samen, bundelen zich en berei ken ten slotte een concentratie punt. Dat punt is vanzelf het stadscentrum. Een mens heeft tegen wonen in hoogbouw een natuurlijke aversie. In een klein huis is hij vrij: hij kan alle kanten op. In een hoogbouwflat kan hij maar één kant op: naar beneden. Toch is in een stadscentrum hoog bouw noodzakelijk en hier staat iedere stedebouwkundige voor een probleem. Van den Broek en Bakema menen de oplossing te hebben gevonden door toepassing van straten op verschillend niveau. Een straat boven de grond biedt de in hoogbouw wonende mens de gelegenheid ergens anders heen te gaan dan alleen naar beneden. Er kwamen daardoor ook voor het verkeer bijzondere moge lijkheden. Ook in het verkeer kan men van grote en kleine schaal spreken. Verkeerswegen op verschillend niveau bieden gelegenheid tot een geleidelijke overgang van snelverkeer naar langzamer verkeer, van langza mer verkeer naar stadsverkeer. SCHEIDINGEN SPIEGELBEELD Ontwerpers van een stadscen trum hebben vanzelfsprekend onmiddellijk te maken met een parkeerprobleem. Een nieuwe stad zonder modern vervoer is ondenkbaar. In het project is, net als voor wat betreft de gebouwen, weer uitgegaan van de mens en van zijn verlangens. De mens wil zijn auto niet ergens op een al dan niet met groen omringd par- keerplein neerzetten en dan gaan lopen. Als hij van en naar zijn werk gaat, of als hij in een stadscentrum wat anders heeft te doen interesseren parkeer plaats en een beplanting daar omheen hem niets. Hij wil met zijn auto vlak bij het punt ko men waar hij wezen wil en de rest laat hem koud. Met deze eisen hebben Van project beziet, kan men zich moeilijk aan de indruk onttrek ken, dat de ontwerpers deze heilwens, wellicht onbewust, in hun gehele project hebben weer spiegeld. den Broek en Bakema terdege rekening gehouden. Gebouwen en wegen zijn zodanig opgezet, dat dit mogelijk is. In een menselijke samenleving Vele moderne wegen vormen scheidingen, terwijl een weg im mers bedoelt een verbinding te zijn. Wegen op verschillend ni- Een dergelijke onbewuste symboliek is misschien wel de meest wezenlijke vorm van symboliek die er kan bestaan. Zij vormt de inhoud van vele abstracte werken van moderne kunstenaars.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 13