WALCHEREN
werd aan
de golven ontrukt
OKTOBER 1944: De nacht viel over een eiland
ZONDAGSBLAD
GIGANTISCH
OPBOUWWERK
VRIJDAG 2 OKTOBER 19M
Nieuwe l ei else Courant
OKTOBER 1944. Een tijdsaanduiding niet alleen, ook
een begrip. Wanneer nu nog de bewoners van Walcheren
„Oktober 1944" tegen elkaar zeggen, dan behoeven zij
weinig daaraan toe te voegen. Vliegtuigen, granaten,
bommen en water, vooral dat laatste. Herinneringen
aan die zwarte oktobermaand, nu twintig jaar ge
leden
Reeds waren de berichten over de snel naderende
legers der bondgenoten doorgedrongen tot het door de
bezetters hermetisch afgesloten eiland. De bevrijding
leek nabij. Maar wie hier en daar op het eiland nog
durfde rondkijken, sloeg de schrik om het hart:
Walcheren was één groteske bunkervesting geworden.
En het beheerste de Scheldemond. In het Zuidoosten lag
Antwerpen en wie zei ook weer, dat Vlissingen onneem
baar was?
PAMFLETTEN
Toen is het allerverschrikkelijkste onheil over Zee-
lands tuin gekomen. Op 2 oktober dwarrelden de
pamfletten uit de vliegtuigen neer en de Engelse radio
waarschuwde met klem: verlaat het eiland; gaat te voet;
wanneer ge blijft, kan dat uw leven kosten! De 3e oktober
brak aan. En voordat de avond viel, was het gebeurd:
Westkapelle bestond bijna niet meer. Het drama in de
molenViermotorige Lancasters, als arenden in de
lucht, hadden hun dodende last, de zes-tons bommen,
neergeworpen op de dijk. En spoedig meldden de waar
nemers uit de vliegtuigen aan Londen: „Het water vindt
met grote snelheid zijn weg landwaarts!"
Maar dit was nog niet genoeg. Na vier dagen keerden
de luchtmonsters terug. Nu was hun doel de Nolledijk
en Rammekens. Spoedig was ook hier de grens tussen
land en water weggevaagd. Walcheren zou de lijdens
beker nog verder moeten leegdrinken. Op 11 oktober
kwamen de bommenwerpers opnieuw. Weer gierden de
bommen omlaag, nu tussen Veere en Vrouwenpolder.
Toen was het lot van dit eiland bezegeld. De verschrik
king sloeg die eerste dagen de mensen murw. Maar
staaltjes van heldenmoed werden verricht om mensen
te redden. Enkele weken later brak de bevrijding aan.
Maar zij was duur gekocht.
Ongeveer 18 oktober 1944 was de evenwichtstoestand
bereikt. Toen was Walcheren een stuk van de Noordzee
geworden. Eb en vloed wisselden elkaar af, zoals ze dat
de eeuwen door in de oceanen deden. Huizen bezweken,
bomen werden ontworteld, damhekken dreven als kleine
vlotten op de hoge golven in het trieste licht van de
ondergaande oktoberzonIn de verte worstelde een
kano tegen de stroom op, op hoop van zegen. De nacht
was donker en dreigend over Walcheren gevallen. Een
nacht, waarin het scheen, of het eiland volledig was
verlaten van God en de mensen. Er is gewanhoopt
aan het licht van een nieuwe morgen. Maar de krachten
zijn vernieuwd geworden en de morgen is gekomen. De
herinneringen aan die donkere nacht leven voort, maar
de verlatenheid heeft plaats gemaakt voor het besef,
dat God helpt en dat de naastenliefde in onze wereld nog
een werkelijkheid is.
Walcheren is in de tijd van de inundatie vaak ver
geleken met een schotel, die met water was gevuld:
alleen de zijkanten staken erboven uit. In totaal was
14.538 ha door het zeewater geïnundeerd. De met mijnen
bedekte oppervlakte bedroeg 900 ha. Toen de balans kon
worden opgemaakt, bleek, dat 155 ha cultuurgrond
blijvend verloren was gegaan, terwijl 85 ha met een
dikke laag zand was overspoeld. Van de totale opper
vlakte (18.178 ha) was slechts 2.500 ha of 20 procent
droog gebleven. Het hoogste zoutgehalte der geïnun
deerde gronden direct na het droogvallen was C 30,
d.w.z. 30 gram keukenzout per liter water.
HERSTEL
De Rijksdienst voor Landbouwherstel heeft voor het
hei-stel van de grond enorm veel werk verzet. Dat was
in die tijd heel wat moeilijker dan na de ramp van 1953,
toen er veel meer arbeidskrachten en materialen be
schikbaar waren. Wat een moeite" het heeft gekost kort
na het droogkomen van het eiland gips uit het buiten
land los te krijgen, weten slechts degenen, die met dit
werk waren belast. Er is, afgezien van de individuele
gift in latere jaren, op Walcheren zo'n 70.000 ton gips
nodig geweest.
Nog enkele sprekende cijfers over de teruggang van
de veestapel. Vergelijkingsdata zijn mei 1943 en sep
tember 1945: het aantal stuks rundvee was teruggelopen
van 10.569 tot 1.373, de paardenstapel van 3.633 tot 1.046,
het aantal varkens van 2.524 tot 1.491 en het aantal
schapen van 4.305 tot 1.347. Langzaam maar zeker is de
veestapel weer opgebouwd.
IN DE ANNALEN van
Nederlands roemruch
te waterstaatsgeschiede
nis is een apart hoofd
stuk gewijd aan de strijd
met en de overwinning
op het water, dat Wal
cheren vanaf oktober
1944 tot eind januari 1946
in zijn verwoestende
greep heeft gehad. Nog
nimmer was een derge
lijke prestatie geleverd.
Toen de dijken waren
gebroken, scheen het lot
van het eiland beslist. Er
was bijna geen spade te
vinden op het eiland. Bo
ten ontbraken en wie om
een dragline of om stort-
steen vroeg, werd mee
warig aangekeken. Wer
kelijk uit het niets moest
een organisatie uit de
grond worden gestampt,
waarbij een zeer ernstige
handicap was, dat het
grote materieel voor dak
dichtingen zich boven
de Moerdijk bevond. En
dat deel van Nederland
kwam pas begin mei 1945
vrij. Maar al was het dan
op een halve schoen, er
werd begonnen om Wal
cheren aan de zee te
ontrukken.
Men weet Ihet: vier grote ga
ten hadden 'bommenwerpers in
de dijken geslagen. Het gat van
de Nolle was 50 meter breed,
dat van Westkapelle 125 meter,
•bij Veere 400 meter en bij Ram
mekens was de dijk over 300
meter vernield. Maar in maart
1945 had het in- en uitstromen
de water de doorbraken reeds
verbreed tot 350 meter bij de
Nolle, bij Westkapelle tot 600
meter, bij Veere tot 975 meter
en bij Rammekens tot 750 me
ter.
In november 1944 kreeg ir. P.
Ph. Jansen opdracht een specia
le dienst in het leven te roepen,
die heten zou: Dienst Droogma
king Walcheren. Op 19 novem
ber wordt begonnen in een win
kel in Goes. Half december ging
men over naar de Loskade in
Middelburg en vanuit dit hoofd
kwartier is de veldslag geleid.
Ir. Jansen zei er later dit van:
„Het moeilijkste van het hele
werk was, achteraf bezien, de
organisatie in een ontredderde
samenleving, de samenbunde
ling van alle beschikbare zwak-
^llllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllillillllllllllllllllllllllllll
I OFFER WAS I
I NOODZAKELIJK 1
VOOR EEN SNELLERE 1
I BEVRIJDING
VAN EUROPA
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllilllllillllllllllilllllllllll^f'
GEVECHT
Het gevecht op leven en dood
begon. De Nolle werd eerst aan
gepakt. De tegenslagen waren
groot. Op 3 september 1945
scheen de overwinning zeker.
Maar op 25 september brak de
Om de haren
bruikbaar te mai
allieerden moest
den geofferd.
dijk weer door. Er werd dag en
nacht geploeterd. Duitse torpe-
donetten brachten de uitkomst.
Op 2 oktober kon victorie wor
den geroepen. Precies tien da
gen later moest de zee opnieuw
in de mens haar meerdere er
kennen: Westkapelle ging dicht,
't Was wel de maand van de
overwinningen, want 23 oktober
werd het gat bij Veere gesloten.
JVfaar het water behaalde nog
eenmaal een succes: de blokke
ring van het gat bij Rammekens
gelukte wel op 1 december,
maar veertien dagen later was
deze nooddam zó gezakt, dat
een diepte van 16 meter werd
gepeild. Souburg en Ritthem
gingen opnieuw een bange tijd
tegemoet. Maar op 24 januari
1946 ging het écht door: de blok
kering hield het. En op 22 febru
ari 1946 kon de toenmalige di
recteur-generaal van Rijkswa
terstaat, ir. W. J. H. Harmsen,
verklaren, dat het herstel der
dijken zover was gevorderd, dat
Walcheren menselijkerwijze ge
sproken weer veilig binnen zijn
waterkering lag.
MINDER DODEN
Vrijwel onmiddellijk na het
bombarderen van de dijken op
Walcheren rees bij zeer velen
de vraag, of deze moedwillige
vernietiging van een eiland
zij het dan gelukkig tijdelijk
nu wel nodig was geweest. Het
antwoord kwam spoedig. En al
was het dan hard, voor hen, die
dierbaren verloren té hard,
Walcheren moest worden geof- bestorming vanuit zee van het
ferd voor de bevrijding van bastion Walcheren het zwaarst
Europa. Het verkortte de oor- van de hele strijd zwaarder
log aanmerkelijk en al waren nog dan in Sicilië deze ge-
de geallieerde verliezen bij de waagde operatie betekende, dat
spreuk Luctor et Emergo
noodzakelijk devi
later minder soldaten zouden
sneuvelen dan ongetwijfeld het
geval zou zijn geweest, indien
het eiland niet aan de zee zou
zijn prijsgegeven. Want het ging
om het onbeschadigde Antwer- I
pen, dat tegen elke prijs zo snel
mogelijk als aanvoerhaven voor I
de geallieerden gebruikt moest
worden.
RECHTVAARDIGING
De vroegere Britse .generaal I
E. Hakewill Smith, de bevelheb-
ber van de 52nd Lowland Divi- I
sion, die de operaties in Zeeland i
in de herfst van 1944 leidde,
heeft op duidelijke wijze de i
rechtvaardiging van het bom- I
barderen der dijken gegeven, i
Hij zei: „Dank zij de gaten, die i
Britse bommenwerpers gedu
rende de eerste 'helft van okto
ber 1944 in de dijken van Wal- i
cheren gooiden, wisten de Ame-
rikaanse legers in België het he
vige Duitse offensief, dat veld- I
maarschalk Von Rundstedt mid
den december van dat jaar in
de Ardennen begon, vrij spoe
dig tot stand te brengen. De ge- I
allieerde operaties op Walche
ren hebben door de daarop vol- i
gende overstroming van het
eiland kostbare tijd uitge- I
spaard." „Er bestaat geen
twijfel aan, dat het zeker I
3 tot 6 weken langer zou hebben
geduurd de Duitsers weg te i
krijgen, indien de dijken niet 1
waren gebombardeerd. Als er i
geen overstromingen waren ge- I
weest, dan hadden de Duitsers
telkens versterkingen laten aan-
rukken en dan hadden ze zeker
tot 1 december stand kunnen
houden in plaats van tot 6 no
vember, toen Middelburg werd
bevrijd. Dan zouden de eerste
schepen pas gedurende de
Kerstdagen in Antwerpen heb
ben kunnen arriveren. En op 15
december begon Von Rundstedt
met zijn Ardennen-offensief. Nu
kon hem spoedig een halt wor
den toegeroepen en dat acht ik
de rechtvaardiging van het
bombardement."
WALCHEREN is in de twee
de wereldoorlog zwaar geteis
terd. Op de 17e Mei, drie da
gen na het bombardement
van Rotterdam, werd ook Mid
delburg gebombardeerd. De
gehele binnenstad werd letter
lijk weggevaagd, de beroem
de monumenten van middel
eeuwse bouwkunst werden in
puinhopen veranderd. Van
de beroemde Abdij bleef prac-
tisch niets over. Van het
fraaie Gothische stadhuis ble
ven slechts geblakerde muren
overeind staan. Vlissingen, in
die meidagen ontkomen aan
een ramp, is in de daarop
volgende jaren een frontstad
geweest. Het regende er bom
men en de bevrijding bracht
de vernietiging van honder
den huizen. Over het lot van
Westkapelle behoeft weinig te
worden verteld. Wèl ernstig
berooid en met een minimum
aan woningen na de komst
van het water kwam Walche
ren uit de oorlog te voorschijn.
Alleen het ruimen van puin I
kostte meer dan 2 millioen
gulden
De lichte schade aan de wo-
ningen, alsmede aan de wo
ningen met bedrijfsruimte,
werd getaxeerd op 16,5 miljoen
gulden, de zware schade op
21,5 miljoen en die aan de 1
grote gebouwen op 14,5 mil-
joen, in totaal dus 52,5 mil- I
joen. De kosten van herbouw
der verwoeste huizen werden I
geraamd op 57 miljoen. Er
moesten ongeveer 1.000 nood
woningen worden gebouwd om
aan de allerergste woningnood
een eind te kunnen maken.
Getallen
bleken 3.100 panden to-
taal verwoest, 3.400 hui-
zen zwaar beschadigd, 11.600
woningen lichter beschadigd.
I Slechts 890 huizen hadden
geen schade opgelopen. Van
I elke honderd woningen waren
er 95 verwoest of beschadigd.
In Vlissingen had maar één
huis geen schram opgelopen.
Gebrek
Direct nadat het water was
verdwenen in de steden
reeds vroeger werd een
begin gemaakt met het gigan
tische opbouwwerk. Moeizaam
kwam het op gang. Er was
aan alles gebrek. Er was geen
hout, er waren geen spijkers.
Arbeiders ontbraken.
Maar langzaam kwam er te
kening in. Honderden aanne
mers van buiten met enkele
duizenden arbeiders die
grotendeels L*i barakken wer
den ondergebracht kwa
men naar Walcheren. Eerst
werd het herstel aangepakt.
En met succes, want eind
1946 waren reeds 7.000 wonin
gen gerepareerd. Daarna
volgde de herbouw. Honderden
huizen verrezen en tientallen
boerderijen.