STOF IS WEER OPGETROKKEN Carlisten fel tegen godsdienstvri j heid CARLISTEN VERLIETEN DE MONTEIURRA Mystieke, patriottische en religieuse extase Wisselvallig STERK Weg bij grensovergang eist weer een dode Vlaggetjes niet te verkopen MAANDAG 4 MEI 1964 (Van onze speciale verslaggever Link van Bruggen) Pamplona - maandagmorgen TTET stof van de tienduizenden carlistische voeten op de Montejurra is weer opgetrokken. Het jaarlijkse joelfeest is weer achter de rug. De rode baretten, de uniformen, de vaandels, de bourgondische kruisen en de crucifixen zijn weer opgeborgen. Terwijl ik dit schrijf, ruist het overspan nen geschreeuw van Spanjaarden, die vergeten zijn dat vlak achter de voorjaarsgroene bergen van de Pyreneeën het hernieuwde Europa begint, nog in mijn oren na. Aardige mensen allemaal. Gastvrije mensen ook, die hun sigaretten en hun koele, in lederen zakken meegedragen wijn met mij hebben willen delen en hun sinaasappelen, hun brood en hun kippen, die ze in het open veld boven een vuurtje roosterden. Furieus echter zijn ze als ze in eer mystieke, patriottische en religieuze ex tase raken, door het zuidelijk tempera ment en karakter de Nederlander zc vreemd. Met bussen, met particuliere auto's, te voet. te paard, op muilezels op gewone ezeltjes, waren de carlisten uit alle delen van Spanje gekomen de voor hen heilige Montejurra met bedevaart te eren. De hele, bijna duizend meter hoge berg, waarop de paden steil naar boven gaan dat men bij de afdaling moeite heeft op de been te blij ven, bleek urenlang gevuld te zijn met door de wind voortbewogen klaprozen. Bedankt Hoeveel rode baretten er wa; „Meer dan honderdduizend", bluften de propagandisten. Stralend voegden zc aan toe: „Elk jaar komen er meer. groeien in kracht. Onze beweging is in volle bloei. Ha, voor u en ik verder gaan, bedankt, bedankt voor de toekom stige koningin van Spanje, Irene zal haar naam zyn". Schat maar eens. als men tot kilome ters ver mensen ziet. Geef maar eens eer aantal, als alles zich concentreert op het plateau, waar misschien tienduizend personen een plaats kunnen vinden. Ik kan het niet, niemand kan het. Misschiet zijn het er er zestigduizend geweest, heel misschien tachtigduizend, maar zeker Zwijgend klauterde de schare over de met stenen bezaaide paden naar de kale hoogte. Gezongen werd er niet, de fana tieke, royalistische kreten, die de avond tevoren in de straten van het veertig kilometer verder liggende Pamplona hadden geklonken, werden nergens ge hoord. Niemamd had nog enige adem over: iedereen voelde zich eerder een berggeit dan een mens. Hoog boven me torenden wat over hangende rotsen, naast me, in een vol slagen wildernis, groeiden hulst, liguster, vergeet-me-nietjes en margrieten. „Ze zyn doordrenkt met het bloed van onze martelaren. In alle drie oorlogen, die we hebben gevoerd, is hier en op de Montejurra verwoed gevochten", ver- Kruisweg Het hoofdpad naar het plateau, waar op ik luidsprekers hoorde schallen, is af gezoomd door veertien staties. Elk monument van deze kruisweg door de steile opgang en de brandende zon zo wel letterlijk als in figuurlyke zin IIET WEER in West-Europa wordt beheerst door een depressie, waar- van de kern tussen IJsland en Schot land ligt. Het bijbehorende fronten- systeem passeerde gisteren met flinke regenval ons land. Daarna voerden vrij krachtige zuidwestelijke winden dro gere en enigszins onstabiele lucht naür ons land waarin naast opklaringen plaatselijk enkele buien voorkomen. In liet front dat de begrenzing van deze lucht vormt, komen verschillende sto ringen voor. Een ervan trok vanmorgen met wat regen over Frankrijk naai oosten. Een volgende werd ten noorden van de Azoren aangetroffen. Deze sto ring zal waarschijnlijk dicht langs ons land komen en tijdelijk enige regen of enkele buien veroorzaken. Voor en na het passeren van de storing zullen op klaringen voorkomen. Het weer be houdt dus een wisselvallig karakter. ZON EN MAAN onder 20.11: HOOGWATER SCHEVENINGEN HET WEER IN EUROPA Rapporten hedenmorgen zeven uur Kopenhagen 1. bew Aberdeen re gei Londen zw bev. v 3 10 7 10 windstil - 10 is aan een carlistisch regiment gewijd, of, beter gezegd: aan de gesneuvelden. Men viel er op de kndeën, men bad er. men legde er bloemen neer, men liet zich er in strydbare houding voor foto graferen. „Mijn tirtio telde in de burgeroorlog twaalfduizend doden", zei een met me dailles behangen ex-kapitein, die zich een gloednieuw, jungle-uniform had la ten aanmeten, terwijl by de schouder riemen en de patroonstassen eveneens voor het eerst droeg. „Wc waren het meest helfhaftige carlistische regiment. Er zyn er slechts een paar honderd over gebleven. „Viva d'Espagna. Leve de Ko ning". Op het plateau, waar de meeste bede vaartgangers uitgeput en badend in het zweet gingen zitten, was het spektakel byna compleet. Daar stonden de „reque- tes" de carlistische oudstrijders uit de burgeroorlog, trots als alleen een Span jaard maar zijn kan, en als het ware druipend van muffe glorie. Onderschei dingen en insignes, die van Bourgondi sche lelies tot Bourgondische kruisen varieerden, schitterden in de zon, even als kleurige vaandels en baretpluimen goud of zilverdraad- Priesters en niken, ze waren overal. Jonge man en jonge vrouwen, die overigens na de burgeroorlog werden geboren, droe gen ook al een uniform. Ik zag er zelfs kinderen van acht tot negen jaar in lo pen. Twee keer ontdekte ik een heel ge- dat zich van jong tot oud in het jungle-groen had gestoken. IJzeren Kruis waren ook carlisten bij die in de tweede wereldoorlog in de beruchte vrouwendivisie van Hitier hadden ge vochten, die in Rusland zo goed als ge heel werd geëlimineerd. Een ijzeren kruis, dat verschillenden van haar ver dienden, hadden ze in hun zak. Dit was uit piëteit tegenover de Nederlandse journalisten gedaan, want 's morgens vroeg, tydens het défilé, droegen ze deze nog op de borst. Zonder morren hadden :e het advies van een van de leiders op- jevolgd die zei. dat de carlisten een slechte pers in Nederland zouden kry- gen, als ze met nazi-onderscheidingen werden gezien. De spandoeken, die er bij tientallen waren, logen er niet om. „Om koning Asturië te zyn", zo kon men lezen. moet men. net als don Carlos, kolen hebben gehakt". „Gracias, Irene van Spanje", was met koeien van letters op een ander bord geschilderd. „Leve koningin Juliana', „Leve prins Bernhard", „Leve de mijnwerkersprins", ,,Leve de koning van Spanje" het waren allemaal kreten, die hoog boven de deinende massa waren te zien. Een daverend applaus kregen deze, niet van ongeoorloofde inmenging ge speende woorden, toen ze boven de rode baretten werden ontvouwd: „Met Hol- land ja. met Hollandse regering Op zwepend Grote luidsprekers zorgden voor op zwepende strijdliederen, die werden meegezongen. In de grot van de Chris tus van de Montejurra, zong dan een nasale bariton voor de micro foon, die de massa steeds verder op zweepte. Alle leden van de familie Bourbon-Parma passeerden de revue als het om het donderend meeschreeu- ging, terwyl prim Er was even bijzonder veel beweeg op het plateau. „De „requetes" sloten arm-in-arm een cordon, waar by het pla teau met het Christusbeeld, zonder par don werd schoongeveegd. Twee stoelen met satijnen zittingen werden neergezet. Hugues Charles en prinses Irene zou den komen, in een jeep, die van een klooster aan de voet van de berg langs een afgezet pad naar boven zou krui- De enige, die echter kwam en dan nog te voetwas de frêle „infanta" Marie Cecile, schoonzuster van prinses als de olifanten van Hannibal Met hetzelfde onblusbare uithoudingsvermogen: RAP. Voor RAP is geen afstand te ver geen weg te slecht, geen helling te steil, geen last te zwaar. Klim op de rug van uw RAP. U en uw partner. En rij waarheen u wilt Vroog vrijblijvend Inlichtingen bij RS. Stokvis Zc Prinses Irene en haar man die incognito van Positano naar Rome waren gereisd, vlogen zaterdag van Rome naar Madrid maar versche nen zondag niet in Pamplona. Een beeld van de aankomst, zaterdag avond op het vliegveld Barajas bij Madrid. Irene. Ze werd met een oorverdovend juich begroet Voor haar uit snelde Joaquim Vitriau Esparza. de kapelaan van de kruisweg van de Monte jurra, die de mis zou opdragen. Een reus van een Franciscaan met lange, kastanjebruine baard, stelde zich achter de microfoon op. En zonder poli tiek van religie te scheiden een ty pisch Spaans euvel, naar men beweert werd met trompetgeschal de mis inge leid, waarna de devoot knielende prin ses communiceerde. De „viva's", die de Franciscaan aan hief, golden nu Christus en God. De in bruine py gestoken „cheermaster" be trok echter ook „de koning en de konin gin van Spanje" by het weinig plechtige ritueel met alle .infanta's" die er maar Brieven Marie Cecile nam toen het woord. Ze las eerst een brief van haar broer voor, waarin deze zijn spyt betuigde niet op de Montejurra te kunnen komen. Hij dankte de vele carlisten. die zich .grote opofferingen" hadden getroost om bü de huwelijksplechtigheid ia Rome aanwe zig te zijn en vroeg eenheid en saam horigheid, terwül hij beloofde zeer spoe dig zelf een bedevaart naar de heilige berg te maken. In de brief van Irene, (..prinses van Asturië) hertogin van Madrid"), die daarna onder steeds herhaald applaus werd voorgelezen, werd de carlisten eveneens de nodige dank betuigd. Ook liet zy weten dait haar dikwüls de vraag werd gesteld, of ze niet jaloers was op de liefde van haar echtgenoot voor het carlfsme. Het antwoord was „nee", zo ging haar brief verder. De liefde van haar man was zo groot dat noch zij, noch het carlisme iets te kort zouden komen. Brallend Toen nam de secretaris van Hugues Charles, de ook in Nederland niet on bekende heer Ramon Masso, het woord. Hy begon kalm, maar eindigde als een brallende potentaat, die de gevoelens van de toehoorders als een meester be speelde. Niet alleen de Nederlandse re gering kreeg een veeg uit de pan, ook Madrid had het gedaan. „Het is een schande", zo zei hy onder meer. .,dat de Spaanse regering geld van het Spaanse volk gebruikt om in Madrid het paleisje Lazarzuelo voor don Juan Carlos van Bourbon-Bourbon op te knappon" (Een van dc vijf andere pretendenten van de Spaanse troon en aartsvijand van de echtgenoot van prin ses Irene). Ook aahtte hU het niet juist dat er kredieten voor het ontwikkelings plan werden verstrekt, zonder dat dit Heidendom Weer zag ik gekerstend teidendom of was het heidens christendom met zwarte middeleeuwse accenten her leven. Met slaafse toewijding van pries ters en anderen verliet een verheerlijkte „infanta" Maria Cecile het plateau. Ton onder aan de berg werd ze door een schare vrijwillige lijfwachten begeleid, die door de steile afdaling en de ronde losliggende stenen, meer struikelden dan liepen. Van alle kanten daalden de carlisten neer, warm, bezweet en met uitgedroog de kelen. Op het dorpsplein van het nabij gelegen plaatsje Estella werd toen een politieke bijeenkomst van een du bieus gehalte gehouden. Wie nog iets van de kwade geesten van de jaren der tig weet, kan van alles wat hem toen werd gezegd en gedaan, een aardig her- kenningsdeel opbouwen. Het was God, koning en vaderland, wat de klok sloeg. Er werd vervloekt en er werden woor. den gesproken van trouw, van eer, van heldendom en van martelaarschap. Provocateurs Ook provocateurs ontbraken niet. In de bekende clichéstül van het Derde Rijk waren de volgelingen van prins Xavier voor de laatste maal gewaar schuwd door middel van 's morgen uit gereikte briefjes. Er zouden onbetrouw bare elementen uit de liberaal-kapita listische hoek zijn, die zich tussen de bedevaartgangers hadden gemengd. Hun acties moesten onmiddellijk de kop wor den ingedrukt. En men moest zich met alles wat men had, tegen hen verzetten. „De carlisten", zo zegt een schimp- versje uit Catelonië ,,ztyn beesten uit de Pyreneën, die, als ze gebiecht en ge communiceerd hebben, doorgaan de mensen aan te vallen". Hopelijk blijft het op en om de Montejurra een schaapherdersfeest, van een menigte die nooit de kans krijgt aan de macht te komen, en die gelukkig blijft met het vermaak, dat mooie uniformen en schone dromen aan bepaalde, niet ongevaarlijke schepsels op deze aarde kan geven. HALF AND HALF SHAG ACADEMISCHE EXAMENS DELFT Geslaagd werktuigkundig ingenieur: j iu as ui_- oumu (Drur.en). H S Buruma (Beetsterzwaag), N C J N Dresen (Brunssum). G B Geerdink (Haarlem). H Hoogerwerf (Vlaardlngen). A J KltJn (Bupsum). M T JCoot (Bergen Zoom), W Koppelar- /- Lombaars (N vijk). J c T Storm (Bennekoi op Zand), Tan (Rijswijk), JAM Telgenkamp (Den Haag), (Santpoort), H C P de Vries (Di M J Wijnschenk (Amsterdam): bouwkundig - den Broek (Oegstgeest), Haag). M Lamers (Naatd- i (Roggel). H M VulIinghJ (Van onze speciale verslaggever Link van Bruggen) PAMPLONA maandagmorgen In het laatste nummer van Monte jurra, een van de officiële tijdschrif ten van de carlisten aan de zijde van Franco en met de bijbel in de lin ker- en een mitrailleur in de rechter hand, gingen deze fanatieke traditiona listen de Spaanse burgeroorlog in vond ik een voorwoord dat is onder tekend door de echtgenoot van prinses Irene en dat een typisch voorbeeld is van de leer van holle frasen. In het blad, dat verlucht is met dwaze, aan volksbedrog gelieerd zijn de platen van oprukkende helden met vaandels, kruisen, trompetten en ge weren, wordt tevens het carlistische program toegelicht. Zonder meer blijkt dat er over oecumene gesproken voor protestanten géén plaats is in een carlistische staat Hugues Charles, de prins, die aan eer gevaarlijke en naar fascisme riskende po litiek doet, schrijft onder meer: „In de naam van God en van het va derland heeft het Spaanse volk naar de wapens gegrepen om de Kerk te verde digen, om voorgoed een einde te maken aan het liberale systeem en om de op mars van het communisme te stuiten, Wat de weg van de eer was, is tevens de Een uit vele ongelukken Vlak voor de grensovergang bij Vaals is gisteren de 82-jarige me vrouw M. G. Dassen uit Spekholzer- heide door een bestelwagen aangere den en om het leven gekomen. De auto passeerde een kilometerslange file auto's die stond te wachten voor de grensovergang. 45 Die botter kocht Rooie Tjeerd. Hij betaalde voor wat het bootje nieuw gekost had. Voor minder nam hij hem niet, zei hy, want dan zou hij het gevoel hebben, dat hij Marlhe en Jakob Thomsen bedroog. Waar hij het geld van daan haalde, begrepen de mensen niet. Van zijn invaliditeitspensioentje kon hij het niet doen. Hij haalde het niet van de bank ook. „Ik heb nog wel wat," zei hij tegen Ina. Hij moest in de tijd toen hij nog voer, zuinig ge leefd en heel wat overgehouden hebben. Of hy n plan was ooit met die botter te gaan vis- o, kon hij niet zeggen. Misschien maakte hy een soort jacht van, „Ik schuur de romp af, zet die in de lak, laat er een ander, hoger tuig op zetten en ga wat op de zeehondenjacht." Tegen Japie Visser zei hij: „Zolang er nog ergens liefhebbers van een goedkope borrel zijn, verdien ik mijn kost wel met dit bootje!" „Ik zal je niet aanhouden," zei Japie. „Dan doe ik het ook niet," zei Tjeerd, „want in is voor my de grap er al af!" Hy was er nog niet op het wad geweest, toen dat jaar in het laatst van maait een Pana- mees boiN'je met katoenbalen op een van de zandbanken tussen de eilanden aan de grond liep. Dat gebeurde bij mooi weer. De zon scheen en er was bijna geen wind. Het was alleen een beetje nevelig. De bemanning bleef aan boord. Er zouden een paar schepen uit IJmuiden ko men om te proberen de Panainees vlot te sle pen. Dat gelukte echter niet dadelijk. Het was springtij geweest, toen het bootje vastliep en de volgende dag draaide de wind wat naar het oosten, zodat er met de vloed weinig water kwam. Na een paar vergeefse pogingen beslo ten de kapiteins van de sleepboten te wachten tot het opnieuw springtij werd; als het dan nog niet gelukte, zouden ze een vaargeul moeten baggeren. Een van de beide boten bleef by het gestrande schip, de andere ging terug naar IJmuiden. De oude Engelsman, die gezagvoer der op de Panamees was, meende, dat hij een deel van zyn opvarenden wel met de sleepboot door KLAAS VAN DER GEEST l de sleepboot, toen hij weg- mee kon laten gaan; het waren Britten en Duit sers, die graag naar huis wilden, en als hij vlot kwam, kon hij gemakkelijk een nieuwe beman ning aanmonsteren voor de korte reis naar Ham burg zijn haven van bestemming. Een dag of wat later werd het weer plotseling veel slech ter. De berichten van De Bilt luidden niet be paald ongunstig, maar de lucht die helder was geweest betrok, de wind kromp naar het noord westen en er stond een hoge deining, zodat er waarschijnlijk ergens ten noorden van Engeland op de Atlantische Oceaan een of andere depres sie in aantocht was. De sleepboot kwam nog langszij van de Pa namees en vroeg de gezagvoerder of hij het niet raadzaam oordeelde het schip te verlaten nu het nog mogelijk was en zonder veel risico kon gebeuren. De oude Brit, iemand die nog op zeilschepen had gevaren en dus een bekwaam zeeman wo stemde er wel in toe de rest van zijn bemanning te laten gaan, maar zelf had hij besloten aan boord te blijven. Daar was heel weinig tegen in te brengen. Zolang hij aan boord was, was de boot van hem en ten slotte was hij tegenover de bevrachters en de verze kering ook verantwoordelijk voor de lading. In elk geval vroeg hü nog een paar uur bedenk tijd om te zien hoe het weer zioh zou houden. Toen het echter steeds elohter werd, leek het hem beter het grootste deel van zyn opvaren den in veiligheid te laten brengen. Zijn stuur lieden en machinisten, stokers en matrozen, zyn hofmeester en zijn kok stapten over op de sleepboot. „Good luck, capt»»»-.,* we komen terugl" riep de schipper v« voer naar de Eems Die nacht stak er een hevige storm op. Het was geen storm die lang aanhield; daarvoor was het ook te laat in de tijd van het jaar. Maar de volgende morgen, toen de wind alweer afgeflauwd was. was het bootje toch zo hoog op een zandbank geslagen en zo gehavend, dat geen sprake meer van zou kunnen zyn het nog weer vlot te schepen. Een Hollandse bergings- aatschappij verklaarde zich bereid te probe ren zoveel mogelijk van de lading aan wal te brengen. En er kwam iemand bij Jan Boetjes vragen, hoeveel volk en hoeveel vaartuigen er beschikbaar waren om de katocnbalen uit de ruimen te halen, die half vol water stonden en ze te vervoeren. Er zouden ook een paar man moeten zijn om de ketels te stoken, zodat er stoom was voor het laad- en losgerei. Het was werk waarvoor goed betaald werd. Met de visvangst was het de laatste maanden, vooral in januari en februari, niet veel ge weest. Iedereen was daarom blij aan de slag te kunnen gaan en gaf zich bij Jan Boetjes op. Jakob Thomsen, die voor zijn goed gedrag een maand eerder uit de gevangenis ontslagen was, was er ook by. En Rooie Tjeerd. Rooie Tjeerd was zelfs zoveel als voorman. Hij hoefde zelf niet mee te werken. Dat kon hij ook moeilijk met zijn ene hand, maar hij hield toezicht. Hij was overal tegelijk, op de stookplaats, waar hij een paar vissers wees hoe ze de vuren aan en de stoomdruk in de ketels op peil moesten hou den, in de ruimen, waar hij er een oogje op hield, dat de katoenb^len zo min mogelijk be schadigd en goed in de laadstroppen gelegd werden, en aan boord van de botters, waar hij ervoor waarschuwde de boten niet te diep af te laden. Hij zorgde ook, dat de balen geteld werden en gaf elke schipper die met een vrachtje naar de wal ging, een briefje mee, waarop stond hoeveel hij geladen had. Een klerk van de bergingsmaatschappij, die aan de Binnen haven, waar de balen gelost werden, het toe zicht hield moest die briefjes aftekenen voor ontvangst en dan konden de schippers er zich bij Jan Boetjes voor laten uitbetalen.- (Wordt vervolcd) De bestuurder moest voor de grens links af. Hy kwam op het tegemoetkomende verkeer bestemde weggedeelte. Mevrouw Dassen, die tus sen de wachtende auto's doorgelopen was, rekende hier niet op, met het verschrikkelyke gevolg. Reeds lang zijn er onderhandelingen gaande met rijks waterstaat om in deze situatie, plaatse verandering te brengen, weg is echter te smal om te doen wat eigenlijk gedaan moet worden. In Etten-Leur is het zesjarige meisje A. B. C. M. Stallen op een niet- bevelligde overweg door een trein over reden. Het meisje had juist voor liaar verjaardag een fietsje gekregen maakte een tochtje met haar iets oudc- In Sappermeer is zaterdagavond de 43-jarige mevrouw Eikhof uit Ham burg om het leven gekomen toen haar wagen botste tegen een auto die de rijksweg overstak zonder voorrang te verlenen. Zes andere Duitse inzittenden liepen verwondingen op. De veroorza- van het ongeluk werd licht gewond. De 26-jarige mej. Th. Grondsma, secretaresse bij de Nederlandse am bassade in Parijs, is zaterdag bij een auto-ongeluk, even benoorden Laon, om het leven gekomen. buiten Leeuwarden verloor de 64-jarige expediteur P. Goslige uit Gie- kerk dc macht over het stuur in een flauwe bocht, vermoedelijk doordat hy onwel werd. Zijn auto botste tegen een boom. Het echtpaar Gosliga werd met moeite uit het wrak gehaald. Mevrouw Gosliga bleek te zyn overleden. Haar werd ernstig gewond. De 66-jarige heer A van Oort uit Heesch is in de nacht van zondag op maandag bij zün woonplaats aangereden door een bromfietser en overleden. De liep met 'n vriend op 't fietspad langs de rijksweg 55. De bromfietser reed mogelijk verblind door een tegemoet k< - mende auto reent op hen in. De 65-jarige mevrouw Th. Gosliga-de Boer uit Giekerk is even buiten Leeu warden op de Groninger straatweg ver ongelukt. Zü zat in een personenauto, die werd bestuurd door haar echtgenoot, de 64-jarige expediteur P. Gosliga, die tegen een boom botste, waarschijnlük doordat de heer Gosliga onwel werd. weg van de doelmatigheid. Als we nu de reddingsgordel omdoen, dan bereiden wij onze afstand voor. Degenen, die oplos singen zoeken die niet uit de 18e juli voortspruiten (begin van de burgeroor log red.) plegen niet alleen verraad of capituleren, maar bewüzen ook inca pabel te zün een diepere betekenis van deze historische datum te begrijpen". „Maar 25 jaar van wederopbouw ma ken onbetwistbaar de vrijheid, die we hebben bevochten op het liberalisme. Vijfentwintig jaar vrede verplichten ons op dit moment een toekomst te sdiep- pen. Niet een toekomst, die gebaseerd is op vrijheid, gelijkheid en broederschap, maar een. die doordrenkt is van waak zaamheid van allen voor allen". Dit fraaie stukje proza van dc man die sinds woensdag met prinses Irene Is ge- trouwd, wordt gevolgd door het program van de carlisten. In de eerste plaats heb ik daaruit de voor protestanten belang rijke punten gelicht: „De katholieke gods. dienst", zo zegt het program, „is, als eni ge waarheid, de officiële godsdienst in Spanje. De vrijheid, die niet-katholieke godsdiensten in Spanje wensen (op het laatste, bisschoppclüke congres in Bar celona is aanzienlük aan deze wensen te gemoet gekomen red.) is een directe aanval op het enorme goed van de een heid van het Spaanse volk, nog afgezien dat daarmee getreden wordt bulten de reeds kleine mogelijkheden. Het fe niet opportuun de in de wet ver ankerd liggende positie van de rooms- katholieke godsdienst te veranderen". Wat betreft de functie en de plaats van de koning wordt gezegd dat de carlisten zeker niet naar een dictatoriale monarch streven Maar ook niet naar een die de mocratisch is en zich laat boycotten door de politieke partüen. De koning is er voor het volk en niet het volk voor de koning. Het staatshoofd, aldus nog steeds de leer van het carlisme, mag niet de slaaf van de politieke partijen zün. Met trots wordt nog in het blad ver meld dat er ook Nederlanders onder de carlistische banier zün gevallen. De na men worden gegeven als Philippon, een zekere Goeben en de beide broers Wills. Allen sneuvelden in de carlistische oor logen van de vorige eeuw „In dienst der gerechtigheid" zoals het blad Montejurra zegt. Vijfentwintig duizend oranjevlaggetjes, door tientallen enthousiaste winkeliers uit het gehele land besteld kort na dc opwindende dagen van de verloving van prinses Irene in februari, gaan in ba zaars. speelgoedzaken en grootwinkelbe drijven waarschijnlijk een taai leven als „winkeldochters" tegemoet. De vlaggetjes dragen de portretten van prinses Irene en prins Charles Hu gues. Nadat half-februari 2000 proef exemplaren waren verzonden, stroom den er orders voor meer dan 50.000 vlag getjes binnen bü de fabrikant, de Dok kumer vlaggencentrale. De fabrikant hield de winkeliers aan de koopcontracten, maar beloofde alle moeite te zullen doen om de dundoekjes het buitenland te slyten. Hy raakte Rome bü het huwelük van de Prinses slechts een paar honderd vlaggetjes kwijt en zün hoop. dat hü de rest aan de Spaanse carlisten zou kunnen verkopen een gewild artikel voor hun jaarlükse bijeenkomst op de Montejurra op 3 mei, zo dacht hü is nu ook de bodem inge- De enigen, die nog interesse in de Irene-Charles-vlaggetjes tonen, zijn vlag- genverzamelaars en souvenirjagers. De zeventienjarige G. J. Tellen uit Vriezenveensewijk is zondagmiddag ia Vriezenveen tüdens een hevige regenbul met zijn bromfiets tegen een stilstaande autobus gereden. De botsing was zo hevig dat de jongen enige uren later is overleden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 7