ic dokter* LUK HANNES ZONDAGSBLAD ZATERDAG 4 APRIL 1964 „Wat is Uw mening over ,,WiJ hebben zóóóóóó'n dok- „Geachte BladZij-mensen. Tot nu toe heb ik nooit wat geschre ven over de gestelde vragen, maar nu wü ik het doen als hul deblijk aan onze dokter". „Hoe ik over m'n dokter denk? In een woord goed, zelfs zeer goed" (met twee strepen er onder en geschreven door iemand, van wie ik intussen weet dat hij nootje durft te kraken....) best e „Onze dokter is een fijn mens! En wat wij ook zo belang rijk vinden is dat hij een Christen is. die zich afhankelijk weet". Ziehier een paar zinnetjes, die ik min of meer lukraak uit de post heb gelicht Als ik met m'n ogen dicht nog wat andere brie ven uit het stapeltje zou halen, weet ik precies hetzelfde tegen te komen. De woorden mogen dan wat verschillen, de inhoud blijft ge- lijk: wat hebben wij het met on ze dokter getroffen. Natuurlijk gaat u dit allemaal in deze ru briek lezen. Maar om nu eventu eel meelezende dokters niet het gevoel te geven dat alles altijd voor de volle 100% koek en ei is, ook een paar kritische kantteke ningen er tussen door. Laten we eerst de mevrouw, die nog nooit naar deze rubriek heeft geschreven aan het woord, t.w. mevr. Q. D. v.d. D.-B. te M. (die ik wel als tipgeefster ken. klopt dat?) dan horen we: „Wij wonen op een dorp, dus hebben we een dokter die alles alleen moet doen. Bevallingen, zuigelingen- en kleuterzorg, EHBO. Dit bete kent dat hij dag en .nacht klaar staat Nu dit doet onze dokter. Hij is niet alleen arts maar bovenal «en zeer meelevend mens. Hij neemt de tijd voor de patiënten, zelfs voor de kleinste kinderen. Ik voor mij zou geen betere dok ter wensen en velen in ons dorp met mij." Nadat deze mevrouw even als overigens tal van anderen heeft benadrukt, dat heel wat pa tiënten vaak maar al te gauw voor allerlei wissewasjes naar de dokter gaan, illustreert zij dit met een alleraardigste en waar ge beurde anecdote. Een dame uit de gemeente kwam nl. geregeld bij de dokter met vermeende klach ten. Tot ze een poosje weggeble ven was. De dokter zei: „He, ik heb u een tijd niet gezien". „Ja", zei ze, „ik ben ziek geweest".... Dorp 2 Gelijk maar een andere dorps dokter geïntroduceerd en wel de arts van mevr. J. K. t® H. die haar dokter in een buurgemeen te heeft wonen. ,,To©n ik voor het eerst bij hem kwam (20 minuten fietsen, dus niet eens zó ver) zei hij: „Als je opbelt kom ik wel langs, als het kan op de dagen dat ik de route langs H. heb. Het is zo ver fietsen voor je". Dit was de eerste kennismaking met mijn dokter en ook nu nog (twaalf jaar later) staat hij altijd voor ons klaar. Vaak brengt hij zelfs de medicijnen mee, die nodig zijn, zodat we maar zelden naar W. (waar de arts woont) hoeven gaan". Deze mevrouw vertelt ook nog iets over specialisten en besluit haar brief met er op te wijzen hoe goed het is een echt Chris ten als arts te hebben. „Hij weet «n komt er ook voor uit, dat al is de therapie nog zo goed, het uiteindelijk de Grote Heelmeester is, die beslist over het leven", iets dat mevr. K. B.-H. te M. van harte met haar kan instem men, zoals uit puntje 4 aan het begin van de rubriek al staat. Géén verschil De lezeres met „zóóóóóó'n dok ter", mevr. M. de R.-V. te V., die van fondspatiënte naar de particuliere sector is overgegaan, heeft uit ervaring dat haar arts, nooh haar tandarts enig verschil maken tussen fonds en particu lier. Op welk spreekuur men ook komt: het gaat heus niet vlugger en iedereen krijgt de aandacht die hij nodig heeft. Ook op specialis- tengebied heeft zij dezelfde erva ring. Het enige nare dat haar eens is overkomen is een snauw van een oogarts omdat zij geen contant geld bij zich had. „Ik wilde gireren, zoals ik gewend ben, maar hij vond, dat ik maar voor geld had moeten zorgen. Dit is echter ook het enige vervelen- dan gaan de loftui- mevr. M. de". Wèt verschil Volgens mevr. (of dhr.) T. te Z. wordt er echter wel degelijk verschil gemaakt tussen een zie kenfonds- en een particuliere pa tiënt en hiermee komen we dan gelijk bij de eerste kritische kant tekening. „Van de fondspatiënt wordt lang niet zo veel notitie ge nomen op het spreekuur als van een niet fondspatiënt. Voor hen kan vaak wél een bezoek aan huis worden afgestoken. De fondspa tiënten zitten maar met him num mertjes te wachten, soms een he le voormiddag. Dus als je het kunt betalen: niet in het fonds", aldus deze brief. Kritiek staat er ook in de re actie van de fam. S. te D. „Mijn vrouw heeft het meegemaakt, dat toen zij bij een dokter (een nog jonge man) op het spreekuur kwam hij geen tijd had om te- luisteren en al direct begon te schrijven en te zeggen, poeder tje, pilletje, druppeltjes... en op de vraag van m'n vrouw of ze haar druppels nog lang moest innemen was het antwoord: ja zeker, tot het bittere einde. Het gevolg: m'n vrouw kwam zieker thuis dan toen ze naar de dokter ging. Naderhand is zij naar een spe cialist gegaan en toen moest ze in het ziekenhuis worden opgeno men. Na de operatie geen drup peltjes meer maar ook geen ver trouwen in de arts die ze had voorgeschreven". Verlegen Tenslotte nog één overieens bescheiden kritiekje e we weer verder me tingen. Uit de brief vi' te O. „Onze dokter zeer kundig. Wat ik persoonlijk erg jammer vind is dat hij zo verlegen is. Wanneer men op het spreekuur komt, mompelt hij iets van goedendag. Hij vraagt van zelf het nodige, maar zegt verder heel weinig of kijkt helemaal niet op of om. Door deze verlegen houding gaat men zich als patiënt niet bepaald op zijn gemak voe len, wat als gevolg heeft dat je tegen hem niet zo gemakkelijk zegt wat op het hart ligt. Zodoen de keer je vaak onvoldaan en niet gerust en tevreden gesteld huis- Onse schuld? „Alle lof. eerbeid en bewonde ring" heeft daarentegen de heer C. V. te R., voor zijn huisarts, terwijl hij hetzelfde wil zeggen over specialisten en een chirurg die hem behandelden. Hij gelooft dat degenen, die denken dat er een verschil wordt gemaakt tussen fonds- en particuliere patiënten, daar vaak zelf schuldig aan zijn. „Ik geloof dat ze ook naar de dokter gaan als het niet noodza kelijk is. Ik zou dit woord willen splitsen: zij gaan niet uit nood en niet zakelijk. Dokter en fond* zijn toch geen stokpaardjes, die we maar kunnen gebruiken wan neer we willen? Staat er niet: „die gezond zijn hebben de me dicijnmeester niet van node": nou daar moesten eens meer mensen aan denken." Ook mej. M. B. te R. vindt dat de mensen eigenlijk meer eerbied moesten hebben voor alles wat voor hen wordt gedaan. En zij kan het weten, want ze is heel wat ziek geweest en heeft dus veel ervaring met dokters én pa tiënten. „Het is toch niet de schuld van de arts, dat men soms zo lang in de wachtkamers moet zitten? Gaat het vlug, dan zeggen ze: hij heeft geen aan dacht of tijd voor me! Ik heb (in een ziekenhuis) ook een tijd lang spuitjes gekregen. Nou dat was natuurlijk geen pretje. Maar moest je dan de andere patiën ten horen. „Die moet hij maar aan zijn vrouw geven" en derge lijke dingen. Allemaal vervelen de kletspraat. Ze moesten eens meer weten te waarderen dat zo veel dokters dag en nacht voor de mensen in touw zijn." Die eerbied en waardering kan beslist mej. J. V. te Z. opbren gen! „Er gebeuren nog wonderen" vindt zij en dan beschrijft zij hoe verschillende doktoren en specia listen haar in of buiten het zie kenhuis niet van hartkloppingen en slapeloosheid af wisten te hel pen. „Totdat enkele jaren geleden dokter Z. zich in mijn woonplaats vestigde. Hij wist helemaal niet wat voor medicijnen ik allemaal gehad had en schreef me tabletjes voor. Toen ik ze een paar dagen had ingenomen hielden de hart kloppingen op en kon ik slapen! Vindt u dat geen wonder? Het bleek allemaal door de schild klier te komen. Elke dag is het weer fijn voor me nu zo'n rustig hart te hebben. Ik hoop dan ook dat dokter Z. nog vele jaren de zieke mensen in Z. zal kunnen helpen." Positief slot We besluiten deze eerste dok ters-aflevering óók maar met wat „zinnen". Over een dokter, die „zelfs na kerktijd 's zondags nog even langs kwam als 't niet anders kon", schrijft de heer S. uit Den H., die ik ook al even in het begin van de rubriek (dat nootje...) heb genoemd. ,,'t Is een schat, on ze dokter" bekent mevr. de wed. Van de N. te V. waarmee ze dan de zoon bedoelt van onze helaas overleden oude dokter. „Zelfs in die barre winter stond hij altijd voor ons klaar, gladde wegen of niet! Nu ik mijn man niet meer heb komt de dokter natuurlijk niet meer ('k ben zelf erg gezond, 32 x bloed gegeven) maar echt, soms vind ik het wel eens een ge mis dit vriendelijke gezicht niet „Mijn zoons, in het ziekenfonds, worden even snel en goed gehol pen als ik, die niet verzekerd ben. De dokter weet daarnaast dat hij nooit voor niets wordt ge roepen, maar gebeurt het b.v. s nachts eens, dan komt hij snel met wat kleding over zijn pyja ma naar ons toe", aldus haal ik uit de brief van mevr. W.-de J. te N. „De heb negen kinderen gekre gen en ben nu weduwe geworden dus wij hebben de dokter wel veel nodig gehad. Nu. onze dokter is niet alleen geneesheer, maar ook onze vertrouwensman, aan wie Op safari, door Armand De- nis. Uitgave Forum-Boekerij Ad. M. C. Stok, Den Haag. Met stijgende belangstelling zul len de in het leven van wilde die ren geïnteresseerden dit unieke werk van Denis lezen. Vol over gave en gespeend van elke sensa tie weet hij de lezer te boeien met de belevenissen tijdens zijn „strooptochten" (in de goede zin van het woord) door de verlaten streken op deze aardbodem. Zijn ontmoetingen heeft hij niet alleen op de gevoelige plaat maar nu ook in een standaardwerk vastge legd. En we kunnen Denis daar dankbaar voor zijn, want bij velen is de kennis van de „grotere" die re weinig betekenend. Wijs mij de weg, door ds. J. Overduin. Uitgave N.V. Zomer en Keuning, Wagenlngen. „Op de man af" waren deze vijf minutentoespraakjes toen ze voor de radio werden gehouden, en dat zijn ze evenzeer nu men ze gedrukt voor zich ziet. Er zijn nog enkele hoofdstukjes aan toe gevoegd. Een boekje, goed om te bezitten, te lezen, te beleven en om aan elkaar cadeau te doen. men veel zorgen en moeilijkhe den kwijt kan! Een principe houdt hij er niet op na, maar hij houdt er altijd rekening mee met wie hij te doen heeft", kom ik tegen in de brief van mevr. M.-S. te N. Zo zou ik nog wel even door kunnen gaan, maar u begrijpt het al: we zitten weer meer dan vol! Tot volgende week dus en wilt u op iets uit deze eerste aflevering reageren: héél graag en dan óók heel graag per omgaande. De dood van een president, door The Associated Press. Uit gave N.V. Het Parool, Amster dam. Dit door redacteuren en fotogra fen van het Amerikaanse persbu reau Associated Press samenge stelde boek is bedoeld als een kro niek van de vier bewogen dagen van november 1963, als een histo risch document van de moord op president Kennedy en de daarop volgende gebeurtenissen. dag, beginnend met het nog jonge leven x.._ sident vol beloften uitdoofde, be schrijft het in chronologische volgorde de tragische gebeurtenis sen, die Amerika en heel de we reld in diepe rouw dompelden: de arrestatie van de vermoedelijke moordenaar Lee Oswald, de moord van Jack Ruby, de begra fenis van de president. Het is een aangrijpend relaas geworden, een relaas met harde feiten, waarin echter de vele menselijke details niet zijn verge ten. Het zeer fraai uitgevoerde boekwerk is geïllustreerd met tal van foto's. Het voorwoord werd geschreven door dr. J. H. van Roijen, ten tijde van de moord nog Nederlands ambassadeur in Washington. De Nederlandse ver taling is van Bert van Ree. Uitgenodigd, door Simone de Beauvoir. Vertaling L. P. J. Braat. Uitgave C. de Boer Jr., Correspondentie voor deze rubriek te richten aan de heer A. J. Ivens, J. P. Coenstraat 11, Den Haag. Uit de lezerskring Nog eenmaal komen wij terug met remise besluit o Naar onze mening heeft hij gelijk. Baba Sy kende deze remisegang, doch wij hebben hem nergens anders gepubliceerd gezien. Baba Sy gaf te- hebben. Hij had de de allergrootsten l gaf hij zijn tegenstan- de heer J. W. van Belle, opmerkt, is de stand niet verloren, doch remise! Hij toont zulks als volgt der sterke spelers uit Zuld-Hollar die verschillende m tegenwoordigend tea vincie werd gek< Baba Sy zwart: 9, 18, 26 wit: 19, dam 46 Zwart aan zet speelt 2 Op wit 19—13 volgt 18—23 r Op wit 46—28 volgt 18—22 r Op wit 46—41 direct 18—23 Zwart: 18. 23, 30, 38 Wit: 26, 45, dam 11. noemt een „ménage a trois", die erin zou slagen in betrekkelij ke harmonie te leven. Een „har- 19X28 28—23 23—19 19—14 9—14 14—20 20—25 25—30 30—34 fout. ook al i 11—39 39X25 Bij plaatsing van uw mening ontvangt u naar wens het boek Tip Parade. De dokter zegt 1 of De dokter zegt 2. Wilt u uw naam en adres óók vermelden in de brief, die u kunt sturen naar de redactie „Blad- Zij" met op de enveloppe „Uw mening". Zo nodig zal de redac tie een keus maken uit de binnengekomen brieven en deze bekorten. Over deze beslissing wordt niet gecorrespondeerd. monie", zouden we eraan willen toevoegen, die er dan maar toe leidt dat door een moord de meer gebruikelijke „ménage a deux" tot stand moet komen. De goede verstaander begrijpt nu zo onge veer wel wat hem in dit Sartre- achtige boek te wachten staat Wie er als tijdverschijnsel van wil kennis nemen ga zijn gang. Maar dat is dan ook de enige aanbe veling die we voor dit in uitste kend Nederlands overgebrachte werk beschikbaar hebben. Dorp in de Provence, door Hu- hert Janssen. Uitgave A. W. Bruna en Zoon, Utrecht. In deze negen lichtvoetige ver halen brengt Hubert Janssen een dorpje in het Zuiden van Frank rijk tot leven dat hij uitstekend moet kennen. De persoonsbeschrij vingen zijn luchtig en raak en het landschap krijgt atmosfeer. Veel „inhoud" hebben de verhalen niet, maar dat is in dit genre niet nood zakelijk. Het boekje lijkt ons uit stekende vakantielectuur. Wij worden geroepen, door prof. dr. J. H. Bavinck. Uitga ve N.V. Zomer Keuning, Wa- geningen. Een bijzonder fijn boekje van prof. Bavinck, aan wie we ook op dit gebied reeds zoveel danken. Woorden uit de bijbel, ons op de ze wijze nabij gebracht, spreken ons te klemmender toe en laten ons te minder los. Het is inder daad een voorrecht, te mogen luisteren naar de stommen die in dit boek tot ons komen. Goed als geschenk, dat alleen welkom kan zijn. De smeerlappen, door Anne Wadman. Uitgave A. W. Bruna en Zoon, Utrecht, serie Zwarte Beertjes. Deze door Sjoerd Spanninga uit het Fries vertaalde roman is af stotend. Gepoogd wordt een zgn. „zuivere schets" te geven van de rol, die mannen in het leven van een boerenmeisje spelen. Dit is cynisch en onsmakelijk gebeurd. partij vond ik de 25—431 18—23 26—21 23—29 2146 29—34 43 X 25 35—40 45X 34 33—38 25—20 38—43 20—14 „en wint", aldus r Van Mourik. zame inzending. In onze volgende rubrieken hopen wij terug te komen op de strijd om het landskampioenschap, die op het ogenblik in volle gang is. Op het mo ment, dat wij dit schrijven gaan Bom, ir. v. Dijk en nieuwkomer Bronstrmg op kop. Er zjjn echter nog zes ron- spelen, terwijl achter hen het PUZZEL VAN DE WEEK Kruiswoord-puzzel Horizontaal: 1. plaats in Limburg, 4. heeft een dier, 7. bijb. figuur, 9. bloedhuis, 10. Ierland, 12. gekheid, 13. bijenhouder, 14. plaats in Gelderland, 15. oude vlaktemaat. 18. gemeente in N.-Bra bant, 20. zuil met grafschrift, 23. ketting, 25. familielid, 26. onbep. voornaamw., 27. schittering, 29. eenjarig kalf, 31. eer, 32. kubieke meter, 37. nauwe opening, 39. doornachtige plant, 40. aangelegde weg, 41. aantekening, 42. bijnaam van Ezau, 43. plaats in Drenthe, 44. koninklijk, 45. gevangenis. Verticaal: 1. voldoende. 2. ongaarne. 3. verstoteling, 4. erwten soep. 5. karakter, 6. spijltje, 8. verzoekschrift, 9. overal, 11. plaats in Zeeland, 16. gemeente in Drenthe, 17. nobele, 18. dorpje in N. Brabant, 19. rivier in Frankrijk, 21. wijze. 22. bereide dieren huid, 23. wig, 24. plaats op Ameland, 28. bepaalde oppervlakte be bouwd met landbouwgewassen, 29. vroeger, 30. op die tijd, 33. ge meente in N.-Holland, 34. hetzelfde, 35. houten klepper, 36. punt hoed; 38. ambtskleed, 40. landman. OPLOSSING VAN DE VORIGE PUZZEL Horizontaal: 1. Olst, 5. krab, 9. vesta, 14. fitis, 16. Tarn, 18. Nora, 19. frEinje, 21. rein, 22. Nel, 23. e.e., 24. tand, 26. is, 27. want, 29. Hoorn, 31. sits, 32. mos, 34. sla, 35. slee, 37. Maris, 39. listig. 41. ge. 42. aat. 43. Lea, 45. Lee, 46. ore, 47. ar. 48. Beerta, 50. robot, 52. Roer, 53. aga, 55. nat, 56. teen, 57. snert, 60. teü, 61. al, 62. riem, 64. sn.( 65. erg, 66. krom, 68. Arabië. 70. snel, 72. koet. 74. paard, 75. tiran, 76. meel, 77. tree. brein. 10. en, 11. sonate, 12. trens, 13. aalt, 15. sjah, 17. nis, 20. Enos, 25. dollar, 27. wieg, 28. port, 30. Rai, 31. slier, 32. maar, 33. si, 35. sté, 36. Peet, 37. maal, 38. Sleen, 40. slager, 41. grot, 44. eer, 46. obat, 48. boel, 49. tan, 51. on, 52. reiger, 54. aria, 56. Terni, 57. sloom, 58. terp, 59. snede, 60. test, 61. ark, 63. maat, 64. sire, 67. mee, 69. bar. 71. la. 73. te. INZENDINGEN Inzendingen worden vóór donderdag a.s. op ons bureau verwacht Oplossingen mogen uitsluitend op een briefkaart worden geschreven. In de lin kerbovenhoek vermelden: „Puz zeloplossing". Er zijn drie prij zen: een van 5.en twee van 2,50. VOOR DE JEUGD - VOOR JEUGD - VOOR DE JEUGD - VQOR DE JEUGD VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD j ONZE BRIEVENBUS Dag nichten en neven, Hoe hebben jullie het in de vakantie gehad? Genoten? Hebben we nog mooie fietstochten kunnen maken? En hoe is de logeerpartij geweest? Veel pret gemaakt? Jammer dat de paasdagen (vooral de tweede) letterlijk in het water vielen. Als binnen de zon maar schijnt meisjes en jongens, dan is het allemaal niet zo erg. Dat is echt het voornaamste hoor! Ja en nu moeten we maandag of dinsdag naar school. Wat zal dat afvallen. We moeten nu weer overal netjes op tijd zijn en kunnen niet meer 's morgens heerlijk uitslapen of nog lekker luieren met een mooi boek. Maar dat geeft niet hoor, zoveel te meer gaan we straks van de pinkster- en zomer vakantie genieten. Hartelijk bedankt voor jullie rapportcijfers, meisjes en jongens. Jullie gaan nu aan de laatste ronde van het schooljaar beginnen. Goed je best doen hoor want het is er op of er onder. De namen staan dit keer wel een beetje door elkaar nichten en neven, maar de post heeft niet alle brieven op tijd kunnen bezorgen in verband met de tweede paasdag. Zoeken jullie dus maar goed naar je naam. Voor we de brieven beant woorden gaan we eerst eens kijken naar de oplossing van t de puzzel. k Dacht werkelijk dat JIJ tante Jos aan het vergeten was Elma van der Ende, Hon- selersdijk. Gelukkig niet zo. Fijn dat ik brief van je kreeg. Jij hebt al veel speldjes gespaard hoor! Nou en of die kleine ba- by'tjes lief zijn. Jij hebt geen pootje kunnen baden in Hoek van Holland. Brrr, wat het woensdag koud. Heb genoten in Driebergen? Niet ik een lange brief? Zo moei lijk is het toch niet? 1 Natuurlijk mag jij een nicht je worden Agaath den Hertog* Den Haag. Hartelijk welkom bij de nichten en neven hoor! Jullie hebben grootse plannen in de zomervakantie. Je gaat natuurlijk ook naar de water vallen in Schaffhausen. Mooi hoor! 1 Maart moest 1 april zijn, Agaath. Krijg je al veel huiswerk? Ook jij mag een neefje wor den hoor Rein den Hertog Den Haag. Hartelijk welkom! Je moet dan natuurlijk wel trouw schrijven als je aan de beurt bent. Rein en Agaath zouden graag willen corres ponderen. Wie wil? Hun adres is L. v. Meerdervoort 850. Jij mag ook meedoen met de brievenbus Marjolein Hei koop Den Haag. Hartelijk wel kom bij de nichten en neven. Jij bent al heel gauw jarig. Heb je een lange verlang lijst gemaakt? Zouden je wen sen in vervulling gaan? Enfin, dat schrijf je de volgende keer maar. Hoe vond je het in de Keukenhof? Genoten? Gewel dig dat jij bruidsmeisje mag zijn. Veel plezier donderdag hoor! door Arie van Vlaardingen laars, bezem, snee, turf, ke tel, bord, hoed, drop, kegel. Van boven naar beneden zien we het woord lentebode. De prijs gaat naar Geertje Kuyt Katwijk aan Zee. Lang zullen ze leven!!!! Rieteke Grandia, Jan Fon- teine, Arie van Houwelingen, Nellie Verschoor en Ymie Zijlstra van harte gefelici teerd met jullie verjaardag van de nichten en neven. Wat hebben Sien en Willem al een eind getippeld. Ze hebben de vakan tie goed benut hoor en genieten heerlijk van de buitenlucht. Maar nu komen ze op een punt dat ze echt de verkeers borden moeten raadplegen. Hoe kunnen ze daar nu uit wijs wor den? Alles staat door elkaar. Wat erg! Willen jullie hen helpen en op lossen wat er eigenlijk moet staan? Goed op letten hoor! De oplossing moeten jullie in zenden voor dins dag 7 april. ze nog steeds ziek? Hoe gaat het met jullie club? Zijn het gele krokusjes in de tuin? Blauwe eten de vogeltjes niet op hoor! Heb je genoten van de logeerpartij? Waarom schreef jij geen ge zellige brief Irene 'v. d. Kruk Monster? Ik vond het fijn dat je de rapportcijfers schreef. Vond je het zo moeilijk? Dat is toch echt niet hoor! Hoe heb je het in de vakantie gehad? -v. Vonden jullie het zo moei- hoo i m 'ijk om iets te schrijven Kees schrijven hoor! Waarom schreven jullie niets Anneke de Frel Den Haag, Lucy de Graaf Den Haag en Bastiaan Haasnoot Voorburg. Volgende keer krijg den Heijer Scheveningen, Kees Hordijk Maasdijk en Flora Ja cobs Leiden? Volgende keer krijg ik een lange brief hoor: Jij bofte maar dat je in de vakantie mocht logeren Ina Jol Scheveningen Heb je het fijn gehad? Ben je helemaal 0S<S<»cSct<»egc*c»QSc*<SC8<<<S<»S<»<»cf<*aS^^ alleen gegaan? Volgende week zaterdag is het groot feest. Wat ben jij al verschrikkelijk verwend. Jij bent natuurlijk een hele dame met zoveel moois. Komen je vriendinnen nog? Heel veel plezier hoor! Prachtig dat jullie zoveel mooie schelpen hebben gevon- den Ellie Kaat Naaldwijk. Was het niet koud aan het strand? 'k Geloof best dat het paasstukje erg mooi is gewor den. Peter boft maar dat hij zo lang mag logeren. Hoe is het met de poes? Was jij tante Jos niet een klein beetje aan het vergeten Theo Koelé Den Haag? Niet meer zo lang wachten met schrijven hoor! Jij hebt toch een mooi rapport? Heb je een fijna vakantie gehad? Jammer dat jullie niets schreven M. Kole Den Haag en Ditje Kraan Alphen aan de Rijn. Vonden jullie het werkelijk zo moeilijk? Wat kreeg ik van jou een mooie kaart toegestuurd Coby v. d. Kruk Den Haag. Harte lijk bedankt hoor! Fijn dat jouw zusje al bijna beter is. Wat erg voor jouw moeder. Is Wist jij werkelijk niets te schrijven Hubrecht de Kooker Lisse? Volgende keer krijg ik een lange brief? Natuurlijk mag jij een nichtje worden Aafke Kruyswijk Alphen aan de Rijn. Hartelijk welkom bij de nichten en neven. Wanneer ben jij precies geboren e welke klas zit jij? Hoe gaat het op school?-Volgende keer krijg ik van jou een lange brief? Jij bofte maar dat je met je moeder en vader mee mocht Rina v. Egmond Rijns burg. Heb je genoten in het zwembad? Heerlijk hoor! Jammer dat je vergeten bent je rapportcijfers op te sturen. Wat erg voor jouw zusje Willy Groot Alphen aan de Rijn. Gelukkig dat ze geen pijn meer heeft. Verveel jij je werkelijk in de vakantie? Mmm, wat heb jij gesmuld van al het lekkers dat mam ma gebakken heeft. Fijn dat je kamer klaar is en je heerlijk in het nieuwe slaapt. Hoe gaat het met je vriendin? Natuurlijk mag jij een nicht je worden Ria Herbert Kat wijk aan Zee. Hartelijk wel kom bij de nichten en neven. In welke klas zit jij en wan neer ben jij jarig? Schrijf je precies je geboortedatum? Lees jij veel? Hoe komt dat van je moeder? Je helpt haar toch wel goed? Oef, wat hebben jullie een groot feest gehad Bert Huls bos, Leiden. Nog van harte gelukgewenst hoor! Het is toch fijn op school, Bert? Je wilt toch later wel knap wor den? Prachtig zo'n mooie nieu we tent. Hebben jullie genoten Dik Trorn Geertje Kuyt Kat wijk aan Zee? Ja, jammer dat het zo regende. Nou en of jul lie club een mooie naam heeft. Borduur jij graag? Wie is er presidente? Is het lied al klaar? Zeven kleine negertjes, Die dansten in het rond Ze zongen er een liedje bij, En stampten op de grond. (Vervolg^ Hannes vond het toch wel erg griezelig nu hij eenmaal voor het huisje van een echte tove naar stond en hij besloot maar weer gauw naar boer Weideman terug te gaan. - Maar plotseling ging met een akelig piepend ge luid de deur open en een schor re stem riep: „Kom binnen". Stokstijf bleef Hannes staan. Het liefst was hij hard wegge rend. maar dat durfde hij ook weer niet. „Kom toch binnen en blijf daar niet staan!", klonk nu ongeduldig dezelfde stem. Met trillende benen liep Hannes op het huisje toe. Hij stapte over de drempel en kwam in een klein gangetje. Even later stond hij in de kamer van tovenaar Klitseklus. Deze zat op een stoel met een hoge leuning achter een tafel, waarop allerlei glazen pot jes en flessen stonden. Voor de tovenaar lag een geweldig dik boek, waarin hij had zitten stu deren. Nu hij eenmaal binnen was, moest Hannes toegeven dat hij eigenlijk bang voor niets was geweest. Tovenaar Klitseklus was een gewone man. net zoals hij en boer Weideman. Het eni ge vreemde aan hem was de lange mantel en de grote punt- halve „Zo die de tovenaar ben jij?" vroeg Klitseklus. „Ik...ik ben...Hannes, de knecht van boer Weideman." „Zo juist, ja," zei Klitseklus. „En je komt zeker op de adver tentie?" „Eh...ja," zei Hannes. „Goed, goed, uitstekend," sprak Klitseklus. „Nou, je kunt meteen bij me in dienst ko- Da...dank u wel," zei Han nes. „Dan zal ik het boer Wei deman eerst maar gaan vertel len". Klitseklus wuifde met zijn hand. „Dat hoeft niet. Ik zal boer Weideman wel een bericht je sturen, dat je bij mij in dienst bent getreden." „O", zei Hannes. Tovenaar Klitseklus stond op en zei: „Ga maar met me mee, dan kun je dadelijk aan de slag." Hij nam Hannes mee naar een keukentje, waar op het aan recht een grote stapel potten en pannen, glazen en flessen ston den. „Zo", sprak Klitseklus, „je ziet wat je te doen hebt Was die spullen maar allemaal goed om, want die heb ik vanmiddag nodig voor een proef." Lachend voegde hij eraan toe: „En pas op. niets breken, hoor." Toen was Hannes alleen in het keu kentje. „Nou", dacht Hannes, „het begin is niet al te best. Bah, al die spullèn omwassen. Daar heb ik nu niet zo veel zin in. Maar ja, ik zal het wel moe- te doen, want anders word ik misschien dadelijk door Klitse klus weggestuurd. En ik wil to venaar worden om een gemakke lijk leventje te krijgen. Als ik maar eenmaal de toverspreuken ken, ben ik klaar." (Volgende week verder) Want heel zijn buikje rond e Maar op een dag, o, wat een schrik. Kreeg 't varkentje een harde tik, In gruzeltjes ging 't buikje bol, En menig centje sloeg op hol. Marleentje deed ze in haar tas, Omdat haar mamma jarig Ze ging toen naar de bakker Zeven kleine Eskimo's Die gingen naar de zee. Ze haalden er een walvis uit, En legden 'm op een slee. Eskimo's of negertjes Ze zijn heus net als wij, Al zijn ze wit al zijn ze zwart, Ze spelen even blij. Nu nog een leuk versje van Ymie Zijlstra. SPAARVARKENTJE Een varkentje gezellig dik, Die was reusachtig in zijn schik, En kocht, nu raad toe, wat waard, Een mooie grote slagroom taart. Meisjes en jongens de brie venbus is helemaal leeg. Jul lie zorgen natuurlijk weer voor een overvolle. De letters L t/m R zijn aan de beurt. Veel sterkte op school hoor en tot de volgende keer. /ovt te Jo-s

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1964 | | pagina 18