Dit jaar mogelijk meer
huizen dan in 1962
marine is
het goede voorbeeld
voor de minister
Ondanks de strenge winter
Omstreden
reorganisatie van Defensie
Da Vinei
NIEUWE LEIDSE COURANT
DONDERDAG 31 OKTOBER 1
jlJTNISTER Bogaers acht het mo-
[tI gelijk, dat er dit jaar on-
ianks de bijzonder strenge winter
neer woningen gereed zullen komen
;n 1962. In het eerste kwartaal
ran 1963 werden 8400 huizen min-
ler voltooid dan in hetzelfde kwar
taal van 1962, maar in de daarop
Volgende periode is de achterstand
tolledig gecompenseerd.
In het tweede en derde kwartaal
an dit jaar kwamen zelfs 6000 huizen
neer gereed dan in de overeenkom-
itige periode van 1962. „Als het vier-
le kwartaal even gunstig is als de bei
je vorige ,ziet het er naar uit dat de
aarproduktie van 1962 (ruim 78.000
luizen) wordt overschreden", zo v
daarde de minister gistermiddag
Tweede-Kamercommissie voor
olkshuisvesting en bouwnijverheid,
ie de behandeling van bouwnota
egroting voorteelt e.
Tekenend noemde de minister het, dat
i de maand september van dit jaar
end 1500 hulzen meer gereed zijn ge-
omen dan ln september 1962. Vorige
taand zijn bovendien 11.000 woningen
aanbouw genomen. Dit aantal bete
nt een record. De bewindsman toonde
Ich dan ook meer bezorgd over het ho-
i niveau van ln uitvoering genomen
'erken dan omgekeerd. Aan de band
in de cijfers kon hij dan ook de v<
erstelling van enkele Kamerleden
'eerleggen, dat thans sprake Is van stag-
»tie ln de woningbouw els gevolg
et verschUnen van de bouwnota.
Wel moest de minister constateren, dat
#*|mmige aannemers bij het vaststellen
**jn de bouwprijzen vooruitlopen op ko
elende kostenstijgingen als gevolg van
verwachten loonsverhogingen. Hij kon
wel begrijpen, maar vond het toch niet
+#lnvaardbaar, dat men enerzijds
-»-»,tgrijpt op een stijging van de nominale
J>sten en anderzijds de kostenverlaging
uit het meuwe woningbouwbeleid
**jl voortvloeien, volkomen negeert. De
+#|nnemers hebben nota bene zelf er-
■**ind, dat van dat beleid een kostenver
hogende werking zal uitgaan. Ze beho-
-**li dat dan ook in hun prijsvaststelling
verdisconteren. De minister beloofde
Kamercommissie over deze aangele-
-»*nheid met het betrokken bedrijfsleven
zullen spreken. Terloops deelde hij
**g mee, dat de bouwprijs per kubieke
**ter sinds 1960 met 15 pet en in het
*.«rste halfjaar van 1963 met 8 pet. is
*%tegen. De oorzaken liggen niet altijd
het bouwbedrijf zelf. maar voornamc-
-*+k bij externe factoren, waarop dus
**jrkgevers, werknemers en overheid
**n invloed op hebben.
Toetsingsprijs
J5>e heer Van der Peyl (c.h.) verzocht
minister om de toetsingsprijs voor de
**>nittgwetwoningen af te schaffen, maar
wilde de bewindsman niet aan
-**oor nog geen procent", zo moest hij
Cjh.-afgevaardigde meedelen. Ook
■**ïde hij niet voldoen aan het verzoek
**i deze (geheime) prijs te publiceren
-*#der de huidige omstandigheden is er
zijn mening geen enkele reden
*.|d>r een soepeler beleid in dit opzicht.
**Sogere prijzen voor de woningwet-
JJiw zullen niet worden toegestaan en
**1 betekent, dat een aantal te dure pro-
*jten, die bij het departement zijn in
ziend, niet voor goedkeuring in aan-
**rking komen. Dit kan echter een voor
hal betekenen voor provincies, die wèl
*#t aanvaardbare, niet te dure plannen
**hen. Zij mogen dan het eigen contin
et overschrijden, op voorwaarde dat
niet leidt tot overspanning van de
JJwmarkt. Ook heeft de minister de
*«fdingenieurs-directeur in de provin-
opdracht gegeven om, als plannen
*#r woningwetbouw boven de toet-
*lteprijs uitkomen, in plaats daarvan
JJjecten voor pramiebouw ter goed-
**ring aan het departement voor te
J)en.
**e minister hoopt met dit soort maat
heien met 3700 tot 4500 woningen te
*#nen inlopen op de voor 1963 te ver-
September was
recordmaand
sing invoering van een systeem van
tatiebeloning, afgestemd od de structuur
van de bouwnijverheid, onontkoombaar
Wat het stimuleren van overwerk be
treft. van een aantasting van de rech
tens geldende arbeidstijd zal geen spra-
wachten achterstand van 5500 huizen, ke zijn. Werken op zaterdag („geen hei-
(Van onze parlemcntsredactic)
Hij wil dit als volgt realiseren: 2 a
woningen winst door extra-toewijzing
aan de premie-sector, 600 buizen door de
genoemde overheveling naar provincies
met betere bouwmogelijkheden. 600 door
vrije-tijdsbouw van bouwvakarbeiders
en 500 door bouw in de z.g. f 14.000
klasse.
Op het ogenblik zijn reeds 400 aan
vragen voor f 14.000-woningen goedge
keurd dan wel in behandeling. Er zijn
waarborgen getroffen, dat de kwalite'i
van deze goedkope huizen zo goed mo
gelijk zal zijn. De minister bleek nie
bereid te voldoen aan het verzoek vai
zijn partijgenoot Maenen (kath. v.) on
de grens van f 14.000 op te trekken. De
bouw in deze 9ector is alleen toegestaan
voorzover ergens kennelijk bouwcapaci
teit onbenut blijft en een en ander niet
tot overspanning van de bouwmarkt
leiden. Bij optrekking van de prijsgrens
zou bouwcapaciteit aan andere sectoren
worden onttrokken en spanning
hand worden gewerkt. Voor de bouw
van „vrije-tijdswoningen" zijn op het
ogenblik 630 aanvragen binnen.
De bewindsman bevestigde, dat op
grond van de volkstelling 1960 aan be
paalde prov. (m.n. de noordelijke) voort
aan een enigszins kleiner contingent wo
ningen zal worden toegewezen dan voor
heen het geval was. Van een drastische
vermindering zal echter geen sprake zijn.
omdat de gewenste continuïteit in de
bouwactiviteit niet" mag worden aange
tast. Er is dan ook geen grond voor de
vrees, dat de betrokken provincies geen
gebruik zouden mogen maken van de
aanwezige bouwcapaciteit.
De Kamercommissie heeft gisteravond
de behandeling van de bouwnota afge
sloten. De discussie over de voorgenomen
maatregelen tot verhoging van de sociale
status van de bouwvakarbeiders leverde
re gezichtspunten meer op
Men was het er over eens. dat de loon
vorming in het bouwvak in de eerste
plaats een zaak is van het bedrijfsleven
zelf. Minister Bogaers maakte in dit ver
band de opmerking, dat de werkgevers
moeten afvragen hoe de
woningnood kan worden overwonnen als
niets wordt gedaan aan de wanverhou
ding tussen de Nederlandse en de bui
tenlandse bouwvakionen. Er zal geen
aparte loonpolitiek voor het bouwvak
moeten worden gecreëerd, maar als men
slagen is naast de algemene loonaanpas-
het beleid van de bouwnota wil doen
ligschennis". vond de a r. Van Eibergen
geschiedt geheel vrijwillig. De minister
geloofde dat de bouwvakarbeiders gevoe
lig zullen zijn voor de oproep om in hel
oelang van ons volk overwerk te ver
richten en hij meende, dat de gang var
zaken bij de N.V Sehokbeton duidelijk
;n deze richting wijst.
Met een enkel hard cijfer toonde de
minister nog aan dat het pendelprobleem
wel zeer ernstige vormen is gaan
men. De pendel naar Duitsland heeft
voor Limburg tot gevolg gehad, dat daar
in de afgelopen vijf jaar 12.000 huizen
minder zijn gebouwd dan gebouwd had
den kunnen worden als de Limburgse
nendelaars in eigen land waren geble-
Bij de behandeling van de begro-
'ing-1964 kwamen gisteravond weer
allerlei subsidie- en huurkwesties aan
de orde. De socialist Bommer wees
er daarbij op, dat blijkens de rege
ringsverklaring geld weliswaar geen
rol mag spelen in de woningbouw
maar dat niettemin volgend jaar de
subsidielast weer omlaag gaat. Minis
ter Bogaers antwoordde, dat aan de
woningbouw in het kabinetsprogram
wel de hoogste, maar geen onbeperk
te prioriteit is toegekend. De extra
financiële lasten, waarop de rege
ringsverklaring doelt, hebben betrek
king op het beleid dat in de bouwnot?
is uitgestippeld. In principe voelde de
minister wel voor de gedachte om
het jaarlijkse contingent van 10 000
keuzewoningen, dat nooit volledig
wordt benut, te verminderen en te
gelijk de wekelijkse huurbedrage van
f 2,voor deze huizen te verhogen
In de Tweede Kamer heeft ministe-
P. J. S. de Jong dinsdag een schema
beloofddat de reorganisatie op zijn
departement verduidelijkt. Het is in
middels bekend, dat hij voor de reor
ganisatie de situatie bij de marine -
sectie tot voorbeeld heeft genomen.
Welnu, dan moet de nieuwe situaie er
uitzien als op de tekening. De vertikale
structuur is duidelijk. De horizontale
bindingen, waarover nog niets bekend
is, hebben we aangegeven door verbin
dingslijnen tussen de staatssecretaris-
de plv. secretarissen-generaal.1
In de onderste vakjes ziet men neven- ander moest veranderen, zal wel geen
gesteld de chefs van staven en de op- enkele deskundige toeschouwer tegen-
per officieren voor personeel en mate- spreken. Want onmiskenbaar was dt
rieel. structuur onevenwichtig. De opbouw van
(Van onze parlementsredactie)
Het departement van defensie, dat in het recente verleden al aan zoveel
kritiek heeft blootgestaan, ondervindt opnieuw grote belangstelling. Met
arendsogen zien parlementariërs en militaire deskundigen toe welke ver
anderingen zich op het Plein voltrekken. Met ingang van morgen is de top
van het departement gereorganiseerd op een wijze, die in de vaste com
missie voor defensie uit de Tweede Kamer lang geen algemene instem
ming heeft gevonden. De minister zal uit het overleg wel de nodige ge
volgtrekkingen hebben gemaakt, zo merkte de socialistische kolonel b.d.
Wierda dinsdag in de Kamer veelzeggend op. Officieel is over de reorgani
satie nog niets bekend gemaakt, doch er is al wel zoveel uitgelekt, dat de
hoofdlijnen zichtbaar zijn geworden. Minister De Jong, die ze resoluut en.
vol zelfvertrouwen heeft getrokken,' dreigt er nu al een omstreden figuur
door teworden
op het departement het
efficiency, zodat i
de i
D6 ORGANISATIE VAS HET
DEPARTEMENT VAK 96FEMS16
M 1 N I S TE R[
VLAMFFU CKEFUvi.A<iOff| |oPPt8öfAUCHEI'l|0PAE(!0fF| lofPEeoFpIJCHEFLuM OPPEftOFF
pers ft.s. mat. pers. mat pers. staf ---
ÏJo, u bedoelt diewat er is gebeurd met
*#cie en met die man? Neen, ik schrok me
♦id, toen Bobby die nacht thuiskwam, nadat
met Joycie was gebeurd. Hij zag eruit als
slager. De tweede keer was het lang zo
**niet. Hij had toen een dunne plastic regenjas
JJgedaan. Die kon hij, toen het gebeurd was,
*<rekken en opgevouwen menemen. Helemaal
*5>on was zijn pak toen ook wel niet, maar
hebben het er toch kunnen afkrijgen. Dat
**ere pak was finaal bedorven".
$Vat is daar mee gebeurd?"
jasje heeft hij, geloof ik, ergens in het
gegooid, de broek heeft hij in zijn ate-
gebruikt. Daar kwamen die andere vlekken
nl dadelijk onder de verf. Na een dag was
al niets meer van te zien. Bobby legt het
Iffg dik op, als hij schildert".
Vond u niet dat het uw plicht was, de po-
l te waarschuwen na de moord op juffrouw
Ilrman?"
Maar ik wist toch niet, dat Bobby haar had
inoord? Dat weet ik trouwens nog niet. Daar
I - ik toch geen enkel bewijs voor?" zei Al-
gham nerveus.
En gevraagd heb ik het hem nooit. Dat
I 'durfde ik gewoon niet. Als u Bobby kende,
u dat ook wel begrijpen. Bobby is een bes-
Cerl, eentje uit duizend. Maar hij kan een-
Idig niet hebben, dat je hem tegenwerkt of
i maar aanmerkingen op hem maakt. Hoe
I wereld zou u dan willen, dat ik hem zoiets
!g? Man, denk je dan, dat ik zin had zelf
een scheermes door mijn strot te krij-
11 Iedere keer, als ik hem weer met die mes-
bezig zag, kon ik wel gillen van ellende,
u gezien had, hoe hij telkens weer de
Iirpte van het lemmet probeerde, dan op dit
dan op dat Een keer heeft hij het op
i keel geprobeerd. Heeft u ooit de snee van
I vlijmscherp scheermes tegen uw keel ge-
d? Neen? Dat is nou jammer. Het is een
atie die de moeite waard is". Hij lachte
J5n wat deed u toen?"
k? Ik ben gaan gillen! Als een mager var-
De verdwenen
door MAKTIN MONS
ken heb ik gegild. Bobby heeft toen dadelijk
het mes weggenomen en me gezgd, dat ik op
moest houden met mijn gekrijs. Ik begreep
toch immers wel, dat geen haar op zijn hoofd
eraan dacht mij de hals af te snijden. Hij lach
te me gewoon uit en zei er nog bij dat, als hij
dat wel van plan was geweest, ik niet de kans
gehad zou hebben ook maar een kik te geven.
Zogauw ging het. Je was al dood voor je nog
wist, wat er met je gebeurde, zei Bobby. Het
was alleen maar jammer, dat het zo'n smeer
boel gaf". Harry Altringham huiverde even.
„Natuurlijk was hij dat ook helemaal niet van
plan", zei hij dan. „Maar ik heb daarna toch
niet meer rustig kunnen slapen. Van het ogen
blik, dat die arme Bobby thuiskwam, die nacht
nadat dat met Joycie was gebeurd, is het be
staan voor mij hier een hel geweest, een zui
vere, onversneden hel".
„Waarom heeft u de politie niet gewaar
schuwd?"
„Maar ik wist toch immers niets, ik ver
moedde het alleen maar. Ik weet het trouwens
nog niet of Bobby nu werkelijk En je geeft
je beste vriend toch niet aan? Zoiets kun je
toch eenvoudig niet doen, inspecteur. Het is
het is onfatsoenlijk. En ik hoopte nog als maar,
dat we die ellendige Da Vinei nog weer zou
den vinden. Als we die weer gevonden hadden,
dan was alles immers in orde gekomen".
„Hoe stelt u zich dat voor?"
„Dat is toch zo klaar als een klontje. O'Mal-
ley had natuurlijk boter bij de vis gegeven en
als er dan moeilijkheden hadden gedreigd over
die, die vervelende dingen, hadden we het eer
ste het beste vliegtuig genomen naar een ander
land, dat niet uitlevert. Het zou natuurlijk wel
vervelend zijn geweest, maar we hadden altijd
weer kunnen terugkomen, zodra dat zaakje was
doodgebloed".
„Ik geloof, dat u de dingen wat al te opti
mistisch bekijkt, als u zich voorstelt, dat zulke
zaakjes ooit doodbloeden, mijnheer Altringham.
We plegen bij ons een lang geheugen te hebben
als het om moord gaat".
„Ik wou, dat u dat woord niet gebruikte, in
specteur. Het klinkt zozo onherroepelijk".
„Is het dat dan niet?"
„Ik ben er zeker van, dat Bobby geen ogen
blik de bedoeling heeft gehad. Het was alleen
maar zijn gewone pech. Een samenloop van
omstandigheden U moet hem alstublieft niet
beschouwen als een misdadiger. Als het maar
enigszins kan, doet Bobby geen vlieg kwaad,
werkelijk niet".
„Zo lang die vlieg hem niet hindert".
„Nou ja", zei Harry Altringham. „Ten slotte
kan iedereen zijn kalmte verliezen. En Joycie
liet je nu ook letterlijk geen ogenblik met rust.
Ik bedoel maar Denkt u er om, ik heb
helemaal niet gezegd, dat Bobby haar heeft
Dat het Bobby's schuld is dat dat met haar is
gebeurd. Een meisje als Joycie kan zoveel vij
anden hebben gehad. Ik heb u al gezegd, dat
ze zo vreselijk nieuwsgierig was en zo'n scherp
verstand had, dat het geen wonder is, dat zij
zichzelf er uiteindelijk aan gesneden heeft Neen,
als u het mij vraagt, geloof ik geen ogenblik
dat Bobby er ook maar iets van weet, hoe die
twee...., hoe dat met die twee gebeurd is".
„Dat was dan wel alles mijn heer Altrinham.
Als u misschien klachten mocht hebben. Uw
hechtenis is preventief en dat geeft u zekere
rechten".
„Neen, neen, ik zou werkelijk niet weten
Ik slaap uitstekend. Beter dan ik in tijden ge
daan heb", zei Harry Altringharr
de marine-sectie was zuiver verticaal er
die van de land- en luchtmacht sectie ge
mengd horizontaal-verticaal. Of om he:
wat anders te zeggen: by marine was ei
slechts één lijn van boven naar beneden,
terwijl bij land- en luchtmacht de lijn
van boven naar beneden door een sterk
aangezette dwarsl'jn werd doorsneden.
Wat minister De Jong nu naar alle
schijnlijkheid doet. kan eenvoudig als
volgt worden omschreven: hij verwijdert
de horizontale Hjn bij land- en lucht
macht en trekt deze twee krijgsmacht
delen departementaal-organisatorisch uit
elkaar. Het resultaat is dan drie secties,
die naar het marinevoorbeèld zijn opge
bouwd. Het verticale beleid wordt
diept, zo drukte de a.r. afgevaardigde
Kieft zich deze week uit. En zijn c.h
collega Kikkert zei niet onaardig: land
en luchtmacht worden „gemarineerd". Of
de minister er nu verstandig aan doet of
niet, in elk geval wordt door deze
gruente opbouw een evenwichtig geheel
verkregen. Blijft over de vraag
antwoord daarop is voor ons eindoordeel
beslissend of de minister een nieuwe
horizontale lijn trekt, die de verticale
lijnen zo verbindt, dat er van een hechte
coördinatie kan worden gesproken. Direct
al bij onze eerste ontmoeting gaf hy als
z'n mening, dat „sterke horizontale bin
dingen" noodzakeiyk zyn
Voor wie in het militaire Jeruzalem
geen vreemde is. komt de ontwikkeling
niet onverwacht. Toen de marineman
De Jong tot minister werd benoemd,
konden insiders al wel bevroeden, dat
deze richting zou gaan. Al jaren
bestond er immers een controverse tus-
hem en de directeur-generaal S. D.
Duyverman. in wie de horizontale lij:
was belichaamd, ^at deze althans als
directeur-generaal het veld zou
ten ruimen, als de heer De Jong het
het zeggen kreeg, kon men wel zien
komen.
De heer Duyverman, van wie men zegt
dat hy een ontdekking is van de heer
Lieftinck, is destyds door de c.h. minister
Staf tot directeur-generaal van Oorlog
benoemd. In deze functie oefende hij
scherp toezicht uit op de besteding
de gelden voor land- en luchtmacht. Zo
departementale kring horen
vertellen, dat alle uitgaven, die de tien
mille te boven gingen, door hem vooraf
moesten worden goedgekeurd. Hy voerde
de onderhandelingen met de leveranciers
oorlogsmateriaal en gaf er daarbij
blyk van zo zeggen zijn „supporters'
goed zakenman te zyn. ,,Een moei.
Ujke man, maar hy heeft voor het ryk
ïiljoenen uitgespaard'".
.h. politicus, die voor zijn oordeelsvor
ming vermoedeiyk wel gebruik heeft ge
maakt van de ervaring van de heer Stal
De burger Staf werd als minister op
gevolgd door de burger Sidney van der:
Bergh, die als zakenman eveneens grote
betekenis aan de functie van de heer
Duyverman toekende. Hij maakte hem
tot de centrale sleutelbewaarder voor het
gehele departement -an defensie, hetgeen
inhield dat hy over de marine waaruit
hij zelf afkomstig is! een even grote
financieel-economische zeggenschap zou
krygen als over land- en luchtmacht. Zou,
want in werkeUjkheid is daarvan niets
terechtgekomen
de marine was de heer Duyverman
allerminst persona grata. Men beschouw
de hem als een pottekijker, die men zich
het lijf moest zien te houden. De
heer Moorman, die thans als de grote
beschermheer van de minister optreedt,
moest als staatssecretaris naar men
zegt niefs van hem weten. De marine
sectie, voorheen een zelfstandig departe
ment, kon haar eigen boontjes wel dop
pen. Het marine-apparaat zoals ge
zegd: geheel verticaal opgebouwd heeft
(Wordt vervolgd), zich steeds gekenmerkt door eenvoud t
narissen het parool gold: Houen zo! Doet
,,het Plein'' een greep naar de macht in
het fraaie departementsgebouw
Koningin Marialaan spotters spreken
van de Kon. Marinelaan! dan gilt de
bootsmanfluit en klinkt het commando:
Afhouen, die boot
Kapitein-ter-zee P. J. S. de Jong
een volbloed marineman, toen hy
vier jaar geleden door minister Sidney
van den Bergh als staatssecretaris werd
aangezocht Toen hy voor de eerste maal
zyn opwachting maakte, trof hy in de
mmiatexskamer -^-zo-.gaat het verhaal
ook dp- toenmalige secretaris-generaal
L. rC; sRletveld en de heer Duyverman.
Aan het einde van het onderhoud moet
hy toen hebben gezegd: „Ik ga
terug naar de vloot." Tot een tweede
gesprek was hij pas bereid, wanneer
daarby geen „pottekykers" aanwezig zou
den zijn. Men mag aannemen, dat er toen
een compromis tot stand is gekomen,
waarby de heer De Jong de zekerheid
kreeg, dat hy voldoende vryheid van
handelen zou hebben.
Het ministerschap van de grote fabri
kant is maar een korte vreugde geweest.
Hy werd al spoedig opgevolgd door de
heer Visser, die er niet in is geslaagd een
vaste greep op het defensie-apparaat te
krijgen. Voor de heer De Jong was het
niet moeilijk een relatief-grote zelfstan
digheid van de marine te handhaven. De
directeur-generaal voor defensie moest
z'n activiteiten beperken tot land- en
luchtmacht, terwyl de staatssecretaris
voor marine de zaken, die tot de compe
tentie van de heer Duyverman behoorden,
wel afhandelde met zyn plaatsvervan
gend secretaris-generaal J. Dekker. By de
marine liep het uitstekend,
deel, en zo moet het voortaan ook gaan
by land- en luchtmacht.
De heer Duyverman had het kunnen
raden, en heeft dat misschien ook wel
i-functio- J. H. Wieffering (tot nog toe hoofddirec
teur personeel land- en luchtmacht).
Bij de interpellatie-Wierda is dinsdag
zorgvuldig gezwegen over de aard van
de reorganisatie, omdat minister en Ka
mer in de eerste plaats schriftelijk (via
voorlopig verslag en memorie van ant
woord) over deze zaak van gedachten
willen wisselen. Des te opmerkelyker was
daarom, dat de heer Moorman in zUn
ijver om een goed woord voor zyn minis
ter-strijdmakker te doen. op een gegeven
ogenblik ongeveer zei: ,,Er moest op het
departement het een en ander gebeuren.
Er waren politieke bevoegdheden waar
zy niet behoorden te zUn." De veronder
stelling lijkt niet gewaagd, dat naar het
oordeel van de heren Moorman en Da
Jong de bevoegdheden van de directeur-
generaal die van een ambtenaar, hoe hoog
ook. te boven gingen. De minister zal.
vermoeden we. aanvoeren, dat het finan-
cieel-economisch beleid, de coördinatie
tussen de drie departementsafdelingen,
niet een ambteliike. doch een politieke
verantwoordelijkheid is. Een taak dus
de minister met zUn staatssecretaris-
MINISTER DE JONG
...Neem voorbeeld aan mari
gedaan, dat er voor hem als directeur-
generaal geen plaats meer was, toen de
heer De Jong als minister zyn intrede in
het gebouw aan het Plein deed.
Eind augustus werd het hem mee
gedeeld, Jiaar de minister was daar
mee niet uitgesproken. De heer Duy
verman kon een andere functie krij
gen, die wèl in zijn marine-opzet paste:
plaatsvervangend-secrctaris-generaal
voor landmacht of voor luchtmacht. De
directeur-generaal behoefde er niet
lang over na te denken: de beide func
ties, waaruit hij kon kiezen, waren
voor hem tot nog toe nevenfuncties ge
weest, zodat hem in feite een degrada
tie in het vooruitzicht werd gesteld.
Hij pakte z'n tas, verliet het departe
ment en is er sindsdien niet meer
geweest. Aan z'n veel geprezen en
veel g 1 akte werkzaamheden ge
laakt werd hij vooral om de wijze,
waarop hij met ondergeschikten om
ging was een abrupt einde gekomea
De staatssecretarissen zullen dus voort
aan met plaatsvervangende secretarissen-
generaal werken: staatssecretaris Van Es
met de heer J. Dekker, staatssecretaris
Haex, die verantwoordelijk is voor de
landmacht, vermoedeiyk met de heer
J. M. Peynenburg (tot nog toe plaatsver
vanger van de heer Duyverman) en de
nog te benoemen staatssecretaris voor
luchtmacht vermoedelyk met de heer
Te denken valt aan de Britse defensie
leiding, die met ingang van 1 april 1964
wordt gereorganiseerd. De positie van de
minister van defensie wordt belangrijk
versterkt. Hy krygt de verantwoordehjk-
heid voor het geheel, terwyl de ministers
voor de krUgsmachtdelen worden ver
vangen door staatssecretarissen voor
land-, zee- en luchtmacht. De opzet is
dus verticaaL maar de staatssecretarissen
krygen belangryke horizontale taken. Da
samenwerking wil men bevorderen door
gehele toporganisatie. inclusief de
chefs van staven, in één gebouw onder te
brengen. Maar bij ons worden de staats
secretarissen over de gebouwen der
krijgsmachtdelen verdeeld! Engeland
volgt welbewust het voorbeeld van de
V.S. Maar. zeggen de critici, de Ameri
kaanse minister McNamara heeft de heer
Hitch als zgn. comptroller, die de be
hoeftebepalingen „screent", controle uit
oefent op het financieel beleid en op de
doelmatigheid van de aanschaffingen en
als zodanig de basis legt voor de centrale
politieke leiding. Deze comptroller kan
ook in Nederland niet worden gemist.
Ook op ander niveau schynt minis
ter De Jong een reorganisatie naar
marine-voorbeeld door te voeren.
Naast de chef van de marinestaf kent
men de vlagofficier personeel en de
vlagofficier materieel. Naar de op
vatting van de minister functioneert
dit systeem zo goed, dat het aanbeve
ling verdient om ook naast de chef
van de generale staf en de chef van
de luchtmachtstaf opperofficieren
voor personeel en luchtmacht te be
noemen. Voor de landmacht worden
als zodanig genoemd generaal-majoor
J. Smit (personeel) en luit.-generaal
J. P. F. Agasi (materieel) en voor de
luchtmacht generaal-majoor G. H.
Gybels (personeel) en luitenant-
generaal W. den Toom (materieel).
De chef van de generale staf bepaalde
tot heden ook het beleid op personeels-
en materieel gebied, zodat hy in zijn
functie wordt gekortwiekt. Verwonderen
doet ons dit niet. omdat het ons bekend
is, dat de minister niet altijd gelukkig is
geweest met de beslissingen van de chef
GS. Het zou zeker wel in zyn straatje
passen wanneer de activiteiten van de
chef GS tot operationeel terrein werden
beperkt.
Voor het overige willen we ons
vooralsnog van commentaar onthou
den, omdat we geen volledig inzicht
hebben zolang de minister zijn kaar
ten niet op tafel heeft gelegd. Bij
de benoeming van staatssecretaris
sen is de minister zuiver politiek
gesproken niet zo gelukkig ge
weest. Hij trok voor de landmacht
een staatssecretaris aan, die wellicht
zeer bekwaam is, maar niet zonder
meer kan rekenen op de steun van
zijn geestverwanten in de Kamer.
Voor de luchtmacht liet hij het oog
vallen op een man, die voor de VVD
onaanvaardbaar was, zodat deze ge
dwongen was om zich terug te trek
ken. We hopen dat de ministeriële
hand in de reorganisatie gelukkiger
blijkt te zijn.