„Onderlegde kooplieden
nu wetenschapsmensen
Hoedemaker interpreteerde
artikel 36 N.G.B. tijdloos
55
Een woord voor vandaag
Vernieuwing middelbaar
agrarisch onderwijs
Toerusten tot dienstbetoon
taak van ambtsdrager
Fraai
sierdeksel
gratis
bij geurige
Nescafe
Chr.-geref. kindertehuis
viert gouden jubileum
VRIJDAG 18 OKTOBER 1963
Ds. G. J. J. A. Delfgaauw in proefschrift:
.Van onze parlementsredactie)
Aan de Vrije Universiteit is
vanmiddag gepromoveerd tot doc
tor in de rechtsgeleerdheid de
heer G. J. J. A. Delfgaauw uit
Den Haag. In het Woestduincen-
trum verdedigde hij z'n proef
schrift „De staatsleer van Hoede-
maker". Promotor was prof. mr.
L. W. G. Scholten.
Het stelsel, dat Hoedemaker heeft
voorgedragen, is vrij gecompliceerd, al
dus dr. Delfgaauw. Daarom is het niet
wel mogelijk een samenvatting te geven,
die Hoedemaker en de dissertatie vol
ledig recht doet We kunnen slechts
enkele zaken aanstippen.
Dr. Delfgaauw begint na de ver
schaffing van een aantal biografische
gegevens met een schets van de tijd,
waarin Hoedemaker leefde. Hoedemaker
werd vooral met vier problemen gecon
fronteerd: de omvang van de staatstaak,
die de inzet vormde van de strijd rond
om de regeling van de armenzorg, het
karakter van het onderwijs, het algemeen
kiesrecht en het sociale vraagstuk. Bij
al deze zaken en nog tal van andere
ging het Hoedemaker om de vraag hoe
de beginselen van de gereformeerde
belijdenis aan het regeringsbeleid ten
grondslag kunnen worden gelegd. De
Nederlandse samenleving zou daardoor
radicaal worden vernieuwd.
In het tweede hoofdstuk geeft de pro
movendus een beschouwing over Hoede-
makers wetenschappelijk uitgangspunt.
Op zuiver wetenschappelijk standpunt
plaatst men zich volgens Hoedemaker
alleen wanneer men uitgaat van de
Heilige Schrift. De eis moet worden
gesteld, dat „de wetenschap zelve ge-
loovig is", niet op Individualistische wijze,
1Koln^onic
Wisselwerking
In het derde hoofdstuk wordt
kritische beschrijving van de staatsleer
van Hoedemaker gegeven. De bestaans
wijze van kerk en staat dacht Hoede
maker zich parallel. In de kerk moet
het niet gaan om de uitdrijving van de
vrijzinnigen, maar om haar oorspronke
lijk karakter en de normale gestalte van
reformatorische kerk te hergeven. Een
zelfde gedragslijn geldt voor de staats
inrichting. De staat moet zijn schrift
matige gestalte terugkrijgenchriste
lijke politiek, die
als een „altijd geldende regel vani
staatsbeleid" opgevat mag worden, daari
dit onhistorisch zou zijn. Op zijn beurt
verweet Hoedemaker aan Kuyper een
vals vrijheidsbegrip, dat moest leiden tot i
een scheiding van kerk en staat, ja zelfs
van religie en 3taat. Dit zou in strijd
zijn met de belijdenis van de Gerefor
meerde Kerk en mocht mitsdien onnatio-|
naai heten.
Volgens Hoedemaker had art. 36 een
universeel karakter. Hy heeft het tyd-
loos geïnterpreteerd en niet overwogen,
aldus dr. Delfgaauw, dat het de weder
dopers op het oog kon hebben. Het slot
van het artikel begint immers met de
woorden „Hierom wijzen wy de weder
dopers af".
Organisch
i slechts op is gericht
„..i de liberalen uit het regeringskasteel
te verdrijven om daarna de zaken op
vrijwel dezelfde voet voort te zetten,
la UdeL
Kenmerkend voor Hoedemaker was de
wisselwerking tussen zyn kerkelijk en
staatkundig denken. Was zijns inziens
het inzicht in de belijdenis, met name
in artikel 36 van de Ned. Geloofsbelij
denis, niet verloren gegaan, dan zou men
in de dertiger en tachtiger jaren van de
negentiende eeuw geen voorstander zijn
geweest van scheiding van kerk en staat
Afscheiding en Doleantie zou men niet
hebben aangegrepen om tot herstel van
de kerk te geraken.
In het genoemde artikel 36 was vol
gens Hoedemaker het kort begrip van
het bybels beginsel van staatsrecht ge
geven. Ook de overheid dient in te zr-
dat dit artikel voor haar geschreven
Zü mag geen stelsel van maatregelen
beramen, dat niet steunt op algemene,
aan de Schriften ontleende en nader in
de belijdenis vervatte beginselen. De
kerk heeft de roeping de overheid voor
te lichten over de fundamentele, schrif
tuurlijke beginselen die deze aan haar
beleid op sociaal, economisch, cultureel
en justitieel terrein ten grondslag dient
te leggen. De volksvertegenwoordiging
mag de overheid op dit punt niet be-
Soevereiniteit
Hoedemaker stond op het standpunt,
dat het volk niet mee dien* te regeren,
doch de overheid hulp en bystand moet
verlenen en verder moet volstaan met
het bepleiten van zijn belangen by de
overheid. Invoering van het algemeen
kiesrecht zou z.l. lelden tot „tyrannie van
de niet-bezittende over de bezittende
klassen". De Kroon bezit van Godswege
soverelniteit en mag nooit tot speelbal
van de politieke partyen worden.
Hoedemakers opvattingen leidden in
de ogen van Kuyper tot een vereniging
van kerk en staat, ja tot een staatsgods
dienst, in strijd met de belijdenis, die
In het vierde hoofdstuk wordt duidelijk!
gemaakt, dat Hoedemaker redeneerde
vanuit de organische beschouwingswyze.
Hij ging uit van een analogie tussen
natie en natuurlijke organismen (plant
en mens) en deze zienswijze heeft zijn
denken en schrijven over de staatkunde
bepaald en beperkt Al te gemakkelijk
heeft Hoedemaker deze beschouwings
wijze tot het christelijk wetenschappelijk
uitgangspunt by uitstek verheven.
Het vijfde hoofdstuk heeft tot titel „De
invloed van het staatkundig beginsel van
Hoedemaker". Dr. Delfgaauw geeft
slechts antwoord op de vraag bij welke
groepen zijn opvattingen aanhang hebben
gevonden. Terwyi Hoedemaker in de
Protestantse Unie groot gezag heeft, is
hy by de S.G.P. die toch ook opkomt
voor onverkorte handhaving van art.
36 nagenoeg onbekend.
Hoedemaker heeft Kuyper verweten,
dat deze handelde alsof de kerk zyn
bedenkingen tegen art. 36 reeds deelde.
Omgekeerd heeft Hoedemaker de schyn
op zich geladen van mening te zyn, dat
art. 36 onaantastbaar was. Dr. Delf
gaauw noemt dit ongeoorloofde anticipa
tie. Men zou daardoor zelfs beletten, dat
de belijdenis langs kerkeiyke weg werd
getoetst aan Gods Woord.
„Ook gezien zijn ideaal van een
Schriftuurlijke wetenschap had Hoede
maker de mogelijkheid moeten openlaten,
dat hernieuwde toetsing van art 36 aan
de Schrift zou uitwijzen of dit (alleen)
de openbaring van de Schrift vertolkt of
(mede) tijdsgebonden bestanddelen uit
de cultuur van de zestiende, de zeven
tiende, dan wel van een vroegere eeuw
bevat."
Stellingen
Dr. Delfgaauw heeft dertien stellingen
aan zijn dissertatie toegevoegd.
onder andere: „Door de opval
Hoedemaker over de staatsrechtelijke
positie van de rooms-katholieke en joodse
Nederlanders te isoleren van Hoedema
kers theologische fundering daarvan,
geeft men haar een antipapistisch en
antisemitisch karakter." Een tweede
stelling luidt: irDe staatsleer van Hoede
maker zou aan diepte hebben gewonnen
als hy zijn opvatting, dat de waarheid
„geen denkbeeld maar een persoon is.
die zeggen kon, dat Hij de waarheid
had uitgewerkt"
A LS EENMAAL vele tiental-
len jaren een nageslacht
zullen scheiden van de ure, die
wij thans doorleven, dan moge
dit met voldoening en dankbaar
heid terugzien op de stichting en
den groei en het aanpassingsver
mogen van deze academie. Ik
meen geen beteren wensch te
kunnen uiten dan dat de Hooge-
school moge blijken eene bron
van kracht te zijn voor ons volks
bestaan en, na het afdrijven van
donkere wolken, belangrijk kun-
Zeg het
met
bloemen
N.E.H. viert gouden jubileum
Dr. Stuijvenberg
schreef boeiend
gedenkboek
onderwysredactie)
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Bedankt voor Maarssen: P. J. Bos te
Sprang.
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen te Luttelgeest-Kuinre: C
Houtman, laatstelijk predikant te Zwolle;
te Neede: H. Eikelenboom, kand. t<
Sleeuwijk.
Bedankt voor de benoeming tot studie
secretaris van de stichting Gemeente
toerusting: ds. Th. Delleman, studenten
predikant te Groningen.
CHRIST. GEREF. KERKEN
Bnoemd- tot docent aan de opleidings
school voor Bantoepredikanten te Ham-
manskraal: ds. L. Floor jr., missionair
predikant te Vendalan. Deze school leidt
de aanstanade predikanten voor de Ven-
dakerk op. Hy wordt de derde docent.
Ds. H. J. van Oostrum is met zijn
gezin naar Indonesië teruggekeerd. Ds.
Van Oostrum, die wordt uitgezonden
door de Gereformeerde Kerken en in
dienst is van de Soemba-zending, zal
zijn werk als missionair predikant op
het eiland Soemba hervatten.
Verder vertrokken deze week naar In
donesië mejuffrouw A. Hoeksema en
dokter G. Braakman. Mejuffrouw Hoek
sema zal haar werk als docente aan
de opleidingsschool voor vrouwen en
meisjes te Magelang voortzetten, ter
wijl dokter Braakman gaat werken in
het christelijke ziekenhuis te Parakan
op idden-Java.
ne bijdragen tot den opbouw van
veel, dat totstandkoming vraagt
ten bate van een krachtig en ge
lukkig vaderland."
Met deze wens opende in 1916 ko
ningin Wilhelmiina het gebouw van
de Nederlandsche Economische
Hoogeschool te Rotterdam. Het ini
tiatief tot de oprichting werd drie
jaar tevoren genomen door een aan
tal Rotterdamse kooplieden, onder
wie W. C. Mees, J. A. Ruys en C.
A. P. van Stolk. Het begin was zo
wel uniek als bescheiden. Uniek,
omdat voor het eerst de economie
als een zelfstandige tak van weten
schap in ons land, werd gedoceerd,
en bescheiden getuige het docenten
corps, dat uit drie hoogleraren be
stond die les gaven aan 55 studen
ten.
Even bescheiden naar opzet was het
aanvankelijk doel dat men zich voor
ogen stelde: aan toekomstige kooplie
den een intensieve, tweejarige afgeron
de economische vorming te geven met
een sterk op de praktijk gerichte in
slag. President-curator mr. dr. K. P.
van der Mandele kan evenwel met
recht in het voorwoord van het fraaie
gedenkboek dat ter gelegenheid var
gouden jubileum verscheen van de hand
van prof. dr. J. H. v. Stuijvenberg
schrijven dat zelden of nooit in 's men
sen geschiedenis een nieuwe instelling
van hoger onderwijs zo op het juiste
moment in het leven is geroepen,
snel heeft kunnen groeien en zulk
beslissende invloed heeft gehad op de
ontwikkeling van de tak van weten
schap die zij diende, als de hoge
school wier gouden jubileum thans
wordt gevierd.
Het handelsleven had toen ni
lijk niet meer genoeg aan wat theore
tische beginselen voor de regels der
praktijk en al dadelijk begon het dui-
delijk te worden, dat een geheel ande- i
re bredere basis zou moeten worden ge
geven aan het onderwijs van hen aan
wier handen straks 's lands welvaren
zou moeten worden toevertrouwd.
Het direct op de praktijk gerichte
element in het onderwijs is geleidelijk
op de achtergrond gekomen. Meer en
meer kwam he,t accent te liggen op de
studie van de economische wetenschap
zichzelfs wil. De vervanging van
het kandidaatsexamen in 1927 vormt
daarvan een symptoom. Dit laatste ver
loor ten slotte zijn afgeronde karakter
en kreeg daarvoor in de plaats het ka
rakter van een voorbereiding op de
doctorale studie. De naamsverandering
van de onderwijsinstelling van Ne
derlandsche Handels-Hoogeschool in Ne
derlandsche Economische Hoogeschool
is in dit verband eveneens duide
lijk. En dat geldt ook voor de wette
lijke erkenning en regeling van het
economisch hoger onderwijs, die in 1937
zijn beslag kreeg.
„Want Gij alleen, o Here, doet mij veilig wonen." Wij denken
bij deze woorden aan ruwe stormen en hoog opgezweepte
golven, aan aardverschuivingen en plotseling uitbrekende
branden, kortom: aan de onveiligheid, waarmee wij dagelijks
worden omringd en die ons leven zo onzeker maakt. Vaak
gebeuren de rampen op grote afstand van ons eigen huis, maar I#
dan ineens doen ze zich voor in het eigen dorp, de eigen stad
of het eigen gezin. De geciteerde woorden vormen het slot
van Psalm vier en zijn gesproken door David, die vele jaren
achtereen geen échte woonplaats had, die moest rondzwerven
en aan den lijve ondervond wat onveiligheid betekent voor
een mens. En toch: Gij, God, alleen doet mij veilig wonen. Dat
is geen opmerking bedoeld om zichzelf in slaap te sussen en
evenmin een kreet om aan te geven, dat David zichzelf zo ver
heeft „opgevijzeld", dat de onveiligheid, waarmee hij elke dag
wordt geconfronteerd, geen indruk meer op hem maakt. Het
is een belijdenis, dat het veilige wonen geen menselijke pres
tatie is, maar een gunst van God. Het is ook een getuigenis,
dat een mens zichmisschien middenin de onveiligheid en in
een onbeschermd bestaan, toch veilig kan weten bij God, op
genomen in Zijn bescherming, geborgen in Zijn vaderarmen.
Dit weten veilig te zijn bij God staat hoe vreemd liet ook
moge klinken los van die dagelijkse bedreigingen. Het is nl.
van een andere orde.
De vertrouwde naam
een lekker licht sigaartje
Minister vindt het nodig
Navolging
In dat jaar had het Rotterdamse
voorbeeld reeds navolging gevonden. In
1921 was aan de Gemeentelijke Uni
versiteit van Amsterdam een economi
sche faculteit gesticht, in 1927 kwam
de Katholieke Economische Hoogeschool
in Tilburg tot stand. Na de tweede we
reldoorlog verrezen economische facul
teiten aan de Vrije Universiteit te Am-
terdam en aan de Rijksuniversiteit te
Groningen. Het bestaan van vijf instel
lingen van economisch hoger onderwijs
in ons land demonstreert treffend, hoe
fundamenteel de academische studie
mogelijkheden op het terrein
economische wetenschappen sedert het
begin van deze eeuw in ons land zijn
studeert bewijst dat
Bijna de helft, namelijk ruim
deze studenten zijn thans i
dam ingeschreven.
Specialisatie
De onderwijsmogelijkheden
hogeschool ondergingen een sterke spe
cialisatie. Reeds In 1915 werd het on
derwijs in de accountancy als aanvul
ling op de doctorale studie, ter hand
genomen. Geleidelijk ontwikkelde dit on
derwijs zich in feite tot een afzonder
lijke lichting In de doctorale studie.
In 1925 volgde een staatkundig-econo
mische, ln 1950 een sociologisch-ccono-
mische en in 1954 een kwantitatief-
economische studierichting. Het Econo
misch Instituut werd ln 1956 gesticht.
Aan de hogeschool zijn ln feite zes stu
dierichtingen tot ontplooiing gekomen,
ieder met onderdelen van de economi
sche wetenschappen als kernvakken.
Zoals bekend zijn de studiemogelijkhe
den met Ingang van dit jaar verrijkt
met een juridische en een sociologische
faculteit.
Na 1945 bleek dat het eenvoudige
schema van voor de oorlog niet m
voldeed. Dr. Van Stuijvenberg somt
kele factoren op die hun invloed deden
gelden, zoals het sterk toegenomen aan
tal studenten, de verdergaande ver
dieping van de economische weten
schap, de gewijzigde inzichten in d<
pedagogische waarde van hoorcolleges
en de groeiende omvang van het werk
studentschap.
Op de gisteren in Hilversum
gehouden landelijke conferentie
van ouderlingen en diakenen der
Chr. Geref. Kerken is van ver
schillende zijden gewaarschuwd
tegen een cumulatie van functies
in het kerkelijke leven. Zulk een
opeenhoping van werk en ver
antwoordelijkheden doet zich niet
alleen voor in de gemeenten
waarover dr. W. H. Velema uit
Hongarije blijft
Yaticaan voet
dwars zetten
De waarnemend voorzitter van de
Hongaarse bisschoppenconferentie. En-
dre Hamvas. momenteel voor het con
cilie in Rome. heeft aan de onderse
cretaris van het Vaticaanse staatsse
cretariaat, Casaroli, het antwoord over
handigd van de Hongaarse regering op
de voorwaarden van net Vaticaan
kerk en staat in Hongarije.
Die voorwaarden waren omschreven
in een missieve, welke vorig jaar door
bemiddeling van Hamvas aan de Hon
gaarse regering was toegezonden. Vol
gens Duitse rooms-katholleken zou deze
uitwisseling van wederzijdse voorwaar
den eerder de tegenstellingen hebben
vergroot dan overbrugd. De Hongaarse
De minister van landbouw en vis
serij, mr. B. W. Biesheuvel, heeft
gistermiddag in een rede, ter gele
genheid van de opening van de
Christelijke Lagere Tuinbouwschool
in De Lier een pleidooi gehouden
voor de vernieuwing van het middel
bare land- en tuinbonwonderwijs, als
mede de invoering van het leerlin-
genstelsel. Minister Biesheuvel be
toogde hierover, nadat hij geconclu
deerd had dat men voor het lager
land- en tuinbonwonderwijs thans
volwaardige (lagere) beroepsscholen
bezit.
Op welke wijze vernieuwing van het
middelbare land- en tuinbouwonderwijs
zal moeten geschieden is nog in discus
sie, maar wel is men het er over eens,
dat de huidige middelbare land- en
tuinbouwschool als enige vorm van
middelbaar onderwijs verouderd is en
aan nieuwe eisen moet worden aange
past, waarbij een grotere keuzemoge
lijkheid geboden wordt.
Sprekende over het leerlingenstelsel
merkte mr. Biesheuvel op, dat met
name voor de meer praktisch inge
stelde oud-leerlingen van lagere land-
„.i_i middelbare
tuinbouwscholen
school niet de passer.
ding is. De minister stelt veel
trouwen in een binnenkort uit te bren
gen advies over een praktisch sy
steem om het leerlingenstelsel in de
land- en tuinbouw toe te passen.
Voorts zal in de komende jaren veel
aandacht moeten worden besteed
vernieuwing van de inhoud
onderwijs.
zetels, voornamelijk door erkenning
van de kapittel-vicarissen, die eerder
al onder druk der regering aangewe
zen zijn.
de Kwestie-Mindszen- Het antwoord van de Hongaarse re-
dat de kardinaalpri- gering op de missieve van het Vaticaan
maat van Hongarije zou worden be- zou geen enkele aanwijzing bevatten
i functie in Rome. dat de regering bereid is tegemoet te
i de vacante bisschops- 'komen aan de gestelde voorwaarden.
Dit beleid is er, aldus minister Bies
heuvel, op gericht een geheel van on
derwijsvoorzieningen in het leven te
roepen, dat toekomstige agrariërs (boe
ren, tuinders en land- en tuinarbeiders)
de mogelijkheid zal bieden, zich naar
gelang van hun begaafdheid voor te be
reiden op de ontplooiing van hun per
soonlijkheid in hun werk en in de sa
menlevingsverbanden, waarvan zij deel
uit maken.
Minister Biesheuvel is van oordeel,
ït er nog te weinig deelneming van
toekomstige land- en tuinbouwarbeiders
aan onderwijs is, ten opzichte van de
behoefte en de hoge graad van ge
schooldheid, waaraan de werknemers
in de land- en tuinbouw nu reeds, in de
toekomst nog meer, moeten voldoen.
i te komen tot betere deelneming
a werknemers aan het onderwijs zijn
enkele gebieden (Hoeksche Waard en
Haarlemmermeer) proeven in voorbe
reiding om de opleiding van werkne
mers in het kader van de personeels
voorziening te verbeteren.
Minister Biesheuvel besloot zijn rede
In De Lier met een pleidooi voor het
in de bestuursvorm der scholen tot uit
drukking brengen van de financiële
deelneming door de land- en tuinarbei
ders en hun organisaties. Later op dc|
middag opende de A.R.-bewindsman I
nog een r.k. lagere tuinbouwschool in
Wateringen. Bij die gelegenheid merk
te hij op, dat het dynamische karak-i
ter van de Westlandse tuinbouw weer
slag in o.m. de interesse voor het tuin-|
bouwonderwijs vindt.
Gisteren werd in Longarone. zeven da
gen na de ramp, de schoolbel weer ge-
luidt Slechts 40 kinderen verschenen om
de lessen te volgen zij waren de enige
overlevenden van de 300 kinderen, die
de school bezochten voordat het plaatsje
door de ramp van de Vaiontdam vrijwel
vernietigd werd.
De lessen werden hervat ln een kamer
op de bovenverdieping van het gemeente
huis een van de weinige gebouwen, die j
niet weggespoeld zijn door de vloed van
water, die 3.000 mensen het leven heefl
gekost I
Minister luisterde
niet naar zijn
ambtenaren
(Van een onzer verslaggevers)
MINISTER Blesheuvel (land
bouw en visserij) is tegen
over z'n ambtenaren wat „eigen
zinnig" geweest. Hij heeft name
lijk het advies in de wind gesla
gen geen of althans zo weinig mo
gelijk land- en tuinbouwscholen te
openen. „Er wordt een precedent
geschapen", argumenteerden de
ambtenaren. Maar hoe ze ook ge
tracht hebben de nienwe minister
van zijn voornemen af te bren
gen, het gelukte hen niet.
Mr. Biesheuvel stelde er prijs
op toch te gaan en zo kwam hij
voor zijn eerste officiële opening
dan naar de Christelijke Lagere
Tuinbouwschool aan de Jan van
Galenstraat ln De Lier.
Bedrijfsleven
De hogeschool werd in eerste in
stantie opgericht om te dienen voor
de opleiding voor functies in het be
drijfsleven. Aan dit doel heeft zij be
antwoord. Hoewel een deel van de af
gestudeerden in de vrije beroepen of
bij de overheid een werkkring heeft
gevonden, vindt het grootste deel van
hen zijn weg naar het bedrijfsleven.
In ons maatschappelijk bestel wordt
thans een zeer grote diversiteit van
functies, tot de belangrijkste toe, door
economisten verricht. Met deze con
clusie, die het belang van de Neder
landsche Economische Hoogeschool
duidelijk in het licht stelt, besluit dr.
Van Stuijvenberg zijn boeiend relaas.
Koop vandaag nog deze merkwijri
bij uw slijter, de vakman-specia
list voorafuw dranken. Bij6flessen
Pierre Baptiste (blanc - rouge
rosé) tijdelijk de 7e fles gratis.
Importeur;
N.V. WIJNHANDEL M. REUCHLIN ZN,
ROTTERDAM - DEN HAAG
Chrgerefouderlingen en diakenen bijeen
vfi -ctegeur?
Zolang de voorraad strekt.
Leiden in zijn referaat sprak
maar ook in deputaatschappen. j
De voorzitter, de heer K. Ge- jj
Ieynse uit Wildervank consta- jj
teerde dat tijdgebrek een van de
redenen is dat vele ambtsdragers ij
hun werk al zuchtend verrichten
en bepleitte dan ook o.m. een
verplichte aftreding en niet-her-
kiesbaarheid ook in deputaat- r
schappen. p
Dr. Velema noemde het in zijn refe-
raat een taak van de ambtsdragers, de )n
gemeenteleden toe te rusten tot dienst- lei
betoon onderling en aan de wereld. Een
gemeente waar de leden niet allen htin fa'
plaats krygen, is naar bijbelse beeld- let
spraak invalide.
Hij sprak over „de dienst van de
ambten bij de groei van het Lichaam te
van Christus" en wees erop dat, meer
dan tot heden geschiedde, door de dienst
van ambtsdragers de groei naar de vol- A
wassenheid van het Lichaam van Chris- fi
tus (de gelovigen) beoogd moet worden.
Te veel is in onze gedachtengang het
ambtswerk beperkt tot de zielszorg.
Men zal de waarheid dat het oog niet
zonder voet kan, in het gemeenteleven
praktijk moeten brengen door zo mo-
Hjk iedereen in te schakelen. Vormen Bi
van gemeenschapsleven en dienstverle- fel]
ning, bewijzen van belangstelling zoal3 bn
begroeting bij aankomst en afscheid ne- Rj
men by vertrek in het midden der ge- jjg
meente, aandacht voor bejaarden, wijk- ro,
den, opvang van de jeugd in ge-vp.
n, noemde dr. Velema als mogelijk- 'w
heden waarbij de ambtsdragers funge-
ren om de gemeente besef te geven dat
zij Lichaam van Christus is. 1
Dr. Velema achtte het wenselyk dat'n
de kerkeraadsvergadering een stimulans|st
is voor de dienst in het ambt. Er zalpn
meer gesproken moeten worden dan al-(ian
leen zakelijke aangelegenheden. Bijbel-lp
besprekingen met het oog op het ambts'- lIr.
werk achtte hy, alsook een onderlinge .r'
hulp en vorming van een bezinning op tv
de praktijk. u
Voordat de middagvergadering verder P
besteed werd aan de discussie (die het
hoogtepunt van deze conferentie werd 7
de klemmende wijze waarop dr. [f
.ma op de praktijk van het onder- F"
ling dienstbetoon inging) sprak de heer prt
C. Drieënhuizen uit Den Haag over het int
kinderbeschermingswerk, dat thans vijf- Sc
tig jaar in het midden van deze kerken She
verricht wordt een jubileum dat vol-Ir,
gende week in Utrecht gevierd zal wor-Lj
Hij gewaagde van de grote waardering
die dit werk in en om het kindertehuis ry
te Utrecht zowel van kerkelijke zijde als
bij de overheidsinstanties mag onder-fr£
vinden en sprak zijn dankbaarheid uit'e<£
dat zovele kerkeraden en gemeenteleden Sti
dit werk de jaren door van harte hebben (on
gesteund. Het slotwoord werd gesproken St;
J prof. dr. J. van Genderen uit Apel-jjd
Jubileumuitgave „Om het kind"
(Van I
kerkredactie)
Met een feestelijke bijeenkomst
in Utrecht hoopt de Vereniging
van Diaconieën tot verzorging
van ouderzorg-dervende kinderen
van de Christelijke gereformeer
de Kerken aanstaande woensdag
het feit te herdenken dat 50 jaar
geleden een schuchter begin
werd gemaakt met het opvangen
en verzorgen van wezen en an
dere hulp-behoevende kinderen.
Dit begin en vooral ook de resul
taten nu en de toekomstplannen
zijn beschreven in de door Bert
Bouman geïllustreerde jubileum
uitgave „Om het kind".
Het opmerkelyke van deze sinds 1955
tot „voogdijvoerende vereniging" verhe
ven instantie is dat de middelen om het
..Kinderhuis" aan het Predikherenkerk-
hof en de sinds Juni van dit jaar erbij
gekomen dependance voor zeer jonge
kinderen in stand te houden geheel door
de christelijk gereformeerde kerkleden
bijeengebracht wordt. De financiële situ
atie van de vereniging is zelfs zo gezond
dat er reeds grootse plannen bestaan een
geheel nieuwe huisvesting in Utrecht te
gaan zoeken.
dit werk (het accent kom'
meer en meer op de gezinsopname te
liggen) hoopt men mede door de jubi
leumactie (er wordt gedacht aan
streefbedrag van 100.000) te kunnen
verwezenlijken.
Bijeenkomst
Prof. Van Peursen s;
heeft ambt aanvaard 1
Prof. dr. C. A. van Peursen, Vc
hoogleraar te Leiden die nu ook?°t
benoemd is tot buitengewoon »id
hoogleraar aan de Vrije Univer
siteit te Amsterdam in de ken- Ca
theorie en de wetenschapsleer enisc
de geschiedenis van beide, heeftp
vanmiddag zijn ambt aanvaard^'
door het uitspreken van een rede Lu
getiteld „Waarheid en de taal derg»
wetenschap". re
De snelle ontwikkeling en voortgaande L
specialisatie der wetenschappen heeft inln
brede kring de vraag doen ontstaan naarst,
de integratie der wetenschappen binnenr
het gewone leven van de wetenschaps
mensen zowel als van de samenleving.
Prof. Van Peursen bezag in zyn oratier
deze vraag vanuit één punt, nameliiki
de betekenis die het woord „waarheid"!
de verschillende wetenschapstalen kanl
Tr
Ook op de jubileumbijeenkomst in Ti-
voli hopen de organisatoren de vele ge
meenteleden die er venvacht worden
weer zo te doordringen van het belang
van het werk der vereniging dat de dia
kenen als ze komen aankloppen voor
hulp, bereidwilligheid en belangstelling
vinden, noodzakelijk om het werk in
stand te houden.
Vooral voor deze informatie is de uit
gave „Om het kind" samengesteld. Na
een voorwoord van prof. J. B. Oosterhoff
en een inleiding van mr. B. v. d. Werk.
vice-president Arrondissementsrechtban
volgen er enkele beschouwingen over de
ontwikkeling in kinderrecht en kinder
bescherming en een toekomstvisie van de
voorzitter H. v. d. Molen.
De heer Van der Molen benadrukt hier
in het belang van samenwerking met on
der meer de Centrale Bond voor Inwen
dige Zending en Christelyk Maatschappe
lijk werk en het Centrum voor Gerefor
meerde Kinderbescherming.
De voorzitter voegt hier nog aan toe:
„Veel werk wacht op aanpak. Gezins
voogdij en reclassering van minderjari
gen dienen ter hand te worden genomen.
Daarnaast zal de preventieve zorg be
langrijk blijven. Laten wij ons opmaken
en bouwen.''
hebben,
In de moderne symbolische logical1
wordt het gebruik van de term „waar-F
heid" technisch vastgelegd, maar hierPc
evenals m verschillende kunsttalen derf"
wetenschappen, is aldus spreker dejgc
betekenis van het woord „waarheid" ïn-'nc
geperkt, juist omdat zij methodisch ge-Le
fixeerd is. Dat blijkt al hieruit, dat menU,
voortschrydend van de exacte na tuur-L
wetenschappen tot biologie, psychologie^.1
enz. bemerkt hoe het logische apparaat ito'
van zulk een wetenschap steeds gecom-!n
pliceerder wordt naarmate de
werkelijkheid dichter benaderd wórdt, eel
des te genuanceerder, welhaast geraffi-i
neerder, moet een wetenschap te werk?
gaan. IS
Lynen van bepaalde hedendaagse deaffijd
kers, zoals Wittgenstein, Austin en Po-Sn
lanyi verder doortrekkend, wees spreker L:
vervolgens op de verworteling van we-L.
i11„.-- - -i r"
ter.
ag<
„Waarheid" blijkt samen te hangen v-,
leen voor de filosofie van belang, die:
met „betrouwbaarheid". Dit is niet al-aai
aldus de waarheden der afzonderlyke we-jP
tenschappen binnen een meer omvatten-des
de menselijke houding geïntegreerd ziet,)oo
maar ook voor de theologie. ,an
In het bybelse spraakgebruik hangt hetf
trouwbaarheid" (en „gerechtigheid",^
woord „Waarheid" ook direct met „be-P0
„geschiedenis") samen, zodat daar de om
menselijke houding vanuit goddelijke ei
Trouw dieper perspectief verkrijgt, aldus 4 i
prof. Van Peursen.