tÊÈÈ De kerk heeft in het leger zo
veel mogeli
NOODKREET OM HULP
Duitse joden verscheurd door tweestrijd
DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1963
De legerpredikant houdt zichbij oefe
ningen, niet afzijdig. Wil hij kontakt
krijgen met de militairendan dient hij
mee op oefening te gaan. Hij moet zich
verbinden de taak, die de soldaten hebben
te verichten. En moet een der hunnen zijn.
Enkele weken geleden heeft de hoofdlegerpredikant
kolonel ds. B. A. Bos luid aan de bel getrokken. Hij heeft
een tekort aan dominees. Op het ogenblik zijn er elf
vacatures die onmiddellijk vervuld dienen te worden, maar
met dit getal is het werkelijke tekort nog niet opgeheven.
Het werk breidt zich uit, ook de troepen die buiten onze
landsgrenzen zijn gelegerd vragen de aandacht.
„Hoe komt het toch", aldus vroeg ds. Bos zich af, „dat niet
meer predikanten bereid worden gevonden zich voor het
werk onder onze militairen in te zetten? Weten zij wel welke
enorme kansen de Kerk in het leger heeft, kansen, die nu
niet gegrepen (kunnen) worden?"
Een van onze redacteuren is op pad gegaan. Hij heeft
gesproken met legerpredikanten en hen laten vertellen over
hun werk. En hij heeft onderdelen bezocht om hen in hun
werk gade te slaan. In bijgaand artikel schrijft hij daarover.
Een van zijn indrukken is, dat uit het leger een noodkreet
opstijgt tot de Kerk om hulp. Hij kan slechts hopen, dat die
noodkreet wordt gehoord en verstaan.
(Van een onzer
redacteuren)
Uit het leger komt een
noodkreet om hulp tot de
Kerk! Een legerpredikant
van de parate troepen heeft
me dezer dagen met de
neus op de feiten gedrukt en
in enkele forse lijnen de
toestand geschetst, zoals
die op het ogenblik bij het
leger is en voorlopig, naar
het zich laat aanzien, ook
wel zal blijven.
Hij vertelde: „Taken, die wij
ons, als legerpredikanten, heb
ben gesteld, en taken die ons
zijn opgedragen, kunnen we niet
eens alle meer uitvoeren. Voor
het houden van privé-gesprek-
ken, gesprekken dus van man
tot man, hebben we niet vol
doende mensen. Bij de parate
troepen zijn in de junctie van
legerpredikant tal van vacatu
res die nooit vervuld zullen wor
den en we weten al niet be
ter. Er zijn commandanten van
onderdelen, die doorlopend vra
gen: Geef ons een legerpredi
kant en we kunnen hen niet
helpen, want ze zijn er nietUit
buiten van mogelijkheden ten
banzien van de velen met wie
we dagelijks verkeren? we
komen er nooit toe. Als een le
gerpredikant zijn werk goed wil
doen heeft hij ook nóg een stuk
nazorg we hoeven daaraan
niet te denken. Er zijn onderde
len, die, als ze naar Hohne of
La Courtine op oefening gaan
een dominee uit een ander on
derdeel, een z.g. „gehuurde do
minee" toegewezen krijgen, om
dat er bij hen geen is. Als je dit
alles goed overdenkt wordt het
je benauwd om het hart, het is
ontzettend".
AKKER
Het leger vraagt de Kerk om
hulp! De legerpredikant zei:
,,De Kerk heeft in het leger zo
veel mogelijkheden, de akker is zo
groot. Want het merkwaardige is.
dat het op het militaire lesrooster
vastgelegde uurtje voor de leger
predikant ook door onkerkelijken
wordt bijgewoond. Er wordt wei
nig om vrijstelling gevraagd. Men
gaat vrijwillig naar de dominee:
in de eerste plaats spreekt de
groepsmentaliteit een woordje mee
(hij gaat. dus ik ga ook) en daar
naast is het een welkome af
wisseling van het strikt-militaire
programma.
Maar men gaat. En men luis-
Even een blaasje pik
ken. Misschien kan de
legerpredikant nu ge
legenheid vinden voor het
beantwoorden van de
vraag, die de jongen op
de lippen brandt. Maar
als er nu geen leger
predikant is, wat dan?
tert. Men hoort dingen,
men tevoren nooit had gehoord,
En dit zet aan het denken. Er
rijzen vragen, die beantwoord
mqeten worden. De mogelijkheid
tot een gesprek is geboren. De
kiem voor een kontakt is gelegd.
Dit kontakt kan steviger worden
doordat de legerpredikant mee
leeft met de troep. Hij ondergaat
het militaire leven als zij. Hij
draagt als zij alle ongemakken.
Bij oefeningen zit hij ook in een
jeep en niet in een personenauto,
en hij slaapt, als dat is voorge
schreven, ook zo maar in een
haastig in de grond gegraven put
je. En hierdoor ontstaat een soort
lotsverbondenheid. die openheid
geeft. Dat is ook de reden, dat
zo veel mogelijk legerpredikanten
de troepen, die naar Hohne en La
Courtine gaan. vergezellen".
Het leger heeft de Kerk hard
nodig! De legerpredikant zei:
,,Zeg me nooit, dat godsdienst op
de soldatenkamer geen onderwerp
van gesprek* uitmaakt, want het
is niet waar. Nergens wordt zo
veel over godsdienst gesproken
als juist op ."e soldatenkamer.
Drie onderwerpen staan altijd in
de belangstelling. Er zijn altijd
drie vragen: Waar kom je van
daan?, en dat is een heerlijk uit
gangspunt voor een gesprek tus
sen Friezen en Groningers, Rot
terdammers en Amsterdammers,
Zeeuwen en Limburgers. daar
naast zijn de meisjes een onuit
puttelijke bron voor gespreksstof
en tenslotte is er de godsdienst,
een onderwerp, dat meestal met
bekvechterij begint maar uitloopt
op een serieus-gevoerd gesprek.
Een voorbeeld? Een rooms-ka-
tholieke jongen viert zijn 15de
augustus. Een kamergenoot zegt:
Als ik nu rooms was geweest,
zou ik vandaag ook vrij hebben
gehad. Waarom heb jij feitelijk
vrij? De elementen voor een ge-
dachtenwisseling zijn er. De niet-
rooms-katholieke jongen komt er
niet uit. Hij begrijpt er niets van,
en hij denkt: Als ik 'm eens apart
kan spreken, even aan de domi
nee vragen.
In het leger liggen kansen voor
de Kerk. Vragen van leven en
dood houden de jongen bezig. En
hij wil er antwoord op. Er was
eens een dodelijk ongeluk gebourd
en een van de vrienden van de
overleden soldaat vroeg me, cru
en midden ln het gezicht: Nu
gaat u zeker de ouders wat ver
tellen over het eeuwige leven?
Maar uit welk een innerlijke
spanning zal die vraag zijn voort
gekomen?"
MARX
Ziet de Kerk haar kansen niet?
De legerpredikant vertelde: ,,Op
een dag komen er twee jonge
communisten naar me toe. Am
sterdammers helemaal, en eerlij
ke. open jongens. Ze zeiden: Uit
principe zijn we er tegen, maar
we komen toch luisteren om te
noteren wat deze dominee te ver
tellen heeft. Ze hebben nooit ge
mankeerd. Altijd waren ze er bij.
pilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll£
Maar: Er is'n tekort
aan predikanten
Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllll
Toen de troep echter afzwaaide
en er een afscheidsavond was ge
organiseerd ontbraken ze. Maar
na afloop stonden ze me op te
wachten, in het donker. Ze zei
den: Dominee, bij dat zijige
gedoe wilden we niet zijn, maar
we komen u toch even de hand
drukken. En we willen wel ver
tellen, dat we geloven, dat die
Christus van u een betere en
meer levensvernieuwer wilde zijn
dan Marx.
Durft u nu zeggen, dat deze
jongens, deze twee communisten,
later nooit eens in een situatie
zullen garaken, waarin ze moeten
terugdenken aan wat ze hebben
gehoord?
Vijftien jaar geleden ontmoette
ik een jongen, die voor zijn num
mer onder de wapenen was. We
hebben veel gepraat over geeste
lijke zaken. Nadat hij was afge
zwaaid heb ik hem uit het oog
verloren. Dezer dagen kreeg ik
een briefje van hem, een brief
je van slechts enkele regels, en
hij vroeg niet meer dan: Domi
nee. wat is de zin van het le
ven? In de crisis van zijn le
ven greep deze jongen naar de
gesprekken, die hij vijftien jaar
tevoren had gevoerd".
HELP
Het leger zegt tot de Kerk:
Kom over en help onsDe leger
predikant vertelde: ,,De moder
ne oorlogvoering is gebaseerd op
spreiding van de onderdelen ten
einde de kwetsbaarheid te ver
minderen. Maar een legerpredi
kant kan niet meer al die ver
spreid liggende onderdelen af. Hij
heeft er de tijd niet voor. En
toch, ze hebben alle recht op
hem. En hij mag geen kans la
ten voorbijgaan om, al zou het
maar om een iongen gaan, het
evangelie daar te brengen waar
er om wordt gevraagd.
Bij grote oefeningen trekken we
zoveel mogelijk legerpredikanten
samen. Laatst hebben op een zon
dagmorgen twaalf dominees 24
kerkdiensten geleid. Het moest
maar tiet ging nauwelijks.
Er moet hulp komen. Er is zo
veel werk te doen. Er zijn zoveel
privé-gesprekken te voeren. In
de militaire tehuizen, die voor ons
altijd een werkplaats zullen blij
ven, gaat dat niet meer zo vlot.
Het is er te druk. Je wandelt
tussen de tafeltjes door en je
maakt hier en daar een praatje
maar je kunt niet meer aan een
tafeltje aanschuiven. Door de
drukte valt de intimiteit van het
gesprek weg.
begin maken. De tijd ont
breekt je om iedereen de gele
genheid te geven zijn hart uit te
storten en om zijn moeilijkhe
den, op welk vlak die ook liggen,
voor te leggen. Je zou zo graag
eens kontakt willen opnemen met
de ouders van een jongen, of met
zijn meisje. Je zou kontakt willen
onderhouden met jongens, nadat
ze de dienst hebben verlaten. Ver
geet het maar. We zullen dit nooit
bereiken, tenzij meer predikanten
zich voor het werk ter beschik
king stellen".
K
De legerpredikant zei: ..Een
dominee zal in het leger nooit al
les kunnen doen. Er moet een
net van christenjongeren zijn, die
hem terzijde staan. Bij de para
te troepen kennen we nu de kern
beweging, die tot symbool de let
ter K heeft, de K van Kruis, van
Kerk en van Kern van de Bood
schap. Deze kern-beweging wordt
door de jongeren zelf geleid.
Voorheen hadden we de kern
groep. Die ging uit van de domi
nee. In de kern-groep was de do
minee alles, hij gaf opdrachten
die de jongeren hadden uit te
ZIJ VONDEN ER GEEN VADERLAND
(Van een onzer medewerkers)
Bij een in West-Duitsland ge
houden opinie-onderzoek is vast
gesteld, dat twintig procent van
de bevolking in de Bondsrepubliek
de mening is toegedaan, dat de
invloed van de joodse gemeen
schap in het land te groot is. Van
joodse invloed op ook maar een
facet van de Duitse staat is ech
ter geen sprake. Onder de joden
zijn in geen enkel opzicht belang
rijke figuren. Niet in het politieke
leven, niet op het terrein van han
del of geldwezen, niet op het ge
bied van de wetenschap en niet
bij pers, radio of televisie.
Zelfs de „Allgemelne Wochenzeitung
der Juden in Deulschland". die men
met wat goede wil invloed zou kunnen
toezeggen, wordt niet uitsluitend door
joodse journalisten vervaardigd. Van de
zeven redacteuren zijn drie niet-joden.
De oud-Nederlander dr. H. G. van Dam,
algemeen secretaris van de Zentralrats
der Juden in Duitsland, heeft tegenover
Der Spiegel, dat onlangs een uitgebreid
artikel bracht over de situatie van de
ioodse gemeenschap in Duitsland, ver
joden die onder de nazi's Duitsland
zijn ontvlucht gevraagd heeft terug te
keren.
Uit omstreeks dertigduizend zielen be
staat de joodse gemeenschap in Duits
land, van wie 1500 joden in Oost-Duits-i
land wonen. Het merendeel is geves-i
tigd in de grote steden, waar over ge
heel Duitsland verspreid 81 joodse ge-
ten zijn heropgericht. Daarbij zijn
24.000 joden ingeschreven.
Terug
In 1933 waren in Duitsland op een
joodse bevolking van een half miljoen
zielen 1600 joodse gemeenten. Van deze
half miljoen zijn 180.000 vermoord en
320 000 konden tijdig het land ontvluch
ten. Van hen is een aantal na de oor
log naar Duitsland teruggekeerd. Hun
beweegredenen daartoe waren verschil
lend. Onder de teruggekeerden bevin
den zich hoofdzakelijk ouderen de ge
middelde leeftijd is 45 jaar en de helft
van de Duitse joden is boven de vijf
tig die door heimwee naar hun ge:
boortegrond. naar het volk welks taal zij
spreken werden gedreven. Ook keerde
een percentage terug om in Duitsland
te kunnen leven van de uitkeringen tot
schadevergoeding van het aangedane
leed. omdat zij elders in kommervolle
omstandigheden verkeerden.
Een groot deel van de joden in Duits
land. omstreeks 14.000 zielen bestaat uit
mensen die de Duitse concentratiekam
pen hebben overleefd en in het tand ble-
Ook zijn joden in Duitsland
achtergebleven van de ^00.000 die
naoorlogse j:
uit Oosb-Europa ge
vlucht voor pogroms Duitsland doortrok-
Meer nog dan in andere landen is de
joodse gemeenschap van Duitsland in
zichzelf gekeerd. Zij wantrouwen de
Duitsers in wier midden ze wonen.
Vrienden onder hen maken ze nauwe
lijks. Maar anderzijds vinden zij even
min aansluiting bij de joden elders in
de wereld, daar dezen niet kunnen be
grijpen dat joden wonen in het land van
htin vervolger.
Dit komt soms schrijnend tot uiting
in de gezinnen. De rabbijn van Mün-
chen, dr. Fritz Bloch, die in Duitsland
is geboren en daar heeft gestudeerd, is
enige jaren geleden uit Israël terugge
keerd zonder zijn eveneens in Duits
land geboren echtgenote en zonder kin
deren. Zij wensten niet meer een voet
op Duitse bodem te zetten. En de in
Londen voor rabbijn studerende zoon
van de Hamburgsc rabbijn I. Grüne-
wald denkt er niet aan ooit een beroep
in Duitsland te aanvaarden.
Het overgrote deel van de kinderen
van de joden in Duitsland heeft hel
vaste voornemen Duitsland te verlaten.
zoveel zelfportretten als bij de joodse
jeugdverenigingen. Bij geen bevolkings
groep ook is het percentage zenuwpa
tiënten zo groot als onder de kinderen
van de joodse gemeenschap.
De problemen van de ouders zijn bij
de kinderen vermenigvuldigd. Want hoe
wel de kinderen door een team van 52
godsdienstonderwijzers joods bewustzijn
en joodse cultuur wordt bijgebracht
wensen de ouders zich uit schuldgevoe
lens dat zij in Duitsland leven zo min
mogelijk met het jodendom te identifi
ceren. Maar als joden wensen zij zich
niet met de Duitsers te vereenzelvigen
Want zij horen 's nachts in hun dro
men de verwijtende stemmen van hun
omgekomen verwanten die vragen:
Leef jij temidden van het volk, dat
mij heeft vermoord?
Niet godsdienstig
Hoewel de Westduitse regering vele
van de door de nazi's vernietigde syna
gogen heeft herbouwd, wordt van deze
joodse bedehuizen bijna geen gebruik
gemaakt. En als zij worden benut, dan
zijn zij veel te groot en doen hol aan
Nog geen vijf procent van de joden in
Duitsland is werkelijk godsdienstig en
nog geen tien procent onderhoudt de
spijswetten.
Dat de joden in Duitsland leven op
een vulkaan blijkt waarschijnlijk het bes
te hieruit, dat ze bijna allen twee pas
poorten in de zak hebben. Die van
Duitsland waar zij burger van zijn en
die van de staat waaruit ze afkomstig
Na de oorlog hebben de internationa
le joodse organisaties een beroep wil
len doen op de joden zich riet meer
in Duitsland te vestigen. Van verschil
lende zijden voorvoelde men, dat dë
joden die toch in Duitsland zouden gaan
wonen, verscheurd zouden worden door
tweestrijd. Een van de felste bestrij
ders van dit plan was dr. H. G. van
Dam: „Ik was tegen isolering van de
Duitsers. Ik ben van mening, dat men
geen enkel volk mag isoleren, ook niet
na hetgeen is geschied".
voerën. In de kern-beweging doen
ze alles zelf. De dominee laat
hen vrij in het organiseren van
afscheidsavonden en dit zijn bij
eenkomsten, die inhoud hebben,
waar het niet gaat om een biertje
drinken en lolletjes maken en
van toogdagen. Op 4 oktober heb
ben we een toogdag. Dan komen
jongeren uit een heel legerkorps
bijeen, nu om te luisteren naar
prof. dr. I. A. Diepenhorst, die
zal spreken over: Is democratie
de moeite waard?
De leden van de kern-beweging
hebben een ere-code, ontleend
aan de tweede brief van de apos
tel Paulus aan de Corinthiërs, en
die luidt: Ik heb mij voorgeno
men door mijn gedrag hetzij uit
hetzij thuis Hem welgevallig te
zijn. Daarnaast hebben ze zich tot
taak gesteld de opdracht, die Je
zus Zijn jongeren gaf: uit te gaan
om te prediken en boze geesten
uit te werpen. Dat uitgaan óm
te prediken is de woordloze ver
kondiging, is gebaseerd op het
geven van een voorbeeld door de
wijze van leven. Het uitwerpen
,van boze geesten omvat het be
strijden van al wat negatief is".
AMBT
De Kerk mag haar kracht nooit
onderschatten.
De legerpredikant zei: ,,De
kern-be\veging geeft de jongen in-
i kan aankleven. En wat zij
wezen doet is het waar maken van
het vergeten ambt.
De kern-beweging is geen ge
sloten club. Iedereen kan zich
aansluiten, ook de rooms-katholiek,
ook de onkerkelijke. En bij die
laatste groep is de belangstelling
voor de kernbeweging groot, om
dat zij er iets positiefs vindt, dat
als tegenhanger kan dienen tegen
zoveel negatiefs, waarmee ze
wordt geconfronteerd.
Er zijn onkerkelijken geweest, 1
die mede door de kern-beweging
tot de Kerk kwamen en na hun
diensttijd verder gingen in het
kerkelijk werk.
Maar hoeveel zelfstandigheid
de jongeren in dit werk ook wordt
gelaten, de legerpredikant blijft
altijd nodig. Hij moet stimulerend
en regulerend optreden, want er
moet voor wordtn gewaakt, dat
de beweging op drift geraakt.
Is hex duidelijk, dat ook de
kern-beweging de legerpredikan
ten veel werk toespeelt? En is
het duidelijk, 'dat de roep om hulp
steeds dringender en luider zal
gaan worden?"
Uit het leger komt een nood
kreet om hulp tot de Kerk.
Een noodkreet, waarvoor predi
kanten en kerkeraden de oren
niet kunnen sluiten. Hun wordt
een vraag gesteld, die zij heb
ben te beantwoorden. De kansen
zijn vele worden ze gegrepen?
Ergens bij een onderdeel, wacht
misschien een jongen op een do-
Voor U gelezen
Het verzamelpunt, door Anna
Lisa Warnhof. Uit het Zweeds
door K. van der Geest. Uitga
ve La Rivière Voorhoeve,
Zwolle.
Dit is een boek voor jonge meis
jes en gaat over jonge meisjes
die op een leeftijd van een jaar
of veertien in Zweden belijdenis
plegen te doen. Het gaat wel heel
anders toe dan in Nederland.
Meestal pleegt men in ons land
niet op die leeftijd belijdenis af
te leggen en ook is het niet de ge
woonte, dat men ver van huis
wegreist om enkele weken bij een
predikant in de studie te gaan.
Het boek is met de Nils Holgers-
son-medaille bekroond. Jonge
meisjes vinden hierin aantrekke
lijke verhalen geweven in geeste
lijke overdenkingen van een veer
tienjarige, die dikwijls door de
jeugdige lezeressen zullen worden
overgeslagen omdat zij niet zo
met de problemen geconfronteerd
zullen worden als Zweedse meis
jes, tenzij hun aanleg in die rich
ting ligt.
Ik ga m'n eige baan, door
Apie Prins. Uitgave De Bezige
Bij, Amsterdam.
Ligt er een verdienste in, zijn
„eigen baan" te gaan? Zo ja,
welke verdienste? Men zou het
Prins willen vragen, die dit van
zichzelf vast te stellen gemaakt
heeft tot het thema van deze zelf
beschrijving van zijn jeugd. Ach
teraf moet hij erkennen, bij ge
legenheid eigenzinnig te zijn ge
weest. Het is trouwens een eigen
zinnigheid die hem nimmer ge
heel heeft losgelaten. Ze komt
ook tot uiting in de wijze waar
op dit boek is geschreven. De
stijl is meeslepend, maar het ont
breken van leestekens, het vaak
maar doorratelen, werkt er ook
toe mee. dat er voor de lezer
geen pauze is Een merkwaardig
man. deze Prins, een volop men
selijk man. niet in de laatste
plaats door zijn aardsgebonden?
heid, en omdat deze merkwaar
dige man eerlijk en onbevangen
van zichzelf vertelt, is het tege
lijk een merkwaardig boek ge
worden. Maar ligt er een ver
dienste in dat gaan van een
„eigen baan' (of „eige baan",
zoals de schrijver zegt)? Met de
simpele constatering van dit feit
hij
Gebeurtenissen in Djakarta typerend voor de situatie
in Zuidoost-Azië - Soekarno, de communisten, het
leger en Maleisië
WAT ln de afgelopen week in
Djakarta Is gebeurd. Is ty
perend voor de situatie, zoals
we die op het ogenblik in Zuid
oost-Azië aantreffen. Wie ge
hoopt mocht hebben, dat alles
ln Indonesië anders zou wOpdcn.
als het netelige Nieuw-Guinea-
probleem maar opgelost zou
zijn, is bedrogen uitgekomen.
Het past thans eenzelfde tak-
tlek toe. als het tegen Neder
land heeft aangewend om het
opgaan van de tot voor kort nog
Britse gebieden op Borneo in
de federatie van Maleisië te
voorkomen. En nu de opzet van
de regering van Djakarta mis
lukt lijkt te zijn, gebeuren er ln
de Indonesische hoofdstad din
gen. die Lord Home. de Britse
minister van buitenlandse za
ken. openlijk als onbeschaafd
heeft gebrandmerkt.
Gewoonte
De bestorming, plundering en
vernietiging van een ambassade
gebouw, ook van kleine mogend
heden. komt gelukkig vrijwel
nooit voor. In Moskou worden
wel eens betogingen georgani
seerd tegen het optreden van
bepaalde landen. Er worden dan
wel eens een paar ruiten van
ambassadegebouwen ingegooid,
maar daar is het dan bij ge
bleven. ook toen Stalin nog aan
het bewind was. In de Haiti re
publiek heerst een ware politie-
terreur. Maar de mensen, die
hun toevlucht hebben gezocht
in ambassadegebouwen, zijn tot-
dusver ongemoeid gelaten. In
Hongarije bevindt kardinaal
Midszenty zich al bijna zeven
jaar achtereen in het gebouw
van de Amerikaanse ambassa
de in Boedapest.
Men heeft echter nog geen
vinger naar hem uitgestoken,
terwijl de communisten toch
over voldoende mogelijkheden
beschikken om een spontane be
storming van een ambassadege
bouw te organiseren.
Grenzen
Het gebouw van een ambas
sade, beschouwd als grondge
bied van de mogendheid, die er
haar staf in heeft gevestigd, is
altijd veilig geweest, waar ook
ter wereld. Ook wanneer zij
van bovenaf werden gediri
geerd. bleven ..spontane" de
monstraties altijd binnen be
paalde grenzen. Die werden in
Djakarta bruut overschreden op
een wijze, die een Britse offi
ciële woordvoerder in Londen
de opmerking ontlokte: ..Het
ziet er naar uit. dat de ongere
geldheden de Indonesische rege
ring niet onwelkom waren". Hel
is moeilijk, hier tot een juiste
conclusie te komen.
De ongeregeldheden kwamen
de regering te Djakarta wellicht
gelegen. Of dit ook bet geval
is met de wandaad, waarin de
onlusten tenslotte zijn geëin
digd. moet toch op z'n minst in
twijfel worden getrokken.
Reactie
We maken dit op uit de snel
le reactie van Soekarno op het
Britse dreigement, dat de di
plomatieke betrekkingen tussen
Engeland en Indonesië verbro
ken zouden worden, als de re
gering te Lqnden niet de garan
tie zou krijgen, dat voor de vei
ligheid van de Britse onderda
nen in Indonesië zal worden ge
waakt en dat de Britse eigen
dommen in dat land zullen wor
den beschermd. Blijkbaar heeft
men in Djakarta helemaal geen
behoefte aan een breuk met
Engeland, want donderdag
ochtend binnen 24 uur gaf
Soekarno deze garantie. Het le
ger patrouilleert sindsdien door
Djakarta en naar het zich laat
aanzien, zullen de ordeverstorin
gen voortaan wel binnen be
paalde perken blijven.
Intussen blijft he' vanzelfspre
kend de vraag, of Engeland
toch niet zekere conclusies zal
trekken, uit wat cr deze week in
Djakarta gebeurd is.
Excuus
Het is opmerkelijk, dat 'net
door de communisten geleidt
Indonesische Jeugdfront, dat
zich in het verleden meer dar.
eens aan met vernielingen ge
paard gaande anti-Britse de-
strekte verklaring kritiek heef
geoefend op de veroorzakers
van de ongeregeldheden. He:
Jeugdfront verklaart nadrukke
lijk. dat het niet betrokken is
geweest bij de vernieling var,
Britse eigendommen en het be
dreigen van Britten. Nu zegt
men wel eens. dat iemand die
zich verontschuldigt, zich in fei
te beschuldigt. Dat lijkt ook
hier het geval te zijn. Want het
zijn juist de communisten van
Indonesië geweest, die Soekarno
min of meer gedwongen hebben,
een militante houding aan te ne
men tegenover de nu officieel
uitgeroepen Maleisische federa
tie.
Het is niet ondenkbaar, dat
zij gisteren in de Britse ambas
sade net iets verder zijn ge
gaan, dan aangenaam was in
de ogen van Soekarno.
Zig-i
-zag
Soekarno „zit" met de kwes-
tie-Maleisië. Dat wordt ten over
vloede bewezen door de zig
zag-koers met betrekking tot de
benadering van dit probleem.
Toen vorig jaar de plannen voor
de vorming van de federatie
tussen Malakka, Singapore en
Premietr Abdoel Rachman van
Maleisië houdt een persconfe
rentie.
de Britse gebieden op Borneo,
werden gepubliceerd zag het er
niet naar uit, dat hieruit een
conflict tussen Indonesië 6n Ma
leisië zou groeien. Er was re
den om aan te nemen, dat de
nieuwe federatie zou profiteren
van de tegenstellingen tussen
Indonesië en de Philippijnen,
die aanspraak maken op een
deel van Noord-Borneo. Indone
sië maakte destijds aanspraak
op Nicuw-Guinea. omdat het
deel had uitgemaakt van het
vroegere Nederlands-Indië.
Hij kon dus moeilijk bezwaar
maken tegen het in een federa
tie bijeen brengen van de vroe
gere Britse gebieden in dat
deel van de wereld.
deze wel goed in de kraam van
Djakarta te pas, het is geens
zins komen vast te staan, dat
hij van Indonesië uit werd ge
organiseerd. Premier Abdoel
Rachman van Malakka maakte
dan ook een grote fout, toen hij
onmiddellijk aannam, dat Indo
nesië achter de rebellie in het
kleine olierijkje zat. Daarmede
gaf hij Soekarno een prachtig
wapen in de hand Van dat ogen
blik af dateert dc Indonesische
confrontatiepolitiek, die er op
gericht was, de totstandkoming
van dc Maleisische federatie te
verhinderen en de bevolking
van de gebieden in het Noorden
van Borneo „de gelegenheid te
geven" zich bij Indonesië aan
te sluiten.
Pas toen bleek, dat met de
steun van Engeland voorberei
dingen werden getroffen om de
federatie toch op 31 augustus jl.
te proclameren, leek het of er
met Soekarno te praten
viel.
Mislukt
Zijn opzet mislukte echter.
Van de afspraken, die in Ma
nilla g.maakt werden. ver
wachtte hij veel. Het VN-onder-
zoek naar de gezindheid van de
bevolking van de gebieden in
het Noorden van Borneo vond
normaal voortgang, ondanks po
gingen van Indonesische zijde,
het te saboteren. De uitslag viel
in het voordeel van Maleisië uit.
De proclamatie van de federa
tie werd op 16 augustus jl. be
paald en alle dreigementen van
Indonesië ten spijt is Maleisië
nu een voldongen feit. De nieuwe
staat kan rekenen op daad
werkelijke militaire hulp van
Engeland en weet zich verze
kerd van de steun van de Ver.
Staten. Maleisië verbrak de be
trekkingen met Indonesië (en
de Philippijnen) toen dit land
de federatie weigerde te erken
nen en demonstranten in Dja
karta de ambassade van Malei
sië bestormden.
Op die wijze wist het tc ont
komen aan de haatcampagne,
waarvan de Britten in dc afge
lopen week hgt slachtoffer zijn
geworden.
Het leger
De communisten weten, dat
Soekarno zich wat Maleisië be
treft niet kan veroorloven, zich
bij een voldongen feit neer te
leggen. Het leger heeft met
groot onbehagen de vorming
van de federatie gadegeslagen.
Het meent, dat Indonesië ge
vaar loopt, nu het is ingesloten
door Australië enerzijds en Ma
leisië anderzijds, die beide met
sterke banden aan de westelijke
mogendheden verbonden zijn.
Bovendien vreest de legerlei
ding. dat Maleisië de Chinese
bevolkingsgroep op de duur
toch niet kan beletten, de fede
ratie in handen van het interna
tionale communisme te spelen.
Het leger is zoals bekend fel an
ti-communistisch.
Van deze omstandigheid heeft
Soekarno tot dusver gebruik kun
nen maken om de sterke com
munistische partij van Indone
sië onder dc duim tc houden.
De opvattingen van het leger en
dc communisten lopen hoe
verschillend de motieven ook
mogen zijn thans ergens pa
rallel. En dat is het grootste
probleem van Soekarno, waar
het Maleisië betreft.