Dr. Albert Schweitzer kwam zijn contract na „Bij welvaart is verschil in lonen aanvaardbaar Discriminatie tegen joden in Sowjet-Rusland Tussen schoolpoort en huisdeur Feest en wanklank Een kanttekening Een halve eeuw Lambarene Vier woorden: Eerbied voor het leven Een woord voor vandaag 2 WOENSDAG 20 MAART 1963 HET LICHT OP ROOD HET gaat met de Engelse economie niet bijster goed. Er zijn In de eerste plaats behoorlijk wat werklozen, ruwweg zo'n 800.000. Dit is ai een aanwijzing, dat er bij bepaalde bedrijfstakken stagnatie bestaat en niet alle produktlecapaciteit volledig benut wordt. Men heeft bovendien kunnen vast stellen, dat de economische groei kleiner is gebleven dan in andere landen. Het ziet er ook naar uit, dat de export terug loopt, dat hij althans achter blijft bij dezelfde maanden van een Jaar geleden. Men wijt dit enerzijds aan de niet moderne structuur van de Engelse industrieën (die dus onvoldoen de op de internationale markten mee kunnen) en anderzijds aan de naar verhouding te hoge verkoopprijzen. Er zijn In Engeland dus krachten aan het werk, die voor een ongunstig eco nomisch klimaat zorgen en die daardoor uiteraard de Engelse regering niet verkiezingen in het vooruitzicht de nodige zorgen geven. Maar er is meer. Ook het Engelse pond sterling staat onder druk. Dat wil zeggen, dat het in de ogen van het buitenland iets minder waard is geworden en dat men er dus ook minder buitenlands geld voor wil geven. Onder de j normale verhoudingen zou een Engels pond 2.80 dollar waard zijn. Nu zijn er dagen geweest, dat de notering voor het pond lets onder die 2,80 lag. En omgekeerd moest er voor het goud meer shillingen dan normaal betaald worden. Die druk op het Engelse pond kan in principe door verschillende oorzaken ontstaan. Wij denken aan de mogelijkheid, dat de export onvoldoende oploopt, terwijl daarentegen de invoer wel voortdurend stijgt. Er moet dan steeds meer aan het buitenland betaald worden. Dit zou niets geven als voldoende andere bronnen van buitenlands geld behoorlijk zouden vloeien (Inkomsten uit scheepvaartdiensten b.v. of kapitaalopbrengsten In de vorm van dividen den). En als ook dit niet het geval zou zijn, dan kan een land het een tijd uitzingen, indien het over een grote deviezenpot beschikt. Maar er kan nog een heel andere oorzaak zijn voor de druk op het Engelse pond. Er waren in Engeland door buitenlanders en buitenlandse Instellingen grote bedragen gelegd, o.a. omdat de rente in dat land aantrekkelijk was, aantrekkelijker dan in eigen land. Belangrijke kapitalen zijn echter plotseling teruggetrokken, en dat grotendeels doordat er vrees is ontstaan, dat het En gelse pond zal devalueren. Dat zou betekenen, dat iedere buitenlander minder eigen geld zou terugkrijgen dan hij voordien had bezeten. De angst om wat zou kunnen gebeuren bracht menigeen ertoe, het geld terug te halen. Men wilde als het ware voor de bui binnen zijn. Dit betekende een geweldig aanbod van ponden en vraag naar buitenlands geld. De overheid heeft deze druk trachten op te vangen door buitenlands geld, grotendeels dollar;, uit de deviezenpot ter beschikking te stellen. Dit vormde volgens deskundigen de vorige week een aderlating die, in Engels geld uitgedrukt, op 40 miljoen pond gesteld kan worden. Engeland staat thans voor twee problemen. Enerzijds wil de overheid de eco nomische situatie verbeteren, maar anderzijds wil zij ook het Engelse pond sterker maken. Het tragische is nu, dat deze twee zaken niet tegelijkertijd met dezelfde maatregelen geregeld kunnen worden. Maatregelen die de econo mische situatie verbeteren, zijn niet direct bevorderlijk voor een versterking van het pond en omgekeerd. De Engelse regering staat dus voor een dilemma. Om het pond sterker te maken, althans het aanbod te verminderen en tege lijkertijd het aanbod van buitenlands geld te vergroten, zou de export opge voerd, de import verkleind en de kapitaalstroom naar Engeland vergroot moe ten worden. Dat wil zeggen, dat de kostenstijging afgelopen moet zijn, dat de lonen onder controle moeten komen en dat de rente moet stijgen opdat buitenlanders weer geld in Albion gaan beleggen. Maar deze maatregelen zouden een druk op de conjunctuur uitoefenen. Hogere rente drijft de bankkredieten op. De bedrijvigheid moet echter Juist gestimu leerd worden door een lagere rente. Bovendien is momenteel een loonbevrie- zing in Engeland niet te verkopen. Er is een verkiezing op komst en de regering zal zich dus aan voor haar impopulaire maatregelen niet durven wagen. Sterker, zij zal alles in het werk stellen om de werkloosheid naar beneden te brengen, om de koopkracht te vergroten (in het najaar zijn de belastingen verlaagd), om de bedrijvigheid op te voeren. De keerzijde van de medaille is echter, dat door het stijgen van de koopkracht ook de Invoer zal toenemen terwijl het zeer de vraag is, of de uitvoer door de stijgende kosten wel in voldoende mate mee omhoog zal gaan. Met andere woorden, in plaats van aanbod van buitenlands geld zal de vraag naar dat bui tenlandse geld groter worden. Het pond komt dan opnieuw onder druk, en als buitenlanders dit in de gaten krijgen, wordt er andermaal kapitaal uit Enge land teruggetrokken. Gezien deze achtergrond wordt het duidelijker, dat er momenteel openlijk in Engeland over devaluatie wordt gesproken, over een waardevermindering van het pond. Hierdoor zouden de Engelse produkten in het buitenland auto matisch goedkoper worden, waardoor de export kan worden opgevoerd, terwijl de invoer duurder wordt en daardoor de tendens heeft terug te lopen. Zo eenvoudig is een devaluatie echter niet. Er zijn vele landen waarvoor het pond de basis van het valutastelsel is. Bovendien bezitten vele landen grote bedragen aan ponden. Een devaluatie zou voor deze landen een gevoelig verlies betekenen. Maar afgezien nog hiervan, zij zullen die goedkopere Engelse export niet accepteren, omdat daardoor hun eigen export in gevaar komt. Het ligt dan ook voor de hand, dat het ene land na het andere de Engelse devaluatie zal volgen, en dan zijn wij weer even ver. Er zijn nog andere factoren die een devaluatie allesbehalve eenvoudig maken. Na de oorlog is met veel moeite een internationaal systeem van betalingen opgebouwd en dit zou grondig ondermijnd worden. Men hoopt daarom ln Internationale kringen dat op korte termijn geholpen kan worden door Internationale kredietverlening, waarvoor een hele reeks beschermende maat regelen ter beschikking staan. Maar op lange termijn kan dit niet helpen. Dan zal Engelands economie gezonder gemaakt moeten worden. Alles hangt af van de weg die de regering wil Inslaan om dit doel te bereiken. Wij zullen het binnen niet te lange tijd wel gewaar worden. Vijftig jaar geleden liet de toen achtendertig-jarige dokter Albert Schweitzer zeventig kisten dichtschroeven en naar Bordeaux op sturen om ze vandaar naar Afrika te laten versohepen. Vijftig jaar geleden om precies te zijn op Goede Vrijdag van het jaar 1913 nam diezelfde nog betrekkelijk jonge arts met zijn vrouw afscheid van Günsbach, het dorp van zijn jeugd; ze stonden samen op het achterhalcon van het stoomtreintje en zegden met iets van weemoed het Elzasser Münster-dal vaarwel; ze gingen een onzekere toekomst tegemoet. Vijftig jaar geleden zou met dat vertrek uit Günsbach Schweit- zers grote avontuur beginnen, dat de naam Lambarene over heel de wereld bekend zou maken; op eigen kosten en eigen risico ging de theoloog die tropenarts was geworden, zijn hospitaal ,,aan de zoom van het oerwoud" bouwen. Ergens in Frans Afrika. Ergens in de Gabon. Ergens aan de oever van de Ogowe. Ergens onder de evenaar In de laatste tafelrede van Jezus voor Zijn bange tocht naar Golgotha heeft Hij het ook enkele malen over het bewaren van Zijn woorden. Dat nu is een zaak van bijzonder groot belang. „Wie Mij niet liefheeft, die bewaart Mijn woorden niet", zo zegt Jezus tot Zijn discipelen. Dat betekent dus niets minder of meer dan dat de aanvaarding van Jezus het christen-zijn zo u wilt afhangt van de vraag, of wij Zijn woorden niet slechts horen, maar ook bewaren. Voor „woorden" mogen wij ook „geboden" lezen en dat wil zeggen, dat ons christen-zijn staat of valt met het opvolgen van het geen Jezus wenst èn van ons eist. De christennaam is dus geen vrijblijvende betiteling. Jezus keurt ons die naam zeer beslist niet waardig, indien wij misschien wel ons zo noemen, maar er niet naar handelen. Denk nu niet, dat het gebod van Jezus een serie voorschriften is, waaraan wij ons nu eenmaal te houden hebben. Wie het gebod van de Meester zó opvat, vergist zich en heeft er niet veel van begrepen. Want dit is het grote gebod, waaraan al het andere ondergeschikt is: Hem liefhebben, Hem aanvaarden. Het bewaren van de woorden van Jezus betekent: Hem toelaten in ons hart, in het gebed Hem alles voorleggen wat ons bezighoudt en ons bezielt. Dan zal Hij zelf ons ontdekken aan onze fouten, tekortkomingen en zonden. Hebben wij Jezus lief? Wij .kun* nen het weten: het is zo, als wij Zijn woorden bewaren. Staatssecretaris Roolvink in Senaat Het verhaal is talloze malen verteld en nog eens verteld, geschreven en herschreven. Hoe een geniale jonge man, die zich als theoloog reeds grote naam verworven had en die als orga nist en Bachkenner een grote toekomst tegemoet ging, zich niettemin aan een wonderlijk „contract" hield, dat hij eens met zijn God had gesloten. Hij was twintig jaar, toen hij in die unieke overeenkomst zijn levensloop bij voor baat uitstippelde: tot mijn dertig ste levensjaar zal ik gemachtigd zijn voor de wetenschap en de kunst te le ven. om mij daarna aan de recht streekse dienst aan de mens te wij den." Maar welke dienst zou dat zijn? Hij wist dit pas, toen hij in een of ander zendingsblaadje door zo-maar een op merking getroffen werd: er was, zei dat krantje, gebrek aan mensen die in de Gabon het werk wilden verrichten dat daar gedaan moest worden, wilde een heel volk van negers niet ten onder gaan. Medisch werk dus. Wilde Schweit zer dat werft op zich nemen, dan moest hij zich eerst herscholen. De dertigjarige is toen een nieuwe studie begonnen, die in de medicijnen. De theoloog, filosoof, cultuurhistoricus, mu sicoloog en organist werd bij dit alles ook nog arts, in de typische genees kunde gespecialiseerd. Wanneer Schweitzer dan, na een nieuwe studie die zeven jaar vergde, in 1913 tenslotte als medisch zen dingspionier naar Lambarene trekt, zal hij daar in een oude verwaarloos de zendingspost zijn intrek nemen, waaromheen zijn hospitaal verrijzen gaat. Hij „mag" daar werken. Want het hangt voorlopig allemaal van „mogen" aan elkaar. Preken bij voorbeeld. zending bedrijven dus ir de eigenlijke zin, mag hij niet; het Parijse Zendingsgenootschi onder Lambarene het „verouderde" karakter van het ziekendorp te wijzen zoiets staat wel: hoe kan men beter z'n onsentimente le nuchterheid bewijzen dan door bin nen één enkel uur met zo'n oordeel klaar te staan! Inderdaad: Schweitzers hospitaal, hoe uitgebreid ook, is bepaald geen ge bouwencomplex met veel beton, veel chroom, veel t.l.-buizen en noem maar op. Per auto is het pas sinds kort te bereiken. De houten barakken domine ren nog altijd, tussen die barakken zijn er de drukke straatjes waar deze en gene op een vuurtje zijn potje kookt en inn timnr. waar ongegeneerd de geiten rondlopen, w maar de oude dokter houdt er nu een- ressorteert, had maal hardnekkig aan vast, dat dit nu weinig of geen leerstellige fiducie in jUjSt de manier was en is om te berei de al te vrijzinnige theoloog. Goedken dat de zieken en hun gezinnen dan maar „stom als een vis" (muet (want die mogen meekomen) er zich comme une carpe) zijn. Voorlopig thuis voelen. En ook al zou hij het wat immers zou hij aan zijn medische dat _!3eïre,^,_iJ15!ema_?' --.V hulpwerk de handen meer dan vol hebben. „Naarmate de algemene wei- waart toeneemt, naar die mate zullen enige verschillen in de-lonen meer aanvaardbaar worden. Met een te sterk pleidooi voor coördi natie is men niet op de goede weg." Deze woorden sprak de staats secretaris van sociale zaken volksgezondheid, de heer B. Rool vink, gistermiddag in de Eerste Kamer, waar hij bij de behande ling van de begroting van minister Veldkamp uitvoerig aandacht be steedde aan de loonpolitiek, de arbeidsbescherming en de arbeids voorziening. De staatssecretaris constateerde Argwaan (Advertentie) Ver koud heidsbacff fen zijn als de dood voor_ Dit doosje betekent! protektie tegen infektie Advertentie Klacht tot Zionistische Raad DE ZWITSERSE PLATENSPELER Dr. Nahufn Goldmann, voorzit- VOOR DE VOLMAAKTE WEERGAVE ter van de Wereldorganisatie van I Zionisten, heeft gisteren de Russi- Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen te 't Harde: B. M. Meijndert, te Waarder. Aangenomen naar Balk: M. Jorritsma, te Vriescheloop; te Oostvoorne: J. Wal stra, te Surhuisterveen; naar Odoorn: A. J. Roodzant, te Bellingwolde. Bedankt voor Middelharnis: B. Haver kamp, te Groenekan. GEREF. KERKEN Beroepen te Haarlem-Z. (vac. L. Hoor weg jr.): J. C. W. van 'tHoff, te Zweéloo; te Vlaardingen (a.s. vac. H. Zandbergen); drs. C. Klapwijk, te Apeldoorn; te Bakke- veen (bij accL). Heinkenszand en Grijps- kerke <L.): G. J. Brinkman, kand. te Kampen. GEREF. KERKEN (VrUgemaakt) Beroepen te Kantens: W. Wierenga. t< Noordbergum. GEREF. GEMEENTEN Tweetal te H.I. Ambacht: P. Blok. te Dirksland en A. Hofman, te Zeist. Beroepen te Zaandam: H. Ligtenberg. te Oudemirdum. CHRIST. GEREF. KERKEN Tweetal te Ede: D. Henstra, te Delft en J. J. Rebel, te Haarlem-N. Nieuwe kapel voor „Kerk en Wereld'" Op het terrein van „Kerk en Wereld" te Driebergen zal een nieuwe kapel wor den gebouwd. Tot nu toe worden de kerk diensten gehouden in de orangerie van het landgoed. Deze ruimte is evenwel niet meer voldoende. De nieuwe kapel maakt deel uit van een bouwproject van de hervormde gemeente van Driebergen. Men wil in de komende jaren komen tot de bouw van twee nieuwe kerken in Driebergen, tot verbouwing en verbete ring van de Loolaankerk en tot verbou wing en verbetering van de bijgebouwen van de Grote kerk. Omdat men deze vijf projecten in vl laar tijds wil uitvoeren, draagt de actie ka naam van 5x5. De totale kosten van het plan bedragen 1 miljoen gulden, Dne- v n zelf moet hiervan ƒ250.000 byeen- regering beschuldigd van „openlijke discriminatie tegen het, Russische jodendom". Goldmann sprak op de openingszitting van de „Algemene Zionistische Raad". Hij doelde met name op het feit dat de straffen wegens economische misdrijven tegen joden in de Sow- jetunie meer publiciteit krijgen dan de straffen tegen niet-joden. ..Als de sowjet-regering oprecht te gen anti-semitisme is, zoals zij zegt te zijn, is het haar plicht aan deze publi citeit een einde te maken en ervoor te zorgen dat er geen indruk wordt gewekt die vol is van gevaren voor het Rus sische jodendom, alsof joden aanspra kelijk zijn voor het grootste deel van deze misdrijven die zo zwaar en zo wreed worden bestraft." Goldmann zei dat joden 60 procent uitmaken van alle ter dood veroordeel den voor economische misdrijven. „Er is reden om te twijfelen of dit percenta ge de juiste situatie weergeeft met het oog op het feit dat joden 1,1 a 1,5 procent van de gehele bevolking van Sowjet- Rusland vormen." Verder zei Goldmann dat er in Ce Sowjet-Unie een bewuste politiek van gedwongen assimilatie wordt gevoerd, zowel tegen nationaliteiten als religieuze groepen. Ook wordt aan de joden hei recht en de mogelijkheid ontnomen hun eigen leven te leiden en hun eigen cul tuur te ontwikkelen hetgeen een andere godsdienstige en nationale minderheden wel wordt toegestaan. „Dit alles ge schied ondanks de wettelijke status van de joden in Rusland als nationale en godsdienstige minderhéid." Goldmann citeerde een aantal voor- beélden van anti-joodse discriminatie op cultureel gebied. Het meest opmer kelijke geval, aldus Goldmann, blijk: uit een pas door hem ontvangen tele gram uit de Sowjet-Unie. „Rabbi Levin, die rabijn is van de joodse gemeenschap in Moskou, heeft vorige week in een synagoge meege deeld dat er ook dit jaar geen matzes zullen zijn voor de joden van Rusland en dat ledereen moet proberen zelf mat zes te bakken." Matzes, koeken van on- gerezen deeg. worden door alle Joden gegeten in de paastijd. Goldmann vervolgde: „Wie ook maar iets weet over da aUnd van taken in Rusland beseft dat een dergelijke toe stemming geen enkele waarde heeft om dat het voor iedere jood als particulier praktisch onmogelijk is om aan meel te komen. Evenmin zijn er onder üe plaatselijke woonomstandigheden geen technische mogelijkheden om matzes te bakken, behalve in enkele uitzonderlijke gevallen." (Advertentie) Blus die laaiende vuurzuil die opstijgt vanuit de maag tot soms hoog in de keel. Het is toen, daar in Lambarne, heel erg primitief begonnen. Met een kip- penstal die als operatiekamer dienst doet. Met aanvankelijk alleen maar de verpleegstershulp van zijn vrouw. Met overal rondom een argwanende, bij kans vijandige bevolking. En met de grote handicap, dat hij als burger van de dan nog Duitse Elzas Duitser is en dus door ae Franse koloniale overheid al evenzeer gewantrouwd wordt, en dit met name wanneer de eerste wereld oorlog in 1914 een feit geworden is: dan komt het al vrij spoedig tot de tragische komedie van zijn gevangen- name, zijn transport naar Europa, zijn internering in Zuid-Frankrijk. Merk waardig toeval: het schip dat de geïn terneerde Albert Schweitzer naar Euro pa transporteert, wordt voor de kust van Afrika bijna door een Duitse onder zeeër getorpedeerd. De naam van de duikboot-kapitein is: Martin Niemöller. Pas ln 1923 zal Schweitzer naar Lambarene terugkeren.. Dan herhaalt zich alle moeite van 1913. Van het oude hospitaal is bijna niets meer over, het oerwoud is er overheen gegroeid, er moet een nieuw gebouwd worden. En dat staat er tot op de dag van van daag, nu de wereld Schweitzers ver trek naar Afrika, thans een halve eeuw geleden, herdenkt. Wie het de toen Immers reeds bijna veertigjarige man in 1913 voorspeld zou hebben, dat hij een halve eeuw later nog steeds aan de zoom van het oerwoud vóórt zou werken, zou op verbaasd on geloof zijn gestuit! Schweitzer stichtte zijn hospitaal ln een tijd, toen dergelijk „particulier ini tiatief" nog mogelijk was. Mogelijk en nodig. Toen immers nog geen Wereld- gezondheidsraad, geen Unicef, geen Novib, geen „wereld-diakonie" vanwe ge de Wereldraad van Kerken en toen nog een medische zending en een me dische missie die pas in de allereerste kinderschoenen stonden. En vooral: toen een koloniaal bewind dat zich nog maar weinig of niets aan gezondheids zorg ten bate van een door duizend ziekten geteisterde en letterlijk met uit sterven bedreigde negerbevolking gele gen liet liggen. Geen zinnig mens die, waar zó de zaken liggen, aan Schweitzer de lof en de bewondering zal willen en mogen onthouden, die zijn practische idealis me toekomt. Er is ook nu in Lambarene nog veel dat aan het prille begin herin nert en iedere bezoeker die tegen woordig, dank zij het nabijgelegen vliegveld. Schweitzers hospitaal bij-1 al te makkelijk kan bereiken, haast zich dan ook om met alle res pect voor de oude jungledokter op' de eind hebben, en ook al zou Lam barene dus op den duur even ver ouderd raken als Schweitzers patriar chale opvattingen aangaande verhou ding blank en zwart dan is er trots alles dit grote dominerende feit: de „grand docteur" heeft in alle geval een halve eeuw lang iets gedéénl Neem Rennles! Een afdoende remedie. Een of twee Rennles gewoon laten smelten op de tong. Nog - zijn geven helemaal gesmolten znn Keven - met het speeksel naar de maag gevoerd - Prompt baat. En afdoende! Met Rennles bij de hand nooit angst meer voor laaiende zuurbrand. Eerste paal voor hervormde kerk te Helmond (Van een onze medewerkers) In Helmond is 'in tegenwoordigheid van vele genodigden en belangstellenden de eerste paal voor de bouw van een nieuwe kerk voor de hervormde gemeen te te Helmond in de grond geslagen. De architect is de heer Tybaut uit Eindhoven, de bouw zal worden uitge voerd door de aannemer Smits uit Emd- hoven. Ds. J. W. Lely. hervormd predikant te Helmond liet de leden van de kerk- voogdij en andere belangstellenden zien hoe hij de eerste paal vakkundig de grond in werkte. Men had gehoopt dat het kerkgebouw! voor kerstmis van dit jaar gereed zou| komen, maar door de lange vorstperiode zal het wel later worden. Men is reeds vijf jaar bezig met dei plannen voor een nieuwe, eigen kerk. Toch was het nu dan zo ver dat de eer ste paal geslagen kon worden, een sym bool van de beloonde ijver van de men sen in het Zuiden die hiervoor zo veel werk verzetten. Verpleegd Hij heeft zich aan het contract, dat hij als twintigjarige opstelde, gehouden. Hij heeft zich onvermoeid en hard nekkig „aan de rechtstreekse dienst aan de mens gewijd". Hij heeft de slaapziekte helpen uitroeien. Hij heeft duizenden lijders aan afschuwelijkste tropenziekten geher bergd, verpleegd, genezen. Hij heeft aan zijn dorp een afzonderlijk dorp voor melaatsen toegevoegd. Hjj heeft, deze onvermoeide zwoeger, alles wat hij deed zonder een cent overheidssub sidie gedaan en zonder zich ooit in de afhankelijkheid van wie dan ook te be geven. Hij heeft een halve eeuw lang zelf voor de miljoenen gezorgd, die zijn werk gevergd heeft; hij heeft er over de hele wereld zijn concerten voor ge geven en zijn voordrachten voor gehou den en zijn boeken voor geschreven; hij heeft ervoor gebedeld en hij heeft er zijn talloze vrienden voor aan het werk gezet; hij heeft zijn Nobelprijs aan de bouw van zijn melaatsendorp besteed; en bovenal hij heeft nooit versaagd. Epidemieën en hongersnood hebben in het eerste begin zijn hospitaal be dreigd; in de eerste wereldoorlog moest hij gedogen dat het oerwoud zijn zie kendorp weer overwoekerde en in de tweede wereldoorlog moest hij er zich achter golfijzeren platen verschansen, toen Pétainisten en Gaullisten juist in Lambarene tegenover elkaar kwamen te staan. Nooit echter heeft hij er een ogenblik aan gedacht het dan maar op te geven. Doorwerken Welnu, wie zal het, wanneer hij zich dit allemaal voor ogen stelt, de bijna negentigjarige euvel duiden, wanneer hij ook nu nog alleen maar van door werken en nog eens doorwerken weten wil? Hij doet dat met de halsstarrige hardnekkigheid en misschien ook wel eigengereidheid van een heel oud man. Maar die oude man weet nog altijd een nooit aflatende schare van steeds weer nieuwe helpers en helpsters te in- splreren. Lambarene, met dokters enlnieer zal Zijn. ren. Er zijn er nog steeds velen die j minder verdienen dan honderd gul- den in de week, zo. zei de heer Rooi- vink. ONBEVREDIGEND De staatssecretaris noemde het onbe- I vredigend dat de SER officieel niets I van zich heeft laten horen over de bij hem in onderzoek zijnde vraag van wen- i selijkheid en mogelijkheid van een wet- telijke regeling van het minimumloon. Dit advies is al in het voorjaar van i 1959 aan de Sociaal-Economische Raad i gevraagd. De betreffende werkcommis- 1 sie van de SER heeft echter twee en een half jaar geleden de laatste verga- ;Z£ dering gehouden. Wat betreft het aantal overuren dat in 1962 is gemaakt, deelde de heer Rool vink mee dat deze 6,5 miljoen bedragen. d„« jjn.7orm|.m« in d. lonen op 15? het ogenblik weinig pleitbezorgers in worden geconstateerd. De staatesecre- ons land vindt. Hij vestigde er de taris had uitgerekend dat per arbeider n ide aandacht op dat hij eigenlijk maar één grote zorg had: de lonen van hen die tot de allerlaagste groepen beho- verpleegsters uit alle mogelijke landen, Immers een begrip geworden. Meer in de Industrie gemiddeld vier uur per jaar Is overgewerk, neerkomende op on geveer een minuut overwerk per dag— DR. VELDKAMP - - - Voordat de heer Roolvink zijn rede be- dan dat: het werd de concretiseringgon had minister Veldkamp enkele an- van Schweitzers actieve ethiek die hij- dere aspecten van zijn departement be- zelf eens tot die befaamde slogan van licht, die vorige week bij verscheidene vier woorden heeft herleid: „eerbied voor het heven." Een oud man, die met zijn poezen en antilopen een eenvoudige houten ka mer deelt in een houten barak aan de oever van de Ogowe en die daar op zijn oude klavier nog de hele Bach uit het hoofd kan spelen; een oud man die daar met zijn nu langzamerhand toch wel bevende en o zo „schreibmüde" hand zijn brieven schrijft, waarin hij de we reld bezweert zich niet tot haar eigen atoom-ondergang te laten verleiden hij herinnert zich thans r. dat ogenblik dat hij, een halve eeuw geleden, zijn zeventig kisten dichtspijkerde en naar Bordeaux verzond, met bestemming Afrika. Hij pakte toen ook een kleine hand koffer in. Hij vulde die nauwgezet met zijn hele bezit: tweeduizend mark. Hij had die tweeduizend mark in goud stukken omgewisseld. Goudstukken? vroeg zijn vrouw. Waarom goudstukken? Maar hij ant woordde, en dat was dus in 1913: Omdat het oorlog wordt en dan is goud meer waard, daarginds, dan papier. En zoiets typeert dan met een de praktische inslag van de grootste idealist, die onze tijd gekend heeft. Wat men thans, een halve eeuw later, hem toe moet wensen? Nóg meer jaren, ginds onder die eeuwig zengende tropenzon? Of een paar rustige allerlaatste ja ren in dat kleine Günsbach dat hij in 1913 verliet? Wij denken dat hij zelf in geen van beide richtingen denkt. Om ook op het halve-eeuwfeest van Lambarene liever alleen maar zijn dagelijkse plicht te doen en heel langzaam en heel rechtop zijn Lambarene te inspecteren, dat zonder hem Lambarene niet senatoren vragen hadden opgeroepen. W-at de radio-activiteit aangaat deelde dr. Veldkamp mee dat aard en draag wijdte van de in en boven ons land ge vonden waarden van radio-activiteit niet u van verontrustende aard zijn geacht tot dusverre. Het signaal opletten geboden is alleen kort na verscheidene series proefexplosies gegeven, zo merkte hij op. De minister kondigde aan dat binnen kort de indiening, is te. verwachten van het ontwerp van wet op de waterver ontreiniging. alsmede een wetsontwerp 1 dat beoogt het de overheid mogelijk te d; maken in te grijpen als onverwacht blijkt dat het gebruik van een bepaald hc geneesmiddel onvoorziene gevaarlijke 1 gevolgen heeft. Ir. Over de fluoridering van Eet drlnkwa- P- ter zei de minister tenslotte niet te kun- nen inzien waarom niet Iets aan het I drinkwater zou mogen worden toege- Irl vocgd, wanneer men overtuigd is dat daardoor het gezondheidsbelang der be volking alleen maar wordt gediend. Dat I geldt zijns inziens in versterkte mate hi voor fluor dat in zo geringe mate wordt ,A toegevoegd dat het gehalte lager blijft 1 dan op verscheidene plaatsen in natuur- |u lijk drinkwater voorkomt. N Nadat dr. P. G. van de Vliet (lib.) nog had gerepliceerd werd de begro ting van sociale zaken en volksgezond- 1 hcid zonder hoofdelijke stemming aan- fa genomen. Dit was ook het geval met I het wetsontwerp op de paramedische be roepen. FLUORIDERING Ter gelegenheid van het tweede r. lustrum van de hervormd-gereformeerde r studenten zendingsvereniging „Willi- F brord" zal er op donderdag 28 maartoe aanstaande in het Zendingscentrum der Gereformeerde Kerken te Baarn een ver- j-1- gadering gehouden worden. 'ai Op de middagvergadering zal er een I lustrumrede gehouden worden door ds. (ia G. Hamoen, te Oud-Alblas en een lezing i door de r.k. geestelijke F. Verstraeten over „RomeReformatie". 's Avonds zullen er dan enkele films, i onder meer ovgr Kongo en Hongkong i I worden getoond. 1 t Geef teak-meubels 'n milde glans BEVER-TEAK^^Ceta-Bever^ Een uan de moeilijkst te beant woorden vragen gedurende de pelgrimstocht door dit warrige le ven is wel die, welke om de haver klap door nieuwsgierige toeschou wers wordt gesteld: Waar draait dat straks op uit? Dat uiteraard alles ergens op uit moet draaien staat als een paal boven water, of is er niet het spreekwoord „Panta rhei" (Alles vloeit) dat er in zekere zin mee verwant is.... Draaien, vloeien, be weging zit er in ieder geval in, al komt er bij dat „uitdraaien-op" meestal ook nog een duveltje om de hoek kijken. Want wat er dan op volgt slaat tien tegen één op iets dat niet bepaald hartverheffend is, niet alleen in het leven der vol wassenen maar evenzeer en wel licht nog vaker onder de heftig le vende rijpere jeugd. Daar zijn het plotseling veelsoortige verrassingen die ze ons bereidt en waaruit we nu en dan zelfs een interessante conclusie kunnen trekken. Ik denk hier in het bijzonder aan het geval van een leerlinge uit de vijfde, gym. De teenager die zich in haar klas wegens een nogal do minerende vlotheid, een vooraan staande plaats had veroverd, was er ook in het ouderlijk huis eentje waar mee zo nu en dan rekening moest worden gehouden. Niemand vond het overigens erg dat er bij het aanpak ken gewoonlijk handschoenen nodig waren, want wat ze te berde bracht, was nooit onredelijk, het sneed hout, kon je gerust zeggen. Bij onderling verschil van mening was zij degene die door logische redeneren de zaak wist recht te zetten. Vaak werd ze erbij gehaald om haar objectieve ge vatheid. Goed, zo'n kind laat er ders. Dat „zij" daarbij als een soort impresario een wakend oog over het fehcel liet gaan lag voor de hand. e was mooi en ze straalde. Bij gelegenheden als deze kwam ze pas ten volle tot haar recht. Ze toefde nu hier dan daar bij ouders van vrienden en vriendinnen, gezellige ma's en joviale pa's. allen netjes uit gedost voor het feest. Toen zag ze in de deuropening de zich langzamerhand een beetje op voorstaan, je gunt haar het plezier, ze doet er immers niemand kwaad mee en in de schoolgemeenschap met z'n vele middelmatigen is zo'n geestelijk uitschietertje wel een plezierig verschijnsel We waren die avond in aandoenlijk eensgezinde verwachting bijeen voor de schoolfuif. Het publiek, ouders en naaste familieleden, kwam met plukjes tegelijk binnen, docenten en uitvoerenden vóór en achter de cou lissen hadden kennelijk te kampen met latente zenuwen. Bevallige fee- en bewogen zich in gewichtige gast- vrouwfunctie tussen de gelederen van reeds gearriveerde vaders en moe- hoofden van haar eigen vader en moeder. Hallo,... jullie zijn niet be paald vroegIk heb een goed plaatsje bewaard. Ze liep enthousiast op hen toe, maar bleef plotseling staan. Als ver stijfd. Er trok een donkere wolk over haar mooie, ranke hals. Je zag een bedenkelijke drift zich baanbreken. En het werd nog erger toen ze want haar ontging nu eenmaal niets merkte dat een paar jongelui dui delijk spottend naar haar moeder keken. Grote grutjeswaar ging dat op uitdraaien Ik kan het u nu heel precies ver tellen. En ik weet zeker dat u er vreemd van zult opkijken. Tot de pauze heeft ze gewacht. Toen stond haar vader in de foyer met enkele bekenden een sigaartje te roken en nam zij haar kans waar om naar mama toe te stappen, min of meer nors, doelbewust. Die moeder nu was een tengere, uitgesproken verwelkte vrouw van dik in de vijftig, die moeite scheen te hebben zich neer te leggen bij het feit dat haar lichamelijk schoon sinds lang nier meer je dèt was. De dochter viel met de deur In huis: O mamshoe kón je toch. Uitgerekend vanavond....een rok tot ver boven de knie. Je bent er gewoon bespottelijk mee. Ik schaam me dood. Dat paps daarmee accoord is gegaan Het werd een naar, gefluisterd tweemans-relletje, een privé wan klank voor de ontgoochelde teenager. Reken maar dat er 's avonds thuis nog eens extra over doorgeboomd is. En nu het merkwaardigste: ditzelf de, zo terecht verbouwereerde kind, is de volgende dag de krijgshaftige verdedigster tegenover de jongelui die het hebben bestaan haar in de vrouw die haar ondanks alles, het liefste is op aarde te beledigen. Ook daar is het uitgedraaid op dei ning, maar dan naar ongebreidelde puber-trant. Want voor de familie eer sta je op de bres en het bloed kruipt nu eenmaal waar het niet gaan kan Haya Selva

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1963 | | pagina 2