Concilie OECUMENISCH
Zo maar
fójk.hcm'$
%uimte
voor ons.
p
r
a
k
e
n
ij
De bisschoppen hebben vakantie.
Na twee maanden vergaderen is het
tweede Vaticaanse concilie verdaagd
tot acht september volgend jaar. De
zevenentwintig honderd kerkvaders
binnen nu even bijkomen van de
honderden redevoeringen en talloze
discussies en zich voorbereiden op de
voortzetting van de vergadering. Wij
kunnen ons nu even tijd gunnen een
terugbBk te weipen op negenenvijf
tig dagen concilie.
Net waarom en bet hoe van dit
onder bescherming van Joiof staande
evenement worden op deze pagina
benaderd door Leo Faase en Meine
Reitsma, in de overtuiging, dat het zo
niet noodzakelijk dan toch wel nut
tig is op deze plaats aandacht te
besteden aan «fit stukje eigentijdse
kerkgeschiedenis. Het is vanzelf
sprekend dat niet ieder van jullie het
met het geschrevene eens is. Het is
dan ook een, uiteraard subjectieve,
benadering van dit onderwerp. Horen
we de andere meningen ook eens?
BBSSSSSSkm ^.ül
Bommen in de St. Pieter is
niet de titel van een nieuwe de
tective, nee, het is een krante-
kop van voor het begin van het
concilie. De bommen werden
gelukkig ontdekt en er zal niets
ontploffen. De paus heeft hier
wel zijn maatregelen voor ge
nomen, letterlijk en figuurlijk.
Zo zal alles wel met een sisser
aflopen. De paus zelf is trou
wens een man met gevoel voor
humor, een grapjas, die met
kardinale onfeilbaarheid de
voorbereidingen voor het conci
lie heeft getroffen.
Werd aanvankelijk door pro
testanten gedacht(en de eer
ste berichten gaven daartoe
aanleiding) dat er sprake zou
zijn van een oecumenisch con
cilie,al heel spoedig bleek dat
het concilie niets te maken zou
hebben met de oecumene in de
zin en betekenis die wij er au
tomatisch aan geven. Toen van
protestantse zijde op de uitno
diging van de paus om waar
nemers te sturen werd inge-
gegaan, moet de paus er zelf
wel even van geschrokken zijn.
Doet
Natuurlijk heeft de paus niet
nagelaten om het doel van dit
concilie in de wereld aanneme
lijk te doen klinken en dat is
hem dan wel gelukt met aller
lei vage termen over reorgani
satie. Is het niet wellicht een
poging ter rehabilitatie van de
kerk,om het beleid gevoerd
onder andere door de laatste
paus, enigszins aan het oog te
onttrekken en om van de room
se samenleving weer een gezon
de te maken?
De uitspraak van de paus dat
godsdienstvrijheid het recht van
de kerk zou zijn (en het is dui
delijk welke kerk hier bedoeld
wordt), en de mogelijke zalig
verklaring van pius IX die de
onfeilbaarheid van de paus
heeft uitgevonden, zijn zaken
die alleen maar irriteren.
Kartoen
Opening
De opening van het concilie
nu een teleurstellende manifes
tatie te noemen van het fanta
sieloos geworden Rome, is
overdreven. Het was te ver
wachten. Heel de pompeuze
stoet van kerkelijke gezagsdra
gers, het goudwerk opgepoetst,
de nieuwste klederdracht, sja-
len en sjerpen en hoeden, hier
en daar een in battle-dress ge
klede missionaris: Eén mode
show van het Rome van deze
tijd en van alle tijden, nog even
zelfgenoegzaam en prachtlie- Nooit kunnen we aanvaarden
vend als in de tijd van de Re- wat de roomsen niet willen los-
formatie. En als een bisschop laten: transsubstantiatie, Ma-
verklaart hoe Christus de die- rialogie, onfeilbaarheid van de
nende liefde in armoede pre- paus, enz. We kunnen zeker niet
dikte, dan gaat dit verloren met hen over eenwording spre-
tussen het rammelen van gou- ken, we kunnen er alleen maar
den kruizen. om bidden.
Protestanten Wat voor ons van primair be-
Onze houding ten opzichte van lan§ is, is de toenadering der
dit concilie mag en kan niet protestantse kerken, zending,
al te gespannen zijn. Wij kun- evangelisatie, binnefi de kerk de
nen er niet op rekenen dat de verkondiging van het zuivere
roomse kerk een gesprekspart- evangelie.
By het begin van het concilie lagen er
drieënzeventig verschillende onder
werpen te wachten op behandeling.
Onder de indruk van dit respectabele
aantal mompelden pessimisten dat de
vergadering wel zo'n jaar of tien zou
duren. Ook al, omdat de start van de
bespreiungen byzonder traag verliep.
Het is psychologisch juist, dat het aan
tal onderwerpen nu terug gebracht is
tot twintig. By nader inzien bleek dit
mogelijk door het samenvoegen van
naast elkaar liggende problemen. Er
verandert dus niets door. Maar voordat
de kerkvaders konden beginnen, hield
de paus zyn openingswoord.
Trouw aan Trente
In de eerste zitting in de Pieterskerk op
elf oktober heeft paus Johannes XXIII
scherp omlijnd met welke intentie deze
vergadering bijeen geroepen is, en tegelij
kertijd ook in welke richting wij de resul
taten moeten zoeken. In ieder geval niet in
het verzwakken van de fundamentele te
genstellingen tussen rooms en reformato
risch. Duidelijk bracht de paus naar voren
wat de taak van dit concilie is: „Maar van
een vernieuwde, heldere en rustige instem
ming met de gehele leer der kerk in haar
volheid en nauwkeurigheid, die nog in de
concilieacten van Trente en van het eerste
Vaticaanse concilie oplichten, verwacht de
gehele katholieke christenheid een stap
voorwaarts tot een prestatie van de leer en
de vorming van het geweten". Later, maar
in dezelfde openingszitting, viel de paus
nogmaals terug op Trente, toen hij alle
bisschoppen trouw liet zweren aan de be
lijdenis van Trente. Daar hierin ook in la
ter tijd vastgestelde bepalingen omtrent
's pausen onfeilbaarheid zijn opgenomen,
verliest het tweede Vaticaanse concilie
voor die protestanten die bepaalde ver
wachtingen koesterden, veel
van zijn waarde.
Potjeslatijn
Het eerste rapport dat ter
behandeling op tafel lag, na
uitgebreide en langdurige stem
mingen over de samenstelling
van de tien ingestelde commis
sies, was dat betreffende de li
turgie. Bij deze besprekingen
trad vooral de Nederlandse bis
schop Bekkers naar voren die
trouwens ook deel uitmaakt van
de liturgische commissie. Als
een van de weinigen drong hij
door tot de kern van de litur
gie: het volk brengen tot God
God brengen tot het volk. De
andere tientallen sprekers be
paalden zich tot het aanvallen
of verdedigen van de volkstaal
in de kerk en het voor en tegen
van de „te klassieke" nieuwe
roomse psalmbewerkingen.
Over de volkstaal in de mis is
men nu tot een beslissing ge
komen: Alle landelijke episco
paten beslissen zelf in hoever
re men de eigen taal gaat ge
bruiken in de gehele mis. Wat
toch al een belangrijke stap is.
Voor goed is nu ook wel ont-
zonder voorwaarden wordt.
LEO FAASE
li-
Het duurt niet lang meer
of de uren, dagen, maanden,
jaren zullen weer als een
schaduw heenvliegen. Ook in
januari en februari vliegen
de uren en dagen al, maar
zo tegen de 31e december
zien we ze vliegen. Toch
vliegen juist die laatste uren
het minst hard: traag krui
pen de wijzers voort naar
het eindpunt dat tegelijk het
beginpunt is en iedere mi
nuut is zwaar van geladen
heid. Wij worden bestormd
door herinneringen aan be
paalde gebeurtenissen die
oplichten uit de grijze stroom
van dingen die te alledaags
waren om onthouden te wor
den. De kranten zijn weer
dubbeldik, maar als het mee
zit overstemt Wim Kan onze
melancholie met een dave
rende oudejaarsavondconfé
rence. Weemoed is eigenlijk
wel taboe in een tijd waar
in voor het bouwen van
atoomvrije schuilkelders
praktisch handelen wordt ge
vraagd, maar op oudejaars
avond mag het. Zelfs de olie-
vvww
bollen hebben een weemoe
dige smaak. Daarom en om
dat ze van de traditie niet
meer zijn los te maken, wor
den ze gegeten. Want tradi
tie is op deze avond een hei
lige zaak. Originaliteit, door
bijvoorbeeld eens gewoon
om tien uur naar bed te
gaan, wordt niet op prijs ge
steld. Ook de gedachten hoe
ven niet origineel te zijn en
gelukkig zijn ze dat ook
meestal niet; ze vliegen wel
iswaar even schaduwsnel te
rug als de uren heen, maar
het is geen hoge vlucht die
ze nemen. Weer een jaar
voorbij, denk je alleen, en:
waar blijft de tijd? Een ver
rukkelijke vraag, die ieder
te horen krijgt, maar die nie
mand ooit hoeft te beant
woorden. Als er eens iemand
was die omstandig zou trach
ten uit te leggen waar de
tijd nou eigenlijk bleef, zou
iedereen raar staan te kij
ken. En eigenlijk ook wel
het antwoord moet een ge
heim blijven. Een van de ve
le geheimen die samen het
mysterie van oudejaar vor
men. Want het blijft een
mysterie waarom we het af
gelopen jaar weer niet ge
daan hebben, wat we alle
maal hadden willen doen.
Van alle goede voornemens
die de twaalf loodzware klok
slagen en de twaalfhonderd
gillende keukenmeiden op
straat in ons wakker riepen,
zijn er misschien een paar
verwezenlijkt, maar het over
grote deel is weer langzaam
ingeslapen. Maar niet voor
goed, want weer wijst straks
de klok vijf minuten voor
twaalf. Wij schenken de gla
zen vast vol en strekken de
hand al uit om te klinken,
ontroerd, maar ook vastbe
raden, want de lei is weer
schoongeveegd en zal einde
lijk beschreven worden met
het edelste proza dat een
griffel ooit schreef. De huis
vader denkt aan de vrede
die in zijn gezin eindelijk
heersen en de dichter aan
het volmaakte gedicht dat hij
eindelijk schrijven zal. Zelfs
de misdadiger doet mee door
te denken aan de volmaak
te misdaad die hij toch
maar niet plegen zal. Maar
de tenuitvoerlegging van dat
alles vraagt meer tijd dan
de roes van nieuwjaarsdag
alleen. Pas als de laatste
oliebollen verdwenen zijn, de
weemoed weer is weggegle
den en het grauwe daglicht
voor de laatste ontnuchtering
zorgt, beseffen we misschien
hoeveel tijd: uren, dagen,
maanden, jaren.
LEO KLEYN
zenuwd, dat het Latijn zo'n be
langrijk samenbindend element
is in de Roomse kerk: de Ame
rikaanse bisschoppen gaven het
al gauw op zich in het Latijn
verstaanbaar te maken, en hal
verwege him toespraken gingen
ze over op het Engels!
Kloof
Aan de behandeling van het
tweede rapport is men niet eens
toegekomen. Dit onderwerp:
,,De bronnen van openbaring"
werd ingediend door de voorzit
ter van de theologische com
missie kardinaal Ottaviani.
Voor vele bisschoppen, vooral
de West- en Middeneuropese,
was dit rapport onaanvaardbaar
en ze wensten dat het werd in
getrokken. De paus was het
hier niet mee eens, maar wil
de de vergadering zelf laten be
slissen. Met minder dan de
vereiste tweederde meerder
heid werd het rapport verwor
pen. Vierentwintig uur lang
stokten de besprekingen: men
kwam er niet uit. Uiteindelijk
verdween het rapport toch van
tafel en kon men voortgaan met
het volgende onderwerp.
Vóórdat de slotmis op acht
december het eerste deel van
het concilie beëindigde, werden
nog twee rapporten ter behan
deling aangenomen: „Publici-
teitsmiddelen" en „De Ooster
se kerken". Het rapport „De
kerk" werd met termen als
„onvolledig" en „middeleeuws"
ter bewerking terugverwezen.
De paus alleen
Nog tijdens de behandeling
van het eerste rapport bleek
hoe betrekkelijk het werk van
de zevenentwintighonderd kerk
vaders is. Zonder hen er in te
kennen heeft de paus een ver
andering aangebracht in de
misgebeden. Dit is de eerste
maal in dertienhonderd jaar,
Ik weet 't niet
maar er gaat iets gebeuren
wanneer je als een vreemde
door onbewoonbare hoeken
van je eigen lichaam raast
(stil, luister maar:
gisteren keken wij nog
samen
naar vlammende woorden
wazig in stofwolken gehuld
en zagen mensen
wentelend in hun leeg
vermaak)
misschien is het al gebeurd
morgen of nu
peter van der Schaft
(Rotterdam)
hoe klein de wijziging ook is,
(het toevoegen van de naam
van Jozef). Toch geeft dit ii
dent ons te denken; er wordt
weken gediscussieerd door drie
duizend vooraanstaande geeste
lijken alvorens een wijziging
wordt aangebracht; Johannes
XXIII wijzigt zonderoverleg ge
heel alleen. Eens te meer wor
den we ervan doordrongen, dat
dit concilie voor de roomse kerk
belangrijk is, maar aan
protestanten voorbijgaat, ons
niet raakt. Als we daar direkt
bij vermelden het optreden
van de bisschop Peruzo, die de
protestanten letterlijk betitelde
als „ketters", dan valt het ons
moeilijk onvoorwaardelijk op
timistisch te blijven geloven i
een toenadering tussen rooms
en protestants.
Erfenis
Zoals het er nu uitziet, na de
afsluiting van het eerste gedeel
te der vergadering, belooft het
concilie voor ons jongeren niet
als resultaat een roomse kerk
op weg naar de eenheid der
christenen, maar een roomse
kerk die nog eens duidelijk
heeft afgebakend waar de ver
schillen liggen tussen Rome en
de Reformatie. Maar ook dat is
een reden de beslissingen i
Rome nauwlettend te volgen.
MEINE REITSMA
het I
:om-
I Ook ditmaal een boekbetpre-
king in Kijk nou 's. Ditmaal van
Ide hand van Hans Kreuzen. Het
is naar aanleiding van het zojuist
verschenen literaire jaarboek
I „Vandaag".
I Vandaag ach'(t)
Hel achtste nummer van „Van
daag" is zojuist verschenen bij
I Bruna te. Utrecht. Er zou geen
reden geweest zijn dit literaire
I jaarboek (dat dan voortaan echt
ieder jaar zal gaan verschijnen)
te bespreken, tvare het niet dat
I de inhoud mede wordt bepaald
- door een aantal gedichten van
ons redaktielid Cees van Dop.
Zijn bijdrage neemt in het vrij
kleurloze geheel een markante
plaats in. Kleurloos, inderdaad, I
I want wat moeten we denken van
het Strindberg-clichê van Hugo I
I Claus, van de impressie-tjes en
credo-tjes van Cor de Back?
I Waarin onderscheidt zich
kommervolle proza
mersack van dat van bijv. Anton
Coolen? Waarom plaatst men een I
verhaal tan Uys Krige „dood van
Idie Zoeloe", behalve om tc laten
zien dat ook in Zuid-Afrika een I
I soort Nederlands wordt bedreven?
Een nadere bespreking van de I
poëzie van Cees van Dop vindt I
dan ook niet alleen huar recht-
vaardiging in de oppervlakkige I
I kennis die wij hebben van zijn
persoon maar vloeit ook voort I
uit het lage peil van de rest
I van dit boekje.
De gedichten van Van Dop I
I kenmerken zich door een wat
onwerkelijke, unheimische atmos- I
feer, een surrealistisch oppervlak
over de dingen die werkelijk van I
I belang zijn. Hij is zuinig met I
zijn beelden, blijft dichter bij de
werkelijkheid dan wij over het
I algemeen van jongeren gewend
zijn. Hierdoor en door de koele
behandeling van zijn onderwerp,
maakt zijn poëzie soms de indruk
I steriel te zijn. Zijn gedichten I
appelleren vaker aan het verstand
dan aan het gevoel.
Men moet echter een aantal
gedichten van deze Rotterdam- I
I mer gelezen hebben om te ont- I
dekken dat de impressie maar
II
een dun laagje is dat het tere
bouwsel van ideeën en idealen
moet bedekken. Een bouwsel dat
bedreigd wordt door de „dingen".
De moderne techniek en fysica
zijn zaken die de dichter be
angstigen, die hij daarom een
plaats probeert te geven in zijn
gedichten, die hij tracht te be
zweren door de hulp van ruimte
en tijd in te roepen (,JZij zullen
door de oogtvenk van de tijd hun
vorm verliezen" schrijft hij
ergens), maar waarvan hij zich
nooit los kan maken.
Een typisch modern dichter.
Iemand die niet zozeer worstelt
met vorm en rijm, met godsbe
grip of liefdesverwerkelijking,
maar verbeten zich los tracht te
maken van de tijd waarin hij
leeft. Een tijd die hem met alle
beschikbare middelen te lijf gaat
en waar hij slechts zijn woord
tegenover kan stellen. Dit werke
lijkheidsbesef (dat overigens in
deze vroege gedichten nog niet
zo sterk aanwezig is) is iets dat
wij bij een groot aantal andere
medewerkers van dit „Vandaag"
HANS KREUZEN
Kartoen
Meunier ui
geprobct
Dc schildwachten van Bucking
ham Palace en andere paleizen
zullen hun grote berenmutsen
's avonds niet meer op hebben.
Aldus een mededeling in ons
lijfblad. Dc oorzaak schijnt te
liggen in een artikel van dc
Britse dierenbescherming. Hier
in werd geklaagd over dc wei-
nige rust, die de in de berenmut
sen huizende vogeltjes genoten.
De rector magnificus van dc
Universiteit van Amsterdam heeft
dan eindelijk de straffen uitge
deeld. Verbod de colleges te vol-
traf.
Minister Visser weigert Van
der Putten te rehabiliteren. Dit
zou niet nodig zijn. Liderdaad,
wanneer je eenmaal begint is er
geen ophouden meer aan.
Wanneer dc Volkskrant per
kartoen prof. Zijlstra en dc lieer
Bruins Slot in de kookpot wil
stoppen en het vuur dan aan
houdt door a.r. tijdschriften, i»
dat best. Maar als daar ook de
bijbel bij blijkt tc zijn vinden
we het wel grof.
Deze kartoenist had toch op z'n
voor hoek het eigenlijk is.